Thuis na een CVA en dan vermoeid! Onderzoek in Beweging, 4 februari 2017, Anja Kuperus
Vermoeidheid? Wat verandert er als je (heel) vermoeid bent? Vermoeidheid na CVA of Post-Stroke Fatigue? Is het te meten en waarmee? Wat is bekend over Post-Stroke Fatigue? Wat is er aan te doen?
Veranderingen als je (heel) vermoeid bent:
Vermoeidheid na CVA Post-Stroke Fatigue Vermoeidheid na een CVA: Normaal: ontstaat door inspanning en is verdwenen na rust Chronisch of pathologisch: zelfgerapporteerd lichamelijk en/of mentaal onwelbevinden langer dan 6 maanden zich uitdrukkend in uitputting functioneren niet mogelijk op gewenste lichamelijke of mentale niveau Post-Stroke Fatigue: a feeling of early exhaustion with weariness, lack of energy and aversion to effort that develops during physical or mental activity and is usually not ameliorated by rest.
Oorzaken van Post-Stroke Fatigue Primair (hersenletsel) Specifieke gebieden (ARAS, basale ganglia, witte stof schade) Hormonen: overactieve HPA-as (hypothalamus, hypofyse, bijnier) Ontstekingen Netwerken: automatische naar gecontroleerde infoverwerking Copinghypothese: brein werkt harder door afname verwerkingssnelheid en aandacht
Secundair: factoren die PSF in stand houden/wisselwerking hebben Stemming en angst Medicatie Slaap Pijn en conditie Parese Activiteitenpatroon Inadequate coping Blauw: slapen, Rood: werk/productiviteit, Geel: actieve ontspanning, Bruin: passieve ontspanning
Post-Stroke Fatigue (PSF) Prevalentie literatuur: 29 77% Reden grote range: Definitie niet uniform Heterogeniteit populaties Wat wordt gemeten? Veel meetinstrumenten Tijdstip van meten Van Eijsden et al, 2012: vermoeidheid 51,5% vlak na CVA 64,1% na 6 maanden 69,5% na 12 maanden 100 90 80 70 60 50 40 30 20 10 0 opname 6 mnd 12 mnd 24 mnd 36 mnd Van de Werf, 1999, Schepers 2006) Gemeten met Fatigue Severity Scale: FSS ( 4) moe
Klinimetrie, aandachtspunten: Veel meetinstrumenten Welke vermoeidheid meet je? Op welk moment en over hoe lange tijd? Meten van vermoeidheid of impact van vermoeidheid? Doel van meten bepaalt keuze meetinstrument In literatuur: Fatigue Severity Scale Praktisch: FSS en CIS-20 Andere chronische vermoeidheid: MVI
CIS-20: Checklist Individual Strength of Checklist Individuele Spankracht 20 vragen op 7-punts Likertschaal, 8 vermoeidheids-items Daarnaast: Concentratie (5 items), Motivatie (4 items) en Lichamelijke activiteit (3 items) Meet: beeld van laatste 2 weken fluctuaties in de tijd Ernstige vermoeidheid: 35/56 (vmh-items, voor CVA poliklinisch) Problematische vermoeidheid: 76/140 (totaal) Invullen: 5 minuten
Fatigue Severity Scale (FSS) en Multidimensionele Vermoeidheids Index (MVI) 9 vragen op 7-punts Likertschaal, alleen vermoeidheids-items Meet: vermoeidheid in laatste week Ernstige/chronische vermoeidheid: FSS 4 Invullen: < 5 minuten Multidimensionele Vermoeidheids Index (MVI): Zelfde 20 vragen als CIS-20 op 5-punts Likertschaal Meet: actuele toestandsbeeld Veel gebruikt in oncologie
Prognose en PSF Negatief effect op kwaliteit van leven Negatief effect op: Uitkomsten revalidatie Hervatten van werk Functionele onafhankelijkheid Hogere mortaliteit
PSF en correlatie met biologische factoren: Leeftijd: controversieel. Jong > oud, ouder: hogere scores, hoogste scores: < 60 jaar en > 75 jaar Geslacht: vrouwen lijken meer problemen te hebben Soort CVA: geen duidelijke correlatie Plaats: basale ganglia, corona radiata en interne capsule (Wei et al, 2016) PSF en correlatie met psychologische factoren: Depressie: controversieel. Komt vaak samen voor. Onderlinge (complexe) relatie vooralsnog onduidelijk Apathie: toename PSF Angst: toename PSF in eerste 6 maanden
PSF en correlatie met fysieke factoren en gedrag Vicieuze cirkel: deconditionering vermoeidheid vermijden van fysieke activiteit deconditionering Zedlitz et al, 2012: combinatie cognitieve training en graded exercise beter dan alleen cognitieve training Slaapproblemen: apneu en slapeloosheid Pijn: geen associatie, wel hogere scores op FSS bij patiënt met pijn
Casus: m.n. fysieke PSF Vrouw, 45 jaar, gehuwd, zoon 14 jaar Premorbide: beperkt in mobiliteit door THP L en R, TKP R, polyneuropathie beide benen, COPD (GOLD 3); traplift in huis Tijdens 6 weken coma: icva R hemisfeer 6 maanden geleden, revalidatiecentrum Hulpvraag: ernstige vermoeidheid, komt de deur niet uit, kan weinig. Wil vooral de deur uit kunnen en de hond uitlaten Cognitief: aandacht en geheugen Parese links: MI arm 65/100, MI been 33/100, Tonus been : MAS 1 Balans: BBS 35/56, loopt zelfstandig max. 10 m met stok ADL-zelfstandigheid: BI 17, HDL: steeds 5 minuten kleine klusjes Vermoeidheid CIS-20: vermoeidheidsitems 54/56, totaal 114/140
Casus: mentale PSF Man, 46 jaar, samenwonend, samen 4 kinderen (uitwonend) Premorbide: fit, full time baan in marketing (kantoor) 4 maanden geleden icva, diagnose niet meteen: na aanhoudend slechter zicht en blinde vlekken; poliklinische revalidatie Hulpvraag: vermoeid, wil 5 dagen kunnen werken, maar hoe? Geen motorische uitval, geen balansproblemen Conditie redelijk: traint 2 keer p.w. bij fysio Voelt niet dat hij moe wordt, maakt af waar hij mee bezig is, geen inzicht in belastbaarheid. 5 keer 4 uur werken lukte niet, 3 keer 4 uur ook niet. CIS-20 vermoeidheid: 35/56, totaal 93/140
Mentale PSF Kenmerken: Stiller, trekt zich terug Tragere en minder adequate reactie Aandacht en geheugen verminderd Motorische en spraakproblemen nemen toe Hoofdpijn Prikkelbaar, boos, agressief Ervaringen van patiënten: Mijn hoofd zit vol Ik kan me niet meer concentreren De stekker is eruit Iemand heeft op de uit-knop gedrukt Er zitten watten in mijn hoofd
Casus: premorbide problematiek + combinatie fysieke en mentale PSF Man, 67 jaar, pastoor, inwonende huishoudster, huis met trappen Premorbide: onregelmatig leven door werk, slechte conditie (liep max 200 m) o.a. door obesitas (140 kg), kanaalstenose lumbaal, gonartrose L, slaap-apneu 4 maanden geleden icva R hemisfeer, revalidatie GRZ Hulpvraag: vermoeidheid, loopt regelmatig vast en is dan total loss (duurt soms enkele dagen) Cognitief: ziekte-inzicht, plannen, verdeelde aandacht Parese: MI arm 65, MI been 75 Loopt binnenshuis zonder lhm of met stok, buiten 20 min. met rollator, 10MLT: 10,75 sec, TUG 14,4 sec ADL-zelfstandigheid: BI 18. HDL: kookt, doet boodschappen Vermoeidheid CIS-20: 42/56, totaal 84/140
Behandeling PSF Hulpvraag helder: fysiek, mentaal of combinatie Meten: ernst probleem Effectieve behandeling(cograt studie, Zedlitz et al, 2012) : combinatie cognitieve/graded activity training Verandering van coping: pos. invloed HPA-as en pos. effect van zelf invloed uitoefenen op herstel (Wei et al, 2016) Multidisciplinair werken: wie doet wat? Ergotherapeut: niet rennen, maar plannen; activiteitenweger Fysiotherapeut: graded activity/exercise (starten 40% Hfmax, BORG 11-14) (Neuro)psycholoog: cognitieve training Groepsbehandeling of individueel
Behandelprogramma PSF 1. Inzicht in vermoeidheid 2. Helpende en blokkerende gedachten 3. SMART doel beschrijven 4. Inventariseren en inzicht krijgen 5. Weekplanning maken: activiteiten en rust 6. Planning uitvoeren en evalueren (leren van plannen) 7. Ontspanning 8. Assertiviteit
1. Inzicht in vermoeidheid PSF is vermoeidheid naast normale vermoeidheid PSF wordt door vele factoren bepaald en in stand gehouden PSF is niet hetzelfde als slaap of arousalproblemen PSF gaat niet over Het gaat om mentale of fysieke PSF of om een combinatie Het is mogelijk om minder last te hebben van PSF
2. Helpende en blokkerende gedachten 2. Als u negatieve gedachten heeft, kan dit leiden tot negatieve gevoelens. Voorbeelden van deze gevoelens zijn spanning, somberheid en irritatie. Deze gevoelens kunnen veel energie kosten. 3. SMART doel beschrijven Doel: Ik wil over een maand 30 minuten achter elkaar kunnen wandelen Specifiek Conditie opbouwen om te kunnen wandelen Meetbaar 30 minuten achter elkaar Acceptabel Ja, mijn partner wil met mij mee wandelen Realistisch Ja, dit doel is haalbaar Tijdsgebonden Over een maand wil ik dit doel bereikt hebben
4. Inventariseren en inzicht krijgen
Leren en nieuw gedrag 5. Planning maken: activiteiten en rust, inschatting van wat mogelijk is 6. Uitvoeren en evalueren: leren van planning, waarom lukt het wel/niet? 7. Ontspanning: wat werkt? 8. Assertiviteit: weten waar grenzen zitten en dat duidelijk maken aan de omgeving
Terug naar de patiënten Mevrouw met fysieke PSF: Gelukt: 3 keer p.d. de hond uitlaten en lopend boodschappen doen Meneer met mentale PSF: Andere taken op werk, kan tussendoor pauzes inlassen, werkt kortere dagen Werken geeft voldoening en thuis heeft hij ook nog energie Meneer met premorbide problematiek en PSF: Wandelt elke dag minimaal 30 minuten in het bos Hanteert een agenda en houdt zich daar meestal aan Neemt extra rust bij drukke planning Soms gaat het mis, weet waardoor het komt
Bedankt voor uw aandacht! Zijn er vragen?