Bijlage III: Competentie formulier stage onderbouw 1 (Vak)didactisch vermogen en operationaliserend vermogen Kun je vakinhoudelijke doelstellingen formuleren uitvoeren in de les 1= onvoldoende, nog niet competent 2= in ontwikkeling maar nog niet voldoende 3= voldoende en start bekwaam 4= goed en competent 5= zeer goed, excellent inzetten bij beoordelingen Ik wil meer nadruk leggen op de beoordelingspunten, ik wil dit in de toekomst meer herhalen zodat er geen vragen meer zijn of onduidelijkheden voor de leerlingen. Uitleg beoordelingspunten komen niet altijd even duidelijk naar voren. Kun je lessen structureren plannen in tijd organiseren In het begin maakte ik hier nog fouten in. Ik ben hier in gegroeid. Soms moet ik meer letten op de tijd wanneer de les eindigt. Lessen hebben een duidelijke structuur: ontvangst, instructie, werken, opruimen en afsluiten. Instructies zijn soms niet altijd even gestructureerd.
Kun je in lessen op een adequate manier een relatie leggen tussen maken en beschouwen? Ik heb bij andere lessen gekeken en geluisterd hoe dit ging. Er was bij kunststroom een duidelijk proces te zien, ik kon dit terug koppelen naar mijn eigen opleiding. Ik heb het deels ingezet tijdens mijn beoordeling. Dit punt is niet goed aan bod gekomen deze stage periode. Maak je bewust gebruik van verschillende werkvormen en zet je deze adequaat in? Dit punt is niet goed aan bod gekomen deze stage periode.
Kun je op adequate wijze materialen, gereedschappen en technieken inzetten? Toelichting student aan de hand van voorbeelden uit de stage: Bij mijn Handvaardigheid lessen ging dit moeizaam en moest ik nog veel zoeken. Bij mijn Teken lessen ging dit veel beter. Kennis van materialen, gereedschappen en technieken schieten vaak te kort. Leerlingen krijgen niet altijd goede technische adviezen. Zet je op adequate wijze apparatuur in en weet je bij problemen met apparatuur voor een alternatief te zorgen? Toelichting student aan de hand van voorbeelden uit de stage: Ik heb al tijdens mijn eerste les moeten improviseren: de mediatheek was gesloten door een tentamenweek en ik heb daarom besloten om tijdschriften te gebruiken. Verder heb ik voor presentaties en lesbrieven gezorgd. Powerpoint, beamer en handouts worden voldoende gebruikt. Plaatjes mogen meer betrokken worden bij de instructie.
Houd je rekening met het niveau van de leerlingen m.b.t.: schooltype leeftijd vakinhoud taalgebruik Door het gebruik van de PTA, was ik meer op de hoogte van de niveaus van de leerlingen. Ik merkte wel op, omdat het wat langer geleden is voor mij en ik van een Vrije school kom, dit wel even zoeken was voor mij. Douwe kan zich goed aanpassen aan het niveau van de leerling. 2 Pedagogisch vermogen Reageer je adequaat op gedrag van leerlingen? Ik richt mij veel op storend gedrag tijdens mijn instructies. Ik merk dat ik mijn eigen grenzen nog niet helder heb tijdens de les. Bijvoorbeeld het gebruik van mobieltjes of ander storend gedrag. Ik ben soms te makkelijk naar de leerlingen toe. Er wordt wisselend adequaat gereageerd op ongewenst gedrag van leerlingen. Bij instructie kan Douwe precies aangeven waar zijn grenzen zijn,
Signaleer je probleemgedrag van individuele leerlingen? Toelichting student op zijn ontwikkeling aan da hand van voorbeelden uit de stage: Ik richt mij veel op datgene waar ik instructie over geef. Ik ben dan minder aandachtig op de omgeving. Bij sommige instructies worden leerlingen niet bij de les gehouden. Bij het formeren van een kring staan sommige leerlingen uit het zicht. Ook keert Douwe soms zijn rug naar een groep leerlingen. Weet je goed contact te maken met je leerlingen en creëer je een prettige werksfeer? Ik voel mij soms nog wat onzeker, terwijl dit niet altijd nodig blijkt in het contact naar de leerlingen. Ik voel dat ik hier meer stappen in mag nemen. Als het contact er eenmaal is met de leerling dan geniet ik hier ook van. Douwe straalt rust en autoriteit uit. Er is altijd wel een prettige werksfeer.
3 Vermogen tot inzetten van vakinhoudelijke kennis en vaardigheden Inzetten van creërend vermogen Ben je in staat om wat je geleerd hebt op het gebied van beeldend onderzoek, vormgeving en materiaal en technieken in te zetten voor het onderwijs? Bij handvaardigheid is dit nog onvoldoende aanwezig. Mijn kennis op het gebied van tekenen en schilderen zijn daarentegen wel meer aanwezig. Dit heb ik ook ingezet bij dit vak. Leerlingen kunnen soms betere adviezen krijgen op beeldend gebied. Ook zijn er hiaten bij zijn kennis en skills op technisch en materiaal gebied. Kun je begrippen, terminologie en beschouwingswijzen toepassen op beeldend werk van leerlingen? Ik heb bij mijn beoordelingseisen van een opdracht aangepast aan de eisen van de school. Hier heb ik de klas ook op beoordeelt op het einde van de opdracht. Ik heb ook een poging gewaagd met een theorie les, waarin beeldende begrippen behandeld werden. Dit was voor een tekenles. Niet in voldoende mate aan bod gekomen.
Ben je op de hoogte van de kerndoelen voor de kunstvakken en welke rol deze spelen in het onderwijs dat je hebt gegeven? Door vergaderingen ben ik hier meer bewust van geworden. Maar ik zou een koppeling kunnen maken naar de praktijk. Te weinig aan bod gekomen. 4 Communicatief vermogen en vermogen tot samenwerking Kun je jezelf mondeling en schriftelijk helder uitdrukken? Ik gebruik mijn stem soms te hard, ik kan meer variëren in volume om bijvoorbeeld drukke klassen rustig te krijgen. Douwe spreekt duidelijk en heeft voldoende volume in zijn stem.
Kun je samen met anderen lesmateriaal ontwikkelen en verschillende organiseren? onderwijsactiviteiten Ik vond het soms nog moeilijk om samen met mijn stageduo genootje buitenschoolse activiteiten te organiseren. Dit had te maken met mijn organisatie. Ik wou mij meer concentreren op het les geven dan op andere activiteiten. Dit is deels een bewuste keuze geweest. Douwe heeft soms een wat afwachtende houding. Hij zou best meer initiatieven kunnen nemen. Maak je gebruik van de feedback van je stagementor en stagemaatje? Ik heb ieder keer gevraagd om feedback waarnaar dit uiteindelijk naar iedere les vanzelf gebeurde. Tevens heeft Eline iedere keer de observatiehulp lijst ingevuld, met een kort verslagje van haar. Feedback wordt altijd goed ontvangen en verwerkt. Ook worden er soms verhelderende vragen gesteld.
Ben je betrokken geweest bij het brede palet aan werkzaamheden van een docent? (docentvergaderingen, rapportvergaderingen, mentoruren, sectievergaderingen, festiviteiten, ouderavonden) Eline en ik zijn, ondanks een moeizame start, gelijk mee getrokken in allerlei activiteiten binnen de Coenecoop collge. Wij hebben hier gretig gebruik van gemaakt. Magazijnbeheer, onderhoud gereedschappen, excursie, project 1 e klas, rapportvergadering en sectie vergaderingen. 5 Omgevingsgerichtheid Heb je je een visie op het vakgebied kunnen vormen en heb je die visie kunnen plaatsen naast de visie van je stagementor? Hier heb ik weinig over gepraat met mijn stagementor. Te weinig informatie.
Houd je opvattingen en discussies bij in de media over onderwijs en kunsteducatie en laat je deze een rol spelen in de vorming van je visie? Geen aandacht aan besteed. Te weinig informatie. Datum: 12-12 2013 Naam stagementor: Jan de Kort Handtekening:
Bijlage IV: Overzicht competenties stage onderbouw Onderstaand overzicht helpt om een overzicht te krijgen van de sterke en nog te ontwikkelen competenties. 1= onvoldoende, nog niet competent 2= in ontwikkeling maar nog niet voldoende 3= voldoende en startbekwaam 4= goed en competent 5= zeer goed, excellent 1. (Vak)didactisch vermogen en operationaliserend vermogen Kun je vakinhoudelijke doelen formuleren, uitvoeren in de les, inzetten bij beoordelingen? Kun je lessen: - structureren, -plannen, - organiseren? 1 2 3 4 5 Kun je in lessen op een adequate wijze een relatie leggen tussen maken en beschouwen? Maak je bewust gebruik van verschillende werkvormen en zet je deze adequaat in? Kun je op adequate wijze materialen, gereedschappen en technieken inzetten? Zet je op adequate wijze apparatuur in en kun je bij problemen voor een alternatief zorgen? Houd je rekening met het niveau van de leerlingen m.b.t.: - schooltype,- leeftijd,- taalgebruik? 2. Pedagogisch vermogen Reageer je adequaat op gedrag van leerlingen? 1 2 3 4 5 Signaleer je probleemgedrag van individuele leerlingen? Kun je goed contact maken met leerlingen, creëer je een prettige werksfeer? 3. Vermogen tot inzetten van vakinhoudelijke kennis en vaardigheden 1 2 3 4 5 Kun je het geleerde op het gebied van beeldend onderzoek, vormgeving, materiaal en techniek in zetten voor het onderwijs? Kun je begrippen beschouwingswijzen toepassen op beeldend werk van leerlingen? Ken je de kerndoelen die een rol spelen in het onderwijs dat je hebt gegeven?
4. Communicatief vermogen en vermogen tot samenwerken Kun je jezelf mondeling en schriftelijk helder uitdrukken? 1 2 3 4 5 Kun je samen met anderen lesmateriaal ontwikkelen en/of excursies organiseren? Kun je feedback van je stagementor en stagemaatje ontvangen en er over communiceren? Ben je betrokken geweest bij alle docenttaken? 5. Omgevingsgerichtheid Heb je je een visie op het vakgebied kunnen vormen en heb je die visie kunnen plaatsen naast de visie van je stagementor? 1 2 3 4 5 Houd je opvattingen en discussies bij in de media over onderwijs en kunsteducatie en laat je deze een rol spelen in de vorming van je visie? Opmerkingen of advies stagementor. Douwe zal een prima docent handvaardigheid/tekenen kunnen worden. Hij kan snel contact leggen met de leerlingen, weet ook al snel de namen en kan ook duidelijke ik- boodschappen geven. Kennis en vaardigheden bij handvaardigheid mogen wel beter ontwikkeld worden. Nodig is wel, dat belangrijke punten duidelijker en nadrukkelijker aan bod komen tijdens de lessen.