GEMEENTE OLDEBROEK Voorstel van het college aan de raad Raadsvergadering d.d. 18 december 2014 Agendapunt 06-14 Onderwerp: Voorstel tot vaststelling van de Legesverordening 2015 en de Verordening marktgeld 2015. Portefeuillehouder: mw. A.A.C. Groot Kenmerk: 191014 / 191420 Samenvatting Te nemen besluit Vaststellen van de Legesverordening 2015 en de Verordening marktgeld 2015. Aanleiding / rol en positie van de raad In de concept verordeningen en de bij de legesverordening behorende tarieventabel zijn tekstuele en tariefwijzigingen aangebracht. Deze zijn geel gemerkt. Daarnaast ligt er in het kader van de kerntakendiscussie en Oldebroek voor Mekaar, voor behandeling in uw vergadering van 18 december 2014, een voorstel om de weekmarkten zelfstandig te laten draaien zonder tussenkomst van de gemeente. De heffing van marktgeld voor de weekmarkten is uit de concept Verordening marktgeld 2015 gehaald, ervan uitgaande dat uw raad beslist de weekmarkten te verzelfstandigen. Over de verzelfstandiging van de jaarmarkt is op het moment van opstellen van deze rapportage nog geen volledige duidelijkheid. Daarover zijn nog besprekingen gaande. Het marktgeld voor de jaarmarkt dient daardoor nog opgenomen te blijven in de verordening marktgeld. Uw raad is bevoegd tot het wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting door het vaststellen van een belastingverordening. Hoofdlijn van het voorstel Het voorstel is de Legesverordening 2015 met tarieventabel vast te stellen. De legestarieven zijn berekend naar het voor het jaar 2015 berekende uurloon en een indexverhoging voor materiaalkosten e.d. Daarnaast is het voorstel de Verordening marktgeld 2015 vast te stellen, waar de bepalingen over het marktgeld voor de weekmarkten uit zijn gehaald. Uw raad heeft in september 2012 besloten tot het kostendekkend maken van de markten, inclusief de jaarmarkt. Het voorstel is echter het tarief voor de jaarmarkt met de prijsindex van 1,5% te verhogen. Financiële gevolgen in het kort Uitgangspunt met betrekking tot de legestarieven is 100% kostendekking. Enkele tarieven zijn bewust niet kostendekkend gemaakt. In overzichten met de berekening van de legestarieven, die voor uw raad ter inzage liggen bij de Griffie, is de reden hiervan toegelicht.
- 2 - Toelichting 1. Inleiding De legestarieven zijn opnieuw berekend, rekening houdend met het voor 2015 berekende uurloon en een indexverhoging van 1,5% voor materiaalkosten e.d. Daarnaast staat op de agenda van uw vergadering van 18 december 2014, in het kader van de kerntakendiscussie en Oldebroek voor Mekaar, een voorstel om de weekmarkten zelfstandig te laten draaien zonder tussenkomst van de gemeente. Daardoor zal de gemeente nog weinig kosten voor deze markten hebben. De kosten die nog blijven bestaan, zoals bijvoorbeeld voor afname van elektriciteit, zullen via een privaatrechtelijke overeenkomst in rekening worden gebracht. De concept Verordening marktgeld 2015 is daarop aangepast. 2. Wettelijk kader De gemeente mag gemeentelijke belastingen heffen op grond van het bepaalde in de Gemeentewet. De raad is bevoegd tot het invoeren, wijzigen of afschaffen van een gemeentelijke belasting door het vaststellen van een belastingverordening. 3. Toelichting / uitwerking situatie Voor de berekening van de legestarieven is uitgegaan van het voor de organisatie berekende uurloon voor 2015. Met ingang van 2015 geldt voor de interne organisatie één uurloon van 63,00. De kosten voor materialen e.d. zijn met 1,5% verhoogd. In de legesverordening zijn de volgende wijzigingen aangebracht. In de aanhef is de verwijzing naar de wetsartikelen aangepast aan de modelverordening van de VNG. Artikel 6, lid 4 is verwijderd, omdat dat ook niet meer in de modelverordening van de VNG staat. In de tarieventabel is onderdeel 1.4.5 ingevoerd. In verband daarmee is in de verordening artikel 10, lid b4 ingevoerd en zijn de opvolgende onderdelen van artikel 10 vernummerd. In de tarieventabel zijn de volgende wijzigingen aangebracht. Onderdeel 1.4.5 is ingevoerd. Dit onderdeel is in 2012 vanwege het lage tarief van 2,27 uit de tarieventabel verwijderd. Het voorstel is om het nu weer op te nemen, omdat volgens de Regeling basisregistratie personen een maximumtarief van 7,50 mag worden geheven. Het bestaande onderdeel 1.4.5 is vernummerd in 1.4.6. Hoofdstuk 7 is verwijderd. Dit hoofdstuk gaat over het verstrekken van een exemplaar van de begroting of rekening en het afsluiten van een abonnement op de agenda en de notulen van de raadsvergaderingen en de agenda van de commissievergaderingen. Hier wordt geen gebruik meer van gemaakt, omdat deze zaken digitaal beschikbaar zijn. Als iemand toch informatie van de gemeente wil hebben, worden kopieerkosten in rekening gebracht. Onderdeel 1.8.1.1 gaat over inzage in de kadastrale kaart, onderdeel 1.8.1.2 over het verstrekken van een uittreksel uit de kadastrale registratie en onderdeel 1.8.2 over het toezenden van kadastrale informatie per fax, e-mail of post. Inzage in de kadastrale kaart is een onderdeel van de informatieverstrekking voor bouw- en bestemmingsplannen en wordt via die onderdelen in rekening gebracht. Bij een verzoek om inzage in de kadastrale kaart wordt doorverwezen naar het kadaster. Daarom zijn de onderdelen 1.8.1.1, 1.8.1.2 en 1.8.2 verwijderd. Daardoor zijn de onderdelen 1.8.3, 1.8.3.1, 1.8.3.2 en 1.8.3.3 vernummerd in respectievelijk 1.8.1, 1.8.1.1, 1.8.1.2 en 1.8.1.3. In hoofdstuk 10 zijn de onderdelen die betrekking hebben op het Streekarchivariaat uit de tarieventabel verwijderd. Het Streekarchivariaat zorgt namelijk zelf voor publicatie van de ta-
- 3 - rieven en int ook zelf de ontvangsten. Ook de financiële verantwoording ligt bij het Streekarchivariaat. In onderdeel 1.10.1.1 is opgenomen dat het tarief voor het doen van onderzoek in de in het gemeentearchief bewaarde stukken inclusief 10 kopieën of scans is. In hoofdstuk 11 wordt momenteel verwezen naar de Huisvestingswet. Dit is in de concept tarieventabel voor 2015 gewijzigd in een verwijzing naar de huisvestingsverordening. Op 1 januari 2015 treedt namelijk de nieuwe Huisvestingswet 2014 in werking, waardoor niet meer kan worden verwezen naar de oude Huisvestingswet. De huisvestingsverordening moet uiterlijk 1 juli 2015 zijn aangepast aan de nieuwe Huisvestingswet 2014, maar zolang de gemeente dat nog niet heeft gedaan, verleent zij tot 1 juli 2015 de vergunningen op basis van de oude verordening. Door overgangsrecht worden de vergunningen bij wetsfictie gelijk gesteld met een vergunning op grond van de nieuwe wet. Verlenging van een vergunning tot tijdelijke verhuur van woonruimte, zoals bedoeld in artikel 15, vijfde lid, van de Leegstandwet is op grond van die wet niet meer mogelijk. Daarom is artikel 1.12.2 vervallen. Het voorstel is om, overeenkomstig de modelverordening van de VNG, onderdeel 1.12.2 op te nemen. Als aanvragen tot het verlenen of verlengen van een vergunning tot tijdelijke verhuur van (leegstaande) woonruimte gelijktijdig worden ingediend, en de woonruimten in hetzelfde gebouw zijn, wordt dan slechts één keer leges geheven. Dit zal niet snel voorkomen, maar als het wel gebeurt hoeft er maar één keer getoetst te worden, zodat het redelijk is om één keer te heffen. Ook is het voorstel om onderdeel 1.13.5 uit de modelverordening van de VNG op te nemen. Als er meerdere aanvragen voor een standplaatsvergunning binnenkomen, wordt er geloot. Als men niet wordt uitgeloot voor een vergunning, wordt volgens dit onderdeel 75% van de leges terugbetaald. De onderdelen 1.17.1 en 1.17.2, over het in exploitatie nemen van een kindercentrum, gastouderbureau of peuterspeelzaal, zijn gecombineerd tot één onderdeel 1.17.1, omdat het in beide gevallen om dezelfde soort werkzaamheden gaat. Artikel 1.17.3 is daardoor vernummerd in 1.17.2. In onderdeel 1.21.3 is een tarief van 1,00 voor het verstrekken van een scan opgenomen. Dit was geregeld in het vervallen hoofdstuk 10, met een tarief van 1,63. De onderdelen 1.21.3 tot en met 1.21.6 zijn daardoor vernummerd in 1.21.4 tot en met 1.21.7. De tekst van (het vernummerde) onderdeel 1.21.4 is aangepast. Uit kostenoogpunt is voorheen (het vernummerde) onderdeel 1.21.7 ingevoerd. Momenteel worden maximaal 30 kopieën niet in rekening gebracht als die door de frontoffice van de gemeente worden verstrekt. De tekst is zo aangepast dat maximaal 10 kopieën niet in rekening worden gebracht, door wie dan ook verstrekt in het gemeentehuis. (Dit komt ook overeen met onderdeel 1.10.1.1). De tekst van onderdeel 2.1.1.1 is aangepast aan die in de modelverordening van de VNG. In onderdeel 2.1.1.4 is een begripsomschrijving opgenomen van de zogenaamde snelle omgevingsvergunning, die vanaf 15 oktober 2014 bij de gemeente Oldebroek mogelijk is. In onderdeel 2.3 is toegevoegd dat het gaat om een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project. Verder is in de tekst hoofdstuk 8 vervangen door hoofdstuk 9.
- 4 - Als een aanvraag wordt ingediend na aanvang of gereedkomen van de bouwactiviteit worden de leges verhoogd, omdat dan extra werk door de gemeente moet worden gedaan. Dit is geregeld in onderdeel 2.3.2.4. De verhoging wordt alleen berekend over de leges die volgens onderdeel 2.3.2.1 zijn berekend en niet over de basiskosten volgens onderdeel 2.3. Hierop is onderdeel 2.3.2.4 aangepast. Onderdeel 2.3.3.1 is nieuw toegevoegd. Als de aanlegactiviteit zich beperkt tot uitsluitend het kappen of rooien van houtopstanden is namelijk minder tijd nodig voor het beoordelen van de aanlegvergunning en kan een lager tarief gelden. De tekst van de onderdelen 2.3.3.2 en 2.3.3.3 is daar ook op aangepast. In onderdeel 2.3 is vermeld dat voor het in behandeling nemen van een aanvraag tot het verlenen van een omgevingsvergunning voor een project 227 is verschuldigd. Dit bedrag wordt vermeerderd met de leges volgens het bepaalde in de hoofdstukken 3 tot en met 9. In de onderdelen 2.3.16.1 en 2.3.18.1 was per abuis niet opgenomen dat het basistarief van 227 ook bij deze onderdelen van toepassing is. Dat is nu gecorrigeerd. In de onderdelen 2.3.16.1 en 2.3.16.2 is in de huidige tarieventabel een tarief opgenomen voor de beoordeling van een milieukundig bodemrapport en een archeologisch bodemrapport. De tekst van onderdeel 2.3.16.1 is zodanig aangepast dat het een algemeen artikel is voor alle rapporten die voor de beoordeling van de betreffende aanvragen relevant zijn. Onderdeel 2.3.16.2 is vervallen. Onderdeel 2.3.19 is nieuw. In dit onderdeel is een tarief opgenomen voor het geval een procedure voor het toekennen van een hogere waarde voor de toegestane geluidbelasting aan de gevel moet worden gevolgd. De kosten voor deze procedure zijn wel meegenomen in het tarief van de leges voor een bestemmingsplan. De procedure kan echter ook voorkomen bij een aanvraag voor een omgevingsvergunning. Dat was tot nu toe niet geregeld in de tarieventabel. In onderdeel 2.4.2 is een vermindering opgenomen in verband met de snelle omgevingsvergunning voor bouwen en verbouwen. Bij de aanvraag van zo n vergunning wordt de toetsing op de regels volgens het bestemmingsplan en het Bouwbesluit uitgevoerd door een de architect. De gemeente hoeft die toetsing dan niet te doen. Dit voordeel in de tijdsbesteding aan de vergunning wordt (en moet worden) doorgegeven aan de aanvrager in de vorm van een vermindering van leges. Door onderdeel 2.4.3 op te nemen is een hogere vermindering dan in onderdeel 2.4.2 voor de aanvrager van de snelle omgevingsvergunning mogelijk, doordat het toezicht op de uitvoering voor rekening van de aanvrager gebeurt, door - en onder verantwoordelijkheid van een door de gemeente erkende private toezichthouder. Deze mogelijkheid is nu nog niet aanwezig maar wordt wel in de loop van 2015 verwacht. 4. Overwegingen Uitgangspunt met betrekking tot de legestarieven is 100% kostendekking, zoals ook staat beschreven in de paragraaf lokale heffingen van de Programmabegroting 2015-2018. In overzichten met de berekening van de legestarieven, die voor uw raad ter inzage liggen bij de Griffie, is aangegeven welke legestarieven niet kostendekkend zijn en wat daarvan de reden is. De heffing van marktgeld voor de weekmarkten is uit de concept Verordening marktgeld 2015 gehaald, ervan uitgaande dat uw raad beslist de weekmarkten te verzelfstandigen. Over de verzelfstandiging van de jaarmarkt is op het moment van opstellen van deze rapportage nog geen volledige duidelijkheid. Daarover zijn nog besprekingen gaande. Het marktgeld voor de jaarmarkt dient daarom nog opgenomen te blijven in de verordening marktgeld. Eventueel kan de verordening in de loop van 2015 nog ingetrokken worden als er overeenstemming is over verzelfstandiging van de jaarmarkt.
- 5 - Uw raad heeft in september 2012 besloten tot het kostendekkend maken van de markten, inclusief de jaarmarkt. Bij volledige kostendekking zou het tarief voor de jaarmarkt 12,82 per strekkende meter moeten zijn. Gezien het culturele karakter van de jaarmarkt en een stuk promotie voor de gemeente Oldebroek door de jaarmarkt, is het tarief de laatste jaren alleen met een prijsindex verhoogd. Mede gezien de mogelijke verzelfstandiging van de jaarmarkt is het voorstel dat nu weer te doen, waardoor het tarief wordt verhoogd van 10,20 tot 10,35. Het kostendekkingspercentage komt daarmee op 81%. In de Verordening precariobelasting voor standplaatsen staat (in artikel 1) dat geen precariobelasting wordt geheven voor standplaatsen op de week- of de jaarmarkt. Het voorstel is deze bepaling ongewijzigd te laten. 5. Communicatie Na vaststelling worden de raadsbesluiten conform wettelijk voorschrift gepubliceerd. Oldebroek, 18 november 2014. Burgemeester en wethouders van Oldebroek,, secretaris drs. B. Brand MCM,, burgemeester mr. A. Hoogendoorn.