You ve got mail. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied



Vergelijkbare documenten
Je wereld kleurt taal

Taalfamilies. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied

Witte wasjes, bonte wasjes

Taaluno. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied

Lettermonster Titel. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied

All italiana. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied

Regionaal Integratiecentrum Foyer, Brussel. Opleiding Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Ontwikkelingsdoelen. Ik voel me zo

Regionaal Integratiecentrum Foyer, Brussel. Opleiding Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Ontwikkelingsdoelen. Computers Internet. Shop till you drop

Samengevat door Lieve D Helft ICT-coördinator Scholengemeenschap InterEssen

Richtlijnen adrestoekenning en opslag. Het adres als sleutel voor een vlotte dienstverlening in uw stad of gemeente.

Doelgroep: 3 de graad basisonderwijs

CURRICULUM VITAE. Ken jezelf! Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

9. Schrijfopdrachten

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Thema/lessenreeks: Psycho-Motorisch - respect hebben voor de materialen waarmee ze aan de slag gaan(pm1)

Octopus > handleiding bij modal split onderzoek

9.2 Bakstenen. Thema/ onderwerp: Werkblad

Mens sana in corpore sano 1

Les 3 Radboud Kids: Meet the professor Voor de leraar

Een overtuigende tekst schrijven

De kinderen zijn bereid om te reflecteren over taal en over taalgebruik. De kinderen kunnen verschillende vormen van rollen uitvoeren.

ZUIVEL LEKKER BEZIG. Duiding voor de leerkracht. Kort lesoverzicht. Lesdoelen. Bronnen

VAN DRAPENIERLAAN TOT HANDJESGRAS. Thema: verhalen

Wie ben jij? HANDLEIDING

Onderwerp. Voorkennis. VVKBaO WIS DO 8 In wiskundige situaties samenwerken en communiceren met anderen

Brommeren, dat zit snor!

Beroepsgerichte Vorming, opleiding handel en administratie of Project Algemene Vakken

Lesidee: niet stunten op straat

Inhoud van de les. Doelgroepen * jaar regulier basisonderwijs * jaar speciaal onderwijs * jaar regulier voortgezet onderwijs

Inleiding. De Bijt In iconen. Moeilijk. Gevorderd. Makkelijk. Start. Criteria activiteiten. Evaluatie. Inhoud van dit pakket. Vragen.

Sofie Van Butsele Scriptie Stadsvisioenen Les 7, 2 de graad

LESVOORBEREIDING ALGEMENE VAKKEN / VOEDING - VERZORGING

Thema/lessenreeks: Psycho-Motorisch - respect hebben voor de materialen waarmee ze aan de slag gaan(pm1)

Hoeveel water verbruik ik?

Doelstelling(en) Algemene doelen en de link met de vakoverschrijdende eindtermen vind je in de handleiding bij dit lespakket.

De leerlingen wandelen de vooraf uitgestippelde route op de wandelkaart. Ze observeren en leggen de knelpunten inzake de verkeersveiligheid vast.

Begeleidende uitleg voor de leerkracht:

Werkvorm 1: "Je laatste Whatsapp, Sms, Ping of Tweet"

EINDTERMENTABEL OVERZICHT. Flos en Bros werkboekjes. x x. x x x x x. x x x. Werkboekje blz e Leerjaar 6 e Leerjaar

SPOT EEN JOB! Op bezoek bij een interimkantoor. Inhoud. Doelgroep. Vakgebied. Materialen. Doelen STERKE SCHAKELS

VRAGENLIJST VOOR NIET-BEGELEIDE MINDERJARIGEN UIT AFGHANISTAN

11. Rondom toetsen The do-it-yourself quiz. doel Kennis testen. wanneer einde les(senserie) groepssamenstelling vier- of vijftallen

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

Pedagogische ACTIVITEITEN

TAALBESCHOUWING: BEPALINGEN

ONDERZOEKSCOMPETENTIES

Thema 5: Lijken dieren op elkaar? webversie

Les 1 : de basis van PowerPoint

Onderwijskundige doelen

en een buitenkring. Voor de leerkracht Van groep 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7 en 8 Stappen: Coöperatief leren

Sessie 2: Hoe werk je aan de eindtermen Nederlands, ook in andere vakken?

We gaan het in deze les hebben over zorg dragen voor welbevinden en betrokkenheid van kinderen.

China. Stadsgeluiden in China. 3 lessen rond geluiden in een Chinese stad. Vakgebied: Muziek. Lesduur: 60 minuten per les

Liefde, voor iedereen gelijk?

Lesvoorbereiding: Social profit (begeleider in de kinderopvang, optieker, radioloog, verpleegkundige, sociocultureel werker)

LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)

VERKORTE DOCENTENHANDLEIDING VAN WIE IS DIE KOFFER? Project voor groep 1 en 2

Verwonderen STICHTING KIND EN VOEDING. Groep 7 en 8

Kinderrechten. Doelstellingen. Materiaal

Deze opdracht doe je met een maatje. Vertel aan elkaar wat je hebt onthouden van de tekst. Gebruik de woorden: Wie? Wat? Welke? Waar? Wanneer? Hoe?

Handleiding bij de digitale les voor de Nederlandse Kinderjury 2012

SOCIALE VAARDIGHEDEN MET AFLATOUN

Eindtermen Wonen en leven in India

Handleiding voorbereidende les bij Democracity. Basisonderwijs. Versie 22 mei Handleiding voorbereidende les bij Democracity

WORKSHOP LEERLIJNEN. Dag van de Cultuureducatie: workshop leerlijnen

doelst. inhoud Methode leermiddelen

Mongens en Jeisjes De Stilte (Nederland)

Cijfers4U. Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied

Praat-plaat. aad/thema/ik werkblad 1

Bosdamlaan Beveren-Waas. Kijk eens wat ik al kan! Naam : ICT-zakboekje. Centrumschool Beveren-Waas Pagina 1

AAN DE SLAG MET PRINSJESDAG

LES: Wie van de drie? 2

Werkvorm: Bekend, Benieuwd en Bewaard.

Belangen: Wel of niet ingrijpen in Syrië?

1. Uw elektronische post

PLANTYN. Panorama 1B. Verkeer. Handleiding

Doelgroep: 3 de graad basisonderwijs

PROJECTBESCHRIJVING DE WIJK IN

Vaartuig bouwen Deel 1 & deel 2

Lessenserie. middenbouw. Bijlage. Inhouds opgave

Bodyclap. Make the Music with your body

Schuilt er een onderzoeker in jou?

Schrijven: formulieren 2

Les 1 : Mijn familieboom

AANVRAAGFORMULIER ERKENNING UE/EEE/SWITZERLAND BEROEPSTITEL: HUISARTS & GENEESHEER-SPECIALIST

Suggestie De opdracht van het werkblad Plaatsen langs de Schelde kan ook als huiswerk opgegeven worden of in zelfstandig werktijd gemaakt worden.

1. Mindmap ICT-leerlijn. - Eenvoudig overzicht ICT in onze school (regelmatig bijwerken) 2. Kleuters

China Pagina 1. - Wie nodig jij uit voor een Chinese maaltijd? -

Je eigen nieuwjaarsbrief

Opdracht: Waar kan ik terecht voor?

Assist Help Leden à Nieuwe leden inschrijven

Tijdens de try-out gingen de groepjes verschillend aan het werk. Soms werd het werk verdeeld: één leerling had alle

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

1. De leerlingen hebben een positieve houding tegenover ICT en zijn bereid ICT te gebruiken ter ondersteuning van hun leren.

Werken aan de realisatie van de ICT-eindtermen in de eerste graad van het basisonderwijs. Eindtermen ICT

Handleiding IC3T. Wat? Online software gemaakt door Prowise, maar kan ook gebruikt worden op andere digitale borden of op een computer of ipad.

Leren leren : geschiedenis

Drents Archief. Het meisje met de hoepel. Groep 2 Thema-overzicht

Zin in schrijven! Workshop vrij en creatief schrijven voor jonge anderstaligen door Fros van der Maden - auteur Op Schrift -

Transcriptie:

3.2 You ve got mail Nr. Thema Leeftijd Werkvorm Duur Materiaal Leergebied 3.2 Taal & Cultuur 6 12 j. Klasgesprek Groepswerk 50 Computers Internetverbinding Nederlands Wereldoriëntatie ICT Leren leren Sociale vaardigheiden Naamgeving is iets van alle tijden. Sommige namen zijn dus al eeuwenoud, andere zijn nog maar net ontstaan. Vaak kiezen ouders een naam voor hun kind omwille van zijn betekenis, of ze noemen het naar een bekende persoon. In sommige culturen worden kinderen genoemd naar iets dat tijdens hun geboorte gebeurde, of naar de dag waarop ze geboren zijn. In deze activiteit gaan we dieper in op voornamen en familienamen, maar ook op plaatsnamen en straatnamen en bekijken we hoe aldus adressen ontstaan. Voorbereiding De leerkracht kopieert werkblad 3.2.1, één per groepje van 3 à 4 leerlingen. De leerkracht kopieert bronblad 3.2.1, één per leerling. 1. Klasgesprek; persoonsnamen De leerkracht vraagt: Waartoe dienen namen? Welke soorten namen bestaan er? (voornamen en familienamen van personen, plaatsen, titels, groepsnamen bv. muziek, huisdieren, )? Welke kun je kiezen? Welke niet? Waarom niet? Hebben jullie al eens een naam gegeven (bv. aan een knuffel of een huisdier)? Waarom hebben jullie toen die naam gekozen? Zijn jullie tevreden met je eigen naam (voornaam, familienaam)? Wat is de allermooiste naam die jullie kennen? Hoe willen jullie jullie kind later noemen? Mogen jullie altijd jullie kinderen noemen zoals jullie willen? Waar houden jullie rekening mee? Wat zijn de meest populaire namen bij de mensen die dezelfde taal spreken als jullie? Is dat altijd zo geweest of veranderen die keuzes? Kunnen we een naam vertalen in een andere taal? Weten jullie hoe jullie naam klinkt in andere talen? Kunnen we een familienaam kiezen voor onze kinderen? Welke familienaam (vader of moeder) wordt doorgegeven? Is dat overal zo? Wat zou de herkomst kunnen zijn van jullie familienamen? 2. Groepswerk De leerlingen gaan in groepjes achter de computers zitten en zoeken samen de betekenis van hun voornaam/ familienaam op de volgende sites op: http://www.meertens.knaw.nl/voornamen/vnb/ http://home.scarlet.be/marcel.vervloet/vpage9.htm http://babynamen.startkabel.nl/ http://www.statbel.fgov.be/port/nam_nl.asp (hier kunnen ze ook nagaan hoe vaak hun naam voorkomt in België en waar) http://babynamen.vindjeviahier.nl/ (alle babynamen in de wereld, geordend volgens land) http://www.familyberry.com/index.cfm?q=c9d2991e455f4b50243c64d968545e50 (Arabische namen, Bijbels namen, uniseks namen...) 93

3. Klasgesprek: plaatsnamen Hoe zien plaatsnamen er meestal uit? Maak een onderscheid tussen o landen (eindigen op -land, -ië, ) o gemeenten (eindigen op -gem, -beek, -zele, ) o straten (eindigen op -straat, -laan, -dreef, ) Worden plaatsnamen vertaald of niet? (bv. België, Brussel, Nieuwstraat, ) Moeten we in het Nederlands Parijs zeggen of Paris? Wordt overal ter wereld aan plaatsen op dezelfde manier een naam gegeven? Zijn er leerlingen die weten hoe een adres luidt in bv. Marokko, Peru, Rusland,? Op bronblad 3.2.1 vinden de leerlingen voorbeelden van adressen in andere landen. Ze gaan na of er dingen zijn die hun opvallen, die anders zijn dan bij ons of bij hen. De leerkracht vraagt hun wat de verschillende onderdelen van het adres en de afkortingen zouden kunnen betekenen. Op infoblad 3.2.1 vindt de leerkracht de oplossingen en meer achtergrond bij de adressen. Hoe zijn die plaatsnamen tot stand gekomen? Wie heeft ze gekozen? Naar wie/wat worden straat- en pleinnamen genoemd? 4. Groepswerk; straatnamen De klas wordt ingedeeld in groepjes van 3 à 4 leerlingen. Elke groep is een zogenaamde straatnaamcommissie die straatnamen kiest voor nieuwe dorpen en steden. Elke groep krijgt werkblad 3.2.1. De leerlingen beslissen eerst of de plaats een stad is of een dorp en dan zoeken ze er een originele naam voor. Daarna vullen ze de 5 straatnamen in. Ze overleggen samen welke namen ze geven en waarom. Op het werkblad staan 3 woningen met een bord. Op dat bord noteren ze het volledige adres van die woning. Ze mogen daarbij kiezen welk systeem ze gebruiken. Het kan een systeem zijn dat ze leerden kennen op bronblad 3.2.1, maar ze mogen ook iets helemaal nieuws bedenken. Achteraf worden de resultaten van heel de klas vergeleken. De leerlingen vertellen hoe ze tot al die namen en adressen gekomen zijn. Doelstellingen De leerlingen kunnen verwoorden wat de functie is van namen en op welke basis verschillende soorten namen worden toegekend. De leerlingen kunnen adressen in een land van een ander cultuurgebied vergelijken met die in hun eigen leven. De leerlingen kunnen met ICT voor hen bestemde digitale informatie opzoeken, verwerken en bewaren. De leerlingen kunnen zelfstandig oefenen in een door ICT ondersteunde leeromgeving. De leerlingen zijn bereid om vanuit een concrete context te reflecteren over de woordvorming van namen. De leerlingen zijn bereid om te reflecteren over taal en over taalgebruik. De leerlingen kunnen samenwerken met anderen, zonder onderscheid van sociale achtergrond, geslacht of etnische origine. De leerlingen maken kennis met meertaligheid en taaldiversiteit als kenmerken van hun eigen klas, school en maatschappelijke omgeving. Eindtermen N 6.3, 6.5 WO 6.9 ICT 1, 3, 4, 6 LL 4 SV 1.2, 1.5, 1.6, 3 http://www.kennislink.nl/web/show?id=151075 http://www.kennislink.nl/web/show?id=151992 http://nl.wikipedia.org/wiki/straatnaam http://www.meertens.knaw.nl/voornamen/vnb/ http://www.meertens.knaw.l/nfd/ http://home.scarlet.be/marcel.vervloet/vpage9.htm http://namen-voornamen.startpagina.nl/ http://babynamen.startkabel.nl/ http://www.statbel.fgov.be/port/nam_nl.asp http://babynamen.vindjeviahier.nl/ http://www.familyberry.com/index.cfm?q=c9d2991e45 5F4B50243C64D968545E50 94

3.2.1 You ve got mail In Vlaanderen is het de gewoonte het adres als volgt te formuleren: Voornaam Familienaam Straat Huisnummer Postcode Gemeente In Wallonië noteert men vaak eerst het huisnummer en dan de straat, gescheiden door een komma. We zien dus binnen België al verschillen. Als we vergelijken met andere landen, dan stellen we nog meer verschillen vast. Op bronblad 3.2.1 staat een aantal voorbeelden van adressen uit andere landen. Met de leerlingen kan worden ingegaan op de volgende aspecten: - In Frankrijk schrijft men eerst het huisnummer en dan de straat (zoals in Franstalig België). - In Polen staat er vaak Ul. Dat is de afkorting voor Ulica, wat straat betekent. - In Peru schrijft men vaak # vòòr het huisnummer. Urb. is de afkorting voor Urbanizaciòn en dat betekent wijk. De steden worden opgedeeld in wijken zodat het gemakkelijker is om het juiste huis terug te vinden. Vista Hermosa is dus een wijk van de stad Trujillo. - In Congo wordt de post vaak niet aan het huis zelf besteld, maar kunnen de mensen hun post ophalen op een vast punt. Ze hebben daar elk een eigen brievenbus. BP staat voor Boîte Postale, wat postbus betekent. In het adres staat geen straatnaam en huisnummer. Makélékélé is een wijk in de stad Brazzaville. Ook in Congo staat in het adres, net zoals in Peru, een referentie naar de wijk. - In Nederland zie je dat de cijfers van de postcode steeds worden gevolgd door 2 letters, bv. in dit geval CA. Op die manier kan het huis gemakkelijk gelokaliseerd worden. De postcode verschilt per straat of (deel van een) wijk. - In Amerika komen vaak heel hoge huisnummers voor omdat de steden daar veel groter zijn dan in België en de straten veel langer. De steden zijn opgedeeld in cijfercodes, bv. 10016-5990 en dus niet in lettercodes zoals in Nederland. - In China is er ook een referentie naar districten binnen steden om plaatsen gemakkelijker te lokaliseren. Voor kleine steden is dat niet nodig. - In de dorpen in Turkije wordt de post niet aan huis besteld. Iedereen kent iedereen. In het adres staat gewoon het dorp en daar vraagt de postbode dan naar de geadresseerde. Köyü betekent dorp. Deze man woont dus in het dorp Demirçili. Dat dorp behoort tot de stad Emirdag dat dan weer tot de provincie Afyon behoort. - In Haïti wordt de post in de kleine steden niet aan huis besteld. Er is een soort bureau waar de post toekomt. De verantwoordelijke van dat bureau brengt de brief dan naar de bestemmeling. Daar kent iedereen elkaar, dat is dus geen probleem. Op bronblad 3.2.1 staat een voorbeeld van het adres van zo n bureau. Ze schrijven de adressen in het Frans of in het Creools, de nationale taal. Kay betekent huis dus Kay Postal is het Posthuis. De straat Ri Sen Jak is Creools voor Rue Saint-Jacques. Net als in Peru wordt het symbool # gebruikt om huisnummers aan te duiden. Haïti was een kolonie van Frankrijk en hanteert dus het Franse systeem: eerst het huisnummer, dan de straat. 95

96

3.2.1 Hier woon ik 97

98

3.2.1 Poststukken 99