Deelopdracht 1: Beginsituatie Interview en observeer de persoon (fitnessdeelnemer/klant/ sporter) waarmee je dit gedeelte van de Proeve van Bekwaam gaat uitvoeren en werk de volgende opdrachten uit: A. Geef een omschrijving van jezelf en je ervaringen als fitnessinstructeur/ fysieke trainer weer B. Geef naam, leeftijd, geslacht en korte historische achtergrond van jouw sporter weer. C. Omschrijf de fysieke trainingsvraag waarmee deze sporter bij jou is gekomen. D. Geef zijn/haar relevante blessurehistorie weer. E. Omschrijf duidelijk en overzichtelijk je plan van aanpak voor het exact bepalen en analyseren van de beginsituatie. F. Geef aan met welke personen je in contact gaat treden en welke relatie deze met de sporter hebben.
Deelopdracht 2 : Beginsituatie en Doelstelling In de eerste deelopdracht heb je de globale beginsituatie moeten beschrijven. Het is nu belangrijk om deze om te zetten in een trainingsbeginsituatie. Werk de volgende zaken uit om hiervan een inzicht te geven. Het is de bedoeling om uiteindelijk een zo compleet mogelijk beeld te krijgen om dan een concreet geformuleerde doelstelling te kunnen geven. A. Omschrijf de totale achtergrond van de casus (bijv.: indien je een volleyballer gaat begeleiden om zijn afzet voor de smash te verbeteren (fysiek), dien je hier een omschrijving van volleybal als sport te geven of als je iemand gaat begeleiden die gewicht wil verliezen, dan dien je hier een omschrijving van afvallen te geven. (beschrijf de sport dus). B. Geef het leidende energiesysteem voor de trainingen en onderbouw dit, maak duidelijk door plaatjes en schema s. C. Welke 3 grondmotorische eigenschappen zijn het meest wezenlijk en geef hiervan een onderbouwing (gebruik plaatjes ter verduidelijking). D. Geef een bewegingsanalyse van de activiteit die jij wilt verbeteren in deze casus (denk aan, bewegingssnelheid, hoeksnelheid, ondergrond, soort materiaal, contractievorm, spieractiviteit/voorbereidende fase, hoofdfase, eindfase). Geef hiervan een onderbouwing. E. Beschrijf nu de totale beginsituatie zodanig dat iemand die niet bekend is met jouw situatie begrijpt waar het over gaat (cognitief, sociaal affectief, motorisch). F. Formuleer nu een specifieke (S), meetbare (M), aannemelijke (A), tijdsgebonden (T) doelstelling met een concreet resultaat. Zowel op lange (jaar) als op korte (1,5 maand) termijn. G. Geef aan welke methode(n) je gebruikt om te controleren of straks ook de doelstelling behaald is (evaluatiemethode) en onderbouw deze. H. Geef aan met welke personen je in contact bent getreden om tot deze doelstellingen te komen en welke relatie deze met de sporter hebben.
Deelopdracht 3: De Periodisering Nu je de doelstelling voor kortere en langere termijn hebt gesteld, is het belangrijk dit te vertalen naar een periodisering cq lange termijnplanning. A. Voor welk periodiserings- cq planningsmodel heb je gekozen? B. Leg uit wat de specifieke kenmerken zijn van het model. C. Waarom heb je juist voor dit model gekozen voor jouw deelnemer? D. Welke fases kun je onderscheiden in het model? Geef per fase aan wat de specifieke kenmerken zijn. Werk dit in hoofdlijnen uit op macro-niveau (lange termijn). E. Werk voor een fase van 6 tot 10 weken een volledig en gedetailleerd trainingsplan uit (meso-cyclus). F. Onderbouw uitvoerig het bij 3 e gekozen trainingsplan (opbouw, oefenstof, intensiteit etc.). G. Welke literatuur heb je geraadpleegd voor het maken van je periodisering op macro- en mesoniveau. Waarom heb je juist hiervoor gekozen?
Deelopdracht 4: Het Trainingsprogramma Nu je de macroplanning ontwikkeld hebt, is het zaak deze tot een concreet trainingsplan (meso- /micro-planning) uit te werken, zodat je daadwerkelijk kunt beginnen met de trainingen. Het plan moet tussen de 1,5 en 2 maand(en) duren en op basis van de eerdere periodisering gemaakt worden geef duidelijk aan waar binnen de periodisering dit trainingsprogramma valt. A. Omschrijf je trainingsprogramma (lessenreeks). B. Geef een totale onderbouwing van de opzet en de inhoud van het gemaakte trainingsprogramma. C. Geef een uitwerking op een lesvoorbereidingsformulier (LVF) van 1 training uit elke week van je trainingsprogramma (dus minimaal 6 uitgewerkte lessen; bij een trainingsprogramma van 1,5 maand). Het mag hier niet gaan om een repeterende training (daar je minimaal 3x per week traint, moet het dus mogelijk zijn dat je steeds voor een afwijkende training kiest).
Deelopdracht 5: Uitvoering trainingsprogramma Je gaat nu het uitgewerkte trainingsprogramma daadwerkelijk aanbieden en begeleiden. De volgende opdrachten dienen tijdens het uitvoeren steeds bijgehouden (=logboek) en bijgewerkt te worden. 1. Geef na elke training een korte omschrijving van de volgende zaken: A. Hoe was de fysieke gesteldheid van je deelnemer en waar blijkt dat uit? B. Hoe is de training en trainingsperiode verlopen? Wat ging goed en wat is voor verbetering vatbaar? Heb je de verschillende (specifieke) doelstelling(en) behaald? Waarom wel/niet? C. Hoe was de samenwerking tussen de deelnemer en jou? Wat ging goed en wat is voor verbetering vatbaar? D. Welke zaken heb je gedurende de trainingen aangepast en waarom? ( bv. doelstelling, oefenstof, intensiteit, manier van begeleiden/coachen) 2. Wat heb je in het bijzonder geleerd tijdens het begeleiden van jouw deelnemer? Wat zou je volgende keer hetzelfde doen en wat zou je anders aanpakken? Geen hierop een uitgebreide toelichting. A. Geef aan met welke personen je tijdens de uitvoering van dit trainingsprogramma contact hebt onderhouden en welke relatie deze met de sporter hebben.
Deelopdracht 6: Extra begeleiding Tijdens het begeleiden van een fitnessdeelnemer zijn er vaak diverse interne en externe factoren die een rol (kunnen) spelen bij het behalen van de doelstelling(en). Het is belangrijk dat je je als trainer hiervan bewust bent, rekening mee houdt en -indien mogelijk- positief weet te beïnvloeden. Bovendien is het belangrijk dat je zoveel mogelijk kennis opdoet door gebruik te maken van de aanwezige expertise en literatuur. A. Welke personen hebben een sterke invloed op het al dan niet behalen van de doelstelling(en) van jouw deelnemer en waarom? B. Welke acties heb je ondernomen om je verder te verdiepen in het onderwerp (bv. contact trainer, literatuur raadplegen, voedingsadvies)? C. Wat hebben deze acties je concreet opgeleverd wat betreft de trainingsinhoud en invullingen hiervan en het behalen van je doelstellingen?
Deelopdracht 7: Evaluatie en conclusies voor de toekomst In de hiervoor gemaakte opdrachten heb je een trainingsplan ontwikkeld en uitgevoerd. De onderstaande opdrachten gaan over de component leren. Hoe is het gegaan, wat heb je geleerd en hoe ga je het in de toekomst anders doen. 1. Vraag aan je fitnessdeelnemer, je begeleider, je leidinggevende of de manager/coördinator, de verantwoordelijke (sport)trainer, begeleidend fysiotherapeut om de bijgevoegde 360 graden feedback in te vullen en doe dit zelf ook. Voeg deze in het portfolio. 2. Evalueer voor jezelf (o.a. aan de hand van de bij 7.1 aangeleverde feedback) het complete proces van het ontwikkelen van het trainingsprogramma tot het praktisch afronden van dit programma en werk hierbij de volgende zaken uit: A. Noem minimaal 4 onderdelen waar jij tevreden over bent. B. Noem minimaal 4 onderdelen die je anders had moeten aanpakken. C. Geef een uitgebreide onderbouwing wat jij volgende keer op dezelfde wijze zal aanpakken en wat jij volgende keer anders zou doen. 3. Schrijf een advies voor de toekomst voor jouw sporter. Denk hierbij aan de volgende aspecten: A. Hoe zou het trainingsplan er -in hoofdlijnen- uit komen te zien- nadat jij gestopt bent met de begeleiding? B. Wat zijn belangrijke zaken waar de deelnemer rekening mee moet houden bij het al dan/niet behalen van de doelstelling(en)? (kansen en bedreigingen) C. Wat is de belangrijkste feedback die je aan jouw deelnemer zou willen meegeven als hij/zij zelfstandig verder zal gaan trainen? D. Ben jij van plan om de deelnemer ook in de toekomst te blijven begeleiden? Waarom wel/niet?
Deelopdracht 8 : Beoordeling van praktische uitvoering Deze opdracht bestaat uit het beoordelen en invullen van: A. Beoordelingsformulier deelopdracht 8 B. Beoordelingsmodel 1: Trainingsvoorbereiding C. Beoordelingsmodel 2: Het uitvoeren van de trainingen Beoordeling van deze praktijksituatie wordt door de stagebegeleider gedaan conform beoordelingsinstructie voor de examentoets onderdeel Portfolio.