Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen JAARVERSLAG



Vergelijkbare documenten
Een aantal onderliggende fondsen hebben hun onderliggende posities in 2015 verder afgewaardeerd.

Het Subfonds is opgericht op 31 januari Het Subfonds is de voortzetting van het FCBF Side Pocket welke is opgericht op 12 november 2010.

De koers van het Finles Multi Strategy Hedge Fund I.L. (FMSHF I.L.) daalde in 2014 met -12,48%.

Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen JAARVERSLAG

november 2014 is het echter veel te vroeg om over een mislukking van Abenomics te praten.

Een aantal onderliggende fondsen hebben hun onderliggende posities in 2015 verder afgewaardeerd.

De koers van het Finles Multi Strategy Hedge Fund I.L. (FMSHF I.L.) daalde in 2015 met -14,57%.

Het belegd vermogen van het Subfonds op het moment van schrijven is 8.3 miljoen EUR. Dit is inclusief een cash positie van ongeveer EUR.

In de portefeuille toelichting wordt per onderliggend fonds van het FMSHF I.L. vermeld welke waarderingsmethodiek van toepassing is.

Inlegvel 1 Prospectus Paraplufonds Finles beleggingsfondsen (16 maart 2011)

Inlegvel 1 Prospectus Finles Multi Strategy Hedge Fund (30 juni 2011)

Inlegvel 1 Prospectus van het Finles Liquid Macro Fund (29 juni 2010)

Inlegvel 1 Prospectus EMS Top-Rentefonds (7 augustus 2007)

Het Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. (het Subfonds) had wederom een moeilijk jaar in De koers daalde in 2012 met 33,71%.

Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen JAARVERSLAG

HALFJAARVERSLAG Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni Finles Bond Fund

Mei De maandbrieven zijn beschikbaar op onze website (

HALFJAARVERSLAG Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen

NN First Class Balanced Return Fund

QE in de eurozone: bezit van de zaak, einde van het vermaak?

Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen JAARVERSLAG

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2015 t/m 31 maart 2015

november 2015 De maandbrieven zijn beschikbaar op onze website

HALFJAARVERSLAG Over de periode 1 januari 2017 tot en met 30 juni Finles Multi Strategy Hedge Fund I.L.

10-jaars rente Duitsland. 10-jaars rente VS. Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 4 e kwartaal 2017

AEGON Equity Fund. vierde kwartaal 2006

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het derde kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Interpolis Obligaties 3e kwartaal 2012

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2014 t/m 31 december 2014

NN First Class Return Fund

Aanpassing Prospectussen Aegon, AEAM en Aegon Paraplu 1 Funds Per 1 augustus 2016

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 3. Tweede kwartaal 2012

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2014 t/m 31 maart Samenvatting: stijgende aandelen

Welkom bij het webinar over de beleggingsresultaten van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI in het derde kwartaal van 2015

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2014 t/m 30 juni Samenvatting: dalende rente

Update Accenta Capital Fund Side Pocket (ACF SP)

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2013

november 2012 De rente op diverse leningen

Presentatie beleggingsresultaten over eerste kwartaal van 2017 van de Life Cycle Fondsen van Aegon PPI. Bas Endlich Jacob Vijverberg 1

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 3 e kwartaal Bron: Reuters

Als de Centrale Banken het podium verlaten

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni Samenvatting:

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Tweede kwartaal april 2012 t/m ultimo juni Samenvatting:

Persbericht ABP, eerste halfjaar 2008

Interpolis Obligaties 4e kwartaal 2012

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Stichting Pensioenfonds Ballast Nedam

In deze nieuwsbrief voor Q2 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Derde kwartaal juli 2014 t/m 30 september 2014

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM Tweede kwartaal april 2015 t/m 30 juni 2015

Finles N.V. Halfjaarverslag 2013

Update Accenta Capital Fund Side Pocket (ACF SP)

Marktwaardedekkingsgraad per 31 maart 2014: 128,6%, een toename van 3,3%-punt ten opzichte van 31 december 2013.

Finles N.V. Halfjaarverslag 2015

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM. Tweede kwartaal april 2012 t/m 30 juni Samenvatting: Lage rente drukt dekkingsgraad

Essentiële Beleggersinformatie

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Derde kwartaal juli 2015 t/m 30 september Samenvatting:

Finles N.V. Halfjaarverslag 2016

NN First Class Return Fund

Registratiedocument FINLES N.V.

Finles N.V. Halfjaarverslag 2017

DOUBLEDIVIDEND OUTLOOK 2015 KWALITEIT ONAFHANKELIJK BETROKKEN

Aanwezig: - Wilgenhaege Fondsen Management B.V. vertegenwoordigd door de heer R.G.A. Steenvoorden en de heer R.L. Voskamp.

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Algemene informatie 3. Verslag van de beheerder 4. Jaarrekening 6. Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over

Update Market Neutral Selector Fund (MNSF)

BNP PARIBAS OBAM N.V.

ABN AMRO. verzekeringen. Marktontwikkelingen & vooruitzichten. Portefeuilleverdeling & fondsselectie. Rendement. Profielfonds 1. Derde kwartaal 2012

Marktwaarde van de pensioenverplichtingen in het tweede kwartaal gestegen van miljoen naar miljoen ( miljoen ultimo Q4 2013).

Update Market Neutral Selector Fund (MNSF)

Kwartaal Update. Gold&Discovery Fund. Er lijkt een einde gekomen aan de zware correctie in grondstofgerelateerde. januari 2012

Bericht 3 e kwartaal September 2014

Addendum. Prospectus van 1 mei 2018 RZL Beleggingsfondsen N.V.

De gegevens van Hewitt Associates zijn: Hewitt Associates Outsourcing B.V. Beukenlaan 143 Postbus JP Eindhoven

Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Eerste kwartaal januari 2017 t/m 31 maart Samenvatting:

Kwartaalbericht Algemeen Pensioenfonds KLM

Van Lieshout & Partners Nieuwsbrief 1 e kwartaal 2019

Informatie over beleggingen in de prepensioneringsregeling


Kwartaalbericht Pensioenfonds KLM-Cabinepersoneel. Vierde kwartaal oktober 2016 t/m 31 december Samenvatting:

Halfjaarbericht Bright LifeCycle Fonds

Verder zien. Meer weten.

Update Market Neutral Selector Fund (MNSF)

Finles Multi Strategy Hedge Fund I.L. JAARVERSLAG

Oktober Macro & Markten. 1. Rente en conjunctuur :

BIJLAGE II IIB SUPPLEMENT W&O EUROPEES AANDELENFONDS

Internationale Economie. Doorzettend, maar mager groeiherstel, veel neerwaartse risico s

Finles N.V. Halfjaarverslag 2012

Beleggingsrendement 3% over het vierde kwartaal van 2012 (14,4% over geheel 2012); waarde van de beleggingen gestegen naar miljoen.

Paraplufonds Finles Beleggingsfonden JAARVERSLAG

Kwartaalbericht 4e kwartaal 2008

Stichting Fondsenbeheer Spoorwegmuseum. Jaarrapport 2017

Beleggingsthema s What a difference a day makes (1975), Dinah Washington

De marktwaardedekkingsgraad per 30 juni 2015 was 135,1%. Dit is een toename van 5,7% ten opzichte van 31 maart 2015.

Update Accenta Capital Fund Side Pocket (ACF SP)

KWARTAALBERICHT Eerste kwartaal 2015

Update Macro-Economie & Belangrijkste Beleggingsthema's

Finles Multi Strategy Hedge Fund I.L. JAARVERSLAG

Transcriptie:

JAARVERSLAG 2014

Inhoudsopgave 1 Algemene gegevens 1 2 Vergelijkend overzicht 2 2.1 Vergelijkend overzicht Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 2 2.2 Vergelijkend overzicht Subfonds Finles Collectief Beheer 3 2.3 Vergelijkend overzicht Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. 4 3 Verslag van de Beheerder 5 3.1 Terugblik 2014 5 3.2 Vooruitblik 2015 11 4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 16 4.1 Resultaat Subfonds Finles Collectief Beheer 2014 16 4.2 Resultaat Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. in 2014 19 4.3 Risicobeheer 29 5 Jaarrekening Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 30 6 Toelichting op de jaarrekening 32 7 Jaarrekening 2014 van het Subfonds Finles Collectief Beheer 40 8 Toelichting op de Jaarrekening 2014 van het Subfonds Finles Collectief Beheer 43 9 Jaarrekening 2014 van het Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. 50 10 Toelichting op de Jaarrekening 2014 van het Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. 53 11 Overige gegevens 60

1 Algemene gegevens Beheerder Finles N.V. Postbus 2600 3500 GP Utrecht Directie van beheerder L.J.B. Management & Consultancy B.V. Drs. J.A.M. van der Holst Cosimo International B.V. R.J. van Kuijk J.P.P.A van Oudvorst RA Bewaarder (vanaf 1 juli 2014) Stichting Circle Depositary Services Utrechtseweg 31 D 3811 NA Amersfoort (tot en met 30 juni 2014) KAS-Trust Bewaarder Finles Collectief Beheer Fonds B.V. Nieuwezijds Voorburgwal 225 1012 RL Amsterdam Raad van Commissarissen Finles N.V. Dr. B.R. Bot (voorzitter) Drs. P.H.M. Hendriks Mr. D. van der Weij Administrateur TMF Custom House Global Fund Services Westblaak 89 Postbus 25121 3001 HC Rotterdam Accountant Crowe Horwath Foederer Accountants B.V. Paasheuvelweg 16 Postbus 22866 1100 DJ Amsterdam Juridisch Eigenaar Stichting Finles Funds Utrechtseweg 31 D 3811 NA Amersfoort Pagina 1

2 Vergelijkend overzicht Hieronder volgt een overzicht van de kerncijfers van het Fonds over de afgelopen vijf jaar. 2.1 Vergelijkend overzicht Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Kerncijfers (bedragen in EUR 1.000) 2014 2013 2012 2011 2010 Fondsvermogen bij aanvang jaar 19.757 26.614 32.675 56.036 81.143 Plaatsing participaties 306 677 1.981 410 11.949 Waardeveranderingen van beleggingen 1.034 (2.721) (2.367) (8.796) (9.640) Inkomsten 34 34 76 9 221 21.131 24.604 32.365 47.659 83.673 Terugname participaties 4.337 4.324 5.044 14.128 26.239 Kosten beheer, bewaring en administratie 655 523 707 856 1.398 Fondsvermogen einde jaar 16.139 19.757 26.614 32.675 56.036 Samenstelling van het fondsvermogen Beleggingen 15.936 18.452 25.763 29.951 46.584 Liquide middelen 220 1.913 964 1.657 8.732 Saldo vorderingen en schulden (17) (608) (113) 1.067 720 Fondsvermogen 16.139 19.757 26.614 32.675 56.036 Waarde per participatie Subfonds Collectief Beheer Aantal participanten 1.265 1.475 1.473 1.647 1.760 Aantal participaties 167.536 213.356 249.667 272.018 422.984 Intrinsieke waarde 81,43 75,71 79,75 82,20 92,14 Waarde per participatie Subfonds Collectief Beheer Class I Aantal participanten 1 Aantal participaties 10 Intrinsieke waarde 102,66 Waarde per participatie Subfonds Collectief Beheer I.L. Aantal participanten 1.786 1.786 1.781 1.788 1.813 Aantal participaties 158.154 178.204 205.368 235.756 243.023 Intrinsieke waarde 15,77 20,21 32,63 43,75 70,21 Pagina 2

2 Vergelijkend overzicht 2.2 Vergelijkend overzicht Subfonds Finles Collectief Beheer Kerncijfers (bedragen in EUR 1.000) 2014 2013 2012 2011 2010 Fondsvermogen bij aanvang jaar 16.154 19.912 22.360 38.972 81.143 Plaatsing participaties 306 677 1.981 410 11.949 Waardeveranderingen van beleggingen 1.623 (627) (309) (2.481) (4.644) Inkomsten 34 34 75 7 221 18.117 19.996 24.107 36.908 88.669 Terugname participaties 3.937 3.474 3.744 13.988 48.373 Kosten beheer, bewaring en administratie 536 368 451 560 1.324 Fondsvermogen einde jaar 13.644 16.154 19.912 22.360 38.972 Samenstelling van het fondsvermogen Beleggingen 13.467 15.187 19.985 21.223 30.810 Liquide middelen 177 1.559 116 515 7.965 Saldo vorderingen en schulden - (592) (189) 622 197 Fondsvermogen 13.644 16.154 19.912 22.360 38.972 Waarde per participatie Subfonds Collectief Beheer Aantal participanten 1.265 1.475 1.473 1.647 1.760 Aantal participaties 167.536 213.356 249.667 272.018 422.984 Intrinsieke waarde 81,43 75,71 79,75 82,20 92,14 Waarde per participatie Subfonds Collectief Beheer Class I Aantal participanten 1 Aantal participaties 10 Intrinsieke waarde 102,66 Pagina 3

2 Vergelijkend overzicht 2.3 Vergelijkend overzicht Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. Kerncijfers (bedragen in EUR 1.000) 2014 2013 2012 2011 2010 Fondsvermogen bij aanvang jaar 3.603 6.702 10.315 17.064 - Plaatsing participaties - - - - 22.135 Waardeveranderingen van beleggingen (589) (2.094) (2.058) (6.315) (4.996) Inkomsten - - 1 2-3.014 4.608 8.258 10.751 17.139 Terugname participaties 400 850 1.300 140 - Kosten beheer, bewaring en administratie 119 155 256 296 75 Fondsvermogen einde jaar 2.495 3.603 6.702 10.315 17.064 Samenstelling van het fondsvermogen Beleggingen 2.469 3.265 5.778 8.728 15.774 Liquide middelen 43 354 848 1.142 767 Saldo vorderingen en schulden (17) (16) 76 445 523 Fondsvermogen 2.495 3.603 6.702 10.315 17.064 Waarde per participatie Aantal participanten 1.786 1.786 1.781 1.788 1.813 Aantal participaties 158.154 178.204 205.368 235.756 243.023 Intrinsieke waarde 15,77 20,21 32,63 43,75 70,21 Pagina 4

3 Verslag van de Beheerder Dit verslag betreft het jaarverslag 2014 van het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen. Eind 2010 is door de Beheerder besloten om alle illiquide beleggingen in het Finles Collectief Beheer Fonds, waarvoor een verkoopopdracht is ingelegd, onder te brengen in een separate portefeuille van illiquide beleggingen. Dit vond plaats op 12 november 2010. De belangrijkste reden hiervoor was de bescherming van alle participanten in het fonds. Immers, naar mate er meer uittredingen uit het fonds plaats vinden wordt het aandeel van de illiquide beleggingen steeds groter en dit zou een ongelijke behandeling van alle participanten gezamenlijk impliceren. Op 1 februari 2011 is het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen met de subfondsen Subfonds Finles Collectief Beheer en Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. (in liquidatie) opgericht. In dit jaarverslag treft u separaat aan de samengestelde jaarrekening van het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen en de jaarrekeningen van de Subfondsen Finles Collectief Beheer en Finles Collectief Beheer I.L.. In dit jaarverslag vindt u een overzicht van de prestaties in 2014 van de te onderscheiden fondsen. Ook geven wij u een toelichting op het in 2014 gevoerde beleggingsbeleid en op het beleggingsbeleid voor 2015. Wij menen u op deze manier een goed inzicht te geven in uw belegging en onze visie op de financiële markten. Alle koers- en marktgegevens in dit jaarverslag zijn, tenzij anders vermeld, afkomstig uit Bloomberg (wereldwijd geaccepteerd financieel data- en handelssysteem). Wijziging bewaarder en juridisch eigendom De vervanging van de huidige Bewaarder door Stichting Circle Depositary Services is geëffectueerd met ingang van 1 juli 2014. Voorheen werd het juridisch eigendom van de fondswaarden gehouden door Kas Trust. Ten behoeve van de scheiding van het juridisch en economisch eigendom van de waarden van de fondsen is door Finles als Beheerder van de fondsen de Stichting Finles Funds opgericht. Deze Stichting houdt het juridisch eigendom van de fondswaarden. Het economisch eigendom berust bij het fonds zelf en blijft derhalve ongewijzigd. Administratieve Organisatie/Interne beheersingsomgeving ; verklaring van de Beheerder Wij beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering, die voldoet aan de eisen van de Wet op het financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo). Wij hebben gedurende het afgelopen boekjaar verschillende aspecten van de bedrijfsvoering beoordeeld. Bij onze werkzaamheden hebben wij geen constateringen gedaan op grond waarvan wij zouden moeten concluderen dat de beschrijvingen van de opzet van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 van het Bgfo niet voldoen aan de vereisten zoals opgenomen in de Wet op het financieel toezicht en daaraan gerelateerde regelgeving. Op grond hiervan verklaren wij als Beheerder voor de door ons beheerde beleggingsinstellingen te beschikken over een beschrijving van de bedrijfsvoering als bedoeld in artikel 121 Bgfo. Ook hebben wij geconstateerd dat de bedrijfsvoering effectief en in overeenstemming met de beschrijving functioneert. Daarom verklaren wij met een redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering gedurende het verslagjaar 2014 effectief en in overeenstemming met de beschrijving heeft gefunctioneerd. 3.1 Macro Economische Terugblik 2014 In deze algemene terugblik laten wij per regio de belangrijkste macro economische gebeurtenissen van 2014 de revue passeren. De focus ligt hierbij op de eurozone, de Verenigde Staten en Azië. Daarna behandelen we de specifieke ontwikkelingen van de financiële markten in 2014. Pagina 5

3 Verslag van de Beheerder Eurozone We kunnen concluderen dat de economische situatie in de eurozone in 2014 is verslechterd. Hierbij valt op dat de groeimotor van weleer, Duitsland, het eveneens moeilijk heeft. Dit kan bijvoorbeeld worden afgeleid uit de PMI-index. Deze index geeft de trend van productiecijfers van bedrijven weer. Een score van boven de 50 betekent groei en een score beneden de 50 betekent een teruggang van de productie. In Duitsland zien wij een teruggang tot een niveau marginaal boven de 50. Ook de eerste schattingen van de economische groei in het vierde kwartaal van 2014 laat een beduidend minder positief beeld zien. De eurozone heeft ook te maken met lage inflatie. De gemiddelde inflatie in de eurozone bevindt zich al geruime tijd onder de 2% inflatie doelstelling van de Europese Centrale Bank (ECB). In december 2014 kwam de inflatie zelfs negatief uit en hebben we formeel met deflatie te maken. Meer data in de komende maanden zal nodig zijn om vast te stellen of de eurozone echt in een deflationaire marktomgeving is beland. De lage inflatie is onder andere het gevolg van de dalende energieprijzen. De prijs van ruwe olie daalde in de tweede helft van 2014 sterk en zakte bijna 60% in prijs. Bron: Bloomberg: Ontwikkeling olieprijs tussen 1 januari 2000 en 31 januari 2014 Daarnaast is de dalende inflatie ook het gevolg van een lagere algemene vraag naar producten en goederen. Veel Europeanen stellen grote aankopen uit vanwege de economische onzekerheden en ook worden aankopen uitgesteld vooruitlopend op verdere dalingen van het prijspeil. Hierbij wordt door marktkenners vooral de vergelijking gemaakt met de situatie in Japan in de afgelopen twee decennia waarbij de economische groei nagenoeg stagneerde. Daarnaast werd het land gekenmerkt door hoge jaarlijkse begrotingstekorten, frequente recessies en zeer hoge overheidsschulden. De bewindvoerders in de eurozone en ook de ECB hebben aangegeven dat een dergelijk scenario moet worden voorkomen. De ECB speelt hierbij een belangrijke rol, omdat de ECB middels monetaire politiek een deflationair scenario kan bestrijden. De ECB heeft in 2014 al een aantal maatregelen genomen waaronder een aantal renteverlagingen. Mario Draghi, de voorzitter van de ECB, heeft ook minder conventionele maatregelen geïntroduceerd. In oktober 2014 is de ECB begonnen met het opkopen van zogenaamde covered bonds. Dit zijn gedekte obligaties van bedrijven die rechtstreeks van banken worden gekocht. Later zal dit programma ook worden uitgebreid met Asset Backed Securities ofwel herverpakte leningen. Op die manier wil de ECB de kredietverlening in de eurozone stimuleren en de binnenlandse vraag in de eurolanden een impuls geven. Daarnaast wordt er rekening gehouden met meer onconventionele maatregelen. Zie voor nadere informatie over dit onderwerp ook de vooruitblik 2015. Binnen het bestuur van de ECB is er verdeeldheid over de invoering van deze onconventionele maatregelen. Met name Duitsland is erg sceptisch, omdat de druk op een aantal Zuid Europese landen om hervormingen te implementeren daarmee voor een deel zou worden weggenomen. Pagina 6

3 Verslag van de Beheerder In Griekenland en Spanje zette het economische herstel wel door in 2014. Het blijft te bezien of dit herstel doorzet nu de zogenaamde core landen in Europa het zo moeilijk hebben. Beide landen hebben een aantal belangrijke hervormingen doorgevoerd. Griekenland is gedurende het vierde kwartaal van 2014 opnieuw in grote onzekerheid gekomen toen het Griekse parlement geen overeenstemming kon bereiken met betrekking tot het benoemen van een nieuwe president. Hierdoor werden nieuwe verkiezingen uitgeschreven. Op het moment van schrijven van deze terugblik, eind januari 2015, weten we inmiddels dat de ultralinkse Syriza-partij van Alexis Tsipras de verkiezingen heeft gewonnen. Deze partij had eerder al aangekondigd de bestaande afspraken tussen Griekenland en de Troika te willen openbreken waardoor meer schuld zou moeten worden afgestempeld. Ook willen zij diverse hervormingen die zijn geïmplementeerd door de vorige regering terugdraaien. Dit leidde tot hernieuwde onrusten op de financiële markten in het laatste kwartaal van 2014. Er wordt zelfs gevreesd voor een zogenaamde GREXIT waarbij Griekenland de eurozone zou gaan verlaten. De escalatie van het conflict tussen Oekraïne en Rusland en de daarop volgende sancties die mondiaal zijn opgelegd aan Rusland lijken eveneens een belangrijke oorzaak van het afbrokkelende herstel in de eurozone. Een totale escalatie van het conflict lijkt in niemands belang. De economieën van beide landen krijgen forse klappen. Er was ook een aantal positieve signalen in de eurzone. Zo is de euro in 2014 met meer dan 12% gedeprecieerd ten opzichte van de Amerikaanse dollar. Voor exporterende bedrijven in de eurozone is dit een zeer positieve ontwikkeling aangezien ze hierdoor competitiever zijn geworden en de depreciatie export stimulerend is. Bron: Bloomberg. Ontwikkeling EUR/USD in 2014 Daarnaast is de olieprijs fors gedaald. Voor veel consumenten en bedrijven is olie nog steeds een belangrijke kostencomponent. Hierdoor zouden investeringen en bestedingen kunnen gaan toenemen in de komende maanden. Verenigde Staten Waar in Europa de sprake was van een afbrokkelend herstel, liet de Amerikaanse economie een sterke opleving zien. De economie trok in 2014 verder aan na een teleurstellend eerste kwartaal wat met name veroorzaakt bleek te zijn door het barre winterweer in januari. Naast de economische groei trok ook de Amerikaanse werkgelegenheid sterk aan. Pagina 7

3 Verslag van de Beheerder Bron: JP Morgan Asset Management. Werkloosheid percentage Verenigde Staten In januari 2014 begon de Amerikaanse centrale bank, de Federal Reserve (FED), met het afbouwen van de kwantitatieve verruiming. In oktober 2014 werd deze operatie volledig voltooid. Volgens de FED laat de economie voldoende positieve ontwikkelingen zien om dit besluit te rechtvaardigen. De FED heeft wel aangegeven dat de geldmarktrente naar verwachting nog lang op een historisch laag niveau zal blijven ook nadat de kwantitatieve verruiming tot een einde is gekomen. De markt houdt er nu rekening mee dat ergens in het tweede kwartaal van 2015 wordt gestart met het verhogen van de geldmarktrente. Daarnaast zal de FED naar alle waarschijnlijkheid ook gaan beginnen met het afbouwen van hun immense balans. Aan de ene kant is een meer restrictief beleid natuurlijk zeer positief omdat het laat zien dat de economie groeit en weer op eigen benen kan staan na alle monetaire operaties die we in de laatste zes jaar hebben gezien, maar aan de andere kant is er twijfel of de economie wel in voldoende mate is hersteld na de zogenaamde great recession. De verschillen tussen de korte termijn rentes wereldwijd zullen waarschijnlijk gaan toenemen nu de renteverhogingen in de VS dichterbij komen terwijl deze in de eurozone en Japan voorlopig op een laag niveau zullen blijven. Azië De ontwikkelingen in Azië waren niet eenduidig. In China zien we dat de economie min of meer is gestabiliseerd rond een groei van 7% op jaarbasis. De Chinese regering heeft een duidelijke hervormingsagenda gedefinieerd waarbij zij een balans moet zien te vinden tussen het niet al te veel aantasten van de groei op de korte termijn en het oplossen van een aantal excessen die de Chinese economie kent zoals de schuldenlast van de private sector en dan met name de vastgoed sector. De Chinese regering en de Chinese Centrale Bank hebben een aantal stimuleringsmaatregelen aangekondigd. Zo verlaagde de Chinese Centrale Bank in november 2014 de rente. Pagina 8

3 Verslag van de Beheerder Bron: JP Morgan Asset Management. Samenstelling BBP China Daarnaast tracht de Chinese regering de economie minder afhankelijk te maken van investeringen en juist de consumptiecomponent van de economie te laten groeien. Dit proces zal overigens een lange tijd in beslag nemen. We zien ook dat de lokale Chinese financiële markten steeds verder open gaan voor buitenlandse investeerders. Ook wordt het voor Chinese individuen makkelijker om in het buitenland te investeren. In Japan had premier Shinzo Abe te maken met een aantal tegenslagen. Op 1 april 2014 werd het btw-tarief verhoogd van 5% naar 8%. Deze verhoging was noodzakelijk om de belastinginkomsten van het land te verhogen teneinde de enorme schuldenlast te verkleinen. Deze maatregel heeft verkeerd uitgepakt aangezien de Japanse economie stevig kromp in het tweede en derde kwartaal van 2014 en hierdoor weer in een recessie belandde. In het derde kwartaal kromp de Japanse economie met 1,6% op jaarbasis. Voor 2015 stond een verdere verhoging van het btw-tarief naar 10% op het programma maar deze is voorlopig uitgesteld. In december won de partij van Premier Abe, de LDP, de verkiezingen met een zeer ruime meerderheid. Hij had deze verkiezingen zelf in november 2014 uitgeroepen. Dit was een slimme zet van Abe, omdat hij in de peilingen een grote voorsprong had op de oppositiepartijen. Een herverkiezing zou immers betekenen dat hij zijn regeerperiode kan verlengen en daarmee meer tijd heeft om zijn beleidsplannen uit te voeren. De eerder aangekondigde belastingverhoging voor 2015 werd na zijn overwinning meteen geschrapt. Premier Abe kan nu verder met de implementatie van "Abenomics", het beleid dat na de verkiezingen van 2012 al werd aangekondigd. Ook zullen er naar alle waarschijnlijkheid fiscale stimuleringsmaatregelen volgen. De BoJ, de Japanse centrale bank, kondigde bovendien verdere monetaire maatregelen aan om de economie een extra impuls te geven. Op hetzelfde moment kondigde het grootste pensioenfonds van Japan aan om haar aandelenallocatie, dus ook de allocatie naar Japanse aandelen, de komende jaren fors te vergroten en daarmee de Japanse economie een groei impuls te geven. In India zien we dat de nieuwe president, Modi, een duidelijke hervormingsagenda heeft en hervormingen ook daadwerkelijk implementeert. Dit is een uiterst positieve ontwikkeling. Financiële markten hebben veel vertrouwen in het beleid van Modi gezien de sterk opgelopen aandelenmarkt in India in 2014. Pagina 9

3 Verslag van de Beheerder Resultaten financiële markten 2014 In 2014 waren de rendementsverschillen tussen de verschillende beleggingscategorieën groot. Aandelenmarkten startten het jaar uiterst moeizaam. Aan de moeilijke marktomstandigheden lag een aantal redenen ten grondslag: 1: De start van het afbouwen van de kwantitatieve verruiming in de Verenigde Staten; 2: De afkoeling van de Chinese economie; 3: De geopolitieke spanningen in Oekraïne en Rusland. Aan het einde van het tweede kwartaal en de eerste twee maanden van het derde kwartaal keerde de rust enigszins terug. Dit werd vooral gedreven door de aantrekkende Amerikaanse economie. Halverwege september werd er een scherpe correctie ingezet binnen veel risicovollere beleggingscategorieën zoals aandelen en grondstoffen. Het positieve sentiment sloeg om nadat verschillende macro-economische indicatoren in met name Europa een veel minder positief beeld lieten zien dan eerder werd aangenomen. In de VS namen de zorgen toe omdat de centrale bank, de FED, de geldmarktrente weleens sneller zou kunnen verhogen dan eerder werd aangenomen. Bron: Finles Capital Management. Resultaten diverse beleggingscategorieën in 2014 De onderlinge verschillen tussen regio s en sectoren binnen de aandelenmarkten waren eveneens groot. Er vond gedurende het jaar een aantal felle correcties plaats. Zo stond onze eigen AEX-index halverwege de maand oktober op een verlies van meer dan -11% voor de maand en -5% voor het gehele jaar 2014. Een spoedig herstel vond echter plaats waardoor de maand werd afgesloten met een verlies van slechts -2,4%. Ook in december vond een stevige correctie plaats waarna een sterk herstel optrad. We kunnen dus spreken dat 2014, en met name de tweede helft van 2014, grillig is verlopen voor aandelen. Hierbij valt een aantal zaken op: 1: De aandelen van grote bedrijven presteerden beter dan aandelen van kleine bedrijven; 2: Defensieve aandelen presteerden veelal beter dan cyclische aandelen; 3: Amerikaanse aandelenmarkten presteerden beter dan de meeste andere aandelenmarkten in de wereld. De staatsobligaties van veel Westerse landen kenden een meer dan uitstekend 2014 na een teleurstellend 2013. Veel marktkenners hielden rekening met een verdere verslechtering van het sentiment voor obligaties in 2014. Echter het tegenovergestelde geschiedde. De JPMorgan Global Government Bond Index, een index van wereldwijde obligaties, steeg met +8,51% in 2014. Dit werd vooral veroorzaakt door de lage inflatieverwachting wereldwijd en de doorlopende wereldwijde vraag van marktpartijen naar obligaties, waaronder Centrale banken. Ook bedrijfsobligaties hadden over het algemeen een goed jaar maar de onderlinge verschillen waren groot. Grondstoffen kenden daarentegen een bijzonder lastig jaar. Met name de tweede helft van 2014 werd gekenmerkt door sterke prijsdalingen. Energie en industriële grondstoffen werden vooral hard geraakt. De koperprijs daalde bijvoorbeeld met bijna -25% in 2014 en de prijs van ruwe olie daalde meer dan -45% in 2014. De CRB Commodity Index, een index van brede grondstoffen, daalde met maar liefst -18%. Pagina 10

3 Verslag van de Beheerder De valutamarkten waren bovendien beweeglijk. Vooral de valuta s van landen afhankelijk van de export van grondstoffen stonden onder zware druk. De Amerikaanse Dollar apprecieerde sterk ten opzichte van veel andere valuta s. De euro deprecieerde met -12,3% ten opzichte van de Amerikaanse dollar. 3.2 Vooruitzichten 2015 Hieronder treft u onze vooruitblik voor 2015 aan. Hierbij informeren wij u over een aantal bedreigingen die wij zien. Vervolgens gaan we in op de individuele beleggingscategorieën. Wij denken dat de relatieve verschillen in beleid van de wereldwijde Centrale banken een zeer belangrijk thema zal worden in 2015. De verwachting is dat de Amerikaanse FED een meer restrictief beleid zal gaan voeren in 2015 waarbij de eerste renteverhoging waarschijnlijk gaat plaatsvinden. Dit geeft aan dat de beleidsmakers vertrouwen hebben in de duurzaamheid van de economische expansie in de Verenigde Staten. Het is bovendien ook hard nodig, na alle ingrepen die we de laatste zes jaar hebben gezien, dat de economie weer op eigen benen kan staan en daarmee verder kan normaliseren. Wij verwachten niet dat de FED agressief zal acteren in het verkrappen van het monetaire beleid. Het te snel of te ongecontroleerd afbouwen van de balans van de FED of het te snel verhogen van de geldmarktrente in de Verenigde Staten zou een bedreiging kunnen vormen voor verdere economische groei. Het is derhalve de verwachting dat de FED voorzichtig te werk zal gaan bij het nemen van rentebesluiten. De centrale banken van Europa en Japan bevinden zich qua beleid in het begin van de cyclus. Zij hebben aangekondigd de komende tijd een zeer expansief monetair beleid te zullen voeren. Het verschil in het monetaire beleid tussen de verschillende landen en regio s zal een belangrijke invloed hebben op de verschillende wisselkoersen. Een grote zorg blijft de politieke onrust in Griekenland. Het is nog onduidelijk of de nieuwe regering onder leiding van premier Alexis Tsipras de afspraken die de vorige Griekse regering met de Troika heeft gemaakt omtrent de schulden en hervormingen zal respecteren. Het is niet volledig uitgesloten dat Griekenland zelfs de eurozone gaat verlaten. Deze beslissing zal naar verwachting overigens zeer nadelige economische gevolgen hebben voor het land waardoor deze beslissing op het eerste oog niet waarschijnlijk lijkt. Op moment van schrijven van deze vooruitblik, eind januari, zijn beleggers erg nerveus over de ontstane situatie in het land. De kapitaalmarktrente is sterk opgelopen en ook Griekse aandelen worden massaal van de hand gedaan. Overigens is het risico niet alleen Griekenland zelf maar ook het mogelijke besmettingsgevaar van andere landen binnen de eurozone. Zo zijn er in Spanje in de tweede helft van 2015 ook verkiezingen en is een soortgelijk scenario als Griekenland zeker niet ondenkbeeldig. De grootschalige kwantitatieve verruiming die door de ECB eind januari werd aangekondigd zien wij als goede eerste stap. Het is echter onzeker of het opkopen van staatsobligaties daadwerkelijk succes gaat opleveren omdat de rente die de meeste landen in de eurozone betalen op hun obligaties zich momenteel al op een historisch laag niveau bevindt. Daarnaast is ook de algehele kredietvraag door bedrijven en consumenten nog steeds relatief laag. Er zijn overigens wel een aantal lichtpunten. De volgende tabel laat de ontwikkelingen zien van vraag en aanbod voor leningen aan huishoudens en bedrijven. Groen betekent een positieve ontwikkeling, dus meer vraag en aanbod. Rood betekent minder vraag en aanbod. Geel betekent geen verandering. Pagina 11

3 Verslag van de Beheerder Bron: Nomura European Economics De eurozone als geheel heeft de laatste jaren te maken gehad met frequente recessies, hoge staatsschulden, dalende inflatie en hoge werkloosheid. Daarom zijn er nu ook minder conventionele maatregelen nodig om met name de private sector te stimuleren. We kunnen dus concluderen dat het uiteindelijke succes van de ingrepen vooralsnog uiterst onzeker zijn maar deze ingrepen waren nodig om de kwakkelende economie in de eurozone een impuls te geven. In onze optiek dient alles echter wel hand in hand te gaan met de noodzakelijke hervormingen. Denkt u hierbij aan hervormingen van de arbeidsmarkt, de woningmarkt en het algemene sociale vangnet. In de eurozone dienen met name Italië en Frankrijk nog steeds een aantal pijnlijke maatregelen te nemen die ze tot op heden hebben uitgesteld. Zij hebben tot nu toe onvoldoende gedaan om hun financiën op orde te brengen en de nodige hervormingen door te voeren. Hieronder volgt een beschrijving van een aantal andere bedreigingen die wij momenteel zien: 1: De nieuwe Chinese regering is bezig met het uitvoeren van een hervormingsagenda. Het is daarbij zaak om balans te houden binnen de verschillende componenten van de economie. Het uitgangspunt is daarbij om het land minder afhankelijk te maken van investeringen. De binnenlandse consumentenbestedingen moeten de belangrijkste component binnen de economie worden. Een bedreiging is dat de regering niet in deze missie slaagt zonder de groei daarbij drastisch af te remmen. 2: De fiscale gesteldheid van een opkomende landen en de bedrijven in deze opkomende landen is zorgelijk. Een aantal landen heeft te maken met hoge inflatie, een tekort op de lopende rekening, een begrotingstekort en afnemende economische groei. Ook zijn veel opkomende landen sterk afhankelijk van de export van grondstoffen. De forse daling van de grondstoffenprijzen zullen een negatieve impact hebben op de economische groei van deze landen. Daarnaast is het zo dat de tekorten voornamelijk door het buitenland worden gefinancierd. Dit heeft met name in Amerikaanse dollar plaatsgevonden. De Amerikaanse dollar is, zoals eerder aangegeven, sterk geapprecieerd in 2014. De verplichtingen van deze landen en/of bedrijven in Amerikaanse dollar zijn daardoor sterk toegenomen waardoor betalingsproblemen kunnen ontstaan. 3: Mislukking van Abenomics in Japan. De eerste twijfels over het beleid van premier Abe zijn natuurlijk al hoorbaar en ook zichtbaar. Daarnaast weet niemand momenteel of het hele project Abenomics uiteindelijk zal gaan slagen. De eerste twee Arrows hebben slechts een korte termijn positief effect gehad maar zorgen niet voor fundamentele veranderingen. De zogenaamde third Arrow moet zorgen voor langjarige verbeteringen door structurele hervormingen op sociale, culturele en economische aspecten van de samenleving. Pagina 12

3 Verslag van de Beheerder 4: Geopolitieke spanningen. Wereldwijd is er een aantal conflicten die de financiële markten negatief kunnen beïnvloeden. Denkt u hierbij aan de gespannen situatie in Oekraïne en Rusland of in Syrië en Irak. Ook terroristische aanslagen kunnen de financiële markten sterk ontwrichten. Ondanks deze bedreigingen blijven wij gematigd positief over de macro-economische perspectieven wereldwijd. Wij verwachten zeker geen spectaculaire groei, maar in ieder geval wel groei. Hierbij geldt dat onze voorkeur uitgaat naar de ontwikkelde landen. In het algemeen blijven wij minder positief over opkomende landen. Dit vanwege de eerder genoemde redenen. Visie Beleggingscategorieën Aandelen Al met al blijven wij (gematigd) positief over de kansen voor aandelen in 2015. We verwachten in 2015 echter wel toenemende volatiliteit op de financiële markten. Aandelen zijn zeker niet goedkoop op een absolute basis maar alternatieve beleggingsmogelijkheden zijn op dit moment zeer schaars. De gemiddelde winstmarges in de Verenigde Staten bevinden zich op een historisch hoog niveau. In de eurozone is dit daarentegen niet het geval. De waardedaling van de euro en de daling van de olieprijs zou een positieve invloed moeten hebben op de winstgevendheid van aandelen. Daarnaast denken wij ook dat de maatregelen die door de ECB zijn aangekondigd vooralsnog een positieve werking zullen hebben. Ook over Japanse aandelen blijven wij positief. Enerzijds komt dit door het zeer ruime monetaire beleid en anderzijds komt dit door de interessante waarderingen. Veel bedrijven in Japan en dan met name de exporteurs zijn in staat geweest om hun omzetten, winsten en marges sterk te verbeteren. Bron: JPMorgan Asset Management: vergelijking winstmarges Amerikaanse en Europese aandelen tussen 1 januari 2004 en 31 december 2014 Wij denken dat investeringen in aandelen steeds meer zullen worden gedreven door de fundamenten van een bedrijf zoals goedkope waarderingen, groeiverwachtingen en de verbetering van marges. Dit zou een gunstige ontwikkeling betekenen voor actieve aandelenbeleggers omdat de juiste aandelenselectie in een dergelijke omgeving beter rendeert. Pagina 13

3 Verslag van de Beheerder Obligaties Ondanks het goede jaar in 2014 behouden wij onze negatieve visie op staatobligaties van Westerse landen. Bron: JPMorgan Asset Management. Rente of 10-jarige obligaties VS, VK en Duitsland Het effectieve rendement is in onze optiek onvoldoende in vergelijking met de risico s in de huidige economische omgeving. Zo is bijvoorbeeld, afhankelijk van de looptijd, zowel de reële als ook de nominale vergoeding van bepaalde staatsobligaties en bedrijfsobligaties momenteel zelfs negatief. Selectief zien wij nog wel kansen bij bedrijfsobligaties en obligaties van opkomende landen. Ook hier denken wij dat de juiste selectie van essentieel belang is aangezien de dispersies tussen landen en sectoren groot zijn. Grondstoffen Wij zijn over het algemeen niet positief over grondstoffen omdat de wereldwijde groeiperspectieven laag zijn en omdat in bepaalde segmenten van de grondstoffenmarkt er momenteel meer aanbod is dan vraag. Denkt u hierbij aan bepaalde industriële grondstoffen zoals koper. Edelmetalen daarentegen zouden wel eens voor een positieve verrassing kunnen zorgen in 2014 door een terugkerende vraag van investeerders. Onroerend goed Wij zijn minder negatief over de Europese woningmarkt. De economische situatie is echter nog steeds fragiel waarbij de werkloosheid in een groot gedeelte van Europa nog steeds erg hoog is. Dit zorgt ervoor dat mensen terughoudend zijn. De lage kapitaalmarktrente in veel delen van Europa zorgt er echter voor dat de financieringskosten van onroerend goed relatief laag zijn. Dit geeft momenteel een sterke impuls aan de woningmarkt. Over commercieel onroerend goed zijn wij nog steeds negatief door de hoge leegstand in met name de kantorenmarkt. Hierbij dient wel aangemerkt te worden dat de verschillen binnen Europa zeer groot zijn. Wij blijven relatief positief over de Amerikaanse woningmarkt. In onze optiek is het zeer belangrijk dat de kapitaalmarktrente voorlopig op een laag niveau blijft. Een stijgende rente betekent immers dat kopers met hogere rentelasten te maken krijgen. Een rente stijging zal potentiële kopers afschrikken. Pagina 14

3 Verslag van de Beheerder Hedge fondsen Wij zijn positief over de kansen voor hedge fondsen. De beste kansen zien wij momenteel voor de volgende hedge fondsen strategieën: Global Macro: De grootschalige monetaire en fiscale interventies wereldwijd bieden veel kansen voor gekwalificeerde macro fondsen. Verder denken wij dat indien de volatiliteit gaat stijgen macro fondsen daarvan goed kunnen profiteren. Trendfollowing/CTA s: Dit vanwege het feit dat dit type fondsen trends in bepaalde beleggingscategorieën volgt (door middel van algoritmen) zoals aandelen, obligaties, valuta s en grondstoffen. Na enkele moeilijke jaren voor deze strategie is 2014 een goed jaar gebleken en wij verwachten dat deze tendens doorzet in 2015. Wij verwachten dat dit type fondsen voornamelijk gedurende perioden van hoge volatiliteit en duidelijke trends in markten hun toegevoegde waarde zullen leveren. Event Driven: Event Driven is een brede hedge fondsen strategie. Onze voorkeur gaat momenteel uit naar de zogenaamde Multi-Strategy Event Driven fondsen. Deze fondsen richten zich op meerdere sub strategieën zoals merger arbitrage en distressed securities.wij verwachten een verdere toename van het aantal bedrijfsfusies en overnames wereldwijd. Hierop kunnen dit type fondsen uitstekend inspelen. Long/short Equity: De grote dispersies tussen aandelen en sectoren biedt in onze optiek goede kansen voor bottom-up stock pickers. Zij zijn hierdoor in staat om zowel long alsook short waarde toe te voegen op hun aandelenselectie. Pagina 15

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 4.1 Resultaat Subfonds Finles Collectief Beheer 2014 De koers van het Subfonds Finles Collectief Beheer (Subfonds) steeg in 2014 met 7,92%. De samengestelde benchmark (HFRI Fund of Funds Composite Index 50%, HFRX Macro/CTA Index 20%, MSCI World 15% en JP Morgan Global Government Bond 15%), steeg in 2014 met 6,50%. De uitvoering van het beheer van het Subfonds is per 10 januari 2014 uitbesteedt aan QBasis Invest GmbH, te Oostenrijk. De uitbesteding van het beheer betreft de directe uitvoering van het beleggingsbeleid conform het prospectus alsook conform de beleggingsrestricties zoals vastgelegd in het prospectus van het fonds. De beheerder ziet toe op de uitvoering daarvan en behoudt de eindverantwoordelijkheid voor het beheer van het Subfonds. Bron: Finles Capital Management. Vergelijking distributie rendementen Subfonds en de benchmark van 1 januari 2002 t/m 31 december 2014. Gevoerd beleggingsbeleid 2014 2014 was een bewogen beleggingsjaar zoals u heeft kunnen lezen in de algemene terugblik. Er waren grote verschillen waarneembaar tussen beleggingscategorieën en regio s. Zo presteerden aandelenmarkten en obligatiemarkten in het Westen redelijk tot goed. Binnen opkomende markten was er geen eenduidig beeld en waren de verschillen groot. Binnen grondstoffen was het sentiment uitermate negatief. Dit met name als gevolg van te veel aanbod en te weinig vraag. Sterke prijsdalingen waren het gevolg. De doelstelling van het Subfonds Finles Collectief Beheer is om met een beperkt risico te streven naar een gemiddeld jaarrendement van boven de 8%. Bescherming van het opgebouwd vermogen heeft echter in het beleggingsbeleid prioriteit boven het behalen van maximaal rendement. Het Subfonds behaalde in 2014 zowel een goed absoluut beleggingsresultaat als ook een goed relatief beleggingsresultaat. Ook tussen de onderliggende beleggingen van het Subfonds waren de verschillen relatief groot. Zoals u weet worden de beleggingen in de portefeuille van het Subfonds ingedeeld op basis van een drietal componenten. Dit betreft: - Component 1: Beleggingen met een negatieve correlatie met aandelen (of vergelijkbaar risico); - Component 2: Beleggingen met een positieve correlatie met aandelen (of vergelijkbaar risico); - Component 3: Beleggingen met een neutrale correlatie met aandelen (of vergelijkbaar risico). Pagina 16

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen In 2014 was het met name de eerste component die in totaliteit goed presteerde. Een aantal fondsen binnen deze component behaalden sterke winsten. Dit werd met name gedreven door posities anticiperend op dalende grondstoffenprijzen. In veel gevallen waren dit zeer sterk dalende trends. Met name de tweede helft van 2014 werd gekenmerkt door sterke prijsdalingen binnen de grondstoffenmarkt. Energie en industriële grondstoffen werden vooral hard geraakt. Zo daalde de koperprijs met bijna -25% in 2014 en de prijs van ruwe olie daalde met meer dan -45% in 2014. Een brede index van grondstoffen, de CRB Commodity Index, daalde met -18%. De component met beleggingen met een positieve correlatie met aandelen had eveneens een positieve bijdrage. Ook al was dit marginaal. De derde component, beleggingen met een neutrale correlatie met aandelen, behaalden in totaliteit een negatief resultaat. Het directe valutarisico werd in 2014 niet afgedekt. Een aantal onderliggende beleggingen van het Subfonds noteert in een andere valuta dan de euro. Dit betreft de US Dollar en de Zwitserse Frank. Per 31 december noteerde 88% van de beleggingen in euro, 9% in US Dollar en 3% in Zwitserse Frank. Dit leverde een positief resultaat op aangezien zowel de US Dollar alsook de Zwitserse Frank apprecieerde ten opzichte van de euro. In het onderstaand overzicht vindt u de weging van de individuele beleggingscomponenten van het Subfonds per 31 december 2014. Bron: Finles Capital Management. Wegingen individuele beleggingscomponenten Subfonds per 31 december 2014. Pagina 17

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Beleggingsbeleid 2015 Wij voorzien goede kansen voor het Subfonds in 2015. Met name in vergelijking met beleggingscategorieën zoals obligaties en aandelen. In onze opinie is het effectieve rendement van obligaties onvoldoende in vergelijking met de aanwezige risico s die er zijn. In sommige gevallen is er zelfs een reëel negatief rendement. Aandelen hebben inmiddels stevige koerswinsten geboekt de laatste jaren en zijn niet langer goedkoop te noemen. Er zijn geen plannen het beleggingsbeleid van het Subfonds in 2015 te wijzigen. De portefeuille blijft ingedeeld volgens de drie eerder geschetste individuele beleggingscomponenten. De onderliggende portefeuille zal mogelijk verder worden geoptimaliseerd. Hier moet u hoofdzakelijk denken aan beleggingen in de portefeuille die mogelijk worden vervangen door nieuwe beleggingen. Dit omdat wij bijvoorbeeld denken dat deze nieuwe beleggingen een betere beleggingspropositie hebben. Nieuwe onderliggende beleggingen dienen te voldoen aan een groot aantal criteria alvorens te worden opgenomen in de portefeuille van het Subfonds. Voorbeelden hiervan zijn: goede structurele risico/rendementverhouding, duidelijke en transparante performance drivers, onafhankelijke service providers en een duidelijk risicomanagementbeleid. Op het moment van schrijven van deze rapportage, februari 2015, worden de directe valutarisico s volledig afgedekt. Het kan echter zijn dat wij op enig moment besluiten om dit risico niet meer af dekken. Pagina 18

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 4.2 Resultaat Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. in 2014 Het Subfonds Finles Collectief Beheer I.L. (het Subfonds) daalde met 25,58% in 2014. Het resultaat wordt mede verklaard door een distributie van EUR 2,24 per participatie die in mei 2014 werd uitgekeerd. Het Subfonds is opgericht op 31 januari 2011. Het Subfonds is de voortzetting van het FCBF Side Pocket welke is opgericht op 12 november 2010. Gevoerd beleggingsbeleid 2014 Het beleggingsbeleid in 2014 is hoofdzakelijk gericht geweest op het afbouwen van de onderliggende posities. Hierin hebben wij gedeeltelijk succes geboekt. De Beheerder trekt waar mogelijk op met andere investeerders om de managers van onderliggende fondsen, indien nodig, onder druk te zetten. Veel van de onderliggende fondsen zijn in 2014 genoodzaakt geweest om verdere afwaarderingen te doen op hun posities. Dit is onder andere het gevolg van het feit dat posities tegen lagere prijzen werden verkocht dan waartegen deze posities initieel werden gewaardeerd. In een aantal gevallen hebben de geopolitieke ontwikkelingen een negatieve impact gehad. Denkt u hierbij aan de situatie in Rusland. Daarnaast worden de markten waar de meeste onderliggende fondsen actief zijn nog steeds gekenmerkt door een gebrek aan liquiditeit waarbij er meer aanbod is dan vraag. Ook is het zo dat banken en andere kapitaalverschaffers zeer terughoudend zijn met kredietverlening. Dit kan voor kopers in sommige gevallen nadelig zijn indien zij afhankelijk zijn van bankfinancieringen. Ook is het vaak zo dat de potentiële kopende partijen weten dat de verkopende partij, in dit geval het onderliggende fonds, zich in een moeilijke situatie bevindt waardoor kopende partijen vaak op een lage prijs inzetten. We zien dat bij een aantal beleggingen, met name de fondsen waar een externe curator is aangesteld, de kosten oplopen. Deze curatoren staan vaak boven aan de rangorde van eventuele uitbetalingen. Zij hebben de zogenaamde crediteurenpositie. Dit zorgt ervoor dat beleggers bij eventuele opbrengsten ondergeschikt zijn. Bij een aantal beleggingen zien we echter ook progressie. Hier is concrete belangstelling voor onderliggende posities en zijn posities succesvol verkocht en worden gelden gedistribueerd aan investeerders. Wij hebben in 2014 ook nadrukkelijk gekeken om onderliggende posities eventueel op de secundaire markt te verkopen. Wij hebben echter nog geen posities via deze weg verkocht. Kopers die actief zijn op de secundaire markt bedingen extreme kortingen. Dit neemt niet weg dat we op een later moment alsnog kunnen besluiten posities te verkopen indien wij interessante mogelijkheden zien. Zoals bekend worden de directe valutarisico s niet meer afgedekt. Per 31 december 2014 noteerde 71,13% van alle fondsbeleggingen in Amerikaanse dollars. Dit betekent dat het fondsrendement van het Subfonds mede afhankelijk is van de wisselkoersbeweging tussen de euro en de Amerikaanse dollar. In 2014 hadden wisselkoersschommelingen een positief effect op het resultaat van het Subfonds. Dit omdat de Amerikaanse dollar met 12,25% apprecieerde ten opzichte van de euro. Distributies Subfonds FCB I.L. In mei van 2014 heeft het Subfonds een distributie gemaakt van EUR 2,24 per participatie ofwel 11,25%. Hieronder staan de distributies sinds de start van de liquidatie van het Subfonds genoemd: Datum Uitbetaling Distributie per Distributie in % participatie in EUR 19-5-2014 EUR 400.000 EUR 2,24 11,25% 3-5-2013 EUR 850.000 EUR 4,14 13,23% 30-4-2012 EUR 1.300.000 EUR 5,51 12,89% Per 31 december 2014 had het Subfonds een kaspositie van EUR 42.335 ofwel 1.68% van het fondskapitaal. De Beheerder is voornemens distributies te doen indien de kaspositie minimaal 10% bedraagt exclusief een kasreserve van 2%. Pagina 19

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Eind maart of begin april 2015 zal het Subfonds opnieuw een distributie maken aan participanten. Dit betreft een bedrag van in totaal 400.000 euro. Waarderingsmethodiek De Beheerder hanteert een eenduidige waarderingsmethodiek die op alle door ons beheerde fondsen wordt toegepast. Deze methodiek luidt als volgt: 1) Methode A: Bloomberg: Als een onderliggende belegging is geregistreerd op Bloomberg dan wordt deze waardering gehanteerd. 2) Methode B: Statements verstrekt door de administrateur van het onderliggende fonds. De administrateur verstrekt maandelijks een statement van de holding. Dit statement wordt door de administrateur van de Finles fondsen gehanteerd als input voor de bepaling van de Intrinsieke Waarde van de Finles fondsen. Meestentijds worden deze statements binnen 30 dagen na afloop van de maand ontvangen. Als voorwaarde wordt gesteld dat er een jaarrekening aanwezig is van het vorige boekjaar. 3) Methode C: Indien geen Bloomberg registratie en statements beschikbaar zijn worden schattingen van de Intrinsieke Waarde van de onderliggende waarden, ontvangen van de manager van het fonds, gehanteerd. Zodra een statement wordt ontvangen wordt deze vergeleken met de eerder ontvangen schatting. Indien er een materiële afwijking is van de Intrinsieke Waarde van een Finles fonds wordt de Intrinsieke Waarde van het betreffende Finles fonds aangepast. Als voorwaarde wordt gesteld dat er een jaarrekening aanwezig is van het vorige boekjaar. 4) Methode D: Dit betreft een specifieke waarderingsprocedure en vigeert voor specifieke onderliggende waarden die bijvoorbeeld in liquidatie zijn en waarvoor geen (onafhankelijke) waardering meer wordt afgegeven door de manager of administrateur van het fonds. Indien van toepassing dan wordt dit per onderliggend fonds toegelicht. Veelal houdt dit in dat er gebruik wordt gemaakt van de biedingen in de secundaire markt. In de onderstaande toelichting wordt eveneens per onderliggend fonds van het Subfonds vermeld welke waarderingsmethodiek van toepassing is. Portefeuille Subfonds FCB I.L. De portefeuille van het Subfonds bestaat per 31 december 2014 uit 10 onderliggende fondsen waarbij een aantal fondsen uit meerdere posities bestaan. Dit is exclusief de posities die op nihil zijn gewaardeerd. De grootste positie bedraagt 27,19% van het fondsvermogen. De top 5 posities bedragen 83,86% van het vermogen van het Subfonds. Het belegd vermogen van het Subfonds per 31 december 2014 bedraagt ruim 2,5 miljoen EUR. Dit is inclusief een kaspositie van EUR 42.335. De verkoop van het Yorkville Offshore Fund op de secundaire markt is hier nog niet in meegenomen aangezien dit in januari 2015 heeft plaatsgevonden. Pagina 20

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Hieronder vindt u per onderliggende belegging van het Subfonds een nadere toelichting. 1: Naam Fonds Yorkville Offshore Fund Strategie Fonds Private Investment in Public Entities (PIPE s). Het fonds verstrekte converteerbare leningen aan veelal publieke bedrijven. Na een bepaalde periode kon het fonds converteren (met een korting) van de lening naar het aandeel. Daarna werd het aandeel direct verkocht. De resultaten van het fonds werden gegenereerd door: 1) de rente-inkomsten en 2) de korting bij het converteren. Veelal waren deze converteerbare leningen gedekt door onderpand. Tijdens de kredietcrisis is het fonds in problemen gekomen toen de investeerders in het fonds hun verkooporders massaal indienden, de liquiditeit in de aandelen van de onderliggende bedrijven volledig opdroogde en ook doordat de bedrijven geen alternatieve financieringsbronnen meer konden aanwenden. Pagina 21

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Ontwikkelingen gedurende 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles In 2014 is door de fondsbeheerder opnieuw op posities afgeschreven door verdere waardedalingen. Voorts zijn er onvoldoende kasstromen gegenereerd uit de realisatie van onderliggende beleggingen om een uitbetaling aan investeerders te maken. Het onderzoek door de Amerikaanse toezichthouder (SEC) waar wij eerder over rapporteerden is nog steeds in volle gang en het is onduidelijk wanneer de zaak inhoudelijk zal worden behandeld. Het is in ieder geval duidelijk dat dit nog langer dan 2 jaar kan duren. B/C Begin januari 2015 is besloten deze positie op de secundaire markt te verkopen. De voornaamste reden hiervoor is dat bij de grootste posities de vooruitzichten verder zijn verslechterd. Verdere afwaarderingen achten wij hierdoor zeer waarschijnlijk. Bovendien verwachten wij geen distributies de komende tijd. Dit heeft ons doen besluiten om tot verkoop op de secundaire markt over te gaan. 2: Naam Fonds Denholm Hall Russia Arbitrage Fund Strategie Fonds Asset Backed Lending. Het fonds verstrekte private leningen aan Russische bedrijven. De termijn van deze leningen waren over het algemeen zeer kort (3-12 maanden). De leningen waren bedoeld als bridge financing. Een groot deel van deze bedrijven betrof vastgoed projectontwikkelaars. Alle leningen werden uitgegeven tegen onderpand (veelal het project zelf en vaak nog additionele persoonlijke garanties). Tijdens de kredietcrisis is het fonds in problemen gekomen doordat de investeerders in het fonds hun verkooporders massaal indienden, de lenende partijen geen herfinanciering konden verkrijgen en de bedrijven geen alternatieve financieringsbronnen konden aanwenden waardoor het fonds gedwongen werd het onderpand in bezit te nemen. Veelal zijn er sterke waardedalingen opgetreden bij het onderpand. Pagina 22

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Ontwikkelingen gedurende 2014 Veel van het onderpand is vastgoed in ontwikkeling. Additioneel kapitaal is vaak nodig om verdere ontwikkeling te realiseren. Dit kapitaal is niet voorhanden. Dit heeft tot gevolg dat afwaarderingen moeten worden toegepast (een belangrijke component van het waarderen van posities is de discounted cash flow methode). Mogelijke cash flows in de toekomst worden verdisconteerd in de huidige waarde. Doordat veel van het onderliggende vastgoed in ontwikkeling is heeft dit afwaarderingen tot gevolg. Waarderingsmethodiek Strategie Finles Het realiseren van verkopen van onderliggende beleggingen in relatie tot eerdere projecties valt zeer tegen. De geopolitieke onrust in Rusland en de sancties die zijn opgelegd aan het land hebben bovendien een negatieve impact. Denkt u hierbij ook aan de waardeontwikkeling van de Russiche Roebel. Deze deprecieerde in 2014 met meer dan 60% ten opzichte van de euro. B/C Finles heeft getracht deze positie op de secundaire markt te verkopen. Tot dusver is dit niet gelukt vanwege de ontbrekende vraag. Een belangrijke reden hiervoor zijn de voordurende geopolitieke spanningen tussen Oekraïne en Rusland. 3: Naam Fonds London & Capital German Real Estate Fund Strategie Fonds Het fonds investeert in commercieel vastgoed in Duitsland. Dit betreft commercieel vastgoed zoals winkelcentra, distributiecentra, supermarkten en kantoren. Deze objecten zijn deels aangekocht met het geld van investeerders en deels met vreemd vermogen van banken. De huurders van de objecten zijn veelal zeer gerenommeerde partijen. Het rendement van het fonds komt van twee bronnen: 1. Huurinkomsten minus de rentekosten; 2. Waardestijging/waardedaling van het vastgoed. Pagina 23

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Ontwikkelingen gedurende 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles Zoals gezegd bestaat het fondsvermogen van het fonds uit gelden die door investeerders bijeen zijn gebracht (eigen vermogen) en vreemd vermogen verstrekt door banken. Deze verhouding bedraagt momenteel 35%/65%. De gemiddelde verhuurperiode is momenteel 5,5 jaar. Aan het begin van 2012 kampte het Fonds met acute herfinancieringsproblemen. Deze problemen zijn vooralsnog opgelost door de leningen met een aantal banken te verlengen. Na de grote afschrijving in 2013 hebben we in 2014 juist een aantal opwaarderingen gezien. Dit omdat betere contracten met huurders zijn afgesloten. Gedurende het jaar 2014 is een groot aantal posities verkocht. Hierdoor gaat er in het eerste kwartaal van 2015 een substantiële distributie plaatsvinden aan investeerders van ongeveer 35% van de positiegrootte. B Wachten op pro rata uitbetalingen. Daarnaast blijven wij druk zetten op de manager van het fonds. 4: Naam Fonds RP Explorer Fund Strategie Fonds Ontwikkelingen gedurende 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles De onderliggende portefeuille van het fonds bestaat momenteel nog uit private instrumenten zoals private leningen en private equity. De fondsbeheerder heeft geen distributies gemaakt in 2014. B Wachten op pro rata distributies aan investeerders. 5: Naam Fonds CK Pearl Fund (Medley Opportunity Fund) Strategie Fonds De fondsbeheerder hanteerde een Asset Backed Lending strategie. Het fonds bood private leningen aan veelal Amerikaanse bedrijven aan. Dit kapitaal werd met name gebruikt als werkkapitaal. Alle leningen werden verstrekt tegen onderpand waarbij het project of bedrijf dikwijls als onderpand diende. Tijdens de kredietcrisis is het fonds in de problemen gekomen toen investeerders massaal hun verkooporders indienden, de lenende partijen geen herfinanciering bij banken en andere kredietinstellingen konden verkrijgen, of dat bedrijven onvoldoende winstgevend waren om de leningen af te lossen. Hierdoor werd het fonds gedwongen onderpand over te nemen en deze zelf in de markt te verkopen. Pagina 24

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles In augustus 2014 hebben investeerders een nieuwe fondsbeheerder aangesteld om de verdere liquidatie van het fonds te begeleiden, omdat de investeerders, waaronder het Subfonds, het vertrouwen in de vorige fondsbeheerder hadden opgezegd. Deze wijziging is in het vierde kwartaal van 2014 geformaliseerd. De nieuwe fondsbeheerder heeft een gedetailleerde analyse gemaakt van de portefeuille. De voornaamste uitkomst hiervan is dat de nieuwe fondsbeheerder meent dat de waarderingen een te positief beeld gaven van de werkelijkheid. Verdere afwaarderingen zijn dus waarschijnlijk. Daarnaast is er volgens de nieuwe fondsbeheerder bij een aantal onderliggende posities een ander beleid nodig bij het te gelde maken van deze posities. In 2014 hebben er geen distributies plaatsgevonden. B Wachten op pro rata distributies. 6: Naam Fonds CPIM Structured Credit Fund 20 Strategie Fonds Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles Het fonds is met name actief op de secundaire markt voor Asset Backed Securities. Voorbeelden hiervan zijn Residential Mortgage Backed Securities en Commercial Mortgage Backed Securities. Voornamelijk werd geïnvesteerd in securities die lager in de kapitaalstructuur staan. Dit zijn de zogenaamde equity and mezzanine tranches. Ook werd er geïnvesteerd in andere soorten private instrumenten zoals leningen en aandelen. De fondsbeheerder heeft in 2014 goede progressie geboekt bij de liquidatie van het fonds. Het fonds heeft in 2014 een drietal distributies gemaakt. De fondsbeheerder heeft in 2014 inmiddels een curator geselecteerd om de liquidatie verder te begeleiden. De curator zal gebruik blijven maken van de diensten van de fondsbeheerder van het fonds. B Wachten op pro rata distributies. Pagina 25

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 7: Naam Fonds Madison Realty Fund Strategie Fonds Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles Het fonds verstrekte private leningen aan Amerikaanse vastgoed projectontwikkelaars. De termijnen van deze leningen waren over het algemeen kort (7 tot 10 maanden) en waren bedoeld als overbruggingskrediet. Alle leningen werden aangegaan tegen onderpand (veelal het project zelf en vaak nog additionele persoonlijke garanties). Tijdens de kredietcrisis is het fonds in problemen gekomen toen de investeerders in het fonds hun verkooporders massaal indienden, de lenende partijen geen herfinanciering konden verkrijgen bij banken en andere kredietinstellingen. Hierdoor werd het fonds gedwongen onderpand over te nemen. De fondsbeheerder heeft in 2014 goede progressie geboekt bij de liquidatie van het fonds. Het fonds heeft in 2014 een viertal distributies gemaakt. Daarnaast heeft de fondsbeheerder een aantal concrete biedingen op onderliggende posities. De fondsbeheerder denkt dat bij volledige liquidatie van de onderliggende posities de huidige waarde min of meer kan worden behouden. B Wachten op pro rata distributies 8: Naam Fonds Marathon Special Opportunity Fund via 1 SPV Strategie Fonds Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles De SPV bestaat uit structured finance posities en andere soorten private instrumenten zoals private leningen en Private Equity. In 2014 hebben twee distributies plaatsgevonden aan investeerders. De grootste positie van het fonds betreft een bosbouwbedrijf, de bijbehorende grond en het nabijgelegen onroerend goed. Deze positie bedraagt ongeveer 75% van het fonds. Momenteel is een verkoop van deze positie nog niet voorzien. B Wachten op pro rata distributies. Pagina 26

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen 9: Naam Fonds Quantek Opportunity Fund (het fonds is in vrijwillige liquidatie) Strategie Fonds Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles Asset Backed Lending. Het fonds verstrekte private leningen aan bedrijven in Latijns-Amerika. Ook exploiteerde het fonds een vloot vliegtuigen die werd geleased door vliegtuigmaatschappijen. Tijdens de kredietcrisis is het fonds in problemen gekomen toen de investeerders in het fonds hun verkooporders massaal indienden, de lenende partijen geen herfinanciering konden verkrijgen bij banken en andere kredietinstellingen of dat er te weinig resultaat werd behaald door de bedrijven om de leningen af te lossen. Hierdoor werd het fonds gedwongen het onderpand over te nemen en dit onderpand te liquideren. In 2011 hebben investeerders besloten om de fondsbeheerder van het fonds te ontslaan omdat de liquidatie te langzaam verliep. Momenteel wordt de liquidatie uitgevoerd door de twee grootste investeerders van het fonds die vervolgens rapporteren aan de overige investeerders. In 2014 hebben geen distributies plaatsgevonden. In december 2014 heeft het fonds wel een aantal vastgoedposities verkocht. Dit betreft ongeveer 18% van de positiegrootte per 30 september 2014. Hierdoor is een distributie gedurende het eerste kwartaal van 2015 waarschijnlijk. De grootste positie betreft een kopermijn in Chili. Deze positie bedraagt ruim 56% van het fondsvermogen. B Wachten op pro rata distributies van kasgelden. 10: Naam Fonds Asian Debt Fund SPV Strategie Fonds Dit betreft een distressed debt fonds in Zuidoost Azië. Het fonds investeerde in beginsel in schuldpapier (vaak bankleningen; deze staan hoog in de kapitaalstructuur van een onderneming) van bedrijven die in financiële problemen verkeren. Dit betreft bedrijven die bijvoorbeeld in faillissement verkeren. De fondsbeheerder maakt een inschatting of het bedrijf levensvatbaar is en een doorstart kan maken. Tevens investeerde de Beheerder in zogenaamde private leningen tegen onderpand. Dit veelal aan bedrijven die de leningen gebruikten als werkkapitaal of als bridge financing. Pagina 27

4 Het Paraplufonds Finles Beleggingsfondsen Ontwikkelingen 2014 Waarderingsmethodiek Strategie Finles De manager is met diverse partijen in gesprek om de grootste positie binnen het fonds te verkopen (inmiddels >95% van het fondsvermogen). Dit betreft een resort in Indonesië. Onderhandelingen hierover verlopen echter bijzonder moeizaam. In juni 2014 heeft het fonds nog een kleine distributie gemaakt van ongeveer 2,5% van de positiegrootte per 31 mei 2014. B Wachten op pro rata distributies van kasgelden. Beleggingsbeleid 2015 De verwachtingen voor 2015 blijven onzeker. Zoals gezegd zien we bij een aantal beleggingen progressie in het realiseren van liquiditeiten. De directie van de Beheerder is voornemens om ook in 2015 distributies te doen indien de kaspositie minimaal 10% bedraagt exclusief een kasreserve van 2%. Dit laatste percentage is noodzakelijk ter dekking van de kosten van het Subfonds. Na de distributie van maart/april 2015 is het onzeker wanneer de volgende distributie aan participanten zal gaan plaatsvinden. Hopelijk gaat de volgende distributie later in 2015 plaatsvinden. Wij zijn daarbij uiteraard afhankelijk van de distributies van de onderliggende investeringen. De directie van FCM kan geen uitspraken doen over de hoogte van de daadwerkelijke toekomstige uitkeringen van de onderliggende posities van het Subfonds tot het moment dat deze uitkeringen daadwerkelijk zijn ontvangen door het Subfonds. De directie van FCM kan evenmin garanties geven met betrekking tot de daadwerkelijke inbaarheid van deze uitkeringen. Strategie wegingen Subfonds FCB I.L. per 31/12/13 Strategie wegingen Subfonds FCB I.L. per 31/12/14 Ook in 2015 blijven wij, indien nodig, onderliggende fondsbeheerders onder druk zetten om onderliggende posities te verkopen. In 2015 blijven wij eveneens de ontwikkelingen op de secundaire markt volgen om onderliggende posities eventueel op de secundaire markt te verkopen. Het directe valutarisico wordt ook in 2015 niet afgedekt. Dit omdat afdekking mogelijke betalingsverplichtingen met zich meebrengt. Pagina 28