TOETSTAAK 12: KAN HET OP EEN ANDERE DAG?

Vergelijkbare documenten
TOETSTAAK 5: IK HEB EEN DOKTER NODIG

TOETSTAAK 18: WANNEER IS DE WINKEL OPEN?

TOETSTAAK 9: HARD GEWERKT VANDAAG

TOETSTAAK 16: REIZEN MET DE TREIN

De toets: zie kopieerblad cursist, toets: spreken 6. De toetsafnemer leest de instructie voor:

TOETSTAAK 4: IK BEN IETS KWIJT

TOETSTAAK 3: MIJN ZOON IS ZIEK

TOETSTAAK 15: LUIDRUCHTIGE BUREN

Gespreksstramien (Toetsafnemer: T Cursist: C)

TOETSTAAK 10: DE AFSPRAAK GAAT NIET DOOR

TOETSTAAK 8: DAT IS LANG GELEDEN!

TOETSTAAK 1: ALLES KRIJGT EEN PLAATS

TOETSTAAK 2: NEEM DE EERSTE STRAAT RECHTS

TOETSTAAK 41: EEN NIEUW HUIS

TOETSTAAK 36: GEEF BLOED, RED EEN LEVEN

TOETSTAAK 39: ONGEVAL

TOETSTAAK 42: HALLO, MET DE POLITIE?

TOETSTAAK 44: NAAR DE TANDARTS

TOETSTAAK 33: LACHEN!!!

TOETSTAAK 40: ANTIGIFCENTRUM

TOETSTAAK 32: BRAND!!!!

TOETSTAAK 45: MIJN VADERLAND

TOETSTAAK 31: BABYSIT

TOETSTAAK 34: OP TELEVISIE

TOETSTAAK 37: TROUWFEEST

TOETSTAAK 38: A LA CARTE

TOETSTAAK 26: BRANDBLUSAPPARAAT

TOETSTAAK 22: OOST WEST THUIS BEST

Na het introducerend gesprek geeft u de cursisten de volgende instructie:

TOETSTAAK 23: ZOEKERTJE

TOETSTAAK 19: MIJN ZUS GAAT TROUWEN!!!

TOETSTAAK 20: DANK U WEL!

TOETSTAAK 46: POLITIE OP STRAAT

TOETSTAAK 25: NEDERLANDSE LES

TOETSTAAK 24: ONGEVALLENVERZEKERING

TOETSTAAK 29: EEN NIEUWE LEERLING

TOETSTAAK 30: LILLALAND

TOETSTAAK 29: WAT VIND JIJ VAN BELGIE? DEEL 1

TOETSTAAK 28: IK BEN...EN IK HOU VAN...

TOETSTAAK 27: HET GEHEIME LAND

TOETSTAAK 44: AAN DE FINISH

TOETSTAAK 6: BYE BYE GRIEP!!!

TOETSTAAK 15: PAS OP VOOR HET WATER!

TOETSTAAK 14: FILE!!!

TOETSTAAK 8: SORTEREN

TOETSTAAK 7: SCHOOLREIS

TOETSTAAK 5: HOU HET VERS

TOETSTAAK 16: WATEROVERLAST

TOETSTAAK 4: EXAMEN NEDERLANDS

TOETSTAAK 11: NICHTEN EN NEVEN

TOETSTAAK 17: MET DE KINDEREN OP STAP

TOETSTAAK 13: BUURTONTBIJT

TOETSTAAK 10: ZAPPEN. 1. Materiaal nodig voor deze toetstaak. 2. Het afnemen van de toets taak

TOETSTAAK 12: LUISTER NAAR DE RADIO

TOETSTAAK 18: TREINEN BIJ VERTREK

TOETSTAAK 2: EEN WEEKENDJE WEG...

TOETSTAAK 1: GROETJES UIT BRAZILIE!!!

TOETSTAAK 3: WEERBERICHT

WAAROM DE VOORBEELD- TOETSTAKEN?

Lees voor gebruik eerst de uitgebreide handleiding, deel 2: Werken met beoordelingsmodellen productieve vaardigheden.

TOETSTIP 1 JANUARI 2006 TIP 1: HOE ONTWIKKEL IK EEN VALIDE TOETS?

$% & ' & , -., /.., 0 )+ # ""1 2 # ""! 3 & &&- $# 4$"4# ""! & /

Gesprekken voeren A2: voorbeeldopgaven

COVA 2. Naam: Sanne Terpstra. Studentennummer: Klas: 2B2. Lerares: L. te Hennepe

Maatschappelijk Informeel (INFO) - A2

HOE ONTWIKKEL IK ZELF EEN GOEDE TOETS?

LEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" WAYSTAGE (RG 1.1)

Lees voor gebruik eerst de uitgebreide handleiding, deel 2: Werken met beoordelingsmodellen productieve vaardigheden.

Dagelijks werkperiode 3

ISK Leerlijn. Alfabetisering. Luisteren Alfa A

2018 Oefenexamen NT2. Beoordelingsvoorschriften Spreken II. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Stex-16SP2VB 1

Bijkomende opmerkingen/advies/verklaringen: Crs kan eigen product aan de man brengen+ reageren op aanbod van andere crs

A1 A2 B1 B2 C1. betrekking op concrete betrekking op abstracte, complexe, onbekende vertrouwde

Lees voor gebruik eerst de uitgebreide handleiding, deel 2: Werken met beoordelingsmodellen productieve vaardigheden.

Spreken. Les 6: Wat zeg je? Telefoon. SPREKEN NIVEAU A1

HOE NEEM IK OP EEN GOEDE MANIER EEN TOETS AF?

Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?

Opleiding. Tolk Vlaamse Gebarentaal. Code + officiële benaming van de module. Module Vlaamse Gebarentaal B. Academiejaar

Profiel Professionele Taalvaardigheid

Spreken. Les 6: Wat zeg je? Telefoon OPDRACHTKAART.

SCHRIJVEN Toetstaak een briefje voor de juf (Richtgraad 1.1)

Beoordelingsmodellen PMT. Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid. Voorbeeldexamen 2

TIP 2 BEDENK EEN FUNCTIONELE TOETSTAAK OP BASIS VAN EEN CONCRETE SITUATIE

Module BE NT2 01 Data Operationalisering contacturen Operationalisering projectwerk. Module BE NT2 02 LUISTEREN 1

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

CP15. functioneringsgesprek

beoordelingscriterium Cst kan de essentie van verschillende gesprekjes over verkeers- en informatieborden begrijpen

Luisteractiviteit 2: Hallo, mijn naam is Paula Jambers.

Oefenexamen. Beoordelingsvoorschriften Spreken II (vb 2012) NT2. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Stex-11SP1VB 1

Maatschappelijk Formeel (FORM)- B1

Kathelijne Jordens, Machteld Verhelst & Goele Kerkhofs. MILOS MeetInstrument Lager Onderwijs Spreekvaardigheid

Luisteractiviteit 3: Opzij, opzij, opzij...

Om de kwaliteit van ons onderwijs te bewaken en de vorderingen van uw kind te volgen, nemen wij in iedere groep niet-methode gebonden toetsen af.

LEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" THRESHOLD (RG 1.2)

Standaardrapportage (strikt vertrouwelijk)

Spreekopdrachten thema 1 Voorstellen

2009 Voorbeeldexamen NT2. Beoordelingsvoorschriften Spreken II. Staatsexamen Nederlands als tweede taal

Luisteractiviteit 6: Sterrenmix

Meningsvorming: jij en vluchtelingen

Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED TALEN RICHTGRAAD 1&2

Transcriptie:

TOETSTAAK 2: KAN HET OP EEN ANDERE DAG? Vaardigheid: spreken Doelstelling: eindterm 4 beheersen: de cursist kan een afspraak maken en afzeggen. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: nutsvoorzieningen. INTRODUCTIE De toetsafnemer stelt de cursist gerust aan de hand van een kort introducerend gesprek over afspraken en uitnodigingen. Het is belangrijk voor het goede verloop van de toetstaak dat de cursist even kan praten zonder dat hij daarop beoordeeld wordt. Het kan gebeuren dat je een uitnodiging krijgt om ergens te zijn, op een bepaald uur, op een bepaalde dag, maar dat je niet kan. Je laat dat dan best zo snel mogelijk weten. Is het al eens gebeurd dat de cursist een afspraak moest afzeggen? INSTRUCTIE De toets: zie kopieerblad cursist, toets: spreken 2. De toetsafnemer leest de instructie voor: Er komt geen water meer uit de kraan in de keuken. Je hebt de loodgieter opgebeld en hij heeft gezegd dat hij op dinsdag om 0u zal langskomen. Nu blijkt dat je niet thuis bent op dinsdag om 0u. Je moet op het werk zijn voor een belangrijke vergadering. Je belt naar de loodgieter en vraagt of hij een uur vroeger kan komen. Tijdens het uitvoeren van de toetstaak mag de toetsafnemer op geen enkele wijze helpen. Eventueel kunnen de instructies nog eens op dezelfde wijze worden herhaald als ze niet goed begrepen zijn, maar extra uitleg (bijvoorbeeld, woordverklaringen) is uitgesloten. De maximale tijd voor het voeren van dit gesprek is 4 minuten. handleiding toetsafnemer toets: spreken 2

Gespreksstramien (Toetsafnemer: T, Cursist: C). In dit gesprek moet de toetsafnemer bijkomende vragen stellen als de cursist het item niet spontaan aanhaalt. De toetsafnemer moet wel opletten dat hij niet te snel hulpvragen stelt. De cursist moet de tijd krijgen om spontaan uitingen te formuleren. Het kan voorkomen dat een cursist onvoorziene dingen zegt of vraagt. De toetsafnemer reageert daarop naar eigen goeddunken en noteert dit voorval op het scoreblad van de cursist. Zo kan hij er achteraf naar teruggrijpen en op een vergelijkbare manier reageren bij andere cursisten. Maar de toetsafnemer moet er zich altijd van bewust zijn dat hoe meer hij tussenkomt of reageert, hoe meer verschillen hij creëert tussen de cursisten. En dat moet worden vermeden. T: Hallo, met Tinsel. T: Ah, ja van Tiensevest 77. T: Dinsdag om 0u? Is er een probleem? T: Ik kijk even in mijn agenda. Nee, dinsdag om 9 u is moeilijk. Wat denkt u van morgen om 9u? T: Ok, dan zal ik morgen langskomen. De cursist beantwoordt de begroeting en stelt zichzelf voor. De cursist bevestigt wat de toetsafnemer zegt en verwijst naar de afspraak van dinsdag. / Als de cursist niet verwijst naar de afspraak dan verwijst de toetsafnemer naar de afspraak van dinsdag. De cursist vraagt of de loodgieter een uur vroeger kan komen. De cursist zegt dat die afspraak past. / Als de cursist zegt dat het niet past, moet de toetsafnemer een andere dag en een ander tijdstip voorstellen. T: Tot dinsdag! De cursist neemt afscheid. handleiding toetsafnemer toets: spreken 2

BEOORDELINGSMODEL De nadruk ligt op het overbrengen van de inhoud van de boodschap, niet de vorm. Op dit niveau zijn de vormelijke eisen die kunnen worden gesteld nog zeer laag. Voor vorm wordt dan ook een meer globaal criterium gehanteerd (zie model). Het spreektempo mag laag zijn, maar het gesprek moet in zijn geheel niet langer duren dan 4 minuten. De woordenschat mag omschrijvend zijn. Toetsitems Preconditie De cursist praat over het onderwerp. Inhoud Item. De cursist beantwoordt de begroeting en stelt zichzelf voor. Item 2. De cursist verwijst naar de afspraak van dinsdag om 0u. Score Item 3. De cursist vraagt of de loodgieter vroeger kan komen. Item 4. De cursist neemt het voorstel aan. Item 5. De cursist formuleert een afscheid. Spreekdurf De cursist doet actief mee aan het gesprek en wacht niet telkens hulpvragen van de toetsafnemer af om een goed antwoord te formuleren. handleiding toetsafnemer toets: spreken 2

Vorm De cursist kan zeer eenvoudige korte zinnen maken met stereotype formuleringen en standaarduitdrukkingen. De zinnen mogen op dit niveau nog af en toe fouten bevatten zoals: uitspraakfouten, fouten tegen de woordvolgorde,.... De fouten die gemaakt worden, hebben geen systematisch karakter; er worden niet steeds dezelfde fouten gemaakt. OF: De cursist kan woordgroepen formuleren, maar maakt systematisch dezelfde fouten, bijvoorbeeld tegen de 0.5 woordvolgorde, vervoeging,... OF/EN De cursist maakt veel fouten, maar er ontstaat geen begripsverwarring. OF: De cursist formuleert uitingen van slechts woord, herhaalt 0 enkel de instructie of kan helemaal geen antwoord geven. Totaal 8 (bijgevoegd: scoretabel) handleiding toetsafnemer toets: spreken 2

Naam:... Datum:... TOETS Er komt geen water meer uit de kraan in de keuken. Je hebt de loodgieter opgebeld en hij heeft gezegd dat hij op dinsdag om 0u zal langskomen. Nu blijkt dat je niet thuis bent op dinsdag om 0u. Je moet op het werk zijn voor een belangrijke vergadering. Je belt naar de loodgieter en vraagt of hij een uur vroeger kan komen. kopieerblad cursist toets: spreken 2