Om te weten of het je hart is dat spreekt, of dat dit een gevoel is, dat is ontstaan vanuit je (negatieve) gedachten, is het handig het volgende te beseffen. Wat je voelt, hangt samen met wat je denkt en de mate waarin je zelf vindt dat deze gedachte waar is. Dit laatste is belangrijk. Je moet zelf ervan overtuigd zijn dat een gedachte waar is; als dit niet zo is, verliest zij haar invloed. Over een en dezelfde gebeurtenis, kun je verschillende gedachten hebben. Deze gedachten, bepalen in grote mate jouw gevoel en je gedrag. Negatieve gedachten, waardoor je een vervelend gevoel krijgt, bevatten eigenlijk altijd denkfouten. Ze lijken in jouw ogen misschien wel heel terecht en waar, in wezen zijn ze gewoonweg fout en niet waar. De enige manier om een negatieve gedachte te veranderen is deze op te sporen en aan te tonen dat ze niet waar is. Voordat je overgaat tot het veranderen van negatieve gedachten is het handig en praktisch om te weten welke fouten er in de kritiek van jouw interne criticus kunnen zitten. Hij gebruikt namelijk denkfouten als gereedschap om je overstuur te maken. Hij zit vol met vooroordelen en trekt zich van de waarheid niet zo veel aan ;). Opdracht: - A) Lees de denkfouten door, en kijk alvast welke je mogelijk herkent bij jezelf - B) Vul de twee kolommen in aan het einde.
A) Denkfouten De volgende denkfouten kunnen je helpen bij het herkennen van de denkfouten in wat de interne criticus tegen je zegt: 1. Zwart-witdenken Dit verwijst naar de neiging om al je gedrag en ervaringen in extreme alles of niets -categorieën te zien. Het vormt de basis voor perfectionisme. Het perfectionisme of zwart-witdenken veroorzaakt de angst voor fouten of niet perfect zijn, omdat je jezelf dan ziet als een complete mislukkeling. Je voelt je waardeloos. Je vergeet dan dat niemand perfect is. Deze manier van denken is onrealistisch, omdat het leven zelden zwart of wit is. Niemand is compleet briljant of totaal stom. Niemand is helemaal aantrekkelijk of totaal lelijk. Als je een fout maakt heb je niet alles fout gedaan. Als je zwart-wit denkt, zul je niet aan je eigen overdreven verwachtingen kunnen voldoen. En dat is slecht voor je zelfwaardering. De volgende gedachten zijn typisch zwart-wit: Als ik niet grappig doe, ben ik saai ; Als ik dat bericht niet op facebook zet, hoor ik er niet meer bij ; Als ik een fout maak, ben ik stom. Zoals je ziet, kun je zwart-witgedachten herkennen aan de als-dan - bewering: Als ik niet wit ben, dan ben ik zwart. 2. Etiket plakken Met een etiket creëert je interne criticus een compleet negatief zelfbeeld, gebaseerd op uiterlijke kenmerken, prestaties, intelligentie, relaties, enzovoort. Deze denkfout lijkt veel op zwart-witdenken. De interne criticus maakt hier echter gebruik van etiketten. De kans is groot dat je deze fout maakt wanneer je jezelf beschrijft met zinnen die beginnen met: Ik ben een.. Er zijn veel negatieve etiketten die de interne criticus gebruikt: ik ben dom, ben lelijk, ik ben saai, ik ben waardeloos. 2
Het gevolg is dat je je erg minderwaardig en ongelukkig gaat voelen als je hierin gelooft. Maar bedenk dit: een woord is niet in staat je ontelbare eigenschappen weer te geven. Jezelf een etiket opplakken, is niet alleen jezelf naar beneden halen, het is ook niet gebaseerd op de werkelijkheid. Je kunt je zelf niet gelijkstellen met wat je doet of aan een eigenschap die je bezit. Je leven is een complex en altijd veranderende stroom van gedachten, gevoelens en gedragingen. 3. Overdrijven Als je iets overkomt, trek je de foute conclusie dat het weer zal gebeuren. Je bekijkt een enkele negatieve gebeurtenis, zoals een afwijzing van je geliefde of een achteruitgang in carrière, als een nooit eindigend patroon van mislukken door de woorden altijd en nooit te gebruiken als je aan die gebeurtenis denkt. Dit is een denkfout omdat een vervelende opmerking niet betekent dat je altijd afgewezen zult worden door iedereen. Het betekent zelfs niet dat je door die ene persoon wordt afgewezen. Door deze denkfout maak je een algemeen geldende regel naar aanleiding van 1 gebeurtenis. Je kunt deze denkfout leren herkennen omdat de interne criticus hierbij de volgende woorden vaak gebruikt: nooit, altijd, alles niets, iedereen, niemand. 4. Mentaal filteren Dit is de neiging neutrale of positieve ervaringen om te zetten in negatieve ervaringen. Je filtert de ervaringen door alleen op bepaalde gebeurtenissen te letten. Door dit filter ben je blind voor de positieve ervaringen die je zelfwaardering zouden kunnen doen toenemen. Als iemand je bijvoorbeeld een compliment geeft, zegt de interne criticus: Hij probeert aardig tegen je te doen, maar hij meent het niet echt. Hiermee diskwalificeer je in een klap het compliment. Je zet ook de ander buitenspel, omdat je dan datgene wat hij zegt niet serieus neemt. 3
5. Gedachtelezen Dit is een denkfout die ervan uitgaat dat iedereen op deze wereld hetzelfde is als jij. Je denkt dat iedereen zich voelt zoals jij je voelt. Je denkt dat omdat jij op jezelf neerkijkt, anderen dat ook zullen doen. Je gaat ervan uit dat mensen op je neerkijken. Je bent hier zo van overtuigd dat je niet op het idee komt om deze overtuiging te checken. Stel dat je in de bus zit en twee vrouwen zitten met elkaar te praten en te lachen om je, ze vinden je raar. Je interne criticus kan dan zeggen: Zie je wel, ze lachen om je, ze vinden je raar. Door deze interne kritiek daalt jouw zelfwaardering. Je voelt je somber worden en gaat contacten vermijden. Ook is de kans groot dat je boos wordt en mensen gaat afsnauwen. Dit kan de negatieve reactie oproepen waar je zo bang voor was, namelijk afwijzing. Op deze manier zorg je ervoor dat je eigen negatieve gedachten uitkomen. 6. Toekomst voorspellen Je gaat ervan uit dat er iets slechts staat te gebeuren, en je neemt deze voorspelling aan als een feit. Stel dat je een klant belt voor een gratis kennismakings-sessie. De interne criticus zegt: Je kunt beter niet bellen, straks vinden ze je te hebberig en lastig, en zullen ze je zeker afwijzen. Terwijl de klant het fijn vindt om je te spreken, je advies te krijgen en dankzij jouw coaching nieuwe stappen straks te kunnen zetten. Of stel dat je op bezoek gaat bij een kennis. De interne criticus kan zeggen: Hij zal je zeker niet aardig vinden. Hij zal je te saai vinden. Dit roept bij jou dan zoveel angst en spanning op dat het contact inderdaad even stroef verloopt als waar je bang voor was. Hiervan zou je dan weer kunnen denken dat hij je inderdaad te saai vindt. 7. Emotioneel redeneren Hierbij neem je je gevoelens als bewijs voor wat je denkt. Je maakt deze fout als je denkt: Ik voel me schuldig, dus heb ik iets verkeerd gedaan, of 4
Ik voel me hopeloos, dus zijn mijn problemen niet op te lossen, of Ik voel me minderwaardig, dus ik ben het ook. Je denkt het hopeloos is, hierdoor voel je je hopeloos, en voer je dit gevoel aan als bewijs voor wat je denkt. Als je (negatieve) gedachten fouten bevatten, hebben je (negatieve) gevoelens geen bewijskracht. Je intuïtie daarentegen kan veel positiever aanvoelen, is meer een flits, een beeld, een woord, en niet het gevoel dat je je hopeloos of schuldig voelt. Die flits kan een kosmische waarheid bevatten, maar dat schuldige gevoel is absoluut niet waar. Heel vaak zijn dit oude gevoelens die doorgegeven zijn in de familielijn, en naar jou toe zijn gekomen via de baarmoeder. Maar ook oude situaties uit oude levens die je nog niet hebt afgehecht, en die liefde nodig hebben. 8. Zou moeten -denken Je probeert jezelf te motiveren met: ik zou moeten en ik moet. In plaats van motivatie bereik je juist het tegenovergestelde: weerstand. Wij mensen vinden het altijd vervelend dingen te doen die we moeten. Iedere keer als we tegen onszelf zeggen dat we iets moeten, komen we automatisch in opstand. Dit zorgt ervoor dat we dingen die moeten maar moeizaam, en vaak niet, kunnen volbrengen. We voelen ons dan schuldig wanneer we niet aan de eisen voldoen. Dit heet de zou moeten -benadering van het leven. 9. Zelfverwijt Je betrekt alle negatieve gebeurtenissen uitsluitend op jezelf, terwijl daar vaak geen aanleiding voor is. Je trekt de foute conclusie dat een gebeurtenis alleen jouw schuld is of door jouw tekortkomingen veroorzaakt is. Als jouw kind met een slecht rapport thuiskomt, en er zit een briefje van de lerares bij dat het kind niet goed werkt, kun je gaan denken: Ik moet een slechte ouder zijn, dit bewijst hoe ik gefaald heb. Hier haal je twee zaken door elkaar, namelijk: invloed hebben en bepalen van. In je rol als ouder, leraar, therapeut, coach, verkoper of in welke rol dan ook, heb je zeker invloed op mensen, maar niemand zal verwachten dat je het gedrag van mensen kunt controleren en bepalen. Wat de ander doet, is nooit uitsluitend jouw verantwoordelijkheid. 5
B) De Twee-Kolommen-Techniek Met de lijst van de denkfouten kun je aantonen dat jouw gedachten over wat je waardeloos maakt, niet kunnen kloppen met de realiteit. Je praat tegen de negatieve zelfkritiek in, en toont aan dat deze niet terecht is. Hoe doe je dat? 3 stappen: 1. Train jezelf in het herkennen en opschrijven van wat de interne criticus tegen je zegt. 2. Leer waarom deze gedachten fout zijn met behulp van de lijst van denkfouten. 3. Oefen jezelf in het bedenken van positieve/redelijke gedachten. Stap 1: Neem een vel papier, en verdeel dit in twee kolommen door het dubbel te vouwen. Noem de linkerkolom gedachten + denkfouten en noem de rechterkolom positieve/redelijke gedachten. Met een positieve/redelijke gedachten wordt bedoeld een gedacht die positief gesteld is en geen denkfouten bevat. Schrijf in de linkerkolom alle negatieve gedachten over jezelf, wanneer je je waardeloos voelt, en op jezelf neerkijkt. Stap 2: De tweede stap is het herkennen van de denkfouten in de gedachten die in de eerste kolom staan. Kijk maar eens welke je kunt herkennen. Stap 3: Bij de derde en laatste stap, vul je de positieve/redelijke gedachte in. De bedoeling is niet dat je jezelf alleen maar probeert op te monteren met positieve uitspraken waar je toch niet in gelooft, want dat helpt niet. Het 6
gaat erom dat je meer realistisch gaat denken. Pas als je zelf kunt geloven in redelijke gedachten, en dat kan alleen goed als je weet dat ze overeenstemmen met de realiteit, zal het je helpen je zelfkritiek te verminderen. Noteer bij je redelijke gedachte, wat er fout was aan de negatieve gedachte. Kijk maar eens hoe dat is bij jou. Voorbeeld: Negatieve gedachte => Ze zal me wel dik vinden! Denkfout => Gedachtelezen Redelijke gedachte => Ik weet echt niet wat ze denkt, omdat ik geen gedachten kan lezen. Waarom zou ik dan uitgaan van iets wat ik niet weet? Ik ben met mijn uiterlijk bezig, ik weet niet waar zij aan denkt. Heel veel succes! Pak gewoon een A4tje erbij, de negatieve gedachten die je de laatste tijd hebt gehad, en kijk maar eens welke denkfout van toepassing is. En vooral: welke positieve/redelijke gedachte kun je hier neerzetten? Het gaat allemaal over herkennen. En het er laten zijn. Elke negatieve gedachte is een signaal van iets in jou dat gezien wil worden, erkenning en liefde nodig heeft. Zeg tegen die gedachte in jezelf: Het is oké, dank je wel voor het aangeven. Het is nu niet langer van toepassing, omdat het inmiddels niet meer nodig is. Ik kies nu voor de redelijke gedachte, omdat deze me veel minder belemmert. En stuur dan liefde naar de oude gedachte. Het is tijd voor een nieuwe frisse wind in je hoofd, die ervoor zorgt, dat je veel makkelijker naar je gevoel kunt gaan en in gesprek kunt gaan met je DreamTeam! Uit: Denk Je Sterk, van Fred Sterk en Sjoerd Swaen. 7