Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan

Transcriptie

1 Zaaknummer: BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Collegevoorstel Inleiding Sinds 1 juli 2008 is de Grondexploitatiewet van kracht, die deel uitmaakt van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). In de Grondexplotatiewet is bepaald dat de raad bij een bouwplan naast het ruimtelijk besluit tevens een exploitatieplan vaststelt. In de Wro is vastgelegd dat de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in een tweetal gevallen aan uw college kan worden gedelegeerd, namelijk bij vaststelling van een planologische omgevingsvergunning en als er sprake is van een wijzigingsplan. Tot delegatie in combinatie met de planologische omgevingsvergunning is in de vergadering van 8 februari 2011 door de raad besloten. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in samenhang met een wijzigingsplan berust nog steeds bij de raad. Feitelijke informatie Op grond van artikel 6.12, eerste lid, van de Wro is de gemeenteraad verplicht om een exploitatieplan vast te stellen als een ruimtelijk besluit de realisatie van een bouwplan mogelijk maakt. Wat onder een bouwplan wordt verstaan, is nader bepaald in artikel van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). De raad stelt een bestemmingsplan vast en kan daarin gedeelten aanwijzen waarvoor een wijzigingsbevoegdheid of een uitwerkingsplicht is opgenomen. De wijziging respectievelijk uitwerking (het zogenaamde wijzigingsplan) van dergelijke gedeelten berust op grond van artikel 3.6, eerste lid, van de Wro bij uw college. Maakt een wijzigingsplan een bouwplan, zoals in artikel van het Bro is bepaald, mogelijk, dan dient tegelijk met het wijzigingsplan een exploitatieplan te worden vastgesteld. Zoals reeds aangegeven ligt de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in het geval van een wijzigingsplan bij de raad. Artikel 6.12, vierde lid, Wro bepaalt dat het wijzigingsplan en het exploitatieplan gelijktijdig bekendgemaakt dienen te worden. In de huidige situatie moet na het collegebesluit over het wijzigingsplan echter eerst het besluit van de raad over het exploitatieplan worden afgewacht. Besluit de raad het exploitatieplan niet vast te stellen, dan moet het besluit over het wijzigingsplan worden ingetrokken, aangezien in een dergelijke situatie niet aan de wettelijke eisen kan worden voldaan. Na besluitvorming door zowel uw college als de raad worden beide besluiten als één besluit aangemerkt. Een belanghebbende hoeft derhalve slechts tegen één besluit beroep aan te tekenen, het beroep is dan automatisch gericht tegen zowel het wijzigingsplan als tegen het exploitatieplan. Zou de uitspraak van de rechter tot wijziging in zowel het wijzigingsplan als het exploitatieplan leiden, dan zijn in de huidige situatie twee organen met de verwerking van de uitspraak belast: uw college voor wijzigingen die betrekking hebben op het wijzigingsplan en de raad voor wijzigingen die betrekking hebben op het exploitatieplan. Het moge duidelijk zijn dat de huidige situatie verre van ideaal is. De huidige situatie kan tot onduidelijkheid bij de burger en tot extra formalisme leiden; besluitvorming dient tenslotte door twee organen plaats te vinden. Om die reden is in artikel 6.12, derde lid, Wro de bepaling opgenomen dat de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in een dergelijke situatie aan uw college kan worden gedelegeerd. 1

2 Zaaknummer: BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Delegatie van de bevoegdheid aan uw college leidt tot een verkorting van de doorlooptijd van het besluitvormingsproces en bevordert de klantgerichtheid. Uw college heeft dan de bevoegdheid om tegelijkertijd met het wijzigingsplan ook het exploitatieplan vast te stellen. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan houdt overigens ook in de bevoegdheid tot het besluiten dat er geen exploitatieplan hoeft te worden vastgesteld, doordat het kostenverhaal door middel van een anterieure overeenkomst anderszins verzekerd is. Afweging De bevoegdheid tot vaststelling van een wijzigingsplan berust bij uw college. Wordt door vaststelling van een dergelijk ruimtelijk besluit een bouwplan mogelijk gemaakt, dan dient tegelijk met het ruimtelijk besluit een exploitatieplan te worden vastgesteld. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan berust bij de raad. Dat betekent dat besluitvorming door een tweetal organen plaatsvindt. Dat leidt tot een langere doorlooptijd bij het besluitvormingsproces en is weinig klantgericht. Het ligt daarom voor de hand de raad voor te stellen om de vaststelling van het exploitatieplan te delegeren aan uw college. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure communicatie Het delegatiebesluit dient na besluitvorming door de raad in de Scherper gepubliceerd te worden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. 2

3 Zaaknummer: BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 10 januari 2012; gelet op: artikel 6.12, tweede en derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening; gelet op afdeling van de Algemene wet bestuursrecht (delegatie); gelet op artikel 156 van de Gemeentewet (delegatie); besloten: de raad voor te stellen aan het college van burgemeester en wethouders de bevoegdheid te delegeren tot het vaststellen of het afzien van vaststelling van een exploitatieplan in het geval van een wijzigingsplan, zoals bedoeld in artikel 3.6, derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven 3

4 BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Raadsvoorstel Inleiding Sinds 1 juli 2008 is de Grondexploitatiewet van kracht, die deel uitmaakt van de Wet ruimtelijke ordening (Wro). In de Grondexploitatiewet is bepaald dat uw raad bij een bouwplan naast het ruimtelijk besluit tevens een exploitatieplan vaststelt. In de Wro is vastgelegd dat de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in een tweetal gevallen aan het college kan worden gedelegeerd, namelijk bij vaststelling van een planologische omgevingsvergunning en als er sprake is van een wijzigingsplan. Tot delegatie in combinatie met de planologische omgevingsvergunning is in de vergadering van 8 februari 2011 door uw raad besloten. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in samenhang met een wijzigingsplan berust nog steeds bij uw raad. Feitelijke informatie Op grond van artikel 6.12, eerst lid, van de Wro is uw raad verplicht om een exploitatieplan vast te stellen als een ruimtelijk besluit de realisatie van een bouwplan mogelijk maakt. Wat onder een bouwplan wordt verstaan, is nader bepaald in artikel van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Uw raad stelt een bestemmingsplan vast en kan daarin gedeelten aanwijzen waarvoor een wijzigingsbevoegdheid of een uitwerkingsplicht is opgenomen. De wijziging respectievelijk uitwerking (het zogenaamde wijzigingsplan) van dergelijke gedeelten berust op grond van artikel 3.6, eerste lid, van de Wro bij het college. Maakt een wijzigingsplan een bouwplan, zoals in artikel van het Bro is bepaald, mogelijk, dan dient tegelijk met het wijzigingsplan een exploitatieplan te worden vastgesteld. Zoals reeds aangegeven ligt de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in het geval van een wijzigingsplan bij uw raad. Artikel 6.12, vierde lid, Wro bepaalt dat het wijzigingsplan en het exploitatieplan gelijktijdig bekendgemaakt dienen te worden. In de huidige situatie moet na het collegebesluit over het wijzigingsplan echter eerst het besluit van uw raad over het exploitatieplan worden afgewacht. Besluit uw raad het exploitatieplan niet vast te stellen, dan moet het besluit over het wijzigingsplan worden ingetrokken, aangezien in een dergelijke situatie niet aan de wettelijke eisen kan worden voldaan. Na besluitvorming door zowel het college als uw raad worden beide besluiten als één besluit aangemerkt. Een belanghebbende hoeft derhalve slechts tegen één besluit beroep aan te tekenen, het beroep is dan automatisch gericht tegen zowel het wijzigingsplan als tegen het exploitatieplan. Zou de uitspraak van de rechter tot wijziging in zowel het wijzigingsplan als het exploitatieplan leiden, dan zijn in de huidige situatie twee organen met de verwerking van de uitspraak belast: het college voor wijzigingen die betrekking hebben op het wijzigingsplan en uw raad voor wijzigingen die betrekking hebben op het exploitatieplan. Het moge duidelijk zijn dat de huidige situatie verre van ideaal is. De huidige situatie kan tot onduidelijkheid bij de burger en tot extra formalisme leiden; besluitvorming dient tenslotte door twee organen plaats te vinden. Om die reden is in artikel 6.12, derde lid, Wro de bepaling opgenomen dat de bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan in een dergelijke situatie aan het college kan worden gedelegeerd. 1

5 BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan Delegatie van de bevoegdheid aan het college leidt tot een verkorting van de doorlooptijd van het besluitvormingsproces en bevordert de klantgerichtheid. Het college heeft dan de bevoegdheid om tegelijkertijd met het wijzigingsplan ook het exploitatieplan vast te stellen. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan houdt overigens ook in de bevoegdheid tot het besluiten dat er geen exploitatieplan hoeft te worden vastgesteld, doordat het kostenverhaal door middel van een anterieure overeenkomst anderszins verzekerd is. Afweging De bevoegdheid tot vaststelling van een wijzigingsplan berust bij het college. Wordt door vaststelling van een dergelijk ruimtelijk besluit een bouwplan mogelijk gemaakt, dan dient tegelijk met het ruimtelijk besluit een exploitatieplan te worden vastgesteld. De bevoegdheid tot vaststelling van een exploitatieplan berust bij uw raad. Dat betekent dat besluitvorming door een tweetal organen plaatsvindt. Dat leidt tot een langere doorlooptijd bij het besluitvormingsproces en is weinig klantgericht. Het ligt derhalve voor de hand om de vaststelling van het exploitatieplan te delegeren aan het college. Inzet van Middelen Er zijn geen financiële en/of personele consequenties verbonden aan dit voorstel. Risico's Er zijn geen risico's verbonden aan dit voorstel. Procedure communicatie Het delegatiebesluit dient na besluitvorming door de raad in de Scherper gepubliceerd te worden. Voorgenomen besluit Wij stellen u voor bijgaand besluit vast te stellen. Het college van Heusden, de secretaris, mr. J.T.A.J. van der Ven de loco-burgemeester, M. Buijs 2

6 BECDGB008 Onderwerp Delegatie bevoegdheid vaststelling exploitatieplan in geval van wijzigingsplan De gemeenteraad van Heusden in zijn openbare vergadering van 14 februari 2012; gezien het voorstel van het college van 10 januari 2012, gelet op artikel 6.12, tweede en derde lid, van de Wet ruimtelijke ordening; gelet op afdeling van de Algemene wet bestuursrecht (delegatie); gelet op artikel 156 van de Gemeentewet (delegatie); gelet op de beraadslaging; b e s l u i t : aan het college van burgemeester en wethouders de bevoegdheid te delegeren tot het vaststellen of het afzien van vaststelling van een exploitatieplan in het geval van een wijzigingsplan, zoals bedoeld in artikel 3.6, eerste lid, van de Wet ruimtelijke ordening. de griffier, de plv. voorzitter, mw. drs. E.J.M. de Graaf ing. A.P.M. van den Hoven 3

7 Procedure wijzigingsplan en exploitatieplan Ontwerp wijzigingsplan B&W Ontwerp exploitatieplan B&W Ontwerp wijzigingsplan ter inzage: - 6 weken zienswijzen voor belanghebbenden Ontwerp exploitatieplan ter visie: - 6 weken zienswijzen voor belanghebbenden - kennisgeving aan eigenaren - kennisgeving langs elektronische weg B&W stellen wijzigingsplan vast: - melding aan indieners zienswijzen Gemeenteraad stelt exploitatieplan vast (in geval van delegatie stellen B&W vast): - tegelijk met wijzigingsplan - binnen 4 weken na vaststelling aan eigenaren meedelen en melden terinzagelegging - tevens kennisgeving langs elektronische weg Gelijktijdige bekendmaking wijzigingsplan en exploitatieplan: - binnen 2 weken na vaststelling; - binnen 6 weken indien GS of inspecteur RO zienswijzen hebben ingediend tegen wijzigingsplan en B&W deze niet heeft overgenomen; - binnen 7 weken indien GS of minister binnen 6 weken een reactieve aanwijzing heeft gegeven. Besluit ligt 6 weken ter inzage, tevens termijn voor instellen beroep bij Afdeling bestuursrechtspraak Besluit Afdeling bestuursrechtspraak binnen 12 maanden na afloop beroepstermijn. Wijzigingsplan en exploitatieplan worden voor instellen van beroep, behandeling en uitspraak aangemerkt als één geheel.