departement Interne Organisatie dienst Juridische Aangelegenheden & Bestuurszaken dossiernummer:. 1802647 Verslag aan de Provincieraad betreft verslaggever Blijdorp III uittreding Provincie: uittredingsovereenkomst Alexander Vercamer Mevrouwen en mijne Heren, Hierbij wordt u voorgelegd: een uittredingsovereenkomst, af te sluiten tussen de Provincie Oost-Vlaanderen en Blijdorp III ingevolge artikel 80, 1 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking, zoals gewijzigd bij decreet van 13 mei 2016. Met het oog op een maximale voorlichting van de provincieraad vindt u hieronder een uitgebreide toelichting bij deze uittredingsovereenkomst. Vooraf Op 17 juni 2016 verscheen het decreet van 13 mei 2016 tot wijziging van diverse bepalingen van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en het Provinciedecreet van 9 december 2005. Dit decreet gaf uitvoering aan het Vlaams Regeerakkoord. Het bepaalt dat de provincies uiterlijk op 31 december 2018 moeten uittreden uit de bestaande intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Artikel 19 1 bepaalt het volgende: de provinciale aandelen worden overgenomen tegen een tussen de partijen overeengekomen waarde. De waardering wordt aldus overgelaten aan de partijen. Voortgaande op die bepaling, knoopte de provincie gesprekken aan met de verschillende intercommunales. In een eerste ronde waren dat ambtelijke gesprekken (met de dienst Juridische Aangelegenheden en Bestuurszaken onder leiding van adviseur-generaal Hedwig De Pauw, samen met de directeur van de intercommunale). In een tweede ronde, naarmate de inhoud meer vorm kreeg, werden dit bestuurlijke gesprekken (in aanwezigheid van de Eerste Gedeputeerde A. Vercamer en de voorzitter van de intercommunale). Uitgangspunten Tijdens de onderhandelingen is de provincie altijd uitgegaan van volgende principes: 1. een correcte waardering van onze participatie
p. 2 2. de intercommunale niet in de problemen brengen = geen liquiditeitsproblemen veroorzaken 3. de verschillende intercommunales op een gelijkaardige wijze behandelen Nu de provincie moet uittreden, is het wenselijk dat dit gebeurt tegen een faire, geactualiseerde waarde van onze aandelen. De provincie gaat uit van de boekwaarde (= ons aandeel in het eigen vermogen), eerder dan de nominale waarde (= het historisch ingebrachte kapitaal). Ook brengt de provincie de betrokken intercommunale steeds in herinnering: 1. dat zij geen vragende partij is om uit te treden, integendeel het betreft hier een gedwongen uittreding 2. dat zij evenveel recht heeft op haar aandeel in het netto-actief, net zoals enige andere aandeelhouder 3. dat bij een uittreding, behoudens andersluidende bepaling in de statuten, artikel 374 van het Wetboek Vennootschappen van toepassing is, waarin staat dat: de vennoot die is uitgetreden, uitgesloten of zijn aandelen gedeeltelijk heeft teruggenomen, heeft recht op uitkering van de waarde van zijn aandelen, zoals die zal blijken uit de balans van het boekjaar waarin deze gebeurtenis heeft plaatsgehad. Bij de uittreding uit de energie-intercommunales in 2016 (Gaselwest, Intergem, Imewo) kon op deze basis een akkoord afgesloten worden. Voor de andere intercommunales bleek de uittreding aan boekwaarde minder evident. Het was vrij snel duidelijk en ook logisch dat de uittreding niet zou verlopen volgens één uniek schema bij alle intercommunales. Daarom werden de intercommunales ingedeeld in groepen naargelang van hun activiteit en werd een overeenkomstige strategie gezocht. Model Veneco: waardering aandelen en uitbetalingsmodaliteiten Omdat het voor de provincie belangrijk is dat de verschillende intercommunales op een gelijkaardige wijze worden behandeld, werd ervoor geopteerd om uit te gaan van het model dat bij de uittreding uit Veneco werd gevolgd (nanodossier met nummer 1604789 ). Hierbij worden 3 waarderingsmethoden gecombineerd om tot een indicatieve waarde van de aandelen te komen. Uiteraard is het zo dat er nog heel wat andere methoden van waardering zijn, en dat er zelfs binnen de gekozen methoden verschillende varianten bestaan. De bekomen waarde is aldus een indicatieve waarde, als uitgangspunt van de onderhandelingen. Belangrijke vaststelling hierbij is dat we, door deze combinatie van 3 methoden, een waarde bekomen die lager uitvalt dan de boekwaarde van de aandelen. Deze lagere waarde zou dan ook voor de intercommunales meer
p. 3 haalbaar moeten zijn, niettegenstaande de provincie recht heeft op de boekwaarde (art. 374 Wetboek Vennootschappen). Dit betekent concreet dat de provincie een gedeelte van haar aandeel in de reserves laat vallen. Dit is in het voordeel van de intercommunale én de gemeentelijke aandeelhouders. Daarnaast wil de provincie geen problemen creëren voor de intercommunales op liquiditeitsvlak. Naast een overeen te komen waarde moeten ook de nodige afspraken worden gemaakt over de concrete uitbetaling van de waarde van de aandelen. De formule die werd toegepast bij Veneco, nl. 1/4 de in cash, 1/4 de in een achtergestelde lening over 15 jaar aan 1% interest en 1/2 de in een projectenfonds wordt door de provincie ook voorgesteld aan de andere intercommunales. Dit omdat de provincie de intercommunales op dezelfde manier wil behandelen, omdat dit een spreiding van betaling toelaat voor de intercommunale en last but not least omdat de methodiek van het projectenfonds toelaat de middelen blijvend in te zetten in het werkgebied van de betrokken intercommunale, dit laatste in maximale consensus tussen de intercommunale en de provincie. Uiteraard is het zo dat er in de communicatie naar de intercommunales, steeds uitdrukkelijk werd gesteld dat het provinciaal voorstel onder voorbehoud was van goedkeuring door de provincieraad en zonder enige nadelige erkentenis. Uittreding van de provincie uit BLIJDORP III Vooraf De vereniging heeft tot doel in te staan voor de financiering van gebouwen (onder de vorm van renteloze leningen), die door Blijdorp vzw ten dienste gesteld worden van personen met een verstandelijke beperking. De band met de provincie is eerder beleidsmatig dan uitvoerend en vooral historisch gegroeid. De provincie Oost-Vlaanderen was mede-oprichtster. De nominale waarde van de aandelen bedraagt 157.000,00 EUR, nl. 628 aandelen à 250,00 EUR/aandeel. De boekwaarde op 31 december 2017 is 185.619,79 EUR en de provincie ontving nooit dividenden. Door de provincieraad werd in 2014 aan Blijdorp III een achtergestelde lening toegestaan voor een totaal van 218.000,00 EUR (nanodossier met nummer 1403268). Er werd overeengekomen dat BLIJDORP III met ingang van 2015 jaarlijks een bedrag van 14.533,33 EUR zou terugbetalen (renteloos tot 2029). Onderhandelingen
p. 4 Het eerste ambtelijk overleg vond plaats op 25 mei 2016 in aanwezigheid van Patrick Meulebroek, voorzitter Blijdorp III en Geert Beullens, secretaris Blijdorp III. Het laatste overleg vond plaats op 10 april 2018 in aanwezigheid van Patrick Meulebroek, voorzitter Blijdorp III, Hendrik Janssens, projectleider Masterplan Blijdorp vzw en de heer Carl Malbrain, voorzitter Blijdorp vzw. Het was van in het begin vrij duidelijk dat de intercommunale problemen zou hebben met het terugbetalen van de inbreng van de provincie. Men vroeg van in het begin om de uittredingsvergoeding om te zetten in een achtergestelde lening en die lening in wacht te zetten, zoals vroeger reeds was gebeurd. Het probleem bij Blijdorp III is dat het gros van haar middelen geactiveerd is en gebruikt wordt om zelf leningen te verstrekken. Mede door de wijziging van het subsidiesysteem van zorgverleners naar de persoonsgebonden betoelaging moet Blijdorp III nu op zoek gaan naar groei- en renovatiemogelijkheden. Dit gegeven, gecombineerd met een versnelde procedure om het aandeel van de provincie terug te betalen, creëerde een groot probleem. Er diende dus gezocht naar een leefbaar model. Na een aantal overlegrondes werd finaal op 3 februari 2018 door de raad van bestuur van Blijdorp III akkoord gegeven over de uittredingsmodaliteiten. Dit werd bevestigd tijdens het laatste overleg met de provincie op 10 april 2018. De voorzitter bedankte tijdens dit laatste overleg de provincie voor het vertrouwen. Hij merkte op dat de provincie en Blijdorp III tijdens de onderhandelingen naar elkaar toegegroeid waren en is zich ervan bewust dat de provincie een mooie toenadering gedaan heeft. Het akkoord tussen Blijdorp III en de provincie kan hieronder als volgt worden samengevat. Scheidingsaandeel BLIJDORP III zal aan de provincie Oost-Vlaanderen een scheidingsaandeel betalen, gelijk aan 250,00 EUR/aandeel, of 157.000,00 EUR voor 628 aandelen. Dit bedrag wordt uitbetaald door BLIJDORP III aan de provincie Oost- Vlaanderen d.m.v. een storting op een aparte, door BLIJDORP III beheerde bankrekening op haar naam, waarbij de provincie in samenspraak met BLIJDORP III zal beslissen over de besteding van deze middelen. De storting van dit bedrag op deze bankrekening geldt voor de provincie Oost- Vlaanderen als betaling. BLIJDORP III zal een afschrift van het bankuittreksel waaruit voormelde storting blijkt aan de provincie bezorgen. Voor het aanduiden van de middelen die op deze bankrekening worden geplaatst, wordt het begrip projectenfonds gehanteerd. Daarnaast blijft de overeenkomst tussen partijen van 16 juni 2015 gehandhaafd waarbij de modaliteiten werden vastgelegd met betrekking tot de terugbetaling van de achtergestelde lening voor een bedrag van 218.000,00 EUR (conform het Provincieraadsbesluit van 3 september 2014 en de beslissing van de algemene vergadering van BLIJDORP III van 9 december 2014), voor een jaarlijks af te lossen bedrag van 14.533,33 EUR, telkens te betalen door BLIJDORP III in de maand augustus op de bankrekening van de provincie.
p. 5 Op datum van 31 december 2017 bedroeg het openstaand saldo van deze achtergestelde lening 174.400,00 EUR. De overeenkomst eindigt van rechtswege na de terugbetaling van de laatste schijf uiterlijk 15 jaar na inwerkingtreding, met name uiterlijk op 31 december 2029. Projectenfonds Tijdens de onderhandelingen is gebleken dat Blijdorp vzw haar infrastructuur zal renoveren, het aantal bedden voor residentiële opvang zal verhogen en de activiteiten voor dagondersteuning zal uitbreiden. Hiertoe werd een MASTERPLAN BLIJDORP opgesteld, dat vanaf 2018 wordt opgestart en waarvoor de nodige financiële middelen zullen samengebracht worden. In uitvoering hiervan wordt voorgesteld dat de middelen van het projectenfonds gebruikt zullen worden voor het subproject Renovatie van het gebouw Sint- Rochusstraat 37 te Dendermonde, onderdeel van het Masterplan Blijdorp 2018-2027. Hiertoe zal de provincie Oost-Vlaanderen, binnen haar bevoegdheden inzake Wonen, een nominatim subsidie van 157.000,00 EUR toekennen aan Blijdorp vzw waarna Blijdorp III de middelen van het projectenfonds, zijnde 157.000,00 EUR, zal overmaken aan BLIJDORP VZW. De storting van dit Bedrag door BLIJDORP III op de bankrekening van BLIJDORP VZW met IBAN nummer BE60 068218011870 geldt voor Partijen als betaling van voormelde nominatim subsidie. BLIJDORP III en BLIJDORP VZW zullen een afschrift van het bankuittreksel waaruit voormelde storting blijkt aan de Provincie overmaken. Met ingang van 2020 zal BLIJDORP VZW jaarlijks in de loop van het eerste kwartaal verslag uitbrengen aan de raad van bestuur van BLIJDORP III en de deputatie van de provincie Oost-Vlaanderen over de tijdens het vorige kalenderjaar vastgelegde en bestede middelen van het projectenfonds, alsook over de op het einde van het vorige kalenderjaar nog beschikbare middelen. Na afloop van het subproject Renovatie van het gebouw Sint-Rochusstraat 37 zal BLIJDORP VZW minstens volgende stukken aan de provincie bezorgen: 1) een volledig en schematisch overzicht van de ontvangsten en uitgaven m.b.t. dit subproject. 2) een afschrift van de facturen en betaalbewijzen voor de totaliteit van de gedane uitgaven die gefinancierd zijn d.m.v.voormelde nominatim subsidie van de Provincie. Om deze projectsubsidie te kunnen toekennen is het nodige krediet voorzien in de tweede budgetwijziging 2018, die in dezelfde Provincieraad van 20 juni 2018 zal worden voorgelegd. Dit krediet is ingeschreven op budgetsleutel 649001/08/0620/Subsidies en prijzen/grondbeleid voor wonen.
p. 6 Voorstel Wij hebben dan ook de eer, Mevrouwen, Mijne Heren, U te verzoeken om de uittredingsovereenkomst tussen de Provincie en Blijdorp III goed te keuren. Gent,. namens de Deputatie: De provinciegriffier, Albert De Smet De bevoegde gedeputeerde, Alexander Vercamer