Supervised Training in professional Attitude, Research and Teaching. START-blok 2007/2008. CRU 99 - Jaar 6 SUMMA - Jaar 4



Vergelijkbare documenten
Critical Appraisal of a Topic De 7 stappen van de CAT Bachelor geneeskunde 3de jaar AWV

Zoeken naar evidence

Wetenschappelijke vorming in de huisartsopleiding

- Geplaatst in VISUS EBM IN DE OPTOMETRIE: HOE PAS JE HET TOE?

Inhoud presentatie. 1. Positionering CAT Maastricht 2. Wat is CAT? 3. Structuur CAT 4. Organisatie CAT onderwijs jaar 3 UM

1.1 medline. 1.2 PubMed

Evidence WWW

LANGE KLINISCHE BEOORDELING

Het Schakeljaar: CRU Master jaar 3. Dr T.W. van Haeften Opleidingscoördinator Master (CRU)

Cochrane Netherlands. Cursus Evidence-Based Practice voor zorgprofessionals

EBM. Domein arts. Overwegingen bij domein arts

Cursus Evidence-Based Practice voor zorgprofessionals. Utrecht, 14 en 15 oktober Cochrane

Dedicated Schakeljaar Vitale Functies

Cochrane Netherlands. Cursus Evidence-Based Practice voor zorgprofessionals

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Schakeljaar. Het jaar van keuzes én van schakelen van de artsopleiding naar een vervolgopleiding

Methodologie & onderzoek

Het CAT-project: informatie voor begeleiders

Evidence based nursing: wat is dat?

MODULE Evidence Based Midwifery

Evidence-Based Nursing. Bart Geurden, RN, MScN

Handleiding Paper AIP deel B

Onderwijsregeling VI Keuzeonderwijs Bacheloropleiding Geneeskunde Curius+

VAN KLINISCHE ONZEKERHEID NAAR EEN ZOEKSTRATEGIE

Dirk Ubbink. Evidence Based Surgery Workshop 2010

Verwacht niveau in de co-schappen

Voorwoord 1 0. Inleiding 1 1

Algemene informatie afstudeerfase

me nse nkennis Competentiegericht opleiden in de BIG opleidingen Getting started

Bij gebrek aan bewijs

De 7 stappen van een CAT

Op zoek naar wetenschappelijke literatuur?

Handleiding Scriptiedossier voor studenten

Zoeken naar medische literatuur Marianne van der Heijden Bureau Andromeda 19 januari 2006

: Afstudeerproject BSc KI : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 2, periode 5 en 6

Bachelor Eind Project

Handleiding voor het maken van een CAT

Systematic Reviews Dr. Hester Vermeulen

Opleiding Verpleegkunde Stage-opdrachten jaar 3

HANDLEIDING CAT. Handleiding voor het maken van een CAT

Ontwikkelen van een Cochrane Systematic Review over interventies

BEOORDELINGSFORMULIER STAGES BACHELOR NIVEAU 3

Thuiswerktoets Filosofie, Wetenschap en Ethiek Opdracht 1: DenkTank De betekenis van Evidence Based Practice voor de verpleegkunde

EVIDENCE-BASED ALLIED HEALTH CARE. Prof.dr. Rob A.B. Oostendorp

De Digitale Bibliotheek. Toegang tot databases en e-journals digitallibrary.leidenuniv.nl

WELKOM! Belangrijke vraag bij EBP. Definitie EBP Wat is nu Evidence-Based Practice? Waarom is evidence-based mondzorg nodig? O.a.

Reglement Bachelorscriptie Geschiedenis Vastgesteld op , verbeterd en goedgekeurd door de examencommissie op

Programma van toetsing


Basisinformatie Opleiding

Evidence Based Practice

Getting Started. Competentie gericht opleiden in de BIG opleidingen

Media Outlook 2 HOGESCHOOL ROTTERDAM / CMI CDMMOU02-2. Aantal studiepunten:2 Modulebeheerder: Ayman van Bregt. Goedgekeurd door:

Checklist Presentatie geven 2F - handleiding

Handleiding voor aanmelden voor het schakelprogramma Mental Health via MyUM

BSc Kunstmatige Intelligentie. : Bachelor Kunstmatige Intelligentie Studiejaar, Semester, Periode : semester 1, periode 2

PRAKTIJK EN STAGE JAAR 2 EN 3

Toetsregeling Zorgstage (MED-B1ZST)

Keuzeonderwijs Master Jaar 1 & 2. Dr. M.A.F.M. Gerrits, coördinator / examinator Dr. T.W. van Haeften, coördinator

American Board of Internal Medicine Accreditation Council for Graduate Medical Education (USA) Arts in opleiding tot specialist

Domein 2 Academisch niveau

Korte informatie HVK examenkandidaten

Inhoud. Opbouw master CRU + EPA s. Blok LINK. Wat zijn EPA s? EPA raamwerk Supervisieniveau s

Voor intern gebruik bij een opleiding wordt gerapporteerd over alle stellingen, vragen, toelichtingen enz.

Evidence Based Practice. Marije de Lange. MANP, MSc verpleegkundig specialist CTC - klinisch epidemioloog

Begeleidingsdocument

Het individuele opleidingsplan (IOP)

Onderscheid door Kwaliteit

FA-MA107 POLYFARMACIE

Op zoek naar wetenschappelijke literatuur?

Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde: een samenwerkingsverband tussen het AMC, UMCG, UWV en VUmc

Literatuuronderzoek. Systematische Review Meta-Analyse. KEMTA Andrea Peeters

Systematische review als middel tot synthese van bestaande kennis

Handleiding profielwerkstuk HAVO examen 2016

Chapter 9 Samenvatting CHAPTER 9. Samenvatting

Het Sectorwerkstuk


Toelichting bij het formulier

Culture, Organization and Management Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Sociale Wetenschappen - P Culture Organization and Management -

Toetsbekwaamheid BKE november 2016

Handleiding PubMed. 1. Beschrijving van de databank PubMed. 2. Trefwoorden in PubMed: MeSH Terms

Uitvoeringsregeling Toetsing en Beoordeling Huisartsopleiding tweede opleidingsjaar. versie juni 2015

2. Openingspagina van PubMed en uitleg over de knoppen en opties

Deel 2: Endnote bibliografische software gebruiken als databasemanager en editor

Communicatie voor juristen. mevrouw drs. D. van der Wagen. Communicatie voor juristen. Beschrijving en doel van dit beroepsproduct

Formulier voor het beoordelen van de kwaliteit van een systematische review. Behorend bij: Evidence-based logopedie, hoofdstuk 2

De opleiding tot Restauratief Tandarts van de Nederlands Vlaamse Vereniging voor Restauratieve Tandheelkunde

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Samen naar een individueel opleidingsplan. Anouk Straus

Professionaliseren van de didactische aanpak van het informatievaardighedenonderwijs

Bijlage l. Het ontwerpen van modulen: een format. Vooraf:

Cursusinformatie PIAF opleiding nieuwe stijl 2013/2014

Leergang Praktijkondersteuner in de huisartsenpraktijk

De beantwoordbare vraag (PICO)

Met welk werk kunnen kinderen uit groep 5-6 thuiskomen en hoe kunt u uw kind thuis helpen?

Zelfreflectie meetinstrument Ondernemende houding studenten Z&W

Aandachtspunten bij start supervisie

Handleiding sectoronderzoek V

Inzendingshandleiding voor auteurs

Toetsvormen. Onderwijsmiddag 14 februari 2012 Ferdi Engels & Gerrit Heil toetsadviescommissie

Transcriptie:

Supervised Training in professional Attitude, Research and Teaching START-blok 2007/2008 CRU 99 - Jaar 6 SUMMA - Jaar 4

Heb je vragen, klachten, opmerkingen of suggesties over dit blok? Mail dan naar JVT6@msfusams.nl. De JVT gaat er dan mee aan de slag! Voor vragen aan de Jaar 6 examinatoren, mail naar jaar6@umcutrecht.nl. Voor vragen over plaatsing in het startblok en andere onderdelen van het jaar 6 programma, mail naar co-schappen@umcutrecht.nl. Voor vragen over plaatsing in de terugkomdagen jaar 6, mail naar student@juliuscenter.nl. START-blok 2

Inhoudsopgave Startblok en Terugkomdagen Jaar 6... 5 a. Startblok... 5 b. Terugkomdagen... 6 Inleiding in het competentieleren met behulp van het Portfolio... 9 a. Zelfbeoordeling competenties... 10 b. Beschouwing en Actieplan... 10 c. Facultatieve opdracht: Beschouwing Competenties bij start Schakeljaar... 11 Evidence Based Medicine (EBM)... 15 a. START-blok Evidence-Based Medicine... 16 b. Terugkomdagen: Evidence-Based Medicine... 19 Week 1. Thema: vraagstelling formuleren... 22 Week 1. EBM bronnen en informatie vaardigheden... 24 Opdrachten Evidence based medicine... 25 a. PUBMED... 25 b. METHODOLOGISCHE ZOEKFILTERS IN PUBMED... 27 c. DE MESH DATABASE in PUBMED... 27 d. EMBASE.COM... 28 e. COCHRANE LIBRARY... 29 f. CLINICAL EVIDENCE... 30 g. INTERNETBRONNEN... 30 h. EBM bronnen... 30 Week 1. Werkcollege 1: Case Reports... 31 Week 1. Werkcollege 2: Vraagstellingen... 32 Week 2. Thema: EBM bronnen zoeken op internet... 34 Week 2. Werkcollege 3: Literatuur zoeken... 35 Week 3. Thema: critical appraisal... 42 Week 3. Werkcollege 5 & 6: Critical appraisal... 43 Week 4. Thema: De bewijskracht van onderzoek... 44 Week 4. Werkcollege 6: Bewijskracht en levels of evidence... 45 Week 5. Thema: Evidence Based Case Report eindrapportage... 46 Literatuur module EBM... 47 Module Professionaliteit... 49 a. Inleiding... 49 b. Toetsing en aanwezigheid... 50 c. Startblok... 51 I.Gezondheidsrecht: privacybescherming en beroepsgeheim.... 51 II.Medische ethiek: autonomie van de patiënt... 54 III.CA-onderwijs: persoonlijkheid, professie en praktijk... 56 IV.Public Health: toegang tot de zorg... 61 Terugkomdagen... 67 a. Gezondheidsrecht: rechten van de patiënt... Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. b. Medische ethiek... 72 c. Communicatie- / attitude-onderwijs... 73 d. Public Health... 75 Achtergrondinformatie t.b.v. het simulatiespel.... 80 START-blok 3

Module Onderwijstraining... 86 a. Overzicht doelstellingen, werkvormen en toetsing... 86 b. Rooster en programma... 87 I.Programma-onderdeel Inleiding onderwijstraining... 87 II.Programma-onderdeel Werkgroepbegeleiding en Groepsdynamiek... 87 III.Programma-onderdeel ontwerpen van een KLO-toetsvraag... 89 IV.Programma-onderdeel Voorbereiding KLO... 89 V.Programma-onderdeel KLO-bijeenkomst... 90 VI.Programma-onderdeel Feedback... 91 VII.Presentatie medisch-onderwijskundig onderwerp... 91 Bijlagen... 93 Bijlage I Checklist t.b.v. KLO-toetsvragen Onderwijstraining Startblok... 94 Bijlage 2 Aandachtspunten bij onderwijs in kleine groepen... 97 Bijlage 3 Rollen in de onderwijsgroep... 103 Bijlage 4 Verdeling opdrachten voor presentatie op vrijdag... 105 Bijlage 5 Observaties tijdens de KLO-bijeenkomst... 106 Bijlage 6 Evaluatieformulier tweedejaars studenten KLO-bijeenkomst... 113 Bijlage 7 Formulier zelfbeoordeling... 114 Bijlage 8 Formulier eindbeoordeling... 117 Bijlage 9 Vervangende opdracht onderwijstraining Startblok Jaar 6 CRU 99... 118 START-blok 4

Startblok en Terugkomdagen Jaar 6 Aantal studiepunten: 5 Startblok: Terugkomdagen: 3 studiepunten 2 studiepunten Coördinator / examinator Dr. G.J.M.G. van der Heijden, Universitair Hoofddocent, Klinisch Epidemioloog, Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Huisartsgeneeskunde Bereikbaar via het Secretariaat Epidemiologie Onderwijs Kamer STR. 7.109, huispost STR. 6.131, tel. 088-75 59304 / 59354 e-mail: student@juliuscenter.nl Secretariaat Secretariaat Epidemiologie Onderwijs: mw. J.M. Houthuysen Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Huisartsgeneeskunde Kamer STR 7.109, huispost STR. 6.131, tel. 088-75 59354 e-mail: student@juliuscenter.nl a. Startblok Algemene beschrijving Het schakeljaar naar de vervolgopleiding als medisch specialist begint met het blok Supervised Training in professional Attitude, Research and Teaching, kortweg STARTblok. Het Startblok vormt voor de student het begin van het op academisch niveau en min of meer zelfstandig functioneren als medicus. Het academisch functioneren kenmerkt zich door een combinatie van patiëntenzorg, wetenschappelijk onderzoek en onderwijs. De voorbereiding op medisch-professioneel functioneren, op medisch wetenschappelijk onderzoek en op medisch onderwijs kenmerken het Startblok. Tijdens het Startblok vormt integratie en toepassing van kennis en vaardigheden het doel. Van de studenten wordt verwacht dat zij in samenwerking of geheel zelfstandig op basis van opdrachten naar een toetsbaar eindprodukt toewerken. De docent heeft daarbij primair de rol van een procesbegeleider. Het Startblok bestaat uit 4 delen: Inleiding in het competentieleren met behulp van het Portfolio Training in de methoden en technieken van Evidence Based Medicine (EBM) Voorbereiding op het medisch professioneel handelen (Professionaliteit) Training in het medisch onderwijs Studielast Het startblok duurt vijf weken plus 1 dag (doorgaans maandag van week 6). In P1 t/m P4 en P6 en P7 wordt het startblok gegeven. De data van de startblokken 2007-2008 zijn: Startblok eerste dag laatste dag P1 van 27 augustus 2007 t/m 04 oktober 2007 P2 van 08 oktober 2007 t/m 12 november 2007 P3 van 19 november 2007 t/m 07 januari 2008 (24 dec t/m 4 jan roostervrij) P4 van 14 januari 2008 t/m 18 februari 2008 P6 van 07 april 2008 t/m 13 mei 2008 (dinsdag!) P7 van 19 mei 2008 t/m 23 juni 2008 START-blok 5

Beoordeling Het eindcijfer van het startblok (rapportcijfer met 1 decimaal) wordt op de cijferlijst bij uw diploma vermeld. Dit eindcijfer wordt berekend als het gemiddelde van de eindcijfers van de 3 modules, na weging voor hun nominale studiebelasting. Evidence Based Medicine 60% Onderwijstraining 20% Professionaliteit 20% Deze drie modules dienen met een voldoende (rapportcijfer 6 of hoger) te worden afgetekend. Bij de afzonderlijke modules kunt u vinden hoe de deelcijfers van de drie modules bepaald worden. b. Terugkomdagen Algemene beschrijving Tijdens de terugkomdagen wordt gewerkt aan het uitbreiden van de vaardigheden opgedaan tijdens het startblok inzake: Training in de methoden en technieken van Evidence Based Medicine (EBM) Voorbereiding op het medisch professioneel handelen Evenals tijdens het startblok vormt integratie en toepassing van kennis en vaardigheden het doel. Van de studenten wordt verwacht dat zij in samenwerking of geheel zelfstandig op basis van opdrachten naar een toetsbaar eindprodukt toewerken. De docent heeft daarbij primair de rol van een procesbegeleider. Studielast Elke student volgt 8 terugkomdagen. Terugkomdagen staan om de 3 weken op donderdagen gepland, in de tweede en vijfde week van alle blokperioden (P1 t/m P8). De data van de Terugkomdagen 2007-2008 zijn: Blokperiode TKD 1 TKD 2 Modules P1 6 september 2007 27 september 2007 EBM GR of ME P2 18 oktober 2007 8 november 2007 EBM PH of CA P3 29 november 2007 20 december 2007 EBM GR of ME P4 24 januari 2008 14 februari 2008 EBM PH of CA P5 6 maart 2008 27 maart 2008 EBM GR of ME P6 17 april 2008 8 mei 2008 EBM PH of CA P7 29 mei 2008 19 juni 2008 EBM GR of ME P8 24 juli 2008 14 augustus 2008 EBM PH of CA Indeling van terugkomdagen De 8 terugkomdagen worden gevolgd na afronding van het Startblok, in principe in de 4 blokperioden aansluitend op het Startblok waarin een student geplaatst wordt. Elke student wordt voor zover mogelijk ingedeeld bij zijn startblok werkgroep. Een student die het startblok P1 volgt, wordt dus ingedeeld voor de terugkomdagen in: P2 beide TKD EBM plus beide TKD PH (of CA) P3 beide TKD EBM plus beide TKD GR (of ME) P4 beide TKD EBM plus beide TKD CA (of PH) P5 beide TKD EBM plus beide TKD ME (of GR) START-blok 6

Afwijkingen op indelingsschema van terugkomdagen Afwijkingen op indelingsschema van terugkomdagen zijn uitsluitend toegestaan op basis van toestemming van de examinator van Startblok en Terugkomdagen (Dr. Van der Heijden). Een verzoek aan de examinator van Startblok en Terugkomdagen om toestemming om een vervangende opdracht voor terugkomdagen te mogen maken kun je slechts doen, wanneer je aan de volgende voorwaarden voldoet: De examinator van de Wetenschappelijke Stage Schakeljaar (Prof G. Strous) heeft 1. meer dan 12 weken vrijstelling verleend voor de Wetenschappelijke Stage; 2. een Wetenschappelijke Stage in het buitenland goedgekeurd voor de duur van meer dan 12 weken; Stuur een verzoek om een vervangende opdracht voor terugkomdagen, met bewijs van vrijstelling of toestemming om onderwijs in het buitenland te mogen volgen, naar de Coördinator van Startblok en Terugkomdagen student@juliuscenter.nl Let op! Als er (met 270 ECTS) vanwege uitloting voor het startblok, op verzoek toestemming verleend wordt de Wetenschappelijke Stage voor het Startblok te doen, doe dit dan niet langer dan 12 weken. Bij meer dan 12 weken wetenschappelijke stage voor het Startblok wordt, ongeacht de reden, geen toestemming voor een vervangende opdracht voor terugkomdagen gegeven. Beoordeling terugkomdagen De modules EBM en professionaliteit worden beoordeeld als voldoende of onvoldoende. Bij de afzonderlijke modules kunt u vinden hoe de beoordeling tot stand komt. START-blok 7

START-blok 8 Inleiding in het competentieleren

Inleiding in het competentieleren met behulp van het Portfolio Studielast: Totaal circa één dag Docenten Prof. dr. A.J. Verbout, algemeen coördinator Jaar 6 Doelstelling en inhoud De student bezit aan het eind van het Startblok - inzicht in de opzet, doelstellingen, werkwijze en de eigen verantwoordelijkheden voor het leren in de stages van het schakeljaar; - vaardigheid in het omgaan met het portfolio van jaar 6; Werkvormen: Inleiding, zelfstudie, oefening en practicum. Het Startblok begint met een plenaire bijeenkomst die wordt besteed aan uitleg en instructie van: 1. De inrichting en organisatie van jaar 6; 2. Competentieleren met gebruik van het Portfolio. Dit wordt gevolgd door een zelfstudieopdracht ter voorbereiding op het (computer-)practicum Portfolio later in de eerste week van het Startblok. Toetsing en praktische verplichtingen Aanwezigheid bij het practicum Portfolio is verplicht. Aan het eind van het Startblok moet aan de opdracht van het practicum zijn voldaan. Literatuur: Leidraad Portfolio jaar 6. Deze moet voor aanvang van het Startblok globaal zijn bestudeerd. START-blok 9 Inleiding in het competentieleren

Zelfstudieopdracht Werken met het Portfolio Doelen: Leren werken met het Portfolio van het Schakeljaar. Leren gebruiken van de Competentiematrix. Oefenen met voorbereiding van een functioneringsgesprek (onderdeel van de systematiek Sturen door Beoordelen ). Product: verplicht materiaal voor het Portfolio t.a.v. het startblok (zie Leidraad Portfolio paragraaf 5.4.7) Inleiding: Tijdens het startblok bestudeert u de Leidraad Portfolio. Deze gebruikt u later als naslagwerk. Als achtergrondinformatie voor de zelfstudieopdracht voor het practicum leest U de volgende passages uit de LEIDRAAD PORTFOLIO: Paragraaf 2.3: Studieonderdelen en de Competentiegebieden Hoofdstuk 5: Portfolio HOOFDSTUK 3 Studieonderdelen Paragraaf 7.1: Sturen door beoordelen: functioneringsgesprekken Samenvatting Opdracht: 1. Bestudeer de bovengenoemde passages uit de Leidraad Portfolio (30-60 min) 2. Vul het formulier zelfbeoordeling competenties in (bijgaand). Besteed daarbij in de eerste plaats aandacht aan de competentiegebieden die verplicht zijn in het STARTblok. Raadpleeg de competentiematrix Schakeljaar (Portfolio: paragraaf 1.3). 3. Gebruik het ingevulde formulier als vertrekpunt om een korte beschouwing inclusief actieplan (totaal max. 300 woorden) te schrijven. Bij de stages 1 volgt hierna het Planningsgesprek. Tijdens de stages bereidt U ook de Voortgangsgesprekken en de Eindbeoordelingsgesprekken op deze manier voor. 4. Facultatief: opdracht Beschouwing Competenties bij start Schakeljaar a. Zelfbeoordeling competenties U gebruikt de lijst zelfbeoordeling competenties als vertrekpunt bij het schrijven van uw beschouwing met actieplan. Geef een korte aanduiding van het op dit moment volgens uzelf bereikt niveau, ten op zichte van het niveau dat van de basisarts verwacht moet worden: L = beneden verwacht niveau V = verwacht niveau voor een basisarts, voldoende H = boven verwacht niveau Natuurlijk weet u niet heel precies wat u als basisarts moet kunnen en op welk niveau, maar het gaat erom dat u een zo goed mogelijke inschatting maakt van uw eigen competenties op dit moment, aan het begin van jaar 6. Op grond daarvan stelt u vast waar uw eigen prioriteiten en aandachtpunten liggen t.a.v. actief leren en opdoen van ervaringen in de komende periode, in het bijzonder tijdens de 3 modules van het startblok. b. Beschouwing en Actieplan Raadpleeg de competentiematrix Schakeljaar (paragraaf 1.3 van het Portfolio) en ga specifiek in op de verplichte competenties voor het Startblok. Noem enkele competenties (2 à 3) die U al goed afgaan. Noem enkele competenties (4 à 5) waar U noodzaak en ruimte ziet voor verdere ontwikkeling, of waar U nog onvoldoende ervaring mee heeft. Wat gaat U de komende periode zoal doen, welke competenties krijgen daarbij speciaal Uw aandacht en hoe gaat U dat concreet aanpakken. Streef er naar de competenties die U noemt nader te specificeren, zodat ze werkelijk actiepunten kunnen worden. 1 het STARTblok kent geen planningsgesprek START-blok 10 Inleiding in het competentieleren

TIPS voor het schrijven van een beschouwing en actieplan Schrijf kort en bondig, maar wel leesbaar en goed Nederlands. Maximaal 300 woorden (tel even na met de betreffende optie in Word). Uw actieplan is SMART = Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch, Tijdsgebonden. Dat komt neer op: Wat precies, Hoeveel, Hoe goed en Wanneer c. Facultatieve opdracht: Beschouwing Competenties bij start Schakeljaar Wanneer? Zo vroeg mogelijk tijdens het startblok. Waarover? U maakt de reflectieopdracht voor alle competentiegebieden. Hoe veel? Voor elk competentiegebied is de aanbevolen lengte van Uw beschouwing 4 goedlopende zinnen met een maximum lengte van 300 woorden. Inhoud? De inhoud van Uw beschouwingen bestaat per competentiegebied uit een reflectie ( antwoord ) op de volgende onderwerpen (zie kader). Plaats: U maakt gebruik van het betreffende digitale sjabloon in Word dat U vindt op webct. (paragraaf 1.3). Maak voor deze opdracht gebruik van het kopje Overige. Neem de beschouwing uitgeprint op in Uw Portfolio achter het tabblad Competentieontwikkeling en werk hem na ieder studieonderdeel bij. Beschouwing Competenties bij start schakeljaar a. Nu ik na de eerste 5 jaar van mijn opleiding tot basisarts aan het begin van het schakeljaar ben gekomen, beschik ik in voldoende mate over de competenties om te kunnen functioneren als semi-arts, want b. De volgende kerncompetenties behoren tot mijn sterke kanten (noem 1 of meer kerncompetenties), want. Geef aan hoe u hier van in het schakeljaar en in Uw verder loopbaan gebruik denkt te kunnen maken. 2 c. De volgende kerncompetenties behoren tot mijn minder sterke kanten, want Geef aan wat U hiermee in het schakeljaar wilt doen 3. 2 Voorbeeld: tijdens mijn keuze co-schap microbiologie bleek dat multidisciplinair samenwerken (microbiologen, analisten, ziekenhuishygiënisten, curatief werkende artsen, verpleegkundigen) mij goed ligt, want ik kreeg hierover veel positieve feedback en ik beleefde er zelf ook veel plezier aan. Ik denk dat ik dit in mijn ASAS huisartsgeneeskunde goed zal kunnen gebruiken, omdat in dit vak zeer veel multidisciplinair moet worden samengewerkt (specialisten, praktijkverpleegkundige, wijkverpleging, maatschappelijk werk, fysiotherapie, apotheek, etcetera). 3 Voorbeeld: tijdens mijn co-schap Interne II in jaar 5 heb ik gemerkt dat ik nog niet erg stressbestendig ben in acute situaties. Tijdens mijn ASAS kindergeneeskunde wil ik hier expliciet aan gaan werken, want ik wil graag kinderarts worden en dan moet je zeker stressbestendig zijn in acute situaties. START-blok 11 Inleiding in het competentieleren

ZELFBEOORDELING COMPETENTIES schakeljaar CRU 99 DATUM MEDISCH HANDELEN COMMUNICATIE SAMENWERKEN KENNIS & WETENSCHAP STAGE (type en discipline): Ga na hoe het momenteel gesteld is met de volgende algemene competenties die noodzakelijk zijn om adequaat te functioneren als BASISARTS. L = beneden verwacht niveau V = verwacht niveau voor een basisarts, voldoende H = boven verwacht niveau Licht dit toe in Uw beschouwing en verwijs naar relevant materiaal in het portfolio. 1. Beschikken over medische kennis volgens Raamplan 2001 2. Adequaat informatie vragen: hypothesegestuurde (hetero-)anamnese (2) 3. Uitvoering van gericht en van algemeen lichamelijk onderzoek 4. Adequate probleemstelling formuleren 5. Onderscheid hoofd- en bijzaken 6. Klinisch redeneren en (differentiaal) diagnostisch denken 7. Prioriteiten kunnen stellen, waaronder in spoedeisende situaties 8. Voortouw nemen in de besluitvorming t.a.v. aanvullende diagnostiek en behandeling 9. Case management, tijds- en voortgangsbewaking 10. Inschatten van prognose, risico's en complicaties en hier naar handelen 11. Therapeutisch handelen t.a.v. aandoeningen in bijlage van het Raamplan 2000 aangegeven met niveau T 12. Adequaat en tijdig supervisie en assistentie vragen 13. Rekening houden met het patiëntperspectief en perspectief verwijzer 1. Leggen van effectieve artspatiënt relatie 2. Structureren van de communicatie (5) 3. Goed kunnen luisteren 4. Informeren van patiënten en hun familie / proefpersonen (3) 5. Heldere en volledige instructies geven (bv. aan verpleegkundigen) 6. Helder en relevant presenteren en overdragen, toegesneden op betreffende doel 7. Adequate, volledige en overzichtelijke schriftelijke verslaglegging 1. Adequate omgang met verpleegkundigen, collegae, ander personeel (7) 2. Adequaat en tijdig informatie en advies inwinnen bij andere disciplines 3. Kunnen werken in teamverband, ook interdisciplinair 1. Kritisch kunnen omgaan met kennis en (wetenschappelijke) informatie 2. Tijdig en gericht onderhouden en uitbreiden van de eigen kennis 3. Gericht kunnen opzoeken in de literatuur en de gevonden resultaten rapporteren 4. Begeleiding en geven van feedback aan co-assistenten 5. Effectief begeleiden van werkgroepbijeenkomsten van studenten Eigen waardering huidige niveau L / V / H START-blok 12 Inleiding in het competentieleren

1. (Her-)kennen van determinanten van ziekten en dit kunnen MAATSCHAPPEtoepassen LIJK HANDELEN 2. Kennis van relevante wet- en regelgeving en dit toepassen 3. Kunnen omgaan met (bijna) fouten en met klachten 1. Time management t.a.v. de dagelijkse werkzaamheden van ORGANISEREN de stage 2. Time management t.a.v. van eigen onderwijsactiviteiten 3. Effectief en doelmatig omgaan met beschikbare middelen PROFESSIONEEL 1. Fatsoen en respect (1) GEDRAG 2. Omgaan met emoties van patiënten en anderen (4) 3. Inzicht in eigen emoties, normen, waarden en vooroordelen (6) 4. Eigen grenzen kennen, bereidheid zelftoetsing, omgaan met feedback (8) 5. Kunnen omgaan met conflicten 6. Herkennen van ethische dilemma's en zich houden aan ethische en medische gedragsregels 7. Blijk geven van inzet, betrokkenheid en verantwoordelijkheidgevoel (9) START-blok 13 Inleiding in het competentieleren

Terugkomdagen 14 Evidence Based Medicine (EBM)

Evidence Based Medicine (EBM) Studielast Startblok equivalent van 3 weken Terugkomdagen equivalent van 2 weken Modulecoördinator Dr. G.J.M.G. van der Heijden, Universitair Hoofddocent, Klinisch Epidemioloog, Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Huisartsgeneeskunde Bereikbaar via het Secretariaat Epidemiologie Onderwijs Kamer STR 7.109, huispost STR.6.131, tel. 250 93 04 e-mail: student@juliuscenter.nl Secretariaat Secretariaat Epidemiologie Onderwijs: mw. J.M. Houthuysen Julius Centrum voor Gezondheidswetenschappen en Huisartsgeneeskunde Kamer STR. 7.109, huispost STR.6.131, tel. 250 93 04 e-mail: student@juliuscenter.nl Docenten en inhoudelijke onderwerpen Zie handouts: uitgedeeld tijdens blokopening. In elk startblok zijn er de volgende docentrollen: - Klinisch hoofdbegeleider arts, staflid van klinisch afdeling van het UMC Utrecht - Epidemiologisch hoofdbegeleider epidemioloog, staflid van Julius Centrum - Werkcollege docent epidemioloog, staflid van Julius Centrum - Werkgroepbegeleider arts, staflid van klinisch afdeling van het UMC Utrecht of epidemioloog, staflid van Julius Centrum Algemene beschrijving Evidence based medicine (EBM) is een methode van wetenschappelijk gefundeerd handelen in de medische praktijk. Bij het oplossen van klinische problemen volgens de methoden van EBM staat toepassing van kennis uit klinisch wetenschappelijk onderzoek voorop. Het doel van EBM is de optimalisatie van diagnostiek, prognostiek en behandeling. Bij EBM wordt op gestructureerde manier en volgens formele regels gehanteerd de medische literatuur beoordeeld en geïnterpreteerd. EBM plaats klinisch wetenschappelijke onderzoek is in de context van medisch handelen en omgekeerd. Daarbij wordt systematische evaluatie van bewijs uit klinisch wetenschappelijk onderzoek geïntegreerd met intuïtie, klinische ervaring en kennis van de pathofysiologie. EBM levert een belangrijke bijdrage aan het kritisch omgaan met en integratie van beschikbare kennis enerzijds en wetenschappelijke informatie anderzijds. Het klinisch redeneren wordt ondersteund en getoetst door adequate toepassing van methoden en principes van EBM in de praktijk. Voor adequate integratie van EBM in het medisch handelen van alle dag is het helder leren formuleren van een probleemstelling en onderscheiden van hoofd en bijzaken van wezenlijk belang. Tijdig en gericht onderhouden en uitbreiden van de eigen kennis wordt bevorderd door het rapporteren aan en delen met collegae van bevindingen op basis van methoden en principes van EBM. Bij adequate integratie in het dagelijks medisch handelen, kan EBM belangrijke handvatten leveren voor het reflecteren op eigen kennis, vaardigheden en functioneren. Voor het adequaat toepassen van EBM is het noodzakelijk kennis en vaardigheden op te bouwen inzake de principes en methoden van EBM. Training van deze methoden en principes is een essentieel onderdeel van de moderne geneeskundige opleiding. De rode draad van de EBM module van het STARTblok is het opbouwen van kennis en vaardigheden aangaande de principes en methoden van EBM. De doelstelling is om aan het einde van het de module zelfstandig een evidence based case report (EBRC) te kunnen maken. Het EBCR is een samenvatting van de best gefundeerde manier van medisch handelen voor een goed omschreven klinisch probleem (Godlee F. Applying research evidence to individual Terugkomdagen 15 Evidence Based Medicine (EBM)

patients. BMJ 1998; 316:1621-2.) In het EBCR wordt het medisch handelen onderbouwd met de best beschikbare kennis uit klinisch wetenschappelijk onderzoek. Een EBCR wordt op een gestructureerde manier gemaakt en gerapporteerd. Vereiste voorkennis Basale kennis en vaardigheden (AKWO CRU 99 jaar 3) inzake: 1. De opzet en interpretatie van medisch wetenschappelijk onderzoek. 2. De belangrijkste overeenkomsten en verschillen tussen: a. diagnostisch, prognostisch en interventie onderzoek; b. causaal onderzoek enerzijds en beschrijvend medisch anderzijds. 3. De opzet en vorm van medisch wetenschappelijke publicaties. 4. Het werken met medisch bibliografische bestanden op internet. a. START-blok Evidence-Based Medicine Doelstelling en inhoud Tijdens het Startblok verwerft de student de volgende vakspecifieke competenties: 1. Kennis van het ontstaan en de geschiedenis van Evidence Based Medicine; 2. Inzicht in de plaats en waarde (mogelijkheden en beperkingen) van EBM voor de patiëntenzorg; 3. Inzicht en vaardigheid om de best-available evidence uit de medische onderzoeksliteratuur bij patiëntenzorg te gebruiken. 4. Kennis en vaardigheid om mondeling en schriftelijk verslag te doen van een Evidencebased Case Report, te weten kennis en vaardigheid om: de aard van een klinisch probleem dat tijdens de klinische stage kan vóórkomen, als diagnostisch, prognostisch of therapeutisch te duiden, en vervolgens het domein, determinant en uitkomst ervan te benoemen; een klinisch probleem met behulp van de PICO methode als onderzoeksvraagstelling te herformuleren (Problem [domein] - Intervention & Comparison [determinant] Outcome [uitkomst]); in de medisch-wetenschappelijke bibliografische bestanden een adequate zoekstrategie voor relevante klinische vraagstellingen te maken; de geldigheid en toepasbaarheid van de beschikbare literatuur kritisch te beoordelen en samen te vatten; in teamverband deze samenvatting van de literatuur te vertalen naar een oplossing voor het initiële klinische probleem. Een EBCR op gestructureerde wijze te beoordelen. Na afloop van het Startblok is de student in staat om zelfstandig op inzichtelijke wijze een beknopte en heldere EBCR te maken dat te gebruiken is voor gefundeerde aanbevelingen over beleid aangaande diagnostiek, prognostiek en therapie (incl. voorlichting en advies) bij individuele patiënten. Het klinisch hoofdonderwerp Tijdens het startblok maakt u een EBCR over het best beschikbare bewijs voor de medische zorg van een patiënt uit een casus die tijdens de blokopening wordt toegelicht (aan de hand van een handout). Dit klinisch hoofdonderwerp is voor elk startblok anders. Aan elk startblok nemen maximaal 60 studenten deel (in max. 4 groepen van max. 15 studenten). Elke groep wordt in 3 vijftallen verdeeld. Elk vijftal werkt het hele blok samen aan een specifiek aspect van de casus: diagnostiek, prognostiek, therapieeffect. Elk van deze aspecten kent specifieke bijzonderheden en eigenaardigheden, die van belang zijn voor het maken van een kwalitatief voldoende EBCR. U leert deze bijzonderheden en eigenaardigheden van de ander typen opdrachten van de collega 5-tallen in uw groep. Dit is van belang omdat u tijdens uw terugkomdagen jaar 6 samen met 1 andere student nog eens 3 EBCRs maakt: van elk type 1. De opdracht tijdens uw terugkomdagen jaar 6 is om binnen beperkte tijd kwalitatief voldoende EBCR s te schrijven. Terugkomdagen 16 Evidence Based Medicine (EBM)

Weekthema s Elke week komt één thema van de EBM methoden en technieken aan bod: week 1) formuleren van klinisch probleem, doelstelling, vraagstelling en zoekvraag; opzoeken en vergelijken van leerboeken kennis, bestuderen van opzet van een EBCR, week 2) zoeken en selecteren van literatuur, beschrijven van methoden en (tussentijdse) resultaten week 3) kritisch beoordelen van relevantie en methoden van literatuur; beschrijven van methoden en (tussentijdse) resultaten week 4) ordenen en gestructureerd samenvatten van zoeken en beoordeling; beschrijven van methoden en (tussentijdse) resultaten week 5) rapporteren van EBCR conform eisen voor vorm, structuur en inhoud; inclusief het formuleren van een aanbeveling bij de casus voor het verdere beleid. Weekopdrachten In de loop van het startblok wordt stapsgewijs het EBCR gemaakt op basis van een casus aangaande het klinisch hoofdonderwerp. Elke week van het blok wordt een bouwsteen van een EBCR behandeld. Tijdens de werkcolleges wordt instructie gegeven en worden onder begeleiding opdrachten gemaakt die bij het weekthema horen. De opdrachten voor elk werkcollege staan verderop in dit blokboek. Elke week is er een werkgroep bijeenkomst gepland waarin onder begeleiding op gestructureerde wijze een schriftelijk (samenvatting) en mondeling verslag wordt voor bereid. Elke week wordt afgerond met beknopte mondelinge presentaties (tussen rapporten) toegelicht met enkele (maximaal 10) dia s in powerpoint formaat. Aan het einde van elke week wordt een samenvatting in de vorm van enkele (maximaal 10) dia s in powerpoint formaat bij de docent/werkgroepbegeleider ingeleverd. Deze worden telkens in de eerste bijeenkomst van de daaropvolgende week besproken. Aan het einde van het blok wordt een elektronische versie van het EBCR bij het onderwijs secretariaat epidemiologie ingeleverd en een kopie bij de docent / werkgroepbegeleider. Het blok wordt afgerond met een mondelinge presentatie (eind rapport) van het EBCR. De wekelijkse schriftelijke samenvattingen en mondelinge tussenrapporten, het EBCR en de presentatie daarvan (eind rapport) zijn groepsproducten. Werkvomen De EBM module van het startblok bevat de volgende werkvormen: Plenaire introducties en werkcolleges Informatie hiervan vindt u in de beschrijving van elke week (overzichten), en bij de opdrachten voor werkcolleges aangaande het weekthema. Van alle plenaire introducties staan dia s op webct. (Er kan van de opzet, inhoud en volgorde van deze dia s afgeweken worden.) Werkgroepen Werkgroepen onder begeleiding van een docent. Tijdens (en buiten) de werkgroep bijeenkomsten werkt elk vijftal op een gestructureerde manier aan de oplossing van een klinisch probleem voor het betreffende onderwerp. Ook wordt het tussenrapport inzake het week thema voorbereid. Presentatie practica Wekelijkse plenaire inhoudelijke presentaties. Tussenrapportages (week 1, 2, 3, 4) Aan het einde van elke week wordt een beknopte presentatie gegeven over de 3 onderwerpen (diagnose, prognose, therapie). Volgens een bepaald schema geven de subgroepen een presentatie over de weekopdracht Elke presentatie duurt maximaal 10 minuten, met elk maximaal 10 dia s (incl. titel, indeling, einde) per subgroep. Elke subgroep stuurt elke week de dia s per email aan de werkgroepbegeleider. Deze dia s en de presentaties worden bij de volgende werkgroep bijeenkomst kort besproken. Terugkomdagen 17 Evidence Based Medicine (EBM)

Eindrapportage (week 6) Op de maandag van de 6 e week wordt het blok afgesloten met 2 sessies eindpresentaties. Elke subgroep geeft dan voor het toegewezen onderwerp (diagnose, prognose of therapie) een presentatie over het klinische probleem. Deze presentatie heeft de vorm van een EBCR. Volgens een bepaald schema geven de subgroepen een presentatie over de weekopdracht. Elke presentatie duurt maximaal 10 minuten, met elk maximaal 10 dia s (incl. titel, indeling, einde) per subgroep. Alle studenten van een subgroep leveren een bijdrage. Uiterlijk in het weekeinde aan het einde van de 5e week van het startblok stuurt elke subgroep de EBCR plus de dia s van de eindpresentatie per email aan student@juliuscenter.nl met een cc aan de werkgroepbegeleider. Peer review Tijdens de tussenrapportages wordt elke presentatie van een weekopdracht gevolgd door een korte discussie. Hetzelfde geldt voor de eindpresentaties van de EBCRs. Alle toehoorders / studenten krijgen de opdracht voor observatie- en feedback als peer reviewer. Commentaar wordt gegeven op basis van de structuur die tijdens het practicum in week 1 aan bod komt. Toehoorders motiveren hun vragen, commentaar en opmerkingen ten aanzien van inhoud en vorm in positieve bewoordingen als TOPS (sterkste punten) en TIPS (verbeter punten). Toetsing en praktische verplichtingen Tijdens het startblok is aanwezigheid verplicht (en wordt steekproefsgewijs aanwezigheids registratie gevraagd) bij: - Elk EBM werkcollege - Elke EBM werkgroep - Elke EBM tussenrapportage (presentatie practica) - De EBM eindrapportage (presentatie practicum) De EBM module wordt beoordeeld door een gewogen gemiddelde te berekenen van de 3 onderstaande oordelen: De hoofdbegeleiders geven een gestructureerd oordeel voor de tussenrapportages (wekelijkse plenaire presentatie practica) en de eindrapportage (presentatie practicum) van het EBCR. De werkgroepbegeleider geeft een gestructureerd oordeel over elke student voor inzet en inbreng bij de werkcolleges en werkgroepen. De werkgroepbegeleider geeft een gestructureerd oordeel voor het schriftelijke verslag van het EBCR. Studiemateriaal en literatuur De artikelen die tijdens het blok gebruikt worden genoemd in het weekoverzicht en bij de werkcolleges. Deze artikelen zijn allen opgenomen in dit blokboek. Verplicht: Offringa M, Assendelft WJ, Scholten RJPM. Inleiding in evidence-based medicine. Klinisch handelen gebaseerd op bewijsmateriaal. Houten: Bohn Stafleu Van Loghum, 2003 (2 e herziene druk). Architectuur van Klinisch Wetenschappelijk onderzoek (blokboek jaar 3). http://ugi.usersguides.org/usersguides/hg/hh_start.asp Aanbevolen: Gordon Guyatt (Editor), Rennie Drummond (Editor). Users' Guides to the Medical Literature: Essentials of Evidence-based Clinical Practice. 2002, American Medical Association. ISBN: 1579471919. David L. Sackett, Sharon Straus, W. Scott Richardson, William Rosenberg, R. Brian Haynes Evidence-Based Medicine: How to Practice and Teach EBM. 2000, Churchill Livingstone ISBN: 0443062404. Heneghan C, Badenoch D. Evidence-based Medicine Toolkit. Blackwell BMJ Books. ISBN: 0727918419. J. Martin Bland, Janet Peacock. Statistical Questions in Evidence-based Medicine. 2000, Oxford University Press. ISBN: 0192629921. Terugkomdagen 18 Evidence Based Medicine (EBM)

b. Terugkomdagen: Evidence-Based Medicine EBM Werkcollege op elke terugkomdag Elke terugkomdag begint met een interactief EBM werkcollege. Aan de hand van ervaringen en vragen van studenten worden in de praktijk veelvuldig voorkomende voetangels en klemmen bij het maken van EBCRs besproken. Zo komen methoden en technieken van EBM op praktische wijze aan de orde. Ervaring leert dat EBCRs van studenten die deze werkcolleges bijwonen beter beoordeeld worden dan van studenten die dat niet doen. Opdracht 1: 3 EBCRs schrijven Per tweetal samen met 1 collega student - maakt elke student drie Evidence-based Case Reports (EBCR s): één over een diagnostisch probleem, één over een prognostisch probleem en één over een therapeutisch probleem. Elk EBCR wordt geschreven in de vorm van een concept publicatie, conform de eisen die daaraan gesteld zijn tijdens het startblok. De vraagstelling bij de patiënt casus waarover u een EBCR schrijft heeft praktische relevantie en is bij voorkeur gebaseerd op de eigen praktische (klinische stage) ervaring. Veel stage begeleiders kunnen u helpen met het kiezen van een geschikte casus als onderwerp voor uw EBCR. Vraag ernaar tijdens het planninggesprek van uw semi-arts stages. De vrije uren van de terugkomdagen zijn bedoeld voor het samenwerken aan een EBCR. Daarnaast vraagt het maken van een EBCR tijd buiten de terugkomdagen. Het is daarom aan te raden al tijdens uw planningsgesprek van uw klinische semi-arts stages en wetenschappelijke stages uw begeleider te wijzen op de tijd die een EBCR maken van u zal vragen. Het is raadzaam met uw begeleider te overleggen over combinatie van een patiënt casus voor uw VAAR verslag en EBCR. Op sommige klinische afdelingen is het schrijven van een EBCR te combineren met een verdiepingsopdracht. Via de EBCR website (www.juliuscenter.nl/ebcr) levert u de EBCRs in (uploaden) zonder dat daarop de auteurs ervan te herleiden zijn (geen namen etc. ivm anonimiteit van peer review). U moet EBCRs als PDF file uploaden. Instructie hiervoor wordt tijdens het startblok gegevens en kunt u op de EBCR website vinden. In de laatste week van uw startblok ontvangt u een automatisch gegenereerd email waarin uw login naam (studentnummer) en een password voor de EBCR website staan. Na het succesvol uploaden van een EBCR ontvangt u daarover bericht via een automatisch gegenereerd email bericht. Het is niet nodig om 3 EBCRs in 1 keer te uploaden. U wordt geheel vrijgelaten in het moment waarop u uw EBCRs inlevert; hiervoor worden geen deadlines gesteld. Houdt u er, om onnodige studievertaging te voorkomen, wel rekening mee uw EBCRs tijdig te uploaden! Opdracht 2: 6 EBCRs beoordelen Elke student beoordeelt op gestructureerde wijze in totaal zes EBCR s van collega studenten, conform eisen die daaraan in het startblok gesteld worden. Zodoende wordt elk EBCR door vier studenten beoordeeld, een zogenaamde (anonieme) peer review. Deze peer review beoordeling is een onderdeel van de opdracht van de terugkomdagen. Het beoordelen van de EBCRs verloopt via dezelfde website: www.juliuscenter/ebcr Voor elke EBCR dat u via de EBCR website upload, dient u tijdens de daaropvolgende blokperiode 2 EBCRs te beoordelen. Voor de beoordeling van EBCRs wordt een deadline gesteld. Aan het begin van de betreffende blokperiode krijgt u een automatisch gegenereerd email bericht met daarin de deadline voor het inleveren van de peer review beoordelingen. Na dit email bericht ziet u onder het tabblad review op de EBCR website homepagina de te beoordelen EBCRs voor u klaar staan (als PDFs). Let op: Als u op de EBCR website langer dan 10 minuten hetzelfde scherm geopend hebt wordt u automatisch uitgelogd. Dit komt voor als u een review schrijft. Shrijf daarom uw review oordeel (tips en tops) eerst in een word document en knip en plak de tekst daaruit in het review scherm op de EBCR website. Hiermee voorkomt u dat u automatisch van de EBCR website wordt uitgelogd. Terugkomdagen 19 Evidence Based Medicine (EBM)

Rechts bovenaan het review tabblad ziet u een link naar een instructie / beknopte handleiding voor de peer review beoordeling van een EBCR. Tip: Print deze tekst eerst eens uit. Door op de links op de review pagina te klikken komt u ook bij het geautomatiseerde peer review beoordeling formulier terecht. Heeft u de toegewezen EBCRs beoordeeld dan ontvangt u daarover een automatisch gegenereerd emailbericht. U benadeelt uw collegastudenten bij hun afstudeerplanning als u zich niet aan de deadline voor het inleveren van peer review beoordelingen houdt! Uw planning U wordt geheel vrijgelaten in het moment waarop u uw EBCRs inlevert; hiervoor worden geen deadlines gesteld. Houdt u er echter wel rekening mee dat voor de peer review beoordeling van het EBCR dat u als laatste inlevert tenminste 1 hele blokperiode nodig is. Neem dit gegeven mee in uw planning van het afstuderen! Indien u dat niet doet, loopt u een groot risico op studievertraging. Beoordeling Elk EBCR wordt door 4 personen op een 1-5 schaal beoordeeld. U kunt de beoordelingen van uw EBCRs dan inzien onder het tabblad results op de EBCR website. De 4 oordelen worden per EBCR gemiddeld en als volgt afgerond: vanaf 0 tot en aan 2,0 = 1; vanaf 2,0 tot aan 3,0 = 2; vanaf 3,0 tot aan 3,5 = 3; vanaf 3,5 tot aan 4,5 = 4; vanaf 4,5 tot en met 5,0 = 5 a) Elk EBCR met een onvoldoende (gemiddelde cijfer lager dan 2.0) moet worden herschreven aan de hand van de review commentaren. b) U kunt 1 EBCR met een oordeel twijfelachtig (2.0 tot 2.9 als gemiddeld cijfer) compenseren met een oordeel goed (4.0 of hoger als gemiddeld cijfer) voor ten minste 1 ander EBCR. c) Om uw serie van 3 EBCRs met een voldoende af te ronden (schaal onvoldoende / voldoende) moet u voor elk EBCR een 3.0 of hoger halen als gemiddelde van de 4 peer review oordelen. Voldoet u niet aan c) dan ontvangt het volgende automatisch gegenereerde emailbericht: Your EBCR has not passed the peer review. Go to the EBCR website to view the results and comments of the peer review. Vervolgens moet u de EBCR herschrijven en opnieuw via de website indienen. Voldoet u wel aan c) dan ontvangt u het volgende automatisch gegenereerde emailbericht: Congratulations, You have completed the EBCR course your final result is: [hier staat dan het eindcijfer]. Go to the EBCR website to view your result by EBCR. Hierna wordt aan studiezaken doorgegeven dat u uw EBCRs als voldoende hebt afgerond. Het eindcijfer (rapportcijfer met 1 decimaal) voor uw EBCRs wordt berekend door het gemiddelde oordeel van elk uw 3 EBCRs op te tellen, dit te vermenigvuldigen met 2 en dan door 3 te delen. (Dit eindcijfer komt overigens niet op uw cijferlijst voor). Alvorens u uw laatste EBCR review kunt submitten wordt u verzocht een electronisch evaluatie formulier aangaande de terugkomdagen in te vullen. Wij stellen uw medewerking hierbij zeer op prijs. Voor JVT6 zijn de resultaten van deze beoordeling en evaluatie van belang in het kader van de panelgesprekken over de kwaliteit van het onderwijs tijdens de terugkomdagen. De examinatoren en docenten kunnen uw informatie uit de beoordeling en evaluatie goed gebruiken bij het optimaliseren van het onderwijs tijdens de terugkomdagen. Bij voorbaat dank voor uw hulp en tijd hiervoor. Terugkomdagen 20 Evidence Based Medicine (EBM)

Portfolio en aftekening van uw terugkomdagen In uw portfolio neemt u op: een afdruk van de email met uw eindcijfer een afdruk van het beste (hoogste oordeel) peer review rapport van de 12 die u ontvangen heeft, plus een afdruk van het EBCR waarop dit peer review rapport betrekking heeft. een afdruk van het slechtst (laagste oordeel) peer review rapport van de 12 die u ontvangen heeft, plus een afdruk van het EBCR waarop dit peer review rapport betrekking heeft. N.B. Op de cijferlijst bij uw diploma wordt niet het eindcijfer van uw EBCRs van uw terugkomdagen, maar het eindcijfer van het startblok vermeld. Terugkomdagen 21 Evidence Based Medicine (EBM)

Week 1. Thema: vraagstelling formuleren Weekopdracht 1. Zoek in medische leer- en handboeken naar informatie over het klinische hoofdprobleem in de casus (diagnostisch, prognostisch, therapeutisch), en bekijk in hoeverre het boek of de informatie erin gedateerd is. Vergelijk de verschillende handboeken en zoek (benoem) de overeenkomsten en verschillen. 2. Herformuleer het klinische hoofdprobleem in de casus (diagnostisch, prognostisch, therapeutisch) als EBM zoekvraagstelling. Een EBM vraagstelling is de herformulering van de meest belangrijke en meest urgente informatie die u nodig heeft voor een optimale aanpak van de patiënt in de casus. Hierbij gebruikt u een gestructureerde vorm; u benoemd het domein, determinant en uitkomst (evt PICO formaat). 3. Lever bij de werkgroepbegeleider een beknopte samenvatting (max 10 dia s) in over: de kennis gevonden in medische leer- en handboeken over het klinische probleem toelichting op de vraagstelling voor het klinische probleem. Weekoverzicht Maandag Blokopening, plenaire instructie o Doelstelling: Toelichting opzet en organisatie startblok (examinator) Plenaire instructie: Introductie klinisch hoofdprobleem (hoofdbegeleiders; patient casus: handouts tijdens blokopening) Dinsdag EBM bronnen en informatie vaardigheden (vakreferent MBU) o Doelstelling: interactieve instructie zoeken in medische bibliografische bestanden; toegankelijkheid van EBM bronnen op internet. o Opdrachten: zie hierna Kennistoets en plenaire instructie (werkcollege docent; handout met opdrachten tijdens werkcollege) o Doelstelling: Bepaling van aanwezige kennis en kennis lacunes aangaande EBM en methoden van klinisch wetenschappelijk onderzoek o Doelstelling: Plenaire instructie Algemene introductie over achtergronden en principes van EBM (zie webct voor dia s) Werkcollege 1 Case reports (werkcollege docent) o Doelstelling 1: Herkennen van systematiek en evidence in case reports o Doelstelling 2: Hanteren van gestructureerd peer review commentaar o Opdrachten: zie hierna Woensdag Werkcollege 2 Vraagstellingen (werkcollege docent) o Opdrachten: zie hierna o Doelstelling: Herkennen en benoemen van soort/type vraagstelling Donderdag Werkgroep bijeenkomst (werkgroepbegeleider) o Doelstelling: kennismaking; per 5-tal: formulering van vraagstelling, samenvatten en bespreken bevindingen van zelfstudie aangaande weekopdracht Vrijdag Presentatie practicum: Tussenrapportages (hoofdbegeleiders) o Opdracht en doelstellingen: zie weekopdracht (let op: maximaal 10 minuten presentatietijd per groep, maximaal 10 dia s, incl. titel, indeling, einde). Elke subgroep stuurt elke week de dia s per email aan de werkgroepbegeleider. Deze dia s en de presentaties worden bij de volgende werkgroep bijeenkomst kort besproken. START-blok 22 Evidence Based Medicine (EBM)

Leermateriaal Hoofdstuk 1 en 2 uit Inleiding in evidence-based medicine (Offringa et al.). Artikelen o Evidence-based medicine Working group. Evidence-based medicine.a new approach to teaching the practice of medicine. Evidence-Based Medicine Working Group. JAMA. o 1992 Nov 4;268(17):2420-5. Sackett DL, Rosenberg WM, Gray JA, Haynes RB, Richardson WS. Evidence based medicine: what it is and what it isn't. BMJ. 1996 Jan 13;312(7023):71-2. o Godlee F. Applying research evidence to individual patients. BMJ 1998; 316:1621-2. o Smith R. A POEM a week for the BMJ. BMJ. 2002 Nov 2;325(7371):983. START-blok 23 Evidence Based Medicine (EBM)

Week1. EBM bronnen en informatie vaardigheden Literatuurbronnen op het gebied van Evidence Based Medicine 1) Bronnen op het gebied van Evidence Based Medicine vindt u op onze homepagina (onder de startknop: de Medische Bibliotheek). Onder het kopje overige databases en onder het kopje Internetbronnen- EBM) zijn de meeste bronnen te vinden. 2) Voor de meeste bronnen geldt dat zij gefinancierd worden door de Universiteitsbibliotheek; zij zijn via de portal MYUU http://myuu.nl/ ook thuis te benaderen. Praktische tips bij het zoeken Bij het beantwoorden van een klinische vraag via de EBM methode zijn er een aantal belangrijke tips verzameld uit de literatuur. 1) Voordat u start met zoeken overweeg dan of er wel informatie over te vinden zal zijn; zo nee raadpleeg een ervaren collega. 2) Start altijd met zoeken naar een systematische review over uw onderwerp (PUBMED, COCHRANE LIBRARY). 3) De manier waarop u in een database moet zoeken hangt af van het type vraagstelling (diagnose, therapie, prognose etc.) Vaak bieden databases hiervoor aparte ingangen. Zie voor een overzicht: Users guides to the medical literature, Gordon Guyatt, 2002 tabel 1A-4). START-blok 24 Evidence Based Medicine (EBM)

Opdrachten Evidence based medicine Het doorzoeken van alle bronnen vereist vaardigheden die u zich met onderstaande opdrachten voor de belangrijkste bronnen eigen kunt maken. a. PUBMED PUBMED is de gratis zoekmachine van de grote database MEDLINE. In PUBMED zijn maar liefst 17 miljoen citaties doorzoekbaar. Ga naar de homepagina van de Medische Bibliotheek: http://www.library.uu.nl/mbu U vindt deze onder de startknop (De Medische Bibliotheek). Zoek via de ingang: Digitale tijdschriften binnen het alfabet naar het tijdschrift: Intensive Care Medicine. Klik op de titel. Klik in het volgende scherm op uitgever (Springer-Verlag) en ga naar het jaar 2003, volume 29 en issue 12: pag. 2119-2127. Klik op de titel van het artikel en open de PDF versie. Lees het kleine kopje CLINICAL SCENARIO uit dit artikel. Herhaal de daarin beschreven werkwijze maar maak nu i.p.v. Medline gebruik van de gratis zoekmachine van MEDLINE: PUBMED. Maak gebruik van de PUBMED ingang op onze homepagina omdat u dan direct door kunt naar aanwezige betaalde full-text abonnementen!! Type, net als in het artikel in de zoekbalk: sepsis(spatie)steroids en klik op GO 1) Hoeveel artikelen vindt u? Ga, net als de Orthopaedic Consultant op zoek naar de systematische reviews over dat onderwerp. Maak hiervoor gebruik van de ingang CLINICAL QUERIES wat je links in het blauwe deel van het beginscherm van PUBMED vindt onder het kopje PUBMED SERVICES. Klik Find Systematic Reviews aan en lees de tekst onder het gelijknamige kopje. Type in: sepsis steroids en klik op GO 2) Hoeveel treffers vindt u? Dit is een leesbare hoeveelheid evidence-based literatuur!! Kijk onder het tabblad DETAILS Onder het kopje Query Translation ziet u hoe uw zoekvraag vertaald is. MESH terms zijn de trefwoorden die handmatig worden toegevoegd aan elk record in MEDLINE. Dit proces heet indexering. Meer hierover krijgt u in hoofdstuk 1C. De afkorting sb staat voor subset ; de gehele database wordt doorzocht, maar slechts een deel wordt doorgelaten. START-blok 25 Evidence Based Medicine (EBM)

Als u wilt weten wat het denkwerk achter de samenstelling van deze subset is, dan gaat u een aantal keren terug met de BACK toets tot het deel FIND SYSTEMATIC REVIEWS. Onder het kopje HELP en vervolgens BROAD SET OF ARTICLES ziet u de strategie om tot deze set te komen. 3) Op welke datum is deze zoekstrategie voor het laatst bijgewerkt? Ga terug naar uw eerste referentielijst in PUBMED (De set met het hoge aantal). De meest recente referenties zijn nog niet voorzien van trefwoorden en er staat dan ook als laatste regel: [PubMed - in process] De referenties die geïndexeerd zijn hebben echter als laatste regel: [PubMed - indexed for MEDLINE] In principe krijgt u bij het zoeken alleen een korte samenvatting. U kunt de DISPLAY echter ook op het MEDLINE-formaat zetten (scrollen). U krijgt dan als het ware de kaartjes uit de kaartenbak van de grote MEDLINE Database! Doe dit en kijk bij de treffers onder het veld PT (=PUBLICATIETYPE). Tip: gebruik CTRL+F om op PT te zoeken. Neem waar dat er verschillende typen onder uw treffers aanwezig zijn. (Journal Articles, Case Studies, Clinical Trials etc) Zet de display weer op Summary. Klik op de titels bij een aantal referenties in PUBMED. U ziet veelal twee iconen. De eerste icoon (niet aanklikken) wordt automatisch gegenereerd; hier heeft de bibliotheek geen invloed op. Klikt u deze icoon aan dan heeft u soms toegang (als de Universiteit betaalt) Het tweede icoon is de zogenaamde. Deze link verschijnt altijd en verzorgt een koppeling naar ons feitelijke betaalde bezit. Deze ingang is betrouwbaarder en geeft u o.a. tevens informatie over ons gedrukte bezit indien het tijdschrift niet in Utrecht in elektronisch formaat verkrijgbaar is. Daarnaast geeft de UBU-LINK nog informatie over eventuele landelijke beschikbaarheid van titels; koppeling naar citatiebestanden etc. N.B.: U krijgt deze UBU-LINK alleen als u de PUBMED-ingang via onze homepage gebruikt!! 4) Experimenteer voor een aantal titels met de UBU-LINK. Via de knop: related articles (naast elk artikel) vindt u meer en recentere artikelen over hetzelfde onderwerp (niet chronologisch gesorteerd). Via de HELP functie (in het linker blauwe deel van het PUBMED-scherm) kunt u zelf achterhalen hoe de set van related articles tot stand komt. 5) Ga terug naar de referentielijst in PUBMED. Zoek in deze lijst het artikel van P. Loisa in Anaesthesia and Analgesia December 2005. (Als u handig bent limiteert u op auteur Loisa; vraag anders hulp). Hoeveel related articles heeft dit artikel? Sorteer deze lijst op datum. Wat is de maand en het jaar van het meest recente artikel? Via de knop related articles vindt u recentere informatie over hetzelfde onderwerp. Dit kan een handig hulpmiddel zijn als het aantal treffers te weinig is. START-blok 26 Evidence Based Medicine (EBM)