Beheerdershandleiding. Versie: 1.0.3

Transcriptie

1 Beheerdershandleiding Versie: 1.0.3

2 Inhoudsopgave 1 Inleiding 2 Uw site uploaden met ftp 3 Mail beheer 3.1 Beheren van mail namen 3.2 Aanzetten mail services 3.3 Mail redirect 3.4 Mail groepen 3.5 Beheer van auto responders 3.6 Attachment files 3.7 Spam filter 4 Webmail 5 Mysql database 6 Tips en Opmerkingen 7 Aanmeldgegevens 2

3 1 Inleiding De server is bereikbaar vanaf elke internetwerkplek. Als u in de adresbalk van uw browser invult, dan verschijnt op uw scherm een standaard startscherm: U vult hier uw login en password in, die u achterin deze handleiding aantreft. U komt nu terecht in de interface waar u uw domein kunt beheren. 3

4 2 Uw site uploaden met ftp Om een indruk te krijgen van de indeling van gaat u met uw ftp-programma, waar u de door ons verstrekte loginnaam en het door ons verstrekte wachtwoord invult, naar ftp:// (u kunt gebruik maken van WS-FTP LE v5.08 of CoffeeCup Free FTP 3.0 (zie *1 en *2). Dit zijn gratis ftp-programma s u kunt deze downloaden via Vervolgens gaat u in uw ftp-programma naar de hoogst mogelijke voor u toegankelijke directory. U kunt er (afhankelijk van de rechten) een aantal subdirectories aantreffen: anon_ftp httpsdocs bin pd cgi-bin private conf statistics error_docs subdomains httpdocs web_users De belangrijkste directory voor u is httpdocs; hier komt de index.html, de startpagina, te staan. Met behulp van uw ftp-programma kunt u nu vanaf uw locale computer programma s gaan uploaden naar de web-directory op de server. Het is mogelijk dat u in de directory httpdocs een aantal subdirectories aantreft. Wij raden u sterk aan om deze te laten staan. Nieuwe directories voegt u toe naast deze eventuele al bestaande, en de index.html-pagina vervangt u door uw eigen startpagina. Let u er wel op dat uw startpagina de naam index.html heeft. Als u nu via uw browser naar gaat, dan zult u zien dat de standaard htmlpagina is vervangen door uw eigen startpagina. 4

5 3 Mail Beheer U kunt de volgende functies gebruiken: Aanmaken/ verwijderen van accounts en per account diskruimte instellen. De gebruiker het recht geven om in te loggen op het Control Panel, waarmee de gebruiker zelf instellingen kan aanpassen. Verschillende aliassen gebruiken voor één adres. Doorsturen (Redirection) van berichten adres naar een ander adres. Het gebruik van één adres als groepsadres om mail door te sturen naar meerdere e- mail adressen ineens. Het beheer van een mail groep voor de mail naam. Het opzetten van automatische beantwoorders. Het configureren van de geïntegreerde spam filter voor inkomende mail. 3.1 Beheren van Als u een adres maakt voor een gebruiker, creëert u een account, die te benaderen is via pop3 of een imap protocol. Het opzetten van een account is eerg eenvoudig. Op de startpagina van een domeinnaam klikt u op het Mail-icoon. U gaat verder naar een nieuw scherm waar u de een nieuwe account kunt aanmaken via het icoon Add New Mail name en algemene instellingen kunt beheren. U kunt u de mailservice voor een domein inschakelen of uitschakelen door te klikken op respectievelijk het Enable- of Disable-icoon. Via de icoon Preferences kunt u nog enkele instellingen aanpassen. Zo kunt u toestemming geven om gebruik te maken van webmail. Daarnaast kunt u aangeven wat er gedaan moet worden met mail die niet direct gericht is aan een specifieke gebruiker maar wel aan de domeinnaam. U kunt deze mail terugsturen (Bounce) of u kunt deze mail toewijzen aan een bestaande gebruiker. 5

6 Onder de iconen treft u een lijst aan met bestaande accounts. Wanneer u in de lijst op een adres klikt, komt u terecht in een nieuw venster waar u de instellingen van het account kunt beheren. Links naast de naam ziet u een aantal kleine icoontjes die aangeven welke opties wel en welke niet actief zijn. Als de icoontjes grijs zijn, dan zijn ze niet actief; als op een icoontje wordt geklikt, dan kan de betreffende optie worden aangepast. Om mail namen te verwijderen selecteerrt u eerst de betreffende selectievakjes en klikt u vervolgens op Remove Selected. Van links naar rechts betekenen deze icontjes: Acces to the Control Panel Of de gebruiker toegang heeft tot het scherm waar hij zijn instelleingen kan aanpassen. Mailbox enabled/disabled Of het account in- of uitgeschakeld is. Mail redirect Of de die naar het adres wordt gestuurd wordt doorgestuurd naar een ander adres. Mail group Of het adres wordt gebruikt als lijst. Autoresponder Of de autoresponder is geactiveerd of niet. Spam filter Of het spamfilter is geactiveerd of niet. Anti virus Of de virusscanner is geactiveerd of niet. 3.2 Activeren van Mail Services Wanneer u op een naam uit de lijst klikt, dan komt u terecht op de eigenschappenpagina van het account. U kunt hier klikken de icoontjes om de bijbehorende opties aan te passen. Preferences Voorkeuren en instellingen, bijvoorbeeld het wachtwoord wijzigen. Mailbox Diskruimte voor de mailbox instellen en spamfilter activeren. Redirect berichten doorsturen naar een ander adres. 6

7 Mail group adressen toevoegen aan een lijst. Groups Hiermee kunt u Nieuwsgroepen toevoegen. Mail autoresponder Hiermee kunt u bijvoorbeeld een vakantiemelding maken. Spam filter Hiermee kunt u de spamfilter activeren (optioneel). Dr. Web Hiermee kunt u de virusscanner activeren (optioneel). 3.3 Beheer van Mail Redirects U kunt berichten standaard laten doorsturen (forward) of omleiden (redirect) van de een e- mailadres naar een ander. Dit gebeurt zonder dat de verstuurder van de het nieuwe adres ziet. kan worden omgeleid naar een adres buiten het domein klik hiervoor aan: Temporarily forward mail als de mailbox eigenaar tijdelijk niet bereikbaar is. Send mail to a new mailbox als een gebruiker het bedrijf of de instelling verlaat. 3.4 Beheer van Mail Groups Een Mail Group is een lijst van accounts die zijn gegroepeerd onder één adres. Zo kunt u gemakkelijk een bericht naar meerdere personen sturen. 3.5 Beheer van Auto responders Een Auto Responder is een automatisch gegenereerd antwoord van een bepaald adres. Auto Responders worden bijvoorbeeld gebruikt om een berichten te beantwoorden wanneer een gebruiker op vakantie is. Autoresponders kunnen zowel tekst als bijlagen (attachments) bevatten. 3.6 Attachment files Om een bestand te uploaden bladert u naar en bestand op uw lokale computer of naar het bedrijfsnetwerk door op de Browse... of Bladeren... knop te klikken bij File Name. Vervolgens klikt u op de button Send File. De bijlage zal dan worden getoond in de Repository (bewaarplaats). Let u er wel op dat deze bestanden toegankelijk zijn voor elke gebruiker die een Autoresponder wil instellen. 7

8 3.7 Spam Filter (optioneel) U kunt gebruik maken van een Black List en van een White List om binnenkomende mail te filteren. U kunt dit instellen op Reseller-niveau en op Gebruikersniveau. Op Gebruikesniveau is de spamfilter te regelen voor iedere individueel adres. De Reseller moet hiervoor echter wel toestemming voor hebben gegeven. Het activeren van de spam filter: Ga naar de betreffende mailbox-beheerpagina. Vink de Spam Filter checkbox aan. Klik op OK om het geheel op te slaan. Klik op het Spam Filter-icoon, u komt nu op de configuratiepagina terecht. Hier kunt u de spamfilter configureren. U kunt ervoor kiezen om een instelling Server Wide of lokaal (voor één mailadres) toe te passen. U selecteert dan het betreffende selcteivakje aan. Om een mail te bestempelen als spam wordt gebruik gemaakt van een puntensysteem. Deze punten worden verzameld volgens de internationale Spam assasin code. Black en White list Via de Black List en White List kunt u van domeinen of personen blokken. Blokkeren doet u door het toevoegen van het adres, bijvoorbeeld: iemand@spam.org of U klikt hiervoor eerst op een leeg veld daarna op Add. Doet u dit in een andere volgorde, dan krijgt u een foutmelding. 8

9 4 Webmail (optioneel) Om webmail te activeren klikt u op het icoon Prreferences van de namen voor het domain uwsite.nl pagina. Binnen de eigenschappen van het adres gebruiker@uwsite.nl kunt u dan op webmail klikken om de werking te testen. Voortaan kunt u dan naar webmail.uwsite.nl surfen om de mail te lezen. U dient wel eerst aan te melden met uw gebruikersnaam en wachtwoord. 9

10 5 MySQL database (optioneel) Op de domein administratie pagina klik binnen het service vak op het icoon Database. U komt dan op een vervolgpagina terecht. Op deze pagina kunt u een nieuwe database toevoegen. Nadat u een database heeft toegevoegd door een naam te hebben ingevoerd, word u naar het volgende scherm gebracht: Hier kunt u door op het icoon Add New Database User te klikken een username toevoegen en daarna de database administratiepagina bereiken (hiervoor is minimaal één user nodig). Op de Database Administration-pagina kunt u de instellingen voor de sql-database wijzigen. 10

11 6 Tips en opmerkingen Het unix-gerelateerde platform waar de server op draait word beveiligd door een krachtige virrusscanner. 11