BIJZONDERE EN TOEGEPASTE BEGELEIDINGSMETHODEN opleiding
Interactie-Academie vzw Van Schoonbekestraat 33 B-2018 Antwerpen e-mail: secretariaat@ Interactie-Academie.be tel.: 00 32 (0)3/237 01 52 fax: 00 32 (0)3/248 69 31
BIJZONDERE EN TOEGEPASTE BEGELEIDINGSMETHODEN opleiding
het kenmerk van de opleiding De opleiding richt zich tot hulpverleners die door hun specifieke werkcontext verplicht worden de begeleiding van individuen, paren en gezinnen op een informele en toegepaste wijze uit te voeren. Door het bijzondere karakter van de werkomstandigheden (zoals bijvoorbeeld geen vaste agenda en een grote mate van onvoorspelbaarheid; langdurige of wisselende begeleidingen; een lage drempel; huisbezoek; een grote verscheidenheid en veranderlijkheid van vragen; gedwongen of opgelegde hulpverlening) en door de atypische cliëntpopulatie (bijvoorbeeld kansarme of multi-problem cliënten die ongemotiveerd, hopeloos, lastig, rigide of chaotisch genoemd worden) moeten deze hulpverleners hun interventies leren plaatsen op een incidentele en tussendoor -manier. De contacten worden vaak niet als begeleiding ervaren, maar als controle, onderzoek of disciplinering. De hulpverlener heeft een andere hoofdtaak dan begeleiden. In deze opleiding worden specifieke en van psychotherapie afgeleide begeleidingsmethoden ontwikkeld. De doelstelling is hulpverleners te leren hoe ze verandering kunnen opzetten met tussendoor -begeleidingsvormen, die toepasbaar zijn op zeer verschillende inhouden en hanteerbaar in zeer uiteenlopende werkomstandigheden. 2
De aangeboden hulpverleningsvormen zullen rekening moeten houden met de bijzondere werkrealiteit. Daartoe zal de theoretische bagage vertaald worden in verbale en ook non-verbale methoden, die aangepast zijn aan bedoelde situaties. De hulpverlener in kwestie heeft nog andere posities dan die van begeleider; de begeleidingsopdracht dient gecombineerd te worden met andere (hoofd)taken (bijvoorbeeld sociale integratie, opvoeden, disciplineren, controleren, meldingsplicht). Bovendien hebben deze hulpverleners vaak een onderhandelingstaak en fungeren ze als spil in een samenwerkingsverband, waar ze zich moeten bewegen tussen uiteenlopende spanningsvelden. Ze zijn gebonden aan overleg met en rapportage aan disciplinerende instanties. Er wordt van hen verwacht dat ze kunnen omgaan met belangtegenstellingen en met de daaruit voortvloeiende conflictsituaties. Kandidaten zijn minstens halftijds werkzaam in een ambulante of (semi-)residentiële instelling, binnen de sector van het algemeen welzijnswerk, de bijzondere jeugdbijstand, de jeugdzorg, de reclassering of de verslavingszorg. 3
opleidingscurriculum Deze opleiding is een praktijkopleiding, waarbij recente systeem- en communicatietheoretische inzichten vorm krijgen in de dagelijkse werkpraktijk van de deelnemers. Het systeemtheoretisch model is een leidraad voor het handelen. Moeilijkheden worden gekaderd in de bredere verbanden, waarin mensen leven. Theorie Systeemtheoretische en communicatietheoretische principes worden uiteengezet en herkenbaar gemaakt in de praktijk. Dit gebeurt door middel van geïnstrueerde oefeningen, ervaringsoefeningen, demonstraties en toepassingsoefeningen met nagespeelde cliëntsituaties, ingebracht door cursisten. Speciale aandacht gaat naar volgende invalshoeken: Kenmerken van systeemtheoretisch denken als een denken in termen van onbegrensdheid van verbanden, voortdurende wisselwerking, die alle kanten uitgaat en complexiteit Leren reflecteren over tussenmenselijke beïnvloeding, besef van eigen invloed en invloed van anderen, mogelijkheden en begrenzingen van eigen invloed en die van anderen, leren zien van communicatieve effecten 4
De gelaagdheid van menselijke communicatie, het onderscheid tussen bedoeling en effect; analoge en digitale taal als taalmodi; het betekenisscheppend karakter van taal naast het beschrijvende, inhoudelijke karakter Contexten die van een hogere orde zijn in het beïnvloedingsproces: normen en waarden, de context van sociale perspectieven, loyaliteitsdimensies, positionele hiërarchieën Interpunctiekwesties en waarheidsvragen Perspectieventheorie en ontwikkeling van identiteit Deze theoretische concepten worden toegepast op allerlei inhouden die ook naargelang de vraag van de cursisten in de opleiding aan bod komen. Bijvoorbeeld: niet gemotiveerd voor hulpverlening; weerstand; multiculturaliteit; loyaliteitsconflicten; vervreemding; asociaal en delinquent gedrag; geweldsituaties; sociale ontwikkeling; problematische opvoedingssituaties; verslaving; psychosomatiek; psychiatrische beelden; crisissituaties; scheidingsproblematiek; ongewone gezinsvormen; rigide omgangspatronen; rapportering en verslaggeving; doorverwijzing; samenwerking en overleg; multidisciplinair samenwerken. Methodentraining Specifieke gespreksvaardigheden en doe-methoden worden ingeoefend door middel van toepassingsoefeningen en rollenspel aan de hand van materiaal uit de cliëntpraktijk van cursisten. Zij worden aangesproken op het vormen, toetsen en leren vasthouden of wijzigen van hypothesen. 5
Bijzondere aandacht wordt besteed aan de volgende attitudes en vaardigheden: Cliëntproblematiek leren vertalen in systeemtheoretische concepten Inleving op verschillende niveaus. Gevoelsinleving en contextinleving Leren invoegen en leren toevoegen. Het dynamisch hanteren van de grens tussen afstand en nabijheid Leren exploreren van beïnvloedende verbanden. Patronen en regels leren zien Invloed leren zien en de mogelijkheden tot invloed hebben en beïnvloed worden uitbreiden Zoeken naar haalbare doelstellingen. Een rode draad leren zien en leren vasthouden Het leren interpreteren van eigen effecten, op korte termijn en op lange termijn. Het besef van blinde vlekken en valkuilen Specifieke interventiemethoden als: motiveren en creëren van een werkrelatie; activerend, tegemoetkomend en vasthoudend zijn; herkaderen van problematiek; verbreden, concretiseren en differentiëren; triadisch bevragen; opzetten van grensonderhandelingen; aanreiken van gedragsalternatieven, plaatsen van gemeenschappelijke interpuncties. Deze interventiemethoden worden ingeoefend in het werken met diverse cliëntsettings of contactvormen: zowel het spreken met één persoon, met een partner- of ouderpaar als het spreken met ouder(s) en kind(eren), (setting individu, setting paar, setting gezin). Ook wordt stilgestaan bij het tussenkomen in team-, overleg- en samenwerkingssituaties, in besprekingen rondom cliënten. 6
Supervisie en intervisie Van cursisten wordt verwacht dat zij actief participeren tijdens de bijeenkomsten en eigen casuïstiek inbrengen. Tegen het einde van het eerste opleidingsjaar en gedurende het tweede opleidingsjaar zijn er op basis van dit ingebrachte materiaal regelmatig intervisie- en supervisiemomenten. Tijdens het tweede jaar en na afloop van de opleiding kunnen cursisten zich aansluiten bij bestaande intervisiegroepen, gevormd door cursisten die de opleiding voltooid hebben. Dit gebeurt buiten het instituut. Evaluatie Gedurende de opleiding is er een permanente evaluatie aan de hand van de inbreng van de cursisten: de vragen die gesteld worden, de opmerkingen die gegeven worden; via doorgenomen literatuur; via aangebrachte cliëntsituaties en uitgeprobeerde interventies. Er worden ook enkele formele tussentijdse evaluatiemomenten gepland om de deelnemers zicht te geven op hun vorderingen en leerpunten. De eindevaluatie gebeurt in groepsverband, aan de hand van een werkstuk. Dit werkstuk bedoelt een reflectieverslag te zijn, waarin de cursist laat zien dat hij/zij de theorieën uit de opleiding voldoende herkent in de eigen werkcontext en dat hij/zij op verantwoorde wijze kan interveniëren in cliëntsituaties. Bij het afsluiten van de opleiding wordt door het instituut een attest van deelname verstrekt. 7
procedure Men kan zich aanmelden door middel van het uitgebreid inschrijvingsformulier in deze brochure. De toelatingsvoorwaarden (zie verder) vormen een eerste selectie. Nadat men heeft deelgenomen aan een kort vormings- of bijscholingsprogramma onder leiding van een staflid van de Interactie-Academie volgt een uitnodiging voor een overleggesprek met de opleider. Op basis van dit gesprek wordt beslist of men aan de opleiding kan deelnemen. De toelatingsvoorwaarden zijn: 1) Een vooropleiding genoten hebben in een menswetenschappelijke richting op hoger niet universitair of op universitair niveau. 2) Professioneel werkzaam zijn in de welzijnszorg en aangeworven zijn met een andere dan psychotherapeutische hoofdtaak. 3) Het akkoord hebben van de directie van het instituut of centrum waar men werkt, zodat de garantie aanwezig is dat het geleerde toegepast zal kunnen worden in de praktijk. 8
4) Bereid zijn cliëntcasuïstiek in te brengen en het eigen denken erover te exploreren en te expliciteren, in samenspraak met de andere deelnemers en de opleiders. 5) Vóór het overleggesprek deelnemen aan een kortdurende vormings- of bijscholingscursus onder leiding van een staflid van de Interactie-Academie. Informatie omtrent programma s die hiervoor in aanmerking komen, vindt men in Samenspraak, een halfjaarlijkse uitgave van de Interactie-Academie. U kunt een keuze maken uit de aangeboden programma s. Kandidaten dienen zich hier apart zelf voor in te schrijven. Het doel van dit voorprogramma is kennis te maken met het denkmodel en na te gaan of men zich er verder in wenst te bekwamen. 7) Er zich toe verbinden niet meer dan één langdurige bijscholing tegelijk te volgen, teneinde voldoende intens met de opleiding te kunnen bezig zijn. 8) Zich verbinden tot deelname aan alle opleidingsdagen. 9
staf De opleiding wordt ingericht door de staf van de Interactie-Academie. Hoofdopleider is Lieve Cottyn, klinisch psycholoog, systeemtheoretisch psychotherapeut Medeopleiders: Kris Decraemer, klinisch psycholoog, systeemtheoretisch psychotherapeut Luc Van den Berge, sociaal verpleegkundige, systeemtheoretisch psychotherapeut Sabine Vermeire, orthopedagoog, systeemtheoretisch psychotherapeut Interactie-Academie vzw Van Schoonbekestraat 33 B-2018 Antwerpen e-mail: secretariaat@interactie-academie.be website: www.interactie-academie.be tel.: 00 32 (0)3/237 01 52 fax: 00 32 (0)3/248 69 31
inschrijvingsformulier 1 opleiding Toegepaste begeleidingsmethoden 1. Persoonlijke gegevens naam:... voornaam:.... man/vrouw* geboortedatum:... burgerlijke staat:... straat:... nr:... postnummer:... woonplaats:... telefoonnummer:... e-mail:... bank-, giro- of postrekening:... * Doorhalen wat niet van toepassing is 1 Terug te zenden naar Lieve Cottyn, p/a Interactie-Academie, Van Schoonbekestraat 33 te 2018 Antwerpen. Dit inschrijvingsformulier wordt beschouwd als een vertrouwelijk document. #
2. Werk naam van het centrum:... adres:......... telefoonnummer:... e-mail:... dienst:... functie:... aantal uren per week:.... Is uw werkgever akkoord met uw opleidingswens?... In welke mate komt de werkgever tussen inzake tijd en kosten?.........
3. Opleiding Diploma('s) en jaar van afstuderen:... 4. Concrete omschrijving van de werksituatie a) Kader waarin de dienst zich situeert: b) Doel van de dienst: #
c) Teamsamenstelling: d) Omschrijving van uw actuele werktaak:
e) Samenwerkingsmogelijkheid met andere diensten: f) Omschrijving van het doelpubliek: g) Met welke cliëntvragen hebt u te maken? Formuleer ze zoals de cliënten ze formuleren in een eerste contact: #
Wat wenst u te leren in de opleiding en waartoe?........................ Ondergetekende verklaart zich akkoord met de procedure en de toelatingsvoorwaarden en stort het inschrijvingsbedrag van: voor Vlamingen: 50 (voor administratie en overleggesprek) op rekening 000-1613913-27 van Interactie-Academie, op datum van... voor Nederlanders: 50 (voor administratie en overleggesprek) op bankrekening: 47.17.69.576 (ABN-AMRO) ten gunste van Inter actie-acade mie vzw, op datum van... Datum... Handtekening...