Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde



Vergelijkbare documenten
2. Antwoorden meetkunde

1. rechthoek. 2. vierkant. 3. driehoek.

Kernbegrippen Kennisbasis wiskunde Onderdeel meetkunde

Hoofdstuk 4: Meetkunde

Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO

handleiding pagina s 434 tot Handleiding 1.2 Huistaken huistaak 12: bladzijde Werkboek

Gecijferdheid periode D Bijeenkomst 2 Hand-out: Meetkundige begrippen en vormen. Instap. Een opgave uit de oefentoets:

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

1 Wiskunde, zeker. 1, 2, 3, 5, 6, 7. 8, 10, 11, 12 en 13 eurocent. duimstok Timmerman Hoe lang iets is.

MEETKUNDE 120 PUNTEN, LIJNEN EN VLAKKEN

PARATE KENNIS & VAARDIGHEDEN WISKUNDE 1 STE JAAR 1. TAALVAARDIGHEID BINNEN WISKUNDE. a) Begrippen uit de getallenleer ...

Herhalingsles 2 Meetkunde 1 Weeroefeningen

HOOFDSTUK 2 TRANSFORMATIES

Voorkennis meetkunde (tweede graad)

Wiskunde Opdrachten Vlakke figuren

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

Handig met getallen. Kernbegrippen Kennisbasis Meetkunde

REKENEN. Les Probleemoplossend Rekenen. Hoofdstuk 13 -

Vl. M. Nadruk verboden 1

handleiding pagina s 687 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 444: tangram 2 Werkboek 3 Posters

handleiding pagina s 1005 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 122, 147, 150 en Cd-rom

Antwoorden De juiste ondersteuning

handleiding pagina s 965 tot Handleiding 1.2 Huistaken nihil 2 Werkboek 3 Posters 4 Scheurblokken bladzijden 117, 123, 129, 140 en Cd-rom

2.1 Cirkel en middelloodlijn [1]

Ruimtelijke oriëntatie: plaats en richting

8.1 Inhoud prisma en cilinder [1]

5 De ruimte in = 10 kogels. A = 56 kogels M M N. 11 cm 11 cm. 1 : cm. 2 cm 2 cm. 3 cm. even lang!

Uitwerkingen oefeningen hoofdstuk 4

Wiskunde Leerjaar 2 - Periode 1 Meetkunde

Bij deze PTA-toets hoort een uitwerkbijlage, die behoort bij opdracht 4c. Pagina 1 van 8. Vestiging Westplasmavo

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 1 dinsdag 15 mei uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Herhalingsles 5 Meetkunde Weeroefeningen

10 Afstanden. rood. even ver van A als van C even ver van A, van C en van E. 10 m. blauw

oefenbundeltje voor het vijfde leerjaar

Oefentoets Versie A. Vak: Wiskunde Onderwerp: Meetkunde Leerjaar: 1 (2017/2018) Periode: 3

ZESDE KLAS MEETKUNDE

Hoofdstuk 2 boek 1 havo b Oppervlakte en inhoud.

Junior Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Meetkunde. MBO Wiskunde Niveau 4 - Leerjaar 1, periode 3

7.1 Zwaartelijn en hoogtelijn [1]

Hoofdstuk 1 KENNISMAKEN 1.0 INTRO

met tijdseenheden overig niet-metrisch moeten zelf bedacht of opgezocht worden a geheeltallig en < 10

Stap 1: Ga naar Stap 3: Gebruik de pijltjes om te navigeren tussen de bladzijden.

Hoofdstuk 7 : Gelijkvormige figuren

Hoofdstuk 6 Inhoud uitwerkingen

Soorten lijnen. Soorten rechten

Wiskunde Uitwerkingen Leerjaar 1 - Periode 3 Meetkunde 3D Hoofdstuk 4 t/m 7

4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: 8

BRUGPAKKET 8: VLAKKE FIGUREN

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Hoofdstuk 5 Oppervlakte uitwerkingen

5.0 INTRO. Hoofdstuk 5 DE RUIMTE IN

7.1 Symmetrie[1] Willem-Jan van der Zanden

WISKUNDE-ESTAFETTE Minuten voor 20 opgaven. Het totaal aantal te behalen punten is 500

Willem-Jan van der Zanden

handleiding pagina s 241 tot Handleiding 1.1 Kopieerbladen pagina 59: wandelplannen pagina 60: grondplannen constructies 2 Werkboek

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : Tweede ronde.

werkschrift passen en meten

Examen VMBO-GL en TL 2008 wiskunde CSE GL en TL tijdvak 1 donderdag 22 mei uur

Aanzichten en inhoud. vwo wiskunde C, domein G: Vorm en ruimte

Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE 4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: INTRO

Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE VWO 4 A: = 10 B: 4 C: 8 D: INTRO

Oppervlakte en inhoud van ruimtelijke figuren

Eindexamen wiskunde vmbo gl/tl I OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter. oppervlakte cirkel = π straal 2

Domein A: Inzicht en handelen

Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

Hoofdstuk 1 - Inleiding ruimtefiguren

A. Cooreman. 6 MV 3D volume, constructies en problemen

1BK2 1BK6 1BK7 1BK9 2BK1

eigenlijk na? e Heb je enig idee waarom de kwartcirkels bij de corners niet getekend zijn in het plaatje?

Herhalingsles 3 Meetkunde Weeroefeningen

Overzicht eigenschappen en formules meetkunde

Schaduwopgaven Verhoudingen

wiskunde CSE GL en TL

Het einde: Als alle spelers hun kaarten kwijt zijn, is het spel afgelopen. De speler met de meeste kwartetten heeft gewonnen.

Les 1 Oppervlakte driehoeken. Opl. Les 2 Tangens, sinus en cosinus. Aantekening HAVO 4B Hoofdstuk 2 : Oppervlakte en Inhoud

Tussendoelen wiskunde onderbouw vo vmbo

Oefenexamen wiskunde vmbo-tl Onderwerp: meetkunde H2 H6 H8 Antwoorden: achterin dit boekje

UITWERKINGEN. bij. reader PABMTK14X Gecijferdheid 5, meetkunde:

15 a De rechthoeken zijn 1 bij 6 lucifers, of 2 bij 5 lucifers, of 3 bij 4 lucifers. Zie figuur: Hoofdstuk 21 OPPERVLAKTE HAVO 21.

GEOGEBRA 6 IN DE eerste graad B

Werken met primitieven deel 1.

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde

Examen VMBO-KB. wiskunde CSE KB. tijdvak 2 dinsdag 22 juni uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Meten en Meetkunde 2. Doelgroep Meten en Meetkunde 2. Omschrijving Meten en Meetkunde 2

Antwoordmodel - Vlakke figuren

Wiskunde D Online uitwerking 4 VWO blok 6 les 4

Toetswijzer examen Cool 2.1

Vraag Antwoord Scores. 1 maximumscore 2 0, = 1 Dus in 2006 totaal biljetten van 50 1

1 Junior Wiskunde Olympiade : tweede ronde . (D)

16 a. b a. b 6a. de Wageningse Methode Antwoorden H21 OPPERVLAKTE HAVO 1

1 Vlaamse Wiskunde Olympiade : eerste ronde

INHOUDSTABEL. 1. TRANSFORMATIES (fiche 1) SYMMETRIE (fiche 2) MERKWAARDIGE LIJNEN IN EEN DRIEHOEK (fiche 3)...6

Wiskunde. Hoofdstuk 1 en hoofdstuk 5, paragraaf 5.1, 5.2 en 5.3 kennen en kunnen.

Kangoeroe. Wallabie thema. de wereldwijde reken-, denk- en puzzelwedstrijd. Vlaamse Wiskunde Olympiade vzw

E = mc². E = mc² E = mc² E = mc². E = mc² E = mc² E = mc²

Homogene groepen, de balk

Hoofdstuk 2 Oppervlakte en inhoud

GEOGEBRA 5. Ruimtemeetkunde in de eerste graad. R. Van Nieuwenhuyze. Oud-hoofdlector wiskunde aan Odisee, lerarenopleiding Brussel

Actualisering leerplan wiskunde Eerste graad A-stroom. Deel 2 Meetkunde

Transcriptie:

Handig met getallen 4 (HMG4), onderdeel Meetkunde Erratum Meetkunde Je vindt hier de correcties voor Handig met getallen 4 (ISBN: 978 94 90681 005). Deze correcties zijn ook bedoeld voor het Rekenwerkboek 4: Meetkunde van de Hogeschool Thomas More. Correcties hoofdstuk Meetkunde: Paragraaf Bladzijde Vindplaats Correctie, onder 1.2, onder 1.2, onder 1.6.1, onder 1.9 1.3 23 Onder Oplossing, twee stukken samen, 2 e Tekenen van driehoeken moet zijn: Tekenen en construeren van driehoeken Driehoeken construeren vervalt. Transformatie moet zijn: Verschillende transformaties Onderverdeeld in: - Herkennen van vlakke figuren in lichamen (p.88) - Omstructureren van lichamen (p. 90) Parallellogram (met dubbel l) 1.3 26 1 e driehoek moet zijn: vierhoek 1.3 28 Vierhoek 4, Na diagonalen invoegen: loodrecht Eigenschappen, 5 e 1.3 29 Vierhoek 6b De diagonaal moet in punt A beginnen 1.3 29 Onder Figuur b Voor is 90 graden moet het teken voor een hoek van 90 0 staan 1.3 29 1 e onder trapezium moet zijn: parallellogram de legenda s 1.3 31 Opgave 3, 1 e lengte moet zijn: hoogte instructie 1.4 34 Laatste breedte moet zijn: hoogte boven figuren 1.4 35 Opgave 2, 1 e Na figuren invoegen: van Opgave 1 1.4 35 Opgave 3, 3 e De L is een hoek-teken 1.5 37 Voorbeeld 1, Na Figuur 1, toevoegen: op de volgende pagina. Opdracht 1, 2 e 1.5 42 Onder 8, Prisma, 2 e parallellogram moet zijn: rechthoek. 1

1.5 42 Onder 8, Prisma, 3 e 1.6 49 Voorbeeld 3 Moet zijn: Voorbeeld 4 1.6 49 Voorbeeld 3, 2 e lijn l moet zijn: lijn L 1.6 49 Voorbeeld 3, Achter C vervalt de t Figuur a 1.6 49 Voorbeeld 4 Moet zijn: Voorbeeld 4 Vooraan de invoegen: van een scheef prisma zijn de zijkanten parallellogrammen. 1.6 49 Voorbeeld 4, oriëntering moet zijn: oriëntatie boven laatste afbeelding 1.6 51 Opgave 4c figuur B moet zijn: figuur A 1.6 51 Voorbeeld 5 Moet zijn: Voorbeeld 6 1.6 51 Voorbeeld 5, Voor de hoort een a. Opdracht, 2 e 1.6 52 Roteren Voor de hoort een b. 1.6 52 Puntspiegelen Voor de hoort een c. 1.6 52 Reflectie, 2 e Dat vervangen door In 1.6 55 Opgave 7 Logo s nummeren van links naar rechts van 1 tot en met 16 1.6 56 Opgave 7 Moet zijn: Opgave 8 1.7 60 Opgave 3 en 4 De objecten staan aan de Ketelmeerdijk (Dronten) 1.7 63 Links onderaan De b vervalt. de pagina 1.7 64 Opgave 8c Moet zijn: Opgave 8b 1.7 70 Opgave 16, de Bovenaanzicht moet zijn: Bouwplaat afbeeldingen 1.7 74 Opgave 21d prisma moet zijn: andere lichaam 1.7 74 Opgave 21e prisma moet zijn: andere lichaam 1.7 74 Opgave 21f prisma moet zijn: andere lichaam 1.7 74 Opgave 21f Laatste zin vervalt. 1.8 75 Reflectie, te verdiepen vervalt. laatste 1.11 94 Opgave 2a Toevoegen: (meer antwoorden mogelijk) 1.11 94 Opgave 26 twee vervalt 1.11 98 Opgave 8, 1e Toevoegen: Teken op schaal 2 : 1. 1.12 99 Cirkel, 4 e straal(s) moet zijn: straal(r) 1.12 100 Draaisymmetrisch, oneindig moet zijn: veel 2 e alinea 1.12 100 Gestrekte hoek Het >-teken moet zijn: van 1.12 100 Gestrekte hoek Toevoegen: De benen van de hoek liggen in elkaars verlengde. 2

1.12 101 Kruisende / BH vervalt lijnen, onder de kubussen 1.12 101 Kubus, 2 e Invoegen na dus : gelijk 1.12 102 Onmogelijke een moet zijn: deze figuren, laatste 1.12 102 Platonische Toevoegen: op een of meer manieren. lichamen, laatste 1.12 102 Prisma, 1 e gelijk moet zijn: congruent 1.12 102 Prisma, Afgebeelde prisma rechtsboven vervalt afbeelding 1.12 102 Prisma, 2 e Toevoegen: De zijvlakken van de prisma zijn rechthoeken. 1.12 103 Schaal, 1 e en 2 e De à vervalt (2x). 1.12 104 Vergroten, 3 e, nieuwe zin Vervangen door: Vermenigvuldig je bij een vlak figuur de lengte en breedte met 3, dan maak je de oppervlakte 3 x 3 = 9 keer zo groot. 1.12 104 Vergroten, 5 e 33 moet zijn: 3 3 1.12 104 Vergroten De opsomming moet zijn: * lengte vergroot je met de factor; * oppervlakte met de factor in het kwadraat; * inhoud met de factor tot de 3 e macht. 1.12 104 Verkleinen, 2 e Na verkleiningsfactor is invoegen: 1 2 1.12 105 Vlieger, 1 e Na staan toevoegen: en één van de twee doormidden gedeeld wordt, 2.1 106 Startopgave 1, 1 e - Voor de 7 e een b. - b moet zijn: c 2.1 106 Startopgave 4, 2 e 2.1 106 Startopgave 6, 2 e 2.1 107 Boven Opg.1, 1 e 2.1 107 Opgave 7, 2 e - c moet zijn: d Toevoegen: Bij beide kegels is de afstand van de top tot de rand gelijk (4 cm). De hoogte van de cilinders verschilt omdat het grondvlak van één kegel veel groter is dan dat van de andere. Als 1 e zin invoegen: Vouw uit een A4 een vierkant Hoek C is 65 0. Samen zijn de 3 hoeken 180 0. Dat is in elke driehoek zo. Tekst vervangen door: Deze opgave kun je het beste met je passer oplossen. a. Pas vanuit punt A (4, 2) de lengte van de gegeven zijde af. Kijk welke punten in aanmerking komen als hoekpunt, bijvoorbeeld: (1,2; 2). Het 3e hoekpunt is (2, 4). b. Vanuit punt B (2, -3) kies je als 3e punt (3,5; -0,3. Het 2e punt is (5, -3). 3

2.1 108 Boven Opg. 1, 1 e c. Vanuit punt C kun je (0, -1) kiezen, maar er zijn veel meer mogelijkheden zolang er een stompe hoek ontstaat. De andere punt is (-4, -1). d. Vanuit punt D kun je het beste kiezen voor (0, 3). Het 3e punt is (-4, 1). Voorbeeld 3, Opdracht 1: 2.1 108 Boven Opg.1, 1 e Voorbeeld 3, Opdracht2: 2.1 108 Opgave 1a, 1 e 2.1 108 Opgave 1b, 1 e 2.1 108 Opgave 1c, 1 e 2.1 108 Opgave 3, 1 e, 1 e 2.1 108 Opgave 4a, 2 e 2.1 108 Opgave 1, 2 e 2.1 108 Opgave 1, 2 e, 2 e 2.1 109 Opgave 3b, 1 e 2.1 109 Voorbeeld 1, 1 e Na vierkant toevoegen: want de diagonalen zijn even lang. Toevoegen: want de diagonalen delen de hoeken middendoor. Toevoegen: want de eisen van zowel a als b gelden. Moet zijn: De oppervlakte van de vlieger is de helft van de oppervlakte van de omvattende rechthoek. 5 cm x 5 cm moet zijn: 5 cm bij 5 cm De =-tekens in de verhoudingen vervangen door een dubbele punt (. zijde 8 moet zijn: zijde 4. - 4 e toevoegen: cm 2 - Onder 4 e toevoegen: 0,5 x 1,4 x 7,5 = 5,25 cm 2 Antwoorden vervangen door: a. afgeknotte piramide b. vier balken c. afgeknotte piramide d. viervlak (als vlakken even groot zijn: matig viervlak) e. driehoekig prisma f. zeshoekig prisma g. drie cilinders h. bol in afgeknotte piramide i. kubus j. halve bol k. (zeshoekig) prisma l. afgeknotte cilinder m. kubus, bol en cilinders in de stokjes. 4

2.1 109 Boven Opgave 1, 2 e 2.1 110 Opgave 4e, 1 e 2.1 110 Voorbeeld 2, 1 e 2.1 110 Voorbeeld 1, 1 e, 3 e 2.1 110 Onder Voorbeeld 1, 1 e 2.1 110 Voorbeeld 5, 2 e 2.1 111 Opgave 6, 1 e 2.1 111 Opgave 7, 1 e 2.1 112 Opgave 6, 1 e 2.1 112 Opgave 6, 1 e, onder de afbeelding Bekende ruimtelijke figuren 1. Kubus: 6 - een vierkant - 12-4 - 4-4 - 8 - vierkanten 2. Balk: 6 - rechthoek - 12-8 - rechthoeken (soms vierkanten) 3. Parallellepipedum: Parallellogram 4. Piramide: driehoeken - grondvlak 5. Cilinder: cirkel cirkel 6. Kegel: cirkel - grondvlak - de cirkel 8. Prisma: Veelhoek symmetrieas vervangen door: symmetrievlak Is: voorbeeld 1 Moet zijn: Sommige gaan meer malen rond. Toevoegen: Voorbeeld 3: Het punt waar de figuren samenkomen. Er zijn veel meer van dergelijke punten. Is: Voorbeeld 6 - a en b samen nemen; - c t/m e wordt b t/m d. Toevoegen: d. - 2 en 4: 1 verticale symmetrieas - 5 en 10: symmetrieas van rechtsboven naar linksonder - 6 en 8: 3 symmetrieassen, 1 verticaal en 2 (min of meer) diagonaal - 7: 9 symmetrieassen (telkens door twee overstaande hoekpunten) - 14 en 15: 4 symmetrieassen, 1 verticaal, 1 horizontaal en 2 diagonaal - 16: oneindig veel, namelijk alle lijnen door het middelpunt van de cirkels e. Logo 7 (-20 0 of +20 0 ) Direct boven de afbeelding toevoegen: a en b: Nee, je ziet de grijs gearceerde delen niet. Toevoegen: c. Camera 1 naar rechts verplaatsen en in het verlengde van b hangen. Camera 2 in het verlengde van c hangen. 5

2.1 112 Opgave 10b, 2 e 2.1 112 Opgave 10c, 2 e 2.1 112 Opgave 10e, 2 e 2.1 112 Opgave 10f, 2 e 2.1 113 Opgave 13a, 1 e 2.1 114 Opgave 2a, 1 e 2.1 114 Opgave 2b, 1 e Vervangen door: Zo lang mogelijk: houd de stok loodrecht op de zonnestralen. Zo kort mogelijk: houd de stok in het verlengde van de zonnestralen. Laatste zin is: De sinaasappel houd je tussen het karton en de zon. spring moet zijn: springt Toevoegen: (net als de stok) 10m mijn lengte tussen haakjes plaatsen. Moet zijn: 10 kogels, 24 staven Nieuwe afbeelding: 2.1 114 Opgave 2c, 1 e 2.1 114 Opgave 2g, 1 e 2.1 114 Opgave 22, 2 e 2.1 114 Opgave 1, 2 e 2.1 115 Opgave 6, 1 e Moet zijn: 10 kogels en 33 staven, dus heb je in totaal 20 bollen en 57 staven. Toevoegen: er komt een matige 7-hoek bovenop. Moet zijn: De eerste en vierde kubus. Moet zijn: b, c, e, f, h en i Toevoegen 6c: 6