Inhoud van dit document

Handleiding LVS2000 Beheertool versie 1.0 (definitief) oktober 2011

Inhoud van dit document 1 INLEIDING... 2 2 VERBINDINGEN... 3 2.1 DATABASEKOPPELING... 3 2.2 WEBSERVICE... 3 3 HOOFDVENSTER... 4 3.1 WERKBALK... 4 3.2 FILTERS INSTELLEN... 4 4 UPDATES... 6 4.1 INSTALLEREN... 6 4.2 CATEGORIEËN... 7 4.2.1 Toetsdefinities... 7 4.2.2 Leerlijnen... 8 4.2.3 Fix scripts... 8 4.2.4 Gebruikers- en beheerdersscripts... 8 5 INSTALLATIEGESCHIEDENIS... 10 6 EDEX-EXPORT... 11 6.1 GEGEVENSSELECTIE... 11 6.2 GEAVANCEERDE INSTELLINGEN... 12 6.3 BESTANDSLOCATIE... 12 6.4 EXPORT UITVOEREN... 14 7 INSTELLINGEN... 15 8 CONTACTGEGEVENS... 17 9 DISCLAIMER... 18 Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 1 van 18

1 Inleiding De LVS2000 BeheerTool is een hulpprogramma dat naast LVS2000 gebruikt wordt om taken uit te voeren op het gebied van applicatiebeheer. Met de beheertool kan een LVS2000-database snel en eenvoudig worden bijgewerkt naar de meest recente versie en kunnen toetsdefinities en leerlijnen worden geïnstalleerd. Daarnaast kunnen met de beheertool EDEX-bestanden worden geëxporteerd naar alle gangbare formaten (EDEX, EDEX2000 en EDEXml). Updates voor de LVS2000-database worden in de vorm van zogenoemde fix scripts beschikbaar gesteld. Een belangrijk voordeel hiervan is dat updates snel beschikbaar gesteld kunnen worden, zodat fouten en/of gebreken in de software snel kunnen worden gecorrigeerd dan wel aangevuld. Behalve updates kunnen met behulp van de beheertool ook toetsdefinities en leerlijnen worden geïnstalleerd. Deze worden aangeboden in de vorm van pakketten. Alle beschikbare toetspakketten en leerlijnpakketten worden in een overzichtelijke lijst getoond. Door de gewenste pakketten te selecteren kunnen deze in één proces worden geïnstalleerd. Een bijzondere functie van de beheertool is de vernieuwde export van EDEX-bestanden. Deze functie heeft een aantal voordelen ten opzichte van de EDEX-exportfunctie in LVS2000: behalve naar het oorspronkelijke EDEX-formaat kan ook geëxporteerd worden naar EDEX2000 en EDEXml; de inhoud van het leerlingenbestand kan worden beperkt met een aantal standaardfilters. De vernieuwde EDEX-export in de beheertool vervangt de exportfunctie in LVS2000. Data Care raadt aan om voor het aanmaken van EDEX-bestanden voortaan gebruik te maken van de beheertool. De EDEX-exportfunctie in LVS2000 zal niet meer worden bijgewerkt en zal in toekomstige versies van het LVS2000 front-endbestand niet meer beschikbaar zijn. Tot slot biedt de beheertool de mogelijkheid om los van de reguliere updates maatwerkscripts uit te voeren die alleen op uw database van toepassing zijn (gebruikers- en beheerdersscripts). Paragraaf 4.2 bevat meer gedetailleerde informatie over de verschillende categorieën updates die met behulp van de beheertool kunnen worden geïnstalleerd. Deze handleiding is bijgewerkt tot en met versie 1.0 van de LVS2000 BeheerTool. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 2 van 18

2 Verbindingen 2.1 Databasekoppeling De eerste keer dat de LVS2000 BeheerTool na het installeren wordt gestart, is het nodig om het programma te koppelen aan een LVS2000-database. Indien LVS2000 gebruikt maakt van Windows-authenticatie om verbinding te maken met SQL Server (geen gebruikersnaam en wachtwoord ingevuld), dient u de optie Aanmelden als Windows-gebruiker te selecteren. In dit geval kunnen de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord niet ingevuld worden, omdat de beheertool uw Windows-gebruikersnaam en wachtwoord gebruikt om verbinding met SQL Server te maken. Gebruikt LVS2000 SQL Server-authenticatie, dan dient u de optie Aanmelden als SQL Server-gebruiker te kiezen. Hierbij is het invullen van de velden Gebruikersnaam en Wachtwoord verplicht. In principe kunt u hiervoor de gebruikersnaam en het wachtwoord gebruiken die ook gebruikt worden om het LVS2000 front-endbestand te koppelen aan de database. Indien u meer dan 1 LVS2000-database gebruikt en beheert, kunt u er echter ook voor kiezen om in SQL Server een account aan te maken dat alleen gebruikt wordt voor de beheertool. In SQL Server kunt u aan dit account rechten toekennen voor het gebruik van alle LVS2000-databases. Wanneer de beheertool eenmaal aan een database gekoppeld is, zal dit venster bij het starten van de beheertool niet meer getoond worden. Wanneer u de beheertool wilt koppelen aan een andere LVS2000-database, kunt u het venster openen via het instellingenvenster (zie hoofdstuk 7). 2.2 Webservice Om de lijst met updates te kunnen vullen en de updates te kunnen uitvoeren, moet vanaf de computer waarop de beheertool uitgevoerd wordt verbinding gemaakt kunnen worden met een webservice van Data Care (http://updateservice.datacare.nl/). In uw webbrowser kunt u controleren of deze verbinding gemaakt kan worden. De verbinding met de webservice is niet configureerbaar. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 3 van 18

3 Hoofdvenster Het hoofdvenster van de beheertool bestaat uit 3 delen: Bovenin: werkbalk; deze bevat een aantal knoppen waarmee de verschillende functies van de beheertool kunnen worden uitgevoerd; Middengebied: lijst met beschikbare updates ((fix) scripts, toetspakketten en leerlijnen); Onderin: informatiepaneel; hierin wordt informatie getoond over de in de lijst geselecteerde update. 3.1 Werkbalk De knoppen in de werkbalk hebben de volgende functies: Inhoud van het venster vernieuwen Geselecteerde script(s) uitvoeren Installatiegeschiedenis openen EDEX-Export openen Instellingen openen Versie-informatie tonen 3.2 Filters instellen Met het invoerveld en de knoppen in de rechterhelft van de werkbalk kunt u de inhoud van de lijst met updates filteren. Dit kan met name handig zijn wanneer alle categorieën van updates geactiveerd zijn. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 4 van 18

De snelste manier om de lijst te filteren is door een of van de knoppen (Toetsen, Leerlijnen, Fix scripts, Gebruikersscripts, Beheerdersscripts) aan te klikken en zo de betreffende categorie te activeren of deactiveren (een blauw kader om een knop betekent dat de betreffende categorie van updates geactiveerd is). Door een of meer categorieën te deactiveren, worden de betreffende updates niet meer getoond. Een andere manier om de inhoud van het venster te filteren is door een (deel van) de naam van een update in te vullen in het invulveld naast het vergrootglas (zie afbeelding). Alleen de updates met een naam waarin de ingevoerde tekst voorkomt worden getoond. Door het invulveld leeg te maken, worden alle updates weer getoond. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 5 van 18

4 Updates 4.1 Installeren Door in het hoofdvenster een of meer updates te selecteren en op de knop Installeren te klikken, kunnen verschillende updates na elkaar in één bewerking worden uitgevoerd. Bij de meeste updates wordt eerst een venster met extra informatie getoond dat u moet accepteren/bevestigen voordat de installatie verder gaat. Bevestigen doet u door het selectieveld Ik accepteer de genoemde voorwaarden in te schakelen en op de knop OK te klikken. Wanneer u meer dan 1 update heeft geselecteerd om uit te voeren, worden de aanvullende voorwaarden voor alle updates na elkaar getoond. Na het bevestigen van de voorwaarden voor de laatste update verschijnt een venster waarin de voortgang van de installatie getoond wordt. Voor sommige updates is het niet nodig om de aanvullende voorwaarden te bevestigen. In dat geval wordt het voortgangsvenster direct getoond wanneer u in het hoofdvenster op de knop Installeren klikt. Indien zich onder geselecteerde updates een of meer leerlijnen bevinden, moet voor elk van deze leerlijnen een naam worden opgegeven. Om de verschillende leerlijnen in LVS2000 uit elkaar te Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 6 van 18

kunnen houden, moet deze naam uniek zijn; niet alleen ten opzichte van de andere leerlijnen die worden geïnstalleerd, maar ook ten opzichte van de leerlijnen die al in LVS2000 voorkomen. Klikt u in het venster voor het opgeven van de naam van een leerlijn op de knop Overslaan, dan gaat het installatieproces verder, maar wordt de leerlijn niet geïnstalleerd. Wanneer alle geselecteerde updates uitgevoerd zijn, verandert in het voortgangsvenster de tekst op de knop Annuleren in Sluiten. Door hierop te klikken, wordt het venster gesloten en keert het programma terug naar het hoofdvenster. 4.2 Categorieën 4.2.1 Toetsen Toetsdefinities worden via de beheertool in de vorm van pakketten aangeboden. Een toetspakket bevat doorgaans een aantal toetsdefinities van 1 leverancier. Een toetspakket kan meer dan 1 keer uitgevoerd worden op dezelfde LVS2000-database. Wanneer een bijgewerkte versie van een bestaand toetspakket wordt gepubliceerd, kan deze worden geïnstalleerd over de bestaande toetsdefinities heen. De update zorgt ervoor dat de bestaande toetsdefinities worden bijgewerkt en zonodig aangevuld. Daarnaast worden, indien van toepassing, conversieregels gecorrigeerd en/of toegevoegd voor het omrekenen van ruwe scores naar vaardigheidsscores, DLE enzovoort. Indien u in de lijst met updates niet alle toetspakketten ziet die u verwacht, is mogelijk de LVS2000- database niet volledig bijgewerkt. Door alle beschikbare fix scripts uit te voeren, worden de ontbrekende pakketten alsnog getoond. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 7 van 18

4.2.2 Leerlijnen Ook leerlijnen worden in de vorm van pakketten aangeboden. Een leerlijnpakket bevat doorgaans 1 leerlijn, maar het is ook mogelijk dat verschillende leerlijnen gebundeld worden aangeboden. Een leerlijnpakket kan meer dan 1 keer worden geïnstalleerd. Een belangrijk verschil met toetsdefinities is echter dat een leerlijn nooit wordt bijgewerkt, maar altijd wordt toegevoegd aan de database. In de definitie van een leerlijn kunnen zodanige wijzigingen worden aangebracht, dat er niet vanuit kan worden gegaan dat de onderdelen van een bijgewerkte leerlijn inhoudelijk nog wel gelijk zijn aan de leerlijn die al in de database aanwezig is. Zo is het mogelijk dat u onderdelen van een bestaande leerlijn heeft verwijderd omdat deze niet gebruikt worden. Indien een bijgewerkte versie van de leerlijn hier overheen zou worden geïnstalleerd, zouden alle eerder verwijderde onderdelen opnieuw worden toegevoegd. Daarnaast kan het zijn dat u de definitie van (onderdelen van) een leerlijn heeft aangepast, zodat de leerlijn inhoudelijk niet meer hetzelfde is als toen deze geïnstalleerd werd. Door een bijgewerkte versie over de bestaande heen te installeren, wordt de definitie inhoudelijk gewijzigd. Dit kan grote gevolgen hebben voor scores die al zijn ingevoerd; wanneer de betekenis van een behaald doel gewijzigd is, kan dan redelijkerwijs nog worden aangenomen dat het doel nog steeds behaald is? Dit biedt voldoende redenen om een leerlijn altijd opnieuw te installeren en bestaande leerlijnen nooit bij te werken. 4.2.3 Fix scripts Fix scripts zijn scripts waarmee updates geïnstalleerd worden in de LVS2000-database. Doordat fix scripts snel kunnen worden ontwikkeld en gepubliceerd, is Data Care in staat om snel en adequaat te reageren op de constatering van fouten en gebreken in de LVS2000-database. Alleen de scripts die op de huidige versie van de database kunnen worden uitgevoerd, worden getoond. Door een script uit te voeren, wordt de versie van de database gewijzigd, waarna mogelijk een ander fix script beschikbaar wordt gemaakt. Dit gaat net zolang door totdat alle beschikbare fix scripts zijn uitgevoerd. Wanneer na het uitvoeren van de laatste update de lijst met fix scripts leeg is, is uw LVS2000-database volledig bijgewerkt. Een fix script kan slechts één keer uitgevoerd worden; nadat een script succesvol uitgevoerd is, verdwijnt het uit de lijst met updates. Data Care raadt aan om uw LVS2000-database(s) actueel te houden door fix scripts te installeren zodra deze beschikbaar zijn. Hiermee zorgt u ervoor dat de knelpunten en problemen die bij Data Care bekend zijn zo snel mogelijk worden opgelost, en dat ook in de overige categorieën alle updates beschikbaar zijn. 4.2.4 Gebruikers- en beheerdersscripts Gebruikers- en beheerdersscripts zijn twee categorieën van scripts die veel op elkaar lijken. In beide gevallen betreft het scripts die voor uw school of instelling op maat gemaakt zijn. Te denken valt bijvoorbeeld aan een script om leerlingnummers (opnieuw) te genereren of om documentverwijzingen aan te passen naar aanleiding van een servermigratie. Het gaat dus om scripts die alleen voor gebruikers en/of beheerders van uw school of instelling beschikbaar zijn. Het enige verschil tussen de twee categorieën is dat gebruikersscripts door alle Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 8 van 18

gebruikers moeten kunnen worden uitgevoerd en beheerdersscripts alleen door een systeem- of applicatiebeheerder. Let wel: dergelijk maatwerk valt niet onder het onderhoudscontract dat uw school of instelling met Data Care heeft afgesloten. Voor meer informatie over het uitvoeren van maatwerkopdrachten kunt u contact opnemen met Data Care (zie hoofdstuk 8). Voor het uitvoeren van een gebruikers- of beheerdersscript is soms extra informatie nodig. Indien dit het geval is, wordt een venster geopend waarin u deze gegevens kunt invullen. Door na het invullen van de benodigde gegevens op OK te klikken, wordt het script uitgevoerd. Klikt u in plaats hiervan op Annuleren, dan wordt het script in de verdere installatieprocedure overgeslagen. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 9 van 18

5 Installatiegeschiedenis Door in het hoofdvenster op de knop Geschiedenis te klikken, wordt een venster geopend waarin alle updates worden getoond die uitgevoerd zijn op de LVS2000-database waaraan de beheertool gekoppeld is. De kolommen in de lijst hebben de volgende betekenis: ID - unieke code van de update Datum - datum waarop de update is uitgevoerd Naam - naam van de update Gebruiker - gebruikersnaam van de gebruiker die de update heeft uitgevoerd Computer - naam van de computer (server of werkstation) waarop de beheertool uitgevoerd werd ten tijde van de update OS - versie van het besturingssysteem van de computer waarop de beheertool uitgevoerd werd ten tijde van de update Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 10 van 18

6 EDEX-export Door in het hoofdvenster op de knop EDEX Export te klikken, wordt een venster geopend met behulp waarvan u EDEX-bestanden kunt genereren die in educatieve softwarepakketten kunnen worden geïmporteerd. Zoals zal blijken, biedt deze nieuwe functie een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van de exportfunctie voor EDEX-bestanden in LVS2000. In LVS2000 bestaat geen mogelijkheid om de inhoud van de te exporteren bestanden op enigerlei wijze te beïnvloeden. In de exportfunctie in de beheertool is dit wel mogelijk. Data Care raadt aan om voor het exporteren van EDEX-bestanden de exportfunctie van de beheertool te gebruiken in plaats van die in LVS2000 (in toekomstige versies van het LVS2000 frontendbestand zal de functie niet meer beschikbaar zijn). 6.1 Gegevensselectie Waar LVS2000 altijd gegevens van alle leerlingen exporteert, heeft u in de beheertool de mogelijkheid om bestanden aan te maken met gegevens van een beperkt aantal leerlingen: Vestiging - alleen leerlingen die aan de geselecteerde vestiging zijn gekoppeld, worden meegenomen in de export. Deze lijst bevat alle vestigingen die in LVS2000 zijn ingevoerd onder School -> Vestigingen -> Overzicht. Ook bevat de lijst een optie voor het selecteren van alle vestigingen in de LVS2000-database; Selectie - het type leerlingen dat geëxporteerd wordt. U kunt hier kiezen uit de volgende mogelijkheden: Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 11 van 18

o o o Regulier - alleen leerlingen met inschrijfstatus 'Ingeschreven' worden geëxporteerd; Ambulant begeleid - alleen leerlingen met inschrijfstatus 'Ambulant begeleid' worden geëxporteerd; Regulier en ambulant begeleid - beide inschrijfstatussen worden meegenomen in de export. Periode - standaard is hier het huidige schooljaar ingevuld; Ook uitgeschreven leerlingen exporteren - door deze instelling in te schakelen, worden behalve de leerlingen van het geselecteerde type ook alle leerlingen met status 'Uitgeschreven' meegenomen in de export. Deze instelling kan alleen gebruikt worden wanneer in het veld Vestiging de keuzemogelijkheid '(alle vestigingen)' is geselecteerd. Is dit niet het geval, dan wordt deze instelmogelijheid geblokkeerd en worden alleen gegevens van alle ingeschreven en/of ambulant begeleide leerlingen geëxporteerd (afhankelijk van de instelling in het veld Selectie. 6.2 Geavanceerde instellingen Onder het kopje Geavanceerde instellingen kunnen meer instellingen gedaan worden die invloed hebben op de inhoud van de export: Sleutel - hiermee geeft u aan welk gegeven uit LVS2000 in de EDEX-bestanden wordt gebruikt om leerlingen uniek te identificeren. U kunt hier kiezen uit twee mogelijkheden: o Leerlingnummer - het leerlingnummer dat in LVS2000 terug te vinden is onder Leerling -> Gegevens op het tabblad Onderwijs (1); o LeerlingId - dit is de sleutel die LVS2000 zelf gebruikt om leerlingen uniek te identificeren. Dit kunt u gebruiken indien het leerlingnummer niet bruikbaar is als sleutel, omdat het bijvoorbeeld niet bij alle leerlingen ingevuld is, of niet uniek is (in LVS2000 mag het veld leeg gelaten worden en wordt niet afgedwongen dat het uniek is). Formaat - hiermee bepaalt u de bestandsindeling die gebruikt wordt voor de export. Hier kunt u kiezen uit de volgende mogelijkheden (voor meer informatie over EDEX en de verschillende bestandsindelingen, zie http://nl.wikipedia.org/wiki/edex): o EDEX oud formaat - gebruik dit alleen indien u de bestanden wilt importeren in een softwarepakket dat de andere beschikbare formaten niet herkent; o EDEX2000 - het gangbare formaat dat door de meeste educatieve softwarepakketten met een EDEX-importfunctie wordt herkend; o EDEXml - gebruik dit formaat indien u de gegevens wilt importeren in een softwarepakket dat het inlezen van een enkel.xml-bestand ondersteunt. 6.3 Bestandslocatie Wanneer u heeft bepaald wat de inhoud en indeling van het/de te exporteren EDEX-bestand(en) moet zijn, hoeft u alleen nog maar een bestandslocatie (en in het geval van EDEXml een bestandsnaam) op te geven om de gegevens te kunnen exporteren. De locatie (en zonodig de bestandsnaam) kunt u handmatig invullen in het tekstveld onder het kopje Bestandslocatie, maar het is ook mogelijk om naar de betreffende map te bladeren door op de knop met drie puntjes ('ellipsis') te klikken. Er wordt dan een venster geopend met behulp waarvan u naar de gewenste map kunt bladeren. Indien de map nog niet bestaat, is het mogelijk om deze aan te maken door op de knop Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 12 van 18

Nieuwe Map (in Engelstalige Windows-edities Make New Folder) te klikken. Klik in dit venster op OK om de keuze voor de geselecteerde map te bevestigen. Het bladervenster wordt gesloten en het pad naar de geselecteerde map wordt overgenomen in het tekstveld van het exportvenster. Heeft u eerder gekozen voor het exporteren van gegevens in het EDEXml-formaat, dan wordt in plaats van het zoekvenster voor mappen een meer uitgebreid venster geopend, waarin u tevens een bestandsnaam dient op te geven: Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 13 van 18

Klik op Opslaan (in Engelstalige Windows-edities Save) nadat u de gewenste map heeft geselecteerd en een bestandsnaam heeft ingevuld. Het venster wordt gesloten en het pad naar de ingevulde bestandsnaam wordt overgenomen in het tekstveld van het exportvenster. 6.4 Export uitvoeren Wanneer een bestandslocatie (en zonodig een naam) is opgegeven, kan de export worden uitgevoerd. Door nu op de knop OK te klikken, wordt de export direct uitgevoerd. Vervolgens wordt het venster gesloten en keert de beheertool terug naar het hoofdvenster. Klikt u in op Annuleren in plaats van op OK, dan wordt het venster gesloten zonder de export uit te voeren en keert de beheertool terug naar het hoofdvenster. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 14 van 18

7 Instellingen Het instellingenvenster wordt geopend door in de werkbalk in het hoofdvenster van de beheertool te klikken op knop Met behulp van dit venster kan de beheertool aan een andere LVS2000-database worden gekoppeld en kan worden ingesteld welk(e) standaardfilter(s) ingeschakeld wordt/worden bij het starten van de beheertool. Door op de knop Verbinding wijzigen... te klikken, wordt het venster geopend waarmee verbinding gemaakt wordt met de database. Dit is hetzelfde venster als getoond wordt bij de eerste keer dat de beheertool wordt gestart. Het enige verschil is dat nu al een server en database zijn ingevuld, die u hier kunt wijzigen. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 15 van 18

Wanneer de beheertool voor de eerste keer gestart wordt, worden alle categorieën van updates getoond. Om de lijst wat overzichtelijker te maken, kan deze gefilterd worden met behulp van de betreffende knoppen in de werkbalk. Het instellingenvenster heeft voor de verschillende scriptcategorieën selectievelden die corresponderen met de filterknoppen in de werkbalk. Met behulp van deze velden bepaalt u welke categorieën bij het starten van de beheertool worden getoond. Zo kunt u bijvoorbeeld de categorie Leerlijnen verbergen door het selectieveld Leerlijnen tonen uit te schakelen. Omdat de lijst met leerlijnen vrij lang is, wordt de lijst in het hoofdvenster hiermee direct een stuk overzichtelijker. Let wel: dit is geen beveiligingsfilter! De instelling geldt alleen voor uzelf als gebruiker van de beheertool. Daarnaast blijft het altijd mogelijk om met behulp van de knoppen in de werkbalk de niet getoonde categorieën alsnog zichtbaar te maken. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 16 van 18

8 Contactgegevens Informaticaweg 2D Postbus 335 7000 AH Doetinchem telefoon: 0314-395 559 e-mail: info@datacare.nl internet: http://www.datacare.nl Op onze website kunt u onder andere de laatste versies van handleiding(en) downloaden en interessante aanvullende informatie over LVS2000 vinden. Ook voor meer informatie met betrekking tot de producten en diensten van Data Care kunt u onze website raadplegen. Online helpdesk: e-mail: helpdesk@datacare.nl internet: http://helpdesk.datacare.nl Voor vragen met betrekking tot het gebruik van LVS2000 kunt u terecht op onze online helpdesk. Hier vindt u een uitgebreide lijst met veelgestelde vragen ('knowledge base'). Wordt uw vraag hiermee niet beantwoord, dan kunt u de vraag aan onze medewerkers stellen door het helpdeskformulier in te vullen of een e-mailbericht te sturen. Wij doen ons best om u zo spoedig mogelijk te helpen en uw vraag zo goed mogelijk te beantwoorden. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 17 van 18

9 Disclaimer De informatie in dit document kan zonder kennisgeving worden gewijzigd. Data Care B.V. biedt ten aanzien van dit materiaal geen enkele garantie, met inbegrip van, maar niet beperkt tot, de geïmpliceerde garanties van verkoopbaarheid en geschiktheid voor een bepaald doel. Data Care B.V. is niet aansprakelijk voor fouten in dit materiaal of voor incidentele schade of gevolgschade in verband met de levering, het functioneren of het gebruik van dit materiaal. Alle rechten voorbehouden. Vermenigvuldiging, bewerking of vertaling van deze handleiding is verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Data Care B.V. tenzij voor zover toegestaan krachtens de wetten op het auteursrecht. Niets uit dit document mag worden gefotokopieerd, gereproduceerd of in een andere taal worden vertaald zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Data Care B.V. Copyright 2011 Data Care B.V. Handleiding LVS2000 Beheertool, versie 1.0 (definitief) pag. 18 van 18

Postbus 335 (0314) 395 559 info@datacare.nl 7000 AH Doetinchem www.datacare.nl