Raad op zaterdag 24 september 2016 Astrid Jansen, projectleider jeugd VNG Afke Donker, Nederlands Jeugdinstituut Gespecialiseerde jeugdhulp en meten van effecten Hoe weet u of uw beleid effect heeft?
Programma Voorstellen Welke vraag wilt u zeker beantwoord zien? Hoe staat het met de decentralisatie? Hoe effectief is uw jeugdbeleid? Is dat te meten? Outcome Pilots Outcome Resultaat gericht inkopen (Tilburg / Alphen)
Wat was ook alweer de bedoeling van de jeugdwet? Meer ruimte voor de burger, ouders hebben regie (minder ingewikkeld maken van de zorg voor jeugd) En dat ze samen met hun eigen omgeving en professionele hulpverleners naar oplossingen zoeken; Professional hebben daarbij handelingsvrijheid Minder snel medicijnen voorschrijven en de zorgvraag terugbrengen; Eerder (jeugd)hulp bieden op maat voor kwetsbare kinderen (veiligheid); Samenhangende hulp voor gezinnen: 1 gezin, 1 plan, 1 regisseur;
En hoe gaat het (landelijk)? Algemeen beeld: het gaat goed met de decentralisatie van de jeugdwet, wel aandachtspunten:
Administratie
Samenwerking met huisarts
Transformatie: hoe verloopt die?
Algemeen beeld Ouders weten nog niet altijd waar ze terecht kunnen, zeker niet in complexe situaties, vermindering van de ingewikkeldheid loopt nog niet overal omdat overgang ook zorgvuldig moet verlopen straks cliëntervaringen De aansluiting tussen jeugdhulpaanbieders onderling en met wijkteams kan beter
Ruimte voor jeugdhulp: stand van zaken Ruimte voor jeugdhulp = gezamenlijke visie op regionaal zorglandschap Gaat vaak om regionaal vraagstuk maar wordt niet op dat niveau bestudeerd, maar lokaal Kern: 30% reductie op bovenregionale zorgvormen tot 2018 is mogelijk, indien regio s voldoende investeren in kennis aan de voorkant en in de specialistische ondersteuning in hun regio Samenwerking tussen regio s en aanbieders is nodig, omdat de opgave slechts in gezamenlijkheid kan worden opgelost Ondersteuning vanuit VNG: gesprekken tussen bestuurders van aanbieders en wethouders uit regio s die een gezamenlijke opgave hebben volgen van de ontwikkelingen in het land Robuustheid van de regionale samenwerking is aandachtspunt (verevening wordt lastiger bij negatieve effect van verdeelmodel)
Bovenregionale ontwikkelopgave Bovenregionale instellingen hebben een bepaalde schaal nodig om te kunnen functioneren Aansluiting wijkteams en gespecialiseerde jeugdhulp is aandachtspunt (crisisopvang) Vraag is regionaal/lokaal georganiseerd, terwijl aanbod bovenregionaal of landelijk bestaat Vaak is aanbod nog sectoraal georganiseerd, verkaveling van de zorg vindt nog minder plaats.
En hoe gaat het in uw gemeente/regio? En hoe weet of meet je dat? 11
Evaluatie gemeentelijk beleid
Taal: output en outcome output Er zijn in de 2015 1200 hulptrajecten ingezet outcome Het gemiddelde rapportcijfer dat jongeren geven aan de door hen ontvangen hulp is 7,5 of hoger Verschil: outcome kan iets zeggen over effect 13
Maatschappelijke doelen Bijvoorbeeld de monitor sociaal domein via: www.waarstaatjegemeente.nl of CBS Statline 14
Outcome-indicatoren Afstemming tussen branches Uitval: eenzijdig door cliënt Cliënttevredenheid (rapportcijfer) Doelrealisatie: 1. zonder hulp verder kunnen (1 vraag) 2. Geen nieuwe start (CBS) 3. Afname problematiek / toename zelfredzaamheid / toename participatie (ROM) 4. Doelen gerealiseerd (GAS) 15
Afstemming tussen branches en VNG september 2016 Opdracht aan CBS en NJi om met een uitwerking te voor de verzameling van outcome-gegevens komen via de beleidsinformatie jeugd Voordeel weinig administratieve lasten en landelijke vergelijkbaarheid 16
Cliëntervaringsonderzoek Jeugd Modelvragenlijst Cliëntervaring jongeren en ouders Pilotgemeenten Andere ervaringen 17
Visie op meten & verbeteren Cijfers spreken niet voor zich, er moet over gesproken worden. Uit Vertrouwen en rekenschap (van den Berg & van Yperen, 2013) 18
Vergelijking van outcome Wijkteam A B C Uitval 35% 10% 5% Rapportcijfer (gem) 7,5 7,3 8,5 Zelfredzaamheid verbeterd 25% 35% 65% 1
10 tips voor gemeenten: 1. Formuleer een gemeenschappelijk doel. Het eens worden over doelen van jeugdbeleid en jeugdhulp is een belangrijke stap naar een goede inzet van outcome-monitoring. 2. Spreek af dat hulpaanbieders hun outcome gaan meten. Veel doen dat al, maar nog niet allemaal. Spreek ook af wanneer, hoe vaak en bij wie er metingen moeten plaatsvinden. 3. Gebruik cijfers nu al in het gesprek over kwaliteit. In dat gesprek krijgen de cijfers de context die voor de aanbieder van toepassing is. 4. Beperk de metingen. Ga uit van metingen die nuttig zijn in het primaire proces en die expliciete kwaliteitsvragen beantwoorden in dat proces, voor de aanbieder en de gemeente. 5. Voer outcome-sturing gefaseerd in. Bepaal het tempo samen met de aanbieders en leg dit vast in een set afspraken. 6. Harmoniseer waar mogelijk, wees specifiek waar nodig. De hulpvragen zijn te heterogeen om van aanbieders te vragen dat zij allemaal met één en hetzelfde meetinstrument werken. 7. Ontwikkel eigenaarschap. Richt het thema outcome-sturing zo in dat er eigenaarschap ontstaat bij gemeenten, branches, beroepsverenigingen, management en bij de uitvoering. 8. Houd rekening met hulptrajecten. Bij complexe hulpvragen levert een groep aanbieders hulppakketten of trajecten. Maak dan afspraken over wie op welk moment evalueert. 9. Benut het leren werken met outcome-indicatoren als relatietool. Gesprekken over outcome zijn zeer waardevol voor verdere kennismaking en opbouw van vertrouwen. 10. Benut het werken met outcome-indicatoren als verbetertool. Dat helpt bij het gouvernancevraagstuk hoe je met maatschappelijke partners het jeugdbeleid steeds effectiever maakt. 20
Casebeschrijving: Tilburg Resultaatgestuurde inkoop Bij toegang bepalen: Soort probleem en zwaarte Realistisch resultaat Budget Bij afsluiting traject: resultaat behaald? 21
Stelling 1 Ik vertrouw op de professionaliteit van de jeugdzorgmedewerkers. Als zij kunnen aantonen dat ze hun professionaliteit op peil houden, hoef ik verder niets te weten. 22
Stelling 2 Als wij binnen de gemeenten geen klachten krijgen over jeugdhulp doen we het goed. 23
Stelling 3 Ons jeugdbeleid moet leiden tot bepaalde maatschappelijke uitkomsten zoals laag schoolverzuim en minder overgewicht. Dat is de enige beleidsinformatie die we nodig hebben. 24
Meer informatie Websites: www.waarstaatjegemeente.nl www.nji.nl/nl/kennis/dossier/monitoring vng.nl/onderwerpenindex/jeugd/jeugdhulp/publicaties/harmonisatieoutcome-jeugd Publicaties: Yperen, van T., Wilde, de E.J., Keuzenkamp, S. (2014). Outcome in zicht, werken met prestatie-indicatoren in de jeugdhulp. Nederlands Jeugdinstituut: Utrecht. Yperen, T., E.J. de Wilde, M. Wilschut, S. Keuzenkamp, M. de Jager (2015). Outcome-sturing in de jeugdhulp. 10 tips voor gemeenten en aanbieders. Nederlands Jeugdinstituut: Utrecht. 25
Vragen? Vereniging van Nederlandse Gemeenten