Integraal Veiligheidsplan kadernota

Transcriptie

1 Integraal Veiligheidsplan kadernota Vlaardingen, 27 november 2012 Nr

2 1. Samenvatting Veiligheid behoort tot de klassieke taken van de overheid. De gemeente speelt hierin een belangrijke rol, omdat zij de overheid is die het dichtst bij de dagelijkse werkelijkheid van de burger staat. In Vlaardingen is veiligheid dan ook altijd een belangrijk onderdeel van het gemeentelijk beleid. De gemeente vervult daarin in het algemeen de regierol, hoewel zij ook een aantal uitvoerende taken heeft. Bijzonder aspect aan dit beleidsterrein is dat de gemeente (en dan met name de burgemeester) ook doorzettingsmacht heeft, waardoor zij aan burgers en organisaties gedragingen en beperkingen kan opleggen. Als de nieuwe Gemeentewet in werking treedt zijn gemeenten wettelijk verplicht elke vier jaar een Integraal VeiligheidsPlan (IVP) op te stellen, als kapstok voor het beleidsinstrumentarium van het gemeentelijk veiligheidsbeleid. Het stuk dat u nu leest stelt onderstaande kaders. Kader 1: Prioriteitstelling Het veiligheidsbeleid bevat vele onderdelen en elementen. Niet alles kan tegelijkertijd; het is dus van belang de juiste prioriteiten te stellen. Daarbij geven wij prioriteit aan die onderwerpen die veel overlast veroorzaken en/of sterk bijdragen aan gevoelens van onveiligheid. Wij stellen de volgende prioriteiten in het veiligheidsbeleid voor (zie voor verdere onderbouwing en toelichting hoofdstuk 5): 1. Externe veiligheid/ rampenbestrijding Gezien de ligging van Vlaardingen, de enorme impact die een incident of ramp kan hebben en het altijd weer onverwachte karakter ervan, blijft maximale inzet op externe veiligheid noodzakelijk. Omdat de gemeente, en dan met name de burgemeester, hierbij een centrale rol vervult heeft externe veiligheid de hoogste prioriteit. Het aantal incidenten wordt beïnvloed door het succes van preventieve activiteiten maar niet alleen daardoor. Schade en aantallen slachtoffers worden onder meer beïnvloed door repressieve activiteiten en geoefendheid. Als kader voor externe veiligheid/ rampenbestrijding hanteren wij dat er twee rampenoefeningen per jaar moeten worden gehouden. 2. Veilige woon- en leefomgeving a. High Impact Criminaliteit Geweldsdelicten, straatroof, overvallen en woninginbraak hebben met elkaar gemeen dat ze een zeer grote invloed hebben op het onveiligheidsgevoel van de burger. Het substantieel verhogen van de pakkans van daders, en daarmee het terugdringen van deze criminaliteit is landelijk en lokaal speerpunt van beleid. De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is een afname van deze delicten met 23% in 2014, ten opzichte van 2010 (overeenkomstig de landelijke doelstelling) b. Woonoverlast Woonoverlast kan variëren van rommel tot gevaarlijke situaties, van ruzie tot agressie. Zeker die laatste onderdelen hebben grote invloed op het onveiligheidsgevoel van burgers. De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is het keren van de stijging van het percentage van de bevolking dat aangeeft dat overlast door omwonenden vaak voorkomt. In 2015 moet dit percentage teruggebracht zijn naar de 5,6% uit Jeugd en veiligheid a. Overlastgevende jeugd (Groepen) jongeren die overlast geven blijken een grote invloed op het veiligheidsgevoel van burgers te hebben. 2

3 De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is het keren van de stijging van het percentage van de bevolking dat aangeeft dat overlast door groepen jongeren vaak voorkomt. In 2015 moet dit percentage teruggebracht zijn naar 12,5%. b. Jeugd in combinatie met alcohol en drugs Gebruik van alcohol en drugs door jongeren leidt vaak tot overlastsituaties, zowel in het uitgaanscentrum als in woonwijken. Daarnaast zijn alcohol en drugs slecht voor de gezondheid en de ontwikkeling van de betreffende jongeren. Overigens zijn op dit beleidsterrein veel verschillende organisaties aan het werk; wij zien voor de gemeente met name de regierol weggelegd. 4. Fysieke veiligheid Verkeersveiligheid Het gaat hierbij om verkeersaspecten van rampenbestrijding, zoals de bereikbaarheid voor hulpdiensten, de aanwezigheid van voldoende toegankelijke vluchtwegen.. In 2012 blijken op 20 locaties in Vlaardingen problemen met de bereikbaarheid voor hulpdiensten. In 2016 moet dit aantal teruggebracht zijn tot 15. Kader 2: Sociale Index Uit de sociale index met betrekking tot veiligheid (zie hoofdstuk 4) blijkt dat niet elke wijk even goed scoort. Wij streven ernaar dat in 2016 deze index voor alle wijken van Vlaardingen voldoende is. Kader 3: Budgetten De uitvoering van het veiligheidsbeleid moet plaatsvinden binnen de bestaande budgetten. Op dit moment is er geen ruimte voor extra middelen. Beleidsinstrumentarium Veiligheid Het instrumentarium voor het veiligheidsbeleid bestaat uit de volgende documenten: - dit Integraal VeiligheidsPlan (kadernota) - het Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid - Beleidsplan van de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond - Regionaal Risicoprofiel - Regionaal Crisisplan Rotterdam-Rijnmond - de gebiedsprogramma s - een aantal andere documenten en actieprogramma s over beleidsterreinen die ook veiligheid raken 3

4 2. Inleiding Veiligheid is één van de belangrijkste voorwaarden voor mensen om zich in hun samenleving goed te voelen en tot hun recht te komen. Het is dan ook niet voor niets dat de zorg voor veiligheid behoort tot de klassieke taken van de overheid. De gemeente speelt hierin een belangrijke rol. Zij is immers de overheid die het dichtst bij de dagelijkse werkelijkheid van de burger staat. Maar er zijn veel meer organisaties die zich met veiligheid bezighouden, zoals de politie, de Veiligheidsregio, DCMR, de brandweer, leefbaarheidsplatforms, woningcorporaties, het Bureau Welzijnsprojecten enz. In dit krachtenveld speelt de gemeente veelal de rol van regisseur. Soms heeft zij (en dan met name de burgemeester) echter ook zgn. doorzettingsmacht waardoor zij aan burgers en organisaties gedragingen en beperkingen kan opleggen. Tenslotte heeft de gemeente ook uitvoerende taken, bijvoorbeeld bij het afzetten van wegen bij incidenten en het opvangen van evacués. Om die rollen goed te kunnen vervullen is een kaderstellend en richtinggevend document van groot belang. Het Integraal VeiligheidsPlan (IVP) dat u nu leest is dat document. Het IVP laat de samenhang in het gemeentelijk veiligheidsbeleid zien en fungeert als uitgangspunt voor het onderdeel Veiligheid van de gebieds- en leefbaarheidsprogramma s en als referentiekader voor nieuw beleid. In dit document staan de kaders voor het veiligheidsbeleid van de gemeente Vlaardingen. Om die reden stelt de gemeenteraad het dan ook vast. De raad is immers binnen de gemeente het orgaan dat middels zijn kaders sturing geeft aan de uitvoering van het veiligheidsbeleid. Binnen zijn wettelijke bevoegdheden legt de burgemeester ook verantwoording af aan de gemeenteraad voor dit beleidsterrein. De wetgever heeft het belang van het IVP door gemeenten willen benadrukken door hen te verplichten om elke vier jaar een nieuw plan op te stellen. De uitvoering van het veiligheidsbeleid wordt zichtbaar in het Uitvoeringsprogramma Integrale Veiligheid. Daarin staan de maatregelen die B&W, binnen de door de raad gestelde kaders, willen nemen ter bevordering van de veiligheid in onze stad. Omdat de wijken van Vlaardingen van elkaar verschillen is maatwerk noodzakelijk; dat wordt zichtbaar in de gebiedsprogramma s. Leeswijzer In dit IVP wordt in hoofdstuk 3 ingegaan op de vraag wat veiligheid is en welke onderwerpen en thema s daaronder vallen. In hoofdstuk 4 staat een beschrijving van de veiligheid in Vlaardingen op dit moment. Hieruit kan worden gedestilleerd waar de grootste problemen en uitdagingen liggen; dat geeft richting aan de prioriteitsstelling. Immers, de problemen met het grootste effect op het gevoel van veiligheid van de Vlaardingers moeten het eerst worden aangepakt. De hoofdstukken 5 en 6 bevatten vervolgens de kaders. Hoofdstuk 7 gaat tenslotte in op het verband van deze kadernota met het uitvoeringsprogramma en de gebiedsprogramma s, twee belangrijke documenten waarmee de gemeente haar regierol vorm geeft. Tevens wordt een overzicht gegeven van de actieprogramma s die nu al op het brede terrein van de veiligheid aan de orde zijn. Dit hoofdstuk geeft dus inzicht in de gereedschapskist die de gemeente bij de vormgeving van haar veiligheidsbeleid ter beschikking staat. 4

5 3. Wat is veiligheid? Voor het beantwoorden van deze vraag gebruiken wij het door de Vereniging van Nederlandse Gemeenten ontwikkelde model. Daarin wordt de breedte van het onderwerp veiligheid zichtbaar. Het model onderscheidt vijf veiligheidsvelden met daarbinnen diverse veiligheidsthema s. Nr. Veiligheidsvelden Veiligheidsthema s 1 Veilige woon- en leefomgeving 1.1. Sociale kwaliteit (o.m. woonoverlast, overlast zwervers en verslaafden) 1.2. Fysieke kwaliteit (o.m. vernieling, graffiti, zwerfvuil) 1.3. Objectieve veiligheid/ veel voorkomende criminaliteit (o.m. woninginbraak, fietsendiefstal, geweldsdelicten) 1.4. Subjectieve veiligheid/ veiligheidsgevoel 2 Bedrijvigheid en veiligheid 2.1. Veilig winkelgebied 2.2. Veilige bedrijventerreinen 2.3. Veilig uitgaan 2.4. Veilige evenementen 2.5. Veilig toerisme 3 Jeugd en veiligheid 3.1. Overlastgevende jeugd 3.2. Criminele jeugd/ individuele probleemjongeren 3.3. Jeugd, alcohol en drugs 3.4. Veilig in en om de school 4 Fysieke veiligheid 4.1. Verkeersveiligheid 4.2. Brandveiligheid 4.3. Externe veiligheid 4.4. Voorbereiding op rampenbestrijding 5 Integriteit en veiligheid 5.1. Polarisatie en radicalisering 5.2. Georganiseerde criminaliteit 5.3. Ambtelijke en bestuurlijke criminaliteit Een andere, veel gebruikte, indeling van het beleidsterrein is die in externe en sociale veiligheid. - Externe veiligheid Onder externe veiligheid wordt vooral verstaan het beleid ter voorkoming en bestrijding van rampen en incidenten, inclusief de afwikkeling daarvan (die soms jaren kan duren). Van oudsher is dit een belangrijk onderdeel van het veiligheidsbeleid. In Vlaardingen is dat zeker ook het geval, omdat in en rond onze stad veel potentieel gevaarlijke bedrijvigheid aanwezig is. Daarom krijgt in dit IVP externe veiligheid ook een hoge prioriteit. Ook al heeft de gemeente op dit beleidsterrein te voldoen aan veel wetten en regels, versterking van de gemeentelijke regierol blijft zeker noodzakelijk. Gemeente en haar partners (zoals de DCMR en de Veiligheidsregio) blijven zich onverminderd inzetten om zich zo goed mogelijk voor te bereiden op de bestrijding van rampen. In het overzicht van de VNG gaat het hier vooral om beleidsveld 4, inclusief thema 4.1, verkeersveiligheid. Het gaat in dat thema namelijk niet om de gebruikelijke verkeersveiligheid (het voorkomen van verkeersongevallen en dergelijke) maar om de verkeersaspecten van rampenbestrijding, zoals het voorhanden hebben van voldoende vluchtwegen. Uiteraard zijn er ook raakvlakken met het verkeersbeleid, bijvoorbeeld waar het gaat om het voorkomen van opstoppingen en het bevorderen van doorstroming voor hulpdiensten. Begin oktober 2012 stelde het College van B&W de Beleidsvisie Externe Veiligheid Ruimte voor Duurzame Veiligheid vast. In deze visie worden ruimtelijke kaders met betrekking tot externe veiligheid neergelegd. Het stuk wordt besproken in het burgerplatfom Hinder en Veiligheid. 5

6 - Sociale veiligheid De andere Veiligheidsvelden en thema s uit het model van de VNG betreffen met name de sociale (on)veiligheid. Dat is onveiligheid die het gevolg is van ongewenst maatschappelijk gedrag van enkelingen of groepen. Daarbij is het verschil tussen objectieve veiligheid en het veiligheidsgevoel van burgers van belang. Statistieken die uitwijzen dat een buurt veilig is verliezen veel van hun waarde als (in die buurt, maar soms ook ver daarbuiten) een ernstig incident heeft plaatsgevonden. De bestrijding van sociale onveiligheid heeft raakvlakken met zeer veel gemeentelijke taken. Dat blijkt al uit het veiligheidsmodel van de VNG maar het is ook te zien in hoofdstuk 7. Daar staat een overzicht van wat de gemeente hier nu al aan doet. 6

7 4. Hoe veilig is Vlaardingen nu? Kaderstelling en prioritering vereisen inzicht in de veiligheid in Vlaardingen op dit moment. Daarvoor is een aantal meetinstrumenten beschikbaar. Atlas voor de gemeenten In de Atlas voor de gemeenten worden de 50 grootste Nederlandse steden met elkaar vergeleken op een aantal indicatoren. Qua inwonertal is Vlaardingen in de Atlas 2012 stad nummer 48 (de grootste stad, Amsterdam, is nummer 1). Volgens de Atlas is Rotterdam de meest onveilige stad, de veiligste, Amstelveen krijgt daar nummer 1, Voor de indicator Veiligheid ziet het beeld er als volgt uit : Jaar Positie van Vlaardingen Veiligheidsrapportage Rotterdam Rijnmond 2012 In de Veiligheidsrapportage Rotterdam Rijnmond 2012 worden de 19 regiogemeenten in de stadsregio met elkaar vergeleken op het aantal aangiftes/meldingen per 1000 inwoners. Vlaardingen scoort hier de veertiende plaats (de eerste plaats is voor de gemeente met het laagste aantal). Ter vergelijking met enkele andere gemeenten uit de regio: Gemeente Rangorde m.b.t. aangiftes/ meldingen per 1000 inwoners Capelle a.d. IJssel 13 Vlaardingen 14 Spijkenisse 15 Schiedam 16 Uit de Veiligheidsrapportage 2012 blijkt verder dat sinds 2009 het aantal aangiften gedaald is voor de delicten zedenmisdrijven, bedreiging, mishandeling, diefstal uit en van motorvoertuigen, brommers en fietsen en zakkenrollerij. Een stijging vond plaats voor openlijk geweld, straatroof en overval, poging tot woninginbraak, inbraak in garage/schuur en vernieling van auto s In de Veiligheidsrapportage 2012 wordt ook aandacht besteed aan de veiligheidsbeleving. Dit leidt tot het volgende beeld: - Voor inbraak, straatroof en openlijk geweld komt het veiligheidsgevoel overeen met de werkelijke aangiftecijfers - Bewoners hebben de indruk dat inbraak en bedreiging in hun buurt nu vaker voorkomen dan in Dat geldt ook voor overlast door drugs, groepen jongeren, dronken mensen en lastigvallen op straat, hoewel hiervoor geen toename van het aantal aangiften/ meldingen genoteerd is - Het aantal vernielingen op straat is afgenomen. Mensen voelen zich hierover dan ook veiliger. - Er is relatief veel ontevredenheid over de aanpak van verkeersonveiligheid, overlastgevende en criminele jeugd en individuele probleemjongeren 7

8 - Men is het meest tevreden over de aanpak van onveiligheid bij evenementen en toerisme. - Over de aanpak van uitgaansonveiligheid is men tevreden Sociale Index De Sociale Index bevat ook een aantal gegevens over veiligheid en de beleving daarvan. De Index bevat per stadsdeel onderstaande waardering van de subjectieve en de objectieve veiligheid. Onderwerp Vlaardingen Centrum Westwijk Oostwijk Ambacht Holy-Z Holy-N totaal Veiligheid totaal 6,7 6,1 6,5 7,5 6,4 6,6 7,4 Subjectieve veiligheid 6,8 6,2 5,9 8,2 6,9 6,9 7,3 Omlopen om onveilige plekken in de buurt 7,0 6,2 6,5 9,0 6,6 8,0 7,3 te vermijden s Avonds voelt men zich onveilig in buurt 6,8 5,5 5,6 8,1 7,4 5,9 7,9 Angst om in de buurt lastig gevallen of overvallen te worden 6,6 6,9 5,5 7,5 6,7 6,7 6,6 Objectieve veiligheid 6,7 5,9 7,2 6,8 5,9 6,4 7,5 Diefstal 5,6 4,4 6,1 4,9 5,4 5,6 7,5 Inbraak 7,0 7,8 7,4 8,8 6,3 5,8 7,2 Geweld 7,2 5,6 7,3 6,7 7,6 7,6 8,4 Vernieling 6,8 5,9 7,8 6,6 6,7 5,9 7,8 Betekenis van de kleuren: t/m 3,9 Probleem 4,0 t/m 5,4 Zeer zwak 5,5 t/m 6,4 Kwetsbaar 6,5 t/m 7,8 Voldoende 7,9 en hoger Sterk 8

9 5. Kaderstelling prioriteiten Het veiligheidsbeleid is veelkleurig en omvat veel thema s en onderwerpen. De gemeente speelt in dit beleid vooral een regierol. Met name de burgemeester heeft echter ook nog specifieke (wettelijke) bevoegdheden op het gebied van openbare orde en veiligheid. Bij incidenten en rampen beschikt hij over aanzienlijke doorzettingsmacht en kan hij sterk directief optreden. Daarnaast heeft de gemeente uitvoerende taken, bijvoorbeeld bij de opvang van evacués of het afzetten van wegen. Omdat nu eenmaal niet alles tegelijkertijd mogelijk is (wat zowel voor de gemeente als voor haar partners geldt) is het noodzakelijk prioriteiten te stellen. De projectorganisatie ter voorbereiding van dit IVP (bestaand uit in- en externe partners, waaronder de politie, brandweer, woningcorporaties) heeft deze prioriteiten geselecteerd op basis van de analyse van de veiligheidssituatie in Vlaardingen op dit moment en de maatschappelijk gevoelde wenselijkheid, zoals die naar voren kwam uit raadpleging van het burgerpanel en de leefbaarheidsplatforms. In algemene zin kan worden gezegd dat prioriteit wordt gelegd bij de onderwerpen die veel overlast veroorzaken en/of sterk bijdragen aan gevoelens van onveiligheid. Deze prioriteiten vormen het kader voor de uitvoering van het gemeentelijk veiligheidsbeleid voor de jaren 2012 tot en met Wij stellen voor in het integraal veiligheidsbeleid de volgende prioriteiten te stellen: 1. Externe veiligheid/ rampenbestrijding Externe veiligheid, de bescherming tegen (de gevolgen van) incidenten en rampen, scoort niet zo hoog in onderzoeken naar veiligheidsbeleving. Pas wanneer een incident plaats heeft en iets fout gaat in de bestrijding daarvan, blijkt het belang van een goede aanpak. Gezien de ligging van Vlaardingen, de enorme impact die een incident of ramp kan hebben en het altijd weer onverwachte karakter ervan, blijft maximale inzet op externe veiligheid noodzakelijk. De tendens dat de gemeente en met name de burgemeester hierbij een essentiële rol vervult is ongewijzigd van kracht. Dit rechtvaardigt de hoogste prioriteit voor externe veiligheid binnen het gemeentelijk veiligheidsbeleid. Het aantal incidenten wordt beïnvloed door het succes van preventieve activiteiten maar niet alleen daardoor. Schade en aantallen slachtoffers worden onder meer beïnvloed door repressieve activiteiten en geoefendheid. Als kader voor externe veiligheid/ rampenbestrijding hanteren wij dat er twee rampenoefeningen per jaar moeten worden gehouden. 2. Veilige woon- en leefomgeving a. High Impact Criminaliteit Onder High Impact Criminaliteit wordt criminaliteit verstaan die diep ingrijpt op de persoonlijke levenssfeer van burgers: geweldsdelicten, straatroof, overvallen en woninginbraak. Deze delicten hebben met elkaar gemeen dat ze een zeer grote invloed hebben op het onveiligheidsgevoel van de burger. Het substantieel verhogen van de pakkans van daders, en daarmee het terugdringen van deze criminaliteit is landelijk en lokaal speerpunt van beleid. De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is een afname van deze delicten met 23% in 2014, ten opzichte van 2010 (wat overeenkomt met de landelijke doelstelling) b. Woonoverlast Het komt regelmatig voor dat bewoners overlast ervaren van hun buren. Die overlast kan variëren van rommel tot gevaarlijke situaties, van ruzie tot agressie. Zeker die laatste onderdelen hebben grote invloed op het onveiligheidsgevoel van burgers. In de Veiligheidsrapportage 2012 wordt de overlast door omwonenden gemeten met het percentage van de bevolking dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt. Voor 2009 was de score in Vlaardingen 5,6%, voor ,6%. In de hele regio luiden deze percentages 6,8 resp. 7,8. 9

10 De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is het keren van de stijgende lijn. In 2015 moet dit percentage dus teruggebracht zijn naar 5,6%. 3. Jeugd en veiligheid a. Overlastgevende jeugd (Groepen) jongeren die overlast geven blijken een grote invloed op het veiligheidsgevoel van burgers te hebben. De gemeente richt zich vooral op groepen die hinderlijk zijn of overlast veroorzaken en minder op criminele groepen. Die zijn in principe een verantwoordelijkheid voor politie en justitie. In de Veiligheidsrapportage 2012 wordt de overlast door groepen jongeren gemeten met het percentage van de bevolking dat aangeeft dat deze overlast vaak voorkomt. Voor 2009 was de score in Vlaardingen 13,5%, voor ,0%. In de hele regio luiden deze percentages 17,0 resp. 16,6. De doelstelling van het Vlaardings veiligheidsbeleid is het keren van de stijgende lijn. In 2015 moet dit percentage teruggebracht zijn naar 12,5%. b. Jeugd in combinatie met alcohol en drugs Gebruik van alcohol en drugs door jongeren leidt vaak tot overlastsituaties, zowel in het uitgaanscentrum als in woonwijken. Daarnaast zijn alcohol en drugs slecht voor de gezondheid en de ontwikkeling van de betreffende jongeren. Overigens zijn op dit beleidsterrein veel verschillende organisaties aan het werk; wij zien voor de gemeente met name de regierol weggelegd. 4. Fysieke veiligheid Verkeersveiligheid Het gaat hierbij niet om verkeersveiligheid als in voorkoming van verkeersongevallen, maar om verkeersaspecten van rampenbestrijding, zoals de bereikbaarheid voor hulpdiensten, de aanwezigheid van voldoende toegankelijke vluchtwegen. Dit onderwerp heeft prioriteit omdat burgers zich hierover zorgen maken maar zeker ook omdat het de effectiviteit van de rampenbestrijding, hierboven al als prioritair aangemerkt, sterk beïnvloedt. In 2012 blijken op 20 locaties in Vlaardingen problemen met de bereikbaarheid voor hulpdiensten. In 2016 moet dit aantal teruggebracht zijn tot 15. Sociale Index in de wijk Uit de sociale index met betrekking tot veiligheid (zie hoofdstuk 4) blijkt dat niet elke wijk even goed scoort. Wij streven ernaar dat in 2016 deze index voor alle wijken van Vlaardingen voldoende is. 10

11 6. Kaderstelling budgetten De uitvoering van het veiligheidsbeleid kost uiteraard geld. In de gemeentebegroting 2013 zijn de volgende budgetten verwerkt: Bijdrage aan de Veiligheidsregio Rotterdam-Rijnmond - Bijdrage VRR voor o.m. de regionale brandweer ,- Overige uitgaven fysieke veiligheid (t.b.v. onder meer opleidingen, materialen) ,- Budget integraal veiligheidsbeleid - RIEC ,- - SUS-teams ,- - Veiligheidshuis ,- - Cameratoezicht ,- - Opleidingen i.h.k.v. rampenbestrijding ,- - Aanpak veelplegers 5.000,- - Fietslampjesactie 800,- - Overige kosten ,- Totaal ,- Toezicht en Veiligheid incl. Lichtblauwe Brigade - Salariskosten sectie Toezicht en Veiligheid ,- - Diverse werkbudgetten (waaronder ,- voor aanpak hennepkwekerijen) ,- Veiligheidsmanagement afdeling Bestuurszaken Bij de afdeling Bestuurszaken zijn twee formatieplaatsen ondergebracht voor veiligheidsmanagement en coördinatie. Op dit moment is er geen ruimte voor extra middelen. Dit betekent dat het veiligheidsbeleid, inclusief de hierboven uitgewerkte prioriteitsstelling, moet worden uitgevoerd binnen deze budgetten. 11

12 7. Beleidsdocumenten en actieprogramma s IVP en Uitwerkingsnota Dit Integraal VeiligheidsPlan vormt het kader voor het veiligheidsbeleid van Vlaardingen. De uitvoering daarvan wordt zichtbaar in de Uitvoeringsnota Integraal VeiligheidsPlan Vlaardingen. Daarin staan de maatregelen die B&W, binnen de door de raad gestelde kaders, willen nemen ter bevordering van de veiligheid in onze stad. De visie Ruimte voor duurzame veiligheid gaat met name in op de ruimtelijke aspecten van externe veiligheid. Gebiedsprogramma s Omdat de wijken van Vlaardingen van elkaar verschillen is maatwerk noodzakelijk; dat wordt zichtbaar in de gebiedsprogramma s. Die worden opgesteld voor de gebieden Centrum (Centrum, Vettenoordspolder, Oostwijk), Holy (noord en zuid), Rivierzone, West (Westwijk, Indische Buurt) en Vlaardingen Ambacht (Babberspolder, Ambacht). Veiligheid vormt een belangrijk onderdeel van die gebiedsprogramma s. Actieprogramma s Vlaardingen onderneemt op velerlei terreinen reeds acties. Hieronder volgt daarvan een overzicht, gerubriceerd naar beleidsveld, zoals de VNG heeft aangereikt (zie hiervoor hoofdstuk 3). 1. Veilige woon- en leefomgeving - Ketenaanpak overvalcriminaliteit - Integraal handhavingsplan - Bestuurlijke aanpak hennepteelt - Veiligheidshuis - Regionaal Informatie- en ExpertiseCentrum (RIEC) - Cameratoezicht - Lichtblauwe brigade 2. Bedrijvigheid en veiligheid - Horecaconvenant - Keurmerk Veilig uitgaan - Horecateam politie - SUS-teams - Keurmerk Veilig Ondernemen 3. Jeugd en Veiligheid - Convenant Veilige school - Regiegroep Jeugd - Integrale jeugdacties - GOSA Gemeentelijke Organisatie Sluitende Aanpak 4. Fysieke Veiligheid - Gemeentelijk VerkeersVervoersPlan - Project Brandveilig Leven - Beleidsvisie externe veiligheid Ruimte voor duurzame veiligheid - VRR Beleidsplan Regionaal Crisisplan Rotterdam-Rijnmond Regionaal Risicoprofiel Rotterdam-Rijnmond 5. Integriteit en Veiligheid - Convenant Huisvesting MOE-landers - Vele Vlaardingers Eén Huis - Toepassing wet BIBOB 12