Commissie Inwonerszaken woensdag 27 november 2002 Aanwezig: namens PvdA: de heer B. van Dijk namens Mayse Partij: de heer J. van Gurp namens Groen Drimmelen: de heren C.van Meel en L.Schelfhout namens GemeenteBelangen: de heren G.Harmeling en A.Flipsen namens CDA: mevrouw M. van Gils en de heer G. Thijssen namens Lijst Harry Bakker: mevrouw A. den Dunnen namens CAB: de heren J. Praat en P. Meeuwissen namens VVD: de heer L. van Dongen De heer J. Rullens (voorzitter) De heer A. Braat (secretaris) Mevrouw W. Steine (verslag) Afwezig: De heer H. Bakker (Lijst Harry Bakker), in zijn plaats is mevrouw Den Dunnen aanwezig. Opening De voorzitter opent de vergadering en stelt voor om agendapunt 10.1 door te schuiven naar de volgende vergadering; in die zin gewijzigd wordt de agenda vastgesteld. De voorzitter stelt vast dat van de publieke tribune niemand gebruik wenst te maken van het inspreekrecht. Alvorens te starten met de agenda, verzorgen de heer P. van Kemenade en mevrouw M. Schelfhout van de nieuwe stichting Vrijwilligers Platform Drimmelen een beamer-presentatie voor de commissie. De heer Van Dongen (VVD) vraagt naar een belangstellingsonderzoek; vooralsnog werkt de stichting met rijkssubsidie, die op tijd moest worden aangevraagd, een belangstellingsonderzoek had die termijn in gevaar gebracht. De heer Harmeling (Gemeentebelangen) vraagt of er binnen het Platform voldoende deskundigheid is bij de vrijwilligers of dat er een beroep gedaan moet worden op beroepskrachten. De heer Van Kemenade zegt dat er voorlopig louter met vrijwilligers wordt gewerkt, eventueel incidenteel noodzakelijke externe deskundigheid wordt uit het eigen budget bekostigd. De heer Van Dijk (PvdA) informeert of het handboek dat genoemd werd er al is en of daarvoor niet een beroep op andere gemeenten gedaan kan worden. Aangezien de stichting pas sinds 25 november jl. een feit is, wordt daar nog aan gewerkt en men zal daarbij zeker gaan kijken of er elders al iets dergelijks ontwikkeld is. Mevrouw Van Gils (CDA) vindt het een prima initiatief en vraagt of men zich ook met werving en selectie gaat bezighouden. De heer Van Kemenade antwoordt dat men zich bezint op een vrijwilligersbank op de website. 1
De heer Harmeling (Gemeentebelangen) vraagt of ook vrijwilligers met een landelijke organisatie achter zich, een beroep kunnen doen op het Platform; een dergelijk verzoek zal zeker niet afgewezen worden. De heer Braat merkt op dat er al een Platform Vrijwillige Thuishulp Drimmelen bestaat en vraagt of dat misschien tot verwarring kan leiden. De heer Van Kemenade zegt dat de nieuwe stichting zich dat niet gerealiseerd heeft en zegt toe hier aandacht aan te besteden. Portefeuille wethouder G. Moerenhout 1. Verslag van de commissievergadering d.d. 23 oktober 2002: Het verslag kan de goedkeuring van CAB niet wegdragen: met name hun bijdrage aan de discussie omtrent de WAVA wordt onvoldoende weergegeven. De heer Praat zal een weergave van zijn betoog aan het verslag laten toevoegen. Ook anderen vinden het verslag te summier en zien hun standpunten niet voldoende duidelijk weergegeven. Afgesproken wordt dat het volgende verslag duidelijker en uitgebreider moet en de voorzitter zal dit commissiestandpunt in het presidium aan de orde stellen. 2. Ingekomen stukken en mededelingen 2.1 Concept-begroting 2003 Zorgloket Drimmelen/Moerdijk met een uiteenzetting door mevrouw L. Schipper, coördinator van het Zorgloket. Door toename van de vraag zag het Zorgloket zich gedwongen om voor 2003 een uitbreiding van het aantal fte's van 44 naar 60 uur (met bijbehorende facilitering) te vragen. De toename van de vraag wordt veroorzaakt doordat mensen langer thuis blijven wonen en gemiddeld ouder worden. Inmiddels is overeengekomen om in 2003 een uitbreiding tot 52 uur fte te realiseren en te bezien of 60 uur noodzakelijk is en indien ja, dat verzoek goed te onderbouwen. In opdracht van het bestuur zal worden bezien of efficiencyverbetering soelaas kan bieden. Het Zorgloket bestaat langer dan het RIO, dat zich bij oprichting bij het Zorgloket heeft aangesloten; bij het Zorgloket is de frontoffice van het RIO, in de persoon van een indicatie-medewerker, te vinden. Een aanvrage voor indicatie wordt bij het Zorgloket ingenomen en meteen doorgestuurd naar het RIO, eventuele wachttijden ontstaan derhalve niet bij het Zorgloket. Wethouder Van Meggelen meldt dat de begroting van het Zorgloket nog in behandeling is bij het college; eventuele meerkosten zullen ten laste komen van de post onvoorzien. 3. Lijst van toezeggingen Punt 3: betreft in ieder geval Inwonerszaken en als t.z.t. wethouder Broeders voor de commissievergadering Inwonerszaken uitgenodigd wordt, zal hij uitleg komen geven. Punt 4: termijn iets naar voren, wordt in de eerstvolgende commissievergadering geagendeerd. 2
Punten 15 en 16: er is een relatie met het huisvestingsplan judo/harmonie, nadere informatie volgt in het eerste kwartaal 2003. Punt 18: Elke drie weken heeft de wethouder overleg met het bestuur; klachten worden momenteel geïnventariseerd en er wordt een programma van eisen opgesteld voor een eventuele nieuwe accommodatie, de afronding valt in het tweede kwartaal van 2003 te verwachten. Punt 22: levert onduidelijkheid met betrekking tot de portefeuillehouder en dus ook onduidelijkheid tot de commissie, waarvoor dit punt geagendeerd moet worden; hierover wordt zo spoedig mogelijk duidelijkheid verschaft. 4. Begroting 2003 RIO Regio Breda, toegelicht door de heer J. Nijland, directeur Omdat het Zorgloket een centraal punt voor wonen, zorg en welzijn, was het logisch voor Rio Regio Breda om daar bij aan te sluiten. De taak van de RIO ligt vast in de AWBZ, de RIO regio Breda is een middelgrote RIO, die werktzaam is in 9 gemeenten, een verzorgingsgebied voor zo'n 370.000 inwoners. De RIO indiceert voor welke hoeveelheid en soort zorg een cliënt in aanmerking komt; in de toekomst moet het in theorie voor cliënten mogelijk zijn te kiezen van wie hij de geïndiceerde zorg afneemt. De RIO betekent een behoorlijke last voor de gemeenten, maar zij zijn verplicht om uitvoering aan de wet te geven en de kostenpost laat zich moeilijk sturen: elke aanvraag moet behandeld worden. Bovendien nemen zorgzwaarte en vervolgaanvragen toe. Keuzes hebben de gemeenten enkel waar het gaat om nietverplichte voorzieningen. De heer Van Gurp (Mayse Partij) vraagt nadere uitleg over de keuze die de cliënt zou hebben, of er ook een vangnet is voor mensen die de weg niet weten en is er een uitbreiding te verwachten van voorzieningen, die via het RIO uitgevoerd kunnen/moeten worden. Antwoord van de heer Nijland: in theorie kan een klant een geïndiceerde functie afnemen bij verschillende zorgaanbieders, maar dat is natuurlijk afhankelijk van het aanbod in een bepaalde regio; de juiste weg leert men pas bewandelen als men het nodig heeft; het aantal AWBZ-gefinancierde pakketten wordt uitgebreid en wellicht komen Wvg-indiceringen ook bij de RIO's. De heer Van Meel (Groen Drimmelen): afgezien van uitvoeringsverplichtingen in het kader van de wet, die niet te sturen zijn, is de organisatie (hetgeen wel te sturen is) maximaal efficient, hoe zijn de kosten van deze RIO in vergelijking met andere RIO's. De heer Nijland heeft opdracht van het Algemeen Bestuur om te kijken of er een slag te maken is organisatorisch, bijvoorbeeld in de vormgeving van procedures, om tot besparingen te komen. Met ingang van dit jaar is een vergelijking met andere RIO's gemaakt, en dit zal jaarlijks worden herhaald; zodra het verslag in zijn bezit is, zal de heer Nijland dat aan deze commissie doen toekomen. Mevrouw Van Gils (CDA): hoe is de indicatie voor zorgwoningen geregeld en zijn de oorzaken bekend van toename vervolgaanvragen en zorgzwaarte. In de nieuwe regelgeving moet opnieuw aan het gemeentebestuur gevraagd worden of het RIO ook de zorgwoningen moet indiceren en de keuze is aan het gemeentebestuur. Toename van zorgzwaarte en vervolgaanvragen heeft te maken met het feit dat mensen ouder worden, langer thuis blijven wonen en een tekort aan intramurale zorg. De heer Praat (CAB): is er een wachttijd voor indicatie, zo ja hoe lang is die ongeveer en is er een trend (langer/korter) aan te geven; kan iemand als de wachttijd erg lang 3
is aankloppen bij een andere RIO? De heer Nijland: het RIO is verplicht om binnen zes weken na het indienen van een aanvraag, een indicatie te stellen, alleen als extern onderzoek nodig is, mag die termijn opgerekt worden; voor spoedgevallen zijn er crisisprotocollen. Ook zijn er klachtenregelingen en de mogelijkheid voor bezwaar en beroep. Wel is het zo dat mensen zich dienen te wenden tot het RIO waarbij de gemeente waar hij of zij is ingeschreven, is aangesloten. De heer Van Dongen (VVD): hoeveel aanvragen waren er in 2000, 2001, 2002 en wat is de schatting voor 2003; als vast personeel goedkoper is dan inlenen, waarom is dat dan niet eerder gebeurd; wat krijgt u precies voor de 35.000 euro die u aan het Zorgloket betaald, gaarne toelichting met betrekking tot de huisvestingskosten en uit hoeveel personen bestaat de directie. In 2002 heeft men 18000 aanvragen te verwerken; voor 2003 is weer 17.000 in de begroting opgenomen, omdat er vanaf 2003 functiegericht geïndiceerd wordt en dit vermoedelijk tot afname van de procedures leidt. De heer Nijland zegt dat gekwalificeerd personeel moeilijk te krijgen is, zodat er dikwijls een beroep gedaan moet worden op uitzendbureau's. Ten aanzien van gebouwen is het evident dat centrale huisvesting het goedkoopst is; ook thuiswerken zou soelaas kunnen bieden, maar om dat goed te laten verlopen moet de IC-techniek nog verbeteren. Huisvestingskosten gedeeltelijk begroot via de robuuste RIO, dat geldt met name voor Breda: waar een iets te royale ruimte betrokken wordt, die op termijn echter wel nodig is als de voorzieningenpakketten worden uitgebreid. De tien minuten zorgloket in de begroting is een bedrag per aanvraag dat aan de zorgloketten betaald wordt voor hun inspanningen. In de directie zit één persoon, namelijk de heer Nijland, daarnaast zijn er vier regiomanager, die elk een locatie aansturen en één specifiek aandachtsveld in hun takenpakket hebben. Tweede termijn: De heer Van Dongen heeft opmerkelijke verschillen gezien met betrekking tot directiekosten en hij vraagt naar de oorzaak. De heer Nijland: aanvankelijk stond hij voor 0,1 fte op de begroting terwijl hij 1,0 fte werkte. Aanvankelijk werd dit verschil uit incidentele middelen betaald, nu is dat structureel in de begroting opgenomen. Mevrouw Van Gils wil graag in de commissie spreken over de zorgwoningindicering, omdat dat mogelijk een besparing op zou kunnen leveren; formeel zal de RIO hierover een brief aan het gemeentebestuur zenden en dan komt dat vanzelf aan de orde. Ook wil zij weten of haar collega commissieleden belangstelling hebben voor een bezoek aan het Zorgloket. Men besluit om in januari te gaan en de secretaris zal op zoek gaan naar een passende datum. 5. Bezuinigingsvoorstellen Wet voorziening gehandicapten. De heer Praat (CAB) verzoekt bij woningaanpassingen een bodem van 100 of 200 in te bouwen met betrekking tot de verplichting twee offertes te overleggen. Kleine aanpassingen zouden op die manier minder rompslomp met zich meebrengen, overigens akkoord met het voorstel. De heer Thijssen (CDA) gaat akkoord met het voorstel, met name met de verplichting van twee offertes, vraagt aandacht voor de prijs-kwaliteit-verhouding. De heer Flipsen (Gemeentebelangen) gaat akkoord met het voorstel. 4
De heer Schelfhout (Groen Drimmelen) informeert hoeveel mensen gebruik maken van de vervoersregeling en of er verschil bestaat tussen woningaanpassing en woningverbetering. De heer Van Gurp (Mayse Partij) vraagt of het vervoeren van "vrije reizigers" niet ten koste zou kunnen gaan van het vervoer van pashouders. De heer Van Dijk (PvdA) steunt het voorstel. Wethouder Moerenhout ziet niet veel in het opnemen van een bodem, omdat het toch heel veel kleine bedragen gaat en er daarom wel degelijk voordeel behaald kan worden. De heer Razenberg (ambtenaar Sociale Zaken): de gemeente heeft 970 mensen een pas voor de deeltaxi verleend en 200 mensen hebben een seniorenpas, daarnaast zijn er nog 180 mensen met eigen auto die een vervoersvergoeding krijgen. Met betrekking tot vrije reizigers zorgt een relatief hoge zoneprijs dat er geen verdringingseffect optreedt en overigens kost deze categorie reizigers de gemeente niets. De vrije reiziger meldt zich rechtstreeks bij de vervoerder, PZN in Tilburg. Woningaanpassing is geen woningverbetering. De heer Schelfhout pleit in tweede termijn voor 3 offertes en de heer Thijssen vraagt uitleg met betrekking tot de op pagina 9 genoemde "individuele rechtsbescherming". De heer Praat herhaalt het standpunt van CAB, dat er een bodem ingebouwd zou moeten worden, hij ziet hier een mogelijkheid voor efficiencyvoordeel; overigens gaat CAB met het voorstel akkoord. De heer Moerenhout zegt dat de individuele rechtsbescherming betrekking heeft op beroepsmogelijkheden voor cliënten die het niet eens zijn met een door de gemeente afgegeven beschikking. Met betrekking tot het aantal over te leggen offertes stelt de wethouder voor om de situatie na een jaar te evalueren. Concluderend: de commissie gaat unaniem akkoord met het voorstel, waarbij CAB en PvdA voorstellen met afroepcontracten te werken voor veel voorkomende aanpassingen, Groen Drimmelen pleit voor 3 offertes en CDA, Mayse Partij en Gemeentebelangen gaan akkoord met de voorgestelde twee offertes. 6.Beleidsplan Sociale Zaken 2003 De heer Van Dongen (VVD) ziet tegenstrijdigheden tussen het voorliggende beleidsplan en het beleidsplan sociale activering, bijvoorbeeld als het gaat om de keuze voor te hanteren modellen en daaraan gekoppelde toename werkdruk, en de opmerking in het beleidsplan Sociale Zaken waar gemeld wordt dat een en ander budgettair neutraal kan plaats vinden. De heer Meeuwissen (CAB) maant tot voorzichtigheid als het gaat om maatregelen die sociaal zwakkeren betreffen. Hij vraagt of het onder punt 6 genoemde uitstroombeleid haalbaar is, hoe verhouden zich de onder punt 7a genoemde bedragen, zijn te voorziene kosten in verband met punt 7b al in de begroting opgenomen en kunnen kosten voor scholing onbeperkt bij het rijk gedeclareerd worden. De heer Thijssen (CDA) informeert naar de gevolgen op gemeenteniveau van de wijzigingen voor het in- en doorstroombeleid. De heer Flipsen (Gemeentebelangen) mist de Zalmsnip in het minimabeleid en vraagt of er schuldhulpverlening bij De Markenlanden ingekocht wordt. 5
De heer Van Meel (CAB) informeert naar de reactie van het Platform Sociale Zaken op voorliggend beleidsplan en verzoekt om nadere uitleg van de "15% risico"; over dat laatste wenst ook de heer Van Gurp (Mayse Partij) antwoord. De portefeuillehouder heeft uiteraard ook geen zicht op aantallen mensen die gebruik moeten aan maken van sociale ondersteuningsmaatregelen; mochten die aantallen opvallend wijzigen dan komt hij daarmee uiteraard zo snel mogelijk naar de commissie. Het rapport is op 26 november jl. besproken binnen het platform Sociale Zaken (verslag daarvan wordt aan dit verslag toegevoegd): ook daar zijn vragen gesteld over schuldhulpverlening, waarover gesprekken zullen worden gevoerd met potentiële hulpaanbieders. De Zalmsnip is overgeheveld van de OZB naar de afvalstoffenheffing; als echte minima verzoeken om kwijtschelding gemeentelijke belastingen, komen zij ook in aanmerking voor kwijtschelding van het vaste bedrag afvalstoffenheffing. De heer Razenberg: Alle cliënten worden ingedeeld in fase II, III of IV (fase I, direct bemiddelbaar, blijft bij het CWI). Mensen in fase II hebben een kort traject nodig, waarvoor in het kader van de WIW middelen beschikbaar zijn, die tot nu toe toereikend zijn geweest. Voor sociale activering heeft de gemeente subsidie gekregen om goed in beeld te brengen welke cliënten in die fase IV zitten en die subsidie is gebruikt om de consulenten te scholen tot case managers. Bovendien worden in de tweede helft 2002 5, en in 2003 maximaal 10 trajecten sociale activering opgestart. De opmerking van de heer Van Dongen is terecht, de werkdruk zal toenemen; toch hoopt men inderdaad zonder structurele extra personeelsinzet het werk te doen. Antwoord van de heer Suykerbuyk met betrekking tot punt 7a: de verlaging van het basisbedrag Wiw-dienstbetrekkingen dient opgevangen te worden door een hogere inzet tot hetzelfde bedrag van het budget aanvullende kosten Wiw. Laatstgenoemd budget van onze gemeente kan deze hogere uitname compenseren tot hetzelfde aantal Wiw-dienstbetrekkingen dan tot nu toe gerealiseerd was. Dit betekent dus indirect een bevriezing op het huidige aantal Wiw-dienstbetrekkingen. Antwoord van de heer Suykerbuyk met betrekking tot punt 7b: door de invoering per 1 januari 2002 van de Wet Structuur Uitvoeringsorganisatie Werk en Inkomen (SUWI) en het Belastingplan 2002 is de Wet Rea na het vaststellen van het beleidsplan Sociale Zaken 2002 gewijzigd. Zo is het pakket op maat en het plaatsingsbudget verdwenen en vervangen door premiekortingen op de door de werkgever verschuldigde sociale zekerheidspremies. Deze premiekorting wordt verleend door het Uitvoeringsinstituut Werknemers Verzekeringen (UWV=opvolger UVI/Bedrijfsvereniging). Het UWV draagt het financiële risico, hoewel de premiekorting in principe een open eind kent. De gemeente blijft, net als voorheen, verantwoordelijk voor de reïntegratie van personen uit de gemeentelijke doelgroep, ongeacht of deze als arbeidsgehandicapte is aangemerkt of niet. Het gemeentelijk scholings- en activeringsbudget Wiw kan voor de gehele doelgroep worden ingezet voor trajecten en voorzieningen (o.a. REA-toets) Antwoord van de heer Suykerbuyk met betrekking tot punt 7b, 5: Kosten van scholing dienen bestreden te worden uit het budget scholing en activering Wiw. Uiteraard tenzij er voorliggende voorzieningen zijn. Dit budget kent een plafond van 147.000 euro voor 2003. Dus er is geen sprake van een open eind financiering. Echter sinds de invoering van dit budget in 1998 is er sprake van een onderuitputting. In 2002 is slechts 45% van het budget besteed. Het restant kan via een beperkte "spaarregeling" (meeneemregeling) weer ingezet worden voor daaropvolgende jaren. 6
In tweede termijn vraagt de heer Praat of ook het bedrag voor het aanbieden van de afvalbak kan worden kwijtgescholden. De wethouder antwoordt daarop dat nog afgewacht moet worden hoe een en ander gaat verlopen. Overigens gaat men unaniem met dit voorstel akkoord en het wordt dan ook, voorzien van een *, aangeboden aan de raad. 7. Startnotitie Gemeentelijk Volksgezondheidsplan Mevrouw Van Gils (CDA) vindt het een helder stuk met een goed plan van aanpak en pleit voor een duaal debat en zij meent vanaf dat vanaf stap 5 er een denktank-groep zich met onderwerp bezig zou kunnen gaan houden. De heer Van Gurp (Mayse Partij) is wat betreft wat terughoudender. De heer Flipsen (Gemeentebelangen) onderschrijft het plan, wil graag de financiële consequenties in beeld krijgen. De heer Praat (CAB) vraagt zich af of er bij andere gemeenten geen kennis en ervaring te halen is en is het bedrag van 2000 euro wel een realistische raming gezien de kosten van extern advies. Hij vraagt of het nodig is elders vergaderruimte te zoeken en of een onafhankelijk voorzitter wel nodig is. Ook de heer Van Dongen (VVD) wil nadere informatie over het genoemde bedrag en wat is het verschil tussen een gemeentelijk plan en een regionaal plan, dat er al is. Wethouder Moerenhout zegt dat het voorliggende stuk uitvoering geeft van de wet collectieve preventie volksgezondheid, waarin voorgeschreven wordt vanuit het regionale kader tot lokale invulling te komen. De gezondheidsfactoren van de gemeente Drimmelen moeten daarin in beeld worden gebracht. Er wordt daarbij gebruik gemaakt van de knowhow van anderen en o.a. de GGD West-Brabant. Implementatie van beleid zou inderdaad financiële consequenties kunnen krijgen, waarover in een later stadium in deze commissie nog van gedachten zal moeten worden gewisseld. De 2000 euro uit het voorliggende stuk zijn niet in de begroting opgenomen. Wethouder Van Meggelen voegt hieraan toe dat dit bedrag meegenomen wordt bij het tekort kosten GGD. De 2000 ziet de wethouder als richtgetal en hij zal ervoor waken dat dit bedrag niet overschreden wordt. Hij is van plan de commissie Inwonerszaken bij elke te nemen stap voor deze nota te betrekken. VVD en CAB hebben bedenkingen, de overige partijen gaan met de startnotitie akkoord. Portefeuille wethouder J. van Meggelen 9. Verslag van de vergadering d.d. 23 oktober 2002 Zie onder punt 1. 11. Lijst van toezeggingen Zie onder punt 3. 12. Beleidskader doelgroepen en educatieve activiteiten van de gemeente Drimmelen voor de Volwasseneneducatie 7
De heer Thijssen (CDA) vraagt hoeveel allochtonen er in Drimmelen wonen en hoeveel daarvan hebben de cursus gevolg of gaan deze volgen. Waarom lopen de centraal te besteden rijksbijdragen via de gemeente Drimmelen. De heer Harmeling (Gemeentebelangen) vraagt of er gecontroleerd wordt op de uitvoering van het leerprogramma, heeft men inzicht in de resultaten met betrekking tot intrede arbeidsproces en vroegtijdig schoolverlaten en sluist de gemeente dit geld gewoon door of komt daar nog ambtelijke bemoeienis bij te pas. Hoe moet de gemeente verantwoording afleggen. De heer Meeuwissen (CAB) vraagt of de commissie de 7 topprioriteiten moet bepalen, moeten de 7 betrokken gemeenten alle dezelfde topprioriteit vaststellen. Als vrijwilligers een cursus volgen, wordt die door de gemeente betaald. En moeten mensen nog gesteund worden voor het hoger beroepsonderwijs. De heer Van Dongen (VVD) merkt op dat de gemeente geen cursussen voor vrijwilligers bekostigd en niet bijdraagt aan volwasseneneducatie, waarom niet. De heer Van Meggelen zegt dat er 175 inwoners van de gemeente Drimmelen gebruik maken van deze cursussen. De clustering van rijksbijdragen betekent dat Drimmelen ook het geld voor de gemeente Geertruidenberg ontvangt, wij bepalen echter niet de behoefte van die gemeente. Het betreft rijksgeld en daarom wordt de gemeente gecontroleerd en is een accountantsrapportage noodzakelijk. De gemeente controleert zeker op de vorderingen. Eventuele ambtelijke bemoeienis mag niet worden toegerekend aan het project. Het voordeel van de schaalvergroting, die via dit project gerealiseerd wordt, is dat mensen eerder aan de beurt zijn. Vrijwilligers worden door de gemeente niet gesteund, omdat verenigingen en nu ook het Platform Vrijwilligers Drimmelen hierin voorzien. De cursisten die door de gemeente Drimmelen gesteund worden halen het niveau hoger beroepsonderwijs niet, het gaat echt om elementaire kennis bij onze doelgroep. Portefeuille burgemeester J. Elzinga 14. Verslag vergadering 23 oktober 2002 Zie onder punt 1. 15. Ingekomen stukken en mededelingen Geen. 16. Lijst van toezeggingen Zie onder punt 3. 17. Kunst- en cultuurbeleid De heer Van Dongen (VVD) pleit ervoor om de 44.000 euro te reserveren in plaats van snel uitgeven. De heer Meeuwissen (CAB) uit zijn bevreemding over het feit dat er geen geld was om het kunstwerk van Bakker terug op zijn sokkel te plaatsen, is de werkgroep nou opgestapt of niet en hij stelt voor om het beschikbare geld anders te besteden, bijvoorbeeld door scholen of verenigingen een kunstwerk te laten adopteren; op die 8
manier zou jeugd zich meer betrokken kunnen voelen bij onze kunstwerken en het zou misschien het vandalisme wel wat terug kunnen dringen. Mevrouw Van Gils (CDA) ziet wel wat in de bordjes, misschien kan in dit kader ook de website gebruikt worden, ook een boekje vindt zij een goed idee. Over subsidie aan de Stichting Kunstkring Drimmelen is zij minder positief, want als deze stichting geen werksubsidie krijgt, wat valt er dan van te verwachten. De heer Harmeling (Gemeentebelangen) wil een offerte voor de bordjes, hij vraagt zich af wie 5000 euro heeft toegezegd voor de Kunstmanifestatie West-Brabant en zou liever zien dat het Pools monument wordt opgeknapt. De heer Van Meel (Groen Drimmelen) wil de 5000 euro voor de Kunstmanifestatie schrappen en hij pleit voor het in leven houden of weer in het leven roepen van de werkgroep en daar een deel van de 44.000 euro aan besteden. De heer Van Gurp (Mayse Partij) vraagt ook of de werkgroep er nou nog wel of niet is, hij verklaart zich tegen de Kunstmanifestatie West-Brabant en vindt ook dat niet het hele bedrag ineens moet worden uitgegeven. De heer Van Meggelen zal, bij afwezigheid van de portefeuillehouder, proberen de vragen zo veel mogelijk te beantwoorden. Hij begint met een voorstel: als u het eens kunt worden over een aantal bestedingen en als het geld bij de jaarrekening geoormerkt wordt als nog te besteden aan kunst, dan zou een nieuw, goed onderbouwd voorstel aan de commissie kunnen worden voorgelegd, waarin de suggesties van deze commissie kunnen worden meegenomen. De heer Braat zegt, als lid van de werkgroep Kunst en Cultuur, dat niet alleen het geld reden was voor de werkgroep de handdoek in de ring te gooien, maar vooral dat de politiek kunst-en cultuurbeleid geschrapt heeft. Met betrekking tot de Kunstmanifestie West-Brabant zegt de heer Braat dat die toezegging in een portefeuillehoudersoverleg is gedaan door de vorige portefeuillehouder kunst en cultuur en voor dat geld komt die stichting met geld naar de gemeente Drimmelen toe. Opvatting van de commissie ten aanzien van het oormerken van het geld: daar stemmen alle partijen mee in; ten aanzien van de Kunstmanifestatie West-Brabant: CDA vindt dat dat doorgang moet vinden, de andere partijen zijn tegen; ten aanzien van de bordjes en onderhoud: men wacht daarvoor het nieuwe voorstel af. De heer Van Meel betreurt het dat er nu alleen nog over kunst en niet meer over cultuur gesproken wordt. De heer Van Dongen wil het bedrag voor de cultuurtempel te gebruiken. De heer Meeuwissen herhaalt zijn voorstel voor adoptie van kunstwerken. De heren Elzinga en Van Meggelen komen terug met een nieuw voorstel. 18. Rondvraag De heer Van Meel (Groen Drimmelen) merkt op dat de januari-vergadering op de avond van de verkiezingen is gepland; besloten wordt om te vergaderen op maandag 20 januari 2003 in plaats van op de gebruikelijke woensdag. Mevrouw Van Gils (CDA) informeert naar de datum van de nieuwjaarsreceptie; die wordt gehouden op 2 januari 2003, om 19.00 uur in de Mayboom. De heer Praat (CAB) zou het op prijs stellen als de heer Elzinga volgende vergaderingen zou kunnen bijwonen. 9
De heer Van Dongen (VVD) informeert naar de stand van zaken met betrekking tot legionella: de heer Van Meggelen zal een kopie dienaangaande aan de heer Van Dongen geven; met betrekking tot de kosten wordt momenteel uitgezocht wie daarvoor aansprakelijk is. De heer Van Dongen doet de suggestie om dit soort actualiteiten per email aan de raad te doen toekomen, zodat hij niet afhankelijk is van krantenberichten. Ook vraagt de heer Van Dongen naar een rapportage die er zou zijn over het management van de GGD. Wethouder Moerenhout zal de laatste stukken (inclusief die rapportage) aan de commissieleden doen toekomen en de GGD wordt uitgenodigd een presentatie te komen geven in de commissie. Niets meer aan de orde zijnd, bedankt de voorzitter allen voor hun bijdragen en sluit de vergadering. 10