Aanbieding... 3. Jaarverslag... 5. Jaarrekening... 83. Bijlagen...101. Vaststelling...114



Vergelijkbare documenten
Aanbiedingsbrief. Aan de raad.

BEGROTING Paragraaf Financiering

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Paragraaf Financiering

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Bijlagen: 1. Jaarverslag en jaarrekening Accountantsrapport 2011

Nota reserves en voorzieningen

Datum: 4 juli 2014 Agendapunt: 4 Betreft: Jaarstukken 2013

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015.

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG

Presentatie voor de gemeenteraad van Haarlem. Jaarverslag en jaarrekening 2013

Farid Chikar / juni 2017

Onderstaande tabel geeft het verloop weer van onze huidige langlopende geldleningen.

Themaraad financiën 3 april

FINANCIËLE VERORDENING RECREATIESCHAP DOBBEPLAS

Risicoparagraaf Weerstandsvermogen Bedrijfsvoering Cao

: Aanvullend voorstel voor voorjaarsnota 2006 en kadernota 2007

Regeling Financieel Beheer Belastingsamenwerking Gouwe- Rijnland

Wij stellen de volgende data voor de oplevering van de planning en controlproducten 2010:

Haarlem, 23 augustus Onderwerp: Begroting Bijlagen: ontwerpbesluit, begroting

NB beide formulieren invullen (2 tabbladen)

Richtlijnen van de commissie BBV

Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

PARAGRAAF 3 FINANCIERING

Artikel 1. Definities

Nota Reserves en Voorzieningen

Aan de Raad. BV - Financiën / SH Besluitvormend

Nota reserves en voorzieningen

Grip op Financiën. 13 januari 2015 Sector Control

De bij het opstellen van de jaarrekening gehanteerde uitgangspunten hebben betrekking op:

BIJDRAGE CONCERN AAN DEEL 3 BELEIDSBEGROTING d.d

Meerjarenbegroting Gemeentefinanciën Bloemendaal

Raadsvoorstel agendapunt

HAVENSCHAP MOERDIJK. Concept Begroting 2018

Gemeente Doetinchem. Presentatie jaarrekeningcontrole juni 2017

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Jaarrekening Gemeente Bunnik. Bunnik, 5 juni 2014 Open Huis gemeenteraad

Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit. Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit

Cursus Financiën voor raadsleden

Wijzigingen artikelsgewijs financiële verordening 212 nieuw versus huidig Bijlage 2

T.J. Kolsteren raad maart 2012

Bijlagen -Bijlage 1 -Jaarstukken Verslag van bevindingen

Financiële begroting 2015 samengevat

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, (t.a.v. J. van der Meer)

Notitie software Mei 2007

Onderwerp: Verordeningen gemeentelijke belastingen 2018

Financiële begroting 2016

2e wijziging programmabegroting

Financiële verordening 2015 gemeente Zeewolde, evenals de regels voor de inrichting van de financiële organisatie

Aanbieding...3. Jaarverslag...5. Jaarrekening Bijlagen Vaststelling

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 7. Doetinchem, 22 mei Bijstellen begroting rentekosten met ingang van begrotingsjaar 2014

BEGROTING BIEO (begroting in één oogopslag)

Zuidplas. Raadsvoorstel. Aan de raad van de gemeente Zuidplas

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

b e s l u i t : 1 Inleidende bepaling 2 Begroting en verantwoording Nr: a De raad van de gemeente Barneveld;

2 Algemene uitgangspunten voor de controle (getrouwheid én rechtmatigheid)

Financiële verordening RUD Zuid-Limburg

Planning & Control Cyclus 2011 Gemeente Oostzaan

Programma 10. Financiën

Notitie weerstandsvermogen gemeente Ten Boer

Ministerie van Binnen andse Zaken en Koninkrijksrelaties

REKENING G e m e e n t e K e r k r a d e

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Financiële verordening 2017 gemeente Gemert-Bakel. gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 6 juni 2017;

Nota Reserves en. Voorzieningen. Gemeente Ferwerderadiel

Naam Financiële verordening Gemeenschappelijke Regeling Bijsterhuizen (2006)

Paragraaf 4: Financiering

De raad van de gemeente Tholen. Tholen, 31 mei Onderwerp: Jaarstukken gemeente Tholen Geachte raad,

Zienswijze programmabegroting 2013 en jaarstukken 2011 van GGD Hollands Noorden.

Avalex Verkorte jaarrekening 2011 Balans, Resultatenoverzicht en beknopte toelichting

Nota Reserves en. Voorzieningen

Gemeente Bladel. Aan de raad. Nummer : R Onderwerp : Vaststellen (voorlopige) jaarstukken 2016

De raden van alle gemeenten in de provincie Limburg

Financiële verordening gemeente Achtkarspelen

Jaarstukken Versie:

Normenkader voor de rechtmatigheidscontrole bij gemeente Leeuwarderadeel

Toelichting op de artikelen Financiële Verordening gemeente Groningen

Erratum bij de rekening 2009

Vastgestelde verordening - Financiële verordening gemeente Zoeterwoude

PROGRAMMABEGROTING

Bijlagen 1 Voorjaarsnota

BIEO Begroting in één oogopslag

Voorstel: Wij stellen uw raad voor bijgaande Nota Reserves en Voorzieningen 2013 vast te stellen. Burgemeester en wethouders van Ferwerderadiel,

Treasurystatuut VRU Vastgesteld door het algemeen bestuur d.d. 19 februari 2018

Inhoudsopgave. I Inleiding 3. II Financiële beschouwing begroting 2016 en meerjarenraming 3. III Kaders begroting

Raadsvoorstel2008/19954

Notitie financiële positie gemeente Pekela

Simpelveld. Advies aan burgemeester en wethouders. Onderwerp: jaarstukken gemeente. Behandelend ambtenaar:

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 2 december 2014;

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op artikel 212 van de Gemeentewet en artikel 108 van de Waterschapswet;

Verordening op het financiële beleid en beheer van de gemeente Hengelo

Gemeente Bladel Economisch hart van de Kempen llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllll

Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nr.: 06-50a Diemen, 15 september 2006 Onderwerp: Voorjaarsnota 2006 (aanvullend voorstel) Op 11 september behandeld geweest in de auditcommissie

Agenda Planning & Control Cyclus 2015 Gemeente Oostzaan

Raadsvoorstel Raadsvoorstel Voorstelnummer: Houten, 29 september 2015

Wat gaat het kosten? Baten & lasten totaal. Bedragen * Inkomsten Lasten Bijdrage gemeente

BIEO Begroting in één oogopslag

Naam en telefoon. Coen van den Hout (9300) Afdeling. Portefeuillehouder

Raadsnota. Raadsvergadering d.d.: 11 december 2006 Agenda nr: 6 Onderwerp: Tweede algehele bijstelling begroting Aan de gemeenteraad,

Transcriptie:

Aanbieding... 3 Jaarverslag... 5 1. Algemene beschouwingen... 7 2. Paragraaf lokale heffingen... 11 3. Paragraaf weerstandsvermogen incl. risicoparagraaf... 12 4. Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen... 14 5. Financieringsparagraaf (treasury)... 15 6. Paragraaf bedrijfsvoering... 17 7. Paragraaf verbonden partijen... 22 8. Paragraaf grondbeleid... 24 9. Algemene dekkingsmiddelen... 24 Verantwoording per programma... 27 Overzicht lasten en baten op programmaniveau... 28 Leeswijzer... 29 1. Bouwen en wonen... 31 2. Verkeer en vervoer... 36 3. Milieu... 40 4. Economie en toerisme... 43 5. Veiligheid en handhaving... 47 6. Jeugd... 53 7. Welzijn, sport en cultuur... 57 8. Zorg... 61 9. Werk en inkomen... 66 10. Bestuur en bedrijfsvoering... 70 11. Beheer... 76 Jaarrekening... 83 Recapitulatie lasten en baten op programmaniveau / reservemutaties... 84 Belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening t.o.v. de primaire begroting 2006... 85 Analyse kostenplaatsen / indirecte kosten... 86 Balans 2006... 89 Waarderingsgrondslagen... 92 Toelichting op de balans... 94 Bijlagen...101 Investerings- en financieringsstaat...102 Regulier investeringsprogramma...103 Staat van reserves en voorzieningen...104 Nadere toelichting reserves en voorzieningen...105 Staat van herkomst en besteding van middelen...109 SISA...111 Vaststelling...114

Aanbieding Aan de gemeenteraad Middels het jaarverslag en de jaarrekening legt het college verantwoording af over het door hem gevoerde bestuur in 2006. Bij deze jaarstukken horen ook de accountantsverklaring en het verslag van bevindingen. De raad verleent met het vaststellen van de jaarrekening décharge aan het college. Ter voldoening aan het bepaalde in de artikelen 197 en 198 van de Gemeentewet bieden wij u ter vaststelling aan de jaarrekening 2006. Dit jaar vergt de van rijkswege opgelegde invoering van Single Information Single Audit (SISA) extra aandacht. Tot nu toe was het gebruikelijk dat de meeste subsidies en rijksgelden separaat richting de Ministeries werden verantwoord. Met ingang van 2006 dient voor 29 regelingen, waarvan er 7 relevant zijn voor Kerkrade, de verantwoording gebundeld plaats te vinden via de jaarrekening van de gemeente. Het betreft de diverse Sozawe-uitkeringen, tijdelijke subsidieregeling schuldhulpverlening, onderwijsachterstandenbeleid en schadevergoeding op grond van wet milieubeheer. Deze verantwoordingen zijn te vinden onder het kopje diverse overzichten. Tot slot blijft de financiële positie van overheden een punt van aandacht. Zeker in meerjarig perspectief blijft een actieve begrotingsdiscipline wenselijk. De Voorjaarsnota 2007 die u in mei 2007 heeft behandeld, geeft u een geactualiseerd financieel (meerjaren)perspectief. Over bovenstaande onderwerpen leest u meer op de hierna volgende pagina s. Burgemeester en wethouders Kerkrade, mei 2007

Jaarverslag 2006

1. Algemene beschouwingen 1.1. Rekeningresultaat Ten opzichte van de goedgekeurde primaire begroting 2006 is sprake van een batig rekeningresultaat 2006 van afgerond 1.323.000 na resultaatbestemming. De mutaties in de reserves zijn hierin al verwerkt. Een korte toelichting op de belangrijkste mee- en tegenvallers na de bijgestelde begroting 2006 t/m rekening 2006 (najaarsnota), alsook van de reserve parkeerfonds exploitatie treft u aan in 1.6. Een uitgebreide analyse is opgenomen in de jaarrekening. Wij stellen voor het rekeningresultaat 2006 voorlopig toe te voegen aan de reserve parkeerfonds exploitatie. 1.2. Reserves en voorzieningen In de toelichting op de balans in de jaarrekening en bij de Diverse overzichten wordt een meer gedetailleerde specificatie van de reserves en voorzieningen gegeven. De reserves en voorzieningen geven het navolgende beeld (* excl. rekeningresultaat 2006): Omschrijving ultimo 2005 ultimo 2006 algemene reserve 4.515 4.515 bestemmingsreserves (*) 20.938 16.024 mutatie sozawe-debiteuren 3.866 - voorzieningen 11.131 13.452 Totaal 40.451 33.991 Mutatie sozawe-debiteuren Tot en met 2005 werden de bijstandsdebiteuren in de jaarrekening extracomptabel verantwoord. Wegens de op dit punt aangescherpte eisen is de tot nu toe gevolgde werkwijze aangepast. In de jaarrekening 2006 zijn deze bijstandsdebiteuren ad 6,2 miljoen bij de specifieke bijstandsregelingen als eenmalige bate verantwoord. Het bedrag van 6,2 miljoen is, in verband met de gedeeltelijke terugbetalingsverplichting aan het Rijk en het onderzoek naar de mate van inbaarheid van de openstaande vorderingen, voor 1,1 miljoen toegevoegd aan de voorziening rijksmiddelen Sozawe, resp. voor 2 miljoen gestort in de nieuwe voorziening dubieuze debiteuren Sozawe. De reëel geachte waarde van per saldo 3,1 miljoen is toegevoegd aan de reserve FWI. De door de raad aangegeven maximale vrije omvang wordt hierdoor ultimo 2006 overschreden. Gelet op de risico s rondom de WWB (zie 3) wordt voorgesteld met deze overschrijding in te stemmen. In de eerstvolgende Nota Reserves en Voorzieningen (gepland najaar 2007) zal hier nader op worden ingegaan. Reserves De algemene reserve blijft op peil. De belangrijkste afnames in de bestemmingsreserves worden veroorzaakt door de inzet van de reserve BTW-compensatiefonds, de reserve kernagenda Parkstad, de reserve grondexploitatie OBK, en het opheffen van de reserve dekking kapitaallasten investeringen economisch nut. Per saldo nemen deze reserves af met een bedrag van circa 8,9 miljoen. Het opheffen van de reserve dekking kapitaallasten investeringen economisch nut is het gevolg van een andere verwerkingswijze en vergt een nadere toelichting. Deze andere verwerkingswijze heeft overigens ook de instemming van de provinciale toezichthouder en komt ook overeen met de Financiële Verordening ex. art. 212 GW. In de Nota Reserves en Voorzieningen 2004 (raad juni 2004) was weergegeven dat als gevolg van het BBV investeringen met een economisch nut (bijvoorbeeld gebouwen, voertuigen, riolen) voortaan bruto geactiveerd moesten worden. Bijdragen uit reserves mochten niet meer op het investeringsbedrag in mindering worden gebracht. Dat leidt tot hogere kapitaallasten, omdat het bedrag waarover wordt afgeschreven hoger is. Deze extra kapitaallasten werden gedekt door jaarlijkse onttrekkingen uit de speciaal daarvoor gevormde reserve dekking kapitaallasten investeringen economisch nut. Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut (wegen, straten, pleinen, etc.) worden bij voorkeur niet geactiveerd. Als dat wel gebeurt gelden afwijkende voorschriften. Bijdragen uit reserves mogen bijvoorbeeld wèl in mindering worden gebracht.

Het bijhouden van het verloop van deze reserve vergt nogal wat administratieve handelingen, zeker wanneer sprake is van meerdere investeringen over diverse jaren. Inmiddels was het saldo van deze reserve opgelopen tot ruim 7 miljoen. Op basis van voortschrijdende inzichten is in 2006 een meer eenvoudige systematiek toegepast. De beschikbare middelen uit deze reserve zijn in mindering gebracht op de bestaande investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Dat is immers wel toegestaan. Dit levert een besparing op de bijbehorende kapitaallasten op. Daartegenover staat een nadeel op de investeringen met een economisch nut, omdat de geraamde onttrekkingen aan de reserve eveneens vervallen. Per saldo was sprake van een budgettair neutrale operatie. De stortingen in de egalisatiereserve riolen, de reserve FWI, de reserve huisvestingsvoorzieningen onderwijs, de reserve parkeerfonds exploitatie, en de reserve reeds bestemde nog uit te geven middelen veroorzaken per saldo een toename in de reservepositie met circa 5,1 miljoen. Voorzieningen Er is een nieuwe voorziening dubieuze debiteuren Sozawe gevormd voor 2 miljoen, zie de toelichting hierboven. De belangrijkste overige toenames bij de voorzieningen zijn veroorzaakt door stortingen in de voorziening besluit woninggebonden subsidies, de voorziening ISV-2, de voorziening rijksmiddelen sozawe voor een totaalbedrag van afgerond 1,8 miljoen. De grootste afnames bij de voorzieningen zijn veroorzaakt door de inzet van de voorziening gaiapark, de voorziening pensioenverplichting wethouders, de voorziening onderhoud gebouwen, de voorziening rijksmiddelen samenleving, de voorziening besluit woninggebonden subsidies 1995, de voorziening OALT, en de voorziening ISV- 1. Per saldo vertonen deze een afname van circa 1,5 miljoen. Maximumomvang Er zijn 3 reserves en 1 voorziening waar de door de raad bepaalde maximumomvang wordt overschreden, te weten de reserve FWI, de reserve verenigingen/vrijwilligers, de reserve WVG en de voorziening oninbare belastingdebiteuren. De maximumomvang van de reserve FWI is reeds aan de orde geweest. De maximumomvang van de reserve verenigingen/vrijwilligers is door de raad bepaald op 50.000. De werkelijke omvang is 90.000. Er dient nog nader beleid te worden geformuleerd. De maximale vrije omvang van de reserve WVG is door de raad bepaald op 600.000. De werkelijke omvang is bijna 1,7 miljoen. Ten opzichte van de Nota Reserves en Voorzieningen 2004 wordt deze reserve sinds 2005 anders gebruikt, namelijk niet zozeer als achtervang, maar meer om de jaarlijkse schommelingen in de exploitatie op te vangen zodanig dat sprake is van budgettaire neutraliteit. Bij riolen, afval en onderwijs wordt een soortgelijke systematiek toegepast. Dat vraagt om een andere benadering dan de huidige maximumomvang. Daarnaast speelt de invoering van de WMO nog een rol. Het door de raad bepaalde maximum voor de voorziening oninbare belastingdebiteuren wordt met afgerond 42.000 overschreden. Hierbij is geanticipeerd op het verslechterde betaalgedrag. In afwachting van de eerstvolgende Nota Reserves en Voorzieningen (gepland najaar 2007) wordt voorgesteld om thans bij wijze van uitzondering (tijdelijk) met deze overschrijdingen in te stemmen. 1.3. Slotwijziging In 2006 heeft via de Financiële voortgangsrapportage (raad mei 2006) en Najaarsnota (raad oktober 2006) een formele bijstelling van de begroting plaatsgevonden. Omwille van een adequate kredietbewaking hebben nadien zoveel mogelijk budgettair neutrale budgetaanpassingen plaatsgevonden op diverse programma s. De aanpassingen passen binnen de kaders van de diverse programma s, maar zijn soms ook programma-overstijgend geweest, althans voorzover de realisatie van de doelstellingen van de programma s daarmee niet in gevaar kwam. Deze laatste budgetaanpassingen gedurende het begrotingsjaar worden formeel door de raad goedgekeurd middels het vaststellen van de jaarrekening. Een en ander is conform de Financiële beheersverordening gemeente Kerkrade 2005 (raad november 2005). 1.4. Gebeurtenissen na balansdatum Begin mei is gebleken dat er voor een bedrag van 75 miljoen aan het gemeentefonds wordt toegevoegd in verband met een lagere uitname uit het BTW-compensatiefonds. De uitname wordt namelijk pas in

2007 gerealiseerd, derhalve is er voor het jaar 2006 een voordeel van 228.000 en voor het jaar 2007 een nadeel van 228.000. Aangezien het voordeel in 2006 niet meer is meegenomen, vallen de voor- en nadelen in het jaar 2007 tegen elkaar weg. Verder zijn er geen noemenswaardige gebeurtenissen na balansdatum die nog van belang zijn voor het inzicht dat de jaarrekening 2006 dient te bieden. 1.5. Samenvatting rekeningresultaat De financiële verantwoording vindt plaats op het niveau van de programma s, met daarbij een aantal vergelijkende cijfers. De in dit boekwerk genoemde bedragen zijn afgerond op duizenden euro s, tenzij anders aangeven. Daardoor kunnen ook (kleine) afrondingsverschillen in tellingen ontstaan. In de verantwoording per programma verderop in dit jaarverslag treft u een nadere toelichting aan. Opbouw saldo rekening 2006 Saldo primaire begroting 2006 33 Mee- en tegenvallers Financiële voortgangsrapportage, mei 06 - Mee- en tegenvallers Najaarsnota, okt 06 - Saldo begroting na Fin. voortgangsrapportage en Najaarsnota 33 Mee- en tegenvallers na Najaarsnota 1.290 Batig rekeningresultaat 2006 1.323 Met de invoering van het BBV is het verplicht om een scherpere scheiding aan te brengen tussen het resultaat voor bestemming en het resultaat na bestemming. Bij het resultaat voor bestemming is nog geen rekening gehouden met de mutaties in reserves. In het resultaat na bestemming zijn deze stortingen en onttrekkingen wel begrepen. In de balans en in de bijlagen worden de mutaties meer in detail weergegeven. Een recapitulatie van de lasten en baten is opgenomen in de jaarrekening. In de financiële productenrekening zijn de lasten en baten gedetailleerd op productniveau weergegeven, net als de lasten en baten per functie resp. categorie ten behoeve van de provinciale toezichthouder en het CBS. Deze productenrekening alsook de Rekening In Een Oogopslag (RIEO) maken deel uit van de jaarstukken. 1.6. Analyse op hoofdlijnen en reserve parkeerfonds exploitatie Hierna volgen achtereenvolgens een analyse van de belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening ten opzichte van de bijgestelde begroting 2006 en het verloop van de reserve parkeerfonds exploitatie.

Belangrijkste mee- en tegenvallers van de rekening na najaarsnota september 2006 bedragen x 1000,- onderuitputting P-budget in totaliteit 250 'overschot' onvoorzien: BD +4; SML +19; STAD +84; W&I +17; alg +90 214 algemene uitkering september-/decembercirculaire '06; maartcirculaire '07 657 meeropbrengst OZB 202 onvermijdbare investering server-ruimte (I&A) stadskantoor -160 storting in Reserve FWI -3.000 actualisering Debiteuren Soza 3.000 storting in Reserve Grondexploitatie OBK -1.800 onttrekking aan Reserve Parkeerfonds Exploitatie 1.800 parkeerbelasting, minder opbrengst parkeergelden -73 brandweer: Regionale Brw Zuid-Lb +24, Parkstad Lb +39, leges +2, FLO -6 59 huren sportaccommodaties: restitutie Roda JC -67 kwijtscheldingsbeleid -36 raad en rekenkamer, div. posten; onderzoeken in eigen beheer 65 aanpass. huren appartem. De Steltloper;beheer/exploitatie in aanloopperiode gemeensch. Gedeelte -61 onderuitputting diverse posten 273 VOORDELIG REKENINGRESULTAAT 2006 1.323 Verloop reserve parkeerfonds exploitatie 2006 e.v. Een sluitende exploitatie wordt mede bereikt door de inzet van de "reserve parkeerfonds exploitatie". Het actuele verloop van de reserve parkeerfonds exploitatie kan als volgt worden weergegeven: bedragen x 1.000,- : 2007 2008 2009 2010 2011 saldo begin 1.481 3.463 3.108 2.858 2.748 mutaties juni-circulaire 100-100 mutaties voorjaarsnota 2005 125-175 -500-500 mutaties mei-circulaire 2005 100 350-20 -20 mutaties najaarsnota 2005 120-140 -140-140 mutaties septembercirculaire 2005 200 110 60 60 financiële voortgangsrapportage 2006-140 -94 320 136 meicirculaire 2006 140 94-320 504 najaarsnota 2006-500 -400 350-150 rekening 2006 maartcirculaire 2007 jaarschijf 2006 (formeel nog vast te stellen in de raad van juni 2007) 895 428 1.323 voorjaarsnota 2007 1.266 Uitbreiding aandelenkapitaal Gaia -752 saldo eind 3.463 3.108 2.858 2.748 2.748

De reserve parkeerfonds exploitatie is een buffer vergelijkbaar met de algemene reserve, die waar nodig vrij ingezet kan worden. Het maximum vrij besteedbaar deel van de reserve parkeerfonds exploitatie is vastgesteld op 3,5 miljoen. 2. Paragraaf lokale heffingen Voor 2006 is wederom uitgegaan van een integrale indexering op de tarieven van 1,5%. De meeste tarieven waren met dit percentage verhoogd (bijv. onroerende-zaakbelastingen, hondenbelasting, parkeergelden, diverse leges, marktgelden, precariorechten) tenzij op grond van eerder genomen besluiten geen (bijv. afvalstoffenheffing, baatbelasting) of een andere indexatie (bijv. rioolrechten, toeristenbelasting, reisdocumenten, lijkbezorgingsrechten) mogelijk of noodzakelijk was. Voorts is per 1 januari 2006 de gebruikersbelasting onroerend zaakbelasting voor woningen afgeschaft. In relatie tot de lokale lasten is de kostendekkendheid van met name rioolrecht en afvalstoffenheffing van belang. Bij beide heffingen is sprake van 100% kostendekkendheid. Bij het kwijtscheldingsbeleid wordt de maximaal toegestane norm, t.w. 100% gehanteerd. In 2006 waren er 1.794 aanvragen, waarvan er 1.502 geheel of gedeeltelijk zijn toegekend, voor een totaalbedrag van 513.000. Per 1 januari 2007 is de Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 ten aanzien van het beoordelen van kwijtscheldingsverzoeken gemeentelijke belastingen op een tweetal onderdelen gewijzigd. Deze wetswijziging is pas op 27 december 2006 gepubliceerd. Gemeenten mogen thans op deze onderdelen zelf hun beleid bepalen. In 2007 wordt het bestaande beleid geactualiseerd. Het presenteren van een overzicht van de lokale lastendruk is bij de jaarrekening minder relevant, aangezien de besluitvorming omtrent tarieven plaats vindt in samenhang met de begroting voor het komende dienstjaar. Daarom wordt volstaan met onderstaande tabel. Voor meer informatie en uitgangspunten wordt verwezen naar de Tarievennota 2006 (raad oktober 2005) en de aanvulling hierop in verband met de onroerende zaak belasting (raad december 2005). Overzicht grootste opbrengsten uit heffingen Progr Opbrengsten 2006 AD* Onroerende zaakbelastingen 8.231 3 Afvalstoffenheffing ** 5.480 11 Rioolrechten ** 3.226 2 Parkeergelden/boetes 628 5 Leges bouwvergunningen 612 10 Div. leges persoonsdocumenten., burgerlijke stand, rij/reisdocumenten 446 AD Hondenbelasting 282 4 Marktgelden 127 AD Precariorechten 99 4 Kermissen 56 11 Lijkbezorgingsrechten 59 AD Toeristenbelasting 76 AD Baatbelasting 27 * AD= Algemene dekkingsmiddelen ** Verloopt budgettair neutraal via de egalisatiereserve riolen resp. egalisatiereserve afvalverwerking. In de Tarievennota 2007 (raad oktober 2006) zijn de meest actuele tarieven, uitgangspunten en ontwikkelingen opgenomen, aan de hand waarvan o.a. de lokale lastendruk kan worden berekend. In de nota van toelichting bij de Tarievennota 2007 treft u tevens aan een vergelijkend overzicht van de woonlasten Parkstadgemeenten 2006. In de raad van december 2006 zijn overigens nog enkele mutaties

geweest met betrekking tot de tarieven 2007 van leges, parkeerbelasting en onroerend zaakbelasting. 3. Paragraaf weerstandsvermogen inclusief risicoparagraaf 3.1. Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft kort gezegd aan de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om onverwachte (niet begrote) kosten en risico s af te dekken. In de Financiële beheersverordening gemeente Kerkrade 2005" (raad november 2005) alsook in de Nota Reserves en Voorzieningen 2004 (raad juni 2004) zijn de kaders en het beleid rondom weerstandsvermogen, reserves en voorzieningen meer uitgebreid uiteengezet. In 1.2 is al kort ingegaan op de stand van reserves en voorzieningen. De reserves en voorzieningen in het algemeen en de algemene reserve in het bijzonder functioneren als buffer voor het opvangen van financiële risico s en incidentele tegenvallers. De hoogte van de algemene reserve ( 4,5 miljoen) is in overeenstemming met de opvattingen van de Provincie en de reservenota. De vrije ruimte van de reserve parkeerfonds exploitatie ( 2,7 miljoen na storting batig saldo 2006) vervult eenzelfde rol, net als de algemene reserve obk ( 1,3 miljoen) ten behoeve van onvoorziene risico s in de grondexploitatie. De meest actuele meerjarige stand van zaken m.b.t. exploitatie en investeringen treft u aan in de recente Voorjaarsnota 2007 (raad mei 2007). 3.2. Risicoparagraaf Tot slot geeft onderstaande risicoparagraaf nog inzicht in bekende bestaande (financiële) risico s die nog niet zijn afgedekt omdat deze nog niet redelijkerwijs in te schatten zijn, maar die wel het beeld van de financiële positie van de gemeente ultimo 2006 kunnen nuanceren. De reguliere financiele risico s zoals wijzigingen in wettelijke voorschriften, uit genomen besluiten of uit lopende procedures/bezwaarschriften of onderhandelingen worden zo goed mogelijk in de bedrijfsvoering ondervangen. - Open einde regelingen Door de gemeente worden een aantal regelingen uitgevoerd met een zogenaamd open-eind karakter. Voorbeelden hiervan zijn o.a. de Wet Voorziening Gehandicapten, Collectief Vraagafhankelijk Vervoer, de achtervangfunctie Waarborgfonds Sociale Woningbouw en leerlingenvervoer. Ten aanzien van diverse regelingen heeft de gemeente de vrijheid om de vergoedingsnormeringen van de regeling, voor volgend begrotingsjaar aan te passen als de beschikbare budgetten overschreden zijn of dreigen te worden. Bij een aantal regelingen heeft de gemeente deze vrijheid niet. De gemeente zal dan altijd haar aandeel moeten betalen. Onder de huidige Wet Werk en Bijstand (WWB) is bovendien de gemeente voor 100% (in plaats van 25%) verantwoordelijk voor de uitkeringen (inkomensdeel) en de kosten van reïntegratie (werkdeel), in samenhang met een open-einde constructie. Vanaf 2007 is sprake van een nieuw verdeelmodel van het landelijke macrobudget. Het is nog onduidelijk welke effecten dit uiteindelijk zal hebben op de Kerkraadse budgetten. Tevens laten de prognoses van het aantal bijstandsgerechtigden nogal wat schommelingen zien. Een toename heeft als direct gevolg dat de bijstandsverlening de gemeente meer geld gaat kosten. Daar waar dat mogelijk is zet de gemeente in op reïntegratie en uitstroom. De aantrekkende economie kan hierin ook een positieve rol spelen. Om de ergste schommelingen en onverwachte tegenvallers op te vangen is als achtervang de reserve FWI beschikbaar. De complexiteit en ondoorzichtigheid van de Europese wet- en regelgeving op het terrein van werkgelegenheidssteun en aanbesteding vormen in samenhang met de nog in ontwikkeling zijnde kaders en in het bijzonder de jurisprudentie in deze, een risico bij de boordeling achteraf over de rechtmatige besteding van het werkdeel FWI.

- Bedrijfsverzamelgebouw (BVG) Eind 2006 is een start gemaakt met de vorming van het bedrijfsverzamelgebouw. De verwachte realisatiedatum ligt in 2008. In de gekozen constructie zal de gemeente het pand huren van de exploitant en fungeren als onderverhuurder voor de partners die mede huisvesting zullen vinden binnen het nieuwe pand. Onzeker is nog of de gemeente, op basis van de werkelijke bezetting en de door te berekenen huurprijs, de investeringen en huurlasten in voldoende mate zal kunnen doorbelasten aan de deelnemende partners. - Algemene uitkering Kernpunt van de Maartcirculaire 2007 is de informatie over de nacalculatie van het accres van het uitkeringsjaar 2006. Een punt van zorg is de mogelijke doorwerking van de negatieve nacalculatie 2006 naar latere jaren. In dit kader meldt de circulaire dat de omvang van de uitkering 2007 afhankelijk zal zijn van ontwikkelingen en beleidsbeslissingen die in hun totaliteit nog niet zijn te overzien. Om die reden dient de besluitvorming over de Voorjaarsnota 2007 van het Rijk te worden afgewacht. In de komende mei- of junicirculaire zullen de gemeenten worden geïnformeerd over de aanpassingen die resulteren uit die besluitvorming. Dan wordt ook het meerjarig effect van de nacalculatie weergegeven. - Grondexploitatie Door verkoop van gemeentegrond voor woningbouwontwikkeling en door uitgifte van bedrijfsterreinen genereert het Ontwikkelingsbedrijf Kerkrade (OBK) opbrengsten voor de reserve grondexploitatie OBK. Verder worden op basis van de beheersvoorschriften door het OBK bij iedere grondexploitatie (ook indien het geen gemeentegrond betreft) gemeentelijke bijdragen geïnd (ter dekking van wijkontwikkelingsplannen, interne gemeentelijke kosten, en voorbereidings- en toezichtskosten). De reserve grondexploitatie OBK kent evenwel een dynamisch karakter. Op basis van het woningbouwontwikkelingsprogramma (jaarlijks vastgesteld in de grondnota) worden ramingen aangegeven van de te genereren opbrengsten uit de woningbouwprojecten (verkoop gemeentegrond en inning gemeentelijke bijdragen). Daarnaast wordt een inschatting gemaakt van de verkoop van de bedrijfspercelen. Het probleem is echter dat de inning van deze opbrengsten beïnvloed wordt door diverse factoren: Vertragingen in juridische procedures van projecten door bezwaarschriften. Grondverkopen stagneren dan, omdat de bestemming nog niet formeel is gewijzigd. In het verlengde hiervan is de afgelopen maanden eveneens forse vertraging in juridische procedures ontstaan, doordat de regionale woonvisie en het regionale woningbouwprogramma niet gereed waren. Om deze reden kon er geen verklaring van geen bezwaar van de Provincie worden gekregen in het kader van art. 19 WRO-procedures, en kon de bestemming niet formeel worden gewijzigd. De verkoop van bedrijfspercelen en vrije sectorkavels is sterk conjunctuur-afhankelijk. De dislocaties van de Campus en de Brede School zijn herbestemd voor de uitgifte van vrije kavels c.q. projectbouw. Door diverse omstandigheden bleken de locaties later beschikbaar te komen c.q. later te kunnen worden herontwikkeld. In de praktijk houdt e.e.a. in dat het verloop van de reserve grondexploitatie OBK periodiek moet worden bijgesteld. De afgelopen jaren heeft de gemeenteraad besluiten genomen over de afdekking van majeure investeringen uit de reserve OBK. Deze besluitvorming vond echter plaats terwijl de ontwikkelingsgronden nog niet verkocht waren, zelfs ten dele nog niet beschikbaar waren (dislocaties Campus en Brede School). Hiermee ontstond een grote druk binnen het OBK om de geraamde opbrengsten te behalen. Eind 2006 is het onmogelijk gebleken om de geprognotiseerde grondverkopen te realiseren. De reserve grondexploitatie OBK mag aan het einde van het boekjaar echter niet negatief worden afgesloten. In dit verband is het negatief saldo in het verloop van de reserve OBK afgedekt uit het parkeerfonds exploitatie voor in totaal 1, 8 miljoen, zodat de reserve grondexploitatie OBK kon worden afgesloten met een positief saldo. Voor de periode 2007 2011 dient het OBK in totaliteit uit de grondexploitaties een resultaat te behalen van circa 7,3 miljoen. Met dezelfde risico-factoren als in de voorgaande periode gaat het ook hier slechts om ramingen. Het risico wordt thans zelfs verder vergroot door de regionale woonvisie. Juridische procedures liggen de komende maanden zeker stil. Naar verwachting kan pas medio 2007 duidelijkheid

worden verschaft. Het risico is daarbij aanwezig dat projecten niet voldoen aan de selectiecriteria, zodat planaanpassingen noodzakelijk zullen zijn! Concreet gaat het om de volgende projecten voor 2007-2011: West: Locht, Pastoor Theelenstraat, Heistraat, Lupinestraat-Anemonenstraat, Op de Knip, St. Martinusstraat Centrum: Bergstein, Marktstraat 6-10, Nassaustraat, Old Hickoryplein, Rolduckerstraat, Smedenstraat, Teutelebroekstraat/Kerkvoetpad, Vrije Academie Oost: Dir. van de Muhlenlaan, Hoek Toupsbergstraat/Kaffebergsweg, Kaffebergsweg, Socioproject - Woonvisie Omdat per 1 januari 2006 het bestaande beleid van het Regionaal Volkshuisvestingsplan (RVP) 2000-2005 afliep, zijn (uiteindelijk) op 11 december 2006 nieuwe regionale afspraken gemaakt, opgenomen in de Regionale Woonvisie op Hoofdlijnen Parkstad Limburg 2006-2010. Als gevolg van een duidelijke krimp van de bevolking, met name in Kerkrade, zullen in deze periode veel minder woningen netto aan de woningmarkt toegevoegd kunnen worden dan dat hierin aan plannen is voorzien. Selectie en prioritering in deze overmaat aan plannen in combinatie met het geven van een kwaliteitsimpuls aan het wonen in Parkstad is dé opgave waar deze Regionale Woonvisie richting aan moet geven middels het opstellen van een woningbouwprogrammering voor de periode 2008 t/m 2010. Het risico voor de gemeente zal zijn dat nog slechts een beperkt aantal woningen netto aan de lokale woningmarkt kunnen worden toegevoegd, in ieder geval veel minder dan waarvan in de bestaande plannen is uitgegaan. Deze ontwikkeling kan grote financiële gevolgen hebben, waarbij te denken valt aan het achterblijven van ingeplande inkomsten, het mogelijk moeten vergoeden van schadeclaims, etc. 4. Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen In de openbare ruimte bevindt zich een aantal kapitaalgoederen die door de gemeente onderhouden moeten worden. De belangrijkste worden hieronder toegelicht. Meer verantwoordingsinformatie m.b.t. het onderhoud aan kapitaalgoederen treft u aan bij programma 11 (beheer). Wegen Sinds 1992 wordt gebruik gemaakt van een wegenbeheerssysteem. De gegevens uit het wegenbeheerssysteem zijn gebruikt om een wegenbeheersplan op te stellen. Doel van het wegenbeheersplan is om verantwoord te kunnen sturen op de uitvoering van het beheer en onderhoud van de openbare verharding. Met behulp van het wegenbeheersplan kunnen o.a. prioriteiten worden gesteld ten aanzien van noodzakelijk onderhoud en kan worden gesignaleerd wanneer de minimale kwaliteit wordt onderschreden en wanneer op basis van afschrijvingen en slijtage investeringen noodzakelijk zijn. In 2006 is het wegenbeheersplan geactualiseerd voor de periode 2007-2010. Dit is in maart 2007 in het college toegelicht. Riolering / water Het Gemeentelijk Riolerings Plan (GRP) is een belangrijk hulpmiddel voor het maken van de juiste afwegingen op het terrein van bodembescherming, waterkwaliteit en rioleringszorg. In 2001 heeft de raad het GRP voor de periode 2002-2006 vastgesteld. In dit plan is onder meer omschreven op welke wijze de onderhoudstoestand van het riool zal worden verbeterd en wat de gevolgen hiervan zijn voor de tarieven voor de burger. In mei 2006 is ingestemd met de jaarlijkse evaluatienota Gemeentelijk Rioleringsplan 2002-2006, waarin de stand van zaken ten aanzien van basisinspanning, de overname bergbezinkbassins en toekomstige werkzaamheden is weergegeven. In 2006 is de Europese Kaderrichtlijn Water van kracht geworden. Doelstelling van de richtlijn is te bewerkstelligen dat in 2027 de wateren schoon zijn. Welke maatregelen de gemeente Kerkrade zou dienen te treffen om aan de richtlijn te voldoen is eind 2007 bekend. In een later stadium zal worden bepaald wat daadwerkelijk wordt uitgevoerd en wie de kosten draagt. De lasten van de rioleringszorg worden gedekt uit de rioolrechten (zie ook de tarievennota 2007).

Groen Het actuele groenbeheerplan op basis van beeldkwaliteiten wordt gebruikt voor het opstellen van de groencontracten en het beheer van het openbaar Groen. Op grond van een Europese aanbesteding is het onderhoud van het stedelijk groen voor de periode 2007-2010 gegund aan Licom-groen. Om de kwaliteit van het groen op peil te houden wordt jaarlijks een beperkt bedrag geïnvesteerd in renovaties. Gebouwen De waarde en het optimale gebruik van de gemeentelijke gebouwen wordt o.a. bepaald door de onderhoudstoestand waarin deze verkeren. Ten behoeve van een juist inzicht in de onderhoudsgegevens wordt gebruik gemaakt van een meerjaren onderhoudsplanning. Deze gegevens worden jaarlijks of twee jaarlijks visueel gecontroleerd. In meerjarenperspectief levert dit een actueel beeld van de benodigde financiële middelen. Met behulp van een adequate planning wordt het mogelijk gemaakt een jaarplan preventief onderhoud te vervaardigen en na goedkeuring van het college in uitvoering te nemen. 5. Financieringsparagraaf (treasury) De verplichte treasuryparagraaf bevat een beleidsmatige benadering van de treasuryfunctie en de plannen en uitkomsten dienaangaande. De paragraaf dient risicobeheer en gemeente-financiering meer transparant te maken. In de staten en bijlagen van de jaarrekening 2006 worden de opgenomen en verstrekte leningen en het aandelenbezit op detailniveau uitgediept. 5.1. Risicobeheer Het risicobeheer betreft in het bijzonder de hierna volgende risico s. Renterisico op vlottende schuld (kasgeldlimiet) Ter beperking van het renterisico op de netto vlottende schuld is het gemeenten niet toegestaan om onbeperkt in de financieringsbehoefte te voldoen door het aantrekken van kort geld. De toegestane netto vlottende schuld wordt bepaald door de kasgeldlimiet. Voor het jaar 2006 is de kasgeldlimiet voor de gemeente Kerkrade als volgt berekend : a. omvang van de jaarbegroting per 1-1-2006 111,8 miljoen b. bij ministeriële regeling vastgestelde percentage 8,5 % Kasgeldlimiet voor 2006: (a) x (b) afgerond 9,50 miljoen De toets aan de kasgeldlimiet vond kwartaalsgewijs plaats door het verschil te bepalen tussen de werkelijke netto vlottende schuld en de kasgeldlimiet. De provinciale toezichthouder is telkens van de uitkomst op de hoogte gesteld. In het eerste kwartaal ontwikkelde de gemiddelde vlottende schuld zich licht boven de kasgeldlimiet. Om structurele overschrijding tegen te gaan is ter consolidatie een vaste geldlening aangetrokken. In de overige kwartalen was geen sprake van overschrijding van de limiet. Rente risico op vaste schuld (renterisiconorm) Het instrument dat de Wet Fido geeft om de renterisico s van opgenomen langlopende geldleningen in beeld te brengen en te analyseren is de renterisiconorm. Het model daarvoor is door het rijk aangereikt. De norm geeft een kader voor een zodanige opbouw van de leningportefeuille dat het renterisico door rente-aanpassing en herfinanciering van geldleningen wordt beperkt. Bij een evenwichtige opbouw van de portefeuille wordt het risico op de vaste schuld gespreid over jaren. Van een evenwichtige opbouw is voorts sprake als niet in enig jaar een onevenredig deel aan herfinanciering onderhevig is. In navolgend overzicht wordt de relatie gelegd tussen renterisico en renterisiconorm. Omschrijving 2006 1a. Renteherziening op vaste schuld o/g - 1b. Renteherziening op vaste schuld u/g - 2. Netto renteherziening vaste schuld (1a - 1b) -

Omschrijving 2006 3a. Nieuw aangetrokken vaste schuld 11.000 3b. Nieuw verstrekte lange leningen - 4. Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a - 3b) 11.000 5. Betaalde aflossingen (regulier) 3.993 6. Herfinanciering (laagste van 4 en 5) 3.993 7. Rente risico op vaste schuld (2 + 6) 3.993 Rente risiconorm 8. Stand vaste schuld per 1-1-2006 (excl. woningbouw) 69.634 9. Bij ministeriele regeling vastgestelde percentage 20% 10. Rente risiconorm (8 x 9) 13.927 Toets rente risiconorm 10. Rente risiconorm 13.927 7. Rente risico op vaste schuld 3.993 Ruimte (+) / overschrijding (-) (10-7) + 9.934 Het overzicht toont aan dat de gemeente in zeer ruime mate voldoet aan de norm. De actuele leningportefeuille bevat geen leningen waar rente-aanpassing op termijn aan de orde is. Dit betekent dat ook in structureel opzicht aan de norm wordt voldaan. Kredietrisico s Het betreft kredietrisico s op door de gemeente aan derden verstrekte gelden. Het volgende overzicht geeft inzicht in partijen en restantschuld ultimo 2006. Partijen (kredietrisico s) Schuld % woningverenigingen 2.375 49,66 EBC 388 8,11 Kredietbank Limburg 173 3,62 georganiseerde sport 836 17,48 Botanische Tuin 100 2,09 Gaia Park 908 18,98 overige 3 0,06 Totaal 4.783 100,00 De verstrekte geldleningen conflicteren niet met de uitgangspunten van de Wet Fido. Er is momenteel geen sprake van achterstanden op verplichtingen. Koers- en valutarisico s Van koersrisico s is sprake als de financiële activa van de gemeente in waarde verminderen door negatieve koersontwikkelingen. Meer in het bijzonder gaat het dan om de vaste financiële activa die enerzijds bestaan uit aan derden verstrekte leningen. Deze zijn reeds eerder behandeld bij het onderdeel kredietrisico s. Anderzijds gaat het om aandelenbezit en deelnames. Deze worden nader behandeld in de paragraaf verbonden partijen. De gemeente verricht slechts transacties in euro s, waardoor van valutarisico s geen sprake is. 5.2. Gemeentefinanciering Hierna worden enige aspecten van gemeentefinanciering nader uiteengezet. Leningenportefeuille Onderstaand overzicht verschaft inzicht in de samenstelling, grootte, de rentegevoeligheid van opgenomen leningen alsmede mutaties als gevolg van nieuwe leningen, uiteraard voor zover aan de orde.

Leningen (excl.woningbouw) bedrag % stand per 1-1-2006 69.634 gem. 4,815 bij: nieuwe leningen 11.000 3,798 af: reguliere aflossingen 3.993 af: vervroegde aflossingen 0 bij: herfinanciering 0 stand per 31-12-2006 76.641 gem. 4,743 Uitzettingen Het gaat hierbij om uitzettingen korter dan een jaar. Ze hebben tot doel optimaal rendement uit een incidentele overliquiditeit te halen. In het rekeningjaar 2006 hebben geen korte-termijn-transacties plaatsgevonden. Relatiebeheer De gemeente onderhoudt rekeningen bij meerdere banken. In de eerste plaats valt te noemen de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, waar tevens een kredietfaciliteit van ruim 5,7 miljoen beschikbaar is. Bij de ING-groep, met gescheiden rekeningen voor ING Bank en Postbank, bedraagt het mogelijke kredietvolume 1,1 miljoen. Daarnaast is er omwille van invorderingsstrategische overwegingen een rekening in Duitsland. Duitse cliënten betalen dan makkelijker. Met name met de B.N.G. vond regelmatig overleg plaats inzake optimalisering van bestaande producten, nieuwe producten, en het niveau van de dienstverlening. Kasbeheer Kasbeheer regelt het beheer van saldi en liquiditeiten en zoveel mogelijk de sturing van middelenstromen. Doel is het optimaliseren van het renterendement. Daarbij worden de volgende korte-termijnproducten gebruikt: rekening-courant-krediet, dag- en kasgelden. Additionele aandachtspunten zijn de beperking van het contante geldverkeer en de promotie van elektronische betaalvormen. Organisatie Verantwoordelijkheden, bevoegdheden en overige in het treasurytraject aan de orde zijnde spelregels zijn in het treasurystatuut opgenomen. Dit statuut maakt deel uit van de Financiële beheersverordening gemeente Kerkrade 2005" ex. art.212 GW (raad oktober 2005). Informatievoorziening Ten behoeve van de treasuryfunctie wordt zowel van interne als externe informatie-systemen gebruik gemaakt. Bij de externe informatievoorziening is een prominente rol voor BNG-dataservices en BNG-online weggelegd. De efficiency en informatiewaarde van de systemen wordt regelmatig geëvalueerd. 6. Paragraaf bedrijfsvoering 6.1. Financieel beleid en beheer De kaders rondom financieel beleid, financieel beheer en organisatie, accountantscontrole en de doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken zijn door het college vastgesteld in de Financiële beheersverordening 2005 (art.212, raad oktober 2005), resp. de Controleverordening 2003 (art.213, raad september 2003) en resp. de Onderzoeksverordening (art.213a, raad september 2003). In de Controleverordening is het bij de controle te hanteren normenkader in hoofdlijnen vastgelegd. Ter voorbereiding en ondersteuning van de accountantscontrole moet de gemeenteraad echter nog een aantal zaken nader regelen in een controleprotocol. Als gevolg van nieuwe ontwikkelingen met betrekking tot het begrip rechtmatigheid is het in december 2005 vastgestelde controleprotocol vervangen door het geactualiseerde Controleprotocol voor de accountantscontrole op de jaarrekening van de gemeente Kerkrade 2006 (raad maart 2007).

Er zijn in 2006 geen formele art.213a-onderzoeken uitgevoerd door het college. Momenteel wordt bezien in hoeverre vorm kan worden gegeven aan het opstellen van een onderzoeksplan. Daarbij worden ook reeds geplande onderzoeken betrokken, hoewel deze op dit moment wellicht nog geen formeel 213A -label hebben, maar dat inhoudelijk wel kunnen zijn. 6.2. Dualisme De Gemeente Kerkrade heeft met de vaststelling van de verordening rekenkamercommissie in december 2005 voldaan aan alle wettelijke verplichtingen ten aanzien van het dualisme. In 2006 hoefden op dit punt dan ook geen activiteiten ondernomen te worden. In 2006 is er aandacht geschonken aan het verder optimaliseren van het dualisme in de praktijk. Een aantal zaken heeft betrekking op het stellen van prioriteiten door de raad en het inrichten van de programmabegroting (zie onderdeel planning en control). Daarnaast heeft er na de verkiezingen van maart 2006 een introductieprogramma plaats gevonden voor de nieuwe raad. 6.3. Bedrijfsvoering Hierna komen enkele onderwerpen met betrekking tot de gemeentelijke bedrijfsvoering aan de orde. Integriteit Sedert 1 maart 2006 is de wet van 22 december 2005, houdende wijziging van de Ambtenarenwet en enkele andere wetten in verband met goed ambtelijk handelen, goed werkgeverschap en algemene regels over integriteit inwerkinggetreden. Hierna worden de belangrijkste wijzigingen in de ambtenarenwet (AW) genoemd. Zowel het bevoegd gezag als de ambtenaar zijn verplicht zich als een goed werkgever te gedragen. Hier doelt men op de plicht van de overheidswerkgever om ervoor zorg te dragen dat ambtenaren niet onnodig worden blootgesteld aan integriteitrisico s en verleidingen. De werkgever dient de werknemer daartegen te beschermen. Daar hoort ook de zorg voor de cultuur van de organisatie en de voorbeeldrol van de leidinggevenden bij. Het bevoegd gezag is verplicht een integriteitsbeleid te voeren dat is gericht op het bevorderen van goed ambtelijk handelen en dat in ieder geval aandacht besteedt aan het bevorderen van integriteitsbewustzijn en het voorkomen van misbruik van bevoegdheden, belangenverstrengeling en discriminatie. Ten tweede dient de werkgever ervoor te zorgen dat het integriteitsbeleid een vast onderdeel uitmaakt van het personeelsbeleid. Op de derde plaats draagt de werkgever zorg voor de totstandkoming van een gedragscode voor goed ambtelijk handelen. Ten vierde stelt het college in overeenstemming met de raad vast op welke wijze jaarlijks verantwoording wordt afgelegd over het gevoerde integriteitsbeleid en over naleving van de gedragscode. Het bevoegd gezag is verplicht een aantal voorschriften vast te stellen betreffende de verplichte eed of belofte bij aanstelling, de melding, registratie, eventuele openbaarmaking en verbod nevenwerkzaamheden, de melding van financiële belangen en bezit van transacties in effecten en een procedure voor het omgaan met vermoedens en misstanden. In Kerkrade zijn al veel van bovengenoemde verplichtingen nagekomen. Voorbeelden zijn: de nota sociale veiligheid (1997), de klokkenluidersregeling (2002), de vaststelling van een gedragscode en de invoering van de verplichte ambtseed of belofte (2003) en de periodieke aandacht voor integriteit bij functionerings- en beoordelingsgesprekken (2006). In de loop van 2007 zullen de overige punten nader opgepakt en uitgewerkt worden. In regionaal verband en Parkstadverband wordt op het gebied van integriteit sedert medio 2005 samengewerkt. Basisnormen De minister van Binnenlandse zaken heeft afspraken gemaakt over de invoering van basisnormen die aangemerkt worden als noodzakelijke elementen van een volwaardig integriteitsbeleid. Met de minister is afgesproken dat alle basisnormen eind 2006 zullen zijn geïmplementeerd. In 2007 brengt het college volgens een gegeven standaard aan de raad rapportage uit over de getroffen integriteitsmaatregelen en voorzieningen. In de loop van 2007 wordt met de koepelorganisaties gezamenlijk geëvalueerd of de doelen zijn bereikt en met name of de overheidsorganisaties zelf voldoende in staat zijn om het eigen integriteitsbeleid te monitoren.

Scholing en vorming Leidinggevenden moeten het voorbeeld geven en als eersten invulling geven aan integriteitsbeleid. Daarom is ervoor gekozen de leidinggevenden als eerste te laten scholen en vormen. Deze trainingen hebben eind 2006 plaatsgevonden. Doelstellingen van de training waren: integriteit en moreel oordelen, integriteit in het dagelijks werk, het onderzoeken van moreel lastige werksituaties en het managen van integriteit. Risico-management Risicomanagement is, voor zover aan de orde, ingebed in de reguliere werkprocessen van de organisatie, waarbij sectoraal invulling wordt gegeven aan deze lijnverantwoordelijkheid. In de daarvoor bestemde ambtelijke gremia wordt periodiek aandacht besteed aan de wijze van monitoring van de risico s van het dagelijks handelen. Organisatie-ontwikkeling en Human Resource Management Het brede spectrum van personeelsinstrumenten wordt jaarlijks aangepast aan de ontwikkeling van de organisatie. Na voorgaande jaren van uitstroom en formatiereductie is de aandacht gericht op het behoud en het binden van het huidige personeelsbestand. Gezondheidsmanagement en vitaliteitmanagement staan hoog op de agenda en zijn gekoppeld aan de doorontwikkeling van personele competenties. Scholing en vorming zullen worden geïntensiveerd. Leeftijdsbewust personeelsbeleid staat voor een totaalvisie om in te spelen op de verschillende fasen van de te onderscheiden doelgroepen medewerkers in onze organisatie. Lokaal en regionaal is ook in 2006 geparticipeerd in werkgroepen en projecten om kennis te bundelen en acties voor komende jaren te benoemen of te stroomlijnen. Landelijke ontwikkelingen en trends worden vertaald naar lokaal beleid waarbij op basis van samenwerking toekomstige uniformering en harmonisering van arbeidsvoorwaarden en personele instrumenten nagestreefd wordt. Integriteitbeleid en informatiebeleid zijn dimensies die een aanzienlijke impact zullen hebben op veranderende processen binnen onze organisatie. De Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (Wopt) verplicht om topinkomens openbaar te maken die hoger zijn dan het gemiddelde ministersalaris. Dit is in de gemeente Kerkrade niet het geval. De analyse van de kostenplaatsen/indirecte kosten gaat tevens in op de personele kosten. Tevens is informatie opgenomen in de afzonderlijke Staten en bijlagen bij de jaarrekening 2006. Inkoop en aanbestedingen De evaluatie van het aanbestedingsbeleid heeft in 2006 onder druk gestaan van de impact van allerlei Europese en nationale wetgeving en jurisprudentie m.b.t. het aanbestedingsbeleid. De betekenis en de vertaling van deze ontwikkelingen voor de eigen gemeentelijke inkoop- en aanbestedingspraktijk heeft een groot gedeelte van het jaar centraal gestaan. Overigens leert de praktijk van deze wetgeving en jurisprudentie dat de eigen beleidsvrijheid van gemeenten op dit terrein steeds verder ingekaderd wordt. Daarnaast heeft gerichte advisering en ondersteuning van het ambtelijk apparaat veel aandacht gevergd. Vanaf het 4 e kwartaal van 2006 is de evaluatie weer ter hand genomen en zal deze in april 2007 gereed komen. In 2006 is veel aandacht besteed aan kennisoverdracht op het terrein van inkoop en aanbesteden. In eerste instantie in de vorm van een training voor een grotere groep ambtenaren gericht op bewustwording en in het vervolg door middel van casusgerichte workshops voor een kleinere groep direct betrokken ambtenaren en voor het bestuur. Deze casusgerichte workshops zullen een jaarlijks terugkerend karakter krijgen.

Planning en control In 2006 zijn twee ontwikkelingen vanuit de raad gestart die van invloed zijn op de planning en controlcyclus. Zo is er een aanvang gemaakt met het vormgeven van de zogenaamde raadsagenda. In deze agenda worden door de raad de onderwerpen aangegeven die bijzondere aandacht verdienen. Naast de selectie van de onderwerpen worden deze ook in de tijd weggezet en worden afspraken gemaakt over de wijze waarop deze onderwerpen behandeld zullen worden. Daarnaast is op basis van het rapport van de rekenkamercommissie Kerkrade Doelen aan de horizon, een andere kijk op de programmabegroting (onderschreven door de raad in de vergadering van december 2006) een werkgroep met uitwerking van de aanbevelingen van dit rapport aan de slag gegaan. Doel is binnen de begroting prioriteiten te stellen die aan de hand van een doelenboom en de SMARTprincipes uitgewerkt worden. Voor de overige onderwerpen worden vervolgens rapportagekaders afgesproken. Facilities, informatie- en communicatietechnologie De voorgenomen ICT samenwerking is afgeslankt en betreft nog 5 partijen. Het tweede deel van 2006 is gebruikt om te inventariseren in hoeverre samenwerking nog zinvol kan zijn. In het eerste kwartaal van 2007 dient duidelijkheid te worden geschapen omtrent verdere doorontwikkeling van ICT-Parkstad Limburg. Daarnaast is 2006 gebruikt om een informatiebeleidsplan op te stellen. Accordering door het college vindt plaats in het tweede kwartaal van 2007. Documentaire Informatie verzorging Het jaar 2006 stond vooral in het teken van de overgang naar een nieuwe versie van het postregistratieen archiefbeheerpakket Corsa. De nieuwe versie van Corsa heeft meer (zoek-)mogelijkheden, is gebruikersvriendelijker, oogt moderner en meer in lijn met overige in gebruik zijnde windowsapplicaties. Daarnaast biedt het pakket ook alle mogelijkheden van een volwaardig document management systeem waarmee de groeiende stroom aan digitale documenten beter beheerd kan worden. De volledige implementatie van de nieuwe versie was eind 2006 echter nog niet afgerond: kinderziektes dienen te worden verholpen en werkprocessen dienen organisatiebreed te worden gesynchroniseerd. Een goed ingericht en functionerend postregistratie- en archiefbeheerpakket is de basis voor de verdere uitwerking van het gemeentelijk documentair structuurplan. De inzichten over de rol van documentaire informatie verzorging in een administratieve organisatie zijn de laatste jaren aan verandering onderhevig. De traditionele rol als postregistrator en archiefbeheerder maakt plaats voor een meer pro-actieve rol op het terrein van advisering, audit en control inzake de kwaliteit van afhandeling van administratieve processen. Als gevolg hiervan komt het onderwerp geregeld terug op de agenda van management en bestuurders. Deze omwenteling is een groeiproces. De geplande implementatie van een digitale contractenbank (intern) en beschikbaarstelling van de verordeningen via internet zijn in 2006 gerealiseerd. Management-development traject Inmiddels heeft dit voormalige aspect van het verbeterplan bedrijfsvoering een zelfstandige positie ingenomen als onderdeel van het HRM-beleid. Naast de relevante thema s die concernbreed de aandacht krijgen zullen in 2006 aangezette specifieke sectorgerichte aandachtsgebieden in 2007 de boventoon voeren. De te onderscheiden managementteams doorlopen maatwerktrajecten die gericht zijn op sturingsprincipes en managementontwikkeling. Waar mogelijk vindt verbreding plaats naar sleutelfiguren in de organisatie die nauw betrokken zijn bij de sturing en de strategische processen in de organisatie. Werkzaamheden worden regelmatig anders ingericht en vereisen een flexibele en soms projectmatige inzet van medewerkers. Het inspelen en omgaan met die veranderingen komt overeen met het managen van weerstanden. Het managen van integriteit en de persoonlijke ontwikkeltrajecten van medewerkers vormen een specifiek speerpunt binnen het traject.