Raadsvoorstel

Transcriptie

1 gemeente Haarlemmermeer Raadsvoorstel onderwerp Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van Portefeuillehouder Adam Elzakalai, dr. Derk Reneman steiler Jan Monster en Ans de Jong Collegevergadering 11 april 2017 Raadsvergadering 1. Samenvatting Wat willen we bereiken? Indien een aanvraag voor een omgevingsvergunning in strijd is met het bestemmingsplan, kan daarop de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing zijn. Over die gevallen mag het college in principe niet beslissen zonder dat de raad hiervoor een verklaring van geen bedenkingen (vvgb) heeft afgegeven. Op basis van artikel 6.5, derde lid van het Besluit omgevingsrecht (Bor) is de raad bevoegd tot het aanwijzen van categorieën van gevallen waarin geen vvgb vereist is. In die gevallen is ons college bevoegd om te besluiten over aanvragen omgevingsvergunning. De raad heeft bij besluit d.d. 21 oktober 2010 nummer categorieën gevallen aangewezen waarin een vvgb niet vereist is. In het najaar van 2016 is in de raad enkele keren gesproken over de procesgang van een paar situaties, waarin een vvgb nodig was. In reactie hierop heeft het college bij brief van 23 november 2016 aan de raad uitleg gegeven over de wettelijke gang van zaken. In de brief is ook aangekondigd het raadsbesluit uit 2010 te evalueren en tot een nieuwe formulering van de categorieën te komen. Dit raadsvoorstel voorziet hierin. Wat gaan we daarvoor doen? Wij hebben een evaluatie verricht, die wij in het raadsvoorstel van 31 augustus 2010 nummer en in onze brief aan de raad van 23 november 2016 hebben aangekondigd. Ons voorstel leidt tot een duidelijker en eenduidiger redactie van de categorieën gevallen waarin geen vvgb vereist is en tot een verruiming binnen de bebouwde kom. Bovendien is de redactie in lijn gebracht met de regelgeving van na De evaluatie is als bijlage bij het raadsvoorstel gevoegd. Wij stellen een herziening voor van de lijst met categorieën waarin geen vvgb vereist is. Hierbij hebben wij de volgende uitgangspunten gehanteerd: Minder regeldruk, die leidt tot een voorspoediger besluitvorming voor inwoners en ondernemers en minder administratieve lasten; Het voorop stellen van de kaderstellende rol van de gemeenteraad; Praktisch hanteerbare bevoegdheidsverdeling tussen raad en college. Daarnaast stellen wij voor om de gang van zaken actief te monitoren door in de jaarlijkse vergunning rapportage de vvgb afhandeling expliciet te vermelden. In bijlage 2 is een overzicht gegeven van de huidige categorieën met parallel daarnaast de voorstelde lijst categorieën. Wat mag het kosten? Aan de uitvoering van het besluit zijn, naast de beschikbare ambtelijke capaciteit, geen kosten verbonden.

2 Onderwerp Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van Volgvel 2 Wie is daarvoor verantwoordelijk? Op basis van artikel 6.5, derde lid van het Besluit omgevingsrecht (Bor) is de raad bevoegd tot het aanwijzen van categorieën van gevallen waarin geen vvgb vereist is. In die gevallen is ons college bevoegd om te besluiten over aanvragen omgevingsvergunning. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? Met het nemen van het besluit is de besluitvorming afgerond. In de jaarlijkse rapportage over vergunningen wordt voortaan ook die over de vvgb meegenomen. Wat betekent dit voor de herindeling Haarlemmermeer - Haarlemmerliede en Spaarnwoude? (preventief toezicht/beleidsharmonisatie) De beslispunten van dit voorstel vallen niet onder het preventief toezicht in het kader van de samenvoeging, omdat met de financiële gevolgen rekening is gehouden in de vastgestelde en goedgekeurde programmabegroting. 2. Voorstel Het college besluit de raad voor te stellen om: de navolgende categorieën van gevallen aan te wijzen waarvoor op grond van artikel 6.5, derde lid, Besluit omgevingsrecht geen verklaring van bedenkingen vereist is: 1. binnen de bebouwde kom (zoals aangegeven op de kaart behorend bij de geldende gemeentelijke bouwverordening): alle aanvragen omgevingsvergunning. 2. buiten de bebouwde kom (zoals aangegeven op de kaart behorend bij de geldende gemeentelijke bouwverordening): a. realisering van een nieuw agrarisch bouwperceel met inbegrip van een bedrijfswoning, mits sprake is van een reële agrarische bedrijfsvoering; b. omzetting van (voormalige) agrarische bebouwing in een woonfunctie op basis van en overeenkomstig de geldende ruimte-voor-ruimteregeling van de provincie Noord-Holland; c. gebruik van bestaande bebouwing op een voormalig agrarisch bouwperceel voor kleinschalige vormen van bijzondere huisvesting, werken, recreatie of zorgfuncties, conform de geldende provinciale ruimtelijke verordening; d. functiewijziging van agrarische bedrijfswoning naar burgerwoning, mits de burgerwoning wordt gesitueerd in de voormalige agrarische bedrijfswoning op een voormalig agrarisch bedrijfsperceel, conform de geldende provinciale ruimtelijke verordening; e. toevoeging van niet-agrarische functies aan een agrarisch bedrijf in het kader van het behoud en de versterking van de agrarische functie, mits die agrarische functie ter plaatse als hoofdfunctie aanwezig blijft; f. nieuwbouw, uitbreiding en/of verbouw van bouwwerken met een nietagrarische bestemming, ten behoeve van een aldaar bestaande en rechtmatig aanwezige functie, mits in overeenstemming met het geldende beleid ter zake van de provincie Noord-Holland; g. aanleg en ontwikkeling van natuur en recreatie; h. aanpassing van bestaande weg-, water-, parkeervoorzieningen; i. aanleg en aanpassing van voorzieningen voor het openbaar vervoer; j. aanleg en aanpassing van groenvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen.

3 onderwerp Volgvel 3 Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van 3. Uitwerking Wat willen we bereiken? Een gedeelte van de aanvragen omgevingsvergunning is strijdig met het bestemmingsplan. Een deel van die strijdige plannen vergt een uitgebreide procedure. In beginsel mag ons college niet op deze vergunningaanvragen beslissen zonder dat de raad hiervoor een vvgb heeft afgegeven. In artikel 6.5 derde lid van het Bor staat dat de raad categorieën gevallen kan aanwijzen, waarin geen vvgb vereist is. De raad is daartoe overgegaan in zijn besluit van 21 oktober 2010 nummer In het betreffende raadsvoorstel is vermeld dat wij zullen "evalueren of de thans voorgestelde categorieën in de praktijk blijken te voldoen." Omdat de raad bij brief van 19 februari 2014 desgevraagd van een rapportage is voorzien over de periode tot en met 2013, gaat de voorliggende evaluatie over de periode van 2014 tot 1 maart 2017 Kort samengevat komt uit de evaluatie van de afgelopen drie jaar naar voren dat er in totaal voor 130 aanvragen een uitgebreide procedure is gevoerd. In elf zaken is hierbij een vvgb aan de raad voorgelegd (2014: nul zaken, 2015 twee zaken; 2016 vier zaken; 2017 tot nu vijf zaken). In alle elf gevallen heeft de raad zijn besluit conform het raadsvoorstel genomen. De evaluatie laat zien dat enkele van de categorieën interpretatieruimte bevatten. Die is er nu zo veel mogelijk uitgefilterd. Met dit voorstel willen wij een praktische afbakening van de bevoegdheden tussen raad en college bereiken. Hierin wordt de kaderstellende rol van de gemeenteraad op het gebied van het ruimtelijk beleid gerespecteerd. De raad blijft de belangrijke keuzes maken over de hoofdlijnen van beleid. Zonder het te nemen besluit zou het proces van vergunningverlening belast worden met twee maal een besluit van de raad en de extra tijd die daarmee gemoeid is. Zeker in de zomerperiode staat het halen van de termijn (van 26 weken) sterk onder druk. Minder regeldruk betekent een voorspoediger besluitvorming voor inwoners en ondernemers en minder administratieve lasten (inclusief minder kans op boetes wegens termijnoverschrijding). Wat gaan we daarvoor doen? Om het doel te bereiken, stellen wij de raad voor een op het actuele beleid en de actuele regelgeving gebaseerde set categorieën gevallen aan te wijzen, waarin voor aanvragen omgevingsvergunning geen vvgb vereist is, in een eenduidige redactie. Los van de evaluatie op het gebied van redactie en regelgeving is het om redenen van efficiëntie gewenst een nieuwe set categorieën aan te wijzen. Een onderscheid tussen het gebied binnen de bebouwde kom en het gebied buiten de bebouwde kom is gewenst, omdat in het landelijke gebied meer nadruk ligt op het weren van ongewenste ontwikkelingen. In de bebouwde kom zijn wijzigingen over het algemeen minder ingrijpend. Daarom zien wij het als een relatief kleine stap, om een categorie te maken voor alle zaken die zich binnen de bebouwde kom voordoen. De categorieën inzake het gebied buiten de bebouwde kom zijn minder ver strekkend, want zij betreffen in essentie aanvragen die op een bepaald perceel betrekking hebben. Grootschaliger ontwikkelingen blijven aan de raad. Hierbij valt bijvoorbeeld te denken aan nieuwe niet-agrarische functies in het buitengebied, zoals de nieuwe vestiging van een bedrijf, of een woningbouwplan op grond met een agrarische bestemming.

4 Onderwerp Volgvel 4 Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van Een vergunningaanvraag die geen besluitvorming van de raad vergt, leidt niet zomaar tot honorering. Want ook als geen vvgb vereist is, vindt er altijd een zorgvuldige beoordeling plaats van de ruimtelijke aanvaardbaarheid. Toelichting op de categorieën Algemeen Het gaat in alle gevallen om aanvragen omgevingsvergunning, waarop een uitgebreide procedure van toepassing is. Voor het onderscheid tussen het gebied binnen en buiten de bebouwde kom wordt verwezen naar de kaart van de bebouwde kom die bij de geldende gemeentelijke bouwverordening hoort. Deze dynamische verwijzing betekent dat als die kaart ter gelegenheid van aanpassing van de bouwverordening wijzigingen ondergaat, die nieuwe situatie doorwerkt op het toepassingsbereik van de categorieën waarvoor geen vvgb nodig is. Categorie 2a, over agrarische bebouwing Het criterium 'reële agrarische bedrijfsvoering' is ontleend aan de bestemmingsplannen met agrarische bestemmingen. Sinds enkele decennia schakelen wij de 'Agrarische beoordelingscommissie' in voor een oordeel, bij twijfel of een bouwaanvraag serieus is. We hebben goede ervaringen met haar deskundigheid en onafhankelijkheid. Wij zetten in dit verband deze bestuurspraktijk voort. Categorie 2e, over toevoeging niet-agrarische functies aan agrarisch bedrijf Er moet ter plaatse sprake blijven van een agrarisch bedrijf. In de bestemmingsplannen voor het buitengebied zijn al veel niet-agrarische functies mogelijk gemaakt, bijvoorbeeld stille opslag, extensief recreatief medegebruik, zorggerelateerde voorzieningen en bed & breakfast. Het gaat bij deze categorie dus om andere functies, die op het moment van vaststelling van de buitengebied-plannen niet zijn voorzien. Categorie 2f. over niet-agrarische bebouwing op een niet-agrarische bestemming Hier wordt vooral gedoeld op een niet-agrarisch hoofdgebouw dat strijdig is met de bouwmogelijkheden - bijvoorbeeld qua percentage, hoogte, overschrijding bouwvlak - van het geldende bestemmingsplan. Categorie 2g, over natuur en recreatie In deze categorie gaat het om het gebruik van gronden ten behoeve van natuur en/of recreatie, zowel zonder als met bebouwing.

5 Onderwerp Volgvel Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van 5 Categorie 2h, over aanpassing van weg-, water- en parkeervoorzieningen Omdat water en wegen hoofdelementen in de structuur van de ruimte zijn, is de realisering van deze infrastructuur met toebehoren niet als categorie benoemd, aanpassingen wel. Wat mag het kosten? Aan de uitvoering van het besluit zijn, naast de beschikbare ambtelijke capaciteit, geen kosten verbonden. Wie is daarvoor verantwoordelijk? Op basis van artikel 6.5, derde lid van het Bor is de raad bevoegd tot het aanwijzen van categorieën van gevallen waarvoor geen verklaring van geen bedenkingen vereist is. In die gevallen is ons college bevoegd om te besluiten over aanvragen omgevingsvergunning. Wanneer en hoe zal de raad over de voortgang worden geïnformeerd? Met het nemen van het besluit is de besluitvorming afgerond. In de jaarlijkse rapportage over vergunningen wordt voortaan ook die over de wgb meegenomen. Participatie en communicatie Het besluit heeft geen gevolgen voor de mogelijkheden van beroep en hoger beroep tegen een verleende of geweigerde vergunning. Wij zullen het besluit elektronisch bekendmaken op de website Daags na bekendmaking treedt het besluit in werking. Wij zullen provincie en rijk van het besluit in kennis stellen. 4. Ondertekening Hoogachtend, burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, 2. Overzicht categorieën geldend naast nieuw

6 1 BIJLAGE 1 van het raadsvoorstel 'Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van geen bedenkingen niet vereist is, met evaluatie (artikel 6.5 lid 3 Besluit omgevingsrecht)' Evaluatie van het raadsbesluit van 21 oktober 2010 (tot aanwijzing van categorieën gevallen waarin geen 'verklaring van geen bedenkingen' vereist is) Inleiding De raad heeft eerder, in zijn besluit van 21 oktober 2010, categorieën gevallen aangewezen waarin een 'verklaring van geen bedenkingen' (vvgb) niet vereist is. In het betreffende raadsvoorstel is vermeld dat wij zullen "evalueren of de thans voorgestelde categorieën in de praktijk blijken te voldoen." De raad is bij brief van 23 november 2016 bevestigd dat een evaluatie zal worden gedaan. In deze brief is als aanleiding vermeld "o.a. de constatering dat een enkele omschrijving van categorieën gevallen, waarvoor geen vvgb nodig is, niet meer synchroon is met latere regelgeving". Omdat de raad bij brief van 19 februari 2014 desgevraagd van een rapportage is voorzien over de periode tot en met 2013, gaat de voorliggende evaluatie over de periode van 2014 tot 1 maart Wij zijn, als uitvloeisel van voorgaande citaten: a. nagegaan op welke manier de teksten van het raadsbesluit uit 2010 zijn gehanteerd en welke lering daaruit te trekken valt; b. nagegaan welke elementen achterhaald of niet meer opportuun zijn als gevolg van regelgeving van na het raadsbesluit uit Onderzoek Ad a. We hebben de gevallen, waarvoor in deze periode aanvragen omgevingsvergunning zijn ontvangen en waarvoor de uitgebreide procedure van toepassing is, onderzocht ten aanzien van het vereiste van een vvgb, door opnieuw op dit aspect te toetsen. In deze periode is voor ongeveer honderddertig aanvragen een uitgebreide procedure gevoerd. Hiervan hebben in totaal elf zaken geleid, of zullen nog leiden, tot een raadsbesluit over de afgifte van een vvgb. In 2014 waren dit er nul, in 2015 twee en in 2016 vier. In de eerste twee maanden van 2017 hebben inmiddels drie van de vijf lopende zaken tot een raadsbesluit over een ontwerp-vvgb geleid. Eén van die drie is een weigering. In alle elf gevallen heeft de raad zijn besluit conform het raadsvoorstel genomen. Dat het aantal vvgb's in de loop van deze periode is toegenomen, heeft te maken met de gekozen interpretatie van het raadsbesluit. Aanvankelijk werd een ruime interpretatie toegepast. In de loop van de tijd is overgegaan tot een striktere toepassing van het raadsbesluit. Dit is ook de reden van de toename van het aantal vvgb's sindsdien. Uit de evaluatie is gebleken dat in acht gevallen twijfel kan rijzen of een vvgb had moeten worden afgegeven als gekozen was voor striktere toepassing van het raadsbesluit. Zie hierna het 'Overzicht twijfelgevallen. Benadrukt wordt dat de gekozen interpretatie geen 'foute vergunning' teweeg heeft gebracht. De gekozen interpretatie is nog steeds goed voorstelbaar. De betreffende vergunningen zijn vrijwel alle verleend en onherroepelijk. Onherroepelijke vergunningen zijn juridisch onaantastbaar. Het is uiteraard zinvol om zo min mogelijk interpretatieruimte te laten bestaan en dus om die ruimte er zo veel mogelijk uit te filteren. Van de acht is er één geval waarvan de behandeling zich nog in het stadium van voorafgaand aan de bekendmaking van de ontwerpvergunning bevindt. Bij dat geval wordt de raad alsnog om een vvgb gevraagd.

7 2 Voorbeeld van een zaak met een strikte toepassing is de aanvraag voor de bouw van 28 woningen, na sloop van het - toen nog bestaande - kantoorpand Kruisweg te Hoofddorp (tegenover Beukenhorst West). Indien een ruime uitleg was toegepast, zou geen vvgb nodig zijn geweest. Ad b. Verwerking van de regelgeving, waartoe ook onze bestemmingsplannen behoren, geeft het volgende beeld. De bestemmingsplannen voor het buitengebied hebben gezorgd voor een verruiming van de geldende mogelijkheden. Daarom gaat categorie 2e over niet-agrarische functies die bij de vaststelling van die plannen in 2013 niet zijn voorzien. Categorie 1c, over evenementen, is overbodig geworden. Zij zijn in bestemmingsplannen opgenomen of behoeven geen uitgebreide procedure meer. Dat komt omdat de wettelijke 'kruimelgevallenlijst' is uitgebreid. Categorie 2b, over uitbreiding van agrarische bedrijfsbebouwing, is geschrapt omdat de mogelijkheden voor die bebouwing in de Buitengebied-bestemmingsplannen sterk is verruimd, tot agrarische bouwvlakken van maximaal 2 hectare. Categorie 2f, over windturbines, is vervallen, op basis van de reactieve aanwijzing die de provincie heeft gegeven over dit onderwerp in de bestemmingsplannen voor de Buitengebieden. Conclusie evaluatie De uitkomsten van de evaluatie leiden ertoe, dat we de raad hebben voorgesteld de categorieën waarvoor een verklaring van geen bedenkingen niet vereist is, eenduidiger te formuleren, en af te zien van categorieën die niet meer aan de orde zijn. Los van de evaluatie op het gebied van redactie en regelgeving is het om beleidsredenen gewenst een nieuwe set categorieën aan te wijzen. Deze zijn in het voorstel zelf vermeld. Overzicht twijfelgevallen nummer jaar locatie aard plan Bennebroekerweg 530 bouw hotel Aalsmeerderweg 939 gebruik agrarische woning als burgerwoning Kaagweg 19 legalisering diverse functies Lisserdijk 490A paddock bij woning Hanepoel bouw 15 woningen Hillegommerdijk 374 bouw 18 woningen Populierenlaan t/o 1 bouw 6 woningen Hoofdweg 1481 logiesgebouw

8 BIJLAGE 2 van het raadsvoorstel 'Aanwijzing categorieën aanvragen omgevingsvergunning waarin een verklaring van geen bedenkingen niet vereist is, met evaluatie' Overzicht categorieën Geldend en daarnaast Nieuw Geldend: 1. Stedelijk gebied (het gebied gelegen binnen de bebouwde kom op basis van de gemeentelijke Bouwverordening): a. Concrete bouwplannen die voorzien in uitbreiding en/of verbouwing van bestaande functies. Hieronder mede begrepen nieuwbouw op basis van het geldende bestemmingsplan, waarbij ten opzichte van de bouwmogelijkheden van het geldende bestemmingsplan wordt afgeweken van situering van het bouwvlak en de stedenbouwkundige opzet van de bebouwing; b. Functiewijziging van bestaande bouwwerken en terreinen; c. Projecten die voorzien in het houden van evenementen; d. Projecten voor de inrichting van de openbare buitenruimte. Nieuw: 1. binnen de bebouwde kom (zoals aangegeven op de kaart behorend bij de geldende gemeentelijke bouwverordening): alle aanvragen omgevingsvergunning. 2. Landelijk gebied (het gebied gelegen buiten de bebouwde kom op basis van de gemeentelijke Bouwverordening): a. Concrete bouwplannen die voorzien in uitbreiding en/of verbouwing van bestaande niet agrarische functies. Hieronder mede begrepen nieuwbouw op basis van het geldende bestemmingsplan, waarbij ten opzichte van de bouwmogelijkheden van het geldende bestemmingsplan wordt afgeweken van situering van het bouwvlak en de stedenbouwkundige opzet van de bebouwing; b. Het uitbreiden van agrarische bedrijfsbebouwing in afwijking van de bouwmogelijkheden van het geldende bestemmingsplan, mits de agrarische noodzaak voor de uitbreiding is aangetoond; c. Het realiseren van een nieuw agrarisch bouwperceel met inbegrip van een bedrijfswoning, mits sprake is van een reële agrarische bedrijfsvoering; 2. buiten de bebouwde kom (zoals aangegeven op de kaart behorend bij de geldende gemeentelijke bouwverordening): a. realisering van een nieuw agrarisch bouwperceel met inbegrip van een bedrijfswoning, mits sprake is van een reële agrarische bedrijfsvoering; b. omzetting van (voormalige) agrarische bebouwing in een woonfunctie op basis van en overeenkomstig de geldende ruimte-voorruimteregeling van de provincie Noord-Holland; c. gebruik van bestaande bebouwing op een voormalig agrarisch bouwperceel voor kleinschalige vormen van bijzondere huisvesting, werken, recreatie of zorgfuncties, conform de geldende provinciale ruimtelijke verordening; d. functiewijziging van agrarische bedrijfswoning naar burgerwoning, mits de burgerwoning wordt gesitueerd in de voormalige agrarische

9 d. Het omzetten van (voormalige) agrarische bebouwing in een woonfunctie op basis van de Ruimte-voor-Ruimte regeling van de Provincie Noord-Holland; e. Het toevoegen van niet-agrarische functies aan een agrarisch bedrijf in het kader van het behoud en de versterking van de agrarische functie; f. Het oprichten van windturbines als solitaire voorzieningen bij bestaande bedrijfsfuncties. bedrijfswoning op een voormalig agrarisch bedrijfsperceel, conform de geldende provinciale ruimtelijke verordening; e. toevoeging van niet-agrarische functies aan een agrarisch bedrijf in het kader van het behoud en de versterking van de agrarische functie, mits die agrarische functie ter plaatse als hoofdfunctie aanwezig blijft; f. nieuwbouw, uitbreiding en/of verbouw van bouwwerken met een nietagrarische bestemming, ten behoeve van een aldaar bestaande en rechtmatig aanwezige functie, mits in overeenstemming met het geldende beleid ter zake van de provincie Noord-Holland; g. aanleg en ontwikkeling van natuur en recreatie; h. aanpassing van bestaande weg-, water-, parkeervoorzieningen; i. aanleg en aanpassing van voorzieningen voor het openbaar vervoer; j. aanleg en aanpassing van groenvoorzieningen en openbare nutsvoorzieningen. 3. Algemene voorzieningen: a. Projecten voor de aanleg en ontwikkeling van natuur en recreatie b. Projecten voor aanpassing van bestaande weg-, water-, parkeervoorzieningen, voorzieningen voor openbaar vervoer en groenvoorzieningen; c. Projecten voor openbare nutsvoorzieningen. Samenvatting verschillen: Ten aanzien van het gebied binnen de bebouwde kom: verruiming tot: alle aanvragen; Ten aanzien van het gebied buiten de bebouwde kom: vergelijkbaar met geldende categorieën; evenementen (geldend 1c), agrarische bedrijfsbebouwing (geldend 2b) en windturbines (geldend 2f) geschrapt; toevoeging van alle elementen van geldende categorie 3. Dit betekent dat categorie 3 overbodig geworden is.