Ingekomen stuk D3 (PA 9 mei 2012) Aan de gemeenteraad van Nijmegen Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 96 99 E-mail gemeente@ nijmegen.nl Postadres Postbus 9105 6500 HG Nijmegen Datum 17 april 2012 Ons kenmerk SO10/12.0008801 Contactpersoon Etienne Waterval Onderwerp actualisatieplanning en inzet van de beheersverordening Datum uw brief Doorkiesnummer (024) 3299101 Geachte leden van de raad, Ten behoeve van de raadsvergadering van 9 februari 2011 bent u per brief geïnformeerd over de stand van zaken wat betreft de planning voor de actualisatie- en ontwikkelbestemmingsplannen. Zoals bij u bekend is, mag de gemeente na 1 juli 2013 niet langer beschikken over verouderde bestemmingsplannen. Het college is voornemens om naast het instrument van het bestemmingsplan ook andere instrumenten onder de Wro in te zetten. Dit betreft thans met name het instrument van de beheersverordening. Het opstellen van een bestemmingsplan is een tijdrovend proces (circa 1,5 jaar). Een beheersverordening is daarvoor een zeer geschikt maar relatief onbekend alternatief. En onbekend maakt wellicht onbemind, hetgeen de reden kan zijn dat er in het land tot op heden relatief weinig beheersverordeningen zijn vastgesteld. De beheersverordening is geïntroduceerd om de planologische situatie van een gebied zonder ruimtelijke ontwikkelingen eenvoudiger vast te leggen. De vakliteratuur spreekt hier over (relatief) laagdynamische gebieden. Het grote voordeel van een beheersverordening is dat het flinke tijdwinst oplevert, met name in de procedure. De gebieden die in de brief van 9 februari 2011 genoemd zijn en waar het College voornemens is het instrument in te zetten, betreffen: - Kanaalh avens - Groe newoud Kwakkenberg - Braba ntse Poort - Nijmeg en Oost
1 De planning voor deze beheersverordeningen ziet er als volgt uit: Beheersverordening/ planning Ontwerpbeheersverordening in B&W Groenewoud- 16 april 2012 4 e kwartaal 2012 Kwakkenberg Nijmegen Oost 2 e kwartaal 2012 4 e kwartaal 2012 Kanaalhavens 4 e kwartaal 2012 1 e kwartaal 2013 Brabantse Poort 2 e kwartaal 2012 3 e kwartaal 2012 Vast te stellen beheersverordening in gemeente raad Beheersverordening Nijmegen Oost Vooruitlopend op een ontwerp-beheersverordening voor Nijmegen Oost is er op initiatief van de gemeente op 7 september 2011 overleg gevoerd met het Wijkcomité Oost. Dit overleg verliep in goede sfeer en daarbij is het Wijkcomité uitvoerig geïnformeerd over de pro s en contra s van het instrument beheersverordening. Het Wijkcomité Oost heeft vervolgens in de wijkkrant Nijmegen Oost van 8 oktober 2011 een publicatie met een negatieve toonzetting geplaatst. Het wijkcomité neemt in het betreffende stuk het standpunt in dat : 1. het College voorbij wil gaan aan de betrokkenheid van de burger. Het College zou zonder inspraak de beheersverordening Nijmegen Oost van bovenaf willen opleggen; 2. bestaande rechten die de burger nu heeft op basis van het bestemmingsplan Nijmegen Oost 2002, gewijzigd kunnen worden in een beheersverordening waardoor de burger - zonder gehoord te zijn - in een nadeliger positie kan geraken; 3. de gemeente betere oplossingen zoals een verlengingsbesluit omzeilt; 4. het College kostenbewustzijn uit het oog verliest door niet te kiezen voor een verlengingsbesluit. Inmiddels heeft wethouder Kunst op 10 december 2011 een reactie op het stuk van het Wijkcomité in de Wijkkrant Nijmegen-Oost geplaatst. De kritiek van het Wijkcomité is als volgt te weerleggen: Ad 1. Wettelijk gezien is er geen verplichting om het maatschappelijk draagvlak van een beheersverordening te verantwoorden. Het is evenwel niet de bedoeling van het College de fase van inspraak over te slaan. De concept-beheersverordening wordt ter inzage gelegd voor een periode van inspraak (6 weken) en er wordt gelegenheid geboden voor het indienen van inspraakreacties; tevens komt er een informatieavond. Deze aanpak is, in de fase van inspraak, niet anders dan bij een bestemmingsplan. Met de inspraakreacties kan vervolgens rekening worden gehouden bij het opstellen van de definitieve beheersverordening. Tegen de definitieve beheersverordening staat geen
2 rechtsbeschermingstraject meer open. M.a.w., er kunnen noch zienswijzen worden ingediend noch beroep kan worden aangetekend. Doordat de gang naar de Raad van State niet open staat, is de procedure aanmerkelijk korter dan de bestemmingsplanprocedure. Ad 2. De wetgever laat de gemeente slechts 2 keuzes: ofwel de bestaande planologische rechten worden geconsolideerd ofwel de feitelijke situatie wordt verankerd in de beheersverordening. Het is niet de insteek om de burger in een nadeligere positie te brengen. Per perceel kan worden gekozen of de planologische situatie uit het huidige bestemmingsplan wordt overgenomen of dat gekozen wordt voor de feitelijke situatie. Het zou dus kunnen zijn dat het huidige bestemmingsplan meer mogelijk maakt (bijvoorbeeld in bouwhoogte) dan de feitelijke situatie nu is. In een dergelijk geval kunnen we dus ervoor kiezen om of de situatie uit het bestemmingsplan over te nemen, of bijvoorbeeld een lagere bouwhoogte (feitelijke situatie) te regelen. Als voor het laatste wordt gekozen, dan is er altijd de mogelijkheid om een inspraakreactie te geven. Ad 3. Feit is dat het nemen van een verlengingsbesluit juridisch niet mogelijk is. Alleen voor bestemmingsplannen die zijn gemaakt onder de nieuwe Wet ruimtelijke ordening uit 2008 kan een verlengingsbesluit worden genomen. Het geldende bestemmingsplan dateert van vóór die tijd. In dat geval sluit de wetgever het nemen van een verlengingsbesluit uit. Dit aangereikt alternatief is dan ook niet inzetbaar. Ad 4. Het instrument beheersverordening wordt juist ingezet omdat dit goedkoper is dan een integrale herziening van het bestemmingsplan. Kostenbewustzijn speelt dus een belangrijke rol. Afsluiting Het College wil de raad via een presentatie nader informeren over de beheersverordening. In overleg met de Griffie zal dat plaatsvinden op 18 april 2012. Verder tref u in de bijlage een Q&A aan met veel voorkomende vragen over het instrument beheersverordening. Hoogachtend, College van Burgemeester en wethouders De Burgemeester, De Gemeentesecretaris, drs. W.J.A. Dijkstra drs. B. van der Ploeg
3 Bijlage Q & A Welke gemeenten werken al met een beheersverordening? De gemeente Den Haag, Utrecht, Landgraaf en Loon op Zand hebben ervaringen opgedaan met de beheersverordening. Hoe moet de keuze tussen een bestemmingsplan en een beheersverordening worden gemaakt? Een beheersverordening kan worden vastgesteld voor een gebied waar geen ruimtelijke ontwikkeling wordt voorzien. Bron hiervoor kan een structuurvisie zijn. Hierin zou kunnen staan welke gebieden voor een beheersverordening in aanmerking komen. Daarnaast kan een AMvB of een provinciale verordening bepalen dat voor bepaalde gebieden een bestemmingsplan moet worden vastgesteld. Daarmee zijn deze gebieden voor de vaststelling van een beheersverordening uitgesloten. Wat wordt verstaan onder geen ruimtelijke ontwikkeling in art. 3.38 lid 1 Wro? De wettekst geeft geen duidelijk houvast voor de beantwoording van deze vraag. De Minister van (voormalig) VROM heeft op Kamervragen geantwoord dat van een ruimtelijke ontwikkeling sprake is als het gaat om ruimtelijk relevante veranderingen in het planologische toegestane gebruik van gronden en opstallen, alsmede om bouwkundige wijzigingen van bouwwerken, waarvoor een bouwvergunning nodig is. Betekent de beheersverordening bevriezing van het bestaande gebruik van gronden en opstallen of zijn er mogelijkheden om veranderingen toe te staan? Een beheersverordening betekent niet per definitie dat al het bestaande gebruik wordt bevroren. Een beheersverordening kan ook worden voorzien van flexibiliteitinstrumenten, zoals een in de verordening geregelde afwijkingsbevoegdheid, die het bijvoorbeeld mogelijk maken om van bebouwingsvoorschriften af te wijken. Moet de beheersverordening ook verplicht beschikbaar worden gesteld via RO-Online? Ja, de beheersverordening moet beschikbaar worden gesteld via RO-Online. De beheersverordening moet op grond van art. 1.2.1 lid 1 Bro op zodanige wijze beschikbaar worden gesteld dat deze langs elektronische weg door een ieder kan worden verkregen. De Wro bevat ten aanzien van de voorbereiding, bekendmaking en inwerkingtreding van de beheersverordening geen procedure-eisen. Hoe komt deze dan tot stand? In ieder geval moeten de voorbereiding en totstandkoming van een beheersverordening
4 worden gezien als de voorbereiding en totstandkoming van gemeentelijk beleid in de zin van art. 150 Gemeentewet. De gemeentelijke inspraakverordening kan dan ook van toepassing zijn. Ingevolge de Nijmeegse inspraakverordening 2008 wordt elk daarvoor in aanmerking komend beleidsvoornemen (daarmee dus ook de beheersverordening) onderworpen aan inspraak. Gemeentelijke verordeningen moeten bekend worden gemaakt zoals beschreven in art. 139 Gemeentewet. Dat geldt dus ook voor de beheersverordening Is het opstellen van een exploitatieplan noodzakelijk bij een beheersverordening? Het exploitatieplan is alleen van toepassing op een aantal, met name genoemde, besluiten op grond van de Wro: een bestemmingsplan een wijziging van een bestemmingsplan een projectbesluit Daarmee dus niet voor een beheersverordening. Dit is ook begrijpelijk omdat de beheersverordening geen betrekking kan hebben op relevante ruimtelijke ontwikkelingen. Wat gebeurt er met de bestemmingsplannen, zodra een beheersverordening wordt vastgesteld? Zodra een beheersverordening in werking treedt, vervallen alle vigerende bestemmingsplannen voor het desbetrefffende gebied. Hoe wordt voldaan aan de actualisatieplicht, zodra er eenmaal een beheersverordening is gemaakt voor een gebied? De gemeente heeft hierin een grote mate van vrijheid. Een beheersverordening kan worden opgevolgd door een actualisatie-bestemmingsplan of door een beheersverordening. In beide gevallen wordt de bestaande planologische regeling dan overschreven. De Nijmeegse beheersverordeningen worden zo opgesteld, dat ze relatief eenvoudig kunnen worden opgevolgd door een actualisatieplan. Wat betekent de nieuwe Omgevingswet voor het instrument beheersverordening? De Omgevingswet is er pas in concept-(voor)ontwerp. Als opvolger van het bestemmingsplan introduceert deze wet het instrument omgevingsverordening. Inhoudelijk is er geen (groot) verschil met een bestemmingsplan. De wettelijke verplichting die nu bestaat om bestemmingsplannen te maken, blijft ook bestaan voor de omgevingsverordening. Om ontwikkelingen mogelijk te maken is ook het projectbesluit inzetbaar (vergelijkbaar met het huidige projectafwijkingsbesluit in de Wabo).
5 Het is nog niet duidelijk wat de procedure(tijd) is voor een omgevingsverordening. Waarschijnlijk is dat de korte procedure van de beheersverordening onder de Wro, straks niet terugkeert onder de Omgevingswet voor de omgevingsverordening. Hoe kan in een beheersverordening worden omgegaan met gebieden waar wel ruimtelijke ontwikkelingen plaatsvinden? Dergelijke gebieden kunnen uit het verordeningsgebied getild worden. Voor die gaten lopen meestal zelfstandige postzegel-planprocedures. De gemeente Utrecht bijvoorbeeld neemt de ontstane gaten in een verordeningsgebied in later stadium mee in een veegbestemmingsplan.