Help mij voordat ik het vergeet



Vergelijkbare documenten
Ruimte en grenzen bij euthanasie. Eric van Wijlick beleidsadviseur

Levenseinde en euthanasie

Workshop 1. Op de grens: hoe om te gaan met een verzoek om euthanasie?

Euthanasie bij psychiatrische problematiek, kan dat? Gerty Casteelen, psychiater levenseindekliniek

Oordeel: Gehandeld overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen

Folder Steun en Consultatie bij Euthanasie in Nederland

De laatste levensfase. Hoe IJsselheem omgaat met een euthanasieverzoek

Algemeen. Euthanasie.

OORDEEL. van de Regionale toetsingscommissie euthanasie voor de Regio ( ) betreffende de melding van levensbeëindiging op verzoek

Conclusies, aanbevelingen en vervolgstappen

De eindsprint als keuze

Thema avond euthanasie en dementie Ad Römkens: voorzitter commissie ethiek geestelijk verzorger, zorgethicus

Agenda. Levenseinde: keuzes, wil, wet en praktijk t.b.v. Parkinsoncafé Rosmalen. Wetten. Keuzes aan het einde van het leven

Inleiding. Wat is euthanasie? Euthanasie bespreekbaar

De Euthanasiewet en de initiatieven Levenseindekliniek en Uit Vrije Wil

EUTHANASIE EN OUDEREN: dilemma s (in de praktijk) EUTHANASIE EN OUDEREN: dilemma s (in de praktijk) EUTHANASIE EN OUDEREN: dilemma s (in de praktijk)

Een kraakheldere wilsverklaring

Feiten en Fabels. Willeke Stadtman Arts Levenseindekliniek

Eerste richtlijnen voor het omgaan met euthanasie vragen van cliënten en hun families die bij Geriant in behandeling zijn

LEVENSEINDEKLINIEK HELPT MEER MENSEN IN 2014

Informatie over euthanasie

OORDEEL. Uit de verslaglegging van de arts en de consulent en de overige ontvangen gegevens is gebleken ten aanzien van:

2. Niet-reanimeren Formulier Niet-reanimeren Verklaring 3. Niet-beademen Formulieren Verklaring Niet-reanimeren of Verklaring Behandelverbod

dasfwefsdfwefwef Euthanasie

Oordeel: Niet gehandeld overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen

Euthanasie: vragen en antwoorden. De Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding in de praktijk

Handreiking schriftelijk euthanasieverzoek. Artsenversie

Aanmelding. Voor wie is de aanmelding bestemd, wie is de hulpvrager? Voornaam. Tussenvoegsel(s) Telefoonnummer: adres:

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 9 maart 2017 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,

Facts & Figures Dementie

Keuzes rond het levenseinde. Miep de Putter Annemieke Delhaas Petra Blommendaal PTMN

Cijfers over dementie

Wat kunt u zelf doen. Carla Bekkering Adviescentrum NVVE 30 november 2017

OORDEEL. van de Regionale toetsingscommissie euthanasie voor de regio ( ) betreffende de melding van levensbeëindiging op verzoek

Medische ethiek. Euthanasie

Oordeel A en Oordeel B (casus 9 - RTE Jaarverslag 2013)

Handreiking: Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen

Voltooid Leven Nu doorpakken. Robert Schurink Directeur NVVE

PRAKTISCHE VRAGEN OVER BESLISSINGEN ROND HET LEVENSEINDE. Cor Spreeuwenberg

XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2005

Dag van de Dementiezorg 2016 Palliatieve zorg bij dementie

*Het betreft hier twee afzonderlijke meldingen, die apart door de commissie zijn beoordeeld. Beide oordelen worden hier weergegeven.

Oordeel: gehandeld overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen

Rapportage augustus ,5 jaar Levenseindekliniek

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.

OORDEEL. van de Regionale toetsingscommissie euthanasie betreffende de melding van hulp bij zelfdoding

OORDEEL. van de Regionale toetsingscommissie euthanasie voor de Regio ( ) betreffende de melding van levensbeëindiging op verzoek

Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen: een begaanbare weg

Als t leven niet meer zo rooskleurig is Euthanasiewens bij M. Parkinson Rol voor jou als hulpverlener?

Euthanasie in de psychiatrie. Brochure voor patiënten

Handreiking schriftelijk euthanasieverzoek. Publieksversie

Wilsverklaring. Belangrijke documenten

Verleen euthanasie voordat het te laat is

Euthanasie en hulp bij zelfdoding

Euthanasie en hulp bij zelfdoding (verzoek tot toepassing) Rubriekhouder: Mw. dr. G.A. Donker, NIVEL ( )

Research & Productie. Inhoud Dementie & Euthanasie. Karlijn van Mil juni 2016 Marieke van Willigen TELEFOON

De wilsverklaring: een ego- en een gespreksdocument

O Gehuwd O Samenwonend O Alleenstaand O Weduwnaar / weduwe

Euthanasiebeleid. Euthanasiebeleid

Zorg in de laatste levensfase. Agnes van der Heide Afd. Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC

Medische beslissingen rond het levenseinde

Richtlijn Reanimatie. Richtlijn Reanimatie, De Lichtenvoorde, verpleegkundig adviseur, oktober

Voor wie is de aanmelding bestemd, wie is de hulpvrager? O Gehuwd O Samenwonend O Alleenstaand O Weduwnaar / weduwe

a c a d i e e m Gids

Het toetsingsproces toegelicht

Euthanasie bij psychisch lijden: Een ethische visie

Angststoornis bij ouderen

OORDEEL. van de Regionale toetsingscommissie euthanasie voor de Regio ( ) betreffende de melding van levensbeëindiging op verzoek

Medische beslissingen aan het einde van het leven: een belangrijk gespreksonderwerp. Rozemarijn van Bruchem-Visser Internist ouderengeneeskunde

De rol van de schriftelijke wilsverklaring in de toetsingspraktijk

De Regiebehandelaar. Waar alles samenkomt. Informatie voor cliënten

Wat kan de NVVE voor u betekenen?

Werkstuk Maatschappijleer Euthanasie

Samenvatting leerstof Geriatrie opleiding

Praktische opdracht Maatschappijleer Euthanasie

Euthanasie. en de. Stichting LevenseindeKliniek

De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Mevrouw drs. E.I. Schippers Postbus EJ Den Haag. Utrecht, 20 oktober 2017

Voorbeeld voorpagina wilsverklaringen

Grenzen aan euthanasie. drs. Eric van Wijlick beleidsadviseur

Euthanasie en hulp bij zelfdoding vallen beiden onder de euthanasiewet.

TOELICHTING BIJ WILSVERKLARINGEN. Formulierenset i : (1) volmacht. (2) euthanasieverzoek. (3) behandelverbod met een niet reanimeren verklaring

FEDERALE CONTROLE- EN EVALUATIE- COMMISSIE EUTHANASIE INFORMATIEBROCHURE VOOR DE ARTSEN

Procedure euthanasie ouderenzorg

Niet-reanimeren verklaring

Herziene landelijke richtlijn euthanasie (versie 2012) voorzien van commentaar

Vragenlijst. KOPPEL-studie: Kennis en Opvattingen van Publiek en Professionals over Einde Leven beslissingen

Wat deze uitgangspunten betekenen voor behandeling en verzorging in de laatste levensfase, wordt in het navolgende omschreven.

Levenstestament. Voor wie de regie in eigen hand wil houden

Dementie, regeren is vooruit zien. R. Dingenouts, specialist ouderengeneeskunde

Een moeilijke beslissing en dat moet het ook blijven. Paul Schnabel Universiteit Utrecht 22 november 2017, KNMG/SCEN

Oordeel: Gehandeld overeenkomstig de zorgvuldigheidseisen

Scen. Malaga 2014 Petrie van Bracht en Rob van Lier scenartsen

Lyan de Roos, SO Brabantzorg

WAT PLAN JE ZOAL IN JE LEVEN?

Ongeneeslijk ziek: samen uw zorg tijdig plannen

Handreiking: Zorg voor mensen die bewust afzien van eten en drinken om het levenseinde te bespoedigen

Ontwikkelingen in het aantal euthanasiegevallen en achterliggende factoren

Disclosure belangen spreker Wat maakt lijden ondraaglijk? Tjipke D. Ypma & Herman L Hoekstra SCEN-Drenthe KNMG SCEN 23 april 2015 Utrecht

XVI Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2008

Zorg rondom het levenseinde

Transcriptie:

Susan Bosman-Graafmans 1 Help mij voordat ik het vergeet Levensbeëindiging op verzoek bij het dementiesyndroom Opinie Ik wil euthanasie als blijkt dat ik dementie heb. Dit is wat een cliënt tegen mij zegt in ons eerste contact. Hij vertelt dat allebei zijn ouders zijn gaan dementeren en de laatste jaren van hun leven in een verpleeghuis hebben doorgebracht. Lijdzaam heeft hij dit aangezien. Het verloop van de ziekte is in zijn ogen mensonterend en hij is vastbesloten niet op deze manier zijn laatste dagen te slijten. Na screening en nader onderzoek blijkt inderdaad dat er sprake is van beginnende dementie van het Alzheimertype en dit wordt de cliënt verteld. Als verpleegkundig specialist ggz in opleiding word ik behandelaar van de cliënt. De behandeling bestaat uit een symptomatische behandeling met cholinesteraseremmers en psychosociale interventies gericht op psycho-educatie, acceptatie en het bieden van ondersteuning bij problemen die de cliënt en zijn naasten ervaren door de ziekte van Alzheimer bij de cliënt. Tijdens de gesprekken die volgen blijft de cliënt consistent zijn wens tot levensbeëindiging uiten. Onderzoek in de instelling naar de procedure rondom levensbeëindiging op verzoek levert veel onduidelijkheid op. Er zijn intern geen richtlijnen opgesteld over de wijze waarop men bij levensbeëindiging op verzoek handelt. Het advies is terugverwijzen naar de huisarts. De instelling speelt bij levensbeëindiging op verzoek alleen een rol op aanvraag van de huisarts of klinisch geriater. Dit is vreemd, hoe kan het zijn dat hulpverleners in de Geestelijke Gezondheidszorg (ggz) cliënten wel diagnosticeren en symptomatisch behandelen voor het dementiesyndroom maar zich daarbij zoveel mogelijk afzijdig houden van levensbeëindiging op verzoek? Het is tenslotte een thema dat tijdens deze behandeling vaker aan de orde komt. In dit artikel wordt eerst ingegaan op de invloed van de vergrijzing op de prevalentie van het dementiesyndroom en parallel daaraan de verwachte toename van levensbeëindiging op verzoek bij deze doelgroep. Voorts wordt beschreven welke legale mogelijkheden er zijn voor levensbeëindiging op verzoek en tot in welke fase van het dementiesyndroom dit mogelijk is. De ethische dilemma s rondom het

2 praxis ggz verpleegkundig specialist 2013 thema worden daarmee duidelijk blootgelegd. Tot slot beschrijft het artikel enkele aandachtspunten voor de ggz. In het bijzonder wordt de bijdrage die de verpleegkundig specialist ggz in de praktische en emotionele ondersteuning tijdens dit hoogcomplexe proces kan leveren uitgelicht. Prevalentie van het dementiesyndroom Nederland is aan het vergrijzen. In 2012 is 16,3% van de bevolking 65 jaar of ouder (Centraal Bureau voor de Statistiek, 2012). Het Centraal Bureau voor de Statistiek (2013) verwacht dat dit aantal zal groeien naar 25,2% in 2050. Onder invloed van deze vergrijzing groeit ook de prevalentie van mensen met het dementiesyndroom met een verwachte piek van 565.000 mensen met het dementiesyndroom in 2050 (Alzheimer Nederland, 2012). Hierbij dient opgemerkt te worden dat Alzheimer Nederland bij haar prognose geen rekening heeft gehouden met de invloed van een betere leefstijl en de mogelijkheden voor een betere behandeling van risicofactoren die invloed hebben op het ontstaan van het dementiesyndroom. Onderzoekers van het Erasmus Medisch Centrum voorspellen dat het absolute aantal mensen met het dementiesyndroom onder invloed van de vergrijzing zeker verder zal stijgen maar misschien minder explosief dan eerder werd verwacht (Schrijvers et al., 2012). Dementie is volgens artsen de meest ernstige en ingrijpende volksziekte gekeken naar de factoren mobiliteit, zelfzorg, dagelijkse activiteiten, pijnklachten, angstklachten, depressie en cognitie (Alzheimer Nederland, 2012). De verwachting is dat met de toename van de prevalentie van mensen met het dementiesyndroom ook het aantal mensen dat het verlies van persoonlijke waardigheid niet wil afwachten zal toenemen (Betten, 2010). De oudere van nu is niet dezelfde oudere als 30 jaar geleden. Mensen zijn steeds meer gesteld geraakt op hun autonomie en het voeren van regie over hun leven. Daarbij wordt de regie over de wijze waarop ze zullen gaan sterven steeds belangrijker, ook bij het dementiesyndroom. In de ggz wordt er echter terughoudend gereageerd op levensbeëindiging op verzoek bij deze doelgroep. Mogelijkheden voor levensbeëindiging in Nederland In Nederland verstaan we onder euthanasie: levensbeëindigend handelen door een arts op uitdrukkelijk verzoek van de cliënt. Zonder verzoek van de cliënt kan er geen sprake zijn van levensbeëindigend handelen (wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding, 2002). Hierbij zijn euthanasie en hulp bij zelfdoding

de legale opties voor een levensbeëindiging op verzoek. Euthanasie en een verzoek tot hulp bij zelfdoding zijn niet hetzelfde. Bij euthanasie is het de arts die de letale dosis toedient aan de cliënt. Bij hulp bij zelfdoding is de arts slechts leverancier van het letale middel. De arts reikt het middel geprepareerd aan, maar de letale dosis wordt door de cliënt zelf ingenomen. Door het zelf innemen van het middel onderstreept de cliënt in principe zijn keuze voor het zelfgewilde levenseinde. Voor de arts maakt dit in de emotionele belasting een wezenlijk verschil. Overigens heeft een arts nooit de plicht een verzoek tot levensbeëindiging te honoreren, hij mag weigeren op grond van onder andere principiële, ethische en professionele bezwaren. Indien een arts een verzoek weigert bestaat er geen juridische verwijsplicht maar wel een morele en professionele verwijsplicht. De Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst neemt het standpunt in dat een arts altijd de plicht heeft om levensbeëindiging op verzoek serieus te behandelen. Dit betekent ook dat de arts de cliënt tijdig en helder uitlegt waarom hij niet kan ingaan op een verzoek. De behandelend arts dient op tijd een verwijzing te doen naar een andere arts die de cliënt wel kan helpen (Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst, 2011). 3 help mij voordat ik het vergeet De Algemene Vereniging van Verpleegkundigen en Verzorgenden (avvv), nu 91 en de Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (knmg) hebben in 2006 een handreiking geschreven: Samenwerking Artsen, Verpleegkundigen en Verzorgenden bij Euthanasie. In deze handreiking worden kort de mogelijkheden binnen de Euthanasiewet aangehaald voor levensbeëindiging op verzoek bij wilsonbekwame cliënten. Stichting Geriant heeft in 2011 een richtlijn opgesteld over het omgaan met levensbeëindiging op verzoek bij mensen met het dementiesyndroom. Deze richtlijnen worden niet in alle instellingen gebruikt en veel hulpverleners zijn niet op de hoogte van het bestaan van de richtlijnen. Dit is opmerkelijk te noemen omdat hulpverleners in de ouderenzorg bijna wekelijks geconfronteerd worden met levensbeëindiging op verzoek. Mogelijkheden voor levensbeëindiging en het dementiesyndroom Tot welke fase van het dementiesyndroom is levensbeëindiging op verzoek mogelijk? Hier wordt het lastig. Ondanks dat de wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (2002) ruimte biedt voor levensbeëindiging op verzoek bij het dementiesyndroom, bestaat er een groot grijs gebied. Betten (2010) noemt dit grijze gebied de omslagzone. Deze omslagzone bevindt zich tussen het moment dat de diagnose dementie is vastgesteld en het punt dat er

4 praxis ggz verpleegkundig specialist 2013 sprake is van een gevorderde dementie en de cliënt volledig wilsonbekwaam is (Betten, 2010). Hiermee raken we direct een gevoelige snaar. Dit betekent namelijk dat een cliënt kiest voor de dood terwijl er nog enige kwaliteit van leven is. Op het moment dat er geen enkele kwaliteit van leven meer is, is hij doorgaans wilsonbekwaam en wordt een verzoek tot levensbeëindiging bijna nooit gehonoreerd. Feiten over het dementiesyndroom en het zelfgewilde levenseinde Bij de Regionale toetsingscommissies euthanasie staan er relatief weinig gevallen geregistreerd van levensbeëindigingen op verzoek bij mensen met het dementiesyndroom. In haar jaarverslag van 2011 waren van de 3695 meldingen, 45 meldingen van mensen met het dementiesyndroom (Regionale toetsingscommissie euthanasie, 2012). In relatie tot de prevalentie van het dementiesyndroom is dit een laag cijfer. Hoe komt het dat er relatief weinig gemeld wordt bij de regionale toetsingscommissie euthanasie? Wachten cliënten te lang waardoor het verzoek niet meer kan worden gehonoreerd? Worden eerder ingevulde wilsbeschikkingen niet meer als rechtsgeldig gezien als de cliënt in een vergevorderd stadium van dementie verkeert? Spelen gewetensbezwaren bij artsen bij niet-somatisch lijden een grotere rol? Of zijn cliënten uiteindelijk zo wanhopig dat ze besluiten suïcide te plegen? Op al deze vragen zijn tot op dit moment geen antwoorden te vinden door het ontbreken van gegevens hierover. De huisarts of de ggz In de wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding (2002) staat vast dat het inwilligen en het uitvoeren van een levensbeëindiging op verzoek voorbehouden is aan een arts. Het is begrijpelijk dat de ggz de huisarts al eerste persoon aanwijst om een levensbeëindiging op verzoek te honoreren. De huisarts is in principe degene die de cliënt als beste kent en door de jaren heen een vertrouwensrelatie heeft opgebouwd met hem. Een van de verantwoordelijkheden van de ggz is wel het verlenen van deskundig advies aan de huisarts door bijvoorbeeld het uitsluiten van onderliggende problematiek. Een sociaal geriater of psychiater kan de wilsbekwaamheid van de cliënt beoordelen, of het verzoek tot levensbeëindiging consistent is, invoelbaar en niet beïnvloed door een ander psychiatrisch beeld zoals depressie of een psychose.

Conclusie Ggz-instellingen dienen te anticiperen op de groeiende vraag naar levensbeëindiging op verzoek door cliënten met het dementiesyndroom. Een eerste stap is het ontwikkelen van interne richtlijnen over het omgaan met deze verzoeken. Hiervoor kan men onder andere gebruik maken van de bestaande handreiking Samenwerking Artsen, Verpleegkundigen en Verzorgenden bij Euthanasie (Algemene Vereniging voor Verpleegkundigen en Verzorgenden; nu 91; Koninklijke Nederlandsche Maatschappij ter bevordering van de Geneeskunst, 2006) en de richtlijn van Geriant inzake euthanasie verbonden met dementie (2011). Met het opstellen van een interne richtlijn wordt voor elke discipline duidelijk wat ze voor de cliënt met het dementiesyndroom en zijn naasten kunnen betekenen. De verpleegkundig specialist ggz beschikt over de juiste kennis, vaardigheden en attitude om de cliënt met het dementiesyndroom en zijn naasten te begeleiden tijdens dit hoogcomplexe proces. De begeleiding kan onder andere bestaan uit het geven van voorlichting en informatie en het bieden van emotionele ondersteuning. Een eerste erkenning van een verzoek tot levensbeëindiging kan al een positief effect brengen op de gemoedstoestand van de cliënt en rust brengen voor alle betrokkenen. Voor hen is het prettig dat er iemand is die ze helpt de juiste stappen te ondernemen. Het doen van een verzoek tot levensbeëindiging is ten slotte emotioneel zeer belastend. Ook kan de verpleegkundig specialist de brugfunctie tussen de ggz en de huisartsenpraktijken vervullen. Wil de begeleiding succesvol zijn dan dient de betreffende verpleegkundig specialist ggz geen morele bezwaren te hebben tegen levensbeëindiging op verzoek bij dementie. Heeft de verpleegkundig specialist ggz dit wel, dan is het wenselijk dat de cliënt wordt doorverwezen naar een hulpverlener die de cliënt wel kan helpen. Tot slot zou het interessant zijn om onderzoek te doen naar de effecten van een zorgvuldig uitgezet begeleidingstraject door de verpleegkundig specialist ggz voor cliënten met het dementiesyndroom en hun naasten bij levensbeëindiging op verzoek. 5 help mij voordat ik het vergeet

6 Literatuur praxis ggz verpleegkundig specialist 2013 Alzheimer Nederland (2012, februari 02). Cijfers en feiten over dementie. Geraadpleegd op 8 mei 2012 via http://www.alzheimer-nederland Avvv/nu 91/knmg (2006). Handreiking voor Samenwerking Artsen, Verpleegkundigen en Verzorgenden bij Euthanasie. Betten, A. (2010). Dementie en het zelfgewilde levenseinde. Nvve, Nederlands Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde. Centraal Bureau voor de Statistiek (2012, juli 05). CBS StatLine Bevolking, geslacht, leeftijd en burgerlijke staat, 1 januari. Geraadpleegd op 30 januari 2013 via www.cbs. nl Centraal Bureau voor de Statistiek (sd). CBS-bevolkingspiramide. Geraadpleegd op 30 januari 2013 via http://www.cbs.nl/nl-nl/menu/themas/dossiers/vergrijzing/ cijfers/extra/piramide-fx.htm Geriant (2011). Opstelling en keuzes van Geriant inzake euthanasie verbonden met dementie. Geriant. Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (2011, juni). Standpunt rol van de arts bij het zelfgekozen levenseinde. Geraadpleegd op 23 oktober 2012 via www.knmg.nl: http://knmg.artsennet.nl/publicaties/knmgpublicatie/standpunt-rol-van-de-arts-bij-het-zelfgekozen-levenseinde-2011.htm Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (2001, april 12). Euthanasiewet. Geraadpleegd op 10 mei 2012 via www.nvve.nl: http://www.nvve.nl/nvve2/ pagina.asp?pagkey=71892 Regionale toetsingscomissie euthanasie (2002, april 12). Euthanasiefolder. Geraadpleegd op 10 mei 2012 via http://www.euthanasiecommissie.nl/images/euthanasiefolder%20vws_tcm52-27053.pdf: Registratie toetsingscomissie euthanasie. Regionale toetsingscomissie euthanasie (2012, augustus). Regionale toetsingscomissie euthanasie, Jaarverslag 2011. Geraadpleegd op 10 augustus 2012 via www.euthanasiecomissie.nl: http://www.euthanasiecommissie.nl/doc/pdf/jaarverslag%20 RTE%202011_definitief_33313.pdf Schrijvers, E., Buitendijk, G., Kamran Ikram, M., Koudstaal, P., Hofman A, J.R., V. et al. (2012). Is dementia incidence diclining? Trends in dementia incidence since 1990 in the Rotterdam study. Neurology, 365-370. Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding. (2002, april 1). Geraadpleegd op 8 oktober 2012 via www.wetten.overheid.nl: http://wetten.overheid.nl/ BWBR0012410/geldigheidsdatum_08-10-2012

7 help mij voordat ik het vergeet Samenvatting Naar schatting zijn er 250.000 mensen met het dementiesyndroom in Nederland. Onder invloed van de vergrijzing van de bevolking zal dit aantal toenemen de komende jaren. Alzheimer Nederland voorspelt een piek van 565.000 mensen met het dementiesyndroom in 2050. Het dementiesyndroom wordt veelal gezien als een mensonterende ziekte die gepaard gaat met verlies van persoonlijke waardigheid. De oudere van nu is gewend aan het voeren van regie over zijn leven en zal het verlies ervan vaak niet willen afwachten. Zijn wij in de Geestelijke Gezondheidszorg (ggz) voldoende voorbereid op een mogelijke toename van levensbeëindiging op verzoek bij deze doelgroep en welke positie nemen we hierbij in? In dit artikel wordt gepleit voor het inzetten van de verpleegkundig specialist ggz in de praktische en emotionele ondersteuning bij deze hoogcomplexe hulpvraag.