Leerstrategieën toepassen



Vergelijkbare documenten
Samenwerkend leren. Leren? Dat kan ik zelf! Maar wil je even helpen?

Regie nemen voor je eigen leerproces

Ouderavond Bataafs Lyceum 4H/V. Executieve functies. Welkom! Nancy Lussing

Executieve functies in je klas Een praktische workshop

Zwakke executieve functies komen voor bij kinderen met ADHD, autisme en leerstoornissen, maar ook bij veel kinderen zonder diagnose.

Beste ouders, Hartelijke groet, Sharon Duijveman

Executieve functies in de klas: interventies

Ouderavond Bataafs Lyceum 4H/V. Executieve vaardigheden. Welkom! Nancy Lussing

Drs. Dirma Terlouw, BSc.

Executieve functies ontwikkelen met denkspellen.

Help, ik kan het niet alleen!

Geen onwil maar onmacht

De Kleine Prins Expertisecentrum

Keuzewerktijd in het praktijkonderwijs

Executieve functies in de klas

Executieve Functies. Omdat intelligentie alléén niet de doorslaggevende factor is

Denken (zeer) begaafde leerlingen aleer zij doende zijn, en al doende denken zij dan nog? Drs. Hanneke van Dasler

Werk in/ aan uitvoering

Bijlage 12: Executieve functies 1

Koppeling leren leren met executieve functies

Reflectie. Leren? Dat kan ik zelf! Maar wil je even helpen?

Bijlage 9: Executieve functies 1

Welkom 29 oktober 2015

Inleiding leerlijn. Inleiding inschalingsdocument

STUDIEGIDS SPECIALISATIEMODULE. EXECUTIEVE FUNCTIES Groep B

Executieve functies. PCL Conferentie

Beste ouder(s) / verzorger(s),

Praktijkvoorbeeld EF-groep Almeers Talentenlab. Patricia Versnel, BO/onderwijsdesign

Executieve functies en onderwijs. Mail:

Stellingen Zelfsturend Leren

Executieve functies - compenseren Programma. - Voorkennis opfrissen - Compenseren van zwakke zelfsturing - Toepassen in je eigen klas - Reflectie

1 Introductie. We wensen je veel plezier met deze kaarten! Pieternel Dijkstra en Petra Bunnik

Zelfsturend leren met een puberbrein

Werken met instructieblokken

1. Ken jezelf 2. Ken de leerling 3. Ken de context

Het creëren van een gemeenschappelijke visie m.b.t. executieve functies voor het jonge kind; handvatten voor morgen!

STUDIEGIDS SPECIALISATIEMODULE. EXECUTIEVE FUNCTIES Groep A

Sneller, Leuker en Makkelijker : Plannen. Pauline Jonker Maak Mij Wat Wijs!

Hieronder vindt u een korte uitwerking van de afzonderlijke executieve functies:

Executieve functies. Signaleren

STUDIEGIDS 2015 SPECIALISATIEMODULE

De ontwikkeling van effectieve leerstrategieën en metacognitieve vaardigheden. Nieuwegein, 10 november 2015

Opbrengstgericht werken bij andere vakken. Martine Amsing, Marijke Bertu, Marleen de Haan

Aandacht.. graag! Elly Kok Marianne van Etten Expertiseteam Fritz Redlschool/UMCU

Zelfgestuurd leren met Acadin

Algemene inleiding. Twee voorbeelden van definities:

Huiswerkprotocol. Basisschool Sint Antonius

Executieve functie: Planning en priorisering

Beter bij de Les. Marthe van der Donk, Ariane Tjeenk-Kalff, Anne-Claire Hiemstra-Beernink

Hoe rijk is een GP ervaring? Proeven en Opbrengst Gericht Werken: Hoe zit dat?

Huiswerkprotocol. Fusieschool de Plenkert/St. Joseph. bs St. Joseph

Executieve functies. Problemen met executieve functies 11/01/17

Executieve functies Leermogelijkheden afstemmen met leerling, leraar en ouders

Inhoud. Meer weten? 94 Reeds verschenen 95 In voorbereiding 96. TIB Tool_MarcelVanDeWiel_v3.indd :08

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Inleiding. [Geef tekst op]

Begaafde leerlingen komen er vanzelf... Implementatie van een verandering van de pedagogische beroepspraktijk op basis van praktijkgericht onderzoek.

Wat gaan we doen? Executieve Functies

1. Beeldbeschrijving Observatieformulier Het drukke kind 3 Uitleg bij het observatieformulier De benaderingen 5

ZWEMLES EN HOOGBEGAAFDHEID

Een overtuigende tekst schrijven

Huiswerkprotocol Mattheusschool

MRI. fmrt. HELP mijn kind heeft huiswerk! Frontaal kwab. In het lichaam kijken zonder het te hoeven openen. Hersenen

Executieve functies, wat zijn dat:

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning Leerdoelen en persoonlijke doelen Het ontwerpen van het leerproces Planning in de tijd 89

Differentiëren, onderwijs passend maken. Schoolpsychologencongres 2017 Otto de Loor

Reflectiegesprekken met kinderen

Welkom bij de workshop Adolescenten in de klas

Hoe pak je je schoolwerk aan?

BETER BIJ DE LES INFORMATIE

Nationaal Gevangenismuseum Gevangen in beeld

niet apart, maar samen

Hoofdstuk 6. De weektaak The assignment represents a contract between student and teacher (Helen Parkhurst)

Ontwikkeling en ondersteuning van zelfsturing bij pubers

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

Nieuw curriculumontwerp De nieuwe rol van de docent. Willy Reijrink Innovatiedocent Innoverend onderzoeken/ onderzoekend innoveren

Helpende gedachten. (Deel 2)

De Kiezel en de Kei weektaken januari

Verslag ouderavond FIT(s) OP DE KRING

Doel van deze presentatie is

Trainingskaarten Zelfregulerend leren met effectieve leerstrategieën

H u i s w e r k b e l e i d

Opbouw workshop. Onderzoek: hoe zat t ook alweer? Definitie executieve functies. Executieve functies. Nieuwe inzichten..

Train. Randy Kulman. je brein. en benut je. Tips & tools. executieve functies te versterken

Checklist Gesprek voeren 2F - handleiding

Karin Nijman & Inge Verstraete. CNV onderwijsthemadag Masterclass leerstrategieën

Teamkompas voor Zelfsturing

WAT IS DALTONONDERWIJS?

VWO LEERLINGEN WILLEN DEUGEN. OVER EXCELLEREN EN AFSTEMMEN OP VERSCHILLEN. OTTO DE LOOR

Workshop Het puberende brein

Begeleiding van studievaardigheden in het Mentoraat. Frans Ottenhof

ONDERSTEUNING BIJ HET LEZEN

BAS: Zelfstandige Leerhouding

Woordenschat Een vak apart?

Persoonlijk Ontwikkelings Plan (POP)

Ouderavond de Triangel. Werken aan een positief pedagogisch klimaat voor leren met behulp van School Wide Positive Behavior Support

Taaljournaal, tweede versie

Aan de slag met rekenproblemen

Op welke manier spelen jullie in op de interesses van de leerlingen? Hoe komen afspraken en regels bij jullie in de klas en de school tot stand?

Transcriptie:

Leerstrategieën toepassen Leren? Dat kan ik zelf! Maar wil je even helpen? Handvatten voor schoolteams die zelfsturend leren competenties van leerlingen willen stimuleren Karin Schalkers in samenwerking met Marleen de Haan en Nora Booij www.kpcgroep.nl/onderwijsanders

Leren? Dat kan ik zelf! Maar wil je even helpen? Handvatten voor schoolteams die zelfsturend leren competenties van leerlingen willen stimuleren. Regie nemen voor je eigen leerproces Reflectie Leerstrategieën toepassen Samenwerkend leren Karin Schalkers

Inleiding Zelfsturend leren, waarom? We leven in een maatschappij die voortdurend verandert. Dit vraagt om mensen die zich snel aan kunnen passen aan veranderende omstandigheden en die snel de kennis en vaardigheden verwerven die nodig zijn om in de nieuwe omstandigheden te kunnen functioneren. De huidige samenleving heeft kortom mensen nodig die levenslang leren. Daarvoor is het van belang dat kinderen op school al zelfsturend leren competenties opdoen, zodat zij weten hoe zij moeten leren 1. Er zijn meerdere definities van zelfsturend leren. De kern van alle definities is dat de leerlingen zelf regie nemen over het eigen leerproces 2. Niet alle leerlingen zijn hiertoe automatisch in staat. Zij zullen daarvoor een aantal competenties moeten ontwikkelen. Uit onderzoek 3 blijkt dat er vijf competenties zijn die van belang zijn voor zelfsturend leren: 1. regie nemen voor je eigen leerproces 2. zelfreflectie 3. leerstrategieën toepassen 4. samenwerkend leren 5. werkreflectie. Bij leerlingen in het basisonderwijs valt werkreflectie samen met zelfreflectie, omdat leren hun hoofdtaak op school is 4. Richting, Ruimte en Ruggesteun Het is dus van belang dat leerlingen zelfsturend leren competenties verwerven. Dat gaat echter niet vanzelf, maar is een proces dat door de school ondersteund moet worden. De school biedt de leerlingen hiertoe Richting, Ruimte en Ruggesteun 4. Deze termen komen voort uit de literatuur over Organisational Support. Organisational Support is de ondersteuning van een organisatie voor haar werknemers. Deze termen zijn vertaald naar de context van de basisschool. Richting houdt in dat de school aan de leerling duidelijk maakt wat er van hem of haar verwacht wordt. Ruimte houdt in dat de leerling de mogelijkheid krijgt om zich op zijn of haar eigen manier te ontwikkelen en dat de leerling toegang heeft tot alle middelen die hij of zij daarbij nodig heeft. Ruggesteun houdt in dat herkend en erkend wordt dat de leerling zijn best doet en niet alleen de resultaten worden gewaardeerd, maar ook de inzet en de vooruitgang. Hoe het idee voor deze brochure ontstond Bij tien vernieuwende scholen zijn twee vragenlijsten afgenomen die ontwikkeld zijn door TNO, een onafhankelijke kennisorganisatie. Deze vragenlijsten gaven de school inzicht in de mate waarin leerlingen over zelfsturend leren competenties beschikken en over de mate waarin leerlingen zich door de school ondersteund voelen bij het ontwikkelen van deze competenties. Na inzage van de resultaten, rees bij een aantal scholen de vraag, wat ze kunnen doen wanneer ze bepaalde zelfsturend leren competenties bij leerlingen verder willen ontwikkelen. De brochure die u nu aan het lezen bent, is onderdeel van het antwoord op die vraag. Uitgangspunt bij het zoeken naar een antwoord was dat er op de scholen zelf al veel goede manieren aanwezig zijn om zelfsturend leren competenties bij leerlingen te ontwikkelen. Daarom zijn bij de tien vernieuwende scholen aan de hand van interviews praktijkvoorbeelden verzameld per zelfsturend leren competentie. Deze informatie is aangevuld met informatie uit de wetenschappelijke en praktische literatuur. Deze informatie is gebundeld in de brochures.

Inleiding Doel van de brochures De brochures hebben als doel schoolteams een beeld te geven van de wijze waarop zij zelfsturend leren competenties bij leerlingen kunnen ontwikkelen. De brochures geven de mogelijkheid om geïnspireerd te worden door en te leren van onderzoek en praktijkvoorbeelden van andere scholen, zodat het wiel niet telkens opnieuw uitgevonden hoeft te worden. Aan de hand van de brochures kunnen schoolteams met elkaar in gesprek gaan over de wijze waarop zelfsturend leren competenties worden ontwikkeld bij hen op school en welke wensen voor de toekomst er op dit gebied liggen. Inhoud van de reeks brochures Deze brochure maakt deel uit van een reeks van vier brochures. In elke brochure staat één van de volgende vier zelfsturend leren competenties centraal: 1. Regie nemen voor je eigen leerproces 2. Reflectie 3. Leerstrategieën toepassen 4. Samenwerkend leren In deze brochure staat de zelfsturend leren competentie reflectie centraal. U vindt in elke brochure zowel pagina s met theorie als pagina s met praktijkvoorbeelden. De praktijkvoorbeelden geven een beeld van hoe scholen Richting, Ruimte en Ruggesteun bieden. Deze drie concepten worden in de brochures niet onderscheiden, omdat één praktijkvoorbeeld vaak zowel Richting, Ruimte als Ruggesteun biedt. Wanneer bijvoorbeeld gewerkt wordt met een weektaak, staan een aantal zaken die de leerling moet doen die week al vast (Richting), mag de leerling zelf bepalen in welke volgorde het werk gemaakt wordt (Ruimte) en biedt de leerkracht Ruggesteun door de leerling te helpen met plannen en feedback te geven op het werken met de weektaak. Op de pagina s met praktijkvoorbeelden staat in het midden van de pagina een groen kader waarin wordt uitgelegd welke informatie u op die pagina aantreft. Aan het eind van elke brochure vindt u documenten van scholen, zoals een voorbeeld van een weektaak of een format voor een reflectiegesprek. Wanneer een document in de tekst besproken wordt, wordt u via een link doorgestuurd naar het desbetreffende document. Aan het einde van het document vindt u weer een link waarmee u terug kunt naar de tekst die u aan het lezen was. Op de pagina s met theorie wordt door middel van een cijfer aangegeven wat de bron is. Wanneer u een bron op wilt zoeken, kunt u de volledige literatuurverwijzing vinden in de literatuurlijst. Inhoud van deze brochure In deze brochure staat de zelfsturend leren competentie leerstrategieën toepassen centraal. Deze competentie houdt in dat de leerling in staat is om een doel te stellen, de deelstappen daarin te kiezen, een planning hiervoor te maken en het uitvoeren van deze planning te monitoren 4. Op de pagina s met theorie leest u over executieve functies, omdat een aantal van deze functies zeer belangrijk zijn voor het toepassen van leerstrategieën. Daarnaast leest u over het ABC-model dat strategieën biedt om leerlingen te helpen die moeite hebben met de competentie leerstrategieën toepassen. Op de pagina s met praktijkvoorbeelden leest u over het werken met planborden en een weektaak, het plannen bij wereldoriëntatie en het werken met een agenda. Bij de bijgevoegde documenten vindt u onder andere voorbeelden van weektaken en een prestatiewerkplan.

Executieve functies Theorie Executieve functies Om thuis en op school goed te kunnen functioneren, moeten kinderen hun eigen gedrag kunnen sturen. Daarbij maken zij gebruik van executieve functies. Executieve functies is een verzamelterm voor alle denkprocessen (functies) die belangrijk zijn voor het uitvoeren (de executie) van sociaal en doelgericht gedrag 5. Executieve functies zijn een netwerk van verschillende vaardigheden. Zonder de executieve functies vindt er geen samenwerking plaats tussen de verschillende vaardigheden, waardoor het gedrag niet goed gestuurd wordt. Je zou het kunnen vergelijken met de dirigent van een orkest. Zonder de dirigent wordt het muziekstuk een rommeltje, ook al heb je de beste muzikanten bij elkaar gezet. Elf executieve functies Er worden elf executieve functies onderscheiden 6 : 1.Respons-inhibitie 2. Werkgeheugen 3. Emotieregulatie 4. Volgehouden aandacht 5. Taakinitiatie 6. Planning / prioriteiten stellen 7. Organisatie 8. Timemanagement 9. Doelgericht gedrag 10. Flexibiliteit 11. Metacognitie Executieve functies en leerstrategieën toepassen Bij de zelfsturend lerencompetentie leerstrategieën toepassen zijn vooral de volgende executieve functies van belang 6. >Plannen / prioriteiten stellen De vaardigheid om een plan te maken voor het bereiken van een doel. Het houdt ook in dat je in staat bent beslissingen te nemen over wat wel en niet belangrijk is om op te focussen. >Timemanagement: De vaardigheid om in te schatten hoeveel tijd je hebt, hoe je deze het beste kunt verdelen en hoe je een deadline moet halen. Het besef dat tijd belangrijk is. >Doelgericht doorzettingsvermogen: Het vermogen om een doel te formuleren, dat te realiseren en daarbij niet afgeleid of afgeschrikt te worden door tegengestelde belangen. >Metacognitie: Het vermogen om een stapje terug te doen om jezelf en de situatie te overzien, om te bekijken hoe je een probleem aanpakt. Het gaat daarbij om zelfmonitoring en zelfevaluatie (door je bijvoorbeeld af te vragen: hoe breng ik het ervan af of Hoe heb ik het gedaan? ). Ontwikkeling van de executieve functies Bij de geboorte beschikken de hersenen over de biologische uitrusting voor de ontwikkeling van de executieve vaardigheden 6. Vooral de frontale cortex speelt een belangrijke rol bij de uitvoering van executieve functies 5,7. Er is een relatie tussen de langzame groei van de frontale cortex enerzijds en de relatief langzame ontwikkeling van executieve functies. De frontale cortex groeit, in tegenstelling tot andere hersengebieden, door tot in de puberteit 1. Verschillende executieve functies ontwikkelen zich in een verschillend tempo 4. Een meta-analyse laat zien dat zich tussen de 5 en de 8 jaar de grootste ontwikkelingen voordoen op het gebied van plannen. De ontwikkelingen gaan door tot in de vroege volwassenheid 9.

Executieve functies Theorie Belang van aandacht voor executieve functies Als de adolescentie eenmaal voorbij is, ontwikkelen de executieve functies zich niet meer verder. Daarom zijn de basis- en de middelbare school cruciaal voor de ontwikkeling van de executieve functies. De leerkracht speelt bij deze ontwikkeling een belangrijke rol 2. Zeker zwakke leerlingen hebben ondersteuning van de leerkracht nodig bij de ontwikkeling van executieve functies. Sterke leerlingen ontwikkelen deze vaardigheden over het algemeen zelf 10,11. Het ABC-model Het ABC-model biedt strategieën om leerlingen te helpen bij het ontwikkelen van executieve vaardigheden. Dit model maakt onderscheid tussen de factoren die aan het gedrag voorafgaan (antecedenten), het gedrag zelf (behaviour) en de factoren die het gedrag opvolgen (consequences) 6. Om leerlingen te kunnen helpen die moeite hebben met de executieve vaardigheden, onderscheidt het ABC-model drie strategieën: 1. Antecedenten Veranderingen aanbrengen in wat er aan het gedrag voorafgaat. De fysieke omgeving kan bijvoorbeeld zodanig worden aangepast dat er minder afleiding is. Daarnaast kan de aard van de taak worden veranderd door de taak bijvoorbeeld in een aantal stappen te verdelen. Tenslotte kan een kind ondersteund worden door visuele aanwijzingen. 2. Behaviour Het gedrag zelf aanpakken door het direct onderwijzen van de executieve vaardigheden. Bij het onderwijzen van de executieve vaardigheden zijn de volgende onderdelen van belang: -bepaal het probleemgedrag -stel het doel (en eventuele tussendoelen) vast -stel de stappen vast die de leerling moet uitvoeren -geef de stappen weer in lijst of checklist -houd toezicht op het kind dat bezig is met de afgesproken procedure -verminder geleidelijk het toezicht Het aanleren van de executieve vaardigheden kan ook op meer informele wijze door de leerling bijvoorbeeld een vraag te stellen (waarom zou ik willen dat je je huiswerk opschrijft in je agenda?) in plaats van schrijf je huiswerk op in je agenda!. Een andere manier is om leerlingen het belang van bepaald gedrag uit te leggen in plaats van de leerling te commanderen. 3. Consequences Gebruik prikkels om leerlingen te stimuleren de executieve vaardigheden te gebruiken. Mogelijke prikkels zijn het geven van effectieve complimentjes, iets leuks in het vooruitzicht stellen of het gebruik van formele beloningssystemen. Daarnaast kan ook het straffen van leerlingen die de executieve vaardigheden niet gebruiken helpen. De eerste strategie is een zogenaamde kortetermijnstrategie die er op gericht is de druk op de executieve functies te verlichten 12. Het is van belang dat daarnaast ook langetermijnstrategieën worden ingezet waarmee de executieve functies versterkt worden, zodat een leerling uiteindelijk niet meer afhankelijk is van de leerkracht.

Plannen bij de kleuters Voorbeelden uit de praktijk Kiesbord Veel scholen werken bij de kleuters met een kiesbord. De verschillende hoeken staan hier met behulp van pictogrammen weergegeven. De leerlingen hebben een eigen naamkaartje of een eigen pictogram. Wanneer er in de hoeken gewerkt gaat worden, kiezen de leerlingen een activiteit en hangen daar hun naamkaartje of pictogram bij. Met de leerlingen worden vaak afspraken gemaakt over hoe vaak zij in een bepaalde hoek mogen werken. De leerlingen moeten hier bij het kiezen dus rekening me houden en zijn op die manier in het klein bezig met plannen. Voor het aanleren van de vaardigheid plannen werken de meeste scholen met een opbouw waarbij het werken met een kies- of planbord geleidelijk overgaat in het werken met een weektaak. Op deze pagina vindt u praktijkvoorbeelden van het werken met kies- en planborden bij de kleuters. Op de volgende twee pagina s leest u over het plannen aan de hand van dag- en weektaken in groep 3 tot en met 8. Planbord Op het planbord verdelen de kinderen een aantal vaste activiteiten zelf over de week. Aangezien de kinderen nu echt moeten plannen, wordt gesproken van een planbord in plaats van een kiesbord. Op De Torenuil moeten de jongste kleuters één taak en de oudste kleuters twee tot drie taken per week. In de klas hangen foto s van de kinderen. Als een kind een taak heeft uitgevoerd, hangt de leerkracht een magneet onder de naam van het kind. Op DOK12 moeten de kleuters in een week uit vijf verschillende laatjes werken met elk een ander type activiteit en een eigen kleur. Op het planbord zetten de leerlingen een pionnetje met de kleur van het laatje waaruit ze gewerkt hebben achter hun naam.

Plannen in groep 3 tot en met 8 Voorbeelden uit de praktijk De Klokbeker Op De Klokbeker is de dag verdeeld in vijf werkblokken van ieder 30 of 45 minuten. In groep 3 tot en met 6 wordt gewerkt met een dagtaak waarbij de leerlingen zelf vijf activiteiten mogen verdelen over de vijf werkblokken van de dag. In groep 7 en 8 wordt gewerkt met een weektaak. De leerlingen krijgen een overzicht met activiteiten van de hele week en verdelen deze over de 25 werkblokken van de week. Hierbij staat vast dat de leerlingen elke dag een reken- of taalactiviteit moeten doen. Bovenaan de weektaak staan alle activiteiten met een bijbehorend cijfer. Per dag kunnen de leerlingen achter het werkblok met behulp van het bijbehorende cijfer aangeven aan welke activiteit zij op dat moment gaan werken. Aan het einde van de dag hebben de leerlingen steeds een kwartierde tijd om hun taken af te maken. Hiernaast ziet u de weektaak in het klein. Voor een grote versie, klik hier In groep 3 tot en met 8 maken veel scholen in plaats van een planbord gebruik van dag- en weektaken. Op deze en de volgende pagina vindt u voorbeelden van scholen die leerlingen op deze manier laten plannen. Bij de kleuters zijn ze heel goed in plannen met behulp van het planbord. In groep 3 is het de kunst om dat vast te houden. Intern Begeleider Koperwiek Gerardus Majella Sionsheuvel Op Gerardus Majella Sionsheuvel hebben alle leerlingen vanaf groep 3 een werkwijzer. De werkwijzer bevat zowel dag- als weektaken. Wanneer leerlingen klaar zijn met de dagtaken mogen zij aan de weektaken beginnen. In unit 2 volgt de verwerking van de instructie meteen op de instructie. In unit 3 mogen de leerlingen zelf bepalen in welke volgorde zij de dagtaken maken. Zij kunnen er dus ook voor kiezen de stof niet meteen na de instructie te verwerken. In unit 4 mogen de leerlingen de dagtaken naar eigen inzicht over de week verdelen.

Plannen in groep 3 tot en met 8 Voorbeelden uit de praktijk Op e Hichte Op basisschool Op e Hichte werken de leerlingen geleidelijk toe naar het kunnen werken met een weektaak. In groep 3 gebruiken leerlingen een dagtaak. In groep 4 gaat dat halverwege het jaar over in een halve weektaak. Vanaf groep 6 werken de leerlingen met een weektaak. Aan het begin van de week plannen de kinderen de taken in door met de dagkleur in de kolom planning aan te geven op welke dag ze de taak gaan maken. Met een kleur geven de kinderen in de kolom klaar? aan op welke dag ze de taak daadwerkelijk afgemaakt hebben. Op die manier is in één oogopslag te zien of de leerling zich aan de planning heeft gehouden. Op de weektaak staat ook aangegeven hoeveel tijd er per dag is om aan de weektaak te werken. Hiermee kunnen de leerlingen rekening houden bij het plannen. Hiernaast ziet u de weektaak in het klein. Voor een grote versie, klik hier. In groep 3 tot en met 8 maken veel scholen in plaats van een planbord gebruik van dag- en weektaken. Op deze en de vorige pagina vindt u voorbeelden van scholen die op deze manier leerlingen laten plannen. Wereldwijzer Op Wereldwijzer wordt in de ochtend gewerkt met het leerstofjaarklassenssysteem waarbij geen gebruik wordt gemaakt van de weektaak. In de middag wordt er thematisch gewerkt in units. Er is zowel een ontdekwerkplaats voor de wereldoriënterende vakken als een taalwerkplaats. Beide werkplaatsen bestaan uit verschillende hoeken. Op de takenkaart van unit 2 staan de taken van één week. Op de takenkaart van unit 3 staan de taken van drie weken. De taken zijn wel al over de weken verdeeld, maar leerlingen mogen daar eventueel in schuiven. Unit 1 heeft een takenboekje voor het hele thema. Wanneer de leerling een taak heeft uitgevoerd, plakt hij of zij een sticker achter de kaart. Hiernaast zie u de weektaak van unit 3 in het klein. Voor de grote versie en de takenkaarten van unit 1 en 2, klik hier.

Plannen in groep 3 tot en met 8 Voorbeelden uit de praktijk DOK12 Op DOK12 wordt in groep 3 gewerkt met een dagtaak. In groep 4 gaat dit geleidelijk over in een weektaak. Vanaf groep 5 werken alle groepen met een weektaak. Op woensdag krijgen de leerlingen hun nieuwe weektaak tijdens de start in de kring. In de kring wordt tijd gemaakt om de weektaak te plannen. Het plannen gebeurt aan de hand van dagkleuren die door de hele school heen worden gebruikt. Dezelfde kleuren worden ook door de leerkracht gebruikt om aan te geven op welke dag de instructies plaatsvinden. Bovenaan de weektaak staat een werkpunt dat de leerkracht voor die week aan de leerling meegeeft, zoals stel lekker veel vragen. Op de vorige pagina s heeft u over een aantal praktijkvoorbeelden gelezen van het werken met weektaken. Op deze pagina vindt u hierover nog één praktijkvoorbeeld. Daarnaast krijgt u informatie over de verschillen die er tussen weektaken bestaan. Verschillen in de weektaak. U heeft op de voorgaande pagina s een aantal praktijkvoorbeelden van weektaken gezien. Zoals u ziet, is de ene weektaak de andere niet. Sommige weektaken geven de leerlingen veel ruimte om zelf te bepalen in welke volgorde zij werken. Bij andere weektaken is de volgorde meer vastgelegd doordat bepaalde lessen al zijn ingepland of doordat de verwerking op de instructie moet volgen. Daarnaast verschillen de weektaken ook in de ruimte die de weektaak biedt om de weektaak te plannen. Bij sommige weektaken plannen de leerlingen met behulp van kleurtjes en getallen. Bij andere weektaken plannen de leerlingen in hun hoofd en kruisen zij op de weektaak alleen de taak af, zodra ze die afhebben. Wanneer je als schoolteam besluit met een weektaak te werken, is het zaak om na te denken welke vorm het beste bij jullie school en leerlingen past.

Hulp bij plannen Voorbeelden uit de praktijk Ondersteunen van het plannen Scholen gebruiken veel verschillende manieren om leerlingen te ondersteunen bij het plannen. Een greep uit de manieren: >Samen plannen Aan het begin van de week plant de leerkracht met een groepje leerlingen dat moeite heeft met plannen samen de weektaak. Op scholen waarbij geen gebruik wordt gemaakt van dagkleuren, kan dat als ondersteuning voor deze leerlingen wel worden gedaan. >Evalueren Aan het einde van de week wordt klassikaal of individueel gereflecteerd op het werken met de weektaak. Leerlingen kunnen op deze manier van elkaar of van de leerkracht leren. >Ander format Voor leerlingen die veel moeite hebben met het plannen kan er voor gekozen worden om het werken met een weektaak te vervangen door het werken met een dagtaak of halve weektaak. Sommige leerlingen hebben hun weektaak snel ingepland en altijd op tijd af. Andere leerlingen hebben de grootste moeite met plannen en krijgen hun taak niet af. Eigenlijk zijn de niveauverschillen niet anders dan bij taal en rekenen. En daarom vraagt ook het plannen om differentiatie. Op deze pagina leest u hoe zwakke planners ondersteund kunnen worden. Voorbeeldplanning Op De Kinderkring wordt gebruik gemaakt van een algemene voorbeeldplanning. Op deze planning staat bijvoorbeeld als tip om elke dag één rekenles te maken. De voorbeeldplanning wordt met name ingezet bij leerlingen die de neiging hebben het moeilijke werk voor zich uit te schuiven en daardoor aan het eind van de week in de problemen komen. Planning evalueren Op De Koperwiek evalueren de leerlingen aan het einde van de week het werken met de weektaak door zichzelf een cijfer te geven. Dit doen ze vanaf groep 5 met behulp van het prestatieschema. Het prestatieschema bestaat uit een x-as met de weken en een y-as met de cijfers. De leerlingen maken bij de betreffende week een staaf tot aan het cijfer. Zo ontstaat een staafdiagram waarin je kan zien hoe de leerling zich ontwikkeld heeft met betrekking tot het werken met een weektaak. Voor het prestatieschema, klik hier.

Wereldoriëntatie plannen en huiswerk Voorbeelden uit de praktijk Plannen bij wereldoriëntatie op Columbus Op Columbus wordt wereldoriëntatie thematisch aangeboden. Er wordt gewerkt met prestaties. Dit zijn betekenisvolle opdrachtkaarten. Een opdrachtkaart bevat altijd de volgende elementen: -de activiteiten (en het doel) -het aantal mogelijke deelnemers -mogelijke prestatievormen. De leerlingen plannen hun prestatie voordat zij gaan beginnen op het prestatiewerkplan, klik hier. Zij geven hierop onder andere aan uit welke stappen hun prestatie bestaat en hoe zij de taken gaan verdelen. Tevens schrijven zij voor de leerkracht op waar zij hulp bij nodig hebben. Tijdens het werken aan de prestatie, houden de leerlingen een prestatielogboek bij, waar zij aangeven wat ze hebben gedaan, wanneer en hoe lang ze daar over hebben gedaan. Plannen bij Topondernemers Topondernemers is een methode voor wereldoriëntatie waarbij leerlingen aan de slag gaan met opdrachtkaarten. Op de stappenkaart geven leerlingen aan hoe ze de taken gaan verdelen en reflecteren ze na afloop op de opdracht. Met de plankaart plannen de leerlingen de opdracht voordat zij hier mee starten. Zij geven onder andere aan hoe lang ze over de opdracht gaan doen, waar ze mee gaan beginnen en op welke vaardigheid ze gaan letten. Op de voorgaande pagina s is aandacht besteed aan het plannen door middel van een weektaak. Uiteraard zijn er ook nog andere manieren om leerlingen te leren plannen. Op deze pagina vindt u voorbeelden van scholen die leerlingen hun wereldoriëntatieopdrachten laten plannen. Daarnaast wordt aandacht besteed aan het geven van huiswerk en het gebruik van agenda s. Agenda s Huiswerk en agenda Veel scholen geven de leerlingen in de bovenbouw huiswerk. Dit huiswerk zal door de leerlingen gepland moeten worden en is daarom een goede manier om deze vaardigheid te oefenen. In groep 7 en 8 leren de leerlingen te plannen met behulp van een agenda. Op De Torenuil krijgen de leerlingen uit groep 7 en 8 vier keer per jaar een huiswerkwerkweek ter voorbereiding op de middelbare school. In deze week krijgen de leerlingen meer huiswerk dan normaal. Het leerwerk krijgen ze een week van tevoren op en het maakwerk een dag van tevoren.

Eigen Leerstrategieën Initiatief Model toepassen Voorbeelden Theorie uit de literatuur Eigen Initiatief Model Het Eigen Initiatief Model is een trainings- en begeleidingsmodel voor mensen met een verstandelijke beperking ter vergroting van hun zelfredzaamheid 13. Het model is ontworpen naar aanleiding van een onderzoek waaruit blijkt dat mensen met een verstandelijke beperking moeite hebben met de generalisatie van aangeleerde vaardigheden 14. Dit generalisatieprobleem wordt onder andere veroorzaakt door een gebrek aan algemene vaardigheden. Het Eigen Initiatief Model onderscheidt drie algemene vaardigheden: 1. Oriënteren: nadenken voor je begint en een plan maken 2. Uitvoeren: nadenken terwijl je bezig bent en in de gaten houden of je bereikt wat je wilt bereiken 3. Evalueren: controleren of je hebt bereikt wat je wil bereiken en terugkijken op en leren van de manier waarop je het hebt aangepakt. Binnen het Eigen Initiatief Model is een Stoplichtmodel ontwikkeld waarmee de algemene vaardigheden expliciet kunnen worden aangeleerd, zodat mensen met een verstandelijke beperking zelfredzamer worden. Dit Stoplichtmodel, zie figuur 1, kan in het basisonderwijs ook worden toegepast, aangezien leerlingen in het basisonderwijs in het kader van leren leren ook deze algemene vaardigheden moeten verwerven. Het Stoplichtmodel is een hulpmiddel om leerlingen te herinneren aan de denkstappen die zij moeten zetten bij het reguleren van een taak. Bij het toepassen van leerstrategieën is het van belang dat de leerling de verschillende taakfasen (oriënteren, uitvoeren en evalueren) kan reguleren. Op deze pagina leest u meer over de vaardigheden die in de verschillende taakfasen van belang zijn en maakt u kennis met het Eigen Initiatief Model waarmee deze vaardigheden kunnen worden aangeleerd. Figuur 1: Het Stoplichtmodel De wereld heeft mensen zonder vrees nodig. Dat zijn mensen die zelfverzekerd en vol zelfvertrouwen zijn en die met een vooruitziende blik plannen kunnen ontwerpen en die hun zaakjes kennen. Helen Parkhurst 1887-1973

Diagnostisch Model Leervaardigheden Voorbeelden uit de literatuur en de praktijk Diagnostisch Model leervaardigheden Op basis van het Stoplichtmodel van het Eigen Initiatief Model is het Diagnostisch Model leervaardigheden ontwikkeld 15. Het Stoplichtmodel is geschikt gemaakt voor gebruik op de basisschool. Hiertoe is de metafoor van het stoplicht verlaten, omdat het stoplicht op basisscholen ook al voor andere doeleinden wordt gebruikt. Gekozen is voor de metafoor op reis gaan. Voor kinderen is dit een situatie waarin zij het als natuurlijk ervaren om vooruit en terug te kijken. Dit zal de uitleg van de taakfasen van het model aan de kinderen vereenvoudigen. In figuur 2 zie je het model voor de leerlingen. Het model is uitgebreid met affectieve vaardigheden. Wanneer de affectieve vaardigheden op de achterkant worden afgedrukt, ontstaat er een kaartje. Dit kaartje kunnen de leerlingen gebruiken tijdens het zelfstandig werken. Naast het leerlingmodel is er ook een uitgebreider model dat gebruikt kan worden bij de diagnostiek van leervaardigheden. Hiertoe is het leerlingmodel uitgebreid met diagnostische vragen behorende bij elke taakfase. Een voorbeeld van een diagnostische vraag in de taakfase regulatie is: stop je regelmatig om denkvragen van het leerlingmodel te stellen? Voor het gehele format van het Diagnostisch model Leervaardigheden, klik hier. Het format is uitermate geschikt om toe te passen binnen het systeem van handelingsgericht werken. Op de vorige pagina las u over het Eigen Initiatief Model. Op basis van dit model ontwikkelde Greetje Kruidhof, IB er op De Koperwiek, het Diagnostisch Model Leervaardigheden waarmee diagnostische gesprekken over leervaardigheden gevoerd kunnen worden. Op deze pagina leest u meer over dit model. Figuur 2: Diagnostisch Model Leervaardigheden Het kaartje creëert een gemeenschappelijke taal. Je kan leerlingen er op wijzen van je hebt heel goed gezorgd dat je alle materialen had en je hebt je werkt ook goed gereguleerd, maar je hebt veel fouten gemaakt en dat heb je niet gezien, omdat je niet hebt teruggekeken (IB er Koperwiek)

Literatuurlijst 1. Theunissen, N.C.M., Stubbé, H.E. (2011). Duurzaam leren voor innovatieve werknemers. In F. Vaas, & P. Oeij (Eds), Innovatie die werkt: Praktijkvoorbeelden van netwerk-innoveren (pp.. 205-220). Den Haag: Boom Lemma Uitgevers. 2. Percival, A. (1996). Invited reaction: An adult educator responds. Human Resource Development Quarterly, 7, 131-139. 3. Stubbé, H.E., & Theunissen, N.C.M. (2008). Self-directed adult-learning in a ubiquitous learning environment: a meta-review. Retrieved from https://www.researchgate.net/publicliterature.publicliterature.search.html?type=keyw ord&search-keyword=self-directed+adult+learning 4. TNO (2012). Memo meting zelfsturend leren en Richting, Ruimte en Ruggesteun. Verslag van de resultaten van de meting van zelfsturend leren competenties en Richting, Ruimte en Ruggesteun op tien vernieuwende basisscholen. 5. Smidts, D., & Huizinga, M. (2011). Gedrag in uitvoering. Over executieve functies bij kinderen en pubers. Amsterdam: Nieuwezijds 6. Dawson, P., & Guare, R. (2012). Slim maar help kinderen hun talenten benutten door hun executieve functies te versterken. Amsterdam: Hogrefe uitgevers 7. Anderson, V.A., Anderson, P., Northam, E., Jacobs, R., & Catroppa, C. (2001). Development of Executive Functions Through Late Childhood and Adolescence in an Australian Sample. Developmental Neuropsychology, 20 (1), 385-406. doi:10.1207/s15326942dn2001_5 8. Passler, M., Issac, W., & Hynd, G. (1985). Neuropsychological development of behavior attributed to the frontal lobe functioning in children. Developmental Neuropsychology, 1(4), 349-370. 9. Romine, C. B., & Reynolds, C.R. (2005). A Model of the Development of Frontal Lobe Functioning: Findings From a Meta-Analysis. Applied Neuropsychology, 12 (4), 190-201. doi:10.1207/s15324826an1204_2 10. Davidson, J.E., Deuser, R., & Sternberg, R. J. (1995). The role of metacognition in problem solving. In J. Metcalfe & A. P. Shimamura (Eds.), Metacognition: Knowing about knowing (pp. 207-227). Cambridge, MA: MIT. 11. Davidson, J.E., & Sternberg, R.J. (1998). Smart problem solving: How metacognition helps. In D.J. Hacker, J. Dunlosky, & A.C. Graesser (Eds.), Metacognition in educational theory and practice(pp. 47-69). London: Lawrence Erlbaum. 12. Cooper-Kahn, J., & Dietzel, L. (2011). Vergeten, kwijt en afgeleid. Opvoedwijzer om executieve functies bij kinderen te versterken. Amsterdam: Hogrefe uitgevers. 13. Timmer, J.T., Dekker, K.A., & Voorman, H. (2003). Eigen Initiatief Model, theorie en toepassing. Retrieved from http://www.eigeninitiatiefmodel.nl/eigen%20initiatief%20model%20theorie%20en%20 Praktijk%20LKNG.pdf 14. Timmer, J.T. (2000). Eigen Initiatief Model. Herkomst, achtergronden en inhoud. Retrieved from http://www.eigeninitiatiefmodel.nl/eim%20herkomst.pdf 15. Kruidhof, G. (2013). Diagnostiek vanuit leervaardigheid (Masters s thesis). Available from http://www.rug.nl/gmw/pedagogy-and-educationalsciences/research/denken_leren/deelprojecten/kruidhof_2013.pdf

Hartelijk bedankt! OBS Wereldwijzer Nachtegaal 144 1628 DJ Hoorn CBS Op e Hichte Langaerderdijk 2 8629 PT Scharnegoutum PCB De Klokbeker De La Reystraat 134 3851 BL Ermelo CBS De Koperwiek Lijsterbesstraat 32 8302 CN Emmeloord ICBS Columbus Weegbree 2 1705 RA Heerhugowaard De scholen die op deze pagina vermeld worden, hebben de deur opengezet en openhartig en enthousiast verteld over de manier waarop zij zelfsturend leren competenties bij leerlingen stimuleren. Zonder hun medewerking had deze brochure niet tot stand kunnen komen. Hartelijk bedankt! CBS De Kinderkring C. Kempenaarlaan 2 2481 XB Woubrugge kbs De Arabesk Meikers 3 6846 HR Arnhem OBS De Torenuil Sint Petersburglaan 29 3404 CV IJsselstein kbs Gerardus Majella Sionsheuvel Zevenheuvelenweg 14 6561 ES Groesbeek kbs DOK12 Laakboulevard 412 3825 KL Amersfoort

Weektaak Bovenbouw De Klokbeker Terug naar tekst, klik hier

Weekplan Bovenbouw Op e Hichte Terug naar de tekst, klik hier

Weektaken Wereldwijzer Unit 1

Unit 2 Opdracht Woordenhoek!!! Hoe is het gegaan? Schrijvershoek museum!!! Schrijvershoek Ötzi!!! (ik weet wat ik) Leeshoek!!! Zoekhoek Ontdekhoek hunebedden Max. Ontdekhoek bewaard in ijs Max. Heel mooi schrijven hoek Knutselhoek Max. Spelhoek Max.

Unit 3 Terug naar de tekst, klik hier

Prestatieschema De Koperwiek Terug naar de tekst, klik hier

Prestatiewerkplan Columbus Terug naar de tekst, klik hier

Diagnostisch Model Leervaardigheden

Terug naar de tekst, klik hier

Meer weten? Ineke van Sijl 06-53198452 i.vansijl@kpcgroep.nl Nora Booy 06-53203233 n.booij@kpcgroep.nl www.kpcgroep.nl/onderwijsanders