10. Wat een hoge flat!

Vergelijkbare documenten
ontdekken de kinderen hoe een regenboog ontstaat en maken daarbij aantekeningen.

bedoeld wordt met hoeveelheidbegrippen als: alle, geen, niets, veel, weinig, meer, minder, evenveel. Ordent hoeveelheden om ze te Groep 1 Groep 2

maken de kinderen vogelnestjes die zij in de dierenhoek kunnen gebruiken.

10. Rondleiding in het museum

maken de kinderen een elfje, een gedicht met 11 woorden, rondom dit thema.

Tussendoelen Ontluikende gecijferdheid (inclusief logisch denken vanaf 3;6 jaar)

2. Sil en Lis op safari

LES: Getallenfabriek 2

Samen een dierentuin nabouwen. Deze les levert een bijdrage aan het kerndoel: 1 De leerlingen leren hoeveelheidbegrippen gebruiken en herkennen

16. Luister naar wat ik vertel

richten de kinderen het restaurant bij de safarihoek in en hebben een gesprek.

LES: Getallenmuurtje. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Kies twee blokjes (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

maken de kinderen een lijst om hun schilderij. De focus ligt daarbij op het passen en meten.

maken de kinderen een waterorgel en laten elke lettergreep uit een lied horen op dit orgel. Groep 1 Groep 2 samengestelde woorden in

Leerlijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip - 0

gaan de kinderen op ontdekkingstocht langs de verschillende dieren van de boerderij en beantwoorden hun eigen vragen.

Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (MET extra doelen) - versie augustus Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

Tussendoelen Cognitieve ontwikkeling

LES: Snelle sommen. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

Leerlijn en tussendoelen rekenen groep 1 en 2 basisonderwijs* 1

- een lege verpakking van drie ijsjes - eventueel zes ijsstokjes en vijf poppetjes

Ontwikkelschema Rekenen Groep 1

Leerlijnen peuters en jonge kind (MET extra doelen) - versie juli Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip. Tellen en getalbegrip-stap 1

Getallen: omgaan met de telrij

LES: Snelle sommen 2. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Snelle stappen (zie p. 5) potlood, 2 verschillende kleurpotloden, gum AFBEELDING SPELLETJE

en zelfbeeld Lichamelijke ontwikkeling Lesdoelen: Werkvormen: Benodigdheden: Kinderboeken: Les 1: Wie ben ik Lesoverzicht

2. Puzzelen naar 5 december grote groep

Ontwikkelingslijnen 0-4 jaar (MET extra doelen) - versie januari Naam kind. Rekenen Tellen en getalbegrip

LES: Betaal gepast 2. inzicht ontwikkelen in deelbaarheid en factoren van getallen. BENODIGDHEDEN Per leerling

Veilig leren lezen Aftelkalender Sinterklaas: hoeveel nachtjes slapen nog? - Versie 2013

- Duploblokjes en legoblokjes (nodig bij het oplossen van de rekenvraag)

1. Hele getallen/ Tellen en getalbegrip. Peuters BP MP EP. Streefdoelen/ leerlijn Rekenontwikkeling (peuters)

In het thema Geen troep op de stoep kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

15. Luister eens wat ik vertel!

Mentor Datum Groep Aantal lln

verzinnen de kinderen rijmwoorden of woorden met eenzelfde begin- of eindrijm tijdens een spel met sneeuwballen van papier.

getallen Klassikale instructie Introductie getallenlijn tot en met Doel: de getallen op de getallenlijn t/m 20 plaatsen

LESBRIEF. Samenvatting: Bij dit boek horen diverse bijlagen: thema s: Ben jij ooit naar een neuzenfeest geweest?

10. Knutselen voor de verteltafel

LES: Eerlijk verdelen

Thema: Wat gebeurt er in 2014? Handleiding en opgaven niveau AA. Opgave 1: Samen

Ouderbijeenkomst Rekenen. Procenten, kommagetallen en breuken

Bee-bot lessen Introductie in de klas

Vincent-stripverhaal MAKEN VOELEN SAMENWERKEN KIJKEN. Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

LES: Toverboek 2. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Tover een getal (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

In het thema Sil plukt appels kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

Tussendoelen rekenen-wiskunde voor eind groep 2

In het thema In elke hoek een boek! kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan bijvoorbeeld de volgende doelen:

LES: Betaal gepast. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Munten of briefjes (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

1. Een stempelkaart maken

LESBESCHRIJVINGSFORMULIER

LES: Wie van de drie? 2

Dit stappenplan is ingevuld door:

LES: Vier op een rij. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Vier op een rij (zie p. 5) kleurpotloden, potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

LES: Post. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad Postzegels (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

LES: Vallende sommen. BENODIGDHEDEN Per leerling werkblad "Groter of kleiner" (zie p. 5) potlood en gum AFBEELDING SPELLETJE

Getallen. 1 Doel: getallen plaatsen op de getallenlijn. 2 Doel: getallen invullen op het 60-veld. 3 Doel: 5-structuur aangeven.

LES: Vallende sommen 3

Optellen van twee getallen onder de 10

BLOKMENU BLOKLESSEN. halfslagsymmetrie. 2 De wereld in getallen groep 4 Handleiding Malmberg 's-hertogenbosch. toetsboek. werkboek

De leerlingen leren omgaan met gevoelens van zichzelf en anderen, met name gevoelens die horen bij hun leeftijd.

Werken aan getalinzicht voor kleuters 2

Herkent en gebruikt begrippen oppervlakte. aansprekende context bedoeld. omtrek en oppervlakte in kort, groot, klein, breed, smal,

Routeboekje. bij Pluspunt. Groep 4 Blok 1. Van...

7. Wij gaan op safari

herkent dagelijkse routines en weet dat er een activiteit volgt (bijv. het zien van de slaapzak: het is tijd om te slapen, pakt de knuffel)

LES: Getallenmuurtje 2

In het thema Sil redt het koraal! kunt u in dagelijkse situaties ook aandacht besteden aan de volgende doelen:

06. Medicijnen voor de apotheek

DOCENT. Thema: water DROOG NAAR DE OVERKANT. groep 3 en 4. Stadshagen

spelen de kinderen als apen in het speellokaal en zwaaien daarbij aan ringen of touwen.

LES: Wie van de drie?

5. De ijskraam van Sil

Activiteit Doel Beschrijving doel Planning Uitvoering

De inrichting van de speelleeromgeving bij Het huis van

Aanpassingen Leer- en ontwikkelingslijnen jonge kind (4-7 jaar)

Sinterklaas, weet je de weg?

Deze activiteit levert een bijdrage aan het kerndoel: 1 De leerlingen leren hoeveelheidbegrippen begrijpen en herkennen

LES: Groepjes maken 2

Thema: Ramadan. Handleiding en opgaven niveau A2. Opgave 1: Samen

Zonkinderen Suggesties bij kern 5 Verhalen & vertellingen

Schattend rekenen Maatkennis over gewichten Gebruik van referentiematen. Per tweetal: kopieerblad Lift een groot vel papier

8. Warme choco. Tijdens deze activiteit: Taal Mondelinge taalvaardigheid. Rekenen Meten Groep 1 Groep 2. pagina 1 van 6

Leerlijnen peuters en jonge kind (ZONDER extra doelen) - versie mei Naam leerling. Rekenen Tellen en getalbegrip

Onderdeel nummer 5 Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen

Spelling: de verdubbelaar

optellen 1 Doel: plaats bepalen op de getallenlijn 2 Doel: optellen met de rekentekens + en 3 Doel: optellen van concreet naar abstract Herhalen

maken de kinderen een dierenmasker en kruipen in de huid van het dier dat op het masker staat.

Tellen 1,2,3,4,5,6,7,8,9, Hoeveel blokjes tel je? Wijs het juiste cijfer aan

Jongens en meisjes. Benodigheden. Lesdoelen. Begrippen. Jongens, meisjes, lichaam, piemel, vagina, seksestereotiep

De inrichting van de speelleeromgeving bij Sil op safari. Het safaripark met restaurant

Kansen grijpen en kansen creëren

Van observatie naar overdracht

Meedoen met het Sinterklaasjournaal

Maak zelf geld. Lesvoorbereiding. Verwondering. Kennis

Uitleg bij de spellingskaartjes.

Transcriptie:

10. Wat een hoge flat! Tijdens deze activiteit: bekijken de kinderen verschillende soorten huizen en ze bouwen flats in de bouwhoek. Inrichting speelleeromgeving Deze activiteit start bij het digibord. Hierna gaan de kinderen een flat bouwen in de bouwhoek. Rekenen Getallen Groep 1 Groep 2 Omgaan met hoeveelheden Zegt in betekenisvolle (evt. uitgespeelde) contextsituatie bij aantallen t/m 10 wat er gebeurt als één erbij komt en één eraf Lost eenvoudige optel- en aftrekproblemen in dagelijkse contexten (handelend) op onder ten minste 12. gaat (of één meer of één minder). Representeert hoeveelheden tot en met ten minste 10 met bijv. vingers, streepjes, stippen. Rekenen Meetkunde Groep 1 Groep 2 Construeren Bouwt iets eenvoudigs na met blokjes. Bouwt constructies die als voorbeeld gebouwd zijn na. Bouwt eenvoudige constructies na vanaf een tekening of foto. de flat (hoog, de lift, de verdieping, wonen) de deurbel de boerderij de brievenbus de molen pagina 1 van 8

het filmpje http://www.schooltv.nl/video/huisje-boompje-beestje-zo-woon-ik/ foto s van een flatgebouw, van de vele deurbellen bij een flat en van de brievenbussen, zie bijlage constructiemateriaal, zoals blokken, lego, kapla kaartjes of vellen papier en potloden of pennen Bekijk van tevoren dit filmpje en zet het klaar bij 2 min 35. Print de foto s uit of zet ze klaar op het digibord. Zorg voor voldoende constructiemateriaal in de bouwhoek. Ga met de kinderen, Sil en Lis bij elkaar zitten bij het digibord. Bekijk samen nog een keer de foto s die zij gemaakt hebben tijdens de huizenjacht in activiteit 4. Zijn alle huizen die de kinderen gezien hebben hetzelfde? Kunnen de kinderen de overeenkomsten en de verschillen benoemen? Vertel dat er heel veel verschillende soorten huizen zijn en laat vervolgens dit filmpje zien, van 2:35 tot 5:45 min. Hebben de kinderen in het filmpje nog meer soorten huizen gezien die zij zelf nog niet hadden bedacht? Welke? Wie zou er wel in een molen willen wonen? Of in een boerderij? Waarom wel of waarom niet? Wie woont er in een huis met een puntdak? En wie in een flat? Wie kan er iets vertellen over een flat? Laat een foto of een plaatje van een flat zien en praat hier met de kinderen over. Hoeveel mensen zouden er ongeveer in een flat wonen? Vier mensen? Tien mensen? Of meer? Praat over de verdiepingen, hoeveel verdiepingen zijn er in de flat op de foto? Woont één van de kinderen misschien ook in een flat? Hoeveel verdiepingen heeft die flat? Als je op bezoek gaat bij mensen die in een flat wonen, hoe kom je dan binnen? Weetje Wie weet dat? Praat over de vele deurbellen, Het hoogste gebouw van de wereld staat in brievenbussen en naambordjes die je op en in Dubai en is 828 meter hoog! Deze een flat ziet. Laat hier ook de foto s van zien. wolkenkrabber heeft 163 verdiepingen en de Geef de kinderen de ruimte om hun ervaringen langste lift ter wereld. te delen. Zijn er in een flat meer deurbellen dan pagina 2 van 8

in een gewoon huis, of is dat hetzelfde? En hoe ga je naar boven in een flat? Laat de kinderen vervolgens zelf een flatgebouw bouwen in de bouwhoek, met lego, kapla, blokken of ander constructiemateriaal. Laat de kinderen hierbij ook goed kijken naar het aantal verdiepingen dat zijn of haar gebouw heeft. Hoeveel verdiepingen heeft je flat nu? En als je er nog een verdieping bovenop bouwt, hoeveel verdiepingen zijn het dan? Laat de kinderen de hoeveelheid verdiepingen van hun flat door middel van streepjes of stippen opschrijven op een kaart of vel papier. Sil en Lis komen kijken in de bouwhoek. Wat hebben de kinderen mooie flats gebouwd! En wat zijn ze hoog. Hoeveel flats zijn er in totaal? Zijn alle flats even hoog? Welke heeft de meeste verdiepingen? Kijk hierbij naar de gebouwen, maar ook naar de kaarten met streepjes of stippen van elk kind. Praat met de kinderen na over de activiteit. Stimuleer hen hierbij te benoemen hoe flats gebouwd zijn (meerdere verdiepingen) en hoe je in een flat bij de verschillende woningen komt. Hoe zouden Sint en Piet dit eigenlijk doen? Laat de fantasie van de kinderen de vrije loop. Intensief arrangement Begeleid de kinderen extra bij het optellen en aftrekken. Begin met lage getallen (1, 2, 3) en breid langzaam uit. Tel met de kinderen mee. Denk hardop en doe voor hoe zij de oplossing kunnen vinden. Verdiept arrangement Stel hogere eisen aan de kinderen op het gebied van omgaan met hoeveelheden. Maak de optelen aftrekproblemen lastiger door de stappen groter te maken. Zet bijvoorbeeld een poppetje op de derde verdieping van de flat. Hij gaat met de lift twee verdiepingen omhoog. Op welke verdieping stapt hij dan weer uit de lift? Een stap verder! De kinderen die meer aankunnen dan de aanwijzingen in het verdiepte arrangement kunt u de volgende aanvullende activiteit aanbieden. Hierbij staat het volgende groep 3-doel centraal: Lost optel/aftreksituaties t/m 10 op met gebruik van concreet materiaal. Maak bouwkaarten van ruitjespapier, waarop u verschillende aantallen blokken inkleurt. Elk ingekleurd blok staat voor een verdieping van een flat. Maak ook moeilijkere bouwkaarten met pagina 3 van 8

sommen erop: bijvoorbeeld een kaart met 4 ingekleurde blokken erop met daarnaast een plusteken en 2 ingekleurde blokken. De kinderen bouwen ook hun eigen flats in de bouwhoek, maar maken daarbij gebruik van de bouwkaarten. De flat van de voorbeeldkaart wordt dus 6 verdiepingen hoog. Maak bouwkaarten die passen bij het niveau van de kinderen. Laat de kinderen het filmpje van het hoogste gebouw van de wereld zien (weetje) en praat hierover. Wie heeft er weleens zo n hoog flatgebouw gezien? Wie weet hoe je zo n heel hoog flatgebouw ook wel noemt? Waarom zouden ze het een wolkenkrabber noemen? U kunt de kinderen plaatjes van (hoge) gebouwen laten uitknippen en opplakken van laag naar hoog. Kunnen ze hier ook stippen of streepjes bijzetten, of zijn er te veel verdiepingen? Sluit de aanvullende activiteit af met een reflectie. Laat de kinderen aan Sil en Lis vertellen wat zij hebben gedaan en ontdekt tijdens het bouwen van de flatgebouwen. In plaats van een gewone flat, kunnen de kinderen natuurlijk een pietenflat bouwen. Hoeveel pieten kunnen er in hun flat wonen? Naast een flat kunnen de kinderen ook het huis van sinterklaas en/of de stoomboot bouwen in de bouwhoek. pagina 4 van 8

pagina 5 van 8

pagina 6 van 8

pagina 7 van 8

pagina 8 van 8