in te stemmen met het horecaconvenant voor de gemeente Elburg en de hieruit voortvloeiende wijzigingen in de Algemene Plaatselijke Verordening.

Transcriptie

1

2

3

4

5 Beleid horeca gemeente Elburg Raadvoorstel invoering horecaexploitatievergunningenstelsel De raad der gemeente Elburg Etc. Wij stellen u voor: in te stemmen met het horecaconvenant voor de gemeente Elburg en de hieruit voortvloeiende wijzigingen in de Algemene Plaatselijke Verordening. Toelichting U heeft in uw vergadering van 25 januari jl. (voorlopig) ingestemd met het horecaconvenant voor de gemeente Elburg en de verder te volgen (inspraak)procedure. Ten behoeve van de uitwerking van het horecaconvenant is het noodzakelijk de Algemene Plaatselijke Verordening aan te passen. In bijgaand raadsbesluit zijn deze aanpassingen opgenomen. Belangrijkste veranderingen zijn onder meer het invoeren van een exploitatievergunningenstelsel waardoor alle horecaondernemingen in beginsel verplicht worden een exploitatievergunning aan te vragen, het opnemen van geluidhinderbepalingen (12 dagenregeling) en overige overlastbepalingen (bv. glasbepaling). In de 12-dagenregeling wordt onder meer voorgesteld maximaal 12 dagen per jaar aan te wijzen waarop inrichtingen niet hoeven te voldoen aan de geldende geluidseisen en maximaal 1 festiviteit per jaar vast te stellen voor inrichtingen waarbij de individuele houder van een inrichting niet hoeft te voldoen aan de geldende geluidseisen. Ten aanzien van de invoering van het exploitatievergunningstelsel voor horecazaken geldt tevens dat dit een goed preventief middel is om toekomstige coffeeshops (in horecazaken) te weren en eventuele overlast van horecazaken te beperken. Door ons is het raadsvoorstel horecaconvenant, het horecaconvenant en de hieruit voortvloeiende wijzigingen in de Algemene Plaatselijke Verordening (inclusief de 12-dagenregeling) 4 weken ter inzage gelegd. Door belanghebbenden is niet gereageerd op de ter inzage gelegde stukken. Conform de gemaakte afspraken in de raad van 25 januari jl. kan thans de definitieve vaststelling van het horecaconvenant en de hieruit voorvloeiende wijzigingen in de Algemene Plaatselijke Verordening plaats vinden. De leden van de raadscommissies OVM en AFB hebben in hun vergaderingen van 13 maart jl. en 15 maart jl. ingestemd met het conceptraadsbesluit en de onderliggende stukken. Vanuit de commissies is aangedrongen op uitbreiding van de incidentele festiviteiten maar wij blijven opteren voor 1 festiviteit per kalenderjaar, mede omdat geen differentiatie kan worden aangebracht in de verschillende kernen van de gemeente. Op grond van artikel 142 van de Gemeentewet treden bekendgemaakte besluiten in werking met ingang van de achtste dag na die van bekendmaking, tenzij in deze besluiten daarvoor een ander tijdstip is aangewezen. Binnen het driehoeksoverleg is afgesproken dat invoering van het convenant binnen het district gelijktijdig plaats zal vinden. Wanneer dit zal zijn is thans nog niet bekend en is mede afhankelijk van het tijdstip van vaststelling van het convenant in de overige gemeenten van het district. Dit betekent dat, na vaststelling in de raadsvergadering van 29 maart a.s, het besluit niet direct bekend kan worden gemaakt c.q. in werking treedt. Eerst worden de hierover districtelijk nog te maken afspraken afgewacht. In het raadsbesluit is daarom opgenomen dat het besluit op een nader door ons te bepaling tijdstip in werking treedt. Voor de behandeling van vergunningaanvragen voor exploitatievergunningen zijn legeskosten verschuldigd. Te zijner tijd wordt u een voorstel voorgelegd over de invoering hiervan. Onderstaand wordt in het kort een toelichting gegeven op de totstandkoming en de inhoud van het horecaconvenant. Het horecaconvenant voor de gemeente Elburg is gebaseerd op het modelhorecaconvenant voor het district Noordwest Veluwe. Door de beheersdriehoek van het district is aan een ambtelijke werkgroep de opdracht gegeven te komen tot een modelhorecaconvenant. Redenen hiertoe vormden onder meer de verschillen in horecasluitingstijden binnen het district, het in relatie daarmee niet sporen van regelgeving en handhaving en de wens om te komen tot een integrale opzet van horecabeleid. Het modelhorecaconvenant dient in alle gemeenten van het district leidend te zijn voor verdere lokale invulling met als doel de kwaliteit van het uitgaan in het algemeen te bevorderen en ook de veiligheid in brede zin optimaal te dienen. Gevolgde procedure. Het modelconvenant is in oktober 1999 aan ons college en in november 1999 aan de raadscommissie AFB voorgelegd. Vervolgens zijn alle horecaondernemers in het district Noordwest Veluwe in januari 2000 collectief geïnformeerd over het modelconvenant en de voorgenomen nieuwe werkwijze. Op 9 maart 2000 heeft de eerste bespreking met de horeca uit de gemeente Elburg plaatsgevonden. Tijdens deze bespreking is tevens een werkgroep samengesteld die zich verder over de invoering en nadere invulling van het convenant zou gaan buigen. Deze werkgroep is samengesteld uit 3 horecavertegenwoordigers, de burgemeester, een vertegenwoordiger namens de politie en een ambtenaar van de stafafdeling van de gemeente. Het overleg binnen de werkgroep heeft geresulteerd in een aantal (kleinere) aanpassingen in het modelconvenant, gerelateerd aan de situatie in de gemeente Elburg. Tevens is het modelconvenant voorgelegd aan de projectgroep integrale veilig-

6 2 heid. Zowel de horeca, als de politie en de projectgroep integrale veiligheid kunnen zich vinden in het thans voorliggende horecaconvenant voor de gemeente Elburg. Belangrijke punten uit het convenant voor de gemeente Elburg: Gebiedsaanduiding horecaconvenant. Op basis van het overleg met de politie en de horeca is ervoor gekozen het uitgaansgebied waarop het convenant betrekking heeft als volgt te definiëren: De vesting en de haven van Elburg, waarbij een en ander nader aangegeven wordt op de ter inzage liggende plattegronden. Dit betekent dat in beginsel alle horecagelegenheden die in het uitgaansgebied zijn gelegen en hiervoor in aanmerking willen komen het convenant kunnen onderschrijven. Daarnaast is het convenant van toepassing op een aantal met name genoemde cafés en discotheken die zich buiten het gedefinieerde uitgaansgebied bevinden. Horecaoverleg. Gemeentelijk integraal horecabeleid wordt in een overleg op beleidsniveau, beschreven door vertegenwoordigers van de convenantpartners en minimaal één maal in de vier jaar vastgesteld door de gemeenteraad. Het vastgestelde beleid wordt jaarlijks in het beleidsoverleg geëvalueerd en ter kennis gebracht van de betrokken raadscommissie. Er wordt in Elburg een horecaoverleg ingesteld. Dit bestaat uit vertegenwoordigers van de horeca, de politie en de gemeente Elburg. Portiersfunctie. De wet op de beveiligingsbedrijven en particuliere recherchebureaus bepaalt dat ingeval in het horecabedrijf toezicht wordt uigeoefend, dit gecertificeerd dient te zijn. Dit betekent dat er een wettelijke verplichting is als er in het horecabedrijf toezicht wordt uitgeoefend. In ieder geval dienen discotheek The Red en discotheek The New Break gecertificeerde portiers te hebben. De invoering van portiers bij andere horecagelegenheden is mede ter beoordeling van de politie en is onder meer afhankelijk van diverse openbare orde- en veiligheidsaspecten. Verantwoord alcoholgebruik. Overmatig gebruik van alcohol levert veiligheidsrisico s op. Het beleid is dan ook gericht op een verantwoorde verstrekking van alcoholhoudende dranken en het stimuleren, speciaal bij jongeren, van het gebruik van niet alcoholhoudende dranken. De horeca houdt zich strikt aan de STIZA (Code voor alcoholhoudende dranken), gemeente en politie initiëren voorlichtingscampagnes over alcoholgebruik (misbruik), en de horeca heeft aangegeven geen happy-hours te organiseren. Nuloptiebeleid ten aanzien van de handel in drugs. Drugs al dan niet in combinatie met het gebruik van alcoholhoudende drank, zijn een gevaar voor de veiligheid en volksgezondheid. De convenantpartners spannen zich daarom gezamenlijk in voor een drugs- en wapenvrije horeca. Met uitzondering van de gemeente Harderwijk hanteren de gemeenten in het district Noordwest-Veluwe ten aanzien van de handel in softdrugs het zogenaamde 0-optiebeleid. Dit betekent dat er in de gemeente Elburg geen coffeeshops worden toegestaan en de handel en het gebruik van (soft)drugs in horecagelegenheden niet is toegestaan. Een en ander is als zodanig in het horecaconvenant opgenomen. De invoering van het exploitatievergunningstelsel voor horecazaken is een goed preventief middel om toekomstige coffeeshops (in horecazaken) te weren en eventuele overlast van horecazaken te beperken. Het bestuurlijk-juridisch instrument op grond waarvan een nuloptiebeleid kan worden gebaseerd en uitgevoerd is tevens gelegen in artikel 13b van de Opiumwet. De artikelen 2 en 3 van de Opiumwet stellen het in- en uitvoeren, bereiden, bewerken, verwerken, verkopen, afleveren, verstrekken, vervoeren, aanwezig hebben en vervaardigen van, onder de Opiumwet vallende, verdovende middelen strafbaar. Onder deze middelen vallen zowel soft- als harddrugs. In artikel 13b van de Opiumwet is een bestuursdwangbevoegdheid opgenomen voor de burgemeester, indien in voor publiek toegankelijke lokalen en daarbij behorende erven een middel als bedoeld in artikel 2 of 3 van de Opiumwet wordt verkocht, afgeleverd of verstrekt dan wel daartoe aanwezig is. Sluitingstijden In het lokale horecaconvenant is een nieuwe sluitingstijdenregeling opgenomen voor horecazaken die zich conformeren aan het convenant. Deze regeling wijkt af van de nu in de APV opgenomen regeling. Volgens de huidige regeling is het de houder van een inrichting verboden deze voor bezoekers geopend te hebben of daar in bezoekers toe te laten of te laten verblijven op zondag tussen en uur en op overige dagen tussen uur en uur. Het modelconvenant geeft ondertekenaars hiervan de mogelijkheid na het tijdstip van 24.00/01.00 uur, het reeds aanwezige publiek glijdend te laten vertrekken, waarbij het uiterlijke tijdstip dat de inrichting gesloten moet zijn, wordt vastgesteld op uur. In het convenant voor de gemeente Elburg is uitgegaan van een openstelling tot uur en een glijdende sluiting voor aanwezige bezoekers tot uur, behoudens op de zaterdag. Op die dag wordt een sluitingstijdstip van uur gehanteerd met een glijdende sluiting tot uur. Ten aanzien van deelnemende cafetaria s en broodjeszaken is in het horecaconvenant voor de gemeente Elburg bepaald dat zij op zaterdagen om uur en op de overige dagen om uur gesloten moeten zijn. In eerste instantie was in overleg met de horeca en politie een sluitingstijd op de zaterdag van uur opgenomen. Bij de vaststelling van het convenant in ons college en uw raad is besloten het openingstijdstip terug te brengen op de zaterdag naar uur. Zoals reeds aangegeven zijn hier tijdens de terinzagelegging geen bezwaren tegen ingediend.

7 3 In het districtelijk modelhorecaconvenant is ten aanzien van de sluitingstijd voor broodjeszaken, cafetaria s, snackbars e.d. bepaald dat zij in de weekeinden open mogen zijn tussen uur en één uur voor het glijdend sluitingsuur ( uur). Hierin wijkt het horecaconvenant voor de gemeente Elburg dus af. Voordeel voor de horeca die het convenant onderschrijft is onder meer hierin gelegen dat zij langere openingstijden mogen hanteren dan de openingstijden zoals die staan vermeld in de Algemene Plaatselijke Verordening (uitgezonderd de cafetaria s en broodjeszaken). Wanneer horecazaken zich niet houden aan de gemaakte afspraken in het convenant kan dit uiteindelijk betekenen dat het met hen aangegane convenant wordt opgezegd en dus ook de hieruit voortvloeiende voordelen, waaronder de langere openingstijden, weer komen te vervallen. Elburg, 20 maart 2001 Burgemeester en wethouders van Elburg, de secretaris, de burgemeester, K. van der Linde Mr. P. Th. van Hout