Verslag Verslag van: De gezamenlijke vergadering van de commissie Grondgebied en Bestuur Vergaderdatum: 10 februari 2009 Aanwezig: Verslaglegging: Alle fracties. Voorzitter: de heer J.W. van den Born. Gerrie van Roekel Gasten: de heer K. van Dijk, Barneveldsestraat 20, 3925 MJ Scherpenzeel (Gedeeltelijke herziening De Lucht van het bestemmingsplan Buitengebied 2000). De heer R. Pannaman, p/a Barneveldsestraat 20, 3925 MJ Scherpenzeel (Gedeeltelijke herziening De Lucht van het bestemmingsplan Buitengebied 2000). De heer J.M. Hazeleger, Scherpenzeelseweg 151, 3772 ME Barneveld (Gedeeltelijke herziening De Lucht van het bestemmingsplan Buitengebied 2000). Werkgroep Stop uitbreiding De Lucht, mevrouw Herngreen, Hoefweg 8, 3772 MH Barneveld en de heer C. van Huigenbos, Scherpenzeelseweg 125, 3772 ME Barneveld (Gedeeltelijke herziening De Lucht van het bestemmingsplan Buitengebied 2000). Notaris Beens van Veldhuizen Beens vd Castel Advocaten, Torenplein 3, 3772 CX Barneveld. Agendapunt 1. Opening 2. Gedeeltelijke herziening De Lucht van het bestemmingsplan Buitengebied 2000 Mevrouw Herngreen zegt dat er geen sprake is van een gewijzigd plan. Er kan immers niet uitgesloten worden dat de camping toegankelijk is voor dagrecreanten. Zij vraagt waarom gekozen is voor een privaatrechtelijke regeling in plaats van een bestuursrechtelijke regeling. Bij een bestuursrechtelijke regeling is handhaving mogelijk en dit speelt te meer als er een nieuwe campingeigenaar komt of camping De Lucht onder de gemeente Renswoude komt te vallen. De bezwaren van de Werkgroep Stop uitbreiding De Lucht zijn dan ook niet weggenomen. Overigens is het bezwaar tegen dagrecreatie maar één van de bezwaren die de werkgroep heeft tegen het plan voor uitbreiding van de camping. Het is het college er kennelijk alles aan gelegen om het plan door te laten gaan. Binnen enkele jaren heeft door een opvolgend college een omslag van 180 graden plaatsgevonden van beslist geen recreatie in dit gebied naar goedkeuring voor een spectaculaire uitbreiding van 15 hectare in hetzelfde gebied. Ook de provincie en de gemeente Renswoude gaan er van uit dat het plan doorgaat. In het reconstructieplan Gelderse Vallei staat dat bijgedragen moet worden aan natuur- en landschapswaarden en dat ontwikkelingen in evenwicht moeten zijn met het landschap. De uitbreiding van camping de Lucht voldoet niet hieraan. De heer Van Dijk bedankt de commissieleden voor hun bezoek aan de camping. Hij wijst er op dat het plan voor uitbreiding van de camping wel degelijk is aangepast in verband met de bezwaren tegen dagrecreatie. Er is sprake van een uitbreiding met 118 eenheden en niet met 316 eenheden. Na uitbreiding is sprake van een totaal van 508 eenheden. Hij merkt op dat zandwinning niet 2 miljoen euro zal opbrengen maar hooguit 200.000 euro. Op een vraag van de SGP antwoordt hij dat hij een hekwerk wil plaatsen om de waterplas in verband met de veiligheid voor de kinderen. Pagina 1 van 7
De heer Pannaman zegt dat hij campinggast is op De Lucht. Hij heeft de vorige vergaderingen over dit onderwerp als toehoorder op de tribune bijgewoond en miste in de discussie de belangen van de 350 gezinnen die naar camping De Lucht komen voor hun rust. Hij hoopt dat ook aan hun belangen wordt gedacht en wijst er op dat veel campings geen bestaansrecht hebben als zij niet uitbreiden. De heer Hazeleger zegt dat het de vraag is of de 15 ha een agrarische bestemming behoudt of een recreatieve bestemming krijgt. Als de bestemming agrarisch blijft, vindt er waarschijnlijk geen grenscorrectie plaats. Als de bestemming recreatief wordt, komt de camping onder de gemeente Renswoude te vallen. Als dagrecreatie uit het plan geschrapt wordt, moet er minimaal een privaatrechtelijke overeenkomst zijn met de voorwaarden dat er een hek om het hele terrein komt en een geldelijke sanctie bij overtreding. Er zijn ruim 100 bezwaren ingediend tegen het uitbreidingsplan. Als de wethouder zegt dat de bezwaren niet terecht zijn, betekent dit nog niet dat dat ook daadwerkelijk zo is. Hij wil de zaak graag omdraaien en aan het college de vraag stellen wat de motivatie is voor het verlenen van medewerking aan het plan. Ook met een kleiner plan is er broodwinning voor de heer Van Dijk. Hij wijst er op dat er sprake zal zijn van waardevermindering van panden/bedrijven in de omgeving als de camping uitgebreid wordt. Zijns inziens is een waterplas niet nodig voor kwaliteitsverbetering van de camping. Mensen bezoeken de camping juist voor de rust. Het is duidelijk dat de waterplas nodig is voor financiering van het plan. Het masterplan is een schetsplan met een mogelijke inrichting. Als er vervolgens verkaveling plaatsvindt, kan de gemeente daar niets tegen doen. De oplossing is een kleinere uitbreiding en goed management. Het evenwicht tussen natuur en recreatie blijft dan gehandhaafd. Hij kan niet begrijpen dat medewerking wordt verleend aan plannen voor één ondernemer terwijl er daardoor voor veel mensen geen toekomstperspectief meer is. De heer Huigenbos vraagt aandacht voor de toekomst voor de omliggende agrarische bedrijven. Voor de waterstromen in de omgeving is het van belang dat er geen waterplas op de camping wordt gerealiseerd. Er zijn voortdurend wijzigingen in het geurbeleid. Hij vraagt daarom hoe gegarandeerd wordt dat de waarde van 8 odeur gehandhaafd blijft. Op de opmerking van de CU dat de bestaande woningen de agrarische bedrijven meer hinderen dan de uitbreiding van de camping, antwoordt hij dat het geurbeleid voortdurend wijzigt en de schaalvergroting in de landbouw erg snel gaat. De SGP vraagt of het niet noodzakelijk is een exploitatieovereenkomst te maken met regeling van een planschadevergoeding. Ook wordt gevraagd of er al iets bekend is over de zienswijze die de gemeente Barneveld heeft ingediend over de grenscorrectie. Het CDA zegt dat er een boeteclausule is opgenomen van 30.000 euro. Kan dit inhouden dat de heer van Dijk dit bedrag betaalt en verder geen voorzieningen treft? BI vraagt of een privaatrechtelijke overeenkomst wel voldoende waarborgen geeft. Hij citeert uit een arrest van de Hoge Raad waarin wordt gesteld dat een privaatrechtelijke overeenkomst minder rechtsbescherming geeft en dat het bestuursrecht voorrang verdient. Gevraagd wordt welke middelen de gemeente heeft, behalve een boete, om de nakoming van een overeenkomst af te dwingen. BI is geschrokken van de opmerking van de heer Van Dijk dat als het gemeentebestuur niet instemt met zijn plan hij de vorming van de nieuwe RSW-gemeente afwacht en dan daar zijn oorspronkelijke plan indient. BI is van mening dat er sprake moet zijn van een man een man, een woord een woord. De VVD wijst er op dat er aan de westelijke kant van de camping ontwikkelingen gaande zijn. Doordat drie bedrijven gebruik maken van de Ruimte voor Ruimte-regeling komt daar 20 ha vrij. De uitbreiding van de camping betreft 15 ha. Als camping De Lucht aan de Pagina 2 van 7
westelijke kant zou uitbreiden is er minder hinder voor agrariërs en omwonenden. Deze nieuwe informatie is van dusdanig belang dat het mogelijk goed is om de beslissing op het verzoek van de heer Van Dijk aan te houden. PRO 98 zegt dat er een waterplas gepland is met een diepte van 12 meter. In de stukken is geen informatie te vinden over de gevolgen voor de regionale grondwaterstromen. Gevraagd wordt wat de waarde is van een privaatrechtelijke overeenkomst als de camping onder de gemeente Renswoude komt te vallen en wat de rol is van de gemeente Barneveld in de grenswijziging. De heer Van Dijk merkt op dat hij alles wat hij toegezegd heeft, is nagekomen en dat hij dat ook zal blijven doen. Als er een nieuwe gemeente wordt gevormd, staat het hem vrij om een nieuw plan in te dienen. Wethouder De Kruijf antwoordt dat het bestemmingsplan het hoofdproduct is. Dit is een publiekrechtelijk instrument om zaken te regelen. De privaatrechtelijke overeenkomst is een toevoeging daarop. Er is een planschadeovereenkomst gesloten. Gezien de verdere zaken die zijn vastgelegd in het bestemmingsplan is het niet noodzakelijk om ook een exploitatieovereenkomst af te sluiten. Het gemeentebestuur heeft steeds het standpunt gehuldigd dat er pas sprake kan zijn van een grenscorrectie als er een onherroepelijk bestemmingsplan is. Dit is ook zo aangegeven bij de provincies Gelderland en Utrecht. In het reconstructieplan is een kaart opgenomen voor kwaliteitsverbetering bij recreatiebedrijven. Camping De Lucht is op deze kaart vermeld. Hij merkt op dat de ontwikkelingen aan de westzijde van de camping, waar de VVD op wijst, zich afspelen op het grondgebied van de gemeente Scherpenzeel. Een uitbreiding van de camping aan de westelijke zijde is nu niet aan de orde. Wat de grondwaterstromen betreft, verwijst hij naar twee rapporten die zijn uitgebracht over onderzoeken naar grondwater. Bij de aanvraag om ontgrondingsvergunning zal de provincie de grondwaterstromen ook bezien. Als camping de Lucht in de gemeente Renswoude komt te vallen, zal ook de gemeente Renswoude zich aan de gesloten privaatrechtelijke overeenkomst houden. Dit is een algemeen beginsel van behoorlijk bestuur. De gemeente Renswoude heeft schriftelijk bevestigd dat zij zich aan de overeenkomst zal houden. Het voorstel is rijp voor behandeling in de raad. 3. Wijziging van de Bouwverordening Barneveld 1983 en herziening van de Brandbeveiligingsverordening Barneveld - 4. Beleidsvisie Externe Veiligheid PRO 98 vraagt waarom de meelfabrieken niet staan vermeld op de signaleringskaart. Ook wordt gevraagd of er een signalering is van gevaarlijke transporten op spoorwegen en rijkswegen en of de brandweer hierover wordt geïnformeerd. Mevrouw Van Houwelingen (adviseur) antwoordt dat meelfabrieken niet onder het besluit externe veiligheid inrichtingen vallen en daarom niet op de kaart vermeld staan. Gevaarlijke transporten over het spoor worden gemeld. Er zal worden nagegaan of er een signalering is voor gevaarlijke transporten op rijkswegen. Wethouder De Kruijf voegt hieraan toe dat bezien zal worden of meelfabrieken op de signaleringskaart moeten worden vermeld. De commissieleden zullen hierover schriftelijk geïnformeerd worden. Pagina 3 van 7
Lijst 8 wijst er op dat de signaleringskaart verouderd is. Het CDA vraagt of elke gemeente een eigen beleidsvisie externe veiligheid mag opstellen. Het is van belang dat gemeenten gezamenlijk optreden, zodat kosten gedeeld kunnen worden. De VVD vraagt wat deze beleidsvisie extra biedt naast het bestemmingsplan, de milieuvergunningen en het rampenplan. Er moeten extra controles uitgevoerd worden. Gevraagd wordt wat dit voor extra lasten met zich meebrengt voor bedrijven. Bij de argumenten wordt aangegeven dat met de beleidsvisie invulling wordt gegeven aan de beleidsruimte die gemeenten vanuit de rijksoverheid krijgen. Vraag is echter of de beleidsvisie ook nodig is. BI kaart aan dat in de woonwijken Molecaten en Wildforster een kleine vuilniswagen wordt ingezet omdat de gewone vuilniswagen deze wijken niet kan bereiken. Gevraagd wordt of de hulpdiensten deze en andere wijken wel kunnen bereiken. De CU wijst op het cumulatief effect van bedrijven. Gevraagd wordt of met deze beleidsvisie een efficiencyslag gemaakt kan worden bij het maken van bestemmingsplannen. Wethouder De Kruijf antwoordt dat de signaleringskaart zijns inziens recent is en dat daar de inrichtingen anno 2009 op staan aangegeven. Bij de ontwikkeling van bestemmingsplannen moet rekening gehouden worden met externe veiligheid. De beleidsvisie wordt dan gebruikt als beoordelingskader. De beleidsvisie geeft geen extra regels, maar biedt meer duidelijkheid. De veiligheidscontrole wordt meegenomen in de reguliere controles. Hij gaat er vooralsnog vanuit dat er geen extra kosten komen door de beleidsvisie. Hij kan daarvoor echter geen garantie geven. De informatie van de beleidsvisie wordt up to date gehouden. Er hoeft niet jaarlijks een nieuwe beleidsvisie opgesteld te worden. De vraag van BI heeft niet direct te maken met de beleidsvisie. Hij verzoekt BI daarom om deze vraag via de Postbus vragen raadslid te stellen. Mevrouw Houweling voegt hier nog aan toe dat in de beleidsvisie geen rekening wordt gehouden met cumulatie van bedrijven; per bedrijf wordt het risico bezien. De beleidsvisie wordt gebruikt als onderlegger voor het bestemmingsplan en op deze wijze kan tijdswinst geboekt worden. De uren die gemaakt moeten worden ten behoeve van het externe veiligheidsbeleid kunnen deels betaald worden uit rijkssubsidie. In alle regiogemeenten is momenteel een beleidsvisie externe veiligheid in behandeling. Het voorstel is rijp voor behandeling in de raad. 5. Verzoek van de fractie van PRO 98 om nadere inlichtingen over het antwoord van het college op de gestelde schriftelijke vragen over lichtreclamebakken PRO 98 kaart aan dat het college van burgemeester en wethouders de gemeenteraad gepasseerd heeft bij de vaststelling van het beleid van lichtreclamebakken. Het college heeft veel afzonderlijke besluiten genomen over reclame en daardoor was het voor PRO 98 niet duidelijk dat er toestemming werd verleend voor lichtbakreclame. Het college was niet transparant in zijn besluitvorming. In 2007 is het onderwerp besproken in een commissievergadering. Toen bleken alle partijen behalve de VVD veel aanmerkingen op het plan te hebben. PRO 98 ging er daarom van uit dat het college hier nog op terug zou komen, maar dat is niet gebeurd. Achteraf blijkt dat het beleid voor de plaatsing van lichtreclamebakken impliciet is goedgekeurd binnen een algemene notitie over reclame. De VVD merkt op dat het onderwerp in de commissie aan de orde is geweest en dat de Pagina 4 van 7
meeste fracties toen aangaven in te stemmen met de lichtreclamebakken. Daarna is er nog een notitie geweest waarin werd aangegeven aan welke voorwaarden reclames moeten voldoen. In de begroting was een bedrag geraamd voor reclame. Het college is dan bevoegd om het beleid gestalte te geven. Als dit niet voldoende duidelijk was, had PRO 98 zelf moeten doorvragen. De SGP verwijst naar de notulen van de betreffende commissievergadering. Daaruit blijkt dat de discussie over de lichtreclamebakken als een nachtkaars is uitgegaan. BI zegt dat de fracties tijdens de commissievergadering hebben aangegeven dat zij problemen hebben met het plaatsen van lichtreclamebakken. Als het college deze bezwaren naast zich neer legt, wordt de raad niet serieus genomen. PRO 98 zegt dat met dit lichtreclamebeleid de openbare ruimte verkwanseld wordt ten behoeve van een ondernemer die er geld aan verdient. De vraag die aan de orde is is of kaderstelling moet plaatsvinden door de raad of het college. Gevraagd wordt of het college het beleid ten aanzien van lichtreclamebakken wil evalueren en dit aan raad wil voorleggen ter besluitvorming. Het CDA merkt op dat in de commissievergadering is gesteld dat, gezien de vele vragen, er aanvullende besluitvorming moet plaatsvinden. De CU vraagt eveneens om een evaluatie zodat, indien nodig, reparatie van het beleid kan plaatsvinden. Wethouder De Kruijf antwoordt dat dit onderwerp in april 2007 in de commissie besproken is. Uit de notulen blijkt dat er vragen gesteld zijn, maar dat er na uitleg van de wethouder geen reacties meer zijn gegeven door de fracties. Vervolgens is het beleid in november 2007 vastgesteld. Het besluit is geplaatst op de Lijst van ingekomen stukken voor de raad van december 2007 en is verwerkt in de reclamenota. Vervolgens is in mei 2008 een contract gesloten met Van Iwaarden. In het contract is bepaald dat er over 5 jaar een evaluatie plaatsvindt. 6. Samenwerkingsovereenkomst betreffende de ontwikkeling van bedrijventerrein Harselaar- Zuid De VVD maakt complimenten aan de opstellers van de overeenkomst. Als Harselaar Zuid niet doorgaat of door gewijzigde omstandigheden geen exploitatie mogelijk is, heeft de gemeente de grond in bezit en draait zij op voor al de kosten. Gevraagd wordt waarom niet gekozen is voor de constructie dat de gemeente de grond teruggeeft aan Vink. Denkend aan de economische crisis vraagt de VVD waarom de grond niet pas verworven wordt na vaststelling van het bestemmingsplan en de MER. BI vindt het een goede zaak om het bedrijventerrein samen met Vink te ontwikkelen en vraagt of werk aan Vink gegund kan worden als Vink grondeigenaar is. De VVD wijst er op dat als Harselaar Zuid niet doorgaat de gemeente grond in eigendom heeft met agrarische waarde. De SGP vraagt of het niet beter is om Harselaar Zuid fasegewijs te ontwikkelen. Het CDA maakt complimenten voor de overeenkomst. Gevraagd wordt hoe verzekerd is dat Vink op goede afstand staat bij aanbestedingen. Er moet voorkomen worden dat belangenverstrengeling plaatsvindt. Pagina 5 van 7
Lijst 8 is van mening dat het een overeenkomst is met een open einde. Er wordt aangegeven dat Harselaar Zuid een regionaal bedrijventerrein wordt. Lijst 8 vraagt zich af wat dit inhoudt; in de hele regio zijn immers bedrijventerreinen. Een CV is niet transparant. Lijst 8 zegt dat de noodzaak voor samenwerking met Vink niet aanwezig is. De gemeente heeft zelf veel grond in bezit en kan 50 ha zelf ontwikkelen zonder medewerking van Vink. Lijst 8 zet een groot vraagteken bij het hele bedrijventerrein. PRO 98 zegt dat in de overeenkomst staat dat met de ontwikkeling en realisering van Harselaar Zuid primair beoogd wordt voldoende doorgroeimogelijkheden te bieden ten behoeve van elders reeds in de gemeente gevestigde bedrijven. Gevraagd wordt hoe wordt voorkomen dat Harselaar verloedert als bedrijven van daar vertrekken naar Harselaar Zuid. De CU zegt dat het een goede zaak is om samen te werken en samen risico s te delen. De CU maakt complimenten dat Harselaar Zuid nu zover gevorderd is dat er een samenwerkingsovereenkomst ligt. Gevraagd wordt om in te zetten op duurzaamheid en om in die zin te onderscheiden van andere bedrijventerreinen. De gemeente zou dan ook zelf ontwikkelingen in gang moeten zetten, zoals windmolens en zonne-energie. Gevraagd wordt of het percentage uit te geven terrein verhoogd kan worden Wethouder Tijmensen antwoordt dat er om fiscale redenen voor gekozen is dat de gemeente de grond in eigendom heeft; er hoeft dan geen overdrachtsbelasting betaald te worden. Hij verwijst naar artikel 13.4 van de overeenkomst waarin bepaald is dat, mocht er voor 1 januari 2014 geen onherroepelijk bestemmingsplan zijn, de levering door Vink aan de gemeente wordt ontbonden en er een ongedaanmaking plaatsvindt waarbij Vink de verplichting heeft het door hem ontvangen bedrag of bedragen vermeerderd met rente en kosten onverwijld te storneren aan de gemeente. Er zal pas worden begonnen met de ontwikkeling van Harselaar Zuid als er sprake is van een onherroepelijk bestemmingsplan. Zowel de gemeente als Vink zijn van mening dat grond een andere waarde heeft na vaststelling van het bestemmingsplan. In artikel 16.1 is opgenomen dat partijen zijn overeengekomen de samenwerking als vastgelegd in de onderhavige overeenkomst te evalueren op of omstreeks 1 juli 2011 en zo vervolgens om de vijf jaar. Het bestemmingsplan en de MER worden vastgesteld voor het hele gebied. De ontwikkeling van het gebied zal vervolgens per segment plaatsvinden. In het Streekplan is opgenomen dat Barneveld een duidelijke taak heeft in de regio. Uit een onder bedrijven gehouden enquête blijkt dat er dringend behoefte is aan bedrijventerrein. Hij zegt de commissieleden toe dat zij vóór de raadsvergadering hierover cijfers krijgen. Bij het uitgiftebeleid wordt bezien wat er gebeurt met het terrein dat een bedrijf achterlaat. Een uitgiftepercentage van 66,7% is niet ongebruikelijk. Bij dit percentage is sprake van een kwalitatief goed bedrijventerrein. Er moet zorgvuldig omgegaan worden met regelingen. Er kan niet op voorhand werk aan Vink gegund worden. Notaris Beens voegt hieraan toe dat de aanbestedingsregels van toepassing blijven, ook als Vink grondeigenaar is. De heer Schouwaert (adviseur) verwijst naar artikel 7.2 van de overeenkomst. Daarin is bepaald dat Vink zich verbindt jegens de CV te waarborgen dat Vink een voldoende onafhankelijke partij is om rechtsgeldig te kunnen deelnemen aan de aanbestedingsprocedure door een feitelijke interne scheiding in acht te nemen. Indien Vink aantoonbaar de beginselen van transparantie en non-discriminatie onvoldoende heeft gewaarborgd en de CV daardoor schade leidt, is alle schade voor rekening van Vink. Pagina 6 van 7
Notaris Beens zegt dat gekozen is voor een CV-/BV-structuur om juridische, fiscale en organisatorische redenen. Deze constructie is van belang in verband met aansprakelijkheid en omdat sprake is van een samenwerkingsverband voor een lange periode. Mevrouw Van Ee (adviseur) antwoordt dat in het stedenbouwkundig plan rekening gehouden is met duurzaamheid. Ten opzichte van het huidige bedrijventerrein is er een reductie van 15% van CO2. Er is een energievisie opgesteld. Daaruit blijkt dat er koude- /warmteopslag mogelijk is. Een windmolen is niet mogelijk en zonne-energie is nog te duur. De energievisie is opgenomen in de MER en wordt onderdeel van het bestemmingsplan. Het voorstel is rijp voor behandeling in de raad. 7. Sluiting De voorzitter sluit de vergadering om 22.00 uur. Pagina 7 van 7