ONDERWERP Beheer en onderhoud stedelijk water

Vergelijkbare documenten
ONDERWERP Overdracht beheer en onderhoud stedelijk water (beleidsharmonisatie)

Bijlage 2 bij agendapunt beheer en onderhoud stedelijk water Algemeen bestuursvergadering Waterschap Drents Overijsselse Delta d.d.

Bijlage 3 bij agendapunt beheer en onderhoud stedelijk water Algemeen bestuursvergadering Waterschap Drents Overijsselse Delta d.d.

ALGEMENE VERGADERING. Relevante kaders - Waterwet - Verordening voor de Fysieke Leefomgeving Flevoland (VFL) Lelystad, 21 maart 2013

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

M E M O. Reg.nr.: Aan: Commissie BOD, 12 september Cc: Stand van zaken vaarweg- en nautisch beheer. Datum: 21 augustus 2012

ALGEMENE VERGADERING. 29 september 2011 Planvorming Waterbeheer

Memo. Meppel/Zwolle. Datum: 25 september 2015 Bestemd voor: MT Gerard Verstoep Onderwerp: Vergoeding verwerking maaisel en bagger

PUNT NR. 9 VAN DE AGENDA VAN DE VERGADERING VAN HET ALGEMEEN BESTUUR D.D. 19 december 2013.

Raadsvergadering : 20 juni 2011 Agendanr. 13

ONTWERP-RAADSVOORSTEL VAN BenW AAN DE RAAD VOOR 28mei

Aan de gemeenteraad Gemeente Steenwijkerland Vendelweg XE Steenwijk Steenwijk, Nummer voorstel: 2017/5

Voorstel voor de Raad

AGENDAPUNT 3.2. ONTWERP. Onderwerp: wijziging Richtlijnen Overname Afvalwater Nummer:

AGENDAPUNT 3.3 ONTWERP. Onderwerp: Ontwerp begroting 2015 Nummer: Voorstel

FAZ: Ja Opdrachtgever: Klaas de Veen

Plan van aanpak aanvulling Regionale bedrijventerreinenstrategie Holland Rijnland in verband met aansluiting gemeenten in de Rijnstreek

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 9 05/879 Concern Afd: B&F Steller: Oosterhoff (685554)

Provinciale Staten van Noord-Holland. Voordracht 64

Waterschap Vallei en Veluwe Meerjarenperspectief

INGEKOMENN STUK. Aan algemeen bestuur 23 april Voorstel aan ab Kennisnemen van

RAADSVOORSTEL. Wijk- en Stadsbeheer. 22 december november Voorbereidingskrediet Integraal Kindcentrum West Onderwijs

: Nieuw belastingstelsel

Behandelend ambtenaar Thijs Klompmaker, (t.a.v. Thijs Klompmaker)

AGENDAPUNT 8 ONTWERP. Onderwerp: Grootonderhoudsplan Oevers 2013 tot 2018 Nummer: Voorstel

Raadsvoorstel. 1. Samenvatting. Agenda nr. 6

AGENDAPUNT 3.2 ONTWERP. Onderwerp: GOP Zuiveringstechnische werken Nummer: v9. Voorstel

Adviesnota raad. Vaststellen zienswijzen over de begrotingen 2020 van vier gemeenschappelijke regelingen

Resultaat inventarisatie en plan van aanpak wegwerken achterstanden baggeren.

Bestuur. Onderwerp: Begroting 2019 en MJR Het Bestuur besluit. Vergadering d.d Agendapunt 5

ALGEMENE VERGADERING. 7 juli 2011 Strategie en Ontwikkeling

Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen

Datum: Informerend. Datum: Adviserend. 15 februari 10 mei 6 juli 2017

BPP: Nee FAZ: Nee VVSW: Ja Opdrachtgever: Jan van der Laan

Probleemstelling : Op korte termijn moet gestart worden met Werkprogramma 2020.

1. Het Investeringsplan complex buitengewoon onderhoud regionale keringen ter

Plan van aanpak transitie buitendienst

In de organisatieverordening is met betrekking tot overschrijding van de netto kosten in de begroting het volgende opgenomen:

RAADSVOORSTEL Agendanummer 9.2

Voorstel aan college van Burgemeester en Wethouders

FAZ: Ja Opdrachtgever: Klaas de Veen

Raadsvoorstel. Onderwerp Vaststellen vervolgtraject project herinrichting Loswal fase 1

Gemeente Langedijk. Voorstel aan de raad

FAZ: ja AB: Ja Opdrachtgever: Jelmer Kooistra

Raadsvoorstel. Agendanummer: Datum raadsvergadering: Onderwerp: Begraafcapaciteit begraafplaatsen. Gevraagde Beslissing:

Y.M.E. Boesten / februari 2017

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

De raad van de gemeente Tholen. Tholen, 6 mei 2015

HAMERSTUK. Beslispunt 1 is aangepast in die zin dat in te stemmen met gewijzigd is in kennis te nemen van.

Onderwerp : Upgrade brandweerkazernes Usquert en Uithuizermeeden; Voorbereiding brandweerzorg Eemshaven

Als bijlage bij dit voorstel is het communicatieplan voor de vier projecten bijgevoegd (bijlage 6).

Onderwerp: Integraal Huisvestingsplan Voortgezet Onderwijs en Voortgezet Speciaal Onderwijs

1 Samenwerkingsovereenkomst Rotterdamse afvalwaterketen. Samenwerking in de Rotterdamse afvalwaterketen

ALGEMENE VERGADERING. Stuw Voorstertocht De stuw is conform planning en binnen het beschikbaar gestelde krediet vervangen. Dit onderdeel is afgerond.

Sector/stafafdeling: Ter behandeling in de vergadering van: de commissie Samenleving d.d. 3 april 2019 de Raad d.d. 26 maart 2019

In te stemmen met bijgevoegde RIB en deze door te sturen naar de gemeenteraad.

De kaderstellende rol van de raad bij complexe projecten

In D&H: Steller: E. Lodder BMZ Telefoonnummer: 5881 SKK Afdeling: Management ondersteuning In AB: Portefeuillehouder: Kromwijk

ALGEMENE VERGADERING. 26 februari 2013 SSO. 25 januari 2013 R.J.E. Peeters. Opstelling waterschappen t.a.v. GLB en POP3. Schelwald, A.J.M..

Vervolg en gebiedsproces WBP 5

Commissie Bestuur, Middelen & Waterketen. Commissie Water & Wegen. 7 februari Datum vergadering CHI. 21 februari 2018

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

Beheer- en onderhoudsplan Vledders en Leijerhooilanden

Voordracht van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten van Groningen over de wijziging van het Waterschapsreglement van het Wetterskip Fryslân.

algemeen bestuur (financiële producten) Beraadslagen en besluiten Nee

Concept Startnotitie gedeelde verantwoordelijkheid tennis en voetbal

College van Burgemeester en wethouders gemeente Tynaarlo

Collegeonderzoek Beheerplannen Openbare Ruimte

Vergaderdatum 21 september 2016 Voortzetting overdracht stedelijk water Agendapunt. Watersysteembeheer: R. Broeze

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

Raadsvoorstel: Onderwerp: Verordening maatschappelijke ondersteuning Gorinchem 2016

Y.M.E. Boesten / februari 2017

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

Nota Veegplannen 2014 gemeente Valkenswaard

Aan de Raad. Made, 20 mei Ontwerp begroting GROGZ 2009

REGIONALE BESTUURSOVEREENKOMST STEDELIJK WATER FLEVOLAND

- Het uitvoeringskrediet van dit project "stuw bedrijventerrein Ruyven (projectnummer

Bestuur van de Unie van Waterschappen Posbus AE Den Haag. Leiden, 24 februari 2011.

besproken en goedgekeurd d.d. voorzitter secretaris

VERGADERDATUM STUKDATUM AFDELING NAAM STELLER EIGENAAR. 10 juli juni 2019 Planning & Audit Leon Bramer Maarten van Helden

: Voorstel inzake kaderstellende discussie Zorgloket

Aantal bijlagen: 1 Agendapunt: 11

Burgemeester en Wethouders 9 maart Steller Documentnummer Afdeling. R. van Wijk 15I Samenleving

RAADSVOORSTEL Agendanummer 8.1. Onderwerp: Jaarstukken, ontvlechting en liquidatie Welstandszorg Noord- Brabant (WzNB) Mooi Brabant

VOORSTEL AB AGENDAPUNT :

agendapunt 3.b.1 Aan College van Dijkgraaf en Hoogheemraden INVESTERINGSPLAN EN UITVOERINGSKREDIET BUITENGEWOON ONDERHOUD GROENE KADES 2015

Overeenkomst overdracht stedelijk water van de gemeente Lingewaal aan Waterschap Rivierenland

Programma : (2) Openbare Orde en Veiligheid en (6) Welzijn Portefeuillehouder : E.J. ter Keurs, D.A. Fokkema

Raadsvoorstel: Nummer: Onderwerp: Nota Grondbeleid Gorinchem

G e m e e n t e S l u i s

Voorstel 1. Kennis nemen van de aanpak van de WBP-monitor Kennis nemen van de voorlopige lijst van effect- en prestatieindicatoren

Waterschap. Vallei en Veluwe. Meerjarenperspectief

Gevraagd besluit Verenigde Vergadering Kennis te nemen van de concept Gemeenschappelijke Regeling laboratoriumdiensten.

Checklist. Informatievoorziening. Grote Projecten

Ingekomen Datum : Portefeuillehouder : Wethouder Blommers Zaaknummer: Z-3893-WO. regnr.: 373\3 Vertrouwelijk : Nee BABS nummer: In raad dd :

Raadsvoorstel. 3. Inleiding

Aan de raad AGENDAPUNT NR. 6. Doetinchem, 13 december 2017 ALDUS VASTGESTELD 21 DECEMBER Doorontwikkeling regionale samenwerking Achterhoek

Edith van Dijk 3427

Aan. V. Doorn. Portefeuillehouder

Collegevoorstel. Zaaknummer Onderwerp Implementatieplan en inkoop schuldhulp 2017

Transcriptie:

VOORSTEL AB CATEGORIE: Bespreekstuk DATUM DB VERGADERING : 27 november/4 december DATUM AB VERGADERING : 18 december 2018 PORTEFEUILLEHOUDER : H. Pereboom REGISTRATIENUMMER : Z/16/005807-101663 OPSTELLER : Sandra Coomans, telefoonnummer +31882331911 ONDERWERP Beheer en onderhoud stedelijk water VOORSTEL U wordt gevraagd: 1. kennis te nemen van de stand van zaken beheer en onderhoud stedelijk water; 2. uitgaan van het hierin opgenomen DB-advies (zie Toelichting onder B1) en kennisnemen van het proces, rond het beleid beheer en onderhoud stedelijk water. 3. uw eventuele aandachtspunten mee te geven richting de verdere besluitvorming en implementatie van de nieuwe beleidslijn. SAMENVATTING Met de inwerkingtreding van de Waterwet (januari 2009) is het watersysteembeheer in het stedelijk gebied overgegaan van de gemeente naar het waterschap. Het waterschap heeft een taak in het stedelijk gebied gekregen. In het zuidelijk gebied (voormalig Groot Salland) is dit proces afgerond. Met alle gemeenten in dit gebied zijn bestuurlijke afspraken gemaakt over de overdracht van het stedelijk water en het beheer en onderhoud hiervan. In het noordelijk gebied (voormalig Reest en Wieden) is dit proces nog maar net gestart. Deze gemeenten wachten al langere tijd op het maken van verdere afspraken en een overdracht. Het advies voor de nieuwe beleidslijn sluit aan op de bestaande beleidsdocumenten. Gedurende het proces zijn een aantal mogelijke richtingen onderzocht. Op basis hiervan, de bestaande beleidsdocumenten, de bestuurlijke afspraken die afgelopen jaren zijn gemaakt in het zuidelijk gebied en de ingezette processen in het noordelijk gebied geven wij u een advies (B1-zie toelichting) mee voor de nieuwe beleidslijn. Dit advies sluit aan op het in verbinding willen zijn met onze omgeving, ook bij de overdracht van het stedelijk water en dat betekent handelen, rekening houdend met wensen van onze strategische partners. Daarom wordt voorgesteld komende jaren te komen tot bestuurlijke afspraken over de overdracht van het stedelijk water met de gemeenten in het noordelijk gebied. Voor het zuidelijk gebied worden de bestaande afspraken over het beheer en onderhoud nagekomen, wel wordt samen met deze gemeenten het proces waterschapszorg doorlopen. Een nadere uitwerking van dit traject zal worden opgenomen in een plan van aanpak. BESTUURLIJKE AANDACHTSPUNTEN Afgelopen jaar heeft op diverse momenten afstemming plaats gevonden met het bestuur en de gemeenten, waarin de gevoeligheden met gemeenten zichtbaar werden. Een samenvatting met de meest relevante items hieronder. De overdracht van het beheer en onderhoud stedelijk water komt voort uit de inwerkingtreding van de Waterwet ( januari 2009). Het watersysteembeheer in het stedelijk gebied is van rechtswege overgegaan van de gemeente naar het waterschap. De gemeente heeft op grond van de Waterwet zorgplichten voor hemelwater, afvalwater en grondwater. Het waterschap is verantwoordelijk voor het watersysteembeheer.

Pagina 2 van 7 Op 7 december 2017 is dit onderwerp besproken tijdens een Deltabijeenkomst met het Algemeen Bestuur. Beeld was dat het beheer en onderhoud voor stedelijk water wordt gezien als een vanzelfsprekend onderdeel van onze taken. Gepleit werd voor een goede afstemming tussen gemeente en waterschap, gericht op een effectieve en efficiënte aanpak en uitvoering. Het waterschap doet niet alles, maar wat ze doet, doet het waterschap goed. Met het advies voor de richting van de nieuwe beleidslijn wordt uitwerking gegeven aan het Waterbeheerplan 2016-2021 en de Beleidsnotitie Water Raakt!. Ook wordt aangesloten op het beleid Waterschapszorg. Met de gemeenten hebben afgelopen jaar verschillende gesprekken plaats gevonden over het onderwerp. Het onderwerp heeft de aandacht bij de gemeenten en wordt nauwlettend gevolgd. Er is een tussenbrief gestuurd n.a.v. de ingekomen reacties over de planning. Door het ingezette traject en verwachtingen bij de gemeenten, door de gestarte en afgeronde processen afgelopen jaren, is het van belang dat op korte termijn duidelijkheid komt over de nieuwe beleidslijn en het vervolgtraject. Voor nieuw stedelijk water geldt dat bij de aanleg hiervan het water direct volgens de randvoorwaarden van het waterschap wordt ingericht en er is dan ook geen sprake van situaties als achterstallig onderhoud. OMGEVING EN PARTNERS In de eerste helft van 2018 hebben verschillende gesprekken met de gemeenten plaats gevonden over de nieuw op te stellen beleidslijn. Een tussentijds resultaat, de uitkomsten van een discussie uit het dagelijks bestuur van 20 maart 2018, o.a. een terugtrekkende beweging in de uitvoering van het onderhoud, leidde tot weinig draagvlak en onrust. Redenen hiervoor waren dat dit niet voldoende zou aansluiten op de situatie in het stedelijk gebied en geen recht zou doen aan eerder gemaakte afspraken, opgestarte processen en verwachtingen. Hierna is een concept voorgenomen beleidslijn, inclusief ambitie en kaders opgesteld welke op 12 juni van dit jaar besproken is in het dagelijks bestuur. Toen is afgesproken dat concept formeel aan te bieden aan de gemeenten voor een reactie. Hierbij zijn de gemeenten in de gelegenheid gesteld om hun visie weer te geven op wat toen voorlag. Daarnaast is het onderwerp ook ter sprake gekomen tijdens de verschillende bestuurlijke (kennismakings)gesprekken die afgelopen periode hebben plaatsgevonden met de betrokken wethouders. Op basis van de consultatieronde zijn verschillende reacties ontvangen, zie bijlage 3. De belangrijkste elementen uit de reacties zijn: - Afgelopen jaren zijn afspraken gemaakt met zuidelijke gemeenten. Deze gemeenten geven aan gezien de (financiële) inspanningen die dit traject met zich meebracht en succesvol is afgerond geen behoefte te hebben aan nieuwe afspraken. Ze hebben het gevoel dat het waterschap een terugtrekkende beweging maakt. - De gemeenten geven aan dat op basis van voorliggend voorstel het lastig is om de consequenties in te schatten van het beleid voor ABC-watergangen (waterschapszorg) in het stedelijk gebied en wat dit betekent voor reeds bestaande afspraken en nog te maken afspraken. - Er wordt nadrukkelijk aandacht gevraagd voor de verschillen tussen stedelijk en landelijk gebied en wat de specifieke eigenschappen zijn waardoor het stedelijk gebied een andere benadering vraagt t.a.v. de overdracht (omvang) en het beheer en onderhoud. - De gemeenten in het noordelijk gebied willen graag op korte termijn afspraken maken met het waterschap over de overdracht en het beheer en onderhoud van het stedelijk water. Ze geven aan al lange tijd (jaren) te wachten op het maken van afspraken. FINANCIËN De beleidsrichting uit het advies heeft een aantal financiële consequenties, uit te splitsen in twee delen. 1. De overdracht van bestaand stedelijk water in het noordelijk gebied. De hiermee gemoeid gaande kosten zijn eenmalig. Een eerste inschatting, op basis van ervaringscijfers van de overdracht van stedelijk water in de afgelopen jaren, leidt tot een bedrag van totaal 1.500.000. Dit bedrag is opgenomen in de meerjarenbegroting 2019-2022.

Pagina 3 van 7 Het gaat hierbij om kosten voor de éénmalige aanleg van gewenste voorzieningen voor het toekomstig beheer en onderhoud (denk aan maaiboot-inlaatplekken, voorzieningen voor maaisel, evt. aanpassingen van kunstwerken). Ook de nader te bepalen voorbereidingskosten voor inhuur van ondersteuning en expertise worden uit deze investering betaald. 2. De jaarlijkse kosten voor het beheer en onderhoud van het water in stedelijk gebied na de overdracht. Als beheerder van het stedelijk water heeft het waterschap de verantwoordelijkheid voor het beheer en onderhoud. Het fysieke onderhoud van het watersysteem leidt tot jaarlijks terugkerende kosten. Het fysieke onderhoud bestaat volgens de concept beleidslijn voornamelijk uit: Het maaien van watergangen en vijvers; afvoeren en verwerken van maaisel. Baggeren van het stedelijk water, en in de meeste gevallen de afvoer van baggerspecie. Maatregelen om het peilbeheer goed te kunnen uitvoeren (met behulp van diverse kunstwerken). De overdracht van stedelijk water zal gefaseerd plaatsvinden. In de begroting van 2019 is de ambitie uitgesproken om in 2021 al het stedelijk water over te nemen. Het beheer en onderhoud van de over te nemen 100 kilometer stedelijk water leidt naar verwachting tot gemiddeld 1.000.000 tot 1.500.000 jaarlijkse kosten. Deze kosten zijn (nog) niet opgenomen in de meerjarenraming (begroting 2019-2022). Dit bedrag wordt geleidelijk over een aantal jaren opgebouwd, omdat de overdracht van het stedelijk water gefaseerd plaats zal vinden, afgestemd met de betreffende gemeenten. De bovenstaande kostenverwachting is op basis van ervaringen in het zuidelijk gebied onderbouwd en bevindt zich binnen een bandbreedte van indicatief 30%. De overdracht zal via aparte bestuursvoorstellen met een kredietaanvraag aan het bestuur worden voorgelegd. In deze voorstellen wordt dan ook aangegeven wat de toename zal zijn van de jaarlijkse kosten voor het beheer en onderhoud, inclusief eventueel bijbehorende formatie. RISICO S De planning en de kosten zijn afhankelijk van de onderhandelingen die met de gemeenten gevoerd zullen worden over de overdracht van het water, o.a. over het maken van afspraken over het wegwerken van achterstallig onderhoud. Het verloop van deze onderhandelingen wordt ook deels ingegeven door andere trajecten waarover we met de gemeenten in overleg zijn. De gemeenten zijn een belangrijke samenwerkingspartner voor het waterschap. Niet alleen op het vlak van stedelijk water werken we samen, maar ook op vele andere vlakken. Te denken valt aan de waterketen, het Hoogwaterbeschermingsprogramma, Klimaat Actief! en duurzaamheid. De relaties kunnen verder onder druk komen te staan als gevolg van de verwachtingen en processen die afgelopen jaren reeds gestart zijn op dit onderwerp. Afgelopen jaren zijn er bestuurlijke afspraken gemaakt met de gemeenten over de taak- en kostenverdeling van het stedelijk water. Verschillende gemeenten hebben aangegeven uit te willen blijven gaan van de bestaande bestuurlijke afspraken. Het voorkomen dat de ruimte voor maatwerk in het beleid standaard volledig wordt gebruikt. Dit risico wordt beheerst door bij de uitvoering van het beleid te werken met één team dat de gesprekken met de gemeenten voert (eenduidigheid en een totaal overzicht van de afspraken per gemeenten), uit te gaan van werkbare en praktische onderhoudssituaties en terugkoppeling van discussies en beslispunten naar het bestuur. De inzet bij andere trajecten zoals waterschapszorg maakt dat er op dit moment in huis onvoldoende capaciteit beschikbaar is voor de vervolgstappen van de overdracht stedelijk water. De vraag is of deze gewenste capaciteit via de markt te verkrijgen is en wat dit voor de planning betekent. Om dit risico te beheersen zal een Plan van Aanpak overdracht beheer stedelijk water worden opgesteld waarin o.a. wordt aangegeven welke capaciteit intern en extern nodig is en hoe één en ander wordt georganiseerd.

Pagina 4 van 7 TOELICHTING Voor het opstellen van een ambitie en kaders en de uitwerking daarvan in een concept beleidslijn is in de aanloop een aantal varianten bekeken. Gelet op vigerende wetgeving, aanpalend beleid en eerder doorlopen processen, is de ruimte voor meer principiële varianten relatief beperkt. Varianten die niet aan de Waterwet voldoen, zijn daarom niet nader onderzocht. Hiermee valt de variant de huidige situatie in stand houden en daarmee het beheer van het stedelijk water in Noord niet overnemen af. De volgende varianten zijn globaal beschouwd: A. Al het stedelijk water overnemen inclusief bijbehorende kosten, zoals achterstallig onderhoud. Dit is een plus op hetgeen er in zuid is gebeurd. B. Respecteren afspraken zuidelijk gebied en vergelijkbare afspraken maken in het noordelijk gebied. Dit is de voorkeursvariant van het DB. Deze variant kan binnen 4 jaar worden gerealiseerd of, bijvoorbeeld binnen 6 jaar. Dit zijn respectievelijk de varianten B1 en B2 C. Het openbreken van de bestaande afspraken en nieuwe afspraken maken met de gemeenten in Zuid over het beheer en onderhoud volgens de uitgangspunten in bijlage 2. Deze nieuwe afspraken ook in Noord van toepassing verklaren. D. Wettelijk minimum. Het waterschap neemt enkel het beheer over van het stedelijk water in het gehele gebied, de onderhoudsplichten en kosten worden bij gemeenten belegd. Dit betekent het terugdraaien van de bestaande afspraken over het onderhoud in Zuid en het onderhoud bij de gemeenten beleggen. In Noord wordt alleen het stedelijk water in beheer overgenomen. De globale beoordeling, zie onderstaand schema, heeft plaatsgevonden op basis van de volgende criteria: Kosten (investering en exploitatie) van WDOD t.o.v. de huidige situatie. Verbinding met onze omgeving: draagvlak bij gemeenten en consistentie in beleid (Water Raakt! en Waterbeheerplan). De mate waarin wij in verbinding staan met onze partners. In onderstaande tabel wordt in kwalitatieve zin aangegeven wat het effect is van betreffende variant voor beide criteria. Varianten Kosten t.o.v. huidige situatie In verbinding met onze omgeving (A) Al het stedelijk water overnemen inclusief bijbehorende kosten, zoals achterstallig onderhoud (B - 1) DB-advies Respecteren afspraken zuidelijk gebied en maken vergelijkbare afspraken noordelijk gebied. Realisatie < 4 jaar. (B-2) Idem variant B1. Realisatie < 6 jaar. Kosten komen hoger uit dan de voorgestelde beleidslijn en onzeker is ook wat de extra kosten bedragen. Kent groot risicoprofiel. 1 à 1,5 mln beheer- en onderhoudskosten en 1,5 mln eenmalige investeringskosten. De tarieven zullen iets sneller stijgen dan bij variant B2 waar de tariefstijging iets geleidelijker zal gaan. De tarieven zullen minder snel stijgen dan bij variant 1, doordat investerings- en exploitatiekosten verspreid worden over meerdere jaren. Groot draagvlak bij gemeenten. In verbinding met onze omgeving. Draagvlak bij gemeenten. In verbinding met onze omgeving. Verwachting is dat er minder draagvlak is bij gemeenten. Ze willen graag tempo maken. Ze vinden het al lang duren.

Pagina 5 van 7 (C) Overname zuidelijk deel terugdraaien en overal nieuwe afspraken maken over het beheer en onderhoud volgens de uitgangspunten over het beheer en onderhoud in bijlage 2. (D) Wettelijk minimum. Waterschap neemt alleen het beheer over. De onderhoudsplicht en kosten worden bij de gemeenten belegd Verwachting dat de kosten gelijk zullen zijn, met minimale verschillen. Wellicht iets minder exploitatiekosten, maar meer investeringskosten doordat tijdsinvestering nodig is voor het maken van nieuwe afspraken in het zuidelijk gebied De kosten zullen lager uitvallen Geen draagvlak bij de gemeenten in het zuidelijk gebied. Kost veel tijd en (bestuurlijke) inspanning om te komen tot nieuwe afspraken. De vraag rijst of dit in de praktijk haalbaar is. Geen draagvlak bij gemeenten. Is namelijk niet in lijn met de beleidskeuzes die eerder zijn gemaakt (Waterbeheerplan en de nota Water Raakt!). Op basis van de bestaande beleidsnotities, de bestuurlijke afspraken in het zuidelijk gebied en het ingezette proces met de gemeenten in het noordelijk gebied wordt een nieuwe beleidslijn (B1) geadviseerd. Deze nieuwe beleidslijn geeft invulling aan onze taak als beheerder van het stedelijk water rekening houdend met de specifieke omstandigheden in het stedelijk gebied en waarbij ruimte is om te komen tot efficiënte maatwerkafspraken. Het advies bestaat uit een ambitie met kaders en een uitwerking daarvan in een concept beleidslijn zoals hieronder nader toegelicht. Ambitie en kaders Voor de rol van het waterschap ten aanzien van het beheer en onderhoud in het stedelijk gebied zal worden voorgesteld uit te gaan van de volgende ambitie. We streven naar maatwerk, passend binnen de gestelde kaders door het bestuur. Onder maatwerk verstaan wij dat het beheer en onderhoud aan stedelijk water wordt afgestemd op de functies in een gebied en de (beleids)doelen, rekening houdend met de gebiedskenmerken en de wensen en ideeën van de inwoners en omgeving. De ambitie is uitgewerkt in een aantal kaders, zie bijlage 1. Deze sluiten aan bij de ambitie en kaders die op 31 oktober 2017 zijn vastgesteld voor het beheer en onderhoudsbeleid voor het watersysteem in het landelijk gebied (IBOOM) en zijn vertaald naar de situatie van het stedelijk gebied. Met de ambitie en kaders geeft het waterschap aan welke aspecten belangrijk zijn in relatie tot de taakopvatting en de uitvoering daarvan. Voorstel concept beleidslijn De ambitie en kaders zijn uitgewerkt in een concept beleidslijn. Hierin wordt gewerkt met een vertrekpunt, voor het gesprek met de gemeenten, met daarbij een ruimte voor maatwerk om te komen tot werkbare praktijkoplossingen. De concept beleidslijn is te vinden in bijlage 2. In de concept beleidslijn komen de volgende onderwerpen aan de orde. 1. Omvang taak waterschap in het stedelijk gebied Het gaat hierbij om het bepalen voor welke wateren het waterschap een taak heeft in het beheer en onderhoud. Als vertrekpunt wordt hier de norm voor A-watergangen (25 l/s) uit het beleid waterschapszorg gehanteerd, waarbij ook een praktijktoets plaatsvindt. Op basis van verschillende criteria, zoals waterberging en waterkwaliteit kunnen bepaalde watergangen aangemerkt worden als A-watergang.

Pagina 6 van 7 2. Afbakening onderhoudsgrens Bij het bepalen van de onderhoudsgrens voor het baggeren en maaien geldt als vertrekpunt het wateroppervlak dat varend kan worden onderhouden. Voor rijdend onderhoud geldt van insteek tot insteek. Omdat de profielen in het stedelijk gebied sterk variëren is er een uitwerking gemaakt van dit vertrekpunt naar praktijksituaties om het gesprek met de gemeente aan te kunnen gaan. 3. Randvoorwaarden overdracht beheer en onderhoud stedelijk water Door het waterschap worden randvoorwaarden gesteld aan de toestand van het water en bijbehorende voorzieningen bij de overdracht van het beheer en onderhoud. Als belangrijkste randvoorwaarde geldt dat er geen sprake is van achterstallig onderhoud, zoals bagger, kapotte beschoeiing etc. Mocht dit er wel zijn, dan maakt het waterschap samen met de gemeente afspraken hoe dit verholpen kan worden. Indien het waterschap aanvullende wensen heeft of een verantwoordelijkheid vanuit waterkwaliteitsoogpunt, dan zal het waterschap daarvoor een financiële bijdrage leveren. 4. Beheer en onderhoud in de dagelijkse praktijk Het dagelijks beheer en onderhoud in het stedelijk gebied valt uiteen in een aantal onderwerpen. Ten aanzien van het verwijderen van plaagsoorten en kadavers wordt voorgesteld dat het waterschap hiervoor verantwoordelijk is in de watergangen waar zij het beheer en onderhoud uitvoert. Voor maaien en baggeren geldt als vertrekpunt de ontvangstplicht, behalve waar het maaien met de maaiboot plaats vindt. Het maaisel en de bagger kunnen echter niet overal zomaar op de kant worden afgezet. Voor deze situaties voert het waterschap de maaisel en bagger af voor verwerking. Een ander aspect is zwerfvuil. Hier wordt voorgesteld uit te gaan van een vertrekpunt waarbij het waterschap de kosten draagt voor het verwijderen van zwerfvuil bij kunstwerken. De kosten voor het verwijderen van het overig zwerfvuil in en om watergangen komen voor rekening van de gemeente. 5. Bestaande afspraken We komen bestaande afspraken over het beheer en onderhoud na voor de stedelijk gebieden waar reeds een overdracht heeft plaats gevonden. Voor nieuwe situaties, waar de overdracht nog moet plaats vinden maken we met de betreffende gemeenten afspraken in lijn met bovenstaande beleidslijn. Vervolgproces Naar aanleiding van de uitkomsten van uw vergadering wordt een voorstel voorbereid voor uw vergadering van 29 januari 2019. In die vergadering wordt u dan gevraagd een nieuwe beleidslijn voor het beheer en onderhoud stedelijk water vast te stellen en de bijbehorende financiële middelen voor implementatie beschikbaar te stellen. Op basis daarvan zal de implementatie nader worden gepland en geprioriteerd. Deze zal afhankelijk zijn van de samenwerking met de gemeenten en hoe handig kan worden aangesloten op andere trajecten binnen gemeenten. Dit geldt eveneens voor het communiceren over de overdracht en de consequenties die deze heeft voor de direct betrokken inwoners. Binnen de organisatie van het waterschap zal voor de implementatie een projectorganisatie worden opgezet die een Plan van Aanpak overdracht Beheer stedelijk water zal opstellen. Aangezien de overdracht van stedelijk water parallel loopt aan een aantal andere grote projecten, o.a. Implementatie Waterschapszorg, is er op dit moment, in de organisatie onvoldoende capaciteit beschikbaar. In het plan van aanpak wordt aangegeven welke interne- en in te huren capaciteit nodig is en hoe dit kan worden georganiseerd. Ook een afstemming met de planning van de verschillende gemeenten is noodzakelijk. Op basis van de beschikbare capaciteit en afstemming met de gemeenten ontstaat inzicht in een realistische planning en de uiteindelijke doorlooptijd van de overdracht van het stedelijk water. Een overzicht van deze planning zal in het plan van aanpak nader worden uitgewerkt. Het plan van aanpak wordt eerste helft van 2019 voorgelegd aan het dagelijks bestuur en het algemeen bestuur zal hier vervolgens over worden geïnformeerd. Indien u in januari akkoord gaat met de nieuwe beleidslijn, zullen we in de meerjarenbegroting 2020-2023 en eventuele latere begrotingen (afhankelijk van de gekozen implementatietermijn) de jaarlijkse

Pagina 7 van 7 kosten (1 à 1,5 miljoen euro) opnemen voor beheer en onderhoud, zoals toegelicht in de paragraaf Financiën. Deze kosten zijn deels formatiekosten en deels kosten aan derden. Gelet op de discussie van het algemeen bestuur in de vergadering van 27 november jl. wordt dit betrokken bij de verdere uitwerking van eerdergenoemd plan van aanpak. BIJLAGEN 1. Ambitie en kaders 2. Beleidslijn beheer en onderhoud stedelijk water 3. Uitkomsten consultatieronde Het dagelijks bestuur van het Waterschap Drents Overijsselse Delta de secretaris, ir. E. de Kruijk de dijkgraaf, ir. H.H.G. Dijk