INHOUD VOORWOORD............................................................ vii DEEL 1. EUROPESE BTW-WETGEVING 1. RICHTLIJN 2006/112/EG............................................... 3 1.1. Belastbaar feit en verschuldigdheid van de btw............................ 3 1.2. Uitvoer van goederen................................................... 4 1.3. Recht op aftrek......................................................... 6 1.4. Verplichtingen van de btw-plichtigen en van bepaalde niet-btw-plichtige personen.............................................................. 6 1.4.1. Voldoening van de btw.......................................... 6 1.4.2. Facturering..................................................... 7 1.4.3. Boekhouding.................................................. 17 1.5. Margeregeling......................................................... 17 2. ACHTSTE BTW-RICHTLIJN.......................................... 19 3. DERTIENDE BTW-RICHTLIJN........................................ 21 4. RECHTSPRAAK VAN HET EUROPEES HOF VAN JUSTITIE........... 23 4.1. Leesportefeuille Intiem CV............................................. 23 4.2. Lea Jeunehomme en SA d étude et de gestion immobilière EGI........... 25 4.3. Genius Holding bv..................................................... 27 4.4. Italittica SpA.......................................................... 28 4.5. John Reisdorf.......................................................... 31 4.6. Bernard Langhorst..................................................... 33 4.7. Société Générale des Grandes Sources d Eaux Minérales Françaises........ 36 4.8. Schmeink & Cofreth AG & Co. KG / M. Strobel.......................... 39 4.9. Maria Karageorgou e.a.................................................. 43 ix
4.10. Gerhard Bockemühl................................................... 45 4.11. Terra Baubedarf-Handel................................................ 49 4.12. HE................................................................... 51 DEEL 2. BELGISCHE BTW-WETGEVING 1. DE VERPLICHTING TOT FACTURERING............................ 57 1.1. Verplichte uitreiking van een factuur.................................... 57 1.1.1. Basisprincipe.................................................. 57 1.1.2. Facturering aan particulieren................................... 58 1.1.3. Leveringen aan personeel....................................... 66 1.1.4. Openbaar vervoer.............................................. 67 1.2. Verplichte opmaak van een stuk......................................... 67 1.2.1. De overbrenging van goederen.................................. 67 1.2.2. Gelijkgestelde leveringen en diensten............................ 68 1.2.3. Bijzonder stuk voor handelingen tussen leden van een btw-eenheid................................................... 68 1.2.4. Stuk voor handelingen bedoeld in artikel 19bis Wbtw............. 68 1.2.5. Verkopen op proef, zendingen op zicht of in consignatie........... 69 1.2.6. Nog niet in bezit van de factuur en schuldenaar van de btw........ 69 1.2.7. Aankopen bij niet-btw-plichtigen of bij belastingplichtigen zonder recht op aftrek.......................................... 70 1.2.8. Overdracht van een algemeenheid van goederen of van een bedrijfsafdeling................................................ 71 1.3. Het tijdstip van het uitreiken van een factuur of het opmaken van een stuk................................................................. 71 1.3.1. Principe....................................................... 71 1.3.2. Intracommunautaire leveringen................................. 72 1.4. Outsourcing van het uitreiken van de factuur............................ 73 1.5. Self-billing............................................................ 73 1.5.1. Principe....................................................... 73 1.5.2. Toepassingsmodaliteiten....................................... 74 1.5.3. Automaten.................................................... 83 1.6. Openbare verkopen.................................................... 83 1.6.1. Faillissement.................................................. 83 1.6.2. Andere gevallen............................................... 83 1.7. De kwitantie.......................................................... 84 1.8. Aantal exemplaren van de factuur of het stuk............................. 84 x
1.9. Verzamelfactuur....................................................... 85 1.10. Creditnota s en verbeterende stukken.................................... 85 2. DE VERPLICHTE VERMELDINGEN OP DE FACTUUR EN HET STUK................................................................ 89 2.1. Bepaling in het Wbtw.................................................. 89 2.2. De verplichte vermeldingen op de factuur................................ 89 2.2.1. Overzicht..................................................... 89 2.2.2. Datum........................................................ 89 2.2.3. Volgnummer.................................................. 90 2.2.4. Naam, adres en btw-identificatienummer van de leverancier....... 91 2.2.5. Naam, adres en btw-identificatienummer van de klant............ 92 2.2.6. Btw-identificatienummer voor specifieke gevallen................ 96 2.2.7. Datum van het belastbaar feit................................... 98 2.2.8. Omschrijving van de handeling en hoeveelheid................... 98 2.2.9. Specifieke vermeldingen inzake auto s.......................... 101 2.2.10. Maatstaf van heffing.......................................... 102 2.2.11. Eenheidsprijs................................................. 102 2.2.12. Kortingen.................................................... 103 2.2.13. Btw-tarief en btw-bedrag...................................... 104 2.2.14. Verwijzingen naar de btw-wetgeving............................ 105 A. Handeling buiten België.................................. 106 B. Vrijstelling van btw overeenkomstig artikel 39 tot 42 van het Wbtw............................................... 106 C. Vrijstelling van btw overeenkomstig artikel 44 van het Wbtw.................................................. 124 D. Vrijstelling in het kader van de bijzondere regeling voor beleggingsgoud.......................................... 125 2.2.15. Meerdere facturen voorschotfacturen......................... 125 2.2.16. Taal.......................................................... 125 2.2.17. Andere vermeldingen......................................... 125 A. Gratis toebehoren....................................... 126 B. Standaard-ruil met betrekking tot onderdelen van autovoertuigen.............................................. 126 C. Banden en binnenbanden voor wielen van landbouwmachines en -tractoren.................................. 127 D. Handelsbeurzen......................................... 128 E. Marktkramers.......................................... 128 F. Recuperatiestoffen en -producten......................... 128 xi
G. Gewone en gebruikelijke verpakkingsmiddelen............ 129 H. Terugneming van verkochte goederen..................... 130 I. Premievoorwerpen...................................... 131 J. Voorgeschoten sommen.................................. 131 K. Syndicus................................................ 132 L. Tijdelijke handelsvennootschap (voorheen tijdelijke vereniging)............................................. 132 M. Fotokopieën............................................. 134 N. Zuurstof voor medisch gebruik........................... 135 O. Recupel-bijdrage........................................ 136 P. Voorafbetaalde telefoonkaarten........................... 137 Q. Materieel werk of expertise aan roerende goederen......... 139 2.2.18. Vereenvoudigde aanduiding van de verplichte vermeldingen...... 139 A. Principe................................................ 139 B. Toepassingen........................................... 140 2.2.19. Toe te passen wisselkoers...................................... 145 2.2.20. Afronding van het bedrag van de btw........................... 146 2.2.21. Nalatigheidsinteresten......................................... 146 2.3. De verplichte vermeldingen op het overbrengingsstuk.................... 147 2.4. De verplichte vermeldingen op het stuk voor met leveringen en diensten gelijkgestelde handelingen............................................ 147 2.4.1. Principes..................................................... 147 2.4.2. Onttrekkingen en uitvoer...................................... 148 2.4.3. Bijzonder geval: het schenken van goederen aan een erkende organisatie................................................... 149 2.4.4. Vereenvoudigde vermeldingen................................. 151 2.5. De verplichte vermeldingen op bijzonder stuk voor handelingen tussen leden van een btw-eenheid............................................ 151 2.6. De verplichte vermeldingen op stuk voor handelingen bedoeld in artikel 19bis Wbtw................................................... 152 2.7. De verplichte vermeldingen op het stuk op te maken in geval van verkoop op proef of van zending op zicht of in consignatie............... 153 2.7.1. Principe...................................................... 153 2.7.2. Niet in België gevestigde consignatiegever....................... 154 2.7.3. Consignatiezendingen en intracommu nautaire levering.......... 155 2.7.4. Vereenvoudigde vermeldingen................................. 157 2.8. De verplichte vermeldingen van het stuk op te maken door de schuldenaar van de btw indien de factuur nog niet in het bezit................ 157 2.9. De verplichte vermeldingen op het stuk voor aankopen bij nietbelasting plichtigen of bij belastingplichtigen zonder recht op aftrek...... 159 xii
2.10. De verplichte vermeldingen op het stuk voor de overdracht van een algemeenheid van goederen of van een bedrijfsafdeling................. 161 2.11. De verplichte vermeldingen op de creditnota of het verbeterend stuk...... 161 3. ELEKTRONISCHE FACTURERING................................... 165 3.1. Historiek............................................................. 165 3.2. Bepalingen van kracht sinds 1 januari 2004............................. 170 4. DE BEWARING VAN DE FACTUUR.................................. 177 4.1. De bewaringstermijn van de facturen en stukken........................ 177 4.2. Buitenlandse btw-plichtigen........................................... 179 4.3. Elektronische bewaring............................................... 179 4.3.1. Historiek..................................................... 179 A. Microfilm en microfiche................................. 179 B. De bewaring van sommige facturen en stukken op optische schijven van het type WORM............................ 180 4.3.2. Bewaring van elektronische facturen........................... 182 5. BIJZONDERE TOPICS................................................ 185 5.1. Relatie tot het tijdstip van het belastbaar feit en de opeisbaarheid van de btw.............................................................. 185 5.1.1. Tijdstip van de levering van goederen........................... 185 5.1.2. Tijdstip van de opeisbaarheid van de btw inzake de levering van goederen................................................. 186 5.1.3. Tijdstip van het verrichten van diensten......................... 187 5.1.4. Tijdstip van de opeisbaarheid van de btw inzake het verrichten van diensten.................................................. 187 5.2. Veiligheidsbepaling verplichting tot voldoening van de btw............. 187 5.3. Bijzondere regelingen voldoening btw................................. 188 5.3.1. Vereenvoudigd driehoeksverkeer............................... 188 5.3.2. Werk in onroerende staat...................................... 190 A. Verleggingsregeling...................................... 190 B. Het verlaagde btw-tarief van 6 %.......................... 207 C. Het verlaagde btw-tarief van 12 %......................... 210 D. Rechtspraak............................................. 210 xiii
5.3.3. Beleggingsgoud............................................... 211 5.3.4. Buitenlandse btw-plichtigen................................... 212 A. Vaste inrichting......................................... 212 B. Geen vaste inrichting.................................... 213 C. Kettingverkopen........................................ 219 D. Levering met montage of installatie....................... 219 E. Consignatiezendingen en overbrengingen van goederenvoorraden.............................................. 219 F. Zendingen op proef of op zicht........................... 221 G. Intracommunautair verkeer van accijnsproducten vanuit andere lidstaten naar België.............................. 221 5.3.5. Directe verkopen.............................................. 222 5.4. Bijzondere regelingen Btw-regime.................................... 224 5.4.1. De vrijgestelde kleine ondernemingen.......................... 224 5.4.2. Bijzondere regeling voor landbouw ondernemers................. 225 5.4.3. De margeregeling............................................. 231 5.5. De factuur of het stuk en het recht op aftrek van btw..................... 232 5.5.1. Principes..................................................... 232 5.5.2. Verloren gegane of vernietigde facturen......................... 234 5.5.3. Buitenlandse btw-plichtigen................................... 234 5.5.4. Goederenvervoer door de NMBS............................... 235 5.5.5. Openbaar vervoer............................................. 235 5.5.6. Neerlegging jaarrekening...................................... 236 5.5.7. Fusie of opslorping............................................ 236 5.5.8. Rechtspraak.................................................. 236 5.6. Hoofdelijke aansprakelijkheid.......................................... 244 5.7. Bestrijding van de btw-fraude.......................................... 245 5.8. Indicatoren ernstige en georganiseerde fiscale fraude..................... 247 5.9. Doorfacturering...................................................... 247 5.9.1. Verbeteringswerken aan gehuurd goed.......................... 247 5.9.2. Terbeschikkingstelling personeel door verbonden ondernemingen.................................................... 248 5.9.3. In het buitenland betaalde kosten............................... 248 5.10. Relatie tot het ontvangstbewijs (btw-bonnetje)........................... 249 5.11. Gebruik van Incoterms................................................ 250 5.12. Gebruik van kopiefacturen en pro forma facturen....................... 252 5.12.1. Invoer/uitvoer van goederen................................... 252 5.12.2. Beoefenaars van bepaalde vrije beroepen........................ 253 5.13. Administratiekosten die worden aangerekend voor het opmaken van de factuur....................................................... 255 5.14. Mogelijke sancties.................................................... 255 xiv
5.14.1. Bepalingen in het Wbtw....................................... 255 5.14.2. Verminderde proportionele geldboeten......................... 257 5.14.3. Verminderde niet-proportionele geldboeten..................... 258 5.14.4. Rechtspraak.................................................. 263 DEEL 3. ANDERE ASPECTEN DAN BTW 1. VERPLICHTING TOT FACTURERING............................... 267 2. VERPLICHTE VERMELDINGEN..................................... 269 2.1. Aanduiding van de uitreiker van de factuur............................. 269 2.2. Ondernemingsnummer............................................... 270 2.3. Bankrekeningnummer................................................ 272 2.4. Handtekening........................................................ 273 2.5. Vermelding van het woord factuur................................... 274 2.6. Vennootschap in vereffening........................................... 274 3. TAALWETGEVING.................................................. 275 4. BESTELBON......................................................... 277 5. VERKOOPSVOORWAARDEN........................................ 279 6. BIJZONDERE GEVALLEN............................................ 281 6.1. Levering van elektriciteit en gas........................................ 281 6.2. Kilometerstand van voertuigen........................................ 282 6.3. Terugbetaling bijzondere accijns ( professionele diesel).................. 283 6.4. Telecommunicatiediensten............................................ 284 6.5. Factuurkorting milieuvriendelijke voertuigen........................... 285 xv
DEEL 4. PRAKTISCHE TOEPASSINGSGEVALLEN UITGAANDE FACTUREN EN STUKKEN................................. 289 1. LEVERING VAN GOEDEREN EN DIENSTEN IN BELGIË............. 291 1.1. Levering van goederen in België........................................ 293 1.1.1. Standaardgeval............................................... 293 1.1.2. Vrijgestelde kleine ondernemingen............................. 294 1.1.3. Landbouwondernemers onderworpen aan de bijzondere landbouwregeling............................................. 295 1.1.4. Margeregeling................................................ 296 1.1.5. Levering van recuperatieproducten............................. 297 1.1.6. Marktkramers van tweedehandse goederen..................... 298 1.2. Prestatie van diensten in België......................................... 299 1.2.1. Standaardgeval............................................... 299 1.2.2. Werken in onroerende staat.................................... 300 1.2.3. Goederenvervoer............................................. 301 1.2.4. Personenvervoer.............................................. 302 1.2.5. Vrijgestelde kleine ondernemingen............................. 303 1.2.6. Landbouwondernemers onderworpen aan de bijzondere landbouwregeling............................................. 304 2. INTRACOMMUNAUTAIRE VERRICHTINGEN...................... 305 2.1. Intracommunautaire levering van goederen............................. 307 2.1.1. Standaardgeval............................................... 307 2.1.2. Overbrenging van goederen.................................... 308 2.1.3. Driehoeksverkeer België is lidstaat 1.......................... 309 2.1.4. Driehoeksverkeer België is lidstaat 2.......................... 310 2.2. Intracommunautaire dienstverrich tingen/dienstverrichtingen buiten België............................................................... 311 2.2.1. Werken in onroerende staat.................................... 311 2.2.2. Materieel werk aan roerende goederen.......................... 312 2.2.3. Expertise aan roerende goederen............................... 313 2.2.4. Personenvervoer.............................................. 314 2.2.5. Intracommunautair goederenvervoer 1....................... 315 2.2.6. Intracommunautair goederenvervoer 2....................... 316 2.2.7. Activiteiten die met intracommunautair goederenvervoer samenhangen................................................ 317 xvi
2.2.8. Tussenpersonen (makelaars en lasthebbers) bij intracommunautair goederenvervoer.......................................... 318 2.2.9. Tussenpersonen (makelaars en lasthebbers) bij activiteiten die met intracommunau tair goederenvervoer samenhangen......... 319 2.2.10. Culturele, artistieke, sportieve, weten schappelijke, onderwijs- en vermakelijk heids activiteiten of soortgelijke activi teiten........... 320 2.2.11. Verschaffen van spijs en drank................................. 321 2.2.12. Verhuur van een vervoermiddel................................ 322 2.2.13. Overdracht van of het verlenen van een auteursrecht, een octrooi, een licentie recht, een fabrieks- of handelsmerk, of een soortgelijk recht........................................... 323 2.2.14. Overdracht van of het verlenen van rechten op een cliënteel, een verkoop- of inkoopmonopolie.............................. 324 2.2.15. Het recht een beroepswerkzaamheid uit te oefenen............... 325 2.2.16. De verbintenis een beroepswerkzaamheid of een auteursrecht, een octrooi, een licentierecht, een fabrieks- of handels merk, of een soortgelijk recht, niet uit te oefenen....................... 326 2.2.17. Werkzaamheden inzake reclame............................... 327 2.2.18. Intellectueel werk in het kader van hun geregelde werkzaamheden verricht door juridische of andere adviseurs en andere soortgelijke dienstverrichters................................... 328 2.2.19. Informatieverwerking en -verschaffing.......................... 329 2.2.20. Bank-, financiële en verzekerings verrichtingen alsook herverzekerings verrichtingen.................................. 330 2.2.21. Terbeschikkingstelling van personeel........................... 331 2.2.22. Verhuur van lichamelijk roerende goederen (behalve vervoermiddelen).................................................... 332 2.2.23. Telecommunicatiediensten.................................... 333 2.2.24. Tussenkomst van tussenpersonen (makelaars en lasthebbers) 1.. 334 2.2.25. Tussenkomst van tussenpersonen (makelaars en lasthebbers) 2.. 335 2.2.26. Tussenkomst van tussenpersonen (makelaars en lasthebbers) 3.. 336 3. UITVOER VAN GOEDEREN, INTERNATIONAAL VERVOER EN MET UITVOER GELIJKGESTELDE VERRICHTINGEN................... 337 3.1. Uitvoer van goederen................................................. 339 3.1.1. Standaardgeval............................................... 339 3.1.2. Uitvoer met vervoer van de goederen door de niet in België gevestigde koper.............................................. 340 3.1.3. Uitvoer in het kader van kettingverkopen....................... 341 xvii
3.1.4. Uitvoer door of voor rekening van de dienstverrichter of de niet in België gevestigde ontvanger van de dienst................. 342 3.1.5. Uitvoer in de bagage van reizigers.............................. 343 3.1.6. Plaatsing van goederen onder een douane regeling................ 344 3.1.7. Verkoop van goederen die zich onder een douaneregeling bevinden..................................................... 345 3.1.8. Diensten aan goederen die zich onder een douaneregeling bevinden..................................................... 346 3.1.9. Btw-entrepots Inslag........................................ 347 3.1.10. Btw-entrepots Diensten...................................... 348 3.1.11. Btw-entrepots Verkoop...................................... 349 3.1.12. Btw-entrepots Uitslag........................................ 350 3.1.13. Opschorting van de betaling van de btw........................ 351 3.2. Internationaal vervoer en handelin gen gelijkgesteld met uitvoer........... 352 3.2.1. Internationaal personenvervoer................................ 352 3.2.2. Internationaal goederenvervoer Ter gelegenheid van de uitvoer....................................................... 353 3.2.3. Internationaal goederenvervoer Ter gelegenheid van de invoer........................................................ 354 3.2.4. Handelingen die samenhangen met internationaal goederenvervoer....................................................... 355 3.2.5. Vervoer van goederen die zich onder een opschortende regeling inzake douane bevinden of onder de regeling btwentrepot...................................................... 356 3.2.6. Verrichten van douaneformaliteiten............................ 357 3.2.7. Makelaars en lasthebbers...................................... 358 3.2.8. Zee- en binnenschepen........................................ 359 3.2.9. Vliegtuigen................................................... 360 3.2.10. Ambassades.................................................. 361 3.2.11. Internationale instellingen en organisaties....................... 362 3.2.12. NAVO....................................................... 363 3.2.13. Monetair goud................................................ 364 3.2.14. Hulporganisaties.............................................. 365 3.2.15. Parels en edelstenen........................................... 366 4. HANDELINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 44 VAN HET WBTW....... 367 4.1. Vrijstellingen inzake gebouwen........................................ 369 4.1.1. Levering van gebouwen....................................... 369 4.1.2. Onroerende verhuur.......................................... 370 4.2. Vrijstellingen inzake financiële verrichtingen............................ 371 xviii
4.2.1. Verlening, bemiddeling en beheer van kredieten................. 371 4.2.2. Betalings- en ontvangstverrichtingen, bemiddeling daaronder begrepen..................................................... 372 4.3. Diverse vrijstellingen.................................................. 373 4.3.1. De leveringen, tegen de nominale waarde van postzegels......... 373 5. BUITENLANDSE ONDERNEMINGEN............................... 375 5.1. Buitenlandse ondernemingen die een aansprakelijke vertegenwoordiger hebben aangesteld................................................... 377 5.1.1. Standaardgeval............................................... 377 5.1.2. Directe facturering............................................ 378 5.2. Buitenlandse ondernemingen die beschikken over een rechtstreekse btw-identificatie..................................................... 379 5.2.1. Standaardgeval............................................... 379 5.3. Buitenlandse ondernemingen die in België over een vaste inrichting beschikken.......................................................... 380 5.3.1. Standaardgeval............................................... 380 5.4. Ontslag van btw-identificatie........................................... 381 5.4.1. Consignatiezendingen......................................... 381 6. ANDERE BIJZONDERE GEVALLEN.................................. 383 6.1. Leveringen die buiten België plaatsvinden............................... 385 6.2. Verkopen op afstand.................................................. 386 6.3. Creditnota s.......................................................... 387 6.4. Verloren gegane of vernietigde facturen................................. 388 6.5. Het verlaagd btw-tarief van 6 % voor werken in onroerende staat.......... 389 6.6. Self-billing........................................................... 390 6.7. Korting voor contante betaling......................................... 392 6.8. Voorgeschoten sommen............................................... 393 INKOMENDE FACTUREN EN STUKKEN................................ 395 1. Buitenlandse ondernemingen die geen aansprakelijke vertegenwoordiger hebben aangesteld......................................... 397 1.1. Artikel 5 van het KB nr. 31........................................ 397 2. Dienstverrichtingen waarvoor de afnemer schuldenaar is van de belgische btw........................................................ 399 2.1. Artikel 51, 2, 1 van het Wbtw Voorbeeld 1..................... 399 2.2. Artikel 51, 2, 1 van het Wbtw Voorbeeld 2..................... 400 xix
2.3. Driehoeksverkeer België is lidstaat 3............................. 401 3. Gelijkgestelde handelingen............................................ 403 3.1. Stuk voor onttrekking............................................ 403 3.2. Stuk voor gelijkgestelde dienst.................................... 404 BIBLIOGRAFIE.......................................................... 405 NUTTIGE WEBSITES.................................................... 407 BIJLAGE 1. ARREST GENIUS HOLDING................................ 409 BIJLAGE 2. DE FACTUUR EN DE BTW IN DE ANDERE LIDSTATEN VAN DE EUROPESE UNIE................................................ 413 TREFWOORDENREGISTER............................................. 521 xx