TOETSTAAK 31: BABYSIT
|
|
- Sandra Willems
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 TOETSTAAK 3: BABYSIT Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een instructie geven aan een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: leefomstandigheden. Publiek: onbekende taalgebruiker.. Materiaal nodig voor deze toetstaak Voor elke cursist een toetsblad. Voor uzelf: een kopie van het toetsblad en eventueel een cassetterecorder om het gesprek op te nemen. 2. Het afnemen van de toetstaak 2.. Het introductiegesprek U kan deze toets best beginnen met een kort gesprekje over babysitters. Het is belangrijk voor het goede verloop van de toetstaak dat de cursist even kan praten zonder dat hij daarop beoordeeld wordt. Tijdens dit gesprek kan u volgende vragen stellen: Gebeurt het wel eens dat de cursisten iemand vragen om op de kinderen te passen? Welke instructies geven ze dan aan de babysit (bijvoorbeeld m.b.t. het uur dat de kinderen moeten gaan slapen)? 2.2. Mondelinge instructies voor de cursisten Na het introducerend gesprek geeft u de cursisten de volgende instructie: Je gaat met je man/vrouw naar een trouwfeest. Ik ben jullie buurvrouw. Ik kom op jullie kinderen Anna en Maria passen. Je moet mij zeggen wat ik moet doen. Je moet mij vertellen hoe ik de melk voor Anna moet maken en wat Maria doet voor ze gaat slapen. De tekeningen op je toetsblad tonen wat ik moet doen. Zeg iets over elke tekening. Je mag nu beginnen. Veel succes!!! Toetstaak: spreken 3
2 3. Ondersteunende didactische principes 3.. Aandachtspunten bij het afnemen van de toetstaak Het eerste item, waarbij de cursist moet zeggen om hoe laat de kinderen moeten gaan slapen, wordt niet gescoord. Het is louter bedoeld als ijsbreker en om na te gaan of de cursist de instructies begrepen heeft. U kan de cursist hier bijsturen en eventueel de opdracht nogmaals uitleggen. Als blijkt dat de cursist de instructies begrepen heeft, mag hij met het gesprek verdergaan. Het is belangrijk dat de cursist voldoende tijd krijgt om te praten. Indien hij er toch niet in slaagt het gesprek te beginnen of verder te zetten, kan u een aantal hulpvragen stellen. In dit geval kunnen de hulpvragen er als volgt uitzien: Hoe warm moet de melk van Anna zijn? Hoeveel water moet ik in het flesje doen? Moet ik nog iets met Maria doen voor ze gaat slapen? U kan natuurlijk ook andere hulpvragen stellen. Het is wel belangrijk dat er niet te snel hulpvragen gesteld worden: de cursist moet voldoende tijd krijgen om spontaan zinnen te formuleren. Het kan voorkomen dat een cursist onvoorziene dingen zegt of vraagt. In dit geval kan u hierop naar eigen goeddunken reageren. Het is ook aangeraden dit op het scoreblad van de cursist te noteren. Op die manier kan u hiernaar teruggrijpen en op vergelijkbare manier reageren bij andere cursisten. Toch is het belangrijk rekening te houden met het feit dat hoe meer u als toetsafnemer tussenkomt of reageert, hoe meer verschillen tussen de cursisten gecreëerd worden. Om de objectiviteit van de toetsen zoveel mogelijk te garanderen, moet dit laatste in de mate van het mogelijke vermeden worden Het afstemmen van de toetstaak op de kenmerken van uw cursistengroep Indien u denkt dat het thema niet echt geschikt is voor uw cursisten, bijvoorbeeld omdat er veel cursisten zijn die (nog) geen kinderen hebben, kan u natuurlijk kiezen voor een andere topic. Zo kan u een spreektaak maken waarin de cursisten aan iemand de verschillende stappen van een recept uitleggen. Toetstaak: spreken 3
3 4. Het beoordelen en interpreteren van de resultaten 4.. Het beoordelingsmodel De nadruk ligt op het overbrengen van de inhoud van de boodschap, niet op de vorm. Wanneer de vorm van wat de cursist zegt het begrijpen van de boodschap echter belemmert, krijgt hij een lagere score op de vormelijke elementen. Het spreektempo mag laag zijn, maar het gesprek moet in zijn geheel niet langer duren dan 7 minuten. Toetsitems Preconditie De cursist voert een gesprek dat in relatie staat tot de gegeven opdracht Item 0. De cursist kan zeggen dat Anna om zeven en Maria om acht uur moet gaan slapen Minimumvereiste: Anna zeven uur, Maria acht uur slapen Item. De cursist kan zeggen dat er 240 ml water in de fles van Anna moet. Minimumvereiste: water in fles Item 2. De cursist kan zeggen dat het water twee minuten in de microgolfoven moet opgewarmd worden. Minimumvereiste: water/fles twee minuten oven Item 3. De cursist kan zeggen dat er zeven lepels melkpoeder in het water moeten. Minimumvereiste: zeven maal melkpoeder Item 4. De cursist kan zeggen dat je in de fles moet roeren. Minimumvereiste: met lepel roeren Score Voorbeeld Item 5. Item 6. Item 7. Item 8. Item 9. De cursist kan zeggen dat Maria naar de film Dumbo mag kijken. Minimumvereiste: Maria kijkt televisie De cursist kan zeggen dat Maria een glas melk moet drinken. Minimumvereiste: Maria drinkt melk De cursist kan zeggen dat Maria haar tandjes moet poetsen. Minimumvereiste: Maria poetst tanden De cursist kan zeggen dat de buurvrouw een verhaaltje mag voorlezen aan Maria. Minimumvereiste: een verhaal/boek lezen De cursist kan zeggen dat de buurvrouw een nachtkus aan Maria mag geven. Minimumvereiste: een kus/zoen geven. Toetstaak: spreken 3
4 Spreekdurf De cursist doet actief mee aan het gesprek en wacht niet telkens hulpvragen van de toetsafnemer af om een goed antwoord te formuleren. Vorm De cursist maakt eenvoudige korte zinnen, minimaal een onderwerp en persoonsvorm. De zinnen mogen op dit niveau nog af en toe fouten bevatten zoals: uitspraakfouten, fouten tegen de woordvolgorde,.... De fouten die gemaakt worden, hebben geen systematisch karakter; er worden niet steeds dezelfde fouten gemaakt EN de boodschap die de cursist in het gesprek wil overbrengen, blijft ten alle tijde en voor iedereen duidelijk begrijpbaar. OF: De cursist formuleert zinnen, maar maakt systematisch dezelfde fouten, bijvoorbeeld tegen de woordvolgorde, vervoeging,... OF/EN de cursist maakt veel fouten, maar de boodschap is nog steeds duidelijk begrijpbaar. OF: De cursist formuleert onvolledige zinnen of beperkt zich tot enkele losse woorden. Hij herhaalt enkel de instructie of kan helemaal geen antwoord geven. De boodschap is hier en daar onduidelijk/niet begrijpbaar. of 0,5 of 0 Totaal Toetstaak: spreken 3
5 4.2. De scoretabel Scoretabel Babysit Klas:... Datum:.../.../... Naam van de cursist: Vb item Item Item 2 Item 3 Item 4 Item 5 Item 6 Item 7 Item 8 Item 9 Spreek durf Vorm Tot op Toetstaak: spreken 3
6 Naam:.. Datum:... TOETS Je gaat met je man/vrouw naar een trouwfeest. Ik ben jullie buurvrouw. Ik kom op jullie kindjes Anna en Maria passen. Je moet mij zeggen wat ik moet doen. Je moet mij vertellen hoe ik de melk voor Anna moet maken en wat Maria doet voor ze gaat slapen. De tekeningen op je toetsblad tonen wat ik moet doen. Zeg iets over elke tekening. Voorbeeld Voorbeeld MARIA ANNA Item Item 2 Item 3 Item 4 Toetstaak: spreken 3
7 Item 5 Item 6 Item 7 Item 8 Item 9 Toetstaak: spreken 3
TOETSTAAK 39: ONGEVAL
TOETSTAAK 39: ONGEVAL Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau zijn beleving (d.i. wensen, noden en gevoelens) verwoorden en vragen naar de beleving
Nadere informatieTOETSTAAK 33: LACHEN!!!
TOETSTAAK 33: LACHEN!!! Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan een instructie geven aan een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: vrije tijd. Publiek: onbekende
Nadere informatieTOETSTAAK 41: EEN NIEUW HUIS
TOETSTAAK 41: EEN NIEUW HUIS Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een probleem en een klacht formuleren. Verwerkingsniveau: beschrijvend.
Nadere informatieTOETSTAAK 36: GEEF BLOED, RED EEN LEVEN
TOETSTAAK 36: GEEF BLOED, RED EEN LEVEN Vaardigheid: spreken. Doelstelling: De cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een uitnodiging, een voorstel en een oproep verwoorden en erop
Nadere informatieTOETSTAAK 44: NAAR DE TANDARTS
TOETSTAAK 44: NAAR DE TANDARTS Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op structurerend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een mededeling,
Nadere informatieTOETSTAAK 32: BRAND!!!!
TOETSTAAK 32: BRAND!!!! Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een instructie geven aan een onbekende taalgebruiker Verwerkingsniveau: beschrijvend.
Nadere informatieTOETSTAAK 37: TROUWFEEST
TOETSTAAK 37: TROUWFEEST Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau zijn beleving (d.i. wensen, noden en gevoelens) verwoorden en vragen naar de
Nadere informatieTOETSTAAK 42: HALLO, MET DE POLITIE?
TOETSTAAK 42: HALLO, MET DE POLITIE? Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een probleem en een klacht formuleren aan een onbekende taalgebruiker.
Nadere informatieTOETSTAAK 40: ANTIGIFCENTRUM
TOETSTAAK 40: ANTIGIFCENTRUM Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een probleem en een klacht formuleren. Verwerkingsniveau: beschrijvend.
Nadere informatieTOETSTAAK 45: MIJN VADERLAND
TOETSTAAK 45: MIJN VADERLAND Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op structurerend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een mededeling,
Nadere informatieTOETSTAAK 38: A LA CARTE
TOETSTAAK 38: A LA CARTE Vaardigheid: spreken. Doelstelling: de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau zijn beleving (d.i. zijn wensen, noden en gevoelens) verwoorden en vragen naar
Nadere informatieTOETSTAAK 34: OP TELEVISIE
TOETSTAAK 34: OP TELEVISIE Vaardigheid: lezen en spreken. Doelstelling: - de cursist kan in een gesprekssituatie en op beschrijvend niveau een uitnodiging, een voorstel en een oproep verwoorden en erop
Nadere informatieTOETSTAAK 22: OOST WEST THUIS BEST
TOETSTAAK 22: OOST WEST THUIS BEST Vaardigheid: schrijven Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau een beschrijving geven aan een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context:
Nadere informatieTOETSTAAK 20: DANK U WEL!
TOETSTAAK 20: DANK U WEL! Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een persoonlijk briefje, een mededeling, een
Nadere informatieTOETSTAAK 23: ZOEKERTJE
TOETSTAAK 23: ZOEKERTJE Vaardigheid: schrijven Doelstelling: de cursist kan een beschrijving geven aan een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: openbaar en privé-vervoer.
Nadere informatieNa het introducerend gesprek geeft u de cursisten de volgende instructie:
TOETSTAAK 2: LUNCH Vaardigheid: schrijven Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een persoonlijk brief, een mededeling, een bedankingsbriefje,
Nadere informatieTOETSTAAK 26: BRANDBLUSAPPARAAT
TOETSTAAK 26: BRANDBLUSAPPARAAT Vaardigheid: schrijven Doelstelling: De cursist kan een boodschap voor zichzelf noteren. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: leefomstandigheden. Publiek: de taalgebruiker
Nadere informatieTOETSTAAK 19: MIJN ZUS GAAT TROUWEN!!!
TOETSTAAK 9: MIJN ZUS GAAT TROUWEN!!! Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau informatie vragen en geven in informatieve teksten zoals een persoonlijk briefje, een mededeling,
Nadere informatieTOETSTAAK 3: MIJN ZOON IS ZIEK
TOETSTAAK 3: MIJN ZOON IS ZIEK Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm beheersen: de cursist kan een instructie geven aan een bekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: gezondheidsvoorzieningen.
Nadere informatieTOETSTAAK 15: LUIDRUCHTIGE BUREN
TOETSTAAK 5: LUIDRUCHTIGE BUREN Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 5 beheersen: de cursist kan een probleem of klacht formuleren. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: leefomstandigheden.
Nadere informatieTOETSTAAK 28: IK BEN...EN IK HOU VAN...
TOETSTAAK 28: IK BEN...EN IK HOU VAN... Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau voor zichzelf aantekeningen maken ter voorbereiding van een gesprek. Verwerkingsniveau:
Nadere informatieTOETSTAAK 8: DAT IS LANG GELEDEN!
TOETSTAAK 8: DAT IS LANG GELEDEN! Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 3 beheersen: de cursist kan zijn beleving (d.i. zijn wensen, noden en gevoelens) verwoorden en vragen naar de beleving van
Nadere informatieTOETSTAAK 18: WANNEER IS DE WINKEL OPEN?
TOETSTAAK 8: WANNEER IS DE WINKEL OPEN? Vaardigheid: spreken Doelstelling: eindterm 6 beheersen: de cursist kan informatie vragen en geven. Verwerkingsniveau: structurerend. Context: onthaal. INTRODUCTIE
Nadere informatieTOETSTAAK 9: HARD GEWERKT VANDAAG
TOETSTAAK 9: HARD GEWERKT VANDAAG Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 3 beheersen: de cursist kan zijn beleving (d.i. zijn wensen, noden en gevoelens) verwoorden en vragen naar de beleving van
Nadere informatieTOETSTAAK 12: KAN HET OP EEN ANDERE DAG?
TOETSTAAK 2: KAN HET OP EEN ANDERE DAG? Vaardigheid: spreken Doelstelling: eindterm 4 beheersen: de cursist kan een afspraak maken en afzeggen. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: nutsvoorzieningen.
Nadere informatieTOETSTAAK 5: IK HEB EEN DOKTER NODIG
TOETSTAAK 5: IK HEB EEN DOKTER NODIG Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 2 beheersen: de cursist kan een uitnodiging, een voorstel en een oproep verwoorden en erop reageren. Verwerkingsniveau:
Nadere informatieTOETSTAAK 16: REIZEN MET DE TREIN
TOETSTAAK 6: REIZEN MET DE TREIN Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 6 beheersen: de cursist kan informatie vragen en geven. Verwerkingsniveau: structurerend. Context: Openbaar en privé-vervoer.
Nadere informatieTOETSTAAK 4: IK BEN IETS KWIJT
TOETSTAAK 4: IK BEN IETS KWIJT Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 2 beheersen: de cursist kan een uitnodiging, een voorstel en een oproep verwoorden en erop reageren. Verwerkingsniveau: beschrijvend.
Nadere informatieDe toets: zie kopieerblad cursist, toets: spreken 6. De toetsafnemer leest de instructie voor:
TOETSTAAK 6: TAXI! Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 2 beheersen: de cursist kan een uitnodiging, een voorstel en een oproep verwoorden en erop reageren. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context:
Nadere informatieGespreksstramien (Toetsafnemer: T Cursist: C)
TOETSTAAK : NAAR DE TANDARTS Vaardigheid: spreken Doelstelling: eindterm 4 beheersen: de cursist kan een afspraak maken en afzeggen. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: afspraken en regelingen. INTRODUCTIE
Nadere informatieTOETSTAAK 10: DE AFSPRAAK GAAT NIET DOOR
TOETSTAAK 0: DE AFSPRAAK GAAT NIET DOOR Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm 4 beheersen: de cursist kan een afspraak maken en afzeggen. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: contacten met
Nadere informatieTOETSTAAK 1: ALLES KRIJGT EEN PLAATS
TOETSTAAK : ALLES KRIJGT EEN PLAATS Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm beheersen: de cursist kan een instructie geven aan een bekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context:
Nadere informatieTOETSTAAK 29: WAT VIND JIJ VAN BELGIE? DEEL 1
TOETSTAAK 29: WAT VIND JIJ VAN BELGIE? DEEL Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau voor zichzelf aantekeningen maken ter voorbereiding van een gesprek. Verwerkingsniveau:
Nadere informatieTOETSTAAK 30: LILLALAND
TOETSTAAK 30: LILLALAND Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau voor zichzelf aantekeningen maken ter voorbereiding van een gesprek. Verwerkingsniveau: structurerend.
Nadere informatieTOETSTAAK 25: NEDERLANDSE LES
TOETSTAAK 25: NEDERLANDSE LES Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau een boodschap voor zichzelf noteren. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: contacten met officiële
Nadere informatieTOETSTAAK 24: ONGEVALLENVERZEKERING
TOETSTAAK 24: ONGEVALLENVERZEKERING Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau een beschrijving geven aan een onbekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend.
Nadere informatieTOETSTAAK 2: NEEM DE EERSTE STRAAT RECHTS
TOETSTAAK 2: NEEM DE EERSTE STRAAT RECHTS Vaardigheid: spreken. Doelstelling: eindterm beheersen: de cursist kan een instructie geven aan een bekende taalgebruiker. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context:
Nadere informatieTOETSTAAK 6: BYE BYE GRIEP!!!
TOETSTAAK 6: BYE BYE GRIEP!!! Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau alle gegevens begrijpen in prescriptieve teksten zoals een instructie en een gebruiksaanwijziging.
Nadere informatieTOETSTAAK 27: HET GEHEIME LAND
TOETSTAAK 27: HET GEHEIME LAND Vaardigheid: schrijven. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau een boodschap voor zichzelf noteren. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: ruimtelijke oriëntering.
Nadere informatieTOETSTAAK 4: EXAMEN NEDERLANDS
TOETSTAAK 4: EXAMEN NEDERLANDS Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau alle gegevens begrijpen in: - informatieve teksten zoals etiketten en een zakelijke brief; - prescriptieve
Nadere informatieTOETSTAAK 5: HOU HET VERS
TOETSTAAK 5: HOU HET VERS Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau alle gegevens begrijpen in: - informatieve teksten zoals etiketten en een zakelijke brief; - prescriptieve
Nadere informatieTOETSTAAK 8: SORTEREN
TOETSTAAK 8: SORTEREN Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau de informatie overzichtelijk ordenen in: - informatieve teksten zoals een persoonlijke brief; - persuasieve
Nadere informatieTOETSTAAK 14: FILE!!!
TOETSTAAK 14: FILE!!! Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit: - informatieve teksten zoals een gesprek, een telefoongesprek, een weerbericht
Nadere informatieTOETSTAAK 15: PAS OP VOOR HET WATER!
TOETSTAAK 15: PAS OP VOOR HET WATER! Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: De cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit informatieve teksten zoals een gesprek, een telefoongesprek,
Nadere informatieTOETSTAAK 10: ZAPPEN. 1. Materiaal nodig voor deze toetstaak. 2. Het afnemen van de toets taak
TOETSTAAK 10: ZAPPEN Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in: - informatieve teksten zoals fragmenten van
Nadere informatieTOETSTAAK 16: WATEROVERLAST
TOETSTAAK 16: WATEROVERLAST Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau de informatie overzichtelijk ordenen in: - informatieve teksten zoals een aankondiging, een klacht
Nadere informatieTOETSTAAK 13: BUURTONTBIJT
TOETSTAAK 13: BUURTONTBIJT Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit - informatieve teksten zoals een gesprek, een telefoongesprek, een
Nadere informatieTOETSTAAK 7: SCHOOLREIS
TOETSTAAK 7: SCHOOLREIS Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau de informatie overzichtelijk ordenen in - informatieve teksten zoals een persoonlijke brief. - persuasieve
Nadere informatieTOETSTAAK 18: TREINEN BIJ VERTREK
TOETSTAAK 18: TREINEN BIJ VERTREK Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau de informatie overzichtelijk ordenen in - informatieve teksten zoals een aankondiging, een
Nadere informatieTOETSTAAK 17: MET DE KINDEREN OP STAP
TOETSTAAK 7: MET DE KINDEREN OP STAP Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op structurerend niveau de informatie overzichtelijk ordenen in: - informatieve teksten zoals een aankondiging,
Nadere informatieTOETSTAAK 11: NICHTEN EN NEVEN
TOETSTAAK 11: NICHTEN EN NEVEN Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in: - informatieve teksten zoals fragmenten
Nadere informatieTOETSTAAK 2: EEN WEEKENDJE WEG...
TOETSTAAK 2: EEN WEEKENDJE WEG... Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit - informatieve teksten zoals een folder, een catalogus en een
Nadere informatieTOETSTAAK 1: GROETJES UIT BRAZILIE!!!
TOETSTAAK 1: GROETJES UIT BRAZILIE!!! Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit - informatieve teksten zoals een folder, een catalogus en
Nadere informatieTOETSTAAK 12: LUISTER NAAR DE RADIO
TOETSTAAK 12: LUISTER NAAR DE RADIO Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau het globale onderwerp bepalen en de gedachtegang volgen in: - informatieve teksten zoals
Nadere informatieTOETSTAAK 3: WEERBERICHT
TOETSTAAK 3: WEERBERICHT Vaardigheid: lezen. Doelstelling: de cursist kan op beschrijvend niveau relevante gegevens selecteren uit - informatieve teksten zoals een folder, een catalogus en een bericht;
Nadere informatieTOETSTAAK 44: AAN DE FINISH
TOETSTAAK 44: AAN DE FINISH Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: eindterm 2 beheersen: de cursist kan het globale onderwerp bepalen in de beleving (d.i de wensen, noden en gevoelens) van een spreker.
Nadere informatieWAAROM DE VOORBEELD- TOETSTAKEN?
18 WAAROM DE VOORBEELD- TOETSTAKEN? 19 1. Het doel van de voorbeeldtoetstaken? 1.1. Toetsmateriaal als voorbeeld en inspiratiebron 1.2. Het communicatieve en functionele karakter van de voorbeeldtoetstaken
Nadere informatieTOETSTIP 3 MEI Betrouwbaarheid Beoordeling
TOETSTIP 3 MEI 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 3: TWEE IN ÉÉN: HOE ONTWIKKEL IK EEN TOETS DIE EEN POSITIEVE INVLOED
Nadere informatieTOETSTAAK 29: EEN NIEUWE LEERLING
TOETSTAAK 29: EEN NIEUWE LEERLING Vaardigheid: lezen. Doelstelling: eindterm 1 beheersen: de cursist kan de informatie herkennen in teksten zoals belangrijke formulieren, documenten, alledaagse papieren.
Nadere informatieTOETSTAAK 46: POLITIE OP STRAAT
TOETSTAAK 46: POLITIE OP STRAAT Vaardigheid: luisteren. Doelstelling: eindterm 3 beheersen: de cursist kan het globale onderwerp bepalen in een klacht. Verwerkingsniveau: beschrijvend. Context: contacten
Nadere informatieHOE NEEM IK OP EEN GOEDE MANIER EEN TOETS AF?
67 HOE NEEM IK OP EEN GOEDE MANIER EEN TOETS AF? 68 Doorheen deze handleiding geven we regelmatig tips over hoe u een toets op een goede manier kan afnemen. Voor de duidelijkheid zetten we hier de belangrijkste
Nadere informatieHOE ONTWIKKEL IK ZELF EEN GOEDE TOETS?
42 HOE ONTWIKKEL IK ZELF EEN GOEDE TOETS? 43 1. Vier toetsprincipes als rode draad 1.1 Hoe zorg ik ervoor dat mijn toets valide is? 1.2 Hoe zorg ik ervoor dat mijn toets betrouwbaar is? 1.3 Hoe zet ik
Nadere informatieLEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" THRESHOLD (RG 1.2)
LEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" THRESHOLD (RG 1.2) Periode Thema Vaardigheden woordenschat / grammatica context Week 1 Aangenaam! SPR 5: De cursist kan informatie vragen en geven over personalia. woordenschat
Nadere informatieTOETSTIP 1 JANUARI 2006 TIP 1: HOE ONTWIKKEL IK EEN VALIDE TOETS?
TOETSTIP 1 JANUARI 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 1: HOE ONTWIKKEL IK EEN VALIDE TOETS? Bij het ontwikkelen van
Nadere informatieDagelijks werkperiode 3
Naam Huric Medina Klas 3LAW Schooljaar 2013-2014 Latijn 68 Goed gewerkt, Medina. Wiskunde Mooi resultaat, Medina. Je werkt hard aan wiskunde en dat is te zien aan je punten. Doe zo verder tot aan het examen.
Nadere informatieTIP 2 BEDENK EEN FUNCTIONELE TOETSTAAK OP BASIS VAN EEN CONCRETE SITUATIE
TIP 2 BEDENK EEN FUNCTIONELE TOETSTAAK OP BASIS VAN EEN CONCRETE SITUATIE Bij het ontwikkelen van toetsen is het belangrijk om na te gaan welke de behoeftes van uw studenten zijn: in welke situaties willen
Nadere informatieLEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" WAYSTAGE (RG 1.1)
LEERPLAN "NEDERLANDS VOOR OUDERS" WAYSTAGE (RG 1.1) Periode Thema Vaardigheden woordenschat / grammatica context Week 1 Aangenaam! SPR 6: De cursist kan informatie vragen en geven over personalia. woordenschat
Nadere informatieHoe kan je breed en permanent evalueren?
Ronde 2 Martien Berben & Marleen Colpin Centrum voor Taal en Onderwijs - K.U.Leuven Contact: Martien.berben@arts.kuleuven.be Marleen.colpin@arts.kuleuven.be Hoe kan je breed en permanent evalueren? De
Nadere informatieBijkomende opmerkingen/advies/verklaringen:... ... Crs kan eigen product aan de man brengen+ reageren op aanbod van andere crs
Evaluatie module 08 schooljaar: 200-200 startdatum module: / /200 lesgever: cursist: CONCLUSIE: De cursist kan WEL/NIET overgaan naar module 9 verklaring van de beoordelingstekens: + = goed +/- = bijna
Nadere informatieOpdracht Soorten plannen
Opdracht Soorten plannen Wat ga je laten zien? Je gaat onderzoek doen naar de manier waarop op jouw werkplek planmatig wordt gewerkt. Ga als volgt te werk: 1. Zoek antwoord op de volgende vragen: 2. Wat
Nadere informatieAlgemene instructies voor de strategie: Voorspellen. Introductiefase bij de eerste les: 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?
Algemene instructies voor de strategie: Voorspellen "Welkom,." Introductiefase bij de eerste les: 1. "We gaan vandaag proberen te voorspellen." 2. Vraag: "Kan iemand mij vertellen wat voorspellen betekent?"
Nadere informatieSpreekopdrachten thema 3 Kinderen
Spreekopdrachten thema 3 Kinderen Opdracht 1 bij 3.2 Jullie zijn bij het consultatiebureau. Cursist A: je bent arts bij het consultatiebureau. Cursist B: je bent met je baby van twee maanden bij het consultatiebureau.
Nadere informatie2018 Oefenexamen NT2. Beoordelingsvoorschriften Spreken II. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Stex-16SP2VB 1
2018 Oefenexamen Beoordelingsvoorschriften Spreken II NT2 Staatsexamen Nederlands als tweede taal _ Stex-16SP2VB 1 Inhoudsopgave 1 Inhoud oefenexamen Spreken II 3 2 Aanwijzingen voor de beoordeling Spreken
Nadere informatieAanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1. Inleiding. Hoe maakt u de TGN?
Aanvullende informatie ter voorbereiding op de TGN A1 Inleiding Dit is informatie over de Toets Gesproken Nederlands (of TGN) 1. De TGN maakt deel uit van het inburgeringsexamen buitenland. Moet u de TGN
Nadere informatieT-TOOL BEROEPSGERICHTE VORMING. Mondelinge interactie STERKE SCHAKELS. Naam jongere:... Naam beoordelaar:...
T-TOOL BEROEPSGERICHTE VORMING Naam jongere:... Naam beoordelaar:... Mondelinge interactie LUISTEREN Instructie begrijpen van leerkracht, medeleerling, begeleider Lk zegt: Maak de materialen proper en
Nadere informatieTOETSTIP 2 MAART 2006 TIP 2: HOE NEEM JE MONDELINGE INTERACTIETAKEN OP EEN BETROUWBARE MANIER AF?
TOETSTIP 2 MAART 2006 Bepaling wat en waarom je wilt meten Toetsopzet Materiaal Betrouwbaarheid Beoordeling Interpretatie resultaten TIP 2: HOE NEEM JE MONDELINGE INTERACTIETAKEN OP EEN BETROUWBARE MANIER
Nadere informatieSCHRIJVEN Toetstaak een briefje voor de juf (Richtgraad 1.1)
SCHRIJVEN Toetstaak een briefje voor de juf (Richtgraad 1.1) Verspreid over de duur van de lessen Nederlands laat de taallesgever de cursisten een aantal keer deze toetstaak uitvoeren. Hij/zij kan een
Nadere informatieBasisarrangement. Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal. 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen
Basis Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen Deviant methode leer/werkboek VIA vooraf op weg naar 1F. De 8 thema s in het boek hebben terugkerende
Nadere informatieDraaiboek efficiënt communiceren Beter samenwerken door een goede communicatie
Draaiboek efficiënt communiceren Beter samenwerken door een goede communicatie Tijdsduur van de volledige opleiding: maximum 1 uur. 1. Voorbereiding Vóór de opleiding plaats vindt. Doel In deze minivorming
Nadere informatieTAAL IS LEUK. Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren
TAAL IS LEUK Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren 1 Inhoudsopgave Pagina Besteed extra aandacht aan de taal van uw kind 4 Adviezen die u kunt toepassen tijdens een gesprekje met uw kind 5 Maak
Nadere informatieSecundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED TALEN RICHTGRAAD 1&2
Secundair volwassenenonderwijs STUDIEGEBIED TALEN RICHTGRAAD 1&2 Modulaire opleiding Europese talen groep 1* R 1 AO TA 001 *Europese talen groep 1: Deens, Duits, Engels, Frans, Italiaans, Portugees, Roemeens,
Nadere informatieThema 7 Activiteit 5. medelln. en leerkracht
De leerlingen ontwerpen hun vlag op een los blad. 3 de leerjaar : Overzicht lesverloop 50 1 De leerlingen ontwerpen een persoonlijke piratenvlag. Ze stellen hun vlag voor aan hun medeleerlingen in een
Nadere informatieWORKSHOP: Wat zijn uw eigen competenties?
LOGO-congres 15 juni 2012 Onderwijsvernieuwing met Ambitie en Passie WORKSHOP: Wat zijn uw eigen competenties? Theo Bouman & Valerie Hoogendoorn Opleidingsinstituut PPO Groningen 1 Doel Feeling te krijgen
Nadere informatieMODERNE VREEMDE TALEN - ASO DUITS Het voorliggende pakket eindtermen beantwoordt aan de decretale situatie waarbij in de basisvorming in de derde
MODERNE VREEMDE TALEN - ASO DUITS Het voorliggende pakket eindtermen beantwoordt aan de decretale situatie waarbij in de basisvorming in de derde graad ASO, Duits als tweede moderne vreemde taal kan worden
Nadere informatieProfessioneel communiceren: belangrijk onderdeel van dit boek en deze lessen DENK NA: WAAR KAN JE ALS JURIDICH MEDEWERKER TERECHTKOMEN?
Hoofdstuk 1 Leerdoelen pg 17 Link tussen leerdoelen en toets stof 1.1 Juridisch medewerker Algemene vaardigheden besproken: Op de hoogte zijn (kennis) Informatie op papier kunnen zetten Goed kunnen lezen
Nadere informatieNodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel.
Themales kleding taalvrijwilliger/docent Nodig: foldermateriaal van kleding, flappen en stiften, werkblad: gesprekje met de buurvrouw, werkblad: spreekkaarten, gesprekje in een winkel. opwarming: Cursisten
Nadere informatieObservatieformulier Leerlijn Engelse taal (TPO) Groep 1 & 2
Kindgegevens: Voornaam... Achternaam... Geboortedatum... Observatieformulier Leerlijn Engelse taal (TPO) Groep 1 & 2 Thuistaal... Opvoeding tweetalig n.v.t. ja nee Groep... notatiewijze: kijkpunt is nog
Nadere informatieSamenspraak Examen Nederlands Spreken en Gesprekken voeren 3F
Samenspraak Examen Nederlands Spreken en Gesprekken voeren 3F Inhoudsopgave Informatie voor alle betrokkenen... 2 Examenboekje voor de kandidaat... 4 Bijlage 1. Input voor Student 1... 7 Bijlage 2. Input
Nadere informatie8. Warme choco. Tijdens deze activiteit: Taal Mondelinge taalvaardigheid. Rekenen Meten Groep 1 Groep 2. pagina 1 van 6
8. Warme choco Tijdens deze activiteit: maken de kinderen warme chocolademelk met marshmallows. Deze activiteit wordt afgestempeld op de stempelkaart van de kinderen. Taal Mondelinge taalvaardigheid Groep
Nadere informatieModel om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren
1 Bijlage 1: Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren Als een leraar op zoek is naar een mogelijk instrument om schoolse taalvaardigheid bij zijn leerlingen te observeren, dan
Nadere informatieTips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind?
Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind? Tips voor Taal Hoe stimuleer je de taalontwikkeling van je kind? Ga op ooghoogte met je kind zitten Door op ooghoogte te gaan zitten tijdens
Nadere informatieLees voor gebruik eerst de uitgebreide handleiding, deel 2: Werken met beoordelingsmodellen productieve vaardigheden.
Beoordelingsmodel Spreken 2F Toetsopdracht: opdrachtspecifiek Stap 1 Preconditie Verstaanbaarheid Niet beoordelen indien het spreekproduct niet of onvoldoende verstaanbaar is, omdat er bijvoorbeeld sprake
Nadere informatieOefenexamen. Beoordelingsvoorschriften Spreken II (vb 2012) NT2. Staatsexamen Nederlands als tweede taal. Stex-11SP1VB 1
2017 Oefenexamen Beoordelingsvoorschriften Spreken II (vb 2012) NT2 Staatsexamen Nederlands als tweede taal _ Stex-11SP1VB 1 Inhoudsopgave 1 Inhoud voorbeeldexamen Spreken II 4 2 Aanwijzingen voor de
Nadere informatieHoe tevreden zijn onze leerlingen over onze school?
Samenvatting van de uitkomsten van de leerlingvragenlijst in maart / april 2017 Hoe tevreden zijn onze leerlingen over onze school? Opzet van het onderzoek Er is een vragenlijst uitgezet onder de leerlingen
Nadere informatieProfiel Professionele Taalvaardigheid
Profiel Professionele Taalvaardigheid PPT Het Profiel Professionele Taalvaardigheid omvat de taalvaardigheid die nodig is om professioneel in het Nederlands te functioneren en is in de eerste plaats gericht
Nadere informatieGesprekjes voeren Waar sta ik nu?
Gesprekjes voeren gesprekspartner gebruikt veelvoorkomende woorden en hele korte zinnetjes; spreekt heel langzaam en pauzeert vaak spreekt woorden en korte zinnetjes duidelijk uit; herhaalt zinnetjes en
Nadere informatieBijlage 4 De meterstanden-lijst voor begeleiders
7 Bijlage De meterstanden-lijst voor begeleiders De bijlagen in dit boek zijn invulformulieren, deze zijn ook te downloaden op: www.boomnelissen.nl/begeleid ontdekkendleren. Kijk eens in de spiegel De
Nadere informatieWorkshop Vertellen. Workshop Vertellen
Workshop Vertellen Er is om ons heen veel aandacht voor het (voor)lezen, maar veel minder voor het vertellen vanuit eigen verbeeldingskracht. Verhalenverteller en theatermaker Adrie Gloudemans geeft in
Nadere informatieBeoordelingsmodellen PMT. Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid. Voorbeeldexamen 2
Beoordelingsmodellen PMT Profiel Maatschappelijke Taalvaardigheid Voorbeeldexamen 2 PROFIEL MAATSCHAPPELIJKE TAALVAARDIGHEID Beoordelingsmodellen Voorbeeldexamen 2 Deel A Taak Gratis lied van muziekgroep
Nadere informatie