gemeente Eindhoven Op 3 juli 2001 heeft zich een calamiteit voorgedaan bij Roek Loos Medical B.V. (HLM),

Transcriptie

1 r p gemeente Eindhoven Dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer Raadsnummer og.r Inboeknummer oapoooxox Beslisdatum Bikw x4 januari zoop Dossiernummeraoa.4Sx Raadsvoorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het bedrij venterrein Goederendistributiecentrum Acht 1 Inleiding Op 3 juli 2001 heeft zich een calamiteit voorgedaan bij Roek Loos Medical B.V. (HLM), aan de Kanaaldijk Noord 107. Deze locatie valt binnen de grenzen van het bestemmingsplan "Poeyers B"; dit plan laat herbouw van het bedrijf niet zonder meer toe, mede doordat dit plan is voorzien van een verouderde Staat van Inrichtingen (Bedrijvenlijst). Derhalve hebben wij in 2002 onder andere opdracht gegeven aan de dient Algemene en Publiekszaken, afdeling Juridische Zaken en Integrale Veiligheid, de dienst Stedelijke Ontwikkeling en Beheer en de Milieudienst Regio Eindhoven om in te zetten op de vestiging van HLM op Goederendistributiecentrum Acht (GDC Acht). Op 16 december 2002 heeft het voorstel tot het nemen van een voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het bedrijventerrein Goederendistributiecentrum Acht bij uw raad voorgelegen. Tevens lag bij uw raad voor het negatieve advies hieromtrent van de Dorpsraad Acht d.d. 11 december 2002 (zie hierover ook punt 7). Door middel van een nadere toelichting bij het raadvoorstel d.d. 13 december 2002 is uw raad ingelicht met betrekking tot de formele positie van de Dorpsraad Acht in deze besluitvormingsprocedure en een inhoudelijke reactie op het negatieve advies van de Dorpsraad d.d. 11 december Uw raad heeft bij besluit van 16 december 2002 verklaard zich niet te kunnen verenigen met het negatieve advies van de Dorpsraad Acht (d.d. 11 december 2002) gelet op de redenen genoemd in de hiervoor genoemde toelichting bij het toen voorliggende raadsvoorstel d.d. 13 december 2002, kenmerk 02P Op grond van artikel 16 van de Verordening op de Dorpsraad Acht heeft de Dorpsraad Acht vervolgens de gelegenheid om binnen drie weken opnieuw advies uit te brengen. Op 6 januari 2003 heeft de Dorpsraad Acht wederom een negatief advies uitgebracht. In dit voorstel gaan wij in op het nieuwe advies van de Dorpsraad en stellen wij u voor om een voorbereidingsbesluit voor een gedeelte van het bedrijventerrein Goederendistributiecentrum Acht te nemen.

2 Raadsnummer OQ.R Probleemstelling Begin 2002 is aan HLM reeds schriftelijk bericht dat vestiging op GDC Acht in beginsel is toegelaten op basis van de vigerende bestemmingsplannen Goederendistributiecentrum Acht (raadsbesluit 11 maart 1996) en I Goederendistributiecentrum Acht (raadsbesluit 11 november 1996). Als concrete locatie is hierbij een nog uit te geven perceel in beeld van circa m2, ten westen van de weg De Schakel. Kort daarna, op 22 februari 2002 heeft het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (VROM) het ontwerp Besluit vaststelling milieukwaliteitseisen voor externe veiligheid van inrichtingen (Wet milieubeheer) in de Staatscourant bekendgemaakt, hetgeen van grote invloed is op de vestiging van HLM op GDC Acht. Het ontwerpbesluit heeft tot doel de risico s waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld vanwege risicovolle inrichtingen tot een aanvaardbaar minimum te beperken en stelt derhalve zware eisen aan de nieuwvestiging van bedrijven zoals HLM. De toenmalige minister van VROM heeft de gemeente bij brief d.d. 18 april 2002 laten weten dat aan dit ontwerpbesluit nu al zoveel mogelijk toepassing moet worden gegeven. De vestiging van HLM op GDC Acht behoort nog immer tot de mogelijkheden, zij het dat rondom het bedrijf een risicocontour zal gelden, waardoor een groot deel van het GDC-terrein niet uitgeefbaar zal zijn ten behoeve van bedrijvigheid. Indien echter het GDC-terrein wordt herbestemd als "bedrijventerrein" ingevolge artikel 1, lid 1, van voornoemd ontwerpbesluit, bestaat de mogelijkheid om beperkt kwetsbare objecten, zoals "gebouwen en terreinen waar arbeid wordt verricht" (artikel 1, lid 1, juncto Bijlage II, onder c, van voornoemd ontwerpbesluit) binnen de risicocontour van HLM te realiseren. Een herbestemming als "bedrijventerrein" in de zin van het ontwerpbesluit houdt vooralsnog in dat de navolgende inrichtingen niet meer zijn toegestaan binnen het betreffende gedeelte van GDC Acht: zelfstandige ondernemingen op het gebied van horeca, post- en telecommunicatie en zakelijke dienstverlening, van financiele instellingen en van instellingen op het gebied van onderwijs, cultuur, sport en recreatie. Teneinde de vestiging van HLM ter plaatse mogelijk te maken en daarbij tevens de gronden, gelegen binnen de risicocontour, te behouden als uitgeefbaar bedrijventerrein, dient een nieuw bestemmingsplan te worden voorbereid. 3 Maatschappelijke effecten en het meetpunt voor succes Sinds de wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (WRO) in 2000 staat tegen het nemen van een voorbereidingsbesluit weer bezwaar en beroep open. Door het ongeval bij HLM is de nodige onrust ontstaan. Het is daarom niet ondenkbaar dat tegen het nemen van een voorbereidingsbesluit, mede gericht op het mogelijk maken van de vestiging van HLM op GDC Acht, bezwaar zal worden gemaakt door omwonenden en belanghebbenden op het terrein.

3 Raadsnummer 03.R a Milieutoets De Inspectie Ruimtelijke Ordening van het Ministerie VROM (IRO) is van mening dat HLM, gezien de omvang van de bij het bedrijf aan de Kanaaldijk Noord 107 behorende risicocontour voor lachgas van 140 m1, als een bedrijf in milieucategorie 4 aangemerkt moet worden. In de vigerende bestemmingsplannen voor GDC Acht bestaat momenteel de mogelijkheid om bedrijven in de categorieen 1 tot en met 4 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten ter plaatse te vestigen. De daadwerkelijke risicocontour ter plaatse zal afhankelijk zijn van de feitelijke hoeveelheden medicinale gassen ten behoeve van op- en overslag door HLM, maar zal binnen het gebied moeten liggen waarop het nieuwe bestemmingsplan betrekking heeft. 4 Wijze van aanpak/ oplossingsrichting Door het nemen van een voorbereidingsbesluit ex artikel 21 WRO juist na het indienen van een ontvankelijke bouwaanvrage van HLM op de locatie ten westen van de weg De Schakel, wordt voorkomen dat er zich binnen de risicocontour van HLM planologisch ongewenste ontwikkelingen voordoen. Tevens ontstaat een aanhoudingsplicht voor bouwaanvragen binnen het werkingsgebied van het voorbereidingsbesluit. 5 Financiele gevolgen en risico s Aan het nemen van een voorbereidingsbesluit zijn geen financiele gevolgen verbonden (anders dan publicatiekosten e.d.). Voor wat betreft de procesrisico s wordt verwezen naar het voorgaande onder punt 3, alsmede op het momenteel niet voorzienbare risico dat het voornoemde ontwerpbesluit gewijzigd zal worden. Sa Bestuurlijke kaders Het vaststellen van een voorbereidingsbesluit is een raadsbevoegdheid, waartegen bezwaar kan worden gemaakt en beroep kan worden ingesteld, alsmede verzoeken tot het treffen van een voorlopige voorziening kunnen worden ingediend. 6 Overige gevolgen van de aanpak De gronden gelegen binnen de risicocontour van HLM kunnen worden uitgegeven als bedrijventerrein, waarbij er rekening mee dient te worden gehouden dat bepaalde bedrijfsvormen niet meer zijn toegestaan (zelfstandige ondernemingen op het gebied van horeca, post- en telecommunicatie en zakelijke dienstverlening, van financiele instellingen en van instellingen op het gebied van onderwijs, cultuur, sport en recreatie) en ook overigens dient te worden voldaan aan de gestelde eisen in het ontwerpbesluit. Bovendien dient een nieuw bestemmingsplan te worden opgesteld, hetwelk rekening houdt met de eisen van het ontwerpbesluit. Een (gedeeltelijke) herziening van het bestemmingsplan ingevolge artikel 10 WRO zal aan Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant ter goedkeuring aangeboden moeten worden. Hieraan gaat een

4 Raadsnummer OgoR advies van de Provinciale Planologische Commissie vooraf, waarin met name de IRO een zware stem heeft. 7 Resultaten van overleg / inspraak Het nemen van een voorbereidingsbesluit is volgens de gemeentelijke inspraakverordening niet aan inspraak onderhevig. Wel dient het voornemen om het voorbereidingsbesluit te nemen, gezien de ligging op het GDC Acht, op grond van de Verordening op de Dorpsraad Acht, voor advies aan de Dorpsraad Acht voorgelegd te worden. Dit is bij schrijven van 28 oktober 2002 gebeurd. De Dorpsraad Acht heeft op 11 december 2002 negatief geadviseerd. Door middel van een nadere toelichting bij het raadsvoorstel d.d. 13 december 2002 is uw raad ingelicht met betrekking tot de formele positie van de Dorpsraad Acht in deze besluitvormingsprocedure en een inhoudelijke reactie op het negatieve advies van de Dorpsraad Acht d.d. 11 december Op grond van artikel 16 van de Verordening op de Dorpsraad Acht heeft de Dorpsraad Acht vervolgens de gelegenheid om binnen drie weken opnieuw advies uit te brengen. Op 6 januari 2003 heeft de Dorpsraad Acht wederom negatief geadviseerd (brief met kenmerk WA/03X000015). De Dorpsraad brengt in zijn nieuwe advies de volgende punten naar voren: 1 de Dorpsraad is van mening dat de in artikel 16, lid 3 van de Verordening op de Dorpsraad Acht genoemde termijn van drie weken weliswaar conform de verordening is, maar dat het voor de Dorpsraad vrijwel onmogelijk is om op zo korte termijn te reageren. Dat de Dorpsraad hier desondanks in is geslaagd doet volgens de Dorpsraad niet af aan de vraag of dit niet anders had gekund; 2 de Dorpsraad kan zich niet verenigen met de argumenten van de gemeenteraad voor het nemen van het voorbereidingsbesluit. Door het voorbereidingsbesluit te nemen zouden een aantal met name genoemde bedrijfssoorten zich niet meer op het terrein kunnen vestigen. Dit zijn echter bedrijven zonder negatief milieueffect, reden waarom de Dorpsraad vestiging van deze bedrijven juist wel zou willen toelaten. De Dorpsraad is het niet eens met het argument van de raad dat vestiging van deze bedrijven op basis van het nu geldende bestemmingsplan voor een groot deel ook niet mogelijk is, niet correct. De Dorpsraad is van mening dat dit dan in het eerste schrijven aan de Dorpsraad d.d. 28 oktober 2002 opgemerkt had moeten worden. De Dorpsraad is dan ook van mening onvoldoende geinformeerd te zijn. De Dorpsraad persisteert dan ook in zijn eerdere, negatieve, advies omdat dan wel niet alle opgesomde bedrijven er zich mogen vestigen, maar tenminste wel een aantal daarvan.

5 Raadsnummer OQ.R % ++ Ten aanzien van het nieuwe advies van de Dorpsraad, en de daarin genoemde argumenten, merken wij het volgende op: Ad 1 Artikel 16, lid 3, van de Verordening op de Dorpsraad Acht, geeft het volgende aan: "Indien het desbetreffend gemeentelijk bestuursorgaan (in casu de gemeenteraad) zich niet kan verenigen met een advies, deelt het de redenen hiervan mede aan de dorpsraad en stelt het de dorpsraad in de gelegenheid om binnen drie weken opnieuw advies uit te brengen. Na het verstrijken van deze termijn kan een definitieve beslissing worden genomen". De gemeenteraad heeft niet anders gedaan, en kan overigens ook niets anders, dan volgens deze bepaling handelen. Ad 2 Voor wat betreft het argument van de Dorpsraad Acht dat hij het niet eens is met de stelling dat ook het vigerende bestemmingsplan al een aantal typen bedrijvigheid uitsluit, wijzen wij op het volgende. Het huidige bestemmingsplan "Goederendistributiecentrum Acht" laat doeleinden van handel en bedrijf toe in de vorm van bedrijven, waarvan de bedrijfsvoering geheel of nagenoeg geheel bestaat uit overslag, groupage, distributie en assemblage van goederen, niet zijnde afvalstoffen, voorzover deze voorkomen in de categorieen 1 t/m 4 van de Staat van bedrijfsactiviteiten (mits deze niet zijn zoneringsplichtige inrichtingen). Daarnaast zijn in specifiek aangewezen delen van het plan industriele vestigingen en bedrijfswoningen toegestaan. Dat betekent dat het nu geldende bestemmingsplan slechts beperkte vormen van bedrijvigheid toelaat. Zoals in het eerste raadsvoorstel opgemerkt, dient nu reeds zoveel mogelijk rekening te worden gehouden met het ontwerpbesluit vaststelling milieukwaliteitseisen voor externe veiligheid van inrichtingen Wet milieubeheer. Dat zou betekenen dat binnen de milieucontour van Hoek Loos Medical B.V. vergaande beperkingen zouden worden opgelegd aan de mogelijkheid om bedrijven te vestigen. Om veilig te stellen dat zich binnen deze contour nog bedrijven kunnen vestigen is het noodzakelijk om een nieuw bestemmingsplan op te stellen, conform het voornoemde ontwerpbesluit. Dat houdt echter ook in dat bepaalde vormen van bedrijvigheid niet kunnen worden toegestaan, zoals ondernemingen op het gebied van horeca, post- en telecommunicatie, zakelijke dienstverlening, financiele instellingen en instellingen op het gebied van onderwijs, cultuur, sport en recreatie. Dergelijke bedrijven en instellingen zijn echter ook reeds op grond van het nu geldende bestemmingsplan nier toegestaan. Blijkbaar is bij de Dorpsraad door de formulering dat "het overgrote deel van deze ondernemingen niet (meer) zullen worden toegestaan" de indruk gewekt dat sommige van deze bedrijfssoorten nu wel zijn toegestaan. Dat is echter, gezien de zeer smalle segmentering van het GDC, niet het geval. Bovendien verandert er qua milieucategorisering niets; ook het huidige bestemmingsplan laat bedrijven tot en met categorie 4 toe. Dat wil zeggen dat

6 v )+ Raadsnummer 03.R de relatie van het bedrijventerrein tot de kern Acht niet verandert voor wat betreft de milieubelasting. Gelet op de voorgaande overwegingen zien wij geen aanleiding om in te stemmen met het negatieve advies van de Dorpsraad Acht d.d. 6 januari Communicatie Het raadsbesluit tot het nemen van een voorbereidingsbesluit zal op de gebruikelijke wijze worden gepubliceerd in Groot Eindhoven en de Staatscourant (artikel 22 WRO). 9 Ter inzage gelegde stukken a TNO-rapport (risicoanalyse en bepaling milieucategorie HLM) van december b Verslag bestuurlijk overleg met de IRO, d.d. 11 december c Tekening nummer 66952, d.d. 21 oktober d Advies Dorpsraad Acht d.d. 6 januari e Dossier met voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 november 2002 en herzien raadsbesluit d.d. 16 december Referendabiliteit Daar geen aanlegvergunningenstelsel wordt gekoppeld aan het te nemen voorbereidingsbesluit, is het besluit niet referendabel in het kader van de Tijdelijke Referendum wet. Een ontwerpraadsbesluit bieden wij u hierbij ter vaststelling aan. Burgemeester en wethouders van Eindhoven, M. Mittendorff, loco-burgemeester. C. Tetteroo, secretaris.

7 Raadsnummer OQ.R Raadsbesluit: De raad van de gemeente Eindhoven; gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 14 januari 2003; gelet op het bepaalde in artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening en het bepaalde in artikel 16 van de Verordening op de Dorpsraad Acht; besluit: 1 te verklaren zich niet te kunnen verenigen met het negatieve advies van de Dorpsraad Acht d.d. 6 januari 2003 inzake het collegevoornemen een ontwerp voorbereidingsbesluit aan de gemeenteraad voor te stellen; 2 te verklaren dat voor een gedeelte van het terrein Goederendistributiecentrum Acht, westelijk van de weg De Schakel, een en ander zoals dat op tekening nummer nader is aangeduid, een bestemmingsplan wordt voorbereid; 3 te bepalen dat dit besluit in werking treedt daags na publicatie. Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 3 februari R. Welschen, voorzitter. J. Verheugt, loco-secretaris. BF