+RAADSVOORSTEL Raadsvoorstel nr Portefeuillehouder wethouder H.J.W. Raat Datum B&W-besluit 14 oktober 2014 Voor de raadsvergadering van 12 november 2014 Afdeling Staf / FB-belastingen Behandelen in de raadscommissie Algemeen bestuur en middelen (ABM) op 30 oktober 2014 Behandelend ambtenaar (voor technische vragen) H.W. Palm / V.Roodenburg 020 5404644 / 4779 h.w.palm@amstelveen.nl / v.roodenburg@amstelveen.nl Onderwerp Tarievennota 2015 Gevraagd besluit I. In te stemmen met de volgende tariefvoorstellen met ingang van 1 januari 2015: 1. Onroerendezaakbelasting: - eigenaar woningen: 0,09865% van de getaxeerde waarde; - eigenaar niet-woningen: 0,23545% van de getaxeerde waarde; - gebruiker niet-woningen: 0,18958% van de getaxeerde waarde. 2. Riolering: vaststellen tarief op 195,00 euro per aansluiting en op 4,95 euro per 10m³ boven de 500m³. 3. Afvalstoffen huishoudens: - vaststellen tarief meerpersoonshuishouden op 248,50 euro; - vaststellen tarief éénpersoonshuishouden op 204,50 euro. 4. De in de Legesverordening 2015 verwerkte tarieven. II. Vaststelling van de volgende verordeningen met als ingangsdatum 1 januari 2015: 1. Verordening onroerende zaakbelasting 2015 2. Verordening afvalstoffenheffing 2015 3. Verordening rioolheffing 2015 4. Verordening hondenbelasting 2015 5. Verordening reinigingsrechten 2015 6. Legesverordening 2015 7. Verordening grafrechten Zorgvlied 2015 8. Marktgeldverordening 2015 9. Verordening toeristenbelasting 2015 10. Verordening Parkeerbelastingen 2014, eerste wijziging W A T W I L L E N W E B E R E IK E N E N W A T G A A N WE D A A R V O O R DO E N Wat willen we bereiken (effectindicatoren) Het in 2015 heffen van democratisch bepaalde belastingen en rechten op basis van juridisch juiste verordeningen en tarieven. Wat gaan we daarvoor doen (prestatie-indicatoren) De vast te stellen verordeningen bevatten de uitwerking van de bij de Kadernota 2015 geformuleerde uitgangspunten met betrekking tot de ontwikkeling van de tarieven lokale heffingen. A C H T E R G R O N D E N O V E R W E G I N G E N Programma (speerpunt) Alle programma s en algemene dekkingsmiddelen. Aanleiding [RDV454386.docx.docx] F105/ICT
Pagina 2 van 7 Gelijktijdig met de raadsbehandeling van de programmabegroting 2015 wordt de tarievennota 2015 ter vaststelling voorgelegd. De voorgestelde tarieven worden van kracht per 1 januari 2015. Er is sprake van een onderlinge samenhang tussen de budgettaire kaders in de begroting en de vaststelling van tarieven die aan bepaalde inkomstenramingen in de begroting ten grondslag liggen. Dit voorstel gaat nader in op de achtergrond en de ontwikkeling van afzonderlijke tariefvoorstellen. Een compleet overzicht van alle in dit voorstel opgenomen wijzigingen treft u aan in de was/wordt tabel tarieven 2014/2015, welke als bijlage bij dit raadsvoorstel is gevoegd. De paragraaf Lokale heffingen in de begroting 2015 schetst de algemene uitgangspunten voor het gemeentelijk tarievenbeleid (een inflatiecorrectie van 1% en kostendekkendheid) en bevat een totaaloverzicht van de geraamde inkomsten uit lokale heffingen, alsmede vergelijkende informatie over de lokale lastendruk in Amstelveen ten opzichte van de regiogemeenten. Argumenten Woonlasten 2014 2015 Het deel van de lokale lasten dat voor de burger het meest herkenbaar is, zijn de zogenaamde woonlasten. Hieronder vallen de onroerendezaakbelasting, het rioolrecht en de afvalstoffenheffing. De tariefvoorstellen zoals hieronder worden toegelicht, leiden samengevat tot het volgende beeld. Onroerendezaakbelasting Tarief 2014 + 1% Rioolheffing Tarief 2014 + 4% (uitvoering GRP) Afvalstoffenheffing meerpers. Tarief 2014 + 1% Afvalstoffenheffing eenpers. Tarief 2013 + 1% De stijging van het rioolrecht is overeenkomstig de verwachting en is een direct gevolg van de uitvoering van investeringen in de verbetering en instandhouding van de gemeentelijke riolering conform het geldende Gemeentelijk Rioleringsplan. De aanpassing van de OZBtarieven en de afvalstoffenheffing blijft beperkt tot 1% inflatiecorrectie. Al met al blijft de woonlastenontwikkeling geheel in lijn met het uitgangspunt om de lokale lasten zich zo gematigd als mogelijk te laten ontwikkelen. Voor een meerpersoonshuishouden in een koopwoning met een gemiddelde woningwaarde stijgen de woonlasten met 1,8%, c.q. 12,50 euro (waarvan 7,50 euro rioolheffing). Onroerendezaakbelasting (OZB) Het algemene uitgangspunt voor de OZB, zoals verwoord in de politieke agenda 2014-2018, is een jaarlijkse indexering afgestemd op de inflatie. Inclusief deze indexering is in de begroting 2015 een OZB-opbrengst geraamd van 18,8 miljoen. Echter, niet alleen de inflatiecorrectie is van belang voor de vaststelling van de OZBtarieven, ook de jaarlijkse WOZ-hertaxatie is hierop van invloed. De inflatiecorrectie betekent een (bescheiden) verhoging van het aanslagbedrag voor de burger en een meeropbrengst voor de gemeente. De WOZ-hertaxatie daarentegen is een budgettair neutrale exercitie: Een waardedaling of stijging in de hertaxatie leidt tot een navenante aanpassing van het tarief, zodat het (gemiddelde) aanslagbedrag voor de burger en de totale OZBopbrengst die de gemeente ontvangt hierdoor niet veranderen. Daarbij is ten slotte nog van belang dat opwaartse aanpassingen van het tarief moeten zijn vastgesteld vóór 1 januari 2015. Na 1 januari 2015 mag het tarief nog wel naar beneden worden aangepast.
Pagina 3 van 7 Omdat het hertaxatieproces nog in volle gang is wordt, net als voorgaande jaren, het OZBtarief in 2 fasen vastgesteld. Voor dit raadsvoorstel heeft een eerste grove schatting plaatsgevonden van de waardeontwikkeling van woningen en gebouwen. Op basis hiervan wordt dit moment in de tarieven voorzichtigheidshalve vooralsnog uitgegaan van een waardedaling woningen van 5% en een waardedaling niet-woningen van 7%. Deze waardedaling leidt samen met een indexering van 1% tot de tarieven zoals opgenomen in dit voorstel. Dit zijn ook de tarieven die corresponderen met de te realiseren OZB-opbrengst zoals geraamd in de begroting. De definitieve bepaling van de OZB-tarieven vraagt een nauwkeuriger onderbouwing, waarvoor meer zicht dient te bestaan op de uitkomsten van de lopende hertaxatie. Daarvoor ontvangt u in een later stadium een apart voorstel. Mocht uit de nader gegevens blijken dat de waardedaling minder bedraagt dan de nu gehanteerde prognose, dan worden de definitieve tarieven dienovereenkomstig neerwaarts aangepast. Benadrukt wordt dat het vaststellen van het OZB-tarief in twee fasen slechts bedoeld is om zowel voor als na de hertaxatie, zo exact mogelijk de geraamde opbrengst van 18,8 miljoen te benaderen. De volgende tarieven zijn verwerkt in de OZB-verordening 2015: Omschrijving OZB-tarief 2014 OZB-tarief 2015 Woningen - eigenaren 0,09279% 0,09865% Niet-Woningen - eigenarenbelasting 0,21680% 0,23545% - gebruikersbelasting 0,17456% 0,18958% Onderstaande rekenvoorbeelden illustreren dat de nieuwe tarieven bij een waardedaling van 5% voor woningen en 7% voor niet-woningen (zoals bedrijven en winkels) resulteren in een aanslagbedrag dat 1% stijgt (inflatiecorrectie). (q1) (q2) (p1) (p2) (p1xq1) (p2xq2) Omschrijving WOZ-w aarde prognose WOZ-w aarde tarief tarief aanslag aanslag mutatie = "oud" hertaxatie "nieuw " "oud" "nieuw " "oud" "nieuw " 1% index eigenaar w oning 300.000-5,0% 285.000 0,09279% 0,09865% 278,37 281,15 2,78 eigenaar niet-w oning 1.000.000-7,0% 930.000 0,21680% 0,23545% 2.168,00 2.189,68 21,68 gebruiker niet-w oning 1.000.000-7,0% 930.000 0,17456% 0,18958% 1.745,60 1.763,06 17,46 "oud" is waarde, tarief, aanslagbedrag 2014 "nieuw" is voorlopig(e) waarde, tarief en aanslagbedrag 2015 Riolering Voor wat betreft het rioolrecht 2015 stellen wij u voor het tarief met 7,50 euro (4%) te verhogen van 187,50 euro naar 195,00 euro. Daarmee is sprake van een kostendekkend tarief. Bepalend voor de stijging is de toename van de kapitaallasten door de uitvoering van rioolinvesteringen. Dit betreft instandhouding en verbetering conform het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2010-2014. De ramingen zijn gebaseerd op het verwachte uitvoeringsritme volgens het Uitvoeringsprogramma buitenruimte (infra).
Pagina 4 van 7 De ontwikkeling van het rioolrecht 2016 en verder komt aan de orde in het kader van het nieuwe Gemeentelijk Rioleringsplan 2015-2020, dat thans in voorbereiding is. Het nieuwe GRP biedt de mogelijkheid om een geactualiseerd meerjarig beleidskader vast te stellen. Dit omvat een inhoudelijke onderbouwing van de toekomstige investeringsbehoefte en een uitwerking van het kostendekkingsmodel. Dit laatste raakt de gehanteerde grondslagen en de uit het plan voortvloeiende tariefontwikkeling. Wij gaan ervan uit, dat het GRP 2015-2020 eind 2014/begin 2015 door uw raad kan worden behandeld. Afvalstoffen Overeenkomstig het algemene uitgangspunt zijn de tarieven voor de afvalstoffenheffing geïndexeerd met 1 procent. De tarieven meerpersoonshuishoudens stijgen met 2,50 euro naar 248,50 euro. De tarieven éénpersoonshuishoudens stijgen met 2,00 euro naar 204,50 euro. Daarmee is sprake van een kostendekkende exploitatie met inachtneming van de volgende kanttekeningen: In de Tweede Tijdvakrapportage is sprake van hogere kosten voor kwijtschelding 0,1 miljoen euro nadelig), alsmede een verbetering van de rest van de exploitatie (0,3 miljoen voordelig); Daar staat tegenover dat het Rijk per 2015 een nieuwe afvalstoffenbelasting heeft aangekondigd die tot een kostenverhoging leidt voor de gemeente. De nieuwe belasting is nog onderwerp van discussie tussen Rijk en VNG. Voor Amstelveen gaat het om een bedrag van circa 0,25 miljoen euro; Rekening moet worden gehouden met enige opwaartse bijstelling van de personeelskosten door de nieuwe cao voor gemeentepersoneel; De komende jaren komt gaandeweg de vervanging van ondergrondse afvalcontainers aan de orde. Deze zijn in het verleden deels via eenmalige middelen en deels via kapitaallasten gedekt. In het meerjarig investeringsplan zijn bedragen opgenomen voor vervangingsinvesteringen maar hiervoor aparte kredietaanvragen met nadere onderbouwing en uitwerking van de financiële dekking worden voorgelegd. Al met al kan dit jaar met indexering worden volstaan en biedt de egalisatievoorziening voldoende buffer om eventuele meerkosten en schommelingen incidenteel op te vangen. De structurele bijstelling wordt vervolgens meegenomen in het tariefvoorstel 2016. Leges burgerzaken Voorgesteld wordt de tarieven, met enige kleine uitzonderingen, conform het algemene uitgangspunt te indexeren met 1%. De uitzonderingen bestaan uit de tarieven die op nationaal niveau worden vastgesteld. In die gevallen zijn de wettelijke maxima gehanteerd. In het oog springend is de sterke verhoging van de verplicht af te dragen Rijksleges bij het paspoort. Onder de enkele verwijzing naar de verdubbeling van de looptijd is dit legesbedrag verdubbeld. Tegelijkertijd wordt het maximumtarief voor wat de gemeente mag heffen slechts beperkt aangepast. Dit is een treffende illustratie van de onevenwichtigheid in de Rijksbemoeienis met de lokale lastendruk en het gemeentelijk belastinggebied. Omgevingsvergunningsaanvragen voor onderdeel bouwen (bouwleges) De trend van dalende bouwvolumes, die al enige tijd landelijk en ook in Amstelveen waarneembaar is, noopt ons college de kosten aan te passen aan deze gewijzigde realiteit. In afwachting van concrete oplossingsrichtingen tot kostenreductie is het huidige tarief bouwleges voor dit moment ongewijzigd. Zolang nog geen structurele maatregelen zijn doorgevoerd wordt het nadeel op de opbrengst bouwleges tot dusver in samenhang met het incidentele weerstandsvermogen bezien en in de loop van jaar afgewikkeld via de Tijdvakrapportage en het rekeningresultaat.
Pagina 5 van 7 Voor het overige verwijzen wij u naar een afzonderlijke rapportage, die u voor de begrotingsraad zult ontvangen, met een analyse van de vraagstelling fysiek domein en een hierop toegesneden maatregelenpakket. Zorgvlied Door veranderende maatschappelijke opvattingen en ontwikkelingen in de uitvaartbranche kwam de exploitatie van Zorgvlied de laatste jaren onder druk te staan. De achterliggende periode is een nieuw bedrijfsplan Zorgvlied 2015-2024 opgesteld met als belangrijk nieuw element het ontwikkelen en exploiteren van een crematievoorziening. Dit vraagt een investering van 2,67 miljoen, waarvoor u een krediet heeft gevoteerd in de raadsvergadering van 1 oktober jl. In het desbetreffende raadsvoorstel is toegelicht dat de economische haalbaarheid is getoetst met marktonderzoek en scenario-analyse, alsmede dat de kapitaallasten en de overige exploitatielasten van de crematievoorziening binnen een sluitende exploitatie van Zorgvlied worden gedekt. Een kostenraming voor de crematievoorziening en het integrale bedrijfsplan lagen als bijlagen bij het raadsvoorstel met de kredietaanvraag vertrouwelijk ter inzage. Deze vertaling van deze recente besluitvorming in de verordening grafrechten Zorgvlied met bijbehorende tarieventabel is nog niet in het onderhavige voorstel verwerkt. Dit vraagt een aparte vertaling die wij op een later moment ter vaststelling aan u voorleggen. De nu opgenomen tariefvoorstellen Zorgvlied beperken zich tot de indexering van 1%. Overige verordeningen Voorgesteld wordt de overige tarieven overeenkomstig het algemene uitgangspunt te indexeren met 1 procent. Het gaat hierbij om: - de verordening reinigingsrechten 2015 - de Legesverordening 2015 - de verordening grafrechten Zorgvlied 2015; - de verordening toeristenbelasting 2015; - de verordening hondenbelasting 2015 en - de marktgeldverordening 2015. Ten slotte wordt voor de Verordening parkeerbelasting 2014 alleen een eerste wijziging voorgesteld. Dit betreft een geringe wijziging van het tarief van de naheffingsaanslag van 58 naar 59. Kanttekeningen n.v.t. Financiën De totale opbrengst uit de lokale belastingen, leges en heffingen bedraagt afgerond 44,9 miljoen en maakt daarmee bijna een kwart uit van de totale gemeentelijke baten. Voor de samenstelling van dit bedrag wordt kortheidshalve verwezen naar de paragraaf Lokale Heffingen in de Programmabegroting 2015. Communicatie n.v.t. Procedure De Tarievennota 2015 is opgesteld ten behoeve van behandeling in samenhang met de Programmabegroting 2015.
Pagina 6 van 7 Net als voorgaande jaren wordt het OZB-tarief in twee fasen vastgesteld. In dit voorstel is uitgegaan van een daling van de WOZ- waarde met 5% voor woningen en 7% voor niet woningen. Op basis de uitkomsten van de jaarlijkse hertaxatie wordt in een latere raadsvergadering het definitieve OZB-tarief 2015 voorgesteld. Bijlagen - Was/wordt tabel 2014/2015 - Verordening onroerende zaakbelasting 2015 - Verordening afvalstoffenheffing 2015 - Verordening rioolheffing 2015 - Verordening hondenbelasting 2015 - Legesverordening 2015 - Verordening grafrechten Zorgvlied 2015 - Verordening toeristenbelasting 2015 - Verordening reinigingsrechten 2015 - Marktgeldverordening 2015 - Verordening Parkeerbelastingen 2014, eerste wijziging De secretaris, De voorzitter, mr. R.J.T. Schurink mevrouw drs. M.M. van 't Veld BEHANDELING RAADSCOMMISSIE Wijziging/aanvullingen na behandeling raadscommissie Het voorstel aan de raad is Aanvaarde amendementen / moties Ongewijzigd aanvaard Gewijzigd aanvaard Verworpen
Pagina 7 van 7 RAADSBESLUIT Besluit I. In te stemmen met de volgende tariefvoorstellen met ingang van 1 januari 2015: 1. Onroerendezaakbelasting: - eigenaar woningen: 0,09865% van de getaxeerde waarde; - eigenaar niet-woningen: 0,23545% van de getaxeerde waarde; - gebruiker niet-woningen: 0,18958% van de getaxeerde waarde. 2. Riolering: vaststellen tarief op 195,00 euro per aansluiting en op 4,95 euro per 10m³ boven de 500m³. 3. Afvalstoffen huishoudens: - vaststellen tarief meerpersoonshuishouden op 248,50 euro; - vaststellen tarief éénpersoonshuishouden op 204,50 euro. 4. De in de Legesverordening 2015 verwerkte tarieven. II. Vaststelling van de volgende verordeningen met als ingangsdatum 1 januari 2015: 1. Verordening onroerende zaakbelasting 2015 2. Verordening afvalstoffenheffing 2015 3. Verordening rioolheffing 2015 4. Verordening hondenbelasting 2015 5. Verordening reinigingsrechten 2015 6. Legesverordening 2015 7. Verordening grafrechten Zorgvlied 2015 8. Marktgeldverordening 2015 9. Verordening toeristenbelasting 2015 10. Verordening Parkeerbelastingen 2014, eerste wijziging Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 november 2014. De griffier, De voorzitter, mevrouw drs. P. Georgopoulou mevrouw drs. M.M. van 't Veld