Vincent-stripverhaal MAKEN VOELEN SAMENWERKEN KIJKEN. Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

Transcriptie

1 Vincent-stripverhaal Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs Vincent-stripverhaal Een opdracht voor groep 5 of 6 gericht op inleven en maken. Leerlingen maken samen een stripverhaal, gebaseerd op de schilderijen van Vincent van Gogh. Ze moeten hierbij bewust selecteren, inleven en zelf het verhaal verzinnen. Ontwikkeld door Onderwerp Tijdsduur Irma de Vries Vincent van Gogh, Stripverhaal Ca. 30 minuten Leerdoelen/leeractiviteiten: MAKEN VOELEN SAMENWERKEN KIJKEN Doelgroep: Groep 5/6 Tijdsduur: 30 minuten. Werkvorm: Doelstellingen Leren dat kunst gebruikt kan worden om bepaalde gevoelens mee te uiten. KIJKEN, VOELEN Samenwerken, kunst analyseren en aan de hand daarvan zelf te creëren. MAKEN, SAMENWERKEN Kerndoel 54, 55 en 56 van kunstzinnige oriëntatie. Leeractiviteiten Associëren, analyseren, exploreren, verbeelden, voorstellen, combineren, onderzoeken, transformeren Onderbouwing Door aan de hand van bestaande kunstwerken een eigen verhaal te creëren, maken de leerlingen kennis met de meerduidigheid van kunst, maar leren ook onderzoekend en divergent te denken. De leerlingen maken een stripverhaal aan de hand van kunstwerken van Vincent van Gogh. Het is de bedoeling dat ze hierbij samenwerken in groepjes van 4. Ze moeten goed kijken naar de schilderijen en zich inleven in wat ze zien, maar uiteindelijk verzinnen ze samen zelf een verhaal. Beginsituatie Bedoeld voor groep 5, 6. Kan als losse opdracht, maar ook als onderdeel in een les over Vincent van Gogh.

2 Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs LESVOORBEREIDING DOOR DE DOCENT Leerlingen werken in groepjes van 4 aan een gezamenlijk stripverhaal, gebaseerd op de werken van Vincent van Gogh. Door de locaties, personen en voorwerpen te bestuderen, komen ze uiteindelijk samen uit op een kort verhaal. Ze voegen de afbeeldingen samen, voegen tekstballonnen toe, en kunnen eventueel zelf nog dingen bijtekenen. Na afloop bespreken jullie klassikaal zowel de werken van Van Gogh, als de gemaakte stripverhalen. Voorbereiden De docent bepaalt vooraf wat het belangrijkste leerdoel is bij deze opdracht (bijv.: de leerling toont aan dat hij/zij zich kan inleven in de schilderijen van Van Gogh of de leerling toont aan dat hij/zij verbeeldingsvermogen heeft en divergent kan denken) en houdt hiermee rekening bij de instructie. Praktische voorbereiding: printen van de afbeeldingen op A3 formaat (1 setje per leerling), zorgen dat er lijm, scharen, pennen en eventueel kleurpotloden beschikbaar zijn. Het is ook handig om een aantal schilderijen van Gogh ook op groot scherm klaar te hebben. Instrueren Wat: Wat: De leerlingen gaan in groepjes van 4 een eigen stripverhaal creëren. Ze doen dit op basis van kunstwerken van Vincent van (informatie Gogh, ze hebben allemaal een setje met locaties, personages en tekstelementen waar ze keuzes uit kunnen maken. Het is de voor de bedoeling dat ze heel bewust kijken naar wat er op het schilderij te zien is, dat ze zich hierbij inleven en op basis daarvan gaan docent) nadenken over mogelijke verhaallijnen. Ze moeten hierbij goed samenwerken en communiceren omdat het uiteindelijk één kort verhaal (van 4 plaatjes) moet worden. Hoe: Hoe: De docent verdeelt de klas in groepjes van 4 en deelt de setjes met afbeeldingen en het overige materiaal uit. De docent legt uit dat de leerlingen een keuze moeten gaan maken voor één locatie, één of meerdere personages en als ze het willen kunnen ze er overige elementen bij tekenen. Vertel dat ze deze goed moeten bekijken: wat voor plek is het precies? Wat voor gevoel krijg je erbij? Hoe kijken de personen op de schilderijen? Hoe zullen ze zich voelen? Wat voor verhalen kunnen jullie hierbij bedenken? Vertel dat de leerlingen goed moeten samenwerken met elkaar, en dat ze uiteindelijk een stripverhaal van 4 plaatjes moeten hebben. Waarom: Waarom: Doordat de leerlingen werken vanuit bestaande kunstwerken, maken ze kennis met het gegeven dat kunst een bepaald gevoel kan uiten, maar ook met de meerduidigheid van kunst doordat er uiteindelijk binnen de klas (en de groepjes) heel verschillende verhalen zullen worden gemaakt. De leerlingen worden gestimuleerd om goed naar de schilderijen te kijken, zich in te leven in hetgeen ze zien en aan de hand daarvan vervolgens een creatief onderzoeksproces te ontwikkelen. Hierbij moeten ze zowel verbeeldingsvermogen tonen, verschillende uitkomsten kunnen bedenken en vervolgens de bestaande kunstwerken transformeren tot iets nieuws. Bovendien moeten de leerlingen samenwerken en goed communiceren.

3 Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs Uitvoeren Bij het uitvoeren van deze opdracht loopt de docent rond en houdt in de gaten of de leerlingen tegen problemen aanlopen en of de samenwerking goed verloopt. Geef eventueel aanwijzingen als de leerlingen er niet uitkomen, begeleid ze bij het kijken naar de werken en zich af te vragen wat er gebeurt/wat ze zien. Verder bewaak je tijdens de ronde de vooraf opgestelde leerdoelen. Opruimen Lijm, scharen, pennen, potloden en overgebleven afbeeldingen. Nabespreken Wat: Wat: Tijdens het nabespreken maakt de docent duidelijk dat kunst voor iedereen iets anders kan betekenen, dat kunstenaars Hoe: Waarom: met hun schilderijen een bepaald gevoel kunnen uitdrukken en dat kunst een verhaal kan vertellen. De docent kan gezamenlijk de werken (of een aantal) die de leerlingen hebben gemaakt klassikaal bespreken. Verder achterhaal je hoe de leerlingen de opdracht en het samenwerken hebben ervaren. Hoe: Laat een of meerdere werken op groot scherm zien. Begin bijvoorbeeld bij een locatie. Vraag aan de leerlingen wat ze precies zien en wat ze denken dat er gebeurt. (Je kunt ook vragen naar wat voor gevoel ze krijgen, of dat positief is duim omhoog of negatief duim omlaag.) Laat ook een of meerdere portretten zien en vraag naar hoe de persoon zich voelt (eventueel weer duim omhoog of duim omlaag). Bespreek de antwoorden, zijn die bij iedereen hetzelfde, of verschillend? Laat alle groepjes hun werk centraal neerleggen en vergelijk samen de werken met dezelfde schilderijen, wat voor verhalen zijn eruit gekomen? Leg nadruk op de verschillen en leg eventueel uit dat er bij kunst vaak niet één goed antwoord is, maar dat iedereen vaak juist iets anders ziet of een ander gevoel erbij krijgt. Laat de leerlingen steeds één ding opnoemen dat ze goed vinden aan elkaars werk. Vraag tenslotte ook naar de samenwerking, wie vond dat goed gaan en wie juist niet? Waarom: Door de gemaakte opdrachten en gebruikte schilderijen ter illustratie te gebruiken, kan de docent op een betekenisvolle manier de meerduidigheid van kunst door de kinderen laten ervaren. De kinderen zien dat er (waarschijnlijk) verschillende verhalen bij dezelfde kunstwerken zijn bedacht. Verder leren ze onder begeleiding te reflecteren op elkaars werk en op de samenwerking. Evaluatie Criteria proces: Criteria proces: De leerlingen doen actief mee tijdens de opdracht en luisteren aandachtig naar elkaar, zowel tijdens het Criteria product: samenwerken als tijdens de klassikale bespreking. Ze tonen inlevingsvermogen, een onderzoekende houding en kunnen reflecteren op wat ze hebben gedaan. Criteria product: Uit het product blijkt dat de leerling met aandacht naar de schilderijen heeft gekeken en het eigen verbeeldingsvermogen heeft ingezet om de kunstwerken tot een eigen (strip)verhaal te transformeren. Suggesties De docent kan er ook voor kiezen om deze opdracht individueel te laten uitvoeren, uit te breiden tot een langer verhaal of eventueel een volledig zelf gecreëerde strip. Verder kan het aanleiding zijn om het werk van Vincent van Gogh te bespreken, maar ook om verder te gaan op gevoel in de kunst: bespreek bijvoorbeeld de werken opnieuw terwijl de leerlingen emotiekaartjes bij de werken voegen.

4 Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs Vincent-stripverhaal

5 LOCATIES Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

6 PERSONEN Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

7 TEKST Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs

8 Expertisecentrum Kunsttheorie Primair Onderwijs Bronnen: - Op de drempel van de eeuwigheid, Portret van Dr. Gachet 1890