Gebruikersprocessen B&B-BR



Vergelijkbare documenten
Gebruikersprocessen Rijden van treinen

Gebruikersprocessen B&B-BR

Infra wijzigingen per op Zevenaar-Oost en Betuweroute (A15) Extra informatiesessie voor vervoerders en opleiders

Spoorcollege veiligheid / treinbeveiliging SpoorParade 17 oktober 2014

Formulierenboek. Directeur ProRail VL Kees van Dijk / Wilco van der Wolf. Herman Tijsma. Definitief. Van Auteurs. Projectleider

Theo van de Ven Interoperabel, maar anders dan de HSL-Zuid

Examenprogramma Machinist Reizigers/Goederen Rijden op ERTMS baanvakken

Vakkennis Machinist Cluster 6: Beveiligingssystemen

interoperabel maar toch verschillend van Betuweroute Presentatie IRSE (Luc van Gerrevink) 15 februari 2008

Inleiding Treinbeveiliging

Wegbekendheid/kennis van de lijn machinist

Formulierenboek. Directeur ProRail VL. Staf VLV, cluster VMK Staf VLV, cluster be- en bijsturing. Definitief

Vakkennis wijzigingsdocument Op de website VVRV update

Formulierenboek. Herman Tijsma. VL VLV VMK/ Formulierenboek/Definitief. Definitief. Van Eigenaar. Kenmerk. Versie 3.0 Datum 2 januari 2015 Bestand

INFRAROOD AFSTANDBEDIENINGSSYSTEEM (IRAB) Versie: 001

Nederlands seinenstelsel. op de modelbaan. Colofon. G. te Nuyl GtN NL seinenstelsel op de modelbaan. Auteur Kenmerk Versie 1.

Aanpak. Onafhankelijk advies

Vakbekwaamheidseisen (VBE) Kennis van de lijn baanvak Haarlem-Leiden v

nr criterium Vraagvariant 1 Vraagvariant 2 Vraagvariant 3

Vakbekwaamheidseisen (VBE) Kennis van de lijn baanvak Zwolle-Amersfoort v

Rijweginstelling en roodseinpassages

CHECKLIST STS VOOR DE TREINDIENSTLEIDER

Rijweginstelling en roodseinpassages

Feitenrapport. Wagen over remslof geduwd Kijfhoek 18 juli BVR Ontsporing

24-Uurs rapportage bijna trein trein botsing na STS-passage van sein 1288 op spoor 13 te Utrecht CS d.d

Vakbekwaamheidseisen (VBE) Kennis van de lijn Leiden-Haarlem v

RV uursrapportage bijna botsing na STS passage te Utrecht op 25 april 2012

Onderzoeksrapport. Rapportagedatum 1 mei Onderzoeksnummer

Onafhankelijk advies. Aanpak

Vragenset wegexamen 33 E Harmelen aansluiting Utrecht centraal vice versa v

VVRV cluster ERTMS, versie maart 2019

Vakkennis Machinist Cluster 7: Gereedmaken en vertrekken

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

HOOFDSTUK IV. Seinen op bepaalde plaatsen te geven. (Vaste seinen).

ERTMS Kennisboek versie 1.0

LOKALE REGELGEVING SPV ONDERHOUDSBEDRIJF ONNEN

Vragenset wegexamens 07A Ledn-Hfd v

Machinist. 1 Deze regelgeving: Is een aanvulling op het NedTrain Handboek Machinist/rangeerder NedTrain uitgave januari 2011

Vragenset open vragen PB lijst kennis van de lijn/wegexamen V4 Traject:A-B vice versa Naam PEX: Naam kandidaat: Datum:

Vragenset wegexamen 17 Barneveld aansluiting Ede Wageningen vice versa

ERTMS Regional. De stand van zaken. zaterdag 16 juni 12

Richtlijn. Gebruikersprocessen 'rijden met treinen' - A15-tracé en Zevenaar Oost. Assetmanagement. Datum van kracht:

ERTMS Key management

ERTMS Kennisboek versie V2.0

Beantwoording van de 7 vragen uit het Integraal afwegingskader voor beleid en regelgeving (IAK)

Handleiding aanleveren wagenlijsten

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

1 van :12

Inrit Spoor 3. Uitrit Spoor 1

HOOFDSTUK III. Seinen op niet bepaalde plaatsen te geven. HOOFDSTUK III. Seinen op niet bepaalde plaatsen te geven. Sein 5. Sein 5. Veilig.

ProRail Marktconsultatie

BESCHIKKING VAN DE COMMISSIE

ERTMS Pilot Amsterdam-Utrecht. IRSE 19 mei 2015 Wendi Mennen Marcel Voskamp

Vakkennis Machinist. Cluster 6 Beveiligingssystemen. Huidige versie: Versie 4.0 vraag-antwoord structuur (IB, HB, IvdS, RvS, MV )

Eindrapport. Aanrijding medewerker te Meteren 13 oktober 2016

Maatregelen ter verbetering van Bijlagen bij Inventarisatie van de externe veiligheid EV-risico s bij het vervoer van gevaarlijke stoffen

Regeling spoorverkeer

Goederentrein en reizigerstrein botsen te Zwolle

ALGEMEEN REGLEMENT VAN HET PERSONEEL EN DE SOCIALE DIENSTEN BUNDEL TUCHTREGLEMENT

Bijlage A: Lijst van afkortingen Automatische Trein Beïnvloeding (EG = eerste generatie, NG = nieuwe generatie)

STS-passages Analyse en resultaten over de periode Datum 16 juni 2011 Status definitief

Vragen en antwoorden Tweede Kamer over Zesde Voortgangsrapportage ERTMS

Reizigerstrein passeert stoptonend sein

RIGD-LOXIA Producten en Diensten Catalogus

Onderzoeksrapport RV-08U0818

Bedieningsvoorschrift (BVS) Post T Wijlre. Emplacement Wijlre Post T Van Schin op Geul op spoor 1

Op 23 januari 2007 ontspoort om 6.15 uur een rangeerdeel zonder reizigers op het emplacement van Utrecht Centraal.

CHECKLIST STS VOOR DE VERVOERDER

ERTMS Pilot Amsterdam-Utrecht. IRSE 19 mei 2015 Wendi Mennen Marcel Voskamp

PROVINCIAAL BLAD. Besluit tot vaststelling van het Tram Sein Reglement

Safety Management bij RandstadRail

Trein passeert gedoofd sein bij de Zaanbrug

INFOBLAD 02. ATB-plicht onderhoudsmachines en historische spoorvoertuigen

HOOFDSTUK V. Seinen op treinen, rangeerdeelen en bijzondere voertuigen te geven.

Bijlage 2: Projecteringsregels ERTMS level 2 tbv het vaststellen van de capaciteitseffecten

Vakkennis Machinist Cluster 8: Rijden, rangeren en wegzetten

Publicatieblad van de Europese Unie L 136/11

Capaciteitsvergrotingsplan Waalhaven-zuid dienstregelingjaar 2010

C 5504/II (L) Voorschriften voor de bediening van wissel- en seininrichtingen. B-Voorschriften Deel II (L) Seinwezen

Eindtermen Emplacementbeveiliging VPI versie 17 februari 2009

Feitenrapport. Botsing ketelwagon met lorrie in buitendienststelling Kijfhoek 15 juni Arbeidsongeval

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 9, 35 en 36 van het Besluit spoorverkeer;

STWSIM. Door Daan Goedkoop. Geldig voor de versie: Alle rechten voorbehouden.

In de periode december 2006 tot en met april 2007 passeren 13 reizigerstreinen van Veolia Transport, ten onrechte stoptonende seinen.

Regeling spoorverkeer

Seinenboek NS Reizigers

In de periode december 2006 tot en met september 2007 passeren negen reizigerstreinen van Connexxion ten onrechte stoptonende seinen

abcdefgh Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG DGP/SPO/U Geachte voorzitter,

Bijna-botsing tussen twee reizigerstreinen bij Hattemerbroek Aansluiting

24-Uurs rapportage Botsing trein - trein te Amsterdam Singelgracht d.d. 21 april 2012

Meer inzicht in spoorwegveiligheid

SOFTLOK en de Multidecoder

Op 3 maart 2006 rijden vier treinen voorbij door sneeuwval niet zichtbare, stoptonende seinen

STS-passages Analyse en resultaten over de periode Datum 18 juni 2012 Status definitief

Hoe te handelen bij aantreffen VWAM- Blokkering

GEBRUIKERSHANDLEIDING. Elektronisch slot Multicode. think safe

Save - Scholten Advies Veiligheidsbewustzijn Educatie. Save - Scholten Advies Veiligheidsbewustzijn Educatie

Botsing tussen twee treinen op emplacement Tilburg Goederen Onderzoek naar aanleiding van de botsing tussen een reizigerstrein en een goederentrein

VVRV cluster Bevoegdheidseisen, taken en verantwoordelijkheden machinist, versie maart 2019

Transcriptie:

TB/B&B-BR Gebruikersprocessen B&B-BR De Havenspoorlijn Versie 2.1

Configuratie Pagina DOCUMENT IDENTIFICATIE Referentie: TB/B&B-BR/D0472 REVISIE HISTORIE Versie Datum Reden voor nieuwe versie 0.1 1-10-2007 Concept 0.2 10-1-2008 Versie ter interne review. 0.3 1-2-2008 Versie ter externe review. 0.4 29-5-2008 Versie t.b.v. safety-analyse. 1.0 12-6-2008 Oplevering voor dossier. 1.1 15-05-2009 Oplevering voor dossier BL 8.2 1.2 15-07-2009 Change requests uitgevoerd op de baan voor IDS Hvsl 04-10-2009 2.0 17-07-2009 Geen inhoudelijke wijzigingen. Ondertekende versie. 2.1 21-07-2009 Voetnoten toegevoegd proces 4001 en 4019. ACCEPTATIE Functie Naam Handtekening Datum Auteur Safety Manager B&B-BR Kwaliteitsmanager B&B-BR Projectmanager B&B-BR M. van Wilpe/ Sander Dragt E. van den Berg H. Koops M. Groeneveld HISTORIE WIJZIGINGEN Oude versie Nieuwe versie Hoofdstuk / Sectie Wijziging - 0.1 Alle Conceptversie. 0.1 0.2 Alle Uitbreidingen en (p)reviewcommentaar van S. Dragt verwerkt. 0.2 0.3 Alle Correcties en aanvullingen en intern reviewcommentaar/ opmerkingen verwerkt van: A. J. Meijer, H. Wassink, J. Klomp, R. Meijer, S. Dragt, V. Somhorst, H. van Zandvoort. 0.3 0.4 Alle Reviewcommentaar verwerkt en aanpassingen n.a.v. opmerkingen tijdens sessie met gebruikers (Keyrail, VL, vervoerders, RDP). 0.4 1.0 Alle Aanpassingen n.a.v. safety-analyse en restpunten verwerkt. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 2 / 133

1.0 1.1 Alle Zie reviewformulieren + renvooieringen + gevolgen van engineering aanpassingen. 1.1 1.2 Alle Zie reviewformulieren + gevolgen van engineering aanpassingen. Cr en: 144, 123, 122, 121, 119, 93, 1.2 2.0 Geen Geen inhoudelijke wijzigingen. Ondertekende versie. 2.0 2.1 4 Voetnoten toegevoegd proces 4001 (vii) en 4019 (ii) i.v.m. verduidelijking uitzonderingssituaties vanuit het RVTO. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 3 / 133

DISTRIBUTIE LIJST Functie Naam Bedrijf / Afdeling B&B-BR PoBR Portaal BR Transmissie BR VL TB CT VMJB IVW Vervoerders Keyrail RIO RDP D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 4 / 133

Inhoudsopgave 1 Introductie 7 1.1 Inleiding 7 1.2 Begrippen en afkortingen 8 1.3 Opzet van dit document 12 2 Referenties 14 3 Introductie 15 3.1 ERTMS algemeen 15 3.1.1 Uitvoeringsniveau s ERTMS 15 3.1.2 ETCS-bedientableau 16 3.2 Toepassing ERTMS op de Havenspoorlijn - uitgangspunten 17 4 Gebruikersprocessen gerelateerd aan het rijden met treinen 20 4.1 Inleiding 20 4.2 Het vertrek van de trein 21 4.2.1 [4000] Het vertrekgereedmaken van de trein 21 4.2.2 [4001] Vertrek vanaf een geel of beter tonend sein 25 4.2.3 [4038] Vertrek vanaf een geel knipperend sein 28 4.2.4 [4002] Vertrek met de kop voorbij het sein 33 4.3 De aankomst van de trein 36 4.3.1 [4014] Het inrijden van een emplacement vanaf de hoofdbaan 36 4.4 Het rijden van de trein 39 4.4.1 [4003] Het rijden onder ERTMS-level 1 op de hoofdbaan 39 4.4.2 [4004] Omschakelen van volledig technisch beveiligd rijden naar rijden op zicht 42 4.4.3 [4005] Omschakelen rijden op zicht naar volledig technisch beveiligd rijden 45 4.5 Transities 47 4.5.1 [4012] Het inrijden van ERTMS-level 1 beveiligd gebied vanuit ATBEG beveiligd gebied 47 4.5.2 [4013] Het inrijden van ATBEG beveiligd gebied vanuit ERTMSlevel 1 beveiligd gebied 50 4.6 De passage van bijzondere locaties 53 4.6.1 [4016] De passage van L- en H-seinen door een aangewezen trein 53 4.6.2 [4017] De passage van een spanningssluis 56 4.6.3 [4019] De passage van een spanningsloze sectie 59 4.7 Rangeren 62 4.7.1 [4021] Het rangeren op een emplacement 62 4.7.2 [4025] Het opzenden van tractiematerieel 66 4.8 Het herroepen van rijwegen 68 4.8.1 [4027] Het herroepen van een rijweg die aan een trein is toegekend D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 5 / 133

waarbij de trein tot stilstand komt vóór de herroepen rijweg 68 4.8.2 [4028] Het herroepen van een rijweg met een trein in de aankondiging die tot stil stand komt op de te herroepen rijweg 71 4.9 De afhandeling van storingen en onregelmatigheden 74 4.9.1 [4006] De passage van een stoptonend bediend sein 74 4.9.2 [4039] De passage van een stoptonend p-sein 78 4.9.3 [4008] Het verder rijden na een ongeplande stop 81 4.9.4 [4010] Het wegslepen van een gestrande trein 84 4.9.5 [4029] Het terugzetten van een doorgeschoten trein 87 4.9.6 [4030] Het verder rijden met een doorgeschoten trein 90 4.9.7 [4031] De afhandeling van een onverwachte remingreep t.g.v. een snelheidsoverschrijding 93 4.9.8 [4032] De afhandeling van het inkorten van de rijautorisatie tot een niet stoptonend sein waarbij de trein voor het sein tot stilstand komt 95 4.9.9 [4026] De afhandeling van het inkorten van de rijautorisatie tot een niet stoptonend sein waarbij de trein doorschiet tot voorbij het sein. 98 4.9.10 [4033] De afhandeling van een remming n.a.v. een baliseinconsistentie 101 4.9.11 [4034] De afhandeling van het stranden van de trein t.g.v. falen ETCS-treinsysteem 104 4.9.12 [4035] De afhandeling van het falen van de ETCS-apparatuur bij vertrekgereedmaken 107 4.9.13 [4041] De afhandeling van een tunnelincidentmelding 109 5 Gebruikersprocessen gerelateerd aan onderhoud en beheer 115 5.1 Inleiding 115 5.2 [4101] De afhandeling van een ERTMS-gerelateerde storing 116 5.3 [4102] Het instellen/verwijderen van een tijdelijke snelheidsbeperking 119 5.4 [4103] Werken aan de infrastructuur 123 Bijlagen 124 A Overzicht dekking ERTMS Operational Rules 125 B Overzicht regionale waardes voor de Havenspoorlijn 127 C Niet uitgewerkte gebruikersprocessen 128 D Verschillen met gebruikersprocessen A15-tracé 130 D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 6 / 133

1 Introductie 1.1 Inleiding Dit document beschrijft de gebruikersprocessen gerelateerd aan het ERTMS-level 1 systeem voor de Havenspoorlijn. De gebruikersprocessen die in dit document zijn beschreven vormen Safety Related Application Conditions (SRAC s) voor het gebruik van het ERTMS-level 1 systeem voor Havenspoorlijn. Het document dient daarom als uitgangspunt voor de uitwerking van gebruikersprocessen in (aanpassing van) handboeken, procedures, werkinstructies en opleidingen. Deze versie van de gebruikersprocessen bevat geen specifieke informatie gerelateerd aan de gefaseerde oplevering van het ERTMS-level 1 systeem op de Havenspoorlijn. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 7 / 133

1.2 Begrippen en afkortingen In de onderstaande tabel worden de begrippen en afkortingen die in dit document worden gebruikt toegelicht (op alfabetische volgorde). Waar van toepassing wordt tussen accolades het Engelstalige equivalent vermeld zoals dat binnen de ERTMS-specificaties wordt gehanteerd. Aanwijzing STS Aslast {Axle load} Balise(groep) {(Euro) Balise (Group)} Bedrijfstoestand {Mode} Bewaking tegen wegrollen {Roll Away Protection} Buiten bedrijf {Isolation Mode} Doorschieten {Trip} Dynamisch snelheidsprofiel {Dynamic Speed Profile} EBP EBPV Eindpunt van de rijautorisatie {End of Authority (EoA)} Eiswissel Door treindienstleider afgegeven aanwijzing waarmee de machinist toestemming krijgt om een stoptonend sein te passeren. De last (in ton) die op een as van de trein wordt uitgeoefend. Dit gegeven is relevant voor de bepaling van de rijweggeschiktheid van de trein. Een (Euro)balise is een baken in het spoor waarmee bij ERTMS van wal naar ETCS-trein wordt gecommuniceerd. Een balisegroep bestaat uit één of meerdere balises die vlak achter elkaar in het midden van het spoor liggen. Binnen ERTMS gedefinieerde toestand waarin het ETCStreinsysteem verkeert. De wijze waarop het ETCS-treinsysteem zich gedraagt, is afhankelijk van de bedrijfstoestand waarin het verkeert. ERTMS-veiligheidsvoorziening die er voor zorgt dat een ETCStrein zonder rijautorisatie niet meer dan een beperkte afstand kan rijden. Bedrijfstoestand van de ETCS-trein waarbij de ETCS-apparatuur losgekoppeld is van het remsysteem. Situatie waarbij er een onvoorwaardelijke noodremming plaatsvindt ten gevolge van het doorschieten van de ETCS-trein tot voorbij het eindpunt van de rijautorisatie. De door de treinapparatuur berekende snelheidscurve die een trein mag volgen om binnen de geautoriseerde snelheid en ruimte te blijven. De curve is o.a. afhankelijk van de bij vertrekgereedmaken vertrek ingevoerde treingegevens. Elektronische bedienpost. Systeem voor het bedienen van relaisbeveiligingen en VPI installaties. Versies van EBP waarbij de bediening plaatsvindt vanuit Procesleiding Rijwegen. Locatie voor de trein uit tot waar de trein mag rijden. Wissel buiten een rijweg, dat t.b.v. die rijweg wel in een bepaalde D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 8 / 133

stand wordt gestuurd, vergrendeld en gecontroleerd. Emplacement ERTMS ETCS ETCS-bedientableau {Driver-Machine Interface (DMI)} Geduwd rijden {Propelling} Hoofdbaan In voorspan rijden {Non-Leading Mode} Individuele bedienopdracht Infillbalise Infrabeheerder JRU Keren Kopmaken Kortsluitlans LEU Spoorterrein bedoeld voor het kruisen of inhalen van treinen, voor vertrek en aankomst van treinen, voor het laden en lossen van treinen of voor het opstellen van materieel. Afkorting van "European Rail Traffic Management System". De Europese standaard voor treinbeheersingssystemen. Afkorting van European Train Control System. Treingedeelte van het ERTMS-systeem. De voorziening in de cabine van de trein ten behoeve van interactie van machinist met het ETCS-systeem. Manier van rijden waarbij de stuurstand zich aan de achterzijde van de trein bevindt. Baangedeelte tussen twee emplacementen waar treinen doorgaans sneller dan 40 km/uur kunnen rijden, waar niet voor rangeren beveiligd gereden mag worden, en waar treinen niet of beperkt van sporen kunnen wisselen. Manier van rijden met een trein waarbij er sprake is van meerdere tractieëenheden die separaat door verschillende machinisten worden bediend. Door treindienstleider verstrekte opdracht om een infraelement in een bepaalde toestand te brengen. Voor elk sein op de hoofdbaan liggen maximaal drie infillbalises. Via deze balises worden seinbeeldveranderingen aangeboden aan de ETCS-trein, op basis waarvan rijautorisatie en snelheidsprofiel automatisch worden aanpast. Persoon of instantie die de storing registreert en die bepaalt bij welke beheerder een storing aangemeld wordt Afkorting van 'Juridical Recorder Unit'. Op het ETCS-treinsysteem aangesloten recorder voor de vastlegging van informatie die gebruikt wordt om na incidenten de toedracht te kunnen achterhalen. Het veranderen van rijrichting van een trein waarbij het treinnummer verandert. Het veranderen van rijrichting van een trein zonder dat het treinnummer verandert. Door baanwerkers gebruikt gereedschap dat tussen beide spoorstaven wordt geklemd waarmee een treinbezetting wordt gesimuleerd opdat de lichtseinen in de stand stop blijven. Lineside Electronic Unit. Component van het ERTMS-walsysteem dat informatie over het seinbeeld doorgeeft aan een balise. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 9 / 133

Omgrenzingsprofiel {Loading gauge} Opzenden Procedureel beveiligd rijden {Staff Responsible Mode (SR)} P-sein Restrijweg Rijautorisatie {Movement Authority (MA)} Rijden op zicht (ROZ) {On Sight Mode (OS)} Rijweg Rijweggeschikheid {Route Suitability} STM STS-route Het omgrenzingsprofiel van een trein. Dit gegeven is relevant voor de bepaling van de rijweggeschiktheid van de trein. Het meesturen van een locomotief als niet tractievoerend onderdeel van een trein. Manier van rijden met de ETCS-trein waarbij de machinist in de gelegenheid gesteld om zonder rijautorisatie te rijden. Technisch wordt de trein alleen nog maar bewaakt wordt tegen het overschrijden van een plafondsnelheid en maximum afstand. Permissief sein. Een met 'P' gemerkt sein van het automatisch blokstelsel op de onbediende baan. Het niet vrijgekomen deel van een rijweg tot aan het eindsein. Autorisatie die door het walgedeelte van het ERTMS-systeem aan een ETCS-trein wordt verstrekt. Met een rijautorisatie wordt de machinist in staat gesteld om de trein met een bepaald snelheidsprofiel, tot een bepaald punt te rijden. Een rijautorisatie wordt uitsluitend verstrekt als een rijweg voor de trein beschikbaar is. Manier van rijden met de ETCS-trein waarbij de machinist in staat wordt gesteld om te rijden over gedeeltelijk bezet spoor. De trein wordt bewaakt tegen het overschrijden van een, bij deze manier van rijden geldend, snelheidslimiet.verder komt deze manier van rijden overeen met volledig technisch beveiligd rijden. Een in opdracht van de treindienstleider gecreëerd pad over de infrastructuur bedoeld voor één specifieke treinbeweging. Indicatie of de ETCS-trein volgens de bij vertrekgereedmaken door de machinist ingevulde/bevestigde gegevens geschikt is om een ingestelde rijweg af te rijden. Telkens als de trein van de wal een rijautorisatie krijgt aangeboden wordt de rijweggeschiktheid gecontroleerd. Is de trein niet geschikt dan wordt de rijautorisatie door de trein afgewezen (niet van toepassing voor de Havenspoorlijn). Specific Transmission Module. Deelsysteem van ETCS dat een interface biedt naar apparatuur voor een specifiek conventioneel beveiligingssysteem. Hiermee wordt de ETCS-trein in staat gesteld om, onder regie van de STM, over conventioneel beveiligd spoor te rijden. In een ETCS-trein kunnen meerdere STM s aanwezig zijn: één per type conventioneel beveiligingssysteem. Een door de treindienstleider gecreëerd pad over het spoor waarmee zoveel mogelijk een rijweg wordt nagebootst door het in de correcte stand sturen van elementen van een route (inclusief eiswissels), het verhinderen van de betrokken elementen voor bediening, en het verhinderen voor het instellen van rijwegen over strijdige routes. Hierbij wordt door het systeem geen rijautorisatie afgegeven maar moet de machinist met een aanwijzing STS de D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 10 / 133

opdracht en toestemming krijgen om de route te berijden. Stuurstroom Terugzetten {Moving backwards in Post Trip} Tijdelijke snelheidsbeperking Tractievorm {Power Supply} Transitie {Transition} Verder rijden zonder rijautorisatie {Override end-of-authority (EoA)} Volledig technisch beveiligd rijden {Full Supervision Mode (FS)} Voor rangeren beveiligd rijden {Shunting Mode (SH)} Vrijlaatsnelheid {Release Speed} De stroomvoorziening van de stuurstand van de trein. Handeling waarmee de trein achterwaarts teruggezet wordt nadat deze is doorgeschoten. Tijdelijke beperking van de toegestane treinsnelheid op een bepaald deel van de railinfrastructuur. De tractievorm waarover de trein beschikt. Dit gegeven is relevant voor de bepaling van de rijweggeschiktheid van de trein. Omschakeling van de ETCS-trein naar ander ERTMS-level ten gevolge van de overgang naar een anders beveiligd baanvak. Indicatie waarmee de machinist van de ETCS-trein aan het systeem te kennen geeft dat hij van plan is om verder te rijden zonder rijautorisatie. Manier van rijden waarbij het systeem de trein maximaal beschermt tegen overschrijding van de toegestane snelheid en het voorbijrijden van het einde van de beveiligde rijweg. Manier van rijden met de ETCS-trein waarbij de machinist in de gelegenheid wordt gesteld voor- en achteruit te rijden en rangeerhandelingen te verrichten. Technisch wordt de trein alleen nog maar bewaakt tegen het overschrijden van een snelheidslimiet en tegen het verlaten van het gebied waar deze manier van rijden is toegestaan. Maximum snelheid waarbij een stoptonend sein benaderd mag worden zonder dat de remcurve door het ETCS-systeem bewaakt wordt. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 11 / 133

1.3 Opzet van dit document In dit document staan de gebruikersprocessen die zich afspelen op de havenspoorlijn centraal. Hoofdstuk 3 geeft een introductie op ERTMS in het algemeen en de wijze waarop ERTMS op de Havenspoorlijn wordt toegepast. Hoofdstuk 4 behandelt de gebruikersprocessen gerelateerd aan het rijden met treinen; hoofdstuk 5 de gebruikersprocessen gerelateerd aan onderhoud en beheer. De wijze waarop de gebruikersprocessen worden gepresenteerd is telkens dezelfde: Het gebruikersproces wordt kort toegelicht en de bijbehorende uitgangspunten worden opgesomd. Er wordt een concreet voorbeeld uitgewerkt; bij voorkeur het meest veelzeggende. Waar zinvol de wordt dit aan de hand van een situatieschets gevisualiseerd. De interactie tussen systeem en functionarissen is weergegeven in de vorm van een interactiediagram. Hierbij wordt aangeven op welke informatie de functionarissen acteren en welke acties dit tot gevolg heeft. Aanvullend informatie wordt per gebruikersproces vermeld in de vorm van noten. De noten zijn gecategoriseerd. De categorieën zijn herkenbaar is aan onderstaande symbolen: Veiligheidsrelevante opmerking; additionele informatie; Variant op het uitgewerkte voorbeeld waarop dezelfde uitgangspunten van toepassing zijn. Tenslotte worden de consequenties voor de bestaande werkwijze per type gebruiker (treindienstleider, machinist, e.a.) in tabelvorm samengevat. Waar in dit document geen uitspraak over gedaan wordt is het antwoord op de vraag of de gevolgen van een verandering van werkwijze in een handboek of in een werkinstructie terecht dient te komen. Evenmin wordt ingegaan op de vorm waarin dit beschreven zou moeten worden. Dit wordt overgelaten aan de gebruiksorganisatie van de functionaris waarop de verandering betrekking heeft. Het in dit document gebruikte jargon sluit zoveel mogelijk aan bij dat van de bestaande handboeken. Gebruikte begrippen en afkortingen zijn opgenomen in de lijst van 1.2. Met de introductie van ERTMS wordt een aantal nieuwe begrippen geïntroduceerd die nog niet als jargon ingeburgerd zijn. Waar van toepassing is in de begrippenlijst tussen accolades het Engelstalige equivalent, zoals dat binnen de ERTMS-specificaties wordt gehanteerd, vermeld. Bijlage A geeft een overzicht van de mate waarin de gebruikersprocessen de zogenaamde ERTMS Operational Rules uit [TSI OPE] (zie 2) afdekken. Het betreft een verzameling regels met betrekking tot het operationeel gebruik van op ERTMS gebaseerde systemen. De regels gelden voor alle landen die binnen Europa gebruik maken van ERTMS. Deze regels zijn als uitgangspunt gehanteerd. Bijlage B betreft een opsomming van regionaal waardes voor de Havenspoorlijn. Om tot een compleet overzicht van de wijzigingen te komen, is er een inventarisatie gemaakt van gebruikersprocessen die mogelijk relevant zijn voor de Havenspoorlijn. Er is een lijst opgesteld op D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 12 / 133

basis van de informatie uit de handboeken, implementatieleidraad en beschikbare kennis omtrent de processen die zich op de Havenspoorlijn afspelen. Verder is ook gekeken naar een dergelijke lijst die in het verleden voor het A15-tracé is opgesteld. Bijlage C geeft een opsomming van gebruikersprocessen die zijn onderkend maar waarvan na analyse bleek dat zij niet hoefden te worden uitgewerkt omdat zij niet van toepassing zijn voor de Havenspoorlijn c.q. wel van toepassing zijn maar niet wijzigen. In één van de uitgangspunten (U9, D0469, zie hoofdstuk 2) is gesteld dat het systeemgedrag zoveel mogelijk overeenkomt met dat op het A15-tracé, de verschillen inherent aan de toegepaste systeemconcepten daargelaten. Bijlage D geeft een overzicht van de verschillen met de gebruikersprocessen op het A15-tracé. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 13 / 133

2 Referenties BR/DESG/0226 Geïdentificeerde wijzigingen op de Havenspoorlijn, R. Bresser, Alstom, 2.7, 25/09/2008 BR_GUID_0081 Application of TSR for Level 1 Operation, F. Hausmann, Alstom, 1.1, 17-12-2008 D0265 D0270 D0275 D0441 D0469 Handboek TRDL TSI CCS TSI OPE Gebruikersprocessen B&B-BR - Het rijden van treinen op het A15-tracé, BB21/B&B-BR/D0265, M. van Wilpe, B&B-BR, 7.0, 1-10-2007 Gebruikersprocessen B&B-BR - Werken aan de infrastructuur, TB/B&B- BR/D0270, G.A. Fries, V. Somhorst, B&B-BR, 8.0, 1-2-2008 Gebruikersprocessen B&B-BR - Beheer, TB/B&B-BR/D0275, G.A. Fries, V. Somhorst, M. van Wilpe, B&B-BR, 5.0, 1-2-2008 Implementation Guideline Level 1 Havenspoorlijn, TB/B&B-BR/D0441, S.Dragt, PoBR, 1.3, 10-12-2008 Uitgangspunten Havenspoorlijn, TB/B&B-BR/D0469, V. Somhorst, B&B- BR, 1.1, 18-04-2008 Handboek Treindienstleider, ProRail ERTMS/ETCS Class 1 System Requirements Specification, European Railway Agency, 2.3.0, 24-2-2006 Technical Specification for Interoperability, 2006/920/EC, ERTMS User Group, 11-8-2006 D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 14 / 133

3 Introductie 3.1 ERTMS algemeen ERTMS staat voor European Rail Traffic Management System. Het is de nieuwe Europese standaard voor treinbeveiligingssystemen. Conventionele treinbeveiligingssystemen hebben het grote nadeel dat zij door elk land afzonderlijk ontwikkeld zijn en daarom onderling incompatibel zijn. Hoofddoelstelling van ERTMS is de bevordering van interoperabiliteit, zodat machinisten hun treinen, veilig en optimaal, grensoverschrijdend kunnen laten rijden. ERTMS stelt eisen aan baan en trein. Om onder ERTMS over een ERTMS-baanvak te kunnen rijden dient de trein te beschikken over ETCS. ETCS staat voor European Train Control System. 3.1.1 Uitvoeringsniveau s ERTMS ERTMS kent verschillende uitvoeringsniveau s. Een specifiek uitvoeringsniveau heet in ERTMStermen een level. Om in een bepaald ERTMS-level te kunnen rijden dienen zowel baan als trein aan specifieke eisen te voldoen. De volgende levels worden onderkend (op volgorde van geavanceerdheid): 0 Level bedoeld om een ETCS-trein te laten rijden op een baanvak zonder ERTMS, waar ook geen conventioneel beveiligingssysteem aanwezig is waarvoor de trein een STM heeft. STM STM staat voor Specific Transmission Module. Dit level is bedoeld om een ETCS-trein op conventioneel beveiligd baanvak te laten rijden. De trein dient te beschikken over een voor het baanvak geschikt beveiligingssysteem dat is aangesloten op het ETCS-systeem. Een trein kan worden uitgevoerd met meerdere STM s. Om bijvoorbeeld een trein te kunnen laten rijden over ATB-beveiligd spoor dient de trein te beschikken over een STM voor ATB. Om komende vanaf de Betuweroute de grens bij Zevenaar te kunnen passeren dient de trein tevens te beschikken over een STM voor het in Duitsland gebruikte PZB. 1 Level bedoeld om een ETCS-trein op een ERTMS-baanvak te laten rijden waarbij de trein wordt beveiligd op basis van informatie die via bakens in het spoor (in ERTMS-termen balises geheten) wordt aangeboden. Afhankelijk van de implementatie staan er al dan niet lichtseinen langs de baan. 2 Level bedoeld om een ETCS-trein op een ERTMS-baanvak te laten rijden waarbij de trein wordt beveiligd op basis van informatie die een radioverbinding met de wal wordt uitgewisseld. Bij dit level worden de balises voornamelijk gebruikt als positiereferentiebakens. Lichtseinen zijn veelal vervangen door SMB s (stopplaatsmarkeringsborden). 3 Level om een ETCS-trein te laten rijden over een ERTMS-baanvak zonder blokindeling en baangebonden treindetectiesysteem. De trein meldt zelf zijn positie en de trein is in staat zelf zijn integriteit (d.w.z. de controle dat er geen wagon is verloren) te bewaken. Op basis van deze informatie wordt bepaald op welke afstanden de treinen van elkaar kunnen rijden (dit wordt ook wel variabel glijdend blok genoemd). Bij dit level worden de balises uitsluitend nog gebruikt als positiereferentiebakens. Er staan geen lichtseinen of SMB s langs de baan. Voor wat betreft toepassing van een level op een ERTMS-baanvak de volgende kanttekening: waar het gaat om de ombouw van bestaande baanvakken is ERTMS-level 1 de logische keus omdat daarbij de bestaande baansystemen zoveel mogelijk ongemoeid blijven. Bij nieuwbouw ligt D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 15 / 133

A: Rem informatie F: Gegevensinvoer toepassing van ERTMS-level 2 het meest voor de hand. Level 3 is bedoeld voor de toekomst. Het is op dit moment nog niet beschikbaar. 3.1.2 ETCS-bedientableau In de cabine van een ETCS-trein is een bedientableau aanwezig dat de interface vormt tussen machinist en ETCS-systeem. Het betreft een beeldscherm dat door middel van softtoetsen bediend wordt (afhankelijk van de leverancier: uitgevoerd als aanraakgevoelig beeldscherm of met fysieke knoppen rondom het beeldscherm). De indeling en vormgeving van deze gebruikersinterface is gestandaardiseerd binnen ERTMS. Dat betekent echter niet dat de bediening van dit bedientableau overal waar binnen Europa ERTMS gereden wordt identiek is. Dat hangt immers mede af van het ERTMS-level, de uitvoering van de walzijde en regionaal te kiezen variabelen (zie bijlage B). Ook is het zo dat de standaardisatie van het ETCS-bedientableau niet volledig is. Dit geldt met name voor de dialoogstructuren (de interactie met de machinist tijdens het invoeren van gegevens) die niet binnen de ERTMS-specificaties uitgewerkt zijn en daarom op details per leverancier van het ETCS-systeem kunnen verschillen. Hieronder een plaatje waarop de functionele gebieden zoals die op het signaleringsscherm worden onderkend is weergegeven. 150 100 150 100 200 4000 2000 50 50 074 200 300 1000 500 0 250 B: Snelheid gerelateerde informatie C: Ondersteunende info E: Monitoring 0 D: Planning Figuur 1 Indeling ETCS-bedientableau De hoofdgedeelten waarop remdetails (A), snelheidsinformatie (B) wordt weergegeven zijn altijd aanwezig. De gebieden waarop ondersteunende informatie (C) en planning (D) wordt weergegeven, en een deel van het gebied waarop statusinformatie (E) wordt weergegeven zijn optioneel. Dat wil zeggen dat de beschikbaarheid hiervan afhankelijk is van de uitvoering van trein en/of baan al dan niet beschikbaar is. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 16 / 133

3.2 Toepassing ERTMS op de Havenspoorlijn - uitgangspunten De Havenspoorlijn wordt geschikt gemaakt voor ERTMS-level 1. Er staan lichtseinen langs de baan: de machinist rijdt op seinbeeld terwijl de cabinesignalering aanvullende informatie verschaft. Informatie over de seinbeelden wordt uit de bestaande interlocking en automatische bloksystemen via LEU s (Lineside Electronic Units) doorgegeven aan de balises. Principe ERTMS-level 1 De noodzakelijke systeemaanpassingen blijven beperkt tot de vervanging van ATBEG-systeem door balises en LEU s. Ingrijpende aanpassing van interlocking en automatische bloksystemen is niet aan de orde. Daarom kunnen na ombouw de systemen worden bediend vanuit het bestaande PRLsysteem (Procesleiding rijwegen) via de bestaande EBPV-interface (Elektronische Bedienpost-VPT). De achterliggende reden van het feit dat het ATBEG-systeem wordt vervangen door balises en LEU s en niet gehandhaafd blijft naast het ERTMS-level 1 systeem is de beoogde indienststelling van 25kV~ bovenleidingsspanning in de eindsituatie. Omdat de bestaande GRS-spoorstroomlopen niet compatibel zijn met 25kV~ moeten deze vervangen worden door JADE toonfrequente spoorstroomlopen. JADE is echter niet compatibel met ATBEG. Het ATBEG systeem moet dus verwijderd worden om 25kV~ in dienst te kunnen stellen. Het ERTMS-level 1 systeem op de Havenspoorlijn wordt toegepast vanaf de transitie bij Barendrecht Vork tot en met de Maasvlakte West, inclusief de Kortsluitroute. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 17 / 133

EMO ETC-ORT Lyondell Maasvlakte post 1 Maasvlakte Maasvlakte West Suurhoffbrug Europoort West Europoort Calandbrug Botlek Botlekbrug Botlektunnel Pernis Kortsluitroute Waalhaven Zuid Legenda: Waalhaven Aansluiting Noord Barendrecht Vork Emplacement ETC-RTW Brug Tunnel Onbeveiligd emplacement Overzicht lay-out Havenspoorlijn ETCS-treinen die komende vanaf Barendrecht Vork naar de hoofdbaan bij Waalhaven rijden schakelen om naar ERTMS-level 1. En vice versa: ETCS-treinen die vanaf de hoofdbaan bij de Waalhaven richting Barendrecht Vork rijden schakelen om naar STM-ATBEG. Op de hoofdbaan rijden ETCS-treinen volledig technisch beveiligd, terwijl met deze treinen op de emplacementen zowel procedureel als voor rangeren beveiligd gereden kan worden. ETCS-treinen die vanaf de hoofdbaan een emplacement oprijden schakelen om naar voor rangeren beveiligd rijden; ETCS-treinen die een emplacement dienen te verlaten, rijden tot aan de 1 e balisegroep op de hoofdbaan procedureel beveiligd en schakelen daarna om naar volledig technisch beveiligd rijden. De seinbeeldopvolging op de Havenspoorlijn blijft conform het bestaande NS-54 seinstelsel. In document D0469 (zie referentielijst in hoofdstuk 2) wordt een complete opsomming van de gehanteerde uitgangspunten gegeven. In onderstaande hoofdstukken worden de gebruikersprocessen beschreven die wijzigen/nieuw zijn als gevolg van de introductie van ERTMS-level 1. Er is echter ook een beperkt aantal wijzigingen die niet in de procesbeschrijvingen aan de orde komt, maar die, in het kader van dit document, wel moeten worden vermeld: De bijzondere functionele koppeling op Waalhaven waarbij de treindienstleider het ene deel en de lokale treindienstleider het andere deel van de rijweg naar het emplacement instelde, is verdwenen. De eiswissels zijn gehandhaafd. Van de sporen die vroeger tot de hoofdbaan behoorden en die nu deel uitmaken van het emplacement Waalhaven, zijn de hoge seinen vervangen door lage (seinen 402, 404 en 410 i.v.m. zichtbaarheid uitgezonderd). Over deze sporen rijden de treinen voor rangeren beveiligd. Bij de Botlektunnel is de entreesnelheid verhoogd naar 60 km/uur en zijn de adviessnelheidsborden verplaatst. De tractieloze zone op de Botlekbrug is vergroot van 131 meter naar 209 meter. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 18 / 133

Voor zover dat nog niet het geval is worden herroeptijden aangepast conform het algemene voorschrift. Op de Waalhaven aansluiting Noord is een nieuw sein 3523 geplaatst en is bestaand (afgekruist) sein 3052 verplaatst. Op Waalhaven Zuid opstellocatie 348, 349, 350a en 350b zijn de seinen enkele meters verplaatst. Op Waalhaven Zuid is sein 196, 60 meter naar het westen verplaatst om opstellengte van spoor PC te vergroten. Op Waalhaven Zuid zijn enkele bestaande seinen vervangen (402 door een sein met cijferbak, 470 en 472 door een nieuw sein). Bij de overgang van bediend gebied naar vrije baan op Botlek spoor PK (fictief sein 220), spoor RK (fictief sein 222) en sein 308 zijn extra baanvaksnelheidsborden geplaatst. Op Botlek is wissel 323 eiswissel geworden met stand links voor rijwegen waarbij wissel 321 in stand links ligt. Op de Botlek is wissel 345B verzoekwissel geworden voor rijwegen van spoor PL of RL naar spoor 510. Bij Pernis heeft wissel 239 voorkeurstand rechts gekregen. Bij Pernis tussen wissel 239 en wissel 243 wordt een extra balisegroep DfS op km 12,670 geplaatst. Bij Pernis is wissel 932 verwijderd. Bij Pernis RSC komt wissel 801 in dienst. OS-balises toegevoegd op die locaties waar STS passage mogelijk is en geen 200m doorschietlengte is. Level transitie naar L1 toegevoegd bij verlaten van de emplacementen om vergissingen van opstarten in verkeerd level tegen te gaan. Aanpassing locatie Beerdam Methode van rijden door Botlektunnel aangepast. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 19 / 133

Remingreep 4 Gebruikersprocessen gerelateerd aan het rijden met treinen 4.1 Inleiding Hieronder een schematische overzicht van de interactie van de gebruikers met het systeem voor zover dit voor de context van dit hoofdstuk relevant is. Communicatie (GSM-R Telerail) Treingegevens Gegevensinvoer/ Cabinesignalering (ETCSbedienteableau) Beveiligingssysteem trein (ERTMS/ETCS) Balises + LEU s Bestaande interlocking en automatisch bloksystemen EBPV PRL Opdrachten/ informatie (MMI) Wagencontroleur Machinist Treindienstleider Bediening Storingsmeldingen Trein Infabeheerder Contextafbakening gebruikersinteractie rijden met treinen De machinist bedient de trein en interacteert via een bedientableau met het ETCS-systeem. Hij voert daarbij gegevens in en wordt via het beeldscherm geïnformeerd over de actuele status van het beveiligingssysteem (cabinesignalering en andere gegevensuitvoer). Storingen worden door de treindienstleider aangemeld bij de Infrabeheerder (de afhandeling van storingen wordt in hoofdstuk 5 behandeld). Voor het vertrek van de trein dient de machinist bepaalde gegevens in te voeren. De wagencontroleur informeert de machinist omtrent in te voeren treingegevens. In de trein is GSM-R apparatuur voor spraakcommunicatie aanwezig. Bij communicatie tussen machinist en treindienstleider geldt de gespreksdiscipline zoals dat in het de handboeken treindienstleider en machinist gedefinieerd is. Het ETCS-systeem is in staat om zelfstandig, op basis van in het systeem aanwezige statusinformatie, uit veiligheidsoogpunt noodzakelijk geachte beperkingen op te leggen en remingrepen te doen. Het beveiligingssysteem op de trein ontvangt informatie van het beveiligingssysteem langs de wal via balises ( balise is het franse woord voor baken ). Informatie over het seinbeelden uit de bestaande interlocking en automatische bloksystemen wordt via LEU s (Lineside Electronic Units) doorgegeven aan de balises. De systemen worden door de treindienstleider bediend vanuit het systeem Procesleiding Rijwegen (PRL) via de bestaande EBPV interface. Bij de gebruikersprocessen staat de interactie met de gebruikers betrokken bij het ERTMS-systeem voor de Havenspoorlijn centraal. Er wordt daarom in de interactiediagrammen geen onderscheid gemaakt tussen de verschillende deelsystemen. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 20 / 133

4.2 Het vertrek van de trein Deze paragraaf behandelt de gebruikersprocessen gerelateerd aan het vertrek van de trein. 4.2.1 [4000] Het vertrekgereedmaken van de trein Dit gebruikersproces beschrijft de gang van zaken voor het vertrekgereedmaken van de trein. Dit vindt plaats voorafgaand aan het vertrek na het inschakelen van de stroomvoorziening. 4.2.1.1 Uitgangspunten a) De stroomvoorziening van de trein is afgeschakeld. b) De trein dient voor vertrek gereed te worden gemaakt. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 21 / 133

4.2.1.2 Gedrag Wagencontroleur Machinist Systeem 1 De machinist schakelt de stroomvoorziening in en schakelt de stuurstroom in. 2 Machinistidentificatie 3 4 ERTMS-level = 1 5 7 Treingegevens 6 Invoer/bevestiging treingegevens Acceptatie treingegevens 8 Validatie treingegevens 9 Trein is vertrekgereed Interactiediagram De machinist schakelt de stroomvoorziening en de stuurstroom in (1) en voert via het ETCSbedientableau zijn persoonlijke identificatiecode in (2,3). De machinist verzekert zich ervan dat de trein in ERTMS-level 1 staat (4,5). De machinist dient hierna treingegevens in te voeren/te bevestigen (6,8). De vereiste gegevens worden de machinist ter beschikking gesteld door de wagencontroleur (7,6). Nadat de treingegevens door de machinist zijn ingevoerd (6,8) wordt hij via zijn ETCS-bedientableau geïnformeerd omtrent acceptatie (8, 9) en is de trein vertrekgereed. Hieronder de bijzonderheden omtrent de in te voeren/te bevestigen gegevens: Machinistidentificatie Unieke persoonsgebonden code waarmee de machinist zich bekendmaakt bij het systeem. De goede of veilige werking van het systeem is niet hiervan niet afhankelijk. De vervoerder kan er desgewenst voor kiezen hier een dummywaarde in te voeren. ERTMS-level Vereiste ERTMS-level. Voor de Havenspoorlijn is dit te allen tijde level 1. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 22 / 133

Treingegevens o o o o o o o o o o Maximum toegestane snelheid voor de treinsamenstelling. Is van invloed op het dynamisch snelheidsprofiel. Treinlengte. Wordt gebruikt om de positie van de achterzijde van de trein te bepalen. Treincategorie. Afhankelijk van de uitvoering van het walsysteem kunnen de trein meerdere snelheidsprofielen worden aangeboden. De treincategorie wordt hierbij als selectiecriterium gebruikt. Een trein kan in meerder treincategorieën vallen. Vertragingscapaciteit. Is van invloed op het dynamisch snelheidsprofiel. Reactietijd afschakelen tractie. Is van invloed op het dynamisch snelheidsprofiel. Reactietijd activering rem. Is van invloed op het dynamisch snelheidsprofiel. Omgrenzingsprofiel. Internationaal gedefinieerde categorie van belang voor de bepaling van de rijweggeschiktheid van de trein. Maximum aslast. Is van invloed op het dynamisch snelheidsprofiel. Tractievorm. Een trein kan over meerdere tractievormen beschikken. Van belang voor de bepaling van de rijweggeschiktheid van de trein. Treinnummer. Het ETCS-systeem logt bepaalde gegevens om na incidenten de toedracht te kunnen achterhalen. Daarbij wordt gerefereerd aan het hier kenbaar gemaakte treinnummer. Noten i. Het bij vertrekgereedmaken invullen van het juiste treinnummer is niet noodzakelijk voor de goede of veilige werking van het systeem. De vervoerder kan er desgewenst voor kiezen hier een dummywaarde in te voeren. ii. iii. iv. Het invullen van de unieke identificatiecode van de machinist is niet noodzakelijk voor de goede of veilige werking van het systeem. Ook hier kan de vervoerder er desgewenst voor kiezen een dummywaarde in te voeren. Treincategorie, omgrenzingsprofiel, maximum aslast, noch tractievorm zijn relevant voor de Havenspoorlijn maar dienen desondanks ingevuld te worden omdat op andere trajecten mogelijk andere criteria gelden. Als uitgangspunt voor het ontwerp van de Havenspoorlijn is gehanteerd dat treinen met snelheid van maximaal 80 km/uur dienen te kunnen rijden. De waarde die echter ingevuld moet worden als maximum toegestane snelheid voor de treinsamenstelling is de snelheid die de treincombinatie maximaal mag rijden. v. Op de bodem van de Botlektunnel geldt een maximumsnelheid van 100 km/uur. Treinen met een ingevoerde maximum toegestane snelheid voor de treinsamenstelling lager dan de bodemsnelheid van de Botlektunnel, dienen rekening te houden met het feit, dat de trein ook deze ingevoerde snelheid bewaakt. De machinist dient de snelheid van de trein bij entree van de tunnel dusdanig te verlagen zodat door de versnelling op de helling de maximum toegestane snelheid voor de treinsamenstelling nooit overschreden wordt. Zo worden remmingen door te hoge snelheid in de tunnel voorkomen. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 23 / 133

vi. vii. viii. Het systeem gaat ervan uit dat bij vertrekgereedmaken de treingegevens, na bevestiging door de machinist, juist zijn. Dat deze gegevens juist zijn is van veiligheidsbelang; ze worden o.a. gebruikt voor de berekening van de remcurve. ERTMS biedt ondersteuning voor het rijden met meerdere tractie-eenheden waarbij er slechts één door een machinist, en de andere op afstand bediend worden ( Sleeping Mode ). Het is technisch niet mogelijk en ook niet toegestaan om te rijden met een niet-bediende tractie-eenheid aan kop van de trein. Zie [4035], 4.9.12 voor de gang van zaken bij falen van de trein bij vertrekgereedmaken. 4.2.1.3 Consequenties van de werkwijze Gebruiker Machinist Wagencontroleur Wijziging Invoeren treingegevens Informeren machinist over treingegevens. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 24 / 133

1134 8 552 430 4.2.2 [4001] Vertrek vanaf een geel of beter tonend sein Dit gebruikersproces beschrijft de normale gang van zaken voor het vertrek van de trein vanaf een geel of beter tonend sein. 4.2.2.1 Uitgangspunten a) De trein staat opgesteld ergens op het emplacement of in onbeveiligd gebied. b) De trein is vertrekgereed gemaakt conform [4000] (zie 4.2.1). c) De trein dient op te rijden naar de hoofdbaan. Hieronder een voorbeeldsituatie bij vertrek vanaf het emplacement bij Europoort, waarbij de balisegroep op enige afstand voorbij het sein ligt. RR Hoofdbaan Trein rijdt volledig technisch beveiligd Emplacement Trein rijdt procedureel beveiligd infillbalises sein 552 Opgestelde trein 603 Situatieschets Er is een rijweg ingesteld van spoor 603 naar spoor RR waardoor laag uitrijsein 430 uit stand stop is. P-sein 552 is uit stand stop. In de rijweg ligt - op de hoofdbaan, tussen wissel en bediend tegensein 1134 een balisegroep. Deze zorgt ervoor dat de procedureel beveiligd rijdende trein omschakelt naar volledig technisch beveiligd rijden onder ERTMS-level 1 indien aan de veiligheidsvoorwaarden is voldaan. Voor de volledigheid is in de situatieschets tevens de balisegroep van tegensein 1134 (gestippeld) weergegeven. Deze wordt door een trein die in de aangegeven rijrichting rijdt echter genegeerd. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 25 / 133

4.2.2.2 Gedrag Machinist Systeem Treindienstleider Trein is vertrekgereed 1 Instelopdracht voor normale rijweg van spoor 603 naar spoor RR 2 Sein 430 uit stand stop 3 Inkomen rijweg 5 Start 4 Voorstel procedureel beveiligd rijden 6 7 Bevestiging voorstel De machinist zet aan en rijdt procedureel beveiligd met max. 40 km/uur naar de hoofdbaan. 9 ERTMS-level 1 rijautorisatie voor volledig technisch beveiligd rijden 8 10 Trein passeert 1e balisegroep op hoofdbaan De machinist rijdt volledig technisch beveiligd verder. 11 Interactiediagram De trein is vertrekgereed (1). De treindienstleider geeft het systeem opdracht om een normale rijweg van spoor 603 naar spoor RR in te stellen (2,3). Het inkomen van de rijweg is voor de treindienstleider waarneembaar via het signaleringsscherm (groene lijn) (3,4). Nadat sein 430 uit stand stop komt (3,5) kiest de machinist start (5,6) waarop het systeem voorstelt procedureel beveiligd te vertrekken (6,7). De machinist bevestigt het voorstel waarop het systeem omschakelt naar procedureel beveiligd rijden (7,8). De machinist zet aan en rijdt, overeenkomstig het seinbeeld, met maximaal 40 km/uur procedureel beveiligd naar de hoofdbaan (9). Nadat de voorzijde van de trein de eerste balisegroep op de hoofdbaan passeert, ontvangt de trein een ERTMS-level 1 rijautorisatie voor volledig technisch beveiligd rijden (10,11). D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 26 / 133

Noten i. Er is één locatie waarbij de balisegroep bij het hoofdsein ligt (spoor 692 vanaf NEREFCO bij Europoor West (zie situatieschets bij [4038], 4.2.3). In dat geval ontvangt de trein bij passage van het sein al een rijautorisatie. ii. iii. iv. Op een aantal plaatsen ligt de balisegroep bij het laag sein. Op deze plaatsen is geen flankdekking. Met de plaatsing van de balisegroep bij het lage sein wordt bereikt dat de trein in geval van stoptonend sein tot stilstand wordt gebracht ter voorkoming dat deze de hoofdbaan oprijdt. Het betreft de lage seinen 268 (Botlek spoor 593), 292 (Botlek spoor 580), 304 (Botlek spoor 590), 276 (Pernis spoor 486) en 824 (Pernis - RSC Aansl spoor 590). In de situaties bij sein 820, 822, 268, 1206, 276 is de remweg tot het gevaarpunt achter het sein korter dan de voorgeschreven remwegafstand bij 40km/h. Hiervoor is een extra balise op 200 meter voor het sein aangebracht. Voor sein 292 is een balise op 400 m geplaatst. Als een van de genoemde seinen rood toont geeft deze balise een ROZ-rijweg tot aan het sein. Als het sein geen rood toont zendt de balise niets uit. Deze maatregel voorkomt doorschieten door een stoptonend sein. Het voorbeeld gaat ervan uit dat de trein voor het sein staat. Voor het oprijden naar het sein geldt de bestaande procedure: als zich tussen trein en sein nog wissels bevinden is vertrek alleen toegestaan als de wissels in de vereiste stand zijn vastgelegd. v. In dit voorbeeld is ervoor gekozen de machinist pas start te laten kiezen nadat het sein uit stand stop komt. Dit is echter op de Havenspoorlijn niet vereist: het is ook toegestaan om start te kiezen onmiddellijk na het vertrekgereedmaken (zie [4000], 4.2.1). vi. vii. viii. ix. Bij ATB ontvangt de trein een code voor een hogere snelheid dan 40 km/uur zodra deze de hoofdbaan oprijdt; procedureel mag de machinist deze snelheidsverbetering niet opvolgen als dat niet in overeenstemming met het seinbeeld is. Onder ERTMS level 1 zorgt het systeem ervoor dat de trein pas kan aanzetten na passage van het snelheidsbord, of - bij afwezigheid daarvan - nadat de achterzijde van de trein het hoge (hoofd) sein gepasseerd is. Het ERTMS-systeem bewaakt ook, als er sprake is van een wissel bereden in de kromme stand, dat de trein pas kan aanzetten nadat de staart van de trein uit het wissel is. Een uitzondering geldt voor vertrek vanaf emplacement Pernis richting Botlektunnel. Ter voorkoming van remmingen op de afgaande helling van de Botlektunnel, bewaakt het ERTMS-systeem of de achterzijde van de trein nog in wissel 861 zit niet. De mcn dient hier, conform Regeling Spoorverkeer, artikel 31-3b, zijn snelheid te begrenzen tot de achterzijde van de trein uit het wissel is. Voor procedureel beveiligd rijden geldt een snelheidsplafond van 40 km/uur (zie V_NVSTFF, bijlage B) en is er geen remcurvebewaking. Bij vertrek vanaf een emplacement terwijl de trein niet in Level 1 staat zal resulteren in een gedwongen overgang naar Level 1. x. Bij vertrek vanaf de seinen 1012 en 1014 op Maasvlakte West Aansluiting ligt de eerste balisegroep vlakbij het de tegenseinen 1002 en 1004. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 27 / 133

P 573 4.2.2.3 Consequenties van de werkwijze Gebruiker Treindienstleider Machinist Wijziging Geen. Maximumsnelheid tot 1e balisegroep 40 km/uur. 4.2.3 [4038] Vertrek vanaf een geel knipperend sein Dit gebruikersproces beschrijft de gang van zaken voor het vertrek vanaf een geel knipperend sein weer. 4.2.3.1 Uitgangspunten a) De trein staat voor een bediend sein. b) De trein is vertrekgereed gemaakt conform [4000] (zie 4.2.1). c) Voorbij het sein wordt een rijweg met ROZ-kenmerk ingesteld. d) De machinist is op de hoogte van reden en details van het op zicht rijden. Hieronder een voorbeeldsituatie bij spoor 692 vanaf NEREFCO bij Europoort West, waarbij de balisegroep bij het sein ligt. PR Op zicht ingestelde rijweg 1206 Trein rijdt op zicht Trein rijdt Procedureel Beveiligd op 692 Situatieschets D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 28 / 133

De trein is vertrekgereed en staat voor bediend sein 1206. Voorbij het sein wordt een rijweg met ROZ-kenmerk van spoor 692 naar spoor PR ingesteld. De trein dient procedureel beveiligd op te rijden en ontvangt bij passage van de balisegroep bij sein 1206 een voorstel voor rijden op zicht dat hij binnen 5 seconden dient te bevestigen. Voorbij het sein rijdt de trein met op zicht rijautorisatie. 4.2.3.2 Gedrag Machinist Systeem Treindienstleider Trein is vertrekgereed en staat voor sein 1206. 1 Instelopdracht voor rijweg met ROZkenmerk van spoor 692 naar spoor PR 2 Sein 1206 toont geel knipperend 3 Inkomen rijweg 5 Start 4 Voorstel procedureel beveiligd rijden 6 7 Bevestiging voorstel De machinist zet aan en rijdt procedureel beveiligd op naar sein 1206. 9 8 Trein passeert de balisegroep bij sein 1206 De machinist rijdt op zicht verder. 11 Verzoek bevestiging rijden op zicht Bevestiging verzoek 10 12 Trein schakelt om naar rijden op zicht onder ERTMS-level 1 Interactiediagram De trein staat vertrekgereed voor sein 1206 (1). De treindienstleider geeft het systeem opdracht om een rijweg met ROZ-kenmerk van spoor 692 naar spoor PR in te stellen (2,3). Het inkomen van de rijweg is voor de treindienstleider waarneembaar via het signaleringsscherm (groene lijn) (3,4). Met het inkomen van de rijweg toont sein 1206 geel knipperend (3,5). D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 29 / 133

De machinist kiest start(5,6) waarop het systeem voorstelt procedureel beveiligd te vertrekken (6,7). Hij bevestigt het voorstel (7,8), zet aan en rijdt procedureel beveiligd op naar sein 1206 (9). Nadat de voorzijde van de trein de balisegroep bij sein 1206 passeert, schakelt de trein om naar rijden op zicht onder ERTMS-level 1 en wordt op het ETCS-bedientableau het verzoek getoond om de omschakeling te bevestigen (10,11). Mits de machinist de omschakeling binnen 5 seconden bevestigt (11, 12) kan de trein ongehinderd op zicht verder rijden. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 30 / 133

1134 8 P 552 Noten i. Op de meeste locaties ligt de balisegroep op enige afstand voorbij het sein. In dat geval rijdt de trein tot aan de balisegroep procedureel beveiligd. De rijautorisatie die vervolgens bij passage van de balisegroep wordt afgegeven is niet afhankelijk van de ingestelde rijweg, ook niet van het aspect van het vervolgsein, maar uitsluitend van spoorbezetting en vastgelegde rijrichting. De machinist dient echter onverkort de rijweg conform het seinbeeld ROZ tot het volgende sein aan te houden. Toelichting op de rijautorisatie op het ERTMS-bedientableau: - Als er geen sprake is van een spoorbezetting vanaf de sectielas voorbij de balisegroep tot aan het 1 e p-sein, en de rijrichting ligt vast, ontvangt de trein een rijautorisatie voor volledig technisch beveiligd rijden (de normale situatie bij 4001, zie 4.2.2); - Als er sprake is van een spoorbezetting en de rijrichting ligt vast in dezelfde richting (bijv. in het geval dat deze veroorzaakt wordt door een gestrande trein waarvoor de sectievolgorde in dezelfde richting is vastgelegd) ontvangt de trein een rijautorisatie voor rijden op zicht. Zie afbeelding hieronder. (Zie [4010], 4.9.4 voor gang van zaken bij het wegslepen van een gestrande trein.) RR Hoofdbaan Trein rijdt procedureel beveiligd Trein rijdt op zicht Gestrande trein - Volledigheidshalve: Als er sprake is van een spoorbezetting en de rijrichting ligt niet of in tegengestelde richting vast, in dat geval kan er geen rijweg van het emplacement naar de hoofdbaan zijn ingesteld. De hoofdbaan wordt afgeschermd met voorkeurstand wissels. De enige mogelijkheid om op de hoofdbaan te komen is via een aanwijzing STS. In dat geval wordt de trein bij de balisegroep niet tot stilstand gebracht. De risico s hiervan zijn afgedekt door de maatregelen in de STS procedure. ii. iii. iv. Als de machinist de omschakeling naar rijden op zicht niet binnen 5 seconden bevestigt, wordt de trein met bedrijfsremming tot stilstand gebracht. De trein kan (met op zicht rijautorisatie) verder rijden nadat de machinist de omschakeling alsnog bevestigt. In de situatie waarbij de balisegroep bij het sein ligt heeft de passage van een infillbalise geen effect: de trein blijft op zicht rijden tot de balisegroep bij het volgende sein. Bij rijden op zicht geldt een snelheidslimiet van 40 km/uur (zie V_NVONSIGHT, bijlage B). 4.2.3.3 Consequenties van de werkwijze Gebruiker Treindienstleider Wijziging Geen. D0472 Gebruikersprocessen -De Havenspoorlijn v2.1getekend.doc 31 / 133