RAADSVOORSTEL EN ON TWERPBESLUIT

Vergelijkbare documenten
Nota reserves en voorzieningen

Gemeente Purmerend. Workshop voor raadsen commissieleden over Reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen 2017 Eijsden-Margraten

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN. Gemeente Nieuwkoop

Versie Deelraad April Beleidsnotitie Reserves en Voorzieningen

BLAD GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING

Nota Reserves en Voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen gemeente Someren 2018

Doorkiesnummer : (0495) Agendapunt: - ONDERWERP VOORSTEL COLLEGE

Nota reserves en voorzieningen

Aan : de leden van de Commissie Algemene Zaken Van : R. Helm Tel. nr : Datum : 8 maart 2017 Onderwerp : Nota reserves en voorzieningen

Nota Reserves en Voorzieningen 2014 Gemeente Zundert

Nota Reserves en. Voorzieningen. Gemeente Ferwerderadiel

Beleidsnota reserves en voorzieningen

Nota. Reserves en voorzieningen. Belastingsamenwerking Gouwe-Rijnland

Nota Reserves en. Voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen Gemeente Oost Gelre 2010

Nota Reserves en voorzieningen

NOTA RESERVES VOORZIENINGEN

ERRATA II OP PROGRAMMAREKENING 2015

Voorstel: Wij stellen uw raad voor bijgaande Nota Reserves en Voorzieningen 2013 vast te stellen. Burgemeester en wethouders van Ferwerderadiel,

Provincie Zuid Holland. Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

Nota Reserves en Voorzieningen Gemeente Bergen (N-H)

Nota reserves en voorzieningen BghU 2018

Nota Reserves (en Voorzieningen) Gemeente Dinkelland

Beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit. Vaststellen beleidsregel weerstandsvermogen en weerstandscapaciteit

NOTA RESERVES & VOORZIENINGEN RECREATIESCHAP ROTTEMEREN

Raadsvoorstel 26 juni 2014 AB RV

Nota Reserves en voorzieningen

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

Nota reserve- en voorzieningenbeleid

GEMEENTEBLAD. Nr Nota Reserves en Voorzieningen 2016

Nota reserves en voorzieningen. Concept, oktober 2014

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN OPENBAAR LICHAAM NOABERKRACHT DINKELLAND TUBBERGEN

Nota Reserves en Voorzieningen RMH

Voorzien in reserves? Een geactualiseerde nota over reserves en voorzieningen bij de gemeente Schiermonnikoog

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

BELEIDSNOTARESERVESENVOORZIENINGEN2017. Datum:15juni2017 Registratienummer:

Hoe financieel gezond is uw gemeente?

Nota reserves en voorzieningen Veiligheidsregio Amsterdam-Amstelland

Bijlage nota reserves en voorzieningen Reserves

NOTA RENTEBELEID GEMEENTE BERGEN OP ZOOM

Beleidsnota. Reserves en voorzieningen. Versie: 9 november 2011

Agendapunt. Op grond van artikel 192 van de gemeentewet is de raad het bevoegd orgaan om de begroting tussentijds te wijzigen.

Themaraad financiën 3 april

BEGROTING BIEO (begroting in één oogopslag)

Reserve Ontwikkelingsprojecten Spelregels. Gemeente Albrandswaard

Onderwerp Bestuursrapportage 2016 en Begroting 2017

BIEO Begroting in één oogopslag

Gemeente Breda ~Q~ ~,,~ Registratienr: [ 40523] Raadsvoorstel

Kwaliteit begrotingsprogramma's Gemeente Dordrecht Bijlage 2

Voorstel van het college aan de raad. Raadsvergadering d.d. 7 juli 2016 Onderwerp: Jaarverslag en Jaarrekening 2015.

Notitie Rentebeleid 2007

15 maart Begrotingswijziging

Raadsstuk. Onderwerp Decemberrapportage 2018 Nummer 2018/ Portefeuillehouder Snoek, M. Programma/beleidsveld 7.2 Algemene dekkingsmiddelen

Nota reserves en voorzieningen 2014 Gemeente Korendijk

Nota Reserves en Voorzieningen 2006

NOTITIE HERIJKING RESERVES VOORZIENINGEN

Richtlijnen van de commissie BBV

NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

NOTA WEERSTANDSVERMOGEN RECREATIESCHAP VOORNE-PUTTEN-ROZENBURG

BIEO Begroting in één oogopslag

Notitie financiële positie gemeente Pekela

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 7. Doetinchem, 22 mei Bijstellen begroting rentekosten met ingang van begrotingsjaar 2014

Wijzigingen nota financieel beleid 2018 tov 2013: Samenvatting. Hoofdstuk 1 Activeren, waarderen en afschrijven

Commissie Bestuurlijk Domein. Commissie Ruimtelijk Domein. Commissie Sociaal en Economisch Domein. Informerende Commissie. Bespreken.

ONDERWERP: Vaststellen notitie activerings- en afschrijvingenbeleid

Kadernota reserves en voorzieningen

TOELICHTING OP DE FUNCTIES RESERVES EN VOORZIENINGEN

Foech ried/kolleezje: De raad is bevoegd het gemeentelijk reservebeleid aan te passen en vast te stellen.

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

Beslisdocument college van Peel en Maas

Beleidsnotitie reserves en voorzieningen (inclusief risicomanagement / weerstandsvermogen)

De taak van de commissie Besluit begroting en verantwoording (hierna: BBV) is om een eenduidige toepassing van het BBV te bevorderen.

GEMEENTE TERSCHELLING NOTA RESERVES EN VOORZIENINGEN

Onderwerp: Actualisatie reserves voorjaar 2018

VMLJ Sweelssen. Telefoonnummer:

Nota reserves. en voorzieningen

B en W - advies. Bouwen 81 Milieu. Jans Drost en Hettie Tychon. Financiën en Personeel Nummer. Ter bespreking. Ter besluitvorming

Nota reserves en voorzieningen 2015

1. Inleiding en richtlijnen

Notitie weerstandsvermogen gemeente Ten Boer

- 8. BIJLAGEN EN OVERZICHTEN

Nota Reserves en Voorzieningen

Datum voorstel Datum raadsvergadering Bijlagen Ter inzage 17 juli juli vertrouwelijke bijlages

Bestemming van het saldo van de rekening van baten en lasten 2001 en het instellen van een reserve en voorziening 0

DOEL EN OMVANG RESERVES EN VOORZIENINGEN

Nota Reserves en Voorzieningen. Gemeente Landsmeer

Nota reserves, weerstandsvermogen en solvabiliteit RAD Hoeksche Waard

Voorstelnummer: Houten, 1 oktober 2013

Nota reserves en voorzieningen gemeente Westerwolde 2018

Vergadering d.d.: 14 mei 2009 agendapunt: 9. Onderwerp: Vaststelling jaarverslag/jaarrekening 2008

B&W besluit Publicatie

Onderwerp : Beschikbaar stellen krediet IBAproject

Nota Reserves en voorzieningen 2017

Nota beleid reserves en voorzieningen voor het hoogheemraadschap van Schieland en de Krimpenerwaard

Raadsvoorstelinzake de gewenste vormgeving van de balans van het

Wat zijn de argumenten? De financiële rechtmatigheid is een belangrijk criterium bij de beoordeling van de jaarrekening door de accountant.

Transcriptie:

RAADSVOORSTEL EN ON TWERPBESLUIT Registratienummer raad: 1047434 Datum: 11 september 2012 Behandeld door: H. van der Aar Afdeling/Team: Planning en Control / Financiële Administratie Onderwerp: Nota reserves en voorzieningen Samenvatting: De nota reserves en voorzieningen is opgesteld om het beleid t.a.v. reserves en voorzieningen aan te geven. Het beleid volgt de voorschriften voor gemeenten en provincies zoals vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Het belang van de nota is dat hiermee heldere spelregels worden aangegeven voor het instellen en gebruiken van reserves en voorzieningen, zoals een ondergrens voor de instelling van reserves. Een ander belang van de nota is dat hiermee transparant is hoe Purmerend met reserves omgaat. Tot de bevoegdheden van de raad hoort de instelling van bestemmingsreserves (doelstelling, minimale omvang, looptijd). De belangrijkste voorstellen zijn concreet dat: - voor bestemmingsreserves een vaste ondergrens van 250.000 wordt gehanteerd; - de onttrekkingen voor afschrijvingslasten aan de reserves Hoofdcentrum en Gronden vervallen om de begroting eenvoudiger te maken; - voor 6,1 miljoen deze reserves vrijvallen in 2012 en kunnen worden toegevoegd aan de algemene reserve; - de gewenste ondergrens voor de algemene reserve wordt vastgesteld op 15 miljoen.

Registratienummer: 1047434 Onderwerp: Nota reserves en voorzieningen Purmerend, 11 september 2012 Aan de gemeenteraad van Purmerend, Inleiding en probleemstelling: De nota reserves en voorzieningen is opgesteld om het beleid ten aanzien van reserves en voorzieningen aan te geven. Het beleid volgt de voorschriften voor gemeenten en provincies zoals vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Aanleiding om de nota te schrijven is de vraag van de raad, en specifiek de auditcommissie, naar een overkoepelende nota die de basis vormt voor het te voeren beleid en de verslaglegging. In algemene termen heeft de meerderheid van de raad diverse malen aangegeven geen behoefte te hebben aan een reeks van kleine bestemmingsreserves die eerder worden opgevat als "potjes" dan als toegevoegde waarde bij het inzichtelijk maken van specifieke bestemmingen. Oplossingsrichtingen: Om te voorkomen dat nota's vooral de algemeen geldende regelgeving herhalen wordt voorgesteld om alleen die zaken aanvullend vast te leggen die verduidelijken hoe de beleidsruimte in de regelgeving wordt ingevuld. Deze nota is dan ook een aanvulling op de spelregels die zijn vastgelegd in het BBV en de in 2010 vastgestelde verordening "212 en 213a" waarin de financiële beheersregels van Purmerend zijn vastgelegd. Meetbare doelstellingen: De nota reserves en voorzieningen biedt inzicht in: o De begripsbepalingen met betrekking tot de reserves en voorzieningen, o Het beleid en beheer van reserves en voorzieningen. Wat zijn de richtlijnen voor het instellen, beheren en opheffen van een reserve of een voorziening? o Het weerstandsvermogen en risico's, o De bestaande reserves en voorzieningen. Financiële consequenties: In hoofdstuk 5 "Evaluatie bestaande reserves en voorzieningen" wordt het voorstel gedaan om de reserve Hoofdcentrum te laten vervallen en de reserve Gronden te laten vrijvallen voor wat betreft de boekwaarde van de Overlanderstraat. Dit heeft de onderstaande financiële gevolgen. Omschrijving 2012 2013 2014 2015 2016 Opheffen reserve 5.006.509 0 0 0 0 Hoofdcentrum (saldo 31-12-2012) Opheffen reserve Gronden 1.113.073 0 0 0 0 (saldo 31-12-2012) Vervallen onttrekkingen uit 0 442.505 442.505 430.505 356.037 de reserve Gronden en Hoofdcentrum Totaal 6.119.582 442.505 442.505 430.505 356.037 De vrijval wordt in 2012 via de bestemming van het rekeningsresultaat toegevoegd aan de algemene reserve. De vervallen onttrekkingen zijn verwerkt in de ontwikkeling van het begrotingsresultaat en als zodanig opgenomen als keuze voor de raad. blz. 2 van 4

Registratienummer: 1047434 Onderwerp: Nota reserves en voorzieningen Communicatie: N.v.t. Monitoring/evaluatie: De reserves en voorzieningen worden periodiek getoetst, dit zal jaarlijks plaatsvinden bij het opstellen van de jaarrekening. In deze toets worden de regels voor de omvang van de reserves en de looptijd gecontroleerd en bewaakt dat afwijkingen expliciet door de raad worden besloten. De reserves zijn apart toegelicht in de programmabegroting en de rekening in het hoofdstuk "resultaat". De besluiten worden geformuleerd in de raadsvoordracht. De spelregels worden elke vier jaar geëvalueerd en opnieuw voorgelegd aan de raad. Dit zal voor het eerst plaatsvinden in 2016. Voorstel: Voorgesteld wordt: 1. De nota reserves en voorzieningen vast te stellen, met in het bijzonder: a. De onttrekking aan de reserves Hoofdcentrum en Gronden voor afschrijvingslasten per 2013 te laten vervallen; b. Voor nieuwe bestemmingsreserves een ondergrens te hanteren van 250.000 en een looptijd van 4 jaar; c. De gewenste ondergrens van de algemene reserve te bepalen op 15 miljoen. 2. De hieruit voortvloeiende financiële gevolgen te verwerken bij de BERAP lil 2012. Bijlagen: Nota reserves en voorzieningen met als bijlage het totaaloverzicht van de bestaande reserves en voorzieningen. blz. 3 van 4

Registratienummer: 1047434 Onderwerp: Nota reserves en voorzieningen De raad van de gemeente Purmerend; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 11 september 2012, nr. 1047434; BESLUIT: 1. De nota reserves en voorzieningen vast te stellen, met in het bijzonder: a. De onttrekking aan de reserves Hoofdcentrum en Gronden voor afschrijvingslasten per 2013 te laten vervallen; b. Voor nieuwe bestemmingsreserves een ondergrens te hanteren van 250.000 en een looptijd van 4 jaar; c. De gewenste ondergrens van de algemene reserve te bepalen op 15 miljoen. 2. De hieruit voortvloeiende financiële gevolgen te verwerken bij de BERAP III 2012. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering d.d. 1 november 2012 de griffier, de voorzitter, blz. 4 van 4

PURMEREND Nota reserves en voorzieningen Versie 1.0 1

1. Inleiding De nota reserves en voorzieningen is opgesteld om het beleid ten aanzien van reserves en voorzieningen aan te geven. Het beleid volgt de voorschriften voor gemeenten en provincies zoals vastgelegd in het Besluit Begroting en Verantwoording (BBV). Om te voorkomen dat nota's vooral de algemeen geldende regelgeving herhalen kiest Purmerend ervoor om alleen die zaken aanvullend vast te leggen die verduidelijken hoe de beleidsruimte in de regelgeving wordt ingevuld. Deze nota is dan ook een aanvulling op de spelregels die zijn vastgelegd in het BBV en de in 2010 vastgestelde verordening "212 en 213a" waarin de financiële beheersregels van Purmerend zijn vastgelegd. Aanleiding om de nota te schrijven is vraag van de raad en specifiek de auditcommissie naar een overkoepelende nota die de basis vormt voor het te voeren beleid en de verslaglegging. In algemene termen heeft de meerderheid van de raad diverse malen aangegeven geen behoefte te hebben aan een reeks van kleine bestemmingsreserves die eerder worden opgevat als "potjes" dan als toegevoegde waarde bij het inzichtelijk maken van specifieke bestemmingen. In deze nota komen achtereenvolgens aan bod: De begripsbepalingen met betrekking tot de reserves en voorzieningen. Het beleid en beheer van reserves en voorzieningen. Wat zijn de richtlijnen voor het instellen, beheren en opheffen van een reserve of een voorziening? Het weerstandsvermogen en risico's. Evaluatie bestaande reserves en voorzieningen. Als bijlage treft u aan een totaaloverzicht van de bestaande reserves en voorzieningen met de daarbij behorende functies, minimumsaldo en maximumsaldo van de reserve of voorziening. 2. Begripsbepaling De bepalingen m.b.t. reserves en voorzieningen zijn vastgelegd in artikel 42 t/m 45 van het BBV. In dit hoofdstuk worden de definities en kenmerken van de reserves en voorzieningen nader beschreven. 2.1 Reserves Reserves kunnen worden omschreven als vermogensbestanddelen die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vrij zijn te besteden. Ze zijn te onderscheiden in: 1. de algemene reserve; 2. de bestemmingsreserves; 3. de egalisatiereserves, als onderdeel van de bestemmingsreserves. Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de reserves (algemene reserves en bestemmingsreserves) en het resultaat na bestemming volgend uit de jaarrekening Algemene reserve De algemene reserve staat ter vrije beschikking van de raad om incidentele tegenvallers te kunnen opvangen. De gewenste minimale omvang van de algemene reserve van de gemeente Purmerend wordt bepaald op 15.000.000. Dit in relatie met het benodigde weerstandvermogen en het feit dat de renteinkomsten over de algemene reserve verwerkt zijn als structureel dekkingsmiddel voor de jaarlijkse uitgaven. Wat het weerstandsvermogen is en wat het inhoudt wordt nader beschreven in hoofdstuk 4. Bestemmingsreserve Een bestemmingsreserve is een reserve waar de raad een bepaalde bestemming aan heeft gegeven. 2

Functies reserves In het kader van een verantwoord en flexibel financieel beleid verdient het de aanbeveling, daar waar het nodig is, tot de vorming en instandhouding van reserves over te gaan. Dit kan en moet mede worden bezien in relatie tot een aantal functies die de reserves hebben. Hierbij zijn de volgende functies te onderscheiden: 1. De financierings- of inkomensfunctie. Reserves kunnen worden gebruikt als eigen financieringsmiddel, omdat ze onderdeel uitmaken van het totale vermogen van de gemeente. Binnen de gemeente kan het vermogen worden aangewend als interne financieringsmiddel. De gemeente 'leent' in dit geval als het ware van zich zelf in plaats van dit geld te lenen van derden. De reserves zorgen voor een minder grote afhankelijkheid van vreemd vermogen en daarmee kleinere effecten als de rente op de kapitaalmarkt schommelt. Het bezit van reserves levert (bespaarde) rente op. 2. De dekkings- of bestedingsfunctie. Dit zijn bestemmingsreserves die zijn ingesteld voor een bepaald doel. Als tot de realisering van het doel wordt besloten kan tot besteding / dekking worden overgegaan. 3. De bufferfunctie. Hiermee wordt bedoeld dat onvoorziene zaken kunnen worden opgevangen. Dit geldt met name voor de algemene reserve. 4. De egalisatiefunctie. Reserves kunnen worden gevormd om baten en lasten over de jaren heen gelijkmatig te verdelen. Extreme pieken en dalen in de exploitatiebegroting kunnen zo worden vermeden. Zo ook kunnen ongewenste schommelingen in tarieven die aan derden in rekening worden gebracht door middel van een egalisatiereserve worden opgevangen. Deze reserves kunnen onderverdeeld worden in: vrije reserves; geblokkeerde of beklemde reserves. Vrije reserves Een reserve waarvan de aanwending geen budgettaire gevolgen heeft, omdat de bespaarde rente niet als structureel dekkingsmiddel wordt gebruikt. Geblokkeerde of beklemde reserves Reserves waarover niet geheel of gedeeltelijk vrij kan worden beschikt, omdat deze reserves worden gebruikt om structurele dekkingsmiddelen voor de gemeentelijke begroting te genereren. Bij andere inzet van de reserve moeten vervangende dekkingsmiddelen worden aangewezen. Hier is sprake van wanneer de reserves een financieringsfunctie hebben binnen de gemeente en of de reserve bestemd is voor een bepaald doel (de bestemmingsreserves). Alle reserves bij de gemeente Purmerend hebben de financieringsfunctie waarbij de bespaarde rente als structureel dekkingsmiddel wordt gebruikt, waardoor ze geblokkeerd of beklemmend zijn. Dit geldt tot een totaal van 15 miljoen. Stille reserves Stille reserves zijn de meerwaarden van activa die lager dan de werkelijke waarde of tegen nul zijn gewaardeerd en die direct verkoopbaar zijn - indien we dat zouden willen - zonder dat de normale bedrijfsgang daaronder te lijden heeft. Dit betreft dan vooral de nu door de gemeente verhuurde, niet voor de openbare dienst bestemde gebouwen. Evenmin mogen deze gebouwen in gebruik zijn bij maatschappelijke voorzieningen. In feite is sprake van bijna direct-verkoopbare gebouwen. Ook als het pand voor strategische doeleinden is verworven (een toekomstige ontwikkeling) maakt het geen onderdeel uit van de stille reserves. 2.2 Voorzieningen Voorzieningen worden ingesteld voor een specifiek doel en gevormd wegens: 1. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten; 2. op de balansdatum bestaande risico's van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; 3. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren. 3

Het gaat bij voorzieningen om verplichtingen, die te zijner tijd schulden kunnen worden, zoals garantieverplichtingen en dergelijke. Ook kunnen voorzieningen betrekking hebben op verplichtingen samenhangend met het in de tijd onregelmatig gespreid zijn van bepaalde kosten, zoals groot onderhoud. Tevens kunnen voorzieningen een schatting betreffen van lasten voortvloeiend uit risico's die samenhangen met bedrijfsvoering, zoals rechtsgedingen, reorganisaties en dergelijke. Voor de gevolgen van toekomstige gebeurtenissen, die niet in causale relatie staan tot het bedrijfsgebeuren in de periode voorafgaande aan de balansdatum, kunnen geen voorzieningen worden gevormd. Ter onderbouwing dient een (beheers)plan opgesteld te worden. De voorzieningen kunnen alleen gebruikt worden voor het doel waarvoor zij is ingesteld. Voorzieningen kunnen worden omschreven als vermogensbestanddelen die als vreemd vermogen zijn aan te merken, omdat deze gelden niet vrij beschikbaar zijn. Er staat namelijk altijd een verplichting of een kwantificeerbaar risico tegenover. 2.3 Verschil tussen een bestemmingsreserve en een voorziening Het onderscheid tussen een reserve en een voorziening is geregeld in onze boekhoudvoorschriften het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV). Het onderscheid wordt gelegd bij de mogelijkheid of de raad de bestemming kan wijzigen. Zolang de bestemming veranderd kan worden is er sprake van een (bestemmings)reserve. Zodra dit niet mogelijk is spreekt men van een voorziening. Uitzondering hierop vormt de bestemmingsreserve die aangehouden wordt voor de dekking van kapitaallasten van activa die in het bezit zijn van de gemeente. Het veranderen van de bestemming van deze laatste categorie heeft immers gevolgen voor de exploitatie. Aan een voorziening kleeft een verplichting, de aanwending en vorming van een reserve is theoretisch vrijblijvender. De aard en de beoogde betekenis van een reserve is een "spaarpot" voor een specifiek doel. Voorzieningen worden gezien als vreemd vermogen. Reserves zijn aan te merken als eigen vermogen. 2.4 Renteberekening en -toerekening De renteopbrengst van reserves betreft zogenaamde bespaarde rente. Door de reserves als financieringsmiddel te gebruiken wordt rente bespaard die anders over aan te trekken langlopende geldleningen wordt betaald. Die bespaarde rente wordt in de exploitatie als baat opgenomen. Bij de gemeente Purmerend is dit het geval. Als deze interne financieringsmiddelen niet aanwezig zouden zijn, zou de gemeente bij een bank geld lenen en daarover rente betalen. Deze rente wordt door deze interne financiering nu uitgespaard. Het ten gunste brengen van de rente aan de exploitatie heeft als voordeel dat het financiële ruimte geeft op de begroting. Een nadeel is echter dat als de reserve besteed wordt, de rentebaat vervalt en er dus een gat in de begroting ontstaat. 3. Beleid en beheer van reserves en voorzieningen In dit hoofdstuk komen beleids- en beheersmatige aspecten die betrekking hebben op reserves en voorzieningen aan de orde. Hierbij gaat het om de instelling van reserves en voorzieningen, richtlijnen met betrekking tot dotaties en onttrekkingen 3.1 Instellingscriteria Het algemene uitgangspunt is: het, in alle redelijkheid, zoveel mogelijk beperken van de bestemmingsreserves. Bij het instellen is een betekenisvolle omvang belangrijk, de eerste storting is daarom minimaal 250.000. Hierbij wordt natuurlijk wel rekening gehouden met de wettelijke voorschriften betreffende reserves en voorzieningen zoals eerder vermeld in hoofdstuk 2. Bij het instellen van reserves en voorzieningen worden de volgende criteria gehanteerd: 3.2 De wijze van instelling van een reserve Om te voorkomen dat onnodig middelen worden vastgelegd waarvoor een andere bestemming mogelijk is, moeten goede gronden aanwezig zijn om een reserve in te stellen of in stand te houden. 4

Aan de andere kant wordt er natuurlijk ook voor gewaakt dat de begrotingspositie van de gemeente, door financiële risico's waarvoor geen buffer is gevormd, kan worden aangetast. De omvang van de reserves wordt daarom afgestemd op het doel dat er mee gediend is. Om het budgetrecht van de raad op het terrein van reserves tot zijn recht te laten komen zal het instellen of opheffen van reserves bij afzonderlijk raadsbesluit plaatsvinden. In het besluit ten behoeve van reserves zal voor zover van toepassing aangegeven worden: 1. De omschrijving van het doel waarvoor de reserve wordt gevormd. 2. De gewenste of noodzakelijke, minimale en/of maximale omvang. 3. De dekking van de stortingen. 4. De looptijd, deze is langer dan 2 jaar, dat wil zeggen de besteding strekt uit over minimaal 2 jaar. Hierbij geldt voor de bestemmingsreserves met uitzondering van de egalisatiereserves een looptijd van 4 jaar. Het college kan de raad voorstellen om een bestemmingsreserve na een periode van 4 jaar in stand te houden (artikel 6 Verordening 212 en 213a 2010). 5. Er mag geen sprake zijn van structurele uitgaven. Als het doel van een reserve vervalt, doordat bijvoorbeeld het risico niet meer aanwezig is, dan valt het saldo van de reserve vrij in de exploitatie. 3.3 De wijze van instelling van een voorziening De omvang van de voorzieningen wordt afgestemd op de omvang van de risico's dan wel de verplichtingen en/of verliezen die er door worden gedekt. Een voorziening wordt ingesteld door het college van burgemeester en wethouders (zie ook 2.2). In het besluit ten behoeve van de voorzieningen zal voor zover van toepassing aangegeven worden: 1. De omschrijving van het doel waarvoor de voorziening wordt gevormd. 2. De gewenste of noodzakelijke, minimale en/of maximale omvang. 3. De dekking van de stortingen. Als het doel van een voorziening vervalt, doordat bijvoorbeeld het risico niet meer aanwezig is, dan valt het saldo van de voorziening vrij in de exploitatie. 3.4 Administratie reserves en voorzieningen Reserves: Rechtstreeks toevoegen aan, het onttrekken van en het laten vrijvallen van reserves ten laste of ten gunste van het resultaat, is met de inwerkingtreding van het BBV niet meer mogelijk. Het instellen, aanvullen, onttrekken, het laten vrijvallen en de opheffing van reserves vinden plaats binnen de resultaatbestemming en niet via de resultaatbepaling. Administratief wordt dit verwerkt door middel van vermogensmutaties en bestemde resultaatboekingen (volgens de voorgeschreven CBS hoofdfunctie 980). Voedingen en onttrekkingen dienen geraamd te worden voor zover dit in de aard van de reserve mogelijk is. Onttrekkingen kunnen niet leiden tot negatieve bestemmingsreserves. Reserves mogen volgens het BBV niet negatief zijn. Een onttrekking aan een reserve kan, conform het BBV, slechts gebeuren in overeenstemming met de doelstelling van die reserve. Een onttrekking welke niet in overeenstemming is met de doelstelling van een bestemmingsreserve kan slechts plaatsvinden indien de raad hier goedkeuring aan verleent. Voorzieningen: Voorzieningen dienen naar beste schatting dekkend te zijn voor de achterliggende verplichtingen en risico's. Ze mogen daardoor niet groter of kleiner zijn dan de verplichtingen of risico's waarvoor ze zijn gevormd. Toevoegingen zijn altijd gebaseerd op de tijdige opbouw van de noodzakelijke omvang van de voorziening. Mutaties in voorzieningen wegens toevoegingen, onttrekkingen of door vrijval, vloeien dus voort uit het aanpassen van een nieuw noodzakelijk niveau. Dotaties in bestaande voorzieningen of het vormen van een nieuwe voorziening worden als last bij de diverse programma's in de primitieve begroting opgenomen. 5

Het kan voorkomen dat er bijvoorbeeld bij controle van de jaarrekening door de accountant blijkt dat er een voorziening moet worden gevormd vanwege een kwantificeerbaar risico dat zich op moment van controle voordoet. Het college van burgemeester en wethouders zal dan een voorziening instellen en opnemen in de jaarrekening en deze nader toelichten. 3.5 Wijzigen doel of bestemming Het principe van (bestemmings)reserves is dat de raad te allen tijde het doel of de bestemming kan wijzigen. Voor een dergelijke wijziging is dus altijd een raadsbesluit en begrotingswijziging nodig. Het doel van een voorziening zal in principe niet wijzigen, gegeven het verplichtende karakter en de harde kaders. Mocht dit om welke reden dan wel wijzigen, doordat de noodzaak vervalt, dan zal de voorziening in de exploitatie vrijvallen. 3.6 Opheffen Wanneer het doel op basis waarvan een reserve of een voorziening is gevormd op enig moment vervalt, dan dient de reserve of voorziening te worden opgeheven. Voor de reserves is dit voorbehouden aan de raad voor de voorzieningen is het college bevoegd. Reserves: De vrijkomende middelen worden toegevoegd aan het resultaat na bestemming. Aan de vrijvallende bestemmingsreserve kan dan door de raad door middel van een integrale afweging, een andere bestemming worden gegeven. Voorzieningen: Wanneer de voorzieningen worden opgeheven wordt het saldo ten gunste van de exploitatie gebracht. Op deze manier wordt het vrijgevallen bedrag in de resultaatbepaling opgenomen. Bij de bestemming van het resultaat kunnen deze middelen dan opnieuw worden ingezet. 3.7 Evaluatie en actualisatie van reserves en voorzieningen Doordat omstandigheden voortdurend wijzigen is het nodig periodiek het reserve- en voorzieningenbeleid te toetsen. Hierbij wordt integraal aangegeven welke reserves en voorzieningen er zijn. Per reserve/voorziening wordt hierbij gekeken naar de noodzaak om deze aan te houden, naar de omvang ervan en naar de mogelijkheid reserves samen te voegen. Jaarlijks bij de jaarrekening worden alle reserves en voorzieningen geactualiseerd. 3.8 Presentatie in de programmabegroting en de programmarekening Bij het opstellen van de programmabegroting en programmarekening is de presentatie van de reserves en voorzieningen als volgt: Per programma worden de mutaties toegelicht in het onderdeel financiële toelichting per programma. In de bijlage reserves en voorzieningen wordt opgenomen een totaaloverzicht van alle reserves en voorzieningen van de gemeente. Daarnaast wordt het doel beschreven. Bij de beschrijving van het doel worden geen bedragen vermeld. 4. Het weerstandsvermogen en risico's 4.1 Doelstelling Het weerstandsvermogen geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is om niet begrote kosten te dekken. Door het weerstandsvermogen hoeft bij een financiële tegenvaller in de begrotingsuitvoering niet direct tot een bezuiniging te worden overgegaan. Onderscheid wordt gemaakt tussen incidenteel en structureel weerstandsvermogen. Het eerste is bedoeld voor eenmalige tegenvallers en het tweede voor structurele tegenvallers. Het begrip weerstandsvermogen wordt als volgt gedefinieerd: Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen: A. De weerstandscapaciteit, zijnde de middelen en mogelijkheden waarover de gemeente beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken; B. Alle risico's waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie. 6

4.2 Omvang weerstandscapaciteit Tot de weerstandscapaciteit worden de algemene reserve, stille reserves en de onbenutte belastingcapaciteit gerekend. Dit zijn immers middelen en mogelijkheden waarover een gemeente beschikt, om niet begrote kosten die onverwachts en substantieel zijn te dekken. Hoewel bestemmingsreserves in principe ook tot de weerstandscapaciteit behoren worden ze niet meegerekend. Dit komt omdat het feit dat bestemmingsreserve niet vrij inzetbaar zijn zonder heroverweging van (politieke) keuzes en de uitvoering van projecten die ten laste van de bestemmingsreserves al in gang gezet is. De algemene reserve en stille reserves behoren tot de incidentele weerstandscapaciteit. Dit is het vermogen om calamiteiten en andere eenmalige tegenvallers op te kunnen vangen, zonder dat dit invloed heeft op de voortzetting van taken op het geldende niveau. Met de structurele weerstandscapaciteit worden de middelen bedoeld die permanent ingezet kunnen worden om tegenvallers in de lopende exploitatie op te vangen, zonder dat dit ten koste gaat van de uitvoering van de bestaande taken. In de literatuur worden hiertoe soms ook de bezuinigingsmogelijkheden die een gemeente heeft, gerekend. Bezuinigingsmogelijkheden zijn echter niet met één raadsbesluit gerealiseerd, daarvoor is meer nodig aan voorbereiding en uitvoering. Wel kan onbenutte belastingcapaciteit tot structurele weerstandscapaciteit worden gerekend. Onbenutte belastingcapaciteit De onbenutte belastingcapaciteit van de gemeente Purmerend is het verschil tussen het werkelijke tarief (on)roerendezaakbelastingen dat de gemeente heeft vastgesteld en het tarief dat de gemeente minimaal zou moeten hanteren om in aanmerking te komen voor extra steun van het rijk (de zogenaamde artikel 12- status). Daarnaast telt het verschil tussen kostendekkende tarieven en de werkelijk gehanteerde tarieven mee. Omdat in Purmerend gewerkt wordt met kostendekkende tarieven en in 2011 en 2012 besloten is om de kosten van het veegvuil en de kwijtschelding in de tarieven onder te brengen resteert als onbenutte belastingcapaciteit alleen de OZB. 4.3 Risico's Voor een goed begrip van wat er onder risico's valt en wat er niet onder valt is de onderstaande vuistregel behulpzaam: Kortingen op algemene en specifieke uitkeringen Voor kortingen op algemene (het gemeentefonds) en specifieke uitkeringen geldt dat deze worden ingeschat en verwerkt in de begroting. Hiervoor is het weerstandsvermogen niet bedoeld. Kosten Voor gebeurtenissen waarvan het zeker is dat ze zich voor gaan doen en waarvan de omvang betrouwbaar kan worden geschat worden voorzieningen ingesteld. Bij het weerstandsvermogen kunnen deze kosten daarom buiten beschouwing worden gelaten. Kleine risico's Voor kleine risico's geldt dat de financiële betekenis hiervan niet zodanig materieel is dat hiermee rekening moet worden gehouden bij de bepaling van het benodigde weerstandsvermogen. In de begroting is een post onvoorzien opgenomen van 50.000 om gedurende het jaar hierop te kunnen antwoorden als inpassing van de uitgaven niet binnen een programma is op te vangen. We hebben het dan niet over reguliere afwijkingen bij de uitvoering van de begroting. Hiervoor geldt dat er meerdere malen per jaar bijstelling van de begroting plaatsvindt. Rampen en crisis Voor rampen en crisissituaties geldt dat er een scala aan beheersmaatregelen is getroffen. Dit betreft enerzijds het rampenplan waarmee aangegeven wordt hoe een (dreigende) ramp of crisis te lijf wordt gegaan en anderzijds is er sprake van een verzekerd risico. Voor zover dit niet het geval is, zal worden teruggevallen op de rijksoverheid. Uiteraard kan er sprake zijn van een financieel nadeel voor de gemeente. De omvang hiervan is vooraf niet in te schatten en de inpassingen zijn er hoe dan ook op gericht om een dergelijke schade te voorkomen, dan wel te minimaliseren. Voor zover het in de beïnvloedingssfeer ligt van de gemeente wordt via de weg van vergunningen en periodieke toetsing gezorgd voor het minimaliseren van de risico's. 7

4.4 Omvang weerstandsvermogen Voor de bepaling van de wenselijke omvang van het weerstandsvermogen worden de financiële risico's in kaart gebracht. Bij deze risico's wordt een ondergrens gehanteerd van 100.000. Risico's onder deze grens worden niet verder toegelicht omdat het gaat om een lange reeks van kleine risico's. Daadwerkelijk opgetreden risico's komen terug als afwijking in de programmarekening ter verklaring van het resultaat. De risico's die van belang zijn voor het bepalen van het weerstandsvermogen zijn de niet reguliere, strategische, niet kwantificeerbare risico's. De reguliere horen immers in de begroting tot uitdrukking te komen. Bij de weging van het benodigde weerstandsvermogen wordt uitgegaan dat het drie jaar zal duren voordat een structureel effect van de risico's kan worden gecompenseerd met lagere uitgaven elders. Als voorbeeld staan hieronder de actuele risico's die zijn meegenomen in de Kadernota 2013 en hoe die zich verhouden tot de risico's die zijn verwoord in de programmabegroting 2013-2016. Onderwerp (bedragen x 1.000) Inkomsten leges omgevingsvergunningen Begroting 2012 Kadernota 2013 Begroting 2013 Toelichting 700 0 400 In 2011 is de egalisatiereserve gevuld met 0,3 miljoen, als beheersmaatregel wordt verder ook gewerkt aan flexibilisering van de inzet van de gemeente. Onttrekking aan de reserve vindt plaats ter egalisering van het resultaat. Het inzetten van de reserve voor tariefsmatiging vindt plaats als de reserve groter is dan 1,5 miljoen. Openeinde regeling Wmo 900 0 0 Op grond van rekeningoverzichten en verbeterde ramingen in de begroting vergt dit geen specifiek bedrag. Parkeeropbrengsten 300 0 0 Op grond van de analyse rekeninguitkomsten 2011 en analyse van de meerjarenbegroting. Grondexploitaties 0 0 0 De risico's zijn verwerkt in grondexploitaties en de daarin opgenomen marges. Sanering asbest 0 0 1.000 Zie toelichting in de programmabegroting 2013 Inkomensverstrekking bijstand Participatiebudget BTW 2.000 0 Nadere toetsing wijst uit dat de BTW regels goed worden toegepast en de gemeente correct gebruik maakt van het BTW compensatiefonds Sociale werkvoorziening Baanstede 4.500 4.500 3.000 Zie toelichting in programmabegroting 2013 750 0 0 In kadernota en programmabegroting 2013 zijn de sterk oplopende tekorten verwerkt in de ramingen en aanvullende maatregelen. Wachtgeld bestuurders 0 0 500 Zie toelichting in de programmabegroting 2013 Vertraging bezuinigingen 2.500 2.500 2.500 Zie toelichting in de programmabegroting 2013 Stadsverwarming 18.000 10.000 5.600 Zie toelichting in Kadernota 2013 Nieuwe kortingen Gemeentefonds 0 10.000 0 In de programmabegroting zijn de concrete kortingen verwerkt. Lonen en prijzen 400 1.000 600 Zie toelichting in programmabegroting 2013 Totaal 30.050 28.000 13.600 Uit de tabel blijkt dat de financiële risico's opgenomen in het weerstandsvermogen fluctueren. 8

5. Evaluatie bestaande reserves en voorzieningen Bij het opstellen van deze notitie is ook gekeken welke reserves en voorzieningen er zijn binnen de gemeente Purmerend. Gekeken is wat de functies van de reserves en voorzieningen zijn, wat het minimum en maximumsaldo en wanneer ze eventueel worden opgeheven. Dit is opgenomen in bijlage I Overzicht reserves en voorzieningen gemeente Purmerend. Voor een aantal reserves en voorzieningen wordt voorgesteld deze op te heffen of de naam te herzien. Deze staan hieronder beschreven. De eventuele financiële gevolgen worden opgenomen in de bestuursrapportage. 5.1 Reserve Volkshuisvesting (VOHU) (programma 3) De reserve Volkshuisvesting wordt gebruikt voor volkshuisvestingsdoelen die onderdeel zijn van het product financiën en beheer volkshuisvesting. De reserve is geprogrammeerd tot en met 2013 voor opplusprojecten. Voor de overige projecten is de reserve geprogrammeerd tot en met 2011. Een aantal projecten kent een langere doorlooptijd, zoals de Woonvisie. In raadsbesluit 643894 Woonvisie 2012-2016 van 29 maart 2012 heeft de raad besloten de reserve Volkshuisvesting per 31 december 2012 op te heffen en het saldo te storten in de nieuwe reserve Woonvisie 2012-2016. 5.2 Reserve Hoofdcentrum (Programma 7) De reserve Hoofdcentrum is bedoeld voor de afwikkeling van afschrijvingen op afgeronde renovaties en herinrichtingen in de binnenstad. De omvang van de reserve wordt op dit moment bepaald door de (resterende) boekwaarde van: Omschrijving Boekwaarde (bedragen in ) MN/EN per 1-1-2012 Restwaarde de tijdelijke parkeervoorziening aan de Schapenmarkt ('t Lammetje) EN 1.399.202,10 515.000 restauratie van de Doelestallen EN 653.865,53 0 herinrichting van de Koemarkt MN 3.129.112,48 0 aanleg van de brug over de Wolthuissingel MN 328.946,17 0 afsluiting van de Peperstraat MN 63.737,47 0 5.574.863,75 515.000 Een voordeel van deze reserve is dat het zicht biedt op impulsfinancieringen binnen de gemeente. Daartegenover staat echter een tweetal nadelen. Ten eerste is het administratief erg bewerkelijk en ten tweede geeft het slecht inzicht of er in de toekomst een vervangingsinvestering noodzakelijk is. Materiële vaste activa worden onderverdeeld in investeringen met een economisch nut (EN) en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut (MN). Economisch nut Investeringen met economisch nut, zijn alle investeringen die bijdragen aan de mogelijkheid middelen te verwerven en/of verhandelbaar zijn. Maatschappelijk nut Investeringen met een maatschappelijk nut in de openbare ruimte mogen worden geactiveerd. Deze investeringen zijn van groot belang voor de gemeenten, aangezien het hier gaat om wegen, bruggen, openbaar groen etc. Het al dan niet activeren van dergelijke investeringen draagt niet bij aan het inzicht in de financiële positie van gemeenten. Aangezien de gemeente niet altijd in staat is deze belangrijke investeringen te doen, is het toegestaan de investeringen met een maatschappelijk nut in de openbare ruimte te activeren, waarbij ervan wordt uitgegaan dat de afschrijvingstermijn zo kort mogelijk is. Hierdoor is het toegestaan op deze investeringen reserves in mindering te brengen en resultaat afhankelijk extra af te schrijven. 9

Voorstel: Voorgesteld wordt om alle onttrekkingen aan de reserve hoofdcentrum per 2013 te beëindigen en het saldo eind 2012 te laten vrijvallen ten gunste van het rekening resultaat. Hiermee wordt dan feitelijk het bedrag overgeheveld naar de Algemene Reserve. Dit zal in de toekomst de administratie vereenvoudigen. Daarnaast is een belangrijk voordeel dat zowel de toelichtingen in de programma's en de bijlage reserves wordt vereenvoudigd. Dit komt de toegankelijkheid van de begroting ten goede. Getoetst is of het evenwicht in de begroting hierdoor wordt verstoord in de toekomst, dit is niet het geval. 5.3 Reserve gronden (Programma 7). Doel van deze reserve is het opvangen van risico's in de grondexploitatie voor specifieke bestemmingen: Herinrichting Overlanderstraat, voorbereiding Schapenmarkt, herinrichting Tramplein en het restant van de Kop van West. Deze reserve gronden is in 2009 opnieuw ingesteld en gefinancierd vanuit een deel van de oude algemene reserve gronden. Na de afsluiting van de rekening 2011, waarin een afboeking op de gronden 2de fase Kop van West is verwerkt, is de reserve als volgt geoormerkt: Overlanderstraat 1.112.185 Schapenmarkt 143.000 Planontwikkelingskosten 2012 t/m 2015 1.586.000 Totaal 2.841.185 Voorstel: Ter vereenvoudiging wordt voorgesteld om reserve gronden per 2013 alleen nog te gebruiken voor plankosten tot en met 2015 en het verschil eind 2012 te laten vrijvallen ten gunste van het rekening resultaat. Hiermee wordt dan feitelijk het bedrag overgeheveld naar de algemene reserve. De afschrijvingen zullen hierdoor m.i.v. 2013 ten laste komen van de algemene middelen. Getoetst is of het evenwicht in de begroting hierdoor in de toekomst wordt verstoord, dit is niet het geval. Als belangrijk voordeel wordt hiermee bereikt dat zowel de toelichtingen in de programma's en in het het hoofdstuk resultaat en de bijlage reserves vereenvoudigd worden. Dit komt de toegankelijkheid van de begroting ten goede. 5.4 Egalisatiereserve begraaf rechten Begraafrechten worden meerjarig afgekocht. Dit kan voor 10 of voor 20 jaar. Ter spreiding van de opbrengsten over de gehele afkoopperiode is deze egalisatiereserve ingesteld. Deze wordt gevoed uit de jaarlijkse inkomsten en de onttrekking wordt gedaan naar gelang de afkooptermijn. In de raad van 28 juni jl. is de "Verordening op het beheer en het gebruik van de gemeentelijke begraafplaatsen voor de gemeente Purmerend 2012" vastgesteld. Dit heeft als gevolg dat: 1. Het uitsluitend recht op een particulier graf wordt teruggebracht van 20 naar 10 jaar; 2. De verlengingsduur van het grafrecht wordt teruggebracht van 10 naar 5 jaar. Deze wijzigingen zullen worden meegenomen in de toekomstige berekening van de stortingen en onttrekkingen in de egalisatiereserve begraafrechten. 5.5 Voorziening garantstelling geldlening HVC Met ingang van 2011 ontvangt de gemeente een provisie voor de garantiestellingen van de HVC. Deze provisie is gedoteerd aan een voorziening om mogelijke risico's uit deze garantiestelling te dekken. In het rapport van bevindingen van de accountant wordt aangegeven dat de noodzaak tot het vormen van een voorziening afhankelijk is van de risico-inschatting in hoeverre de garantiestelling tot een daadwerkelijke uitstroom van middelen zal leiden, ongeacht de provisie die hiervoor wordt ontvangen. Op dit moment wordt dit risico laag ingeschat. De accountant stelt daarom, dat het vormen van een voorziening niet noodzakelijk is. Deze voorziening is in 2012 opgeheven en het saldo is ten gunste van het resultaat gebracht. De dotatie in deze voorziening voor de komende jaren komt dan ook te vervallen. In de paragraaf weerstandsvermogen van de programmabegroting en -rekening zal jaarlijks nader worden ingegaan op het risico voor de gemeente m.b.t. garantstelling aan HVC. 10

5.6 Voorziening provisie geldleningen Stadsverwarming Deze voorziening is ingesteld bij de programmabegroting 2012-2015 en is bedoeld als afdekking voor het risico verbonden aan door de gemeente aan de BV Stadsverwarming verstrekte geldleningen. De Stadsverwarming kan zelf alleen leningen aantrekken tegen een veel hogere rente, waarbij bovendien aan de gemeente - als eigenaar van de BV - wordt gevraagd zich garant te stellen voor de rente en aflossing. Hierdoor kan het warmtenet op peil worden gebracht tegen redelijke financieringskosten. In 2011 is een eerste tranche van 5 miljoen verstrekt, waarover een opslagpercentage van een half procent wordt berekend van 25.000. Op dit moment wordt dit risico laag ingeschat waardoor het vormen van een voorziening niet noodzakelijk is. Deze voorziening op te heffen en in 2012 geen dotatie te doen in de voorziening. In de paragraaf weerstandsvermogen van de programmabegroting en -rekening wordt nader ingegaan op het risico voor de gemeente m.b.t. de geldleningen Stadsverwarming. 5.7 Onderhoud kapitaalgoederen De gemeente heeft onderstaande voorzieningen die op grond van een meerjaren onderhoudsplan ('Kraan') worden gevormd. 04017 Verhuurde percelen 04037 Groot onderhoud welzijnsgebouwen 04023 Voorziening groot onderhoud brandweerkazerne 04029 Voorziening groot onderhoud onderwijshuisvesting 04034 Groot onderhoud/vervangingsinventaris De Purmaryn 04042 Voorziening Streekarchief Waterland 04044 Voorziening groot onderhoud gemeentelijke huisvesting 04052 Onderhoud groen 04053 Onderhoud kunst- en waterwegen Voorgesteld wordt om deze voorzieningen in de presentatie van de programmabegroting en -rekening samen te voegen in één voorziening onderhoud kapitaalgoederen. De stortingen in de voorziening worden toegelicht bij de verschillende programma's waarop de betreffende gebouwen betrekking hebben. 11

Functie reserve Boekwaarde O per 1 januari opheffen je 5' Soor Prgr. naam reserve / voorziening 2012 in: Doel cc A 14 Algemene reserve 8.404.957 Het opvangen van risico's in de algemene zin en risico's waarvoor geen bestemmingreserve of voorziening is gevormd. Het voor- en/of nadelig resultaat van de jaarrekening wordt verrekend met de algemene reserve. Voor deze reserve is geen specifieke bestemming, anders dan dat een deel van de algemene reserve is aangemerkt als weerstandsvermogen en bedoelt is om tegenvallers in enig (verslag-)jaar op te kunnen vangen. B 1 Reserve invoering WABO 52.399 2012 Doel van deze reserve is om de invoering van de wet WABO organisatorisch mogelijk te maken. Het ministerie van VROM werkt aan de modernisering van regels op het gebied van wonen, ruimte en milieu. Het project omgevingsvergunning (Wabo) maakt deel uit van de modernisering van de VROM regelgeving. De omgevingsvergunning is één geïntegreerde vergunning voor bouwen, wonen, monumenten, ruimte, natuur en milieu. De incidentele middelen die hiervoor beschikbaar zijn gesteld via het gemeentefonds zijn toegevoegde aan deze bestemmingsreserve in 2009. B 2 Reserve Wet maatschappelijke ondersteuning 115.928 2012 Het doel van deze reserve is het mogelijk maken van de uitvoering van het stedelijk kompas met behulp van onderbesteding van de middelen voor de individuele en collectieve voorzieningen uit 2008. Door stijgingen in het gebruik in 2010 en een daling van de integratie-uitkering WMO is de aanwending voor 2011 en verder opnieuw afgewogen. Het restant van 116.000 zal in 2012 worden ingezet. B 3 Volkshuisvesting (VOHU) (nieuwe naam Reserve Woonvisie) 1.811.919 2012 Doel van deze reserve is het bekostigen van uitgaven voor volkshuisvestingsdoelen die in een specifiek programma zijn vastgelegd en een incidenteel karakter hebben. De uitgaven zijn onderverdeeld naar huisvesting van bijzondere doelgroepen, woningbouw binnenstad, wijksteunpunten, woonwagenterreinen, herstructurering, bijdragen in het kader van de leefbaarheid en extra middelen t.b.v. het ontwikkelen beleid wonen. Het tempo van de uitgaven blijft tot nu toe achter bij de begroting van de verschillende projectwensen. Financiering Inkomen Buffer Egalisatie De reserve wordt gevoed met het door de gemeente te ontvangen deel van de overwaarde van de verkochte koopwoningen waarvoor het anti-speculatiebeding van toepassing is. De reserve is geprogrammeerd tot en met 2013 voor opplusprojecten. In 2012 zullen in bescheiden mate kosten gemaakt worden voor onder andere procesbegeleiding. Hetzelfde geldt voor wijkontwikkeling. B 3 Reserve Woonvisie 2016 De reserve Woonvisie komt in de plaats van de reserve Volkshuisvesting (VOHU). Het geld in deze reserve is bestemd voor de dekking van investeringen genoemd in raadsbesluit 643894 van 29 maart 2012. B 7 Ontwikkeling hoofdcentrum (Voorstel opheffen) 5.437.514 2012 Doel en voeding: De reserve heeft als doel de noodzakelijke ontwikkeling van het Hoofdcentrum te financieren en wordt ingezet voor de dekking van afschrijvingen voortvloeiende uit investeringen in 2008 en 2009. Het betreft: de herinrichting van de Koemarkt, tijdelijke parkeergarages, de Doelestallen en de brug Wolthuissingelbrug. Gedurende de afschrijvingstijd wordt de reserve volledig benut. De afschrijvingen lopen door tot en met 2030. B 7 Reserve gronden 2.841.073 Doel en voeding: Doel van deze reserve is het opvangen van risico's in de grondexploitatie voor specifieke bestemmingen: Herinrichting Overlanderstraat, voorbereiding Schapenmarkt, herinrichting Tramplein en het restant van de Kop van West. Deze reserve gronden is in 2009 opnieuw ingesteld en gefinancierd vanuit een deel van de oude algemene reserve gronden. Na de afsluiting van de rekening 2011, waarin een afboeking op de gronden 2de fase Kop van West is verwerkt, is de reserve als volgt geoormerkt Boekwaarde Overlanderstraat per 31 december 2011 ( 1.112.185), Kosten Schapenmarkt2012 ( 143.000),Planontwikkelingskosten 2012 toten met 2015 ( 1.586.000). B 9 Reserve onderwijshuisvesting 58.749 2012 Het beschikbare saldo in de reserve onderwijshuisvesting, is bestemd voor de verhuiskosten van Plankier ( 23.437), Tangram ( 24.236) en Bets Frijlingschool ( 11.076). B 9 Af te stoten panden onderwijshuisvesting 2.030.000 2016 Op basis van verwachte ontwikkelingen in de bevolkingssamenstelling binnen de gemeente is de verwachting dat diverse gebouwen leeg komen te staan. Er is nog niet bekend wat de bestemming van deze gebouwen wordt. De afwaardering van de boekwaarde bij buiten gebruikstelling leidt tot een verlies van 2.030.000,

Boekwaarde per 1 januari opheffen Soor Prgr. naam reserve / voorziening 2012 in: Doel B 12 Reserve gem. middelen participatie 1.623.617 Deze reserve is ingesteld ter voorkoming van directe afbouw van geplande uitgaven in het participatiebudget door doorzettende kortingen op de rijksbijdrage en aanpassing van de meeneemregeling. Zoals begroot is de reserve in 2011 niet aangesproken. Door meevallers en vroegtijdig inspelen op de kortingen op de rijksbijdrage, zullen de middelen ingezet worden vanaf 2013. B 12 Reserve pilot loondispensatie 84.800 2012 De dotatie van 134.000 is voor tegemoetkoming van de uitvoeringskosten van de pilot Loondispensatie en is ontvangen via het gemeentefonds in 2010. De pilot is voor de duur van twee jaar. In 2011 is er 49.200 aan kosten gemaakt. De verwachting is dat het restant in zijn geheel in 2012 nodig is om de pilot verder door te zetten. B 12 Reserve aanval op de bijstand 1.335.437 2013 De reserve is in 2011 gevormd om een structurele besparing te realiseren op het uitkeringsbestand van 115 cliënten per jaar. Vanuit de algemene middelen is hiervoor een bedrag van 1.500.000 gereserveerd. De realisatie van dit project zal van 2011 tot 2013 lopen waarbij het bedrag volledig zal worden ingezet. B 13 Reserve werkbudget ombuigingen 282.450 2013 Voor de realisatie van de ombuigingen, opgenomen in de begroting 2011 is een werkbudget nodig. Het werkbudget is bedoeld vooronderzoeken en begeleiding in de gewenste rolneming en uitwerking van voorgestelde maatregelen. Het betreft bijvoorbeeld externe expertise op onderzoeken naar de mogelijkheid van uitbesteding van taken (zoals afvalinzameling) en wat daarvan de impact is voor de achterblijvende organisatie. Daarnaast gaat het om begeleiding bij de veranderende rolneming bij de vormgeving van gemeentelijk beleid en het doorlichten van subsidieactiviteiten. Tl 5' OJ Functie reserve Inkomen Dekking O <5' 5" IQ Buffer Egalisatie E 1 Egalisatiereserve begraafrechten 85.739 nvt Begraafrechten worden meerjarig afgekocht. Dit kan voor 10 of voor 20 jaar. Ter spreiding van de opbrengsten over de gehele afkoopperiode is deze egalisatiereserve ingesteld. Deze wordt gevoed uit de jaarlijkse inkomsten en de onttrekking wordt gedaan naar gelang de afkooptermijn. M.i.v. 2012 zijn de afkoopperiodes van 10 en 20 jaar aangepast in 5 en 10 jaar. E 4 Egalisatiereserve afvalverwijdering 838.941 nvt Deze reserve is bedoeld om fluctuaties tussen de baten en de lasten voor het inzamelen en verwijderen van afval op te vangen. Er wordt uitgegaan van een kostendekkend tarief en afwijkingen worden later verrekend met de afvalstoffenheffing. E 6 Egalisatiereserve riolering 431.531 nvt Deze reserve is bedoeld om de fluctuatie tussen de baten en de lasten aan het rioolstelsel en het oppervlaktewater in Purmerend voortvloeiend uit het gemeentelijk rioleringsplan en Stedelijk Waterplan op te vangen. Er wordt uitgegaan van een kostendekkend tarief. Een afwijking in de baten en lasten wordt later verrekend met het legestarief Heffing Gemeentelijke Watertaken. E 14 Egalisatiereserve rente 3.579.070 nvt Deze reserve egaliseert jaarlijks het nadeel dat is ontstaan door het sneller aflossen van de leningen door Wherestad. Het jaarlijkse voordeel wat nu wordt gemist wordt opgevangen door jaarlijks een bedrag te onttrekken aan deze reserve en als bate op te nemen in het product eigen financieringsmiddelen. Voor 2012 gaat het om een bedrag van 843.000. E Egalisatiereserve leges omgevingsvergunningen 318.670 nvt De inkomsten voor omgevingsvergunningen zijn sterk afhankelijk van externe ontwikkelingen. Voor de begrotingsuitvoering is dit een risico. Uitgegaan wordt van een kostendekkend tarief en op grond hiervan wordt vooraf in belangrijke mate het niveau van uitgaven bepaald. Indien het aantal daadwerkelijke vragen vervolgens sterk afwijkt, dan is het niet goed mogelijk om in gelijke mate alsnog de uitgaven te laten dalen. Deze reserve is bestemd om dit risico te kunnen dekken. De omvang van de afwijking kan, gelet op de schommelingen in de afgelopen jaren, variëren van 100.000 tot 500.000. Bij deze egalisatiereserve geldt dat er een maximale omvang is van 1,5 miljoen. Zonder een bedrag in een egalisatiereserve zijn de inkomsten uit leges voor de omgevingsvergunningen een risico in de begroting. 0 7 Verhuurde percelen 239.392 nvt Deze voorziening is ingesteld om de kosten van planmatig onderhoud te egaliseren voor panden die de gemeente bezit en verhuurd vanuit een strategisch oogmerk. Het gemiddeld onderhoudsniveau van deze eigendommen (en daarmee de gemiddelde dotatie aan de voorziening), wordt bepaald op basis van het Kraan meerjaren onderhoudsrapport. Bij een jaarlijkse dotatie van 65.000 heeft de voorziening ook in navolgende jaren voldoende omvang. 0 7 Groot onderhoud welzijnsgebouwen 464.052 nvt Deze voorziening is ingesteld om de kosten van planmatig onderhoud aan welzijnspanden te egaliseren. Het gemiddeld onderhoudsniveau en daarmee de gemiddelde dotatie aan de voorziening, wordt bepaald o.b.v. het Kraan meerjaren onderhoudsrapport en het accommodatiebeleid, zoals opgesteld door vastgoedbeheer en MO-planontwikkeling. 0 8 Voorziening groot onderhoud brandweerkazerne 84.903 nvt Voor de onderhoudskosten aan de brandweerkazerne wordt een voorziening aangehouden. Als basis voor de hoogte van de voorziening wordt de meerjarenonderhoudprognose (MOP) gebruikt.

Boekwaarde per 1 januari opheffen Soor Prgr. naam reserve / voorziening 2012 in: Doel 0 9 Voorziening groot onderhoud onderwijshuisvesting 298.201 nvt Voor het planmatig onderhoud aan onderwijsgebouwen is een voorziening die wordt gebruikt om de kosten van het onderhoud die niet worden geactiveerd - zoals schilderwerk - te egaliseren door de jaren heen. Voor het onderhoud is een meerjarig gemiddelde opgenomen in de begroting op basis van de Kraan-systematiek en is toereikend. 0 11 Groot onderhoud/vervangingsinventaris De Purmarijn 302.304 nvt Bij dit programma hoort een voorziening voor groot onderhoud aan de Purmaryn. De voorziening is gebaseerd op een meerjarig onderhoudsplan en is toereikend. 0 13 Voorziening Streekarchief Waterland 51.054 nvt Deze voorziening is ingesteld om de planmatige onderhoudskosten van het pand aan de Wielingenstraat 75 te egaliseren. Het Streekarchief Waterland (SAW) is op dit adres gevestigd. Het gemiddeld onderhoudsniveau wordt bepaald o.b.v. het Kraan meerjaren onderhoudsrapport en de voorziening wordt, zoals met het ISW is afgesproken, gevoed door de jaarlijkse verhoging (vanaf 2007) van de canon met 3,2725%. 0 13 Voorziening groot onderhoud gemeentelijke huisvesting 1.038.553 nvt Deze voorziening dient ter egalisatie van kosten van planmatig onderhoud aan het stadhuis en overige gemeentelijke dienstlocaties (o.a. de Koog) en bruggen. Het gemiddeld onderhoudsniveau wordt bepaald o.b.v. het Kraan meerjaren onderhoudsrapport. V 3 Afkoop BWS particulieren 1.389 2012 Deze voorziening is eind 2009 ingesteld voor de afwikkeling van openstaande verplichtingen voor de bijdragen in subsidies. Deze heeft de gemeente Purmerend overgenomen wegens de opheffing van de Bestuurscommissie Woninggebonden Subsidies (BWS) Waterland per 1 januari 2010. De voorziening wordt in 2012 na de betaling van de laatste bedragen opgeheven. V 5 Openbaar vervoer 203.749 2012 De voorziening wordt ingezet voor het mede financieren van openbaar vervoer-projecten en infrastructurele voorzieningen voor een verbeterde doorstroming en toegankelijkheid van het openbaar vervoer. In 2011 is er voor 67.500 een bijdrage verleend in de aanlegkosten van fietsenstallingen bij station Overwhere. In overleg en afstemming met de Stadsregio Amsterdam is besloten om een bedrag van 500.000 uit deze voorziening over te hevelen naar een nieuwe voorziening onderhoud DRIS (dynamisch reizigers informatie systeem). Het resterende bedrag wordt in 2012 besteed. Voorstellen worden in overleg met de Stadsregio voorbereid. V 5 Onderhoud DRIS 500.000 Deze voorziening is afgesplitst uit de voorziening openbaar vervoer voor een bedrag van 500.000 en bestemd om de beheer- en onderhoudskosten van de DRIS-panelen voor een periode van tien jaar te kunnen dekken. De DRIS-panelen worden volgens planning eind 2012 bij de betreffende bushaltes geplaatst. De voorziening bedraagt per 31 december 2011 500.000. V 6 Infrastructuur 2.456.914 De voorziening infrastructuur is gevoed ten behoeve van doorgeschoven werken. Grootste werk hiervan is de reconstructie van de kruising Jaagweg/Gorslaan 1.983.400. Verder zullen de volgende werken nog uitgevoerd moeten gaan worden: werkzaamheden fietspad park De Uitvlugt 22.000, werkzaamheden brandgangen industrieterrein De Koog 160.000, werkzaamheden Gors Zuid,Bekken-,Rozen-,Bladbuurt 112.000 en werkzaamheden in de Clara Visserstraat 180.000). Functie reserve Financiering Inkomen Dekking Buffer Egalisatie 0 6 Onderhoud groen 80.000 De voorziening is ingesteld en heeft tot doel niet uitgevoerde werkzaamheden in latere jaren alsnog uit te voeren. In 2011 is een bedrag van 80.000 gedoteerd aan deze voorziening om in 2012 het restant van de door kastanjeziekte aangetaste bomen en het opnieuw aanbrengen van nieuwe bomen verder te kunnen uitvoeren. O 6 Onderhoud kunst- en waterwegen 61.364 Deze voorziening is in 2009 ingesteld en heeft tot doel de niet uitgevoerde werkzaamheden, conform het onderhoudsmeerjarenplan kunst- en waterwerken, in latere jaren alsnog uit te voeren. In 2010 is een bedrag van 85.000 opgenomen in de voorziening voor niet uitgevoerde groot onderhoudswerk aan twee bruggen. In 2011 is dit werk voor een deel gerealiseerd. Het restant zal in de voorziening blijven staan. V 7 Voorziening civiele procedure Usendijkstraat 50.000 Deze voorziening is ingesteld om het eigen risico te dekken in geval van een civiele procedure wegens het vermeend onterecht weigeren van een binnenplanse vrijstelling van een bestemmingsplan voor de locatie Van Usendijkstraat 403-409. Het eigen risico betreft een bedrag van 50.000. Eventuele verdere vermogensschade voor de gemeente is afgedekt d.m.v. een verzekering. De voorziening dient in afwachting van de uitspraak in stand gehouden te worden. V 8 Voorziening 2e loopbaanbeleid brandweer 2.859 2015 Als gevolg van regelgeving is de gemeente verplicht om medewerkers de mogelijkheid te geven zich voor te bereiden op hun loopbaan na de periode dat zij operationeel inzetbaar zijn bij de brandweer. Om deze kosten te dekken is deze voorziening ingesteld. De voorziening bedraagt 2.000 en loopt in 2015 op naar 2.500. Gebleken is dat de hoogte van de voorziening lang niet toereikend is om de omscholing en herplaatsingsactiviteiten voldoende uit te voeren. Daarom zal deze voorziening vanaf 2012 extra gedoteerd moeten worden.

Boekwaarde per 1 januari opheffen Soor Prgr. naam reserve / voorziening 2012 in: Doei V 8 Voorziening overgang personeel Halt 70.878 Bij het fuseren van het bureau Halt Zaanstreek-Waterland zullen frictiekosten ontstaan. Bij het voorstel om te fuseren is besloten de frictiekosten te financieren uit het positieve resultaat van de jaarrekening 2010. V 9 Verzelfstandiging OPSO bruidsschat 1.549.000 2014 Het doel van de voorziening is om verzelfstandiging van het Openbaar Primair en Speciaal Onderwijs (OPSO) per 1 januari 2011 te begeleiden door het verstrekken van een bruidsschat van 2,5 miljoen. De bruidsschat zal uitbetaald worden in jaarlijks afbouwende bedragen en eind 2014 worden opgeheven. V 11 Voorziening herst.en aanp. Leeghwaterbad 82.268 2012 de voorziening is gevormd in 2010 voor de kosten van het wegnemen van bouwkundige gebreken aan het Zwembad. De voeding heeft plaatsgevonden in de raadsvergadering van 21 oktober 2010 (raadsbesluitnummer 10-95) door een bedrag van 453.200 toe te kennen. De besteding zal plaatsvinden in 2010, 2011 en 2012 dooreen beschikking aan Spurd toe te kennen. Het restant van 82.000 is gereserveerd ten behoeve van inkomstenderving door tijdelijke sluiting van het Leeghwaterbad en verlies zwemwater. De afrekening zal in 2012 plaatsvinden. V 11 Voorziening speelvoorzieningen 177.718 2012 Deze voorziening is in 2011 gevormd, zodat deels uitgevoerde en/of niet uitgevoerde werken 2011 met betrekking tot speelvoorzieningen, die technisch wel noodzakelijk zijn, in 2012 afgerond en/of uitgevoerd kunnen worden. V 13 Voorziening wachtgeld- en pensioenverplichtingen ex-bestuurders 270.205 Voor de afwikkeling van de opgebouwde wachtgeldenrechten van voormalige wethouders is een voorziening ingesteld. Met ingang van 2011 vindt niet langer opbouw van wachtgeldverplichtingen plaats voor de huidige / zittende bestuurders aangezien het niet is toegestaan een voorziening te vormen als er nog geen sprake is van een verplichting. Het risico ten aanzien van zittende bestuurders is meegenomen in de risicoparagraaf weerstandsvermogen. De voorziening wordt jaarlijks geactualiseerd op basis van het ingeschatte aanspraak op wachtgeld van ex-bestuurders. Naast het wachtgeld is in de voorziening rekening gehouden met pensioenverplichting(en) voor bestuurders waarvoor geen verzekering is afgesloten. Financiering Functie reserve Inkomen Dekking Buffer Egalisatie V 13 Spaarverlof Purmerend 67.311 De voorziening is gevormd ter dekking van de kosten van vervangend personeel van deelnemers aan de gemeentelijke spaarverordening op het moment dat zij spaarverlof opnemen. Aangezien de regeling is opgeheven, vinden er geen toevoegingen aan de voorziening plaats. De aanwending betreft de compensatie aan een afdeling op het moment dat een deelnemer spaarverlof opneemt. V 14 Garantstelling geldleningen HVC 76.655 2012 Voorstel V 14 Voorziening provisie geldleningen stadsverwarming 2012 Voorstel Deze garantstellingprovisie wordt door de HVC uitgekeerd vanaf 2011 en kan fluctueren, omdat ook de garantstelling kan fluctueren. Purmerend staat via het aandeelhouderschap garant voor circa 20 miljoen. Jaarlijks wordt 1% van de garantstellingprovisie door de HVC uitgekeerd. In 2012 gaat het om een uitkering van 203.000. Deze voorziening is bedoeld als afdekking voor het risico verbonden aan door de gemeente aan de BV Stadsverwarming verstrekte geldleningen. De Stadsverwarming kan zelf alleen leningen aantrekken tegen een veel hogere rente, waarbij bovendien aan de gemeente - als eigenaar van de BV - wordt gevraagd zich garant te stellen voor de rente en aflossing. Hierdoor kan het warmtenet op peil worden gebracht tegen redelijke financieringskosten. In 2011 is inmiddels een eerste tranche van 5 miljoen verstrekt, waarover een opslagpercentage van een half procent is berekend ( 25.000). Deze opslag wordt jaarlijks toegevoegd aan de voorziening en kan vrijvallen als de betreffende lening volledig is afgelost. Volgende tranches zijn niet in de begroting verwerkt. Dit vindt plaats door wijziging van de begroting op het moment van verstrekken. Voor het resultaat van de gemeentebegroting is dit neutraal. Tegenover de verstrekte lening staan immers even hoge renteopbrengsten en een risicoprovisie. A = Algemene Reserve E= Egalisatie reserve B = Bestemmingsreserve V = Voorzieningen O = Voorziening onderhoud kapitaalgoederen 37.461.561