Beleidsplan Wegen Gemeente Tiel. Concept

Vergelijkbare documenten
Versie: 24 mei Beheerplan Wegen Waterland

Wegenbeheerplan en Voorziening Wegen

Tijdsgebonden: Wanneer zijn we klaar? Nummer coalitieprogramma: Programmanaam: 07 Beheer Z / INT Wegbeheer

Concept-Raadsvoorstel, gewijzigd.

Raadsvoorstel. Samenvatting

Raadsvoorstel Onderwerp: Wegenbeleidsplan Datum voorstel: 8 augustus 2017 Vergaderdatum: 19 september 2017 Registratienr.

*ZAAE2BF3F76* Adviesnota. Raad van : 2 juli 2015 Agendapunt : 7 Reg. nr. : Z / INT Onderwerp Vaststellen beheerplan wegen

Herziening van de huidige definitie van de Maatregeltoets

1. Openbare ruimte en de kapitaalsgoederen in de openbare ruimte.

In de programmabegroting 2015 is het beheerplan voor het wegonderhoud aangekondigd.

*ZE9C48C23CC* Raadsvergadering d.d. 16 december 2014

Beleidskader Openbare Ruimte in nieuw perspectief

*ZEA3E9FBA15* Raadsvergadering d.d. 22 maart 2016

Raadsvoorstel. 1. Aanleiding

Paragraaf 3: Onderhoud kapitaalgoederen

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Groot onderhoud Gemeente Eindhoven. Roel den Dikken en Antoinet Grips PG & RBT Maart 2015

Collegevoorstel onder verantwoordelijkheid van : Onderwerp. : onderbouwing voorziening gemeentelijke accommodaties. Programma.

Raadsvoorstel Registratienr: Agendapunt: Onderwerp: Portefeuillehouder: Samenvatting: Aanleiding:

AAN: de raad van de gemeente Ferwerderadiel. Sector : lll Nr. : 10/27.14 Onderwerp : Vaststellen wegenbeheerplan Ferwert, 22 mei 2014

Beleidsplan Wegen

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: beleids- en beheerplan kleine civiele kunstwerken. Gevraagde Beslissing:

Uitvoeringsnotitie Meerjaren Onderhoudsprogramma Verhardingen (MJOP )

Aan de Raad. 2.1 Geeft meer veiligheid voor burgers en weggebruikers.

Rekenkamercommissie Noordoost Fryslân

1. Samenvatting In dit voorstel wordt ingegaan op de reactie van de provincie bij de ingediende begroting 2013.

Berry Verlijsdonk raad

Collegevoorstel. Zaaknummer: Onderwerp: beleidsplannen onderhoud wegen, groen en gebouwen 2014

Voorstel raad. Onderhoud en vervanging van bruggen 25 april 2013

Beleidsnotitie Wegen. Kaders voor beheer

VOORSTEL AAN DE GEMEENTERAAD

Kostendekkingsplan Water & Riolering

Zienswijze ontwerp begroting 2018 Veiligheidsregio Brabant Zuidoost.

Stappenplan nieuwe Dorpsschool

Raadsvoorstel agendapunt

Beheerplan onderhoud wegen

3.3 ONDERHOUD KAPITAALGOEDEREN

Paragraaf 3. Onderhoud kapitaalgoederen

STREKT TER VERVANGING

Raadsvoorstel agendapunt

11.3. Onderhoud kapitaalgoederen

Aan de raad van de gemeente Lingewaard

Financieel beeld van de gemeente Naarden, Muiden, Bussum September 2014

: 9 mei 2011 : 23 mei : H.T.J. van Beers : J.C. Teeuwen

Hellendoorn. Aan de raad. Noord. Punt 5 : Financiën Stationsomgeving LjCMlCClIlC

*Z00758DF077* documentnr.: INT/G/14/08366 zaaknr.: Z/G/14/08078

Raadsstuk. Onderwerp: Beschikbaar stellen krediet uitvoering herinrichting Spaarndamseweg (fase 2) Reg.nummer: 54153

f. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Groen 2014-O.docx Grip op groen.veilig en heel

Raadsvoorstel. Bevoegdheid Raad. Vergaderdatum: 18 oktober 2016 Registratienummer: 2016/55 Agendapunt nummer: 9

2011/ Raadscommissie AZ

Meerjarenprogramma Wegonderhoud (MJP Wegonderhoud) Werken aan de weg!

Bijlage 3. Spoorboekje Planmatig Beheer en Onderhoud Verhardingen

Meerjarenprogramma Kunstwerken. Noordhollandsch Kanaal

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Afspraken tussen raad, college en organisatie bij (grote) ruimtelijke gemeentelijke projecten S.Reijmer, 2 maart 2016, TA

Bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering. Gemeenteraad van de gemeente Oostzaan. P. Flens

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Provinciale Staten van Flevoland Postbus AB LELYSTAD

Ambtelijke bijstand: Ing. R.H. Gaveel 1

Provinciale Staten van Noord Holland

Onderwerp Bestuursrapportage 2016 en Begroting 2017

Onderwerp: Vaststellen keuze kwaliteitsniveau Integraal beheerplan

b Onvermijdelijk Er moeten keuzes worden gemaakt ten aanzien van de investeringsportefeuille.

Onderhoudsplan en begroting wegen Gemeente Schiermonnikoog

Beheerplan wegen Definitief 13 CZ

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010:

UITWERKING EVALUATIE VERKEER OP DIJKWEGEN. Aanbevelingen voor verkeersveilige dijkwegen in Lingewaard

g. OW BIJ beleidsplan Onderhoud Gebouwen 2014-O.docx

Peter Roest raad december 2012

Portefeuillehouder: J. Hoekzema Behandelend ambtenaar J. Koomans van den Dries ( ) (t.a.v. J. Koomans van den Dries)

Raadsvoorstel ISE - Intentieovereenkomst

PROVINCIALE STATEN VAN OVERIJSSEL Reg.nr. P& / 20 J W / Ob 0 7 JAN 2G14. Dat. ontv.: Routing

Onderwijshuisvestingsbeleid gemeente Utrecht. Onderzoeksplan

AGENDAPUNT 3.2 ONTWERP. Onderwerp: GOP Zuiveringstechnische werken Nummer: v9. Voorstel

opzet quick scan civiele kunstwerken Lansingerland

ACTIEPLAN FIETS Actieplan Fiets

Nr.: a/6/A.22, C Groningen, 10 februari 2005

Sis. 7 n. B&W-nota. gemeente Winterswijk. nr(s) geregistreerde stuk(ken): blad: 1/6 datum nota:

Raadsvoorstel. 1 Samenvatting van het voorstel. 2 Aanleiding. Openbaar. : Instellen voorziening Meerjaren Onderhoudsprogramma Gebouwen

BEHEERKOSTEN WEGEN GEMEENTE HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE. 14 november 2012 : - Concept, vertrouwelijk B

FINANCIEEL PERSPECTIEF KADERNOTA

AAN DE AGENDACOMMISSIE

Projectvoorstel. Integraal onderhoud Zeewolde-Noord (1) Inhoudsopgave. Projectleider : Anne Damstra Datum : 05 april 2016 Versie : definitief

: '15 : : Mw H.M. Lejeune- Koster

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel:

GEMEENTEBESTUUR UITGEEST NR. Nota I advies van: S. Rutte Behandelende afdeling: Civiel Datum: TITEL: Beheerplan wegen 2015 t/m 2019

Wegenbeheerplan en beeldkwaliteit wegen Drimmelen. planperiode Versie : D 1 Datum : 16 maart 2004 Samengesteld door : ing. J.P.A.

1e Bestuursrapportage

Onderwerp Wegwerken achterstallig onderhoud bij de individueel te beheren gemeentelijke bomen.

Richtlijnen van de commissie BBV

GEMEENTE SCHERPENZEEL. Raadsvoorstel

Onderwerp : Start Uitvoeringsprogramma Doorfietsroute westelijke route en beschikbaar stellen krediet

INFORMATIENOTITIE. College van Burgemeester en Wethouders. Informatienotitie ontwikkelingen Wmo-Jeugd budget

Bijlage 5. Concept overeenkomst Uitvoeringsafspraken Verkeer en Vervoer Gemeente. Stadsregio 2004 tot en met 2007

College van Gedeputeerde Staten Statenvoorstel. Ontwerpbesluit pag. 4. Toelichting pag. 5

Onderwerp Programmabegroting 2012 Samenwerkingsverband Regio Eindhoven

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Raadsstuk. Onderwerp: Vaststellen definitief ontwerp (DO) Zuiderzee-, Betuwe- en Groningenlaan Reg.nummer: 2009/210819

*RV * Documentnr.: RV Roden, 31 maart Onderwerp Beheerplan gemeentelijke gebouwen Onderdeel programmabegroting: Ja

Gemeenteraad College van Burgemeester en Wethouders Professionalisering gemeentelijk vastgoed

Oostzaan Buiten gewoon

Transcriptie:

Beleidsplan Wegen 2013-2016 Gemeente Tiel Concept Gemeente Tiel, Afdeling Stadsbeheer Tiel, mei 2013

Inhoudsopgave Samenvatting...3 Besluitvorming...5 1 Inleiding...7 1.1 Aanleiding...7 1.2 Doel...7 1.3 Functie van het wegennet...7 1.4 Gekozen variant...7 1.5 Voorziening wegen...8 1.6 Leeswijzer...8 2 Beleidsuitgangspunten en -kaders...9 2.1 Kosten...9 2.1.1 Basiskosten...9 2.1.2 Beschikbare budgetten...9 2.1.3 Inzet voorziening...9 2.1.4 Versneld inzetten voorziening...9 2.2 Beleidskaders...10 2.2.1 Kanttekeningen...11 3 Cyclus...12 3.1 Inleiding...12 3.2 Verantwoording...12 3.3 Evaluatie...12 3.4 Communicatie...12 Bijlage 1 Wettelijk kader Bijlage 2 Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Bijlage 3 Areaal Bijlage 4 CROW-systematiek voor wegbeheer Bijlage 5 Achterstallig onderhoud Bijlage 6 CROW systematiek budgetplanning Bijlage 7 Milieuwetgeving blad 1 van 12

blad 2 van 12

Samenvatting Dit Beleidsplan is een vervolg op de Kadernotitie Wegen. In de kadernotitie zijn drie varianten geschetst zodat de commissie een keuze kon maken voor het beleid. De kadernotitie is op 27 maart 2012 in de commissie Ruimte besproken. Keuze variant De raadscommissie Ruimte heeft bijna unaniem gekozen voor de variant "basis onderhoud CROW". De variant houdt in dat de verhardingen worden onderhouden volgens de richtlijnen van het CROW, zijnde een minimum voor verantwoord wegbeheer. Voor deze variant is meer budget nodig dan beschikbaar is. Op deze variant heeft de commissie een aantal opmerkingen geplaatst die in het beleidsplan zijn opgenomen: Vast te stellen beleidskader Gebruik voorziening wegen Het tekort in budget kan deels opgelost worden door gebruik te maken van een Voorziening Wegen. Op dit moment is het een reserve. De stand per 01-01-2013 is 1.052.000,-. In 2013 zal er 665.000,- onttrokken worden uit de reserve. Hierdoor blijft er nog 387.000,- over. Ondanks de inzet van de reserve blijft er op basis van de inspectie van 2013 nog een structureel resttekort van 52.300,-. Integraal werken Voor dit resttekort wordt dekking gezocht onder andere door meer integraal te gaan werken waardoor geprofiteerd wordt van aanbestedingsvoordelen en het samenvoegen van diverse budgetten. Om dit te realiseren is het beheerplan voor het onderhoud van de wegen opgenomen in een integrale planning van onderhoudswerken van de afdeling Stadsbeheer. Hierbij wordt zoveel mogelijk gekeken naar het gezamenlijk gelijktijdig uitvoeren van onderhoud aan dezelfde weg. De onderhoudswerken van riool, groen en wegen worden in planjaar op elkaar afgestemd mits de planperiode niet verder dan 5 jaar uit elkaar ligt. Hierdoor wordt de overlast voor de burgers zoveel mogelijk geconcentreerd maar ook wordt bespaard op de uitvoeringskosten van een aannemer. Financiering uit andere programma's Kosten die worden gemaakt door beleidswensen en/of regelgeving vanuit andere programma's/producten worden naar dat programma/product doorbelast. Het zogenaamde "werk met werk maken" vervalt als er geen budget beschikbaar is. Bijvoorbeeld: verkeerstechnische aanpassingen worden niet meer betaald uit het onderhoudsbudget wegen. Prioritering in onderhoud Mochten de financiën uiteindelijk toch niet toereikend te zijn, dan wordt als eerste gekozen voor het onderhoud van de asfaltwegen van de hoofdstructuur, de fietspaden en het centrum. Daarna volgen de overige asfaltwegen (vooral op industrieterreinen en buitengebied) en overige verharding (voornamelijk elementenverharding in woonbuurten). blad 3 van 12

Kanttekeningen Om onderhoud (niet alleen voor wegen, maar voor de hele buitenruimte) voor de toekomst te waarborgen, zouden aanpassingen van een aantal van de huidige processen of besluiten binnen de gemeente daaraan kunnen bijdragen. Daarover wordt binnen dit beleid geen beslissing gevraagd. Onderhoudsparagraaf in collegevoorstellen Bij elke nieuwe ontwikkeling zou vooraf nagedacht moeten worden over het onderhoud. Dat kan o.a. worden geborgd door toevoeging van een onderhoudsparagraaf in de beslisdocumenten. De meerkosten voor het beheer en onderhoud moeten dan worden berekend en beschikbaar worden gesteld aan de verschillende begrotingsposten, waaronder wegen. Areaaluitbreiding Binnen de gemeente Tiel is gekozen om jaarlijks, middels de perspectievennota, te bezien hoe de algemene uitkering ingezet gaat worden. Het is dus geen automatisme dat het deel voor onderhoud bij areaaluitbreiding ook ten goede komt aan onderhoud. De kans wordt steeds groter dat het onderhoudsbudget uiteindelijk niet meer toereikend zal zijn. Andere financieringswijze Dekking via de grondexploitatie of een kapitaalswerk (bij in- of uitbreidingsprojecten) is ook een onderwerp van organisatiebrede aandacht. We vragen hier om de grens van het project op te rekken tot en met de openbare ruimte, in dit geval wegen, hetgeen mogelijk consequenties heeft voor de financiering van het project. Financiën De gegevens in het beleidsplan zijn gebaseerd op de inspectie van 2013. Om de verhardingen te kunnen onderhouden conform de richtlijnen van het CROW is voor de komende vijf jaar een totaal bedrag per jaar nodig van 1.270.350,-. In de begroting van 2013 is een totaal budget voor onderhoud opgenomen van 1.140.652,-. Er is een verschil van 129.698,-. Door inzet van de reserve over een periode van 5 jaar blijft er een resttekort van ongeveer 52.300,- per jaar. Dit resttekort wordt weggewerkt door middel van slimmere aanbestedingen en integraal werken. Naar aanleiding van een vraag van de commissie Ruimte, is het de intentie om in 2 jaar tijd de achterstand weg te werken. Op basis van de weginspectie 2013 en de daarop gebaseerde basisplanning, is hiervoor nog een maatregeltoets en ten slotte een nieuwe meerjarenplanning nodig. Dan kan uitgerekend worden of dit financieel haalbaar is. Mocht dit zo zijn, dan gaan we dit ook inzetten. Mocht dat niet haalbaar zijn, dan wordt de huidige wijze van werken op basis van de gemeentelijke begroting voortgezet. De financiële oplossing wordt ter goedkeuring aan de raad aangeboden. Vast staat dat het inzetten van de voorziening wegen en integraal werken noodzakelijk zijn om het gevraagde resultaat te halen. blad 4 van 12

Besluitvorming In dit hoofdstuk wordt de besluitvorming opgenomen. De besluitvorming wordt op deze manier onderdeel van het beleidsplan. blad 5 van 12

blad 6 van 12

1 Inleiding 1.1 Aanleiding Het huidige beleid dateert uit 2006 en is daarom aan actualisatie toe. In 2011 is gestart met het vernieuwen van het beleidsplan. Op 25 oktober 2011 is het Beleidsplan Wegen 2011-2016 voor advies aangeboden aan de raadscommissie Ruimte. Omdat er nog veel onduidelijkheden waren, met name over het niet halen van de CROW-richtlijnen (uitgangspunt Beleidsplan Wegen 2005), is het plan teruggenomen. Er is een Kadernotitie opgesteld waarin de vragen van de commissie zijn beantwoord. In de kadernotitie zijn drie varianten geschetst zodat de commissie een keuze kon maken voor het beleid. De kadernotitie is op 27 maart 2012 in de commissie Ruimte besproken. De uitkomst is beschreven in paragraaf 1.4 1.2 Doel Het doel van het wegenbeleidsplan is ervoor te zorgen dat het onderhoud van de gemeentelijke wegen wordt uitgevoerd aan de hand van een vooraf afgesproken kwaliteit. Met andere woorden: het leggen van een bestuurlijke, beheersmatige en financiële basis voor het wegbeheer in de toekomst. Aan het beheer van de gemeentelijke wegen liggen beleidskeuzes voor kwaliteit en kosten ten grondslag. Op basis daarvan wordt een beheerplan opgesteld waarin het beleid wordt vertaald in te nemen maatregelen en planningen. 1.3 Functie van het wegennet De functie van het wegennet is het verkeer veilig, vlot en comfortabel te verwerken. Het is de taak van de overheid ervoor te zorgen dat dit wegennet zijn functie blijvend kan vervullen. Dat kan gegarandeerd worden als het wegennet onderhouden wordt. Deze taak is met name vastgelegd in de Wegenwet. De verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van een goed beheer is vastgelegd in het Nieuw Burgerlijk Wetboek (NBW) en de Wegenwet. Het totale wettelijke kader is beschreven in bijlage 1. Dit beleidsplan vormt het kader om aan de wettelijke verplichting voor goed wegbeheer te kunnen voldoen. Dit beleidsplan heeft alleen betrekking op het technische onderhoud en niet op andere aspecten, zoals: - Mobiliteit (hoe komt de weggebruiker van A naar B); - Verkeersveiligheid (afhankelijk van de staat van de weg); - Duurzaamheid (hoe lang gaat een weg mee); - Communicatie (zien we onmiddellijk waar de weg voor bedoeld is); - Weginrichting (verkeersborden, zitbanken, afvalbakken, bermen, e.d.); - Openbare verlichting; - Esthetica (ziet de weg er ook "mooi" uit); en - Maatschappelijke ontwikkelingen (milieuaspecten: geluidoverlast, economische belangen (visite kaartje, entrees, centrum), e.d.). 1.4 Gekozen variant De raadscommissie Ruimte heeft bijna unaniem gekozen voor de variant "basis onderhoud CROW". De variant houdt in dat de verhardingen worden onderhouden volgens de richtlijnen van het CROW, zijnde een minimum voor verantwoord blad 7 van 12

wegbeheer. Niet alleen op het gebied van verkeersveiligheid maar ook op financieel gebied. Een lager niveau betekent kapitaalvernietiging. Voor deze variant is meer budget nodig dan beschikbaar is. Op de variant heeft de commissie een aantal opmerkingen geplaatst die in het beleidsplan zijn opgenomen: de volledige variant, de opmerkingen van de commissie en de uitwerking van de gevolgen van de opmerkingen zijn als bijlage 2 toegevoegd. 1.5 Voorziening wegen Om, ten behoeve van het wegbeheer, een adequate financiering voor de uitvoering van het groot onderhoudsplan te hebben, kan een voorziening in het leven geroepen worden. Het doel van de voorziening is uitvoering geven aan het beheerplan wegen. De aanleg van nieuwe wegen en totale reconstructies van wegen (herinrichting, rehabilitatie, etc.) vallen niet onder de werking van het wegenbeheerprogramma maar worden als kapitaalswerk aangevraagd bij de raad. Bij de jaarrekening 2012 is de voorziening wegen opgeheven en omgezet in een reserve wegen. De huidige stand van de reserve biedt de mogelijkheid om daaruit te putten zodat een gedeelte van het achterstallige onderhoud kan worden weggewerkt. Hiervoor is het nodig om de reserve weer om te vormen naar een voorziening. Om dit te kunnen, moet voldaan worden aan financiële spelregels, zoals een vastgesteld beheerplan en -programma. 1.6 Leeswijzer De Kadernotitie is het uitgangspunt voor het te vormen nieuwe beleid waarbij de technische kwaliteit en de maatschappelijke ontwikkelingen de belangrijkste onderdelen zijn. In hoofdstuk 2 staan de vertaling naar beleidsuitgangspunten en randvoorwaarden. Hoofdstuk 3 beschrijft de evaluatie- en actualisatiecyclus van het beleidsplan. blad 8 van 12

2 Beleidsuitgangspunten en -kaders 2.1 Kosten 2.1.1 Basiskosten Jaarlijks wordt het gehele wegennet visueel geïnspecteerd. Hieruit blijkt dat, op basis van de CROW-systematiek en de daarin aangegeven normen, de komende vijf jaren gemiddeld 1.033.100,- per jaar benodigd is voor groot onderhoud (geen rehabilitaties en reconstructies). Deze kosten zijn exclusief kosten voor de voorbereiding van de onderhoudswerkzaamheden en het toezicht tijdens de uitvoering. Het betreft alleen de uitvoeringskosten van de aannemer. De ambtelijke uren die hier aan besteed worden, zijn reeds opgenomen in de begroting. Onder rehabilitatie wordt verstaan het volledig vervangen van de verharding zonder dat het dwarsprofiel van de weg wordt aangepast. Bij een reconstructie vindt wel een herinrichting van het dwarsprofiel (inclusief verkeerstechnische voorzieningen) plaats, bijvoorbeeld omdat de weg een andere functie krijgt. Naast een bedrag voor groot onderhoud is ook een bepaald bedrag nodig voor het uitvoeren van klein onderhoud. Het CROW adviseert dat het hiervoor benodigde budget ongeveer 15% bedraagt van het budget voor groot onderhoud. Voor de gemeente Tiel zou dit neerkomen op een budget van 155.000,- per jaar. Tot de basiskosten worden ook de kosten gerekend voor het onderhoud aan de bermen, vorstschade en onderhoud aan aanwezig geluidreducerend asfalt. Bij elkaar is dit een bedrag van 82.250,- per jaar. Om de verhardingen te kunnen onderhouden conform de richtlijnen van het CROW is een totaal bedrag per jaar nodig van 1.270.350,-. Dit is een gemiddelde voor 5 jaar en is inclusief het wegwerken van de achterstand. 2.1.2 Beschikbare budgetten In de begroting van 2013 is een totaal budget voor onderhoud opgenomen van 1.140.652,-. 2.1.3 Inzet reserve Om het tekort in budget op te vangen wordt de reserve wegen ingezet. Met de kadernotitie is hiervoor gekozen. De stand van de reserve op 1 januari 2013 bedraagt: 1.052.000,-. Voor een deel van dit bedrag zijn verplichtingen aangegaan waardoor een bedrag overblijft van 387.000,-. Ondanks de inzet van de reserve blijft er een tekort van 52.300,-. Dit tekort wordt weggewerkt door slimmere aanbestedingen en integraal werken 2.1.4 Versneld inzetten reserve Door de commissie Ruimte is gevraagd of het mogelijk is om de reserve versneld in te zetten. Hierop is een globale verkenning uitgevoerd. Het is mogelijk de reserve versneld in te zetten en daarmee de achterstand eerder weg te werken maar de reserve is niet toereikend voor de hele achterstand. Op dit moment is er veel behoefte aan werk bij de aannemers. Door nu de ontstane achterstand in het onderhoud als één opdracht op de markt te brengen, wordt tegemoet gekomen aan de behoefte van de aannemers. Een bijkomend effect is blad 9 van 12

dat door de marktwerking de aanneemsommen op het moment gunstig uitvallen. Aannemers geven kortingen om een opdracht binnen te halen. Het is een gemiste kans om het idee van versneld inzetten van de reserve niet verder toe te passen. Er zijn mogelijkheden om budget vrij te maken (uit de algemene middelen). Voorwaarden hiervoor zijn actuele gegevens en een meerjarenplanning over tien jaar. Een actuele weginspectie en basisplanning is nu aanwezig. Een maatregelentoets en de meerjarenplanning worden in de komende periode gemaakt. Dit wordt verwerkt in een beheerplan. Hierin wordt teruggekomen op het versneld inlopen van de achterstanden. 2.2 Beleidskaders Resumerend worden de volgende beleidskaders geformuleerd: 1 De gemeente Tiel kent een bezuinigingsopgave voor de komende jaren. Het beleid is er daarom op gericht geen extra middelen beschikbaar te stellen voor wegenonderhoud. 2 Het beheer en onderhoud van wegen geschiedt op basis van technische noodzaak volgens de CROW-methode met als streefniveau basis. Hiervoor is meer budget nodig dan beschikbaar gesteld wordt, omdat achterstanden ingelopen moeten worden. 3 Om de discrepantie tussen het benodigde budget en het beschikbare budget te overbruggen en de achterstanden in te lopen, wordt gebruik gemaakt van de reserve wegen. Via slimmere aanbestedingen en integraal werken moet het mogelijk zijn om het resttekort van 52.300,- per jaar weg te werken. 4 Bij het plannen van het wegonderhoud is een goede afstemming op ander onderhoud van de openbare ruimte essentieel. De planning voor het onderhoud van de wegen is opgenomen in een integrale planning van onderhoudswerken van de afdeling Stadsbeheer. Hierbij wordt zoveel mogelijk gekeken naar het gezamenlijk gelijktijdig uitvoeren van onderhoud aan dezelfde weg. De onderhoudswerken van riool, groen en wegen worden in planjaar op elkaar afgestemd mits de planperiode niet verder dan 5 jaar uit elkaar ligt. Hierdoor wordt de overlast voor de burgers zoveel mogelijk geconcentreerd maar ook wordt bespaard op de uitvoeringskosten van een aannemer. De onderhoudsplanning van verhardingen wordt vanaf 2011 integraal aangeboden aan het bestuur via de begrotingscyclus. Hiermee is het verankerd in de organisatie van Stadsbeheer. 5 In een gebied- of functiegerichte benadering van de CROW-richtlijnen, wordt een voorkeur bepaald gebaseerd op het wegtype. De beleidsthema's Veiligheid, Duurzaamheid, Comfort en Aanzien hebben een gelijkwaardige prioriteit en zijn daardoor niet bepalend. De volgorde waarin achterstallig onderhoud wordt aangepakt is: 1. gebiedsontsluitingswegen van asfalt (hoofdwegennet) 2. fietspaden 3. centrumgebied 4. overige asfaltwegen (industrie- en woongebieden, buitengebied) 5. overige verharding (woonstraten, voetpaden) 6 Kosten die moeten worden gemaakt door beleidswensen en/of regelgeving vanuit andere programma's/producten worden naar dat programma/product blad 10 van 12

doorbelast. Bijvoorbeeld de aanleg en het onderhoud van geluidreducerend asfalt bekostigen uit programma 1. Als het asfalt aangebracht moet worden vanwege een bouwproject, dan worden de kosten ondergebracht in de exploitatie, inclusief bijvoorbeeld 10 jaar onderhoud. Er wordt geen extra aanpassing in combinatie met onderhoudswerk uitgevoerd. Het zogenaamde "werk met werk maken" vervalt als er geen budget is. De verkeerstechnische aanpassingen (drempels, parkeerplaatsen e.d.) worden dus niet meer betaald uit het wegenbudget. 7 Als er maatschappelijke of verkeerstechnische behoefte is aan een aanpassing van de inrichting zal dat aan het bestuur worden voorgelegd tijdens de behandeling van de Perspectievennota, de 1 e of 2 e voortgangsrapportage. Vervolgens maakt de gemeenteraad een afweging. Gevolg van deze procedure kan zijn dat de voorbereiding langer wordt. Om te voorkomen dat door de lengte van de voorbereiding extra onderhoud ontstaat, moet op tijd begonnen worden met de voorbereiding van het werk. 8 Meeliften op de dekkingsmogelijkheden binnen rioleringswerkzaamheden, mits sprake is onderhoud bij zowel riolering als wegen binnen een periode van vijf jaar. 2.2.1 Kanttekeningen De volgende beleidsuitgangspunten moeten nader uitgewerkt worden. Het vergt een zorgvuldig overleg en daarom is het logisch om ze in een apart traject onafhankelijk van dit beleidsplan verder uit te werken. Elk uitgangspunt heeft invloed op de financiën van wegen in de toekomst om niet opnieuw tekorten te laten ontstaan. 1. Bij elke nieuwe ontwikkeling wordt vooraf nagedacht over het onderhoud. Dat wordt geborgd door toevoeging van een onderhoudsparagraaf bij de beslisdocumenten. De meerkosten voor het beheer en onderhoud moeten worden berekend en vervolgens toegevoegd aan de begrotingspost wegen (en andere posten zoals groen, water etc.). Dit uitgangspunt is ingrijpend en raakt elk initiatief dat een relatie heeft met de openbare ruimte. 2. De toename van de algemene uitkering is gebaseerd op het aantal nieuwe woningen. Binnen de gemeente Tiel is gekozen om jaarlijks, middels de perspectievennota, te bezien hoe de algemene uitkering ingezet gaat worden. Hoewel onderhoud van de areaaluitbreiding voor een deel berekend zit in de uitkering per woning, is het geen automatisme dat dit deel daar ook ten goede aan komt. Dit houdt in dat het onderhoud van areaaluitbreiding opgelost moet worden binnen bestaande budgetten. De kans wordt dus steeds groter dat het onderhoudsbudget uiteindelijk niet meer toereikend zal zijn. 3. Andere financieringswijzen zoals dekking via de grondexploitatie of een kapitaalswerk (bij in- of uitbreidingsprojecten) rekken de grens van het project op tot en met de openbare ruimte en dus ook wegen. Dit uitgangspunt raakt wederom elk initiatief dat een relatie heeft met de openbare ruimte. blad 11 van 12

3 Cyclus 3.1 Inleiding Na vaststelling van het beleidsplan wordt het bestuur periodiek geïnformeerd over de uitvoering en de resultaten die behaald zijn. Op basis daarvan kan besloten worden tot eventuele bijstelling van het beleid. In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe de cyclus voor de jaarlijkse monitoring en rapportage verloopt. 3.2 Verantwoording Via de reguliere managementrapportages wordt het bestuur geïnformeerd over de onderhoudscyclus van de verhardingen. Met de begroting wordt inzicht gegeven in de planning van het komende jaar. Via de voortgangsrapportages worden afwijkingen in de planning of mogelijke financiële gevolgen aangekondigd. In de jaarrekening wordt verantwoording over het uitgevoerde onderhoud afgelegd. Jaarlijks wordt een weginspectie uitgevoerd. De uitkomsten worden verwerkt in het beheersysteem en daaruit volgt een hernieuwd overzicht van de kwaliteit en een nieuwe meerjarenbegroting. Op deze manier wordt de voortgang van de kwaliteit en de financiën bewaakt. Grote afwijkingen van kwaliteit en financiën worden via de managementrapportages gemeld. 3.3 Evaluatie Dit beleidsplan is gebaseerd op een termijn van vier jaar. Dat betekent dat binnen elke collegeperiode het beleid wordt geactualiseerd. Er wordt nagegaan of de richtlijnen van het CROW zijn gehaald en in hoeverre de gerealiseerde kwaliteit acceptabel is voor de weggebruikers en de bewoners. Vervolgens kan de raad met deze gegevens bepalen of het beleid aangepast wordt. 3.4 Communicatie Het beleidsplan is voorwaardenscheppend voor het op te stellen beheerplan. In het beheerplan wordt het onderhoudsprogramma uitgewerkt om het doel van het beleidsplan te halen. De raad wordt via de managementrapportages geïnformeerd over het onderhoudsprogramma. Het onderhoudsprogramma wordt gecommuniceerd met de bewoners. Omdat het alleen maar onderhoud betreft en geen inhoudelijke wijzigingen, kan dit schriftelijk en via de gebruikelijke informatievoorzieningen zoals de website, Tiel Actueel en persberichten. Dit in tegenstelling tot wegreconstructies waarbij informatiebijeenkomsten worden gehouden om de bewoners de mogelijkheid te geven te reageren op de voorgenomen aanpassingen. De uitkomsten van het beleidsplan worden bekend gemaakt. Er leeft namelijk bij de gebruikers een ander beeld over de kwaliteit van de verhardingen dan wat de CROW-richtlijnen inhouden. Door voorlichting en uitleg wordt dit beeld bijgesteld. Deze doelstelling wordt opgepakt in het project "Kwaliteit Gestuurd Beheer". In dit project zal veel aandacht worden gegeven aan uitleg aan de gebruikers over de "Tielse" kwaliteit van het onderhoud van de openbare ruimte. In de loop van 2013 wordt hier uitvoering aan gegeven. blad 12 van 12

Bijlage 1 Wettelijk kader

Wettelijk kader Inleiding De kwaliteit waaraan het wegennet moet voldoen, is niet in abstracte waarde in een of andere wegenwet vastgelegd. Wel is in de Wegenwet en de Wet Herverdeling Wegenbeheer opgenomen wie de onderhoudsplicht heeft voor de openbare wegen. In deze wetten is opgenomen dat de wegen "in goede staat verkeren". Hieronder wordt niet alleen de instandhouding verstaan maar ook de zorg dat de weg zijn functie naar behoren kan blijven vervullen. Naast de (on)verharde rijbanen, fietspaden, trottoirs etc, worden ook de bermen, de opvang en afvoer van hemelwater, de kunstwerken, de overige wegvoorzieningen, opstallen en groenvoorzieningen tot de weg gerekend. Uit wettelijke verplichting is goed wegbeheer een kerntaak van de gemeente. Het wettelijk vastgelegde wegbeheer ligt echter niet onder de verantwoordelijkheid van één discipline binnen de gemeentelijke organisatie, maar is ondergebracht bij verschillende afdelingen. Wegenwet De Wegenwet maakt onderscheid tussen het beheer van wegen en de onderhoudsplicht van wegen. Het beheer is een publiekrechtelijke en toezichthoudende taak die uitsluitend bij rijk, provincie, waterschap of gemeente kan berusten. De onderhoudsplicht van een weg is de verplichting het onderhoud van de weg uit te voeren en te financieren. In de meeste gevallen is dezelfde instantie beheerder en onderhoudsplichtige. De gemeente heeft, volgens de Wegenwet, het beheer van alle binnen haar gebied liggende openbare wegen die niet in beheer zijn bij rijk, provincie of waterschap. De gemeente heeft in het algemeen de onderhoudsplicht van de wegen die zij in beheer heeft, tenzij de onderhoudsplicht bij een particulier (bijvoorbeeld een woningbouwvereniging of een natuurbeschermingsorganisatie) ligt. De Wegenwet vereist van de beheerder "goed rentmeesterschap". Dit betekent dat hij ervoor moet zorgen dat het kapitaal dat in de wegen is geïnvesteerd in stand blijft door het tijdig plegen van onderhoud. De Wegenwet verplicht de gemeente tot het bezit van een Wegenlegger. In de Wegenlegger is per weg aangegeven wie de beheerder is en wie de onderhoudsplicht heeft. Het doel van de Wegenlegger is dat de wegbeheerder in het kader van zijn verantwoordelijkheid altijd kan beschikken over de gegevens die voor het uitvoeren van zijn taak noodzakelijk zijn. Hierbij gaat het vooral over de ligging van de verharding, de aard van de verharding en de omvang van de onderhoudsplicht. Overigens geldt deze legger alleen voor de wegen buiten de bebouwde kom. Wat doet de gemeente Tiel? Het wegbeheer wordt uitgevoerd volgens de CROW-methode (publicatie 147) met als doel om een onderhoudsplan te maken voor het gemeentelijke wegennet. Gebruik wordt gemaakt van het wegbeheerprogramma GBI, waarin alle gemeentelijke wegen staan vermeld en dat is gecertificeerd door het CROW. Door te handelen volgens de methode wordt aan de gestelde onderhoudsplicht voldaan. Wegenverkeerswet De Wegenverkeerswet 1994 (WvW) vormt de basis voor de regelgeving van het wegverkeer in Nederland. De wet bevat regels voor: het verzekeren van de veiligheid op de weg; het beschermen van weggebruikers en passagiers; het instandhouden van de weg en het waarborgen van de bruikbaarheid daarvan; het zoveel mogelijk waarborgen van de vrijheid van het verkeer.

Wettelijk kader De veiligheid op de weg en het beschermen van weggebruikers en passagiers worden onder andere nagestreefd door het plaatsen van borden en het opstellen van verkeersregels. Het aanleggen van fietspaden, het scheiden van conflicterende verkeerssoorten en het beperken van de snelheid bevorderen de veiligheid. Ook maatregelen ter bescherming van zwakke verkeersdeelnemers (ouderen, mindervaliden en kinderen) behoren hiertoe. Dit betekent dat de wegbeheerder dient te streven naar maatregelen die de veiligheid van de weggebruiker waarborgen. De wet legt de beheerder geen maatregelen op (bijvoorbeeld de aanleg van een fietspad), maar doet wel een beroep op de publiekrechtelijke zorg van de wegbeheerder voor de veiligheid. Bovendien dienen eenmaal genomen maatregelen wel zodanig gehandhaafd te worden dat de weggebruiker zich op de situatie kan instellen (herkenbaarheid, duidelijkheid, zichtbaarheid). Dit geeft het belang aan van het onderhoud van verkeersvoorzieningen en verkeersmaatregelen, door de wegbeheerder. Er wordt in deze wet geen directe relatie gelegd tussen veiligheid en kwaliteit. Wat doet de gemeente Tiel? In dit beleidplan is geen veiligheidstoets uitgevoerd op de inrichting van de wegen, immers het gaat hier in dit plan alleen over onderhoud en niet over verkeerstechnische zaken. Het beleidsplan is gebaseerd op het waarborgen van de veiligheid voor zover het de kwaliteit van de verharding betreft. Nieuw Burgerlijk Wetboek Het Nieuw Burgerlijk Wetboek regelt onder meer de aansprakelijkheid voor schade als gevolg van een onrechtmatige daad. De beheerder kan aansprakelijk worden gesteld voor gebreken aan de weg. Iemand kan bijvoorbeeld op een trottoir struikelen over een omhoog staande tegel en een heup breken. In het oude Burgerlijk Wetboek moest de weggebruiker de nalatigheid van de beheerder aantonen. Volgens het Nieuw Burgerlijk Wetboek moet de wegbeheerder bewijzen dat hij inspectie en onderhoud met optimale zorg uitvoert. Alleen dan is het risico voor de aansprakelijkstelling terug te dringen. Dit betekent dat een preventief onderhoudsbeleid, een goede registratie en behandeling van klachten en een goed werkend onderhoudssysteem onontbeerlijk zijn. Indien de beheerder kan aantonen dat hij over een volledig, actueel en werkend beheersysteem beschikt, is de kans op aansprakelijkstelling door weggebruikers voor schade veel geringer. Gezien de wat langere frequentie waarmee een dergelijk systeem actueel wordt gehouden, is het daarnaast ook van belang een (aantoonbaar) goed werkend klachtenafhandelingssysteem te hebben. Als er klachten ten aanzien van de (onveilige) toestand van de verhardingen binnenkomen, dienen deze binnen een redelijke termijn tot een oplossing te leiden. De wegbeheerder kan aansprakelijk worden gesteld op basis van twee artikelen in het Nieuw Burgerlijk Wetboek: Art. 6:174 regelt de risicoaansprakelijkheid; Art. 6:162 regelt de schuldaansprakelijkheid. Binnen de wet is geregeld dat aansprakelijkheid niet is over te dragen en dat de gemeente ook aansprakelijk is voor schade veroorzaakt door bijvoorbeeld een aannemer die werken aan de wegen uitvoert. Wel bestaat de mogelijkheid om schade te verhalen op de daadwerkelijke veroorzaker van de schade. Risicoaansprakelijkheid Er is sprake van risicoaansprakelijkheid indien er een gebrek aan de openbare weg optreedt (in de zin van de Wegenwet) en een weggebruiker als gevolg van dit gebrek schade heeft geleden. Bij risicoaansprakelijkheid gaat de aansprakelijkheid meestal over schade die wordt geleden als gevolg van slecht onderhoud aan de wegen (verharding, bebakening, bebording).

Wettelijk kader Schuldaansprakelijkheid Er is sprake van schuldaansprakelijkheid indien schade wordt geleden als gevolg van een onrechtmatige daad. Onder onrechtmatige daad wordt ook verstaan het te lang laten voortbestaan van een gevaarlijke situatie (een verzakking, foutieve of afwezige bebakening en bebording, losliggend split op de weg). Ook vervolgschade kan leiden tot schuldaansprakelijkheid, bijvoorbeeld indien een weg wordt afgesloten zonder vooroverleg met de aanwonenden. Aansprakelijkheidsrisico De laatste jaren is een tendens waar te nemen, dat gemeenten steeds vaker aansprakelijk worden gesteld, onder andere als gevolg van slecht wegonderhoud. Bovendien is er sprake van toenemende mondigheid van de burger en wordt in de media de nodige aandacht geschonken aan de consequenties van het Nieuw Burgerlijk Wetboek. De verzekeringsmaatschappijen hebben daarom de afgelopen jaren een verhoging van het eigen risico en een scherpere afbakening van de verzekerbare risico's doorgevoerd. Dit betekent een toename van de kosten voor de verzekerde gemeente. Om deze kosten zo veel mogelijk te beperken is het van belang om het beheer van de openbare ruimte goed te organiseren. Wat doet de gemeente Tiel? Het wegennet binnen de gemeente wordt regelmatig geïnspecteerd: ten behoeve van het groot wegenonderhoud vindt jaarlijks een visuele weginspectie plaats. Op basis van deze inspecties worden vervolgens de maatregelen voor groot onderhoud aan de wegen gepland. Overige regelgeving Naast de wet- en regelgeving die door de landelijke overheid wordt vastgesteld, worden ook regels opgesteld door andere instanties. Deze regels hebben een minder dwingend karakter, doch worden als richtlijn beschouwd. Juridisch worden deze richtlijnen wel als richtinggevend gehanteerd voor de wijze waarop de wegbeheerder had moeten handelen. Indien de gemeente aansprakelijk wordt gesteld wordt een claim sneller afgewezen indien kan worden aangetoond dat aan de richtlijnen is voldaan. Een instantie die zich veel richt op dergelijke regelgeving is het CROW (Nationaal kennisplatform voor infrastructuur, verkeer, vervoer en openbare ruimte). Dit centrum voert onderzoek uit naar diverse aspecten in de civiele en verkeerstechniek en doet voorstellen voor een zo veilig mogelijke inrichting van de weg, zowel voor de weggebruiker als voor de wegwerker. Voorbeelden van leidraden die door het CROW zijn uitgegeven en van belang zijn voor het wegbeheer: Publicatie 145: Beheerkosten openbare ruimte Publicatie 146 a en b: Handboek (globale) visuele inspectie Publicatie 147: Wegbeheer Publicatie 177: Richtlijn integrale toegankelijkheid openbare ruimte Publicatie 185: Handboek aansprakelijkheid beheer openbare ruimte Wat doet de gemeente Tiel? Er is geen toets uitgevoerd naar de integrale toegankelijkheid openbare ruimte conform publicatie 177 van het CROW. Ook hier geldt dat het wegenbeleidsplan alleen over onderhoud gaat. Met Publicatie 185, Handboek aansprakelijkheid beheer openbare ruimte, is indirect rekening gehouden, voor zover het de aansprakelijkheid betreft ten aanzien van de onderhoudstoestand van de verhardingen. In 2008 is beleid gemaakt in de vorm van het handboek "De begaanbare stad". Op tal van plekken in de stad bestaan er situaties die problemen geven voor de gebruikers. Het handboek geeft richtlijnen

Wettelijk kader voor het toepassen van voorzieningen voor ouderen en minder validen in de openbare buitenruimte. Het toegankelijk maken van de stad is niet alleen onderwerp binnen nieuwe planvorming. Het is ook een specifiek aandachtsgebied binnen beheer. De aanpak van het regulier onderhoud dient, net als nieuwe plannen, te worden getoetst aan het Inrichtinghandboek. Kleine hindernissen en knelpunten worden op deze manier verholpen. De kosten voor deze maatregelen komen ten laste van het onderhoudsbudget.

Wettelijk kader

Bijlage 2 Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte

Bijlage 2 Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Let op: de variant is letterlijk overgenomen uit de Kadernotitie. De vermelde bedragen komen dus niet overeen met de bedragen in deze nieuwe versie van het beleidsplan na de nieuwe inspectie. Variant 1: basis onderhoud CROW De richtlijnen van het CROW zijn een minimum voor verantwoord wegbeheer. Niet alleen op het gebied van verkeersveiligheid maar ook op financieel gebied. Een lager niveau betekent kapitaalvernietiging omdat aanwezige schades zodanig toenemen dat een zwaardere (en dus duurdere) onderhoudsmaatregel nodig is om de weg in stand te houden. Het op het juiste moment uitvoeren van onderhoud is de meest economische wijze van beheren. Hiervoor is voor de komende vijf jaar een gemiddeld budget nodig van 1.346.750,- (incl. het inlopen van de achterstand). Het verschil van 206.098,- kan als volgt opgelost worden: 1. Gebruik maken van de Voorziening Wegen. De voorziening is ontstaan door de geldelijke compensatie, gekregen voor de overdracht van wegen van de Betuweroute en de provincie. De voorziening wordt nu ook gebruikt als schommelfonds voor onderhoudswerken. De voorziening is ook gebruikt voor overheveling van onderhoudsgelden naar grote projecten zoals de Bomenbuurt, de Vogelbuurt en Latenstein. De overheveling naar deze projecten is afgerond. Hierdoor is het mogelijk om de volledige voorziening (compensatie én schommelgeld) ter grootte van bijna 790.000,- te gebruiken voor onderhoud. Immers, de overgedragen wegen en het onderhoud van nog niet uitgevoerd werk, zitten in de berekening van de basiskosten onderhoud CROW. De CROW systematiek maakt een planning voor 5 jaar, inclusief het achterstallig onderhoud (de achterstand zit dus verwerkt in het jaargemiddelde van 1.346.750,-). Na de vijf jaar is de achterstand weggewerkt. Met inzet van de voorziening, verspreid over vijf jaar, blijft er nog een structureel tekort per jaar. én 2. Dekking zoeken door meer integraal te gaan werken waardoor geprofiteerd kan worden van andere budgetten en hiermee het tekort oplossen. Door gebruik te maken van kapitaalswerken, grondexploitaties en rioolwerkzaamheden kan het verschil opgevangen worden. Dit betekent wel dat onderhoud van de direct aangrenzende openbare ruimte ingebracht moet worden bij kapitaalswerken en grondexploitaties, wat tot nu toe zelden gebeurd. Na vijf jaar is de voorziening uitgeput, maar de achterstand weggewerkt. De notitie zal dan weer moeten worden herzien en het benodigde budget voor onderhoud en beheer in de jaren daarna opnieuw worden bezien/berekend. In deze variant worden geen investeringsuitgaven meer gedaan voor verkeer. Voor het bermenbeheer en de vorstschade zal gebruik gemaakt worden van de voortgangsrapportages en/of Perspectievennota. Voor het onderhoud van meer wegen met bijvoorbeeld geluidreducerend asfalt of één van de andere ontwikkelingen die in paragraaf 2.2. zijn genoemd, is geen dekking binnen de begroting. Deze zullen per project afgewogen moeten worden en indien het wenselijk is dat het wordt toegepast/uitgevoerd, dient het aanpassen van het onderhoudsbudget wegen meegenomen te worden.

Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Verslag commissie Ruimte BEKNOPT VERSLAG VAN DE VERGADERING VAN DE COMMISSIE RUIMTE VAN 27 MAART 2012 Aanwezig: Th.J.M. van Oostrom (voorzitter), L. Aspeling, J. Beijer, B. Brink, R.G. Corporaal, A.F.E. Dekker, J.H. van Dijk, L. Dijkstra, H.A. Groenendaal, F.A.G. Henning, D. de Klerk, W. Kooijman, C.J. Kreuk-Wildeman, G.J.R. Spekman, P.G. van Wijk (leden), en H. Pullen (commissiegriffier) Afwezig met kennisgeving: M. van der Lek (commissielid) Eveneens aanwezig: C.A.A. van Rhee-Oud Ammerveld, H.A. Driessen, C.R. Vermeulen (wethouders), H.J. Capelleveen, A. Boers, H.J. van Keken, G.M.S. Doelare, P. Stienstra, A.H. Reijmer (gemeentelijke adviseurs) 9. Kadernotitie Wegen 2012-2016 (bespreken) In de kadernotitie zijn drie varianten geschetst. Aan de commissieleden wordt gevraagd welke variant de voorkeur heeft (het college heeft variant 1 gekozen als voorkeursvariant). Op basis van de gemaakte keuze wordt een beleidsplan wegen uitgewerkt en ter goedkeuring aan de raad aangeboden. Technische/verhelderende vragen zijn gesteld waarop antwoord is gegeven. N.a.v. vragen is de reactie van de zijde van het college de volgende: de brief d.d. 01-02-2012 van de provincie betreffende de programmabegroting 2012-2015, onderdeel kapitaalgoederen, interpreteert het college zo dat het onderhoud van kapitaalgoederen bij de begroting 2013 op actuele beheerplannen en beleidskaders dient te zijn gebaseerd. Niet dat de provincie niet kan instemmen met de bezuiniging van 50.000,-- (Kooijman, Groenendaal) er zal in de toekomst geen geld uit bestaande budgetten worden aangewend voor andere dan vastgestelde doeleinden zonder dat de raad daarvan in kennis wordt gesteld. Voorbeeld: Bomenbuurt, Vogelbuurt, Latenstein (Brink, Groenendaal); Integraal werken zal worden gerealiseerd door de reorganisatie, de rol/opdracht die de nieuwe secretaris heeft gekregen, de inhuur van externe hulp (Brink, Henning, Kooijman). De volgende kritische kanttekeningen/opmerkingen zijn gemaakt door commissieleden: geen structurele oplossing voor de problemen die zijn geconstateerd (Kooijman); onderhoudsbudgetten worden niet aangepast bij uitbreiding van het wegennet (Kooijman, Corporaal); bedragen worden niet goed weergegeven. Dit wekt verwarring (Van Dijk); cijfers van 2011 ontbreken (Aspeling, Kreuk); vorstschade niet meegenomen in budget (Kooijman, Van Dijk); na kadernotitie gelijk vaststellen van onderhoudsplan (Kooijman).

Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Resultaat bespreking B. Brink Voorkeur voor variant nummer 1 met de volgende kanttekeningen: bij nieuwe projecten de financiële consequenties voor onderhoud wegen inzichtelijk maken; Binnenstad projectmatig benaderen. H.A. Groenendaal Voorkeur voor variant nummer 1 met de volgende suggestie. Als milieumaatregelen invloed hebben op het budget voor onderhoud wegen dient er geld van het budget milieu overgeheveld te worden naar het budget onderhoud wegen. J.H. van Dijk Voorkeur voor variant nummer 1 met dien verstande dat genoemde 800.000,-- wordt verdeeld over 4 jaar (i.p.v. 5 jaar) en dat over 4 jaar een en ander opnieuw wordt bezien. F.A.G. Henning Voorkeur voor variant nummer 1 met de opmerking dat men budgettaire problemen in de toekomst moet zien te voorkomen (zie ook B. Brink). R.G. Corporaal Voorkeur voor variant nummer 1 met verhoging van het budget zodat al het benodigde onderhoud (bijvoorbeeld onderhoud geluidsreducerend asfalt) financieel wordt gedekt. Verder: een koppeling tussen de aanleg van nieuwe wegen en het onderhoudsbudget; vorstschade opnemen in de begroting. W. Kooijman Voorkeur voor een combinatie van de varianten 1 en 2 waarbij de CROW-richtlijnen niet worden losgelaten. het wegtype en de geografische ligging zijn dan belangrijke criteria; gekeken zou moeten worden naar meer financiële speelruimte. Bijvoorbeeld de toename van Woz-gelden sedert 2005 naar rato toerekenen naar het budget onderhoud wegen. L. Aspeling Voorkeur voor een combinatie van de varianten 1 en 2 waarbij de CROW-richtlijnen worden losgelaten als dit kan binnen de grenzen van veiligheid. veiligheid heeft bij het maken van keuzes hoge prioriteit. het genoemde budget van 800.000,-- ook voor deze gecombineerde variant gebruiken; gebruik maken van recente cijfers van 2011 het wegtype en de geografische ligging zijn belangrijke criteria. C.J. Kreuk-Wildeman Voorkeur voor nieuwe variant nummer 4 zonder (budgettaire) verrassingen: bij nieuwbouw aanpassing van het budget; bij milieumaatregelen aanpassing van het budget; geen vrijheid meer om algemene uitkeringen aan andere beleidsterreinen toe te kennen; benutten van 800.000,-- voor het wegwerken van achterstallig onderhoud in twee jaar. Een tip hierbij is om een wegenbouwer een plan te laten maken voor het wegwerken van het achterstallig onderhoud. Dit plan vervolgens aanbesteden.

Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Gevolgen opmerkingen commissie Ruimte In deze paragraaf worden de opmerkingen van de commissie gewogen. Wat zijn de voor- en nadelen in relatie tot het beheer? Kunnen de opmerkingen worden overgenomen als beleidskader? Onderhoudsparagraaf bij nieuwe werken en/of reconstructies Verhoging van onderhoudsbudget wordt niet meegenomen in de besluitvorming van projecten, reconstructies of nieuw beleid. Gevolg is dat er een verschil ontstaat tussen het beschikbare onderhoudsbudget en het benodigde budget na realisatie of implementatie. Tot nu toe wordt dat (gedeeltelijk) gecompenseerd door aanspraak te maken op de uitkering van het rijk voor areaaluitbreiding. Dit is echter niet altijd van toepassing. Bedrijventerreinen, reconstructies of nieuw beleid kennen geen financiële compensatie vanuit het rijk. De gemeente zal dit zelf moeten regelen. Dat kan door bij de besluitvorming een beheerparagraaf toe te voegen. In de beheerparagraaf worden de gevolgen voor het onderhoud uiteengezet. Meestal zijn de gevolgen nadelig voor het beschikbare bedrag per m2. Dit kan zijn door toename van het areaal, door toepassing van bijzondere materialen, of als gevolg van (veranderende) milieuwetgeving (bijlage 8). In de beheerparagraaf moet komen te staan wat het beheer inhoudt, wat het gaat kosten en wat het verschil is met het huidige beheerbudget. Als duidelijk is wat de meerkosten voor beheer zijn, moet dit financieel worden geregeld bij de investering van het project. Zonder het benodigde onderhoudsbudget kan het project niet doorgaan. De vraag is voor welke periode het onderhoud toegerekend mag worden aan de ontwikkeling. Moet dit voor de hele levensduur in de vorm van een gekapitaliseerd bedrag en is de ontwikkeling dan nog wel haalbaar? Dit zal per geval bekeken worden. Het betreft hier een organisatorische aanpassing van de college- en raadsvoorstellen en raakt de hele gemeentelijke organisatie. Daarom zal hier intern een separaat traject voor worden opgezet wat te zijner tijd ter besluitvorming wordt aangeboden. Gebied- of functiegerichte benadering Uitgangspunt van het beleid is het halen van de CROW richtlijnen. Dat betekent dat alle verhardingen voldoen aan verantwoord beheer (in bijlage 3 wordt het te onderhouden areaal uiteengezet). Het is daarom niet nodig om prioriteiten te stellen aan een bepaald gebied (bijvoorbeeld centrum) of aan een bepaalde functie (bijvoorbeeld fietspaden). Toch is door de commissie aangegeven dat hier behoefte aan is. De wegbeheersystematiek (toegelicht in bijlage 4) kent een mogelijkheid om keuzes te maken voor het geval er ontoereikend budget is om aan de richtlijnen te voldoen. In bijlage 6 wordt toegelicht hoe en welke keuzes gemaakt kunnen worden. Achterstand eerder wegwerken De wegbeheersystematiek kent twee verschillende methoden van benaderen van onderhoud. De ene is een cyclische benadering. Daarbij is de geschatte levensduur van een weg de basis om het benodigde onderhoud in te schatten. Deze methode wordt gebruikt voor lange termijn ramingen. De andere methode is gebaseerd op een kwalitatieve benadering. Met inspecties en opgebouwde kennis is een goede inschatting te maken voor een periode van vijf jaar. Omdat achterstallig onderhoud gepland wordt in het eerste jaar (bijlage 5 geeft een overzicht van het achterstalling onderhoud) zit er een piek in de uitgaven. De methode is zo opgebouwd dat de pieken in de uitgaven worden verdeeld over vijf jaar. Wanneer er budget beschikbaar is, is er geen bezwaar om achterstanden sneller in te lopen. Maar over het algemeen is de achterstand groter dan het beschikbare budget. Dat is ook hier het geval.

Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte Voor het eerste jaar is een bedrag nodig van ongeveer 3,9 miljoen. Met de reserve en een jaarschijf van de begroting blijft er een tekort van ongeveer 2,5 miljoen. De markt zit te springen om werk. Door het achterstallige onderhoud in één opdracht aan te bieden wordt een impuls gegeven aan de werkgelegenheid in de regio. Bijkomend voordeel is dat de aannemers kortingen geven op de aanneemsom om het werk te mogen maken. Dat is gunstig voor de opdrachtgever. De komende periode zullen de mogelijkheden worden onderzocht om budget te vinden. Of en hoe dit lukt, wordt vermeld in het beheerplan dat wordt opgesteld na dit beleidsplan. Relevante onderwerpen Wat niet in de CROW-systematiek is opgenomen, is het onderhoud aan de bermen hoewel dit van grote invloed is op de onderhoudstoestand van de verharding. Gemiddeld wordt in Tiel per jaar een bedrag van 28.500,- besteed aan de bermen ter voorkoming van het feit dat de wegen onbegaanbaar worden aan de randen. Deze uitgave wordt meegenomen in de kostenopzet. Er is nog een ontwikkeling gaande maar die is moeilijk voorspelbaar. De afgelopen jaren zijn namelijk de winters intensiever en daarmee schadelijker voor de wegen dan voorheen. Of dit een inleiding is geweest op een periode met meer "kwakkel"winters of dat het een incident is geweest zal de tijd leren. Voorlopig zal voor het beleidsplan een reservering van 25.000 worden meegenomen in de kostenopzet. Geluidreducerend asfalt is duurder in onderhoud. Vanuit wetgeving is er in Tiel een aantal wegvakken met geluidreducerend asfalt. In het verleden is de toename van de onderhoudskosten niet geregeld. Dit heeft tot gevolg dat er jaarlijks een bedrag van 28.750,- "gereserveerd" moet worden voor toekomstige maatregelen. Ook deze uitgave wordt meegenomen in de kostenopzet. Alle overige relevante onderwerpen worden niet meegenomen in het beleid. Dat betekent dat er geen aanpassingen worden meegenomen tijdens onderhoudswerken op kosten van het onderhoudsbudget. Deze keuze heeft voor- en nadelen. Voordeel is dat het duidelijk is en er geen discussie meer is. Nadeel is dat de maatschappelijk gevraagde aanpassingen niet worden uitgevoerd. Als later wel budget beschikbaar komt om de aanpassingen uit te voeren, zijn er extra maatschappelijke kosten, is er sprake van kapitaalsvernietiging en is er meer overlast voor de weggebruiker. Het is ook in strijd met het integraal werken. Maar voordeel halen uit integraal werken is alleen van toepassing als elke discipline zijn eigen budget inbrengt. Als er geen budget is, is er sprake van oneigenlijk gebruik van onderhoudsgeld. Andere financiering onderzoeken Het huidige budget voor wegonderhoud komt volledig uit de algemene middelen van de gemeente. Er staan geen andere inkomsten tegenover. Het is mogelijk om verschuivingen aan te brengen in de inkomsten zoals een deel van de OZB-gelden toekennen aan de post wegen maar dit heeft een direct gevolg voor andere uitgaven. Om meer geld te genereren, zullen er meer inkomsten moeten zijn. Dat kan bijna niet anders dan door lastenverhoging voor de bewoners. Met de keuze voor de basisvariant kiest de commissie Ruimte voor handhaving van het huidige budget en niet voor een lastenverhoging. Bij oplevering van woningen voegt het rijk een bedrag per woning toe aan de algemene uitkering, bedoeld voor het onderhoud van de openbare ruimte. Niet altijd wordt dit geld doorgezet naar de diverse onderhoudsbudgetten. De raad heeft een aantal jaren terug het besluit genomen om middels de perspectievennota jaarlijks te bezien hoe de areaaluitbreiding wordt ingezet. Soms worden hier kapitaalswerken mee gefinancierd zoals de bouw van het MFC in Passewaaij buurt 7. Openbare ruimte dient echter niet alleen bij woningen onderhouden te worden. Uitbreidingen van industriege-

Voorkeurvariant Opmerkingen van commissie Ruimte bieden of aanleg van grote wijkparken genereren wel meer areaal maar worden niet gecompenseerd als areaaluitbreiding. Er is hierdoor minder geld per vierkante meter beschikbaar. Het is dus nodig om altijd het volledige bedrag van de areaaluitbreiding door te zetten naar de onderhoudsbudgetten. Aanbevolen wordt om het besluit te herzien. Als er onvoldoende geld beschikbaar is, moet het onderhoud slimmer gedaan worden. Meest voor de hand liggend is het uitvoeren van de werkzaamheden aan een weg tegelijk met de rioleringswerkzaamheden. Meestal ligt het riool onder de rijbaan van een straat. In het kostendekkingsplan van het rioolfonds (GRP) is daarom rekening gehouden met het herstel van verhardingen. Hierdoor zal het benodigde geld vanuit het wegenonderhoud minder zijn. Het rioolfonds is een autonome geldstroom speciaal voor de watertaken van een gemeente. Het rioolfonds staat los van de algemene begroting. In het kostendekkingsplan van de riolering worden alle taken en maatregelen die nodig zijn voor het goed uitoefenen van de wettelijke verplichtingen op het gebied van (afval)water in beeld gebracht en berekend. Bij het bepalen van de kosten wordt rekening gehouden met een deel vervanging of herstel van de verharding. Immers voor het vervangen van de riolering moet de straat worden opengebroken. In de handreiking van het Ministerie van Binnenlandse Zaken is vastgelegd wat toegerekend mag worden aan het rioolfonds. Onderhoud betekent het uitvoeren van een maatregel voor instandhouding van de weg. Na het leggen van riolering moet de hele constructie opnieuw worden aangebracht. Dit zijn hogere bedragen dan dat voor onderhoud wordt berekend. Het is daarom niet reëel om te zeggen dat de reservering in het rioolfonds één op één mag worden toegerekend aan het budget voor onderhoud wegen. Maximaal 50%, afhankelijk van het type verharding, kan rekentechnisch toegekend worden aan onderhoud wegen. Er zijn echter een paar voorbehouden. De planning van riolering en wegen lopen niet parallel. Er is dus altijd sprake van verlies van middelen als gevolg van een stukje kapitaalvernietiging. Het komt vaak voor dat het riool niet vervangen wordt maar dat een conserveringsmaatregel wordt toegepast, het zogenaamde relinen. De straat hoeft dan niet opgebroken te worden. Een andere financiering is het meeliften met een grondexploitatie of een kapitaalswerk. Denk bijvoorbeeld aan de wegen rondom het bouwplan De Waarden/Vier Gravinnen. Echter staan ook deze kapitaaldragers onder druk. Het is daarom moeilijk om de grenzen van dergelijke projecten over bestaande wegen te leggen zodat het onderhoud mee kan liften. Er is een nadeel. Het moment van uitvoering loopt vaak niet parallel met de onderhoudsplanning. Het tijdelijk in stand houden van de weg kost weliswaar extra geld, maar dat staat niet in verhouding tot de besparing bij het meeliften op een kapitaalswerk. Uiteraard zit daar ook een grens aan. Vijf jaar is hierbij een geaccepteerde periode.