Algemene economie P3 Auteurs: dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam

Vergelijkbare documenten
Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 t/m 5: Verdienen en Uitgeven

6,3 ECONOMIE. Samenvatting door een scholier 4680 woorden 25 januari keer beoordeeld. Lesbrief Globalisering INFLATIE

Domein GTST havo. 1) Gezinnen, bedrijven, overheid en buitenland; of anders geformuleerd: (C + I + O + E M)

UIT theorie ASAD

Samenvatting Economie Inkomen Hoofdstuk 1 t/m 3

ALGEMENE ECONOMIE /03

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6 en 7: Nationale boekhouding & Groei en conjunctuur

Kennisportfolio P3 Bram Bottenberg 49BKM1GV

Samenvatting Economie Hoofdstuk 2

Samenvatting Economie Hoofdstuk 9 en 10

Uitleg theorie AS-AD model. MEV Wat betekent AS-AD. Aggregated demand: de macro-economische vraag.

Als de lonen dalen, dalen de loonkosten voor de producent. Hetgeen kan betekenen dat de producent niet overgaat tot mechanisatie/automatisering.

Bruto binnenlands product

1 De economische kringloop

H2: Economisch denken

Samenvatting Economie Toetsweek 2

Module 8 havo 5. Hoofdstuk 1 conjunctuurbeweging

Valutamarkt. fransetman.nl

Micronieveau: dat wil zeggen naar de productie van een bedrijf of het inkomen van een huishouden

Eindexamen economie 1-2 havo 2007-I

Terugblik: productiefactoren: arbeid kapitaal natuur en ondernemerschap

Antwoorden stencils OPGAVE pond. (36,41%) 1,48 miljard als het BNP in procenten harder is gestegen dan het bedrag in ponden in procenten

4.1 De collectieve arbeidsovereenkomst

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden

Samenvatting Economie Hoofdstuk 6

Samenvatting Economie Hoofdstuk 17 t/m 23

Domein E: Ruilen over de tijd. fransetman.nl

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-I

Domein Goede Tijden, Slechte Tijden

Economie. Boekje Conjunctuur Samenvattingen + overige voorbereiding voor de toets. Inhoud:

Samenvatting Economie Inkomen en groei

Economische conjunctuur

Eindexamen economie 1-2 havo 2004-II

Eindexamen economie 1-2 havo 2008-II

Produceren is het voortbrengen van goederen en diensten met behulp van productiefactoren van overheid en bedrijven

Welvaart en groei. 1) Leg uit wat welvaart inhoudt. 1) De mate waarin mensen in hun behoefte kunnen voorzien. 2) Waarmee wordt welvaart gemeten?

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1 en 2 Inkomen

Samenvatting Economie Hoofdstuk 16,17,18

Samenvatting door een scholier 2471 woorden 20 juni keer beoordeeld


Eindexamen economie 1 vwo I

Economische effecten van een verlaging van de administratieve lasten

20.1 Wat is economische groei?!

Economische crisis vragen

Eindexamen economie vwo II

Samenvatting Economie Inkomen en groei

Samenvatting Economie Arbeidsmarkt & inkomen

Proeftoets Economische Bedrijfsomgeving

1 De onderneming en algemene economie 15

Samenvatting Economie Lesbrief Modellen

Sectorwerkstuk Economie Inflatie

Eco samenvatting H16 t/m H23

Samenvatting Economie Lesbrief Economische Groei, H1 t/m H4

- door geld op een spaarrekening te zetten (meestal direct opeisbaar, laag risico, lage rente)

Ruilen over de tijd (havo)

UIT theorie Fisher

Door arbeidsverdeling werd ruil noodzakelijk en daarmee het hebben van een ruilmiddel.

Te weinig verschil Verschil tussen de hoogte van uitkeringen en loon is belangrijk. Het moet de moeite waard zijn om te gaan werken.

Eindexamen economie vwo I

6,9. Samenvatting door Larissa 659 woorden 18 januari keer beoordeeld. Samenvatting Economie Werk & Inkomen H1. Actieven en inactieven:

Eindexamen economie 1-2 havo 2006-II

Samenvatting Economie Hoofdstuk

Eindexamen economie 1-2 havo 2005-I

UIT loonruimte en AIQ v1.1

Samenvatting Economie Hoofdstuk 4.1 t/m 4.6

Eindexamen economie 1-2 havo 2002-I

MACRO-VRAAG EN MACRO-AANBOD

Dumpjehuiswerk.nl 2009

5,8. Samenvatting door een scholier 1415 woorden 17 augustus keer beoordeeld. Hoofdstuk 1

Praktische opdracht Economie Prijsveranderingen door de Euro

Samenvatting Economie Lesbrief Arbeidsmarkt

Samenvatting Economie Boek 1

De optelsom van alle bruto toegevoegde waarden die in een land gedurende een jaar zijn gemaakt, is gelijk aan het bbp.

Samenvatting Economie Hoofdstuk 1

UIT groei en conjunctuur

Samenvatting Economie samenvatting overheid + hfdst 1 consumenten en producenten

Eindexamen economie 1-2 vwo 2003-I

Categoriale inkomensverdeling

Eindexamen economie havo I

Eindexamen economie havo I

Samenvatting Economie Lesbrief Inkomen

Het rendement van een belegging is de opbrengst uitgedrukt in procenten van het belegde bedrag.

Samenvatting Economie Economische groei H1 t/m H3

Vraag Antwoord Scores

SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel ALGEMENE ECONOMIE VRIJDAG 16 DECEMBER UUR

Samenvatting Economie Conjunctuur en economische beleid

Samenvatting Economie Nationale Rekeningen

Hoofdstuk 3 De gesloten economie zonder overheid

Eindexamen vwo economie II

Arbeid = arbeiders = mensen

Vraag Antwoord Scores

Netto toegevoegde waarde: loon + huur + rente + winst Bruto toegevoegde waarde: waarde van verkopen waarde van productiebenodigdheden

Eindexamen economie 1-2 havo 2002-II

5,3. Samenvatting door K. 811 woorden 21 oktober keer beoordeeld. Economie in context

wisselkoers Euro in Amerikaanse dollar 1,3644 Hoeveel dollar is 590?

Transcriptie:

Algemene economie P3 Auteurs: dr. R. Schöndorff, drs. J.F.B. Pleus en dr. C.A. de Kam Macro-economie bestudeert economische variabelen om op die manier te begrijpen hoe de economie in zijn geheel (nationaal of mondiaal) functioneert. Economische kringloop Conjunctuur: verandering van het groeipercentage van de economie of productie op korte termijn. Deze groeipercentages volgen een golvend patroon, doordat de bestedingen toe- en afnemen in de tijd. Gezinnen Bedrijven Overheden Buitenland Consumeren Investeren Overheidsuitgaven Export

Bij economische groei kijk je naar de groei van de productie(!). Inflatie: stijging van het algemeen prijspeil streefwaarde 2%. Deflatie: daling van het algemeen prijspeil. Oorzaken van inflatie: Overcapaciteit productiecapaciteit kan de vraag niet aan. Stijging productiekosten loonkostenstijging of grondstofkostenstijging. Te veel geld in omloop geldhoeveelheid stijgt meer dan productie. Gevolgen van inflatie: Koopkracht van geld daalt. Spaarders en schuldeisers verliezen koopkracht. Schuldenaars winnen koopkracht. Concurrentiepositie land verslechtert.

Taken/functies van de collectieve sector: Allocatiefunctie Overheid oefent invloed uit op wat er in onze economie wordt geproduceerd. (Her)verdelingsfuctie Overheid moet ervoor zorgen dat er een rechtvaardige verdeling van inkomen is. Stabilisatiefunctie Overheid streeft naar een stabiele economische ontwikkeling dempen van de conjunctuurgolven Rol van de overheid in de economie: Twee visies Keynesiaanse visie: Zij stelt dat de overheid verantwoordelijk is voor het bereiken van de doelstellingen van de economische politiek en zich zeer met de economie, vooral de conjunctuur, moet bemoeien. Zij zorgt voor volledige werkgelegenheid en groei. Klassieke visie: De overheid dient een zo klein mogelijke rol te spelen. Zij moet zich beperken tot het garanderen van veiligheid van de burgers, het beschermen van bezit en zorgen dat burgers hun contract naleven.

Productiefactoren: Beloning voor het ter beschikking stellen Arbeid loon/salaris Kapitaal rente of huur Natuur rente of pacht Ondernemerschap winst (meest onzekere inkomensbron) Nominaal inkomen = Nationaal product Nationaal Inkomen = totaal verdiende inkomen in een land in één jaar. Nationaal Product = waarde van alle goederen en diensten die in één jaar door een bepaald land worden geproduceerd. Wig is het verschil tussen de loonkosten en het nettoloon. Bestedingen van bedrijven investeringen: 3 soorten: Vervangingsinvesteringen (niet uit vrije wil, doen bedrijven omdat een machine versleten is) Uitbreidingsinvesteringen (uit vrije wil, in de hoop dat je meer kunt verkopen) Voorraadinvesteringen (niet uit vrije wil, grote voorraad heeft risico dat ze minder waard worden) Productiecapaciteit: hoeveelheid goederen en diensten die een economie (in een jaar) maximaal kan produceren. Bezettingsgraad: mate waarin de bestaande productiecapaciteit ook werkelijk wordt gebruikt. Natuur: De grond, het water, de lucht en alles daarop en daarin voor zover niet door mensen geproduceerd. Natuur en arbeid zijn de oorspronkelijke productiefactoren Kapitaal is een afgeleide factor. Deze moet met behulp van natuur en arbeid (en eventueel ander kapitaal) worden vervaardigd.

Conjunctuur: toe- en afname van het groeipercentage van de productie in een land (op korte termijn) als gevolg van toe- en afnemende bestedingen. Economische groei = Toename van de productie (reëel BBP). Productiecapaciteit structuurzijde/aanbodzijde van de economie. Productie conjunctuurzijde/vraagzijde van de economie.

Betalingsbalans: overzicht van alle inkomende en uitgaande geldstromen van en naar het buitenland.

De concurrentiepositie van een land verbetert als de loonkosten per persoon dalen! Openheid economie: mate waarin een land (intensieve) handelsbetrekkingen onderhoudt met het buitenland.