Deskundige Financiën. 4.2 Ondersteuning bieden bij het opmaken en opvolgen van budget, meerjarenplanning en jaarrekening

Vergelijkbare documenten
DESKUNDIGE OPENBARE WERKEN

Functiebeschrijving medewerker technische dienst: garage

Kandidatuurstellingen, vergezeld van CV en kopie diploma kunnen ingediend worden bij

Technisch onderzoeker woonwinkel Infofiche

Functiebeschrijving. Graadnaam administratief medewerker Sector Burger- en Welzijnszaken Funtienaam begeleidster BKO Dienst BKO

Aanwervingsprocedure. Arbeider groendienst niveau D INFORMATIEFOLDER

Functiebeschrijving medewerker groendienst

Functie- en competentieprofiel

FUNCTIEBESCHRIJVING BOEKHOUDER

FUNCTIEBESCHRIJVING JURIST

Functiebeschrijving TEAMVERANTWOORDELIJKE CULTUURCENTRUM A1a2a3a

FUNCTIEBESCHRIJVING : Deskundige Overheidsopdrachten 1 DOEL VAN DE FUNCTIE 2 RESULTAATGEBIEDEN 2.1 VOORBEREIDING 2.2 CONTROLE VAN GEGEVENS

COÖRDINATOR BESTUURSADMINISTRATIE & ONTHAAL

3. VERWERKEN VAN GEGEVENS EN BEHANDELING VAN DOSSIERS:

Administratief medewerker aanleg werfreserve (C1-C3)

Functiebeschrijving CLUSTERVERANTWOORDELIJKE NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B4-B5

Coördinator buitenschoolse kinderopvang

FUNCTIEBESCHRIJVING. Functietitel: Afdelingshoofd personen

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT B1-B3

Functiebeschrijving DESKUNDIGE TEWERKSTELLING EN SOCIALE ECONOMIE B1-B3

Functie- en competentieprofiel

Functiebeschrijving DESKUNDIGE NOODPLANNING B1-B3

Functiebeschrijving ADMINISTRATIEF MEDEWERKER C1-C3

Meer informatie kan je bekomen bij de personeelsdienst: 050/

Functiebeschrijving: Medewerker overheidsopdrachten

Functiebeschrijving Medewerker klantenadviserend. Graad: medewerker C1-C3

Functieprofiel leidinggevende

Aanwervingsprocedure. Klusjesman sportcentra niveau D INFORMATIEFOLDER

Functiebeschrijving administratief medewerker lokaal dienstencentrum

FUNCTIEOMSCHRIJVING : Financieel medewerker 1 DOEL VAN DE FUNCTIE 2 RESULTAATGEBIEDEN 2.1 VOORBEREIDING 2.2 UITVOERING

Functiebeschrijving: Onderhoudstechnieker (Elektricien) Voor ontvangst

Functiebeschrijving. Deskundige Personeel (B1-3) Kerntaken en takengebied

Functiebeschrijving MAATSCHAPPELIJK ASSISTENT NIET-VERPLICHTE HULPVERLENING B1-B3

Redder. testen van de kennis van EHBO (30 punten) en reddend zwemmen (20 punten)

Functiebeschrijving: Medewerker financiële cel PGO

Functiebeschrijving boekhouder

GEZINSONDERSTEUNEND WERK ONDERZOEK NAAR COMPETENTIES BIJ VRIJWILLIGERS EN PROFESSIONALS

Functie en competentieprofiel HULPKOK

FUNCTIEOMSCHRIJVING : Business Analist 1 DOEL VAN DE FUNCTIE 2 RESULTAATGEBIEDEN 2.1 VOORBEREIDING 2.2 UITVOERING

De eigen werkzaamheden inhoudelijk voorbereiden, plannen en praktisch organiseren teneinde er voor te zorgen dat deze efficiënt kunnen verlopen.

Projectleider IT-infrastructuur

Boekhouder-secretariaat

Functiebeschrijving teamverantwoordelijke Ruimtelijke en stedelijke ontwikkeling

///////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Evaluatieformulieren

LEIDING GEVEN. Functiefamilie: Niveau: Doel van de functiefamilie

Diensthoofd overheidsopdrachten. Dienst Administratieve en juridische zaken overheidsopdrachten

Functie- en competentieprofiel

Functiebeschrijving VERPLEEGKUNDIGE OPNAMEBELEID BV1-BV3 / C3-C4

FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIEL Deskundige planning

Algemene informatie. Kernresultaten. 1. Basisdienstverlening

Competentiemanagement bij de federale overheid

Ontwerp functiebeschrijving: Boekhouder

Functiebeschrijving:

Functiebeschrijving begeleider buitenschoolse kinderopvang

TECHNISCHE ASSISTENTIE MEDISCH ASSISTENT C. Functiefamilie: Niveau:

Functiebeschrijving: dossierbeheerder overheidsopdrachten

Toelatings- en aanwervingsvoorwaarden. Examenprogramma

Bijlage bij de VACANTVERKLARING

Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005

BIBLIOTHEEKMEDEWERKER

De Vlaamse Waterweg nv. Functiebeschrijving: medewerker boekhouding

Functiebeschrijving DESKUNDIGE KINDEREN EN JONGEREN B1-B3

Functiebeschrijving: planner binnenvaartbegeleiding

Doel van de functiefamilie Ondersteunt de controle bij opsporingswerken met een hond, waarbij de hond moet beschouwd worden als een werkinstrument..

FUNCTIEOMSCHRIJVING : Projectmedewerker Internationale Samenwerking

Salarischaal: D1 LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD LAGER SEC.OND. OF GELIJKGESTELD

De Vlaamse Waterweg nv. Functiebeschrijving: patrimoniumtoezichter

Analyseren, toetsen en interpreteren van dossiergegevens teneinde een gefundeerd voorstel van beslissing te kunnen formuleren.

Functiebeschrijving. Applicatiebeheerder. Graad B1-B3

Functiebeschrijving LOGISTIEK MEDEWERKER DIENSTENCENTRA E1-E3

Deeltijdse ICT-medewerker SASK

Ontwerp functiebeschrijving: Deskundige asset- en contractmanagement

Functiebeschrijving: Casemanager

FUNCTIEBESCHRIJVING Nr De technische beambte werkt onder de leiding van de deskundige, verantwoordelijk voor facilitymanagement.

Functiebeschrijving VERZORGENDE GEZINSZORG C1-C2 / D1-D3

Hoofdtechnieker cultuurcentrum en Bilzen Mysteries

Functie- en competentieprofiel

FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIEL Deskundige Communicatie

Functieprofiel leidinggevende lid van het MAT

FUNCTIE- EN COMPETENTIEPROFIEL Administratief medewerker

Functiebeschrijving PARAMEDICUS WOON EN LEEF BEGELEIDING BV1 BV3

Stafmedewerker financiën

Functie- en competentieprofiel

COMPETENTIECATALOGUS

Functie- en competentieprofiel

TECHNISCHE ASSISTENTIE CARTOGRAAF C. Functiefamilie: Niveau:

DESKUNDIG MEDEWERKER BOEKHOUDING FUNCTIEBESCHRIJVING & COMPETENTIEPROFIEL

CAPACITEITENPROFIEL : MEDEWERKER SCHOONMAAK

Functiebeschrijving coördinator UiT-balie

Functie: Deskundige Milieu/Ruimtelijke ordening

Functie- en competentieprofiel

Competentiemanagement bij de federale overheid

Klusjesman (M/V) Verrichten van groenonderhoud aan huis bij klanten die daar tijdelijk of blijvend zelf niet kunnen voor instaan.

FUNCTIEOMSCHRIJVING DESKUNDIGE BOEKHOUDING. 1. Functietitel. Deskundige boekhouding. 2. Doel van de functie

ADMINISTRATIEF MEDEWERKER

//////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

Deskundige Deskundige patrimonium Grondgebiedzaken Patrimonium en uitbestede werken B1-B3 GGZ4

Competentiewoordenboek niet-kaderleden

Functie- en competentieprofiel

Transcriptie:

Deskundige Financiën 1. Identificatiegegevens Functietitel Cluster Dienst Niveau Graad Deskundige Financiën Ondersteunende diensten- dienst financiën B B1-B3 2. Positionering in het organogram Rapporteert aan/ krijgt leiding van Geeft leiding aan/ Financieel directeur 3. Doel van de functie De deskundige financiën zorgt onder de leiding van de financieel directeur voor een tijdige en correcte verwerking van alle boekhoudstukken en uitgaande facturatie van gemeente en OCMW. Je ondersteunt de financieel directeur bij de opmaak van budgetten, jaarrekeningen en meerjarenplanningen. Je ondersteunt eveneens de aankoopdienst. Je staat in voor de coördinatie van diverse projecten/procedures die betrekking hebben op de dienst. 4. Resultaatgebieden 4.1 Mee instaan voor de boekhouding van de gemeente Dit omvat ondermeer volgende taken : o Verwerken rekeninguittreksels o Voorbereiden betalingen o Instaan voor het debiteurenbeheer 4.2 Ondersteuning bieden bij het opmaken en opvolgen van budget, meerjarenplanning en jaarrekening Dit omvat ondermeer volgende taken : o opstellen van het voorontwerp van de financiële nota van het meerjarenplan en de jaarlijkse o herziening ervan; o het opstellen van het voorontwerp van het jaarlijkse budget en van de budgetwijzigingen; aanbrengen van voorstellen naar optimalisatie in uitvoering m.b.t. middelen en kosten; o kostprijsberekeningen maken. o het uitvoeren van eindejaarsverrichtingen met het oog op het opstellen van de jaarrekening 1

4.3 Ondersteunen aankoopdienst bij procedures overheidsopdrachten Dit omvat ondermeer volgende taken : o Opvolgen wetgeving overheidsopdrachten o Opstellen bestekken Vergelijken van offertes o Voorbereiden dossier/beslissing voor het bevoegde beslissingsorgaan o Administratief afhandelen van het dossier 4.4 Coördineren van een project/product bijvoorbeeld budgethouderschap, provisieregeling exploitatie-uitgaven, regeling kassa-ontvangsten, digitalisering Dit omvat ondermeer volgende taken : o Inwinnen van informatie o Uitvoeren van onderzoek bvb op vlak van reglementering of detecteren van behoeften bij klanten o Opmaken van draaiboeken en initiëren en opvolgen van samenwerking met anderen o Uitvoeren van allerlei formaliteiten of procedures o Behouden van overzicht en bijsturen indien nodig 4.5. Instaan voor een optimale informatiedoorstroming en stimuleren van communicatie zodat medewerkers en verantwoordelijken goed geïnformeerd en betrokken zijn Dit omvat ondermeer volgende taken: o Organiseren van een werkoverleg naar aanleiding van een specifiek project of opdracht o Ervoor zorgen dat iedere medewerker over alle informatie beschikt die hij/zij nodig heeft om zijn/haar taken goed te kunnen uitvoeren o Rapporteren in verband met de uitvoering van de beleidsdoelstellingen, de voortgang van projecten, activiteiten,. o Verzorgen van een optimale top-down en bottom-up communicatie: rapporteren, aftoetsen van voorstellen 5. Kennis en vaardigheden - Grondige boekhoudkundige kennis - kennis wetgeving overheidsopdrachten - kennis van relevante informatica-toepassingen (oa excel) 6. Gedragscompetenties 1. Plannen en organiseren 2

Brengt structuur aan in tijd en ruimte, en stelt prioriteiten bij het aanpakken van taken en opdrachten zodat deze volgens een vooropgestelde planning gerealiseerd worden Gradatie 1: plannen en organiseren van eigen werk Werkt taken tijdig en correct af Maakt gebruik van hulpmiddelen bij het inplannen van taken (checklist, takenlijsten, elektronische agenda, ) Pakt eerst de belangrijkste of dringendste taken aan Houdt rekening met de nodige uitvoeringstijd Geeft tijdig aan wanneer de planning niet gehaald wordt Doseert goed tijd en energie over de diverse opdrachten Gradatie 2: plannen en organiseren van werk van anderen Brengt structuur in eigen werk en dat van anderen Plant eigen werk en dat van anderen effectief Coördineert acties, tijd en middelen Geeft duidelijk de prioriteiten aan Splitst een opdracht op in deeltaken en werkt stapsgewijs Benut de middelen (mensen, materiaal, ) zo optimaal mogelijk Gradatie 3: plannen en organiseren van overkoepelende projecten en processen Plant continu activiteiten, met veel en complexe variabelen Legt acties en werkwijzen vast in procedures Anticipeert op eigen werk en op dat van anderen Besteedt aandacht aan een lange termijn planning Bepaalt de procedures en werkmethodes die zullen worden gevolgd 2. Voortgangscontrole De voortgang van processen en taken opvolgen in de tijd. Gradatie 1: voortgangscontrole van eigen werk Controleert eigen werk Rapporteert spontaan over de voortgang van zijn werk Gaat regelmatig na welke zaken tegen wanneer moeten klaar zijn Volgt afspraken op het afgesproken moment op Werkt onder tijdsdruk alles tijdig en correct af Gradatie 2: voortgangscontrole van eigen en andermans werk 3

Stelt prioriteiten voor zichzelf Controleert op regelmatige basis de voortgang en resultaten van een werkproces Bouwt momenten van werkoverleg en rapportering in Wijst medewerkers (collega s, leveranciers, ) op hun planning of afspraken Anticipeert op mogelijke storingen in de voortgang Houdt bij het verdelen van opdrachten rekening met de nodige tijd, mensen en middelen 3. Analytisch denken Ontleedt een (complexe) situatie of probleem systematisch en gaat op een efficiënte wijze op zoek naar aanvullende, relevante informatie. Dit omvat: het signaleren van problemen; het herkennen van belangrijke informatie; het leggen van verbanden tussen gegevens; het opsporen van mogelijke oorzaken van problemen en het zoeken naar ter zake doende gegevens. Gradatie 1: komt tot de essentie van een probleem/vraag Begrijpt (complexere) situaties door systematische opdeling in kleinere onderdelen Maakt duidelijk onderscheid tussen hoofd- en bijzaken Omschrijft duidelijk de kern van het probleem Houdt rekening met alle relevante, gedetailleerde informatie Gaat systematisch te werk in het analyseren van een probleem/vraag Stelt vragen om meer inzicht te verwerven. Verzamelt informatie over achtergronden, context Toetst informatie op betrouwbaarheid en objectiviteit Gradatie 2: ziet verbanden en oorzaken en brengt het geheel inzichtelijk samen Onderzoekt stap voor stap gevolgen en oorzaken van situaties Bepaalt prioriteiten op een rationele wijze Benadert een probleem vanuit verschillende gezichtspunten Benoemt de oorzaken van problemen die zich voordoen Legt verbanden tussen verschillende soorten informatie Legt verbanden tussen deelproblematieken, verschillende situaties Detecteert onderliggende problemen Gradatie 3: maakt grondige analyses van complexe dossiers Herkent vergelijkbare situaties en kan verbanden leggen Analyseert complexe problemen en herformuleert deze naar bruikbare, praktische vragen 4

Houdt bij zijn analyse rekening met verschillende aanknopingspunten Legt verbanden tussen verschillende soorten informatie, bronnen en situaties Formuleert vragen, hypothesen die nodig zijn om vanuit een veelheid van gegevens tot de kern van de zaak te kunnen dringen Ziet trends en patronen in op het eerste gezicht niet-gerelateerde feiten Is kritisch in de evaluatie van de verkregen informatie 4. Organisatiebewustzijn Begrijpt de informele structuren, de machtsrelaties binnen de organisatie en speelt er op een adequate manier op in. Weet invloeden en gevolgen van eigen beslissingen of acties op andere onderdelen van de organisatie te onderkennen. Is in staat om het effect in te schatten van nieuwe gebeurtenissen. Gradatie 1: toetst voorstellen/beslissingen binnen eigen entiteit af Kan het effect van bepaalde gebeurtenissen goed inschatten Neemt geen beslissing zonder het effect op andere delen van de eigen entiteit te hebben ingeschat Onderkent de invloed en gevolgen van eigen beslissingen op andere diensten binnen de eigen entiteit Gradatie 2: houdt rekening met de belangen van andere entiteiten binnen de organisatie Maakt gebruik van expertise in andere entiteiten Schakelt een andere entiteit in bij het oplossen van problemen Betrekt andere entiteiten binnen de organisatie in overleg en besluitvorming Houdt rekening met de belangen van andere bedrijven binnen de organisatie Houdt rekening met gevoeligheden, beperkingen, mogelijkheden van verschillende entiteiten Creëert een draagvlak voor voorstellen door het delen van informatie 5. Teamwerk en samenwerking Toont een echte intentie tot constructief samenwerken met anderen. Wil deel uitmaken van een team en anderen erbij betrekken. Stelt samenwerking boven competitiviteit Gradatie 1: werkt constructief mee in het team Wil deel uitmaken van het team en werkt actief mee Spreekt op een positieve wijze over anderen, houdt roddels tegen 5

Erkent de positieve resultaten van anderen Aanvaardt groepsbeslissingen Toont respect voor de verscheidenheid in mensen Leeft gemaakte afspraken na Geeft correcte informatie door Is vriendelijk, loyaal, respectvol in de dagelijkse omgang met collega s Komt op tijd voor vergaderingen Verwittigt tijdig als hij een afspraak niet kan bijwonen/nakomen Gradatie 2: bevordert en onderhoudt de samenwerking Maakt problemen en conflicten openlijk bespreekbaar Informeert anderen, houdt de collega s op de hoogte en deelt alle informatie mee Neemt acties tot constructieve samenwerking met anderen. Vraagt naar visie en ideeën van anderen om te komen tot gezamenlijke besluiten, plannen Stemt de eigen inbreng af op de noden van de groep Zorgt ervoor dat collega s worden ingelicht Betrekt anderen bij de besluitvorming Bespreekt meningsverschillen met anderen op een diplomatische, respectvolle manier 6. Kwaliteit en nauwgezetheid Bereidt een taak nauwkeurig voor, voert ze uit, werkt ze af, volgt ze op en stuurt ze bij waar nodig. Gradatie 1: werkt ordelijk en zorgvuldig Voert de gemaakte afspraken en de opgelegde taken uit Verzorgt een taak tot in de kleinste details Levert verzorgd werk af Onderhoudt en draagt zorg voor de materialen en gereedschappen volgens de voorschriften Houdt de eigen werkruimte net en opgeruimd Kent de geldende kwaliteitsnormen en past deze toe Blijft geconcentreerd bij routinematige taken Houdt documenten die samen tot één dossier behoren op een overzichtelijke wijze bijeen Zorgt ervoor dat dossiers op een afgesproken plaats liggen Meldt defecten aan materialen of gereedschappen onmiddellijk Gradatie 2: levert correct en kwalitatief werk af 6

Controleert het eigen werk op fouten en onnauwkeurigheden Streeft naar duidelijke afspraken en taakomschrijvingen Neemt acties om orde, structuur, kwaliteit te behouden Levert onder druk kwaliteitsvol werk af Levert overzichtelijke berekeningen en/of gegevens af zodat nazicht mogelijk is Zoekt naar mogelijkheden om de nauwkeurigheid van het werk te verbeteren Combineert kwantiteit met kwaliteit Gradatie 3: bouwt kwaliteit in in eigen processen en/of die van de entiteit Controleert of laat het werk van anderen controleren op fouten en onnauwkeurigheden Kent de geldende kwaliteitsnormen en werkt aan processen en systemen om de kwaliteit van data en informatie te optimaliseren Stuurt resultaten bij die niet aan de vereiste normen voldoen Werkt aan processen en systemen om de kwaliteit van data en info te optimaliseren Houdt klantbevragingen met het oog op het verbeteren van kwaliteit Zorgt voor een leereffect bij de medewerkers bij het aanbrengen van een verbetering 7 Leerbereidheid Wenst steeds meer informatie te bekomen met als doel bij te leren en mee te groeien met de veranderingen. Gradatie 1: toont zich leerbereid met betrekking tot de eigen functie Kan nieuwe informatie en ideeën in zich opnemen en effectief toepassen Wenst meer te weten over de dingen, over mensen en zaken en zoekt informatie Is nieuwsgierig en informeert zich Toont interesse in nieuwe technieken en ontwikkelingen op de werkvloer Staat open voor feedback (positief en negatief) over het eigen functioneren Vraagt om uitleg en verduidelijking aan de rechtstreeks leidinggevende, collega s, klant, burger Gradatie 2: neemt actie om zich te ontwikkelen binnen de eigen functie Doet actieve inspanningen om meer informatie te kunnen bekomen om optimaal de opdracht te vervullen Vraagt naar feedback over de eigen prestaties en trekt hieruit conclusies 7

Zoekt actief naar leerkansen en mogelijkheden om kennis en vaardigheden te verbeteren en te ontwikkelen Graaft naar exacte informatie, feiten en cijfers Volgt voorgestelde ontwikkelingstrajecten 8. Loyauteit Voelt zich verbonden met, komt op voor en verdedigt de organisatiebelangen bij anderen. Hierbij wordt het gedrag afgestemd op de noden, prioriteiten en objectieven van de organisatie. Gradatie 1: is loyaal ten opzichte van en identificeert zich met de organisatie Is steeds bereid en gemotiveerd om zich in te zetten voor de organisatie Toont bereidheid om collega s te helpen doelen te bereiken Zal in gesprekken binnen en buiten de organisatie de belangen van de organisatie op een positieve wijze verdedigen Staat achter beslissingen die voor de entiteit nuttig zijn, zelfs als die minder populair zijn Toont interesse voor de hele organisatie Reageert correct en loyaal wanneer buitenstaanders kritiek uiten op de organisatie Draagt een positief imago uit van de organisatie Drukt zich uit in termen van wij en ons en niet in termen van de organisatie of zij 9 Integriteit Handelen vanuit de codes van algemeen aanvaarde sociale en ethische normen, zoals betrouwbaarheid, zorgvuldigheid, objectiviteit, gelijke behandeling, correctheid en transparantie. Gradatie 1: handelt correct en respecteert de regels Handelt correct en respectvol ten aanzien van zijn/haar omgeving en van de bestaande regels en afspraken Doet wat hij zegt, komt beloften en afspraken na Kan het onderscheid maken tussen vertrouwelijke en niet vertrouwelijke informatie Zal informatie van burgers en collega s vertrouwelijk behandelen Leeft de deontologische code van de organisatie na Respecteert de afgesproken werktijden Behandelt vertrouwelijke informatie op een correcte manier Respecteert de werkmiddelen van de organisatie Gradatie 2: waakt over de naleving van afspraken, regels en ethiek en stuurt bij waar nodig 8

Zal vertrouwelijke randinformatie - zoals uitspraken tijdens vergaderingen - vertrouwelijk behandelen Brengt sociale en ethische normen in de praktijk Neemt de verantwoordelijkheid op voor het eigen handelen (past geen paraplupolitiek toe) Spreekt anderen erop aan wanneer hun handelen niet conform is met de afspraken Kan zelf inschatten of informatie al dan niet verder kan of mag verspreid worden Blijft integer handelen in situaties van grote externe druk van anderen Wijst anderen op hun verantwoordelijkheid op het gebied van normen, regels en afspraken 10. Resultaatgerichtheid Is actief gericht op het behalen van resultaten en doelstellingen; is bereid om in te grijpen bij tegenvallende resultaten. Gradatie 1: probeert steeds resultaten te halen in zijn werk Formuleert concrete en meetbare doelstellingen Wil goed werk afleveren Geeft aan de hand van concrete acties aan hoe de eigen opdrachten zullen uitgevoerd worden Evalueert regelmatig of de opdrachten op tijd kunnen afgewerkt worden en onderneemt acties als er bijsturingen noodzakelijk zijn Kan inschatten welke opdrachten dringend en belangrijk zijn Gradatie 2: weet waar hij naar toe wil; grijpt in bij tegenvallende resultaten Tracht de werkmethoden te verbeteren en onderneemt hiertoe de nodige acties Formuleert uitdagende doestellingen Organiseert zich zo dat hij overzicht over de situatie bewaart Voorziet de benodigde middelen, budgetten en personeel om de doelstellingen te bereiken Houdt bij het plannen van werkzaamheden rekening met deadlines en geeft op een duidelijke manier aan wat de prioriteiten zijn Maakt afspraken met de medewerkers om de gestelde doelstellingen te bereiken Communiceert op regelmatige basis over de stand van zaken aan zijn medewerkers en zijn rechtstreeks leidinggevende Neemt berekende risico s in het verbeteren en in het uitproberen van iets nieuws Geeft bij tegenslag niet op en gaat op zoek naar alternatieven 9

10