WERKBOEK 5
Les 7 Analyse van getallen tot 1 000 000 (2) Dit kan ik al! Ik kan getallen tot 1 000 000 lezen en schrijven. Ik kan getallen tot 1 000 000 op een getallenas plaatsen. Ik kan getallen tot 1 000 000 analyseren en herstructureren. Ik kan getallen tot 100 000 optellen en aftrekken. 1 Vul de getallenas aan. 100 000 2 300 000 250 000 300 000 0 250 000 Orden deze getallen van klein naar groot: 656 239 789 584 94 500 336 336 798 200 < 3 400 000 < < < Vul aan. Maak sprongen volgens de kikkers. + 10 000 140 000 130 000 58
+ 100 000 370 000 270 000 + 150 000 300 000 150 000 500 000 + 250 000 0 7.1 7.1 4 Vul aan. 5E meer dan 777 500 = 9E minder dan 1 000 000 = 335 370 + 3T = 5T minder dan 780 800 = 3H minder dan 500 000 = 400 700 + 3H = 7D meer dan 783 500 = 1 000 000-1D = 4TD meer dan 660 300 = 1HD meer dan 15 000 = 7.2 7.2 59
5 Vul aan. 1 000 000 = het dubbel van = 600 000 + = 200 000 keer = 100 meer dan = 10 keer = 250 000 + = 4 = 500 000 meer dan 750 000 = 250 000 minder dan = 250 000 meer dan = 3 = 3 4 van 250 000 = een vierde van = 1 2 van = het dubbel van = het vijfvoud van 6 Voor een project haalt men precies 1 000 000 kikkereieren uit de vijver. Na een tijd is de helft van de kikkereieren kikkervis geworden. Helaas werd slechts één vijfde van die kikkervissen kikker. Hoeveel kikkers overleefden het project? Dit heb ik vandaag geleerd. 1M = 1 000 000 = 10 1HD = 100 1TD = 1 000 1D = 10 000 1H = 100 000 1T = 1 000 000 1E Als ik de cijfers groepeer per drie, kan ik grote getallen gemakkelijker lezen. 60
Les 7 7.1 Vul aan met de gevraagde sprongen. + 10 000 30 000 150 000 900 000 100 000 200 000 450 000 200 000 500 000 1 000 000 + 10 000 + 10 000 + 100 000 + 100 000 + 100 000 + 200 000 + 500 000-500 000-100 000 1 000 000 7.2 Schrijf de getallen met cijfers. Vul de positietabel aan. Vijfhonderdduizend Zeshonderdvijftigduizend zesenvijftig Driehonderdvijfendertigduizend Zestienduizend zeshonderdzeventig Vijfduizend achthonderdachtentachtig M HD TD D H T E 79
Les 7 7.1 Maak de optellingen en aftrekkingen. Rangschik je uitkomsten van klein naar groot. Zet de letters die bij de optellingen en aftrekkingen staan, nu ook van klein naar groot. 130 000 + 70 000 = I 270 000 + 33 000 = J 676 000-7 000 =! 300 120 + 780 = L 421 210 + 2 790 = E 400 000-1 = O 5 555 + 50 000 = M 1 000 000-500 500 = N < < < < < < < 7.2 Reken uit. 49 000 + 882 = 4 2 200 = 163 295 + 5 = 6 8 100 = 909 000-9 000 = 56 000 : 8 = 1 000 000-6 000 = 63 900 : 9 = 85 8
Analyse van getallen tot 1 000 000 (2) Les 7 50 DOELEN Op het einde van deze les kunnen de leerlingen: natuurlijke getallen tot 1 000 000 correct lezen, noteren, analyseren, samenstellen en rangschikken; natuurlijke getallen tot 1 000 000 plaatsen op een getallenas. LESVERLOOP Aanzet 10 1 Getallen vormen Kern 35 2 Getallen rangschikken 3 Getallendictee 4 Gedifferentieerd oefenen Reflectie 5 5 Kikkersprong LEERLIJNEN Dit kwam vorig schooljaar aan bod. Aftrekken en optellen tot 100 000. Getallen tot 1 000 000 correct lezen en noteren. Getallen tot 1 000 000 ordenen en plaatsen op de getallenas. Dit kwam eerder aan bod Analyseren en herstructureren van getallen tot 1 000 000 (blok 1, les 6). Dit komt later aan bod. Optellen en aftrekken met getallen tot 1 000 000 (blok 1, les 9 en les 11). Vermenigvuldigen met natuurlijke getallen tot 1 000 000 (blok 2, les 7). Natuurlijke getallen tot 1 000 000 delen (blok 4, les 9 en les 11). MATERIAAL Werkboek p. 58-60 Kopieerblad 1.7.1 Extra materiaal kaarten met getallen van 0 tot 9 (één kaart voor elke leerling) blad papier per groep van 6 leerlingen om het grootst mogelijke getal dat ze vormden, op te schrijven. VOOR DE LES Je tekent de positietabel op het bord. Je kopieert kopieerblad 1.7.1 per groep van 4 leerlingen. 7.1
LESVERLOOP AANZET 10 1 Getallen vormen Alle leerlingen krijgen een kaart met een cijfer op. Ze gaan per 6 zitten en vormen met hun cijfers een zo groot mogelijk getal. Ze schrijven dat getal op een kaart, één leerling komt met die kaart vooraan staan. Leerlingen van andere groepen die klaar zijn, kunnen zo controleren of zij geen groter getal kunnen maken met dezelfde cijfers. In een groep zitten bijvoorbeeld leerlingen met de cijfers 0 4 9 5 6 6. Ze vormen samen het grootst mogelijke getal en vinden dus 966 540. Als hun klasgenoten geen groter getal kunnen vormen met dezelfde cijfers, schrijft een leerling dat getal in de positietabel. KERN 35 2 Getallen rangschikken Er staat nog altijd één leerling van elke groep vooraan met het getal dat ze vormden. Je geeft hun de opdracht om van groot naar klein te gaan staan. De klas controleert of de getallenrij klopt. 3 Getallendictee TIP Je laat sterke leerlingen groepen vormen met leerlingen die hulp nodig hebben. Zo krijgen de leerlingen de kans om van elkaar te leren. kopieerblad 1.7.1 Je laat de leerlingen groepen van 4 vormen en geeft elke groep een placemat. Je positioneert de leerlingen zodanig rond de placemat dat er voor elke leerling een leeg vlak ligt. Je dicteert een getal en elke leerling noteert dat getal in zijn eigen lege vlak. Je geeft de groepen even tijd om te overleggen. Daarna noteren ze hun definitieve antwoord in het midden van hun placemat en gelijktijdig steken alle groepen hun definitieve antwoord omhoog. Laat een leerling onmiddellijk nadat je dicteerde, het juiste getal op bord schrijven. Zo kun je groepen die toch nog fouten maken, onmiddellijk bijsturen en moeilijkheden klassikaal bespreken. 4 Gedifferentieerd oefenen werkboek p. 58-60 oefening 1-6 De leerlingen die vlot met de getallen tot 1 000 000 kunnen werken, mogen zelfstandig in het werkboek aan de slag. Leerlingen die er nog nood aan hebben, werken in het werkboek onder klassikale begeleiding. Zij kunnen starten met oefening 1 alvorens de kernoefeningen te maken. De leerlingen van de uitdagingsgroep maken oefening 6 zelfstandig. 7.2
5 Kikkersprong REFLECTIE 5 Je laat de leerlingen vertellen wat ze geleerd hebben in deze les, zodat ze met eigen woorden het lesdoel herhalen: natuurlijke getallen tot 1 000 000 correct lezen, noteren, analyseren, samenstellen, rangschikken en die getallen op een getallenas plaatsen. Is het doel van de les gehaald? Wat ging vlot? Wie heeft hulp nodig? Waarmee? Je laat de leerlingen aanduiden of ze de weer- of meeroefeningen zullen maken. Je laat de leerlingen elk om beurten springen als een kikker, zoals ze de vorige les sprongen als een kangoeroe. Geef telkens aan per hoeveel ze moeten tellen. Betrek alle leerlingen bij deze leuke opdracht. 7.3
Les 7 Analyse van getallen tot 1 000 000 (2) + 100 000 Dit kan ik al! Ik kan getallen tot 1 000 000 lezen en schrijven. Ik kan getallen tot 1 000 000 op een getallenas plaatsen. Ik kan getallen tot 1 000 000 analyseren en herstructureren. Ik kan getallen tot 100 000 optellen en aftrekken. 270 000 370 000 470 000 570 000 670 000 1 Vul de getallenas aan. 100 000 200 000 300 000 400 000 500 000 250 000 300 000 350 000 400 000 450 000 + 150 000 300 000 450 000 150 000 600 000 750 000 0 250 000 500 000 750 000 1 000 000 500 000 2 Orden deze getallen van klein naar groot: 656 239 789 584 94 500 336 336 798 200 + 250 000 250 000 750 000 0 1 000 000 7.1 7.1 94 500 < 336 336 < 656 239 < 789 584 < 798 200 4 Vul aan. 5E meer dan 777 500 = 777 500 + 5 = 777 505 3 Vul aan. Maak sprongen volgens de kikkers. 9E minder dan 1 000 000 = 335 370 + 3T = 5T minder dan 780 800 = 1 000 000-9 = 999 991 335 370 + 30 = 335 400 780 800-50 = 780 750 3H minder dan 500 000 = 500 000-300 = 499 700 + 10 000 130 000 140 000 150 000 160 000 170 000 400 700 + 3H = 7D meer dan 783 500 = 1 000 000-1D = 4TD meer dan 660 300 = 1HD meer dan 15 000 = 400 700 + 300 = 401 000 783 500 + 7 000 = 790 500 1 000 000-1 000 = 999 000 660 300 + 40 000 = 700 300 15 000 + 100 000 = 115 000 7.2 7.2 58 59 5 Vul aan. 1 000 000 = het dubbel van 500 000 = 600 000 + 400 000 = 200 000 keer 5 = 100 meer dan 999 900 = 10 keer 100 000 = 250 000 + 750 000 = 4 250 000 = 500 000 meer dan 500 000 750 000 = 250 000 minder dan 1 000 000 = 250 000 meer dan 500 000 = 3 250 000 = 3 4 van 1 000 000 250 000 = een vierde van 1 000 000 = 1 2 van 500 000 = het dubbel van = het vijfvoud van 125 000 50 000 6 Voor een project haalt men precies 1 000 000 kikkereieren uit de vijver. Na een tijd is de helft van de kikkereieren kikkervis geworden. Helaas werd slechts één vijfde van die kikkervissen kikker. Hoeveel kikkers overleefden het project? kikkervissen: 1 000 000 : 2 = 500 000 kikkers: 500 000 : 5 = 100 000 Antwoord: 100 000 kikkers overleefden het project. Dit heb ik vandaag geleerd. 1M = 1 000 000 = 10 1HD = 100 1TD = 1 000 1D = 10 000 1H = 100 000 1T = 1 000 000 1E Als ik de cijfers groepeer per drie, kan ik grote getallen gemakkelijker lezen. 60 7.4
De Wiskanjers 5, Plantyn Blok 1 Les 7 Kopieerblad 1.7.1