GEMEENTE SMALLINGERLAND. Beleidsnota Participatiewet. Sociale Zaken

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "GEMEENTE SMALLINGERLAND. Beleidsnota Participatiewet. Sociale Zaken 9-12-2014"

Transcriptie

1 GEMEENTE SMALLINGERLAND Meidwaan Meedoen Beleidsnota Participatiewet meiinoar libje, meiinoar wurkje samen leven, samen werken Sociale Zaken De beleidsnota Participatiewet is onderdeel van de kadernota 'Samen voor elkaar' waarin de integrale aanpak sociaal domein wordt beschreven. Voor de nota Participatiewet gelden die algemene kaders onverminderd.

2 Inhoudsopgave Kernboodschap Sociaal domein gemeente Smallingerland 3 Hoofdstuk 1 Inleiding Sociaal domein samenlevingsperspectief Meerjarige aanvullende uitkering (MAU) Haalbaarheidsonderzoek Monitoring Leeswijzer 7 Hoofdstuk 2 Participatiewet Inleiding Participatiewet Doelgroep Participatiewet Analyse doelgroep en budget effecten Arbeidsmarkt 13 Hoofdstuk 3 Opgave Meer met minder 15 Hoofdstuk 4 Werk en werkgevers Inclusieve arbeidsmarkt en vraaggerichte arbeidsmarktaanpak Regionale samenwerking Lokale initiatieven 21 1

3 Hoofdstuk 5 Iedereen in beweging Een breed vangnet Re-integratie en participatie Transformatie naar werkarrangementen en participatiearrangement 27 Hoofdstuk 6 Financiële middelen Meer taken met minder middelen Financiën in beeld 33 Literatuurlijst 37 Lijst met afkortingen 39 Bijlagen 41 2

4 Kernboodschap Sociaal domein gemeente Smallingerland De gemeente Smallingerland wil dat zoveel mogelijk mensen zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Participatie, bij voorkeur via werk, zorgt voor sociale, economische zelfstandigheid. Bovendien draagt participatie bij aan het gevoel van eigenwaarde, aan de sociale cohesie en de economie. Participatie is onlosmakelijk verbonden met de visie op de Wmo en het Sociaal Domein van de gemeente Smallingerland. In 2012 is de visie in het Wmo beleidsplan vastgesteld en in 2014 in de nota 'Samen voor elkaar' aangescherpt 1 : Smallingerland is een gemeente waarin mensen zo zelfstandig mogelijk kunnen functioneren, waar iedereen op zijn of haar manier een bijdrage levert aan de lokale samenleving en waar mensen naar elkaar omkijken. De gemeente Smallingerland heeft een samenleving voor ogen waarin mensen wel van elkaar verschillen, maar desondanks zoveel mogelijk dezelfde kansen en mogelijkheden hebben; Smallingerland is een gemeente waar ook ouderen en mensen met een beperking kunnen sporten, winkelen en vrijwilligerswerk kunnen verrichten en zij niet hoeven te vereenzamen. Een gemeente waar ontwikkelingsachterstanden en schooluitval worden aangepakt en waar mensen elkaar helpen als dat nodig is. Een gemeente waar zoveel mogelijk inwoners vrijwilligerswerk en mantelzorg verrichten en waar altijd een beroep gedaan kan worden op professionele ondersteuning als dat nodig is; Smallingerland is een gemeente waar alle burgers binnen hun eigen mogelijkheden en op hun eigen wijze meedoen aan de samenleving. Iedereen die een bijdrage levert aan de maatschappij in de vorm van werk, een opleiding, vrijwilligerswerk of mantelzorg, maakt deel uit van sociale verbanden, heeft iets om trots op te zijn en krijgt de kans om zich te ontplooien. Met de komst van de Participatiewet wordt iedereen in staat gesteld als volwaardig burger mee te doen en bij te dragen aan de samenleving. De Participatiewet maakt deel uit van een groter decentralisatieproces, waarbij taken verschuiven van het Rijk naar de gemeenten. Het Rijk hevelt vanaf 2015 taken op het gebied van Jeugdzorg, AWBZ-Wmo en Participatie over naar gemeenten. Zelfredzaamheid, eigen kracht en het meer inzetten van sociale netwerken zijn begrippen die in elk van de decentralisaties centraal staan. Om onze inwoners optimale zorg en ondersteuning te kunnen bieden kunnen we de verschillende decentralisaties niet los van elkaar zien. We staan voor de uitdaging om de samenhang tussen de verschillende decentralisaties te bezien en deze vanuit een integrale visie op het sociale domein vorm te geven en uit te voeren. Voor u ligt de beleidsnota Participatiewet. Het uitgangspunt in onze visie op het Sociaal Domein is ook hier krachtig van toepassing: 'Iedereen doet mee in gemeente Smallingerland'. En iedereen kan, naar vermogen, altijd en op velerlei wijze meedoen. Meedoen is, waar mogelijk, primair gericht op betaald werk en waar dit (tijdelijk) niet haalbaar is op maatschappelijke participatie. Ook tijdens de zoektocht naar betaald werk kunnen mensen op meerdere wijzen meedoen. We geven in deze nota de kaders weer van waaruit we het (wettelijk) beschikbare instrumentarium in willen gaan zetten. 1 Besluit gemeenteraad 12 juni 2012, respectievelijk 11 februari

5 Met de komst van de Participatiewet wordt de gemeente verantwoordelijk voor de (arbeids)participatie van een steeds grotere groep mensen. De omvang van de doelgroep stijgt in 2018 met ruim 5 % vergeleken met Daarbij zitten ook mensen met een arbeidsbeperking die meer (structurele) begeleiding nodig hebben. Al deze mensen verdienen kansen op de reguliere arbeidsmarkt. Wanneer er (nog) geen plek is op de arbeidsmarkt zullen wij mensen aanmoedigen om hun talent te ontplooien en verdienen mensen kansen om hun talenten in te zetten voor de samenleving. We hebben hierbij een forse uitdaging. We beschikken over veel minder budget voor ondersteuning dan de afgelopen jaren. Het budget dat beschikbaar wordt gesteld om de grotere doelgroep met meer complexe problemen te ondersteunen, daalt in de periode met ongeveer 19 %. Wij maken de volgende keuzes: Wij willen dat iedereen die een beroep doet op de gemeenschap zich naar vermogen inzet om weer zelf in het levensonderhoud te kunnen voorzien. Duurzame sociaal economische zelfredzaamheid in de vorm van werk is het hoogste doel. Als dat (langdurig) niet meer mogelijk is, motiveren wij mensen om hun talenten naar vermogen in te zetten voor de eigen ontwikkeling of de gemeenschap. We zetten het beschikbare budget in om mensen met een bijstandsuitkering weer zo snel mogelijk aan het werk te krijgen. Dit heeft een positief effect op het (overschot van het) inkomensdeel. We werken lokaal en regionaal samen met werkgevers om te komen tot een goede match van vraag en aanbod van arbeid. We hebben de behoeften van werkgevers goed in beeld en zetten in op het ontzorgen van de werkgever. We gaan nog meer een beroep doen op de eigen kracht van mensen en alleen diegenen die het echt nodig hebben ondersteuning op maat bieden naar werk en maatschappelijke participatie. Hoe hoger de zelfredzaamheid hoe meer de nadruk ligt op een collectief ondersteuningsaanbod. Hoe beperkter de zelfredzaamheid, hoe meer ruimte voor individuele ondersteuning (op maat). Door zoveel mogelijk op collectieve ondersteuning in te zetten en individueel maatwerk te bieden waar nodig, kunnen we met beperkte middelen meer mensen ondersteunen richting werk en maatschappelijke participatie. In het gebiedsteam wordt vanuit een integrale blik vanuit meerdere levensgebieden gekeken op welke wijze de bijstandsgerechtigde het beste maatschappelijk kan participeren. Deze integrale aanpak biedt kansen om de uitvoering op het gebied van participatie effectiever en efficiënter in te richten vanuit de aanpak één huishouden, één plan, één regisseur. We zoeken naar nieuwe verbindingen en innovatie, werken samen met partners in Smallingerland en sluiten aan op het particulier initiatief om de (maatschappelijke) participatie te vergroten. Gebiedsgericht waar gewenst, gemeentebreed waar nodig. We maken afspraken met maatschappelijke partners in de gemeente over de wijze waarop zij binnen de bestaande subsidieafspraken bijdragen in het laten participeren van cliënten die zich op de onderste trede van de participatieladder bevinden. Iedere bijstandsgerechtigde krijgt in principe een persoonlijk actieplan waarbij invulling wordt gegeven aan de eigen verantwoordelijkheid en de eigen mogelijkheden en talenten centraal staan. Meidwaan Meedoen 4

6 Hoofdstuk 1 Inleiding Positionering van dit document en leidende principes 1.1 Sociaal Domein - samenlevingsperspectief In de kadernota 'Samen voor elkaar' staat centraal dat iedereen in Smallingerland meedoet. Participatie is actief deelnemen aan de samenleving bijvoorbeeld door te werken, of door naar school te gaan, of door vrijwilligerswerk te doen of deel te nemen aan andere maatschappelijke activiteiten. Het is belangrijk dat iedereen mee kan doen in de samenleving. In principe op eigen kracht, maar waar nodig met (tijdelijke) ondersteuning. Van daaruit hebben wij voor de doelgroep van de participatiewet de ambitie geformuleerd dat: Alle mensen uit de gemeente Smallingerland die kunnen werken, werken naar vermogen. Alle mensen uit de gemeente Smallingerland die (tijdelijk) niet kunnen werken, worden geactiveerd voor maatschappelijke participatie. De meeste mensen kunnen voorzien in hun eigen levensonderhoud, hebben een baan en zijn ook op andere manieren maatschappelijk actief. Voor andere mensen is dit een grotere opgave en zij hebben moeite met het vinden van een plek op de arbeidsmarkt. Wij willen deze mensen een perspectief blijven bieden op werk en wanneer dat (nog) niet mogelijk is, willen wij mensen aanmoedigen hun talenten te ontplooien. We gaan zoveel mogelijk uit van de eigen mogelijkheden en bieden waar nodig ondersteuning. Uitgangspunten 2 van deze ondersteuning zijn: Eigen kracht o Wij gaan uit van de mogelijkheden van de burger. Hij/ zij maakt zelf een persoonlijk actieplan waarbij wij indien nodig ondersteuning bieden. Wij bespreken altijd met een inwoner wat hij of zij zelf kan doen of kan organiseren om mee te doen in de samenleving. Ook wordt bij de totstandkoming van de ondersteuningsplannen het sociale netwerk van de burger vanaf het begin betrokken. Van claimgericht naar resultaatgericht o Wij gaan uit van individueel maatwerk en bieden ondersteuning die aansluit bij de individuele situatie en gebruikt maakt van wat mensen en hun sociaal netwerk zelf kunnen. Algemene voorzieningen o Wij willen mensen motiveren en stimuleren om te leven vanuit eigen kracht en verantwoordelijkheid in de eigen leefsituatie. Daar hoort bij dat basisvoorzieningen op orde en algemeen toegankelijk zijn. We gaan uit van een breed laagdrempelig aanbod van algemene voorzieningen dat keuzevrijheid geeft aan inwoners en hen kan stimuleren om op eigen kracht en zelfstandig beperkingen te compenseren. De ontwikkeling en innovatie van algemeen aanbod heeft een preventieve werking richting complexere ondersteuningsvragen en specialistische zorg en ondersteuning. Preventie o Voorkomen is beter dan genezen. Met een zorgzame samenleving waarin ruimte is voor eigen initiatief ontstaat veerkracht en kunnen problemen worden voorkomen die mensen niet zelf op kunnen lossen. Als er hulp nodig is, dient deze zo vroeg en 2 Vrij naar de Kadernota Wmo beleidsplan (2012) en kadernota 'Samen voor elkaar' (2014) 5

7 dichtbij mogelijk te worden geboden. Werk is een belangrijk middel om goed mee te kunnen doen in de samenleving. Het begeleiden naar werk door de medewerkers van de afdeling Sociale Zaken (SZ) is daarmee een belangrijk preventief middel. Wij zetten in op preventie door onze samenwerking met het UWV, onderwijs, reintegratiebureaus en werkgevers. Wij maken zelf rechtstreeks afspraken met maatschappelijke organisaties en werkgevers over participatie. Samenhang o Wij zorgen voor een samenhangend ondersteuningsaanbod en sluiten aan bij de gebiedsteams 3. Bij het vinden van een oplossing wordt gewerkt via het principe: één gezin, één plan, één contactpersoon. Gebiedsgerichte basisstructuur o Wij willen veelheid van structuren terugbrengen tot een beperkt aantal vaste structuren. Een gebiedsgerichte (wijk- en dorpsgerichte) basisstructuur zorgt voor een duidelijke en brede toegang tot ondersteuning dichtbij de burger- en de stroomlijning van hulp om versnippering te voorkomen. In deze beleidsnota Participatiewet wordt een uitwerking gegeven aan de visie 'iedereen doet mee' op de terreinen werk en inkomen. Hierbij maken we gebruik van de mogelijkheden die de decentralisatie van taken van het Rijk naar de gemeente biedt, om de ondersteuning binnen het sociaal domein in samenhang vorm te geven. In onze visie op het Sociaal Domein constateren wij, dat burgers die om (inkomens) ondersteuning vragen vaak ook gebruik maken van andere ondersteuning binnen het Sociaal Domein. Inzet vanuit de ondersteuningsmiddelen van de Participatiewet, brengen wij dan ook zo veel mogelijk in samenhang met de ondersteuning vanuit andere hulpvragen. Het biedt de gemeente ook de kans om zorg en ondersteuning dichtbij de inwoners te organiseren en te regisseren. Samengevat kan worden gesteld dat de gemeente Smallingerland streeft naar een transformatie, een cultuuromslag bij iedereen: inwoners, het maatschappelijk middenveld en de gemeente zelf. Daarmee bereiken we dat we straks 'zorgen dat' in plaats van 'zorgen voor. De transformatie zal gevolgen hebben voor onze samenleving en met name voor de huidige hulp- en zorginstellingen. Nu is alles nog gericht op doelgroepen passend bij de diverse regelingen waar burger aanspraak op kunnen maken. Het huidige doelgroepenbeleid wordt afgebouwd. De verkokering wordt omgebogen naar een meer gebiedsgerichte basisstructuur waar volgens het principe 'één gezin, één plan, één regisseur' door verschillende organisaties wordt gewerkt. 1.2 Meerjarige aanvullende uitkering (MAU) Door tekorten op het uitkeringsbudget over de jaren heeft de gemeente Smallingerland in 2013 een meerjarig aanvullende uitkering (MAU) aangevraagd voor de periode Deze aanvraag is op 23 december 2013 toegekend, onder meer onder de voorwaarde dat Smallingerland op basis van het in het kader van de aanvraag ingediende plan van aanpak de tekorten terugdringt. Niet juiste naleving van de voorwaarden kunnen aanleiding geven tot vermindering of intrekking van de MAU-uitkering en tot terugvordering van een reeds uitbetaalde MAU-uitkering. Als aan de voorwaarden wordt voldaan, worden tekorten boven de 5% van het toegekende budget in de jaren 2013, 2014 en 2015 aangevuld. In het plan van aanpak MAU heeft de gemeente zich tot doel gesteld om het tekort op het budget (het zogenaamde BUIG 4 - budget) binnen drie jaar terug te brengen. Belangrijk is dat alle inspanningen op het gebied van re-integratie en participatie op 3 Notitie Gebiedsgericht werken in Smallingerland, Wet bundeling van uitkeringen inkomensvoorziening aan gemeenten, 1 januari

8 effectieve en efficiënte wijze moeten worden ingezet om uiteindelijk zoveel mogelijk mensen te laten uitstromen naar regulier werk en daarmee het tekort terug te dringen tot het maximaal toegestane tekort in Hierover moet jaarlijks worden gerapporteerd naar het Rijk. Indien doelstellingen niet worden behaald, zal hier tijdig op moeten worden gestuurd door inzet van nieuwe maatregelen. In het plan van aanpak is aangegeven met welke gerichte maatregelen de instroom beperkt zal worden en de uitstroom bevorderd. Ondersteunende maatregelen zoals handhaving, terugvordering, verhaal en invordering zijn daarbij van groot belang. Uiteindelijke doel is ook hier mensen stappen te laten maken op de participatieladder en de kans op uitstroom naar werk te vergroten, kortom, participatie als hefboom. 1.3 Haalbaarheidsonderzoek Er loopt momenteel een onderzoek naar de mogelijkheden en kansen voor een eigen leerwerkbedrijf bij de gemeente waarbij de vraag centraal staat of het aantrekkelijk is voor de gemeente Smallingerland het re-integratie- en participatiebeleid volledig in eigen beheer uit te voeren. Ongeacht de uitkomsten van dit onderzoek blijven de kaders in deze nota staan en vormen ze het uitgangspunt voor onze uitvoering. 1.4 Monitoring en evaluatie Deze beleidsnota vormt de basis voor de uitvoering. Jaarlijks wordt, op grond van de verordening, een uitvoeringsplan opgesteld. Daarbij wordt rekening gehouden met de meest recente ontwikkelingen op participatie en re-integratiegebied. In het uitvoeringsplan worden doelstellingen en prestatie-indicatoren geformuleerd. In de informatievoorziening wordt de monitoring van de projecten beschreven en wordt inzicht gegeven in de resultaten van de afspraken. 1.5 Leeswijzer De beleidsnota opent met de kernboodschap en de visie op het sociaal domein. In hoofdstuk 1 hebben we de uitgangspunten benoemd waarlangs wij deze visie willen bereiken. Vervolgens brengt hoofdstuk 2 in beeld wat de betekenis en gevolgen zijn van de invoeringswet Participatiewet en kijken we naar de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. Van hieruit laat hoofdstuk 3 zien wat de opdracht voor de komende jaren zal zijn. Daarna vertalen we in hoofdstuk 4 de eerder beschreven uitgangspunten naar een lokale aanpak op hoofdlijnen. Hoofdstuk 5 laat zien met welke ondersteuningsvormen wij onze ambities willen bereiken. Tenslotte blikken we in hoofdstuk 6 vooruit op de financiën en gaan we in op de risico s en randvoorwaarden. 7

9 8

10 Hoofdstuk 2 Participatiewet 2.1 Inleiding Vanaf 1 januari 2015 heet de Wet werk en bijstand (WWB) de Participatiewet. De invoeringswet Participatiewet is op 1 juli 2014 door de Eerste Kamer aangenomen en treedt per 1 januari 2015 in werking. De Invoeringswet Participatiewet regelt o.a. de invoering van de Participatiewet, de aanpassing van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en de aanpassing van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong). In dit hoofdstuk brengen wij in beeld wat de betekenis en gevolgen zijn van de invoeringswet Participatiewet (in de volgende hoofdstukken noemen we dit alleen Participatiewet) en kijken we naar de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt. 2.2 Participatiewet Met de invoering van de Participatiewet stelt het Kabinet de volgende aspecten centraal: 1. Zoveel mogelijk burgers laten participeren in de samenleving, bij voorkeur met een reguliere baan. Mensen die nu nog aan de kant staan, of in een aparte regeling zijn ondergebracht moeten meer kansen krijgen om mee te doen en in het eigen levensonderhoud te voorzien. 2. Het herstellen van de onbalans die op de arbeidsmarkt is ontstaan. Werkgevers worden meer verantwoordelijk gemaakt voor de arbeidsinschakeling van mensen met een beperking. Hierbij staat centraal wat mensen wel kunnen in plaats van wat zij niet kunnen. 3. Teveel mensen werken momenteel in een beschutte werkomgeving en/of ontvangen een uitkering. Terwijl ze ook in een reguliere baan bij een reguliere werkgever aan de slag zouden kunnen. De Participatiewet moet stimuleren dat mensen een grotere verantwoordelijkheid nemen om aan de slag te gaan bij een reguliere werkgever. De Participatiewet maakt de gemeente primair verantwoordelijk voor de groep burgers die in meer of mindere mate behoefte heeft aan begeleiding op en naar de arbeidsmarkt. In de huidige situatie bestaan er voor mensen met arbeidsvermogen verschillende regelingen: de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en de Wet werk en bijstand (WWB). Met de Participatiewet komt er één regeling voor iedereen die in staat is om te werken. Ook voor mensen met een arbeidsbeperking die daarvoor aangewezen zijn op ondersteuning. Voor iedereen uit deze doelgroep gaan dezelfde rechten en plichten gelden. Gemeenten krijgen met de Participatiewet de beschikking over één ongedeeld budget waarin het WWB-werkdeel en de Wswmiddelen worden samengevoegd. Naast de wijzigingen van de Participatiewet wordt de WWB aangescherpt op basis van het wetsvoorstel maatregelen WWB. De maatregelen uit dit voorstel zouden in eerste instantie ingaan op 1 juli 2014, maar vallen nu samen met de invoering van de Participatiewet op 1 januari Hierin worden maatregelen geïntroduceerd die ervoor moeten zorgen dat de bijstandsverlening toegankelijk en houdbaar blijft. Het kabinet wil mensen meer aanspreken op eigen verantwoordelijkheid en de activerende werking vergroten. Daarnaast zijn de maatregelen gericht op het aanscherpen van de handhaving en de toegang. Een groot deel van de doelgroep van de Participatiewet krijgt met deze maatregelen te maken. 9

11 Bijlage I geeft inzicht in de huidige situatie van wet- en regelgeving en de veranderingen die ontstaan na invoering van de wet- en regelgeving per 1 januari Doelgroep Participatiewet De doelgroep van de wet bestaat uit mensen met arbeidsvermogen die zijn aangewezen op, al dan niet tijdelijke, ondersteuning om in hun bestaan te voorzien en/of op ondersteuning om aan het werk te komen WWB De doelgroep Participatiewet bestaat onder andere uit de huidige doelgroep van de WWB. Deze groep is divers. Het gaat hierbij niet alleen om mensen aan de onderkant van de arbeidsmarkt. Nu steeds meer mensen hun baan verliezen, gaat het ook om mensen met een hoger opleidingsniveau die begeleiding nodig hebben om weer een baan te vinden. Op dit moment maken ook mensen met een arbeidsbeperking gebruik van de WWB. Met de komst van de Participatiewet, zal de omvang van deze laatste groep die een beroep doet op de gemeente, toenemen Wajong Voor de mensen die op dit moment in de Wajong zitten, geldt dat zij niet overgaan naar de Participatiewet maar hun Wajong behouden. Voor de toekomst geldt dat alleen mensen die permanent en volledig arbeidsongeschikt zijn, gebruik kunnen maken van de Wajongregeling. Mensen met een arbeidsbeperking maar met arbeidsmogelijkheden gaan tot de doelgroep van de Participatiewet behoren. Wij gaan hen op grond van de Participatiewet ondersteunen bij het uitstromen naar een baan (of beschutte werkplek) bij een reguliere werkgever Wsw Met ingang van 1 januari 2015 is er geen instroom meer mogelijk door een dienstverband via de Wsw. De mensen met een vast dienstverband Wsw behouden echter hun rechten en plichten. Voor hen verandert er door de komst van de Participatiewet niets. De mensen die op de wachtlijst staan voor de Wsw, kunnen niet meer uitstromen in de Wsw. Zij vallen onder de Participatiewet. Dit heeft geen gevolgen voor hun inkomenssituatie (zij behouden de uitkering waarvoor zij in aanmerking komen, bijvoorbeeld op grond van de WWB). Ook hen gaan wij ondersteunen bij het uitstromen naar een baan (of beschutte werkplek) bij een reguliere werkgever. 2.4 Analyse doelgroep en budgeteffecten Hiervoor is geschetst hoe het huidige sociale stelsel is opgebouwd en veranderd wordt door invoering van de Participatiewet. De Participatiewet heeft een aantal ingrijpende effecten op de gemeente. De doelgroep wordt groter, terwijl budgetten afnemen. Door de aanscherping en samenvoeging van regelingen nemen tegelijkertijd de mogelijkheden om kosten af te wentelen af. In deze paragraaf brengen wij de effecten op hoofdlijnen in beeld Volume doelgroep Participatiewet In onderstaande tabel is een prognose weergegeven over hoe het volume van de doelgroep van de Participatiewet zich in Smallingerland ontwikkelt. Uitgangspunten van de ontwikkeling zijn de door 10

12 het Rijk geprognosticeerde ontwikkeling van de landelijke volumes, het aandeel van Smallingerland daarin en het verwachte natuurlijke verloop (blijfkans) 5 van de Wsw-oud-populatie. Omvang doelgroep Huidige WWB Ioaw en Ioaz Wajong Totale doelgroep bijstand/ioaw/ioaz/wajong Doelgroep Wsw Totale doelgroep Participatiewet De prognose voor de omvang van de totale doelgroep bijstand is gebaseerd op: De nieuwe instroom die ontstaat als gevolg van stoppen instroom in de WSW en beperken van de instroom in de Wajong. De ramingen van het bijstandsvolume als gevolg van economische ontwikkelingen en de effecten van Rijksbeleid. De ontwikkeling van de doelgroep Wsw is gebaseerd op realisatie van het aantal Sw-plekken conform de taakstelling in 2014 en de blijfkansen in de periode Uit de gegevens blijkt dat wij met de komst van de Participatiewet te maken krijgen met een grotere doelgroep. In de periode stijgt de doelgroep naar verwachting met 5 %. Uit deze prognose volgt ook dat het aantal bijstandsuitkeringen en het aantal uitkeringen op grond van de Ioaw en Ioaz in de periode met ruim 9% toeneemt, naar een niveau van 2077 uitkeringen. In 2018 is de prognose van het totale volume van de Participatiewet 2437 personen. Dit volume bestaat voor 85,2 % uit personen in de bijstand/ioaw/ioaz/wajong en voor 14,8% uit personen met een oude Swplek Samenstelling doelgroep Onder de Participatiewet is er niet alleen sprake van een groeiende doelgroep. Ook de samenstelling van de doelgroep verandert, deze zal steeds meer mensen bevatten met complexe belemmeringen. Er zullen meer mensen zijn die (langdurig) ondersteuning nodig hebben bij hun deelname op de arbeidsmarkt. Daarbij gaat het niet meer alleen om het begeleiden van mensen naar werk, maar ook steeds meer om het begeleiden van mensen in het behoud van hun werk. Zo blijkt uit onderzoek 6 onder Wajongers dat degenen die nog maar kort aan het werk zijn, vaak hun baan verliezen binnen een jaar. De weg naar werk en behoud daarvan gaat gepaard met veel begeleiding. Een ruime meerderheid van de groep die al langer aan het werk is, blijkt al meer dan 3,5 jaar begeleiding te ontvangen. We verwachten daarom met de komst van meer mensen met een arbeidsbeperking een toenemende behoefte aan een structurele vorm van ondersteuning. 5 'Om de afbouw van de Wsw in de toekomst per gemeente te bepalen, is allereerst de afbouw van de Wsw in de toekomst op persoonsniveau voorspeld. Hiertoe is de kans berekend dat een individu van een bepaalde leeftijd en geslacht een jaar later nog steeds in de Wsw zit (of is uitgestroomd), de zogenoemde blijfkans (of uitstroomkans)' ('Afbouw van het Wsw-bestand', Sociaal Economisch Onderzoek). 6 Investeren in Participeren, Kennisplatform Werk en Inkomen (KWI),

13 2.4.3 Budget-effecten voor Smallingerland Binnen de Participatiewet blijft het risicomodel van de WWB in stand, dit betekent dat tekorten op de uitkeringsverstrekking in principe voor eigen rekening van de gemeente komen. De uitgangspunten en het risicomodel van de WWB blijven ook onder de Participatiewet in stand. Dit betekent dat de financiële prikkel op de uitkeringsverstrekking voor gemeenten in stand blijft, waardoor tekorten op dit vlak in eerste instantie door de gemeente zelf gedragen moeten worden.de gemeente ontvangt, net als in de huidige WWB, een budget voor re-integratie. Dit budget bestaat uit een gebundeld budget met daaraan toegevoegd de middelen die nu beschikbaar zijn voor Wsw en Wajong. Op dit budget is en wordt door het Rijk fors bezuinigd. Onder de Participatiewet is er één budget waaruit alle vormen van ondersteuning bekostigd moeten worden. Het betreft hier de re-integratie van mensen uit de bijstand en de kosten van de oude Wsw. Daartoe wordt het huidige participatiebudget samengevoegd met (een deel van) de middelen voor de re-integratie van Wajongers en de middelen voor de Wsw-oud. Op de afzonderlijke componenten van het re-integratiebudget wordt door het rijk bezuinigd, waardoor ook het totale budget daalt. Het volgende beeld ontstaat voor Smallingerland: Jaar Budget Deze prognose is gebaseerd op: - De voorlopige toekenning van het Participatiebudget 2014, exclusief de middelen voor educatie. - De overheveling van de Rijksbijdrage Wsw, inclusief de bezuinigingen op deze overheveling als gevolg van het stoppen van de instroom en toepassing van de efficiencykorting. - De middelen voor het realiseren van nieuwe voorziening beschut werk en middelen voor begeleiding van de nieuwe instroom. Uit het bovenstaande volgt dat voor Smallingerland het gebundelde participatiebudget in de periode met ongeveer 19 % afneemt tot een niveau van

14 2.5 Arbeidsmarkt In deze paragraaf worden de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt weergegeven. Een uitgebreide analyse op de ontwikkelingen van de werkgelegenheid en de werkloosheid in Smallingerland is opgenomen in bijlage II Ruime arbeidsmarkt De landelijke arbeidsmarkt is momenteel nog zeer ruim. Dit betekent dat het aanbod van arbeid (werkzoekenden) hoog is terwijl gelijktijdig de vraag naar arbeid (aantal vacatures) laag is. Hierdoor is het voor werkzoekenden moeilijk om (weer) werk te vinden. Dit geldt met name voor mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt en voor laagopgeleiden. De markt waarop ondernemers uit de gemeente Smallingerland acteren wordt geraakt door de economische crisis. De huidige economische situatie in Nederland die ten opzichte van de voorgaande jaren sterk is verslechterd is ook in Smallingerland duidelijk merkbaar. Het werkloosheidscijfer is hoog op dit moment (15,5 % juli 2014 en 16,0 % augustus 7 ). Het UWV laat in de Landelijke Arbeidsmarktprognose 2014 weten dat het erop lijkt dat het eerder aangekondigd economisch herstel ook daadwerkelijk optreedt in Wel is dit herstel gematigd en broos te noemen en zal niet krachtig genoeg zijn voor werkgelegenheidsherstel. Voor Friesland geldt bovendien dat de ervaring is dat een aantrekkende werkgelegenheid op landelijk niveau pas later zichtbaar wordt. Er bieden zich in 2014 naar verwachting meer mensen aan op de arbeidsmarkt. Landelijk groeit het aanbod van arbeid met ongeveer 0,25%, maar dat is niet voldoende om het grotere aanbod van mensen op te vangen. Het eerste kwartaal van 2014 laat een forse toename van het aantal werklozen zien, waarbij de werkloosheid in Smallingerland van alle gemeenten in Friesland het grootst is. Een andere ontwikkeling is de flexibilisering van de arbeidsmarkt. Werkgevers kiezen steeds meer voor tijdelijke- en deeltijdcontracten. Steeds meer werknemers komen zo in een onzekere situatie terecht Kansen op de arbeidsmarkt Het economisch herstel zal waarschijnlijk pas na 2014 voor minder werkzoekenden in de regio Friesland zorgen. Er ontstaan dan namelijk meer vacatures. Het UWV benadrukt dat het een uitdaging zal zijn om deze vacatures geschikt te maken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals oudere, lager opgeleide en langdurig werkzoekenden, alsmede mensen met een arbeidshandicap. Maar die uitdaging geldt ook voor mensen die sinds het uitbreken van de economische crisis in 2008 afhankelijk geworden zijn van een uitkering. De grootste werkgelegenheidssectoren in Zuidoost-Friesland zijn: de zorg, de handel, de industrie en de zakelijke dienstverlening. De verwachting van het UWV is wel dat het aantal banen in de zorgsector zal gaan krimpen. Dit wordt veroorzaakt door de decentralisaties, de bezuinigingen en de intrede van de domotica 8. 7 UWV Arbeidsmarktinformatie, ultimo augustus Domotica en zorg op afstand zijn ICT- toepassingen die het leven veraangenamen, het inroepen van hulp en verzorging vergemakkelijken en een efficiënte inzet van personeel in de zorg mogelijk maken. Domotica variëren van een eenvoudige alarmknop die een cliënt bij zich draagt, tot intelligente systemen die waarnemen of de cliënt afwijkt van zijn normale leefroutines. 13

15 De kansen voor mensen met een WWB-uitkering in een weer aantrekkende arbeidsmarkt liggen vooral bij bedrijven die werkzaam zijn in de handel in het algemeen en specifiek handel in ICTgerelateerde producten. Verder zijn de toeleveranciers van bedrijven die zich hebben toegelegd op High Tech Systems en Materials (HTSM) interessant en zal er ook groei zijn in het uitzend- en detacheringswezen als gevolg van de flexibiliseringsbehoefte van veel bedrijven. Momenteel is er nog geen sprake van een banengroei. Dit blijkt ook uit de ontwikkeling van het aantal bijstandsgerechtigden en WW-ers. Het totaal aan mensen dat inkomensondersteuning van de gemeente Smallingerland ontvangt, is in het laatste half jaar van 2013 gestegen. Opvallend is dat het aantal mensen in de leeftijdscategorie jaar het laatste half jaar van 2013 is toegenomen. Een echte oorzaak kunnen wij niet geven, er is sprake van een landelijke tendens. Het betreft een groep die normaliter wordt aangemerkt als meest kansrijk op de arbeidsmarkt. Verder valt op dat het aantal mensen dat langer dan een jaar een bijstandsuitkering ontvangt is gestegen. Ondanks deze moeilijke arbeidsmarkt en de hoge werkloosheidscijfers in deze regio slaagt de gemeente Smallingerland erin om nog altijd uitstroompercentages te halen die hoger liggen dan het landelijk gemiddelde. Zie onderstaand overzicht: Aandeel bijstandsontvangers ultimo jaar dat in het daaropvolgende jaar werk vindt, naar gemeente Jaar waarin werk gevonden is: % Nederland Smallingerland Bron: Nieuwsbericht CBS, 16 oktober

16 Hoofdstuk 3 Opgave 3.1 Meer met minder Met de komst van de Participatiewet staan we voor een zeer grote uitdaging. De gemeente wordt verantwoordelijk voor de (arbeids)participatie van een steeds grotere groep mensen die meer (structurele) begeleiding nodig heeft. Wij willen deze mensen kansen bieden binnen de reguliere arbeidsmarkt. Wel moeten we dat doen met een fors kleiner ondersteuningsbudget dan de afgelopen jaren. Dit betekent dat we zaken anders moeten doen. De uitdaging is dan ook als volgt: Een groeiende, meer complexe en ondersteuning behoevende doelgroep zoveel mogelijk blijven ondersteunen bij het vinden van werk - vanuit het eigen initiatief, kansen en mogelijkheden - met minder middelen zonder dat tekorten op het bijstandsbudget toenemen of ontstaan. Wij gaan uit van de kansen van mensen: iedereen heeft talenten die ingezet kunnen worden voor de samenleving. We gaan uit van wat mensen wel kunnen en sluiten hierop aan. We willen de talenten, kennis en ervaringen van mensen inzetten. Wij doen dit door mensen zoveel mogelijk naar reguliere werkgevers te begeleiden, of door mensen te stimuleren tot maatschappelijke participatie in de wijk of het dorp: niemand staat aan de kant in de gemeente Smallingerland. Waar mensen (tijdelijk) geen werk hebben zetten we in op het vergroten dan wel het behouden van competenties en de inbreng van kennis en vakmanschap van mensen zelf. Dit betekent dat wij gaan en blijven investeren: - in de samenwerking met werkgevers; - in de zelfredzaamheid van de inwoner; - in de verbindingen binnen het sociaal domein; - in het zoeken naar creatieve en innovatieve oplossingen binnen de beschikbare (financiële) mogelijkheden. 15

17 16

18 Hoofdstuk 4 Werk en werkgevers 4.1 Inclusieve arbeidsmarkt en vraaggerichte arbeidsmarktaanpak Onze inzet is dat zoveel mogelijk mensen zelf in hun levensonderhoud kunnen voorzien. Participatie, bij voorkeur via werk, zorgt voor sociale, economische en financiële zelfstandigheid. Bovendien draagt participatie bij aan het gevoel van eigenwaarde en aan de sociale cohesie en de economie. Om dit te bereiken streven wij naar een inclusieve arbeidsmarkt 9. Of er in de toekomst sprake zal zijn van een inclusieve arbeidsmarkt zal afhangen van het herstel van de economie, lokale en regionale inspanningen en de mate waarin de gemeenten de mogelijkheden kunnen ontwikkelen om passend arbeidsmarktbeleid vorm te geven. We willen de kansen op de arbeidsmarkt vergroten en ervoor zorgen dat niemand buiten spel wordt gezet. Jongeren, ouderen, mensen met en zonder beperking iedereen doet mee. Hierbij realiseren wij ons dat het maatwerk blijft en dat voor sommige mensen maatschappelijke participatie het hoogst haalbare is. De werkgevers zijn hierin voor ons belangrijke partners. Met hen zijn wij zowel regionaal als lokaal in gesprek om hier uitwerking aan te geven. Wij verkennen de behoefte bij werkgevers aan de inzet van werknemers en de ondersteuning die ze hierbij nodig hebben. Hierover maken wij gezamenlijk met werkgevers afspraken en op basis daarvan werken wij regionaal en lokaal met werkgevers samen. Wij verwachten dat door deze dienstverlening meer bijstandsgerechtigden aan een betaalde baan komen. Hierbij werken wij samen met gemeenten in de regio, onderwijs, het SW bedrijf, re-integratiebedrijven, uitzendbureaus en het UWV in de dienstverlening aan de werkgevers maar ook in de dienstverlening aan werkzoekenden (waar de persoon met zijn of haar mogelijkheden centraal staat), om te komen tot een kwalitatieve match tussen aanbod en vraag. Een aanpak gericht op werkgevers én op de ontwikkeling van mensen in Smallingerland. We investeren en leggen de verbinding tussen de 3 O's 10 : ondernemers, overheid en onderwijs rond de thema s matching van vraag een aanbod, aansluiting onderwijs en arbeidsmarkt. We maken bewuste keuzes waarbij wij proactief als gemeente optreden en de regierol pakken. Hier geven we invulling aan door middel van provinciale, regionale en landelijke initiatieven. In de volgende paragrafen lichten wij deze toe. 4.2 Regionale samenwerking De gemeente Smallingerland werkt in verschillende verbanden nauw samen met de andere Friese gemeenten. Deze samenwerkingsverbanden worden hieronder kort toegelicht Arbeidsmarktregio Fryslân De gemeente Smallingerland is onderdeel van de arbeidsmarktregio Fryslân 11. In deze 9 Inclusieve arbeidsmarkt: De arbeidsmarkt biedt plaats aan jongeren, ouderen en mensen met en zonder een beperking: iedereen doet mee naar vermogen (c.q. de loonwaarde) O's: ondernemers, overheid, onderwijs en/of onderzoek 11 Er zijn 35 arbeidsregio s van waaruit gemeenten en UWV de dienstverlening aan werkgevers en werkzoekenden vormgeven. 17

19 arbeidsmarktregio werken gemeenten, UWV, werkgevers, onderwijs en provincie nauw met elkaar samen. De gemeente Leeuwarden is de centrumgemeente en heeft daarmee de taak om de regie te voeren opdat het regionaal arbeidsmarktbeleid tot stand komt. Dit alles is vastgelegd in de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (verder: SUWI). Op grond van die wet zorgen UWV en gemeenten ervoor dat er in iedere regio één aanspreekpunt is waar werkgevers terecht kunnen voor informatie en advies. Het regionale arbeidsmarktbeleid draagt bij aan de optimalisering van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. Gezamenlijk willen we investeren in contacten met werkgevers, in marktbewerking en in ICT zoals het verder implementeren van één registratiesysteem waarin cv's van werkzoekenden van UWV en gemeenten en vacatures worden vastgelegd. Met als doel betere samenwerking en afstemming. Om de regionale arbeidsmarkt vorm te geven, wordt aangesloten bij bestaande overlegstructuren zoals het Bestuurlijk- en Coördinerend Platform, Economie en Arbeidsmarkt en de Vereniging Friese Gemeenten (Werk & Inkomen en Economische zaken). Hierin zijn alle relevante samenwerkingspartners vertegenwoordigd. De wethouder Werk & Inkomen van de gemeente Leeuwarden is voorzitter van het Bestuurlijk Platform Economie en Arbeidsmarkt. De wethouder van gemeente Smallingerland (portefeuille Werk&Inkomen) neemt deel aan dit platform. Vraag van de werkgever staat centraal Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft de centrumgemeenten de opdracht gegeven om werkgeversdienstverlening op arbeidsmarktregio niveau in te richten. In een eerder stadium heeft de centrumgemeente Leeuwarden het initiatief genomen om samen met de andere gemeenten in Friesland tot een goede invulling van de regionale arbeidsmarkt te komen. Binnen de arbeidsmarktregio is afgesproken dat het uitgangspunt voor de regionale samenwerking zal zijn dat de vraag van de werkgever centraal staat 12. Medewerkers van gemeenten en het Werkgeverservicepunt UWV buigen deze vraag van werkgevers om naar de mogelijkheden van de mensen in de bestanden met werkzoekenden. Bij het vervullen van de vraag worden zowel mensen met als mensen zonder arbeidsbeperking verbonden met de vraag van de werkgever. De adviseurs van het WerkgeversServicepunt UWV werken sectorgericht en zijn verdeeld over vier regio s in Friesland. Op deze manier wordt de verbinding tussen vaste contactpersonen UWV met de regio gemaakt. Hierdoor raken we steeds meer verbonden met de regionale UWVwerkgeversbenadering waardoor een goede basis ontstaat om vraag of aanbod snel regionaal uit te kunnen zetten. Dit vergroot de kans op een goede matching; er kunnen meer vacatures worden ingevuld omdat verder wordt gekeken dan alleen het lokale werkzoekendenbestand. Immers, werk beperkt zich niet tot de eigen gemeentegrenzen. De gemeenten en het Werkgeverservicepunt UWV blijven binnen het werkgebied zelf kleur geven aan de invulling van de werkgeversdienstverlening. Jaarlijks wordt er een uitvoeringsplan gemaakt waarin staat met welke concrete acties en doelstellingen wij als gemeente uitvoering geven aan onze werkgeversbenadering Werken aan een netwerkstructuur (Werkbedrijf) We werken vanuit de arbeidsmarktregio Fryslân aan een Werkbedrijf in de vorm van een netwerkstructuur. In het Sociaal Akkoord zijn afspraken gemaakt over de benadering van werkgevers en het aan het werk helpen van mensen met een arbeidsbeperking. 12 Regionale Werkgeversdienstverlening Fryslân Samenwerking tussen Friese gemeenten en het UWV WERKbedrijf (2012) 18

20 Om tot een eenduidige regionale aanpak voor werkgevers te komen en de mensen te bemiddelen naar de extra banen uit het Sociaal Akkoord, zijn door het Rijk regionale Werkbedrijven in het leven geroepen. Zaken die binnen het Werkbedrijf nader afgestemd kunnen worden zijn: de regionale afstemming over dienstverlening aan werkgevers, minimumeisen voor loonwaardebepaling, de inzet van een no-risk polis en werkvoorzieningen en het maken van afspraken over de organisatie van beschut werk. Het Werkbedrijf is geen fysieke organisatie, maar bestaat uit een netwerk van partijen die afspraken maken over de toeleiding van mensen met een arbeidsbeperking naar regulier werk en wil daarmee voorkomen dat een nieuwe, formele en kostbare organisatie ontstaat. De huidige uitvoering van de werkgeversdienstverlening is de kern van het nieuwe Werkbedrijf. De precieze vereisten aan het Werkbedrijf worden op landelijk niveau uitgewerkt in de Werkkamer (VNG, ministerie, vakbonden, werkgevers en Divosa) en zullen in lagere regelgeving worden vastgelegd. De gemeente Leeuwarden neemt als centrumgemeente het voortouw bij de vorming van het regionale Werkbedrijf Fryslân. Om een start te maken met de vormgeving van het Friese Werkbedrijf is een werkgroep gevormd onder leiding van de centrumgemeente. Gelet op die projectstructuur bestaat er een stuurgroep en een aanjaaggroep. De aanjaaggroep bereid besluiten voor, voor de stuurgroep. De stuurgroep bestaat uit wethouders en vertegenwoordiging van het UWV. De stuurgroep heeft als taak het realiseren van een functionerend regionaal werkbedrijf op 1 januari Daarnaast is er een regionaal beleidsoverleg. De deelnemers hiervan zijn beleidsmedewerkers die alle gemeenten binnen de arbeidsmarktregio vertegenwoordigen. Ook de gemeente Smallingerland neemt hieraan deel en participeert in de werkgroepen door wie de aanjaaggroep wordt 'gevoed'. In het Werkbedrijf, vastgelegd in het marktbewerkingsplan en bestuurlijke afspraken worden alle landelijke afspraken die werkgevers, werknemers en Rijk met elkaar maken vertaald naar concrete resultaatafspraken. Zo krijgen de sectorplannen een harde regionale component. Zo zullen tussen de 3500 en 5000 garantiebanen in Friesland gerealiseerd gaan worden tot Voor de arbeidsmarktregio Fryslân is voor de jaren 2015 en 2016 de verdeling als volgt: marktsector Overheid Fryslân Smallingerland Actieplan Jeugdwerkloosheid Met het oog op de oplopende jeugdwerkloosheid is een provinciale projectgroep verantwoordelijk voor de uitvoering van een Fries Actieplan om de jeugdwerkloosheid tegen te gaan. In deze projectgroep zijn alle Friese gemeenten, de Regionale Meld- en Coördinatiefunctie Voortijdig Schoolverlaters (RMC), het UWV, ROC s, het Nordwin College, Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven (SBB), Leren en werken Friesland (KOF) en de Provincie Fryslân vertegenwoordigd. We nemen deel aan de projecten binnen het Actieplan Jeugdwerkloosheid Binnen deze projecten worden jongeren ondersteund om zelf actief te werken aan sollicitatie- en netwerkvaardigheden en worden leerwerkplekken georganiseerd bij werkgevers en scholing ter voorbereiding op werk. Daarnaast wordt individuele begeleiding geboden van jongeren (maatwerk) gericht op werk en als dat werk (nog) niet mogelijk is, naar een vorm van maatschappelijke participatie (bijv. vrijwilligerswerk) om van daaruit zelf een stap te zetten naar werk of scholing. 13 Actieplan Jeugdwerkloosheid

21 De inspanningen zijn gericht op het provinciaal plaatsen van 210 jongeren in een (leerwerk)baan, het realiseren van 200 scholingstrajecten voor jongeren en het plaatsen van 75 jongeren op een stage. De doelstellingen worden middels acties en activiteiten via de werkgeversteams van gemeenten en het WerkgeversServicepunt UWV georganiseerd, in nauwe samenwerking met het onderwijs. De gemeente Leeuwarden is als centrumgemeente verantwoordelijk voor het opstellen, uitvoeren en monitoren van het Actieplan. Dit doet zij samen met alle samenwerkingspartners. Er wordt aangesloten bij bestaande overlegstructuren zoals het Bestuurlijk- en Coördinerend Platform Economie en Arbeidsmarkt en de Vereniging Friese Gemeenten Werk & Inkomen. Hierin zijn alle relevante samenwerkingspartijen vertegenwoordigd F4-samenwerking De gemeenten Smallingerland, Leeuwarden, Heerenveen en Súdwestfryslân werken op economisch terrein samen onder de naam F4. Doelstelling van de agenda voor de periode is: Het stimuleren van nieuw (kennisintensief) ondernemerschap in Fryslân. Het versterken van het innovatievermogen van Friese ondernemers. Doel van de samenwerking F4 is om elkaars kwaliteiten beter te benutten teneinde 1. De eigen economie te versterken op de thema s waar de vier nu al sterk in zijn. 2. Nieuwe thema s tot bloei te laten komen. 3. Investeringen beter op elkaar af te stemmen, met als gevolg meer synergie en een hoger maatschappelijk rendement. 4. Een meer krachtige profilering en positionering te realiseren in Noord-Nederland, Nederland en Europa. 5. Onze eigen ondernemers en ondernemers van buiten te bedienen zodat dit ons succesvoller maakt in het stimuleren en aantrekken van nieuwe werkgelegenheid en het behouden van wat we al hebben. Het benutten van kansen op grotere schaal heeft immers ook voordelen voor onze inwoners en bedrijven. Niet alleen met deze F4, maar ook met omliggende gemeenten en de provincie Fryslân. Drachten is namelijk een sterk centrum voor de Zuidoostregio en dat willen wij zo houden. Het samenwerkingsverband richt zich de komende jaren vooral op het realiseren van een echte transitie richting kenniseconomie. Dit moet in elk geval gebeuren binnen de sectoren waar Fryslân op dit moment sterk in is. Daarnaast wordt ingezet op het ontwikkelen van nieuwe kansen voor de economie die kennis gedreven zijn, die de Friese economische structuur versterken en daarmee extra toekomstperspectief bieden. De focus ligt de komende jaren op enkele (nieuwe) speerpunten die een extra impuls krijgen vanuit de overheid, in nauwe samenwerking met ondernemers, onderzoekers en de onderwijsinstellingen. Het gaat om water, healthy ageing, agrofood en energie en duurzaamheid 15. Deze sectoren: zijn kansrijk voor Fryslân en de F4; kunnen elk bijdragen aan het verbeteren van de toekomstige economische prestatie van de regio als geheel; hebben reeds (enige) massa; 14 Samenwerking in de F4. Economische uitvoerings- en ontwikkelagenda Verkenning economische samenwerking F4 (2012) 20

22 behoeven een gemeentegrens-overschrijdende aanpak; sluiten aan bij de ambities en kwaliteiten van de F4 gemeenten; sluiten aan bij de noordelijke clusters en/of de landelijke en EU-topsectoren. Bijlage III biedt een overzicht van de speerpunten water, healthy ageing, agrofood en energie en duurzaamheid. Naast deze speerpunten, is de gemeente samen met de provincie Fryslân bezig om de regio Drachten als innovatief, technologisch en kennisintensief op de kaart te zetten 16. Elf hoogwaardige en innovatieve bedrijven in en rond Drachten hebben in 2012 het initiatief genomen de regio als innovatief, technologisch en kennisintensief op de kaart te zetten. Investering in innovatie en techniek kan bijdragen aan nieuwe vormen van maakindustrie. Het samenwerkingsverband wordt in de 'markt' gezet onder de naam Innovatiecluster Drachten. De deelnemers aan het Innovatiecluster Drachten zijn bedrijven die zich bezig houden met de ontwikkeling, productie en verkoop van high tech producten. De totale ontwikkeling van het Innovatiecluster Drachten om te komen tot een volwaardig ecosysteem zal ongeveer acht jaar gaan duren ( ). Noordelijk bedrijfsleven, onderwijsinstellingen en overheden zullen in gezamenlijkheid werken aan de doelstelling om de regio innovatief aantrekkelijker te maken waardoor werkgelegenheid (op alle niveaus) kan worden uitgebreid en de concurrentiekracht wordt verbeterd, ook op mondiaal niveau. In het cluster werken meer dan 800 productontwikkelaars en wordt jaarlijks door deze bedrijven meer dan 100 mln. geïnvesteerd in R&D. De komende twee jaar wordt veel geïnvesteerd in contacten met het onderwijs en programma's om leerlingen en studenten te interesseren voor toekomstig werk bij de bedrijven van het cluster Gemeente Smallingerland in de regio Met alle samenwerkingsverbanden beoogt de gemeente Smallingerland te komen tot een sterkere economie met daarin Drachten als sterk stedelijk centrum voor de Zuidoostregio. De gemeente heeft in het Collegeprogramma Samen Leven, samen werken/ Meiinoar libje, meiinoar wurkje aangegeven alle kansen te willen benutten op grotere schaal die voordelen opleveren voor onze inwoners en bedrijven en zoekt daarin de verbinding met betrokken partijen. Daarbij blijven we als gemeente onverminderd inzetten op het versterken van de lokale economie en het vestigingsklimaat waarbij duurzame werkgelegenheid wordt nagestreefd door ondernemers te (blijven) binden aan de regio. 4.3 Lokale initiatieven Lokale werkgeversdienstverlening In de werkgeversbenadering van de gemeente Smallingerland staat een vraaggerichte arbeidsmarktaanpak centraal. Een aanpak gericht op werkgevers én op de ontwikkeling van de burgers met een gemeentelijke uitkering (via het re-integratie- en participatiebeleid). Lokale samenwerkingsverbanden zijn bevorderlijk voor de bereidheid van werkgevers om mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan te nemen 17. Naast de (sub)regionale samenwerking werken wij ook lokaal met werkgevers samen zodat wij goed zicht hebben op de behoefte van onze werkgevers en daar snel op kunnen inspelen. Om de behoefte goed inzichtelijk te krijgen, gaat het 16 Rapport 'Innovatiecluster Drachten. Informatie over het cluster en de activiteiten van het cluster'. 17 Investeren in Participeren, Kennisplatform Werk en Inkomen (KWI),

23 werkgeversteam van Sociale Zaken (SZ) samen met Economische Zaken (EZ) van de gemeente Smallingerland de komende jaren het relatiebeheer en de bedrijfsbezoeken intensiveren. Er is nauwe samenwerking met EZ. We willen de verbinding zoeken met de werkgevers en hen veel meer mee laten denken in hoe we mensen met een arbeidsbeperking bij het arbeidsproces kunnen betrekken. Relatiebeheer waarbij regelmatig contact is met de werkgever, korte lijnen en bedrijfsbezoeken is cruciaal voor een effectieve werkgeversdienstverlening. Het werkgeversteam van SZ samen met EZ hebben een sleutelrol richting bestaande én nieuwe ondernemers. Vanuit bestuurlijk niveau van de gemeente willen we het werkgeversteam daarom ook nog meer in beeld brengen bij de werkgever. We blijven ook investeren in de contacten met uitzendbureaus en Caparis. Zij hebben namelijk een schat aan ervaring met dienstverlening aan werkgevers in het kader van personeelsvoorziening en bemiddeling van werkzoekenden. Naast extra banen die beschikbaar (moeten) komen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, streven wij ernaar om waar mogelijk de werkgever te 'ontzorgen' zodat er voor de werkgever zo min mogelijk belemmeringen zijn om iemand met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Het werkgeversteam SZ van de gemeente Smallingerland gaat zich de komende jaren nog verder ontwikkelen in het adviseren en voorlichten van de werkgever over alle regelingen en mogelijkheden, bijvoorbeeld tijdens een bedrijfsbezoek. Dit kan voor de werkgever een extra stimulans zijn om iemand met een arbeidsbeperking aan te nemen. Het gaat hierbij om de inzet van loonkostensubsidie, de begeleiding van de werknemer door een jobcoach, het inzetten van de norisk polis, waarbij de werkgever een compensatie ontvangt voor het loon van een zieke werknemer en het instrument jobcarving. Bij jobcarving worden de taken van een functie of van verschillende functies geanalyseerd en worden de meest eenvoudige taken eruit gelicht en samengevoegd tot een nieuwe baan die kan worden uitgevoerd door mensen met een beperking. Naast het bieden van inzicht in regelingen en mogelijkheden, is het voor een werkgever ook van belang dat de gemeente zicht heeft op de capaciteiten van haar klantenbestand zodat er snel en adequaat gematcht kan worden. Dit is belangrijk omdat je dan pas de vraag van een werkgever goed kan beantwoorden. Wij zijn al gestart met het ondersteunen van onze klanten bij het opstellen van een goed (inhoudelijk) cv. De juiste gegevens op de juiste wijze vastgelegd. Hiermee zijn wij als gemeente nog beter in staat de werkgever te faciliteren. We zijn actief in het project 'ontsluiting werkzoekendenbestand' (samenwerking gemeenten, UWV en SW-bedrijven met uitzendbureaus). Met het project wordt bevorderd dat er goed regionaal inzicht komt in het werkzoekendenbestand en dat daardoor meer mensen aan het werk kunnen worden geholpen. Onderdeel is de implementatie van één registratiesysteem waarin cv's van werkzoekenden van UWV en gemeenten, vacatures en afspraken met werkgevers worden vastgelegd (Werkcoach Bemiddeling Service (WBS)) 18. Gemeente Smallingerland heeft reeds ruim negentig procent van haar klanten ingevoerd Publiek-private samenwerking - uitzendbureaus In de laatste jaren is gebleken dat de kansen/mogelijkheden voor uitkeringsgerechtigden en werklozen om een plek op de arbeidsmarkt te veroveren, sterk zijn verslechterd. Om de kansen voor deze mensen te vergroten, werken we nog nauwer samen met uitzendbureaus (vouchers, voorlichting, regulier overleg). De samenwerking met uitzendbureaus is niet nieuw in de arbeidsmarktregio. Gemeenten en UWV werkten binnen de bestaande werkgeversdienstverlening al 18 WBS is een landelijk registratiesysteem voor verschillende werkgevers en regionale en landelijke vacatures ('Werken met beperkingen', Inspectie SZW, 2013). Voordeel van dit gebruik is dat er nog meer informatie beschikbaar is, op vacatures gezocht kan worden, gegevens van het UWV beschikbaar zijn en het regionaal gebruikt kan worden. Afspraken met werkgevers en vacatures komen in één systeem, waardoor zij niet onnodig hoeven te worden belast met benaderingen 22

24 met hen samen. Zij zijn een belangrijke partij voor bemiddeling naar regulier werk. Wij intensiveren de samenwerking, ook vanuit onze eigen werkgeversdienstverlening, zodat wij nog beter samen kunnen matchen en in dit geval werklozen zo snel mogelijk aan regulier werk helpen. Bovendien kunnen we als gemeente veel leren van de kennis die uitzendbureaus hebben van de arbeidsmarkt en expertise in het matchen van vraag en aanbod Samenwerking met onderwijs Om een vraaggerichte arbeidsmarkt goed te bedienen zetten we in op een goede aansluiting tussen de schoolbank en de arbeidsmarkt 19. Zowel regionaal als op lokaal niveau werken wij samen met het onderwijs en ondernemers om te komen tot een samenhangende aanpak. Daarnaast willen we investeren in goed onderwijs omdat het opleidingsniveau voor banen steeds hoger wordt en het aanbod van ongeschoolde arbeid steeds verder vermindert. Ook het verkleinen van de kwalitatieve mismatch is een voorwaarde voor het vinden van werk. Leven lang leren is jezelf doorontwikkelen en zorg dragen dat je doorlopend kunt werken aan je competenties. Dit is van belang om het verschil te kunnen maken in de zoektocht naar werk. We willen daarom bevorderen dat werkloze werkzoekenden de kans wordt geboden hun competenties te benutten om zijn of haar positie op de arbeidsmarkt te verbeteren door de inzet van (beroepsgerichte) scholing. Ook vanuit de vraag van werkgevers willen we samen met hen blijven investeren in de ontwikkeling van werkzoekenden om er op die manier voor te zorgen dat mensen interessant worden en blijven voor de arbeidsmarkt. Jongeren We vinden jongeren belangrijk voor de toekomst en wij investeren in ze. Dat stralen we als gemeente uit. Jongeren die in staat zijn een startkwalificatie te behalen, verdienen onze maximale ondersteuning. Wij kiezen voor structurele samenwerking en doen dit samen met de Regionale Meld en Coördinatiefunctie (RMC), scholen voor speciaal onderwijs, praktijkonderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in de regio. Dit vergroot de kans op een succesvolle afronding van de opleiding van deze jongeren en betere kansen op een passende baan. Samen met onderwijsinstellingen zetten we in op betere begeleiding voor jongeren van wie de kansen op de arbeidsmarkt ongunstig zijn om daarmee voor hen een beter arbeidsmarktperspectief te realiseren, bijvoorbeeld vanuit de O3 20. Wij zetten in op de mogelijkheden voor jongeren om wanneer zij na het afronden van de opleiding niet aansluitend werk vinden, hun kennis kunnen behouden en vergroten en ervaring kunnen opdoen, middels bijvoorbeeld stageplekken. Jongeren met een arbeidsbeperking in de laatste fase van hun opleiding, bieden wij gericht ondersteuning bij de overgang van opleiding naar passende arbeid. Er is reeds een sluitende aanpak tussen het RMC en de afdeling Sociale Zaken. Samen zijn wij verantwoordelijk voor de begeleiding van een (bijstandsgerechtigde) jongere zonder startkwalificatie naar het onderwijs of arbeidsmarkt. We benutten maximaal de mogelijkheden om jongeren terug te leiden naar school om een startkwalificatie te behalen, aan het werk te helpen of maatschappelijk te activeren. 21 RMC ondersteunt bijvoorbeeld Sociale Zaken bij de beoordeling van de leerbaarheid van jongeren die een bijstandsuitkering aanvragen. Daarnaast zetten we ook in op voorlichting. Door tijdig personen voor te lichten over de mogelijkheden in het onderwijs en de kansrijke sectoren kan voortijdige uitval worden verkleind en kans op werk worden vergroot. In samenwerking met onderwijsinstellingen 19 Collegeprogramma gemeente Smallingerland , Samen leven, samen werken/ Meiinoar libje, meiinoar wurkje' 20 Sociale Zaken, Economische Zaken, onderwijs en RMC zijn partners in het O3-project. Één van de doelstellingen van O3 is het versterken van de aansluiting tussen onderwijs en arbeidsmarkt voor met name de groep leerlingen die met moeite in staat is een MBO-2 startkwalificatie te bemachtigen 21 Notitie sluitende aanpak RMC en Werk&Inkomen (2012) 23

25 worden leerlingen van het ROC voorgelicht over de bijstand, de sectoren waarin de kans op werk groot is en met welke opleiding de kans op werk het grootst is 22. Regionaal actieplan jeugdwerkloosheid: hierin werken wij binnen de regio samen met het onderwijs en ondernemers om gezamenlijk jongeren te ondersteunen richting leren, werken of een combinatie van beide. Hiervoor zijn landelijk extra middelen beschikbaar gesteld Samenwerking met het UWV Voor onze werkgeversdienstverlening werken we ook veel samen met het UWV, bijvoorbeeld het organiseren van speeddates. Bovendien vinden we elkaar in de preventie: We geven voorlichting samen met het UWV aan mensen die aan het einde van de WW zitten en misschien een beroep moeten doen op de bijstand 23. Voor de registraties van het aantal werklozen zijn de systemen van het UWV richtinggevend en we overleggen intensief met hen in verband met de aansluiting van onze registraties met die van hen Social Return On Investment (SROI) De huidige tijd doet een beroep op onze gezamenlijke maatschappelijke verantwoordelijkheid. Door de spanning op de arbeidsmarkt zitten te veel mensen niet (meer) in het arbeidsproces. Het is broodnodig en van groot belang dat we als Friese gemeenten collectief optrekken om de lokale economie zoveel mogelijk te stimuleren en mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt in te zetten. Daarom vragen we iets terug van onze opdrachtnemers en leveranciers in de vorm van sociaal return. Social Return On Investment (SROI) is het maken van afspraken in inkoop- en aanbestedingstrajecten, zodat opdrachtnemers een bijdrage leveren aan het bieden van werkgelegenheid en werkervaringsplaatsen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Bij aanbestedingen die zich lenen voor de toepassing van SROI worden opdrachtnemers verplicht hieraan mee te werken. Wij maken afspraken met opdrachtnemers over arbeidsplaatsen, leerwerkplekken en stageplekken voor bijvoorbeeld jongeren met een beperking of langdurig werklozen, maar ook stagiairs van beroepsopleidingen. Bij de meeste aanbestedingen in onze gemeente doen we dit al en we sluiten aan bij de provinciale aanpak om hier nog effectiever in te worden Kortdurende en tijdelijke dienstverbanden Wij signaleren dat de arbeidsmarktomstandigheden in de afgelopen jaren sterk zijn veranderd. Wij zien dat er nog steeds werk is in de Zuidoost regio maar meer in kortdurende en tijdelijke constructies. Uitstroom van minimaal 6 maanden is niet langer een reëel uitgangspunt. In principe is elke dag werk meegenomen. Wij hebben onze dienstverlening hierop aangepast en spelen hier actief op in. Daar waar duurzame uitstroom niet mogelijk is, zetten wij in op tijdelijke of gedeeltelijke uitstroom. Dit betekent dat wij onze ondersteuning naar de bijstandsgerechtigde zo ingericht hebben dat deze op een adequate wijze inkomensondersteuning kan verkrijgen in aanvulling op wisselende eigen inkomsten zonder bureaucratische rompslomp MAU Rapportage MAU Rapportage MAU Rapportage

26 Hoofdstuk 5 Iedereen in beweging 5.1. Een breed vangnet Een groot deel van de inwoners redt zichzelf en beschikt over voldoende zelforganiserend vermogen om in eigen levensonderhoud te kunnen voorzien en eventuele tegenslagen zelf op te vangen. Waar mensen dit niet kunnen, bieden we ondersteuning gericht op zelfredzaamheid. Wie (tijdelijk) niet in staat is om in eigen levensonderhoud te kunnen voorzien, kan een beroep doen op de gemeente voor inkomensondersteuning. Daarnaast hebben wij aanvullend vanuit het reintegratie/participatiebeleid en ons armoede- en schuldhulpverlening beleid mogelijkheden om ook ondersteuning op andere gebieden te bieden. De ondersteuning vanuit het armoede- en schuldhulpverlening beleid is mede gericht op het vergroten van de financiële zelfredzaamheid en participatie. We hebben een aantal regelingen die gericht zijn op participatie van kinderen uit minima huishoudens, zodat zij toch kunnen sporten, musiceren of op schoolkamp kunnen 25. Hiermee bieden wij een passend vangnet aan een ieder die dit nodig heeft. Dit vangnet is niet vrijblijvend. 5.2 Re-integratie- en participatie De gemeente is via de Participatiewet verantwoordelijk voor het verzorgen van inkomensondersteuning aan mensen die tijdelijk niet economisch zelfstandig zijn. Eerder is gesteld dat de doelgroep door de invoering van de Participatiewet stijgt en dat de beschikbare middelen om mensen te ondersteunen bij het vinden van werk, minder worden. Onze opdracht is dat we een groeiende, meer complexe en ondersteuning behoevende doelgroep zoveel mogelijk blijven ondersteunen bij het vinden van werk - vanuit eigen initiatief, kansen en mogelijkheden - met minder middelen zonder dat tekorten op het bijstandsbudget toenemen of ontstaan. Werkgevers en maatschappelijke partners zijn onmisbaar om deze ambitie te kunnen realiseren. Met hen wordt een nieuwe kansenstructuur ontwikkeld die het mogelijk maakt om mensen die het nodig hebben daadwerkelijk te kunnen blijven ondersteunen. We gaan uit van kansen en wat mensen wel kunnen en sluiten aan op hun talenten, kennis en ervaringen. We zetten daarom in op nieuwe ondersteuningsvormen binnen het kader van de werk- en participatiearrangementen zoals in de volgende paragrafen is geschetst. Binnen de ondersteuningsvormen bekijken we ook de mogelijkheden in de gebiedsgerichte basisstructuur 26. Een integrale blik op meerdere levensgebieden maakt het mogelijk te bezien op welke wijze de uitkeringsgerechtigde het beste kan participeren. 25 Minimagids & Kadernota Schuldhulpverlening januari 2015 start de gemeente Smallingerland met gebiedsgericht werken. Gebiedsgericht werken betekent dat de inzet van diverse organisaties met eenzelfde geografische indeling plaatsvindt en is onderdeel van de visie op het Sociaal Domein in de gemeente. Smallingerland wordt verdeeld in 4 gebieden. In één van deze gebieden organiseren wij een pilot voor de doelgroep In de overige 3 gebieden worden de 25

27 5.2.1 Persoonlijk actieplan Voordat een ondersteuningsvorm wordt aangeboden, wordt een persoonlijk actieplan gemaakt. Wanneer blijkt dat iemand in aanmerking komt voor een uitkering wordt samen met de bijstandsgerechtigde een persoonlijk actieplan opgesteld. Vanaf het eerste gesprek is er sprake van werken aan de eigen ontwikkeling. Weer gaan meedoen begint voor sommige mensen met een uitkering niet vanzelf. De focus ligt dan op het benoemen van 'kleine stapjes' in het persoonlijk actieplan. Het succesvol stappen zetten door dingen zelf te doen vergroot het zelfvertrouwen, geeft een gevoel van trots om erbij te horen. Dit vergroot de kans op (vrijwilligers)werk. In het persoonlijke actieplan worden afspraken ten aanzien van participatie vastgelegd. Het persoonlijk actieplan wordt afgestemd, voor zover van toepassing en voor zover dat mogelijk is, met de ondersteuning die wordt geboden met als doel het verkrijgen van een zo integraal mogelijke dienstverlening op het gebied van maatschappelijke ondersteuning, preventieve zorg, jeugdzorg, onderwijs, welzijn, wonen, werk en inkomen. Belangrijke componenten van het persoonlijk actieplan zijn: Competenties Het is essentieel om de competenties van de uitkeringsgerechtigde in kaart te brengen. Het gaat daarbij niet alleen om de opleiding maar ook om vaardigheden opgedaan bij andere werkzaamheden. Op deze wijze kan een goede match worden gemaakt tussen de werkzoekende en een werkgever of een werkzoekende en een maatschappelijke activiteit. Daar waar het maken van deze match nog niet mogelijk is, zal gekeken worden hoe de benodigde competenties en vaardigheden kunnen worden vergroot dan wel kunnen worden behouden. Dit doen we in samenwerking met onderwijs, werkgevers en maatschappelijke organisaties. Hierbij kan ook het vrijwilligerswerk een mogelijkheid bieden. Uitkeringsgerechtigden kunnen met vrijwilligerswerk hun kennis, vaardigheden en netwerk vergroten en daarmee zowel een bijdrage leveren aan hun eigen ontwikkeling, de samenleving als ook hun kansen op werk verbeteren. Kansen op de arbeidsmarkt en ondersteuning In het gesprek met de uitkeringsgerechtigde wordt in kaart gebracht of er sprake is van een afstand tot de arbeidsmarkt. We kijken hierbij vooral naar het arbeidsverleden, persoonlijke kenmerken en opleidingsniveau. Ook kijken we naar de indeling op de participatieladder. De participatieladder is een instrument om de afstand tot de arbeidsmarkt aan te geven. De participatieladder kent zes treden die gaan van sociaal geïsoleerd tot werkend (betaald) zonder ondersteuning. Afhankelijk van de competenties en kansen op de arbeidsmarkt zijn er verschillende mogelijkheden om in aanvulling op de zelfredzaamheid van de uitkeringsgerechtigde ondersteuning te bieden, bij het vinden van werk. Welke ondersteuning wordt ingezet is maatwerk waarbij verbetering van de arbeidspositie centraal staat. De afspraken die samen met de uitkeringsgerechtigde worden gemaakt, worden vastgelegd in het actieplan. De afspraken in dit persoonlijk actieplan zijn niet statisch maar kunnen op basis van nieuwe kennis en ervaringen worden aangepast. Ook wanneer er stappen worden gezet, afspraken worden gemaakt, resultaten worden geboekt binnen de ondersteuningsvorm dan worden deze opgenomen in het actieplan Wederkerigheid Wij verstaan onder de tegenprestatie in Smallingerland: Daar waar het kan geven we en vragen we maximale inzet, wederkerigheid is dus het motto. Met de bijstand hebben we in Nederland een gebiedsteams Jeugd en Gezin ontwikkeld. Het werken in gebiedsteams is een ontwikkel traject. Na twee jaar vindt een evaluatie plaats over de vorm, resultaten en het vervolg. 26

28 collectief vangnet geregeld voor mensen zonder inkomen. Wij gaan ervan uit dat wanneer iemand een beroep doet op de gemeente voor een inkomen, hij zich naar vermogen inzet om weer zelf in het levensonderhoud te kunnen voorzien. Werk staat voorop maar wanneer dat (langdurig) niet meer of nog niet mogelijk is, zet hij of zij zich naar vermogen in voor de eigen ontwikkeling en/of de gemeenschap. We streven daarbij naar de maximale bereidheid, rekening houdend met de talenten en mogelijkheden van mensen. We bieden kansen, geloven in de competenties van onze burgers en stimuleren dat deze talenten worden ingezet. De uitkeringsgerechtigde is verantwoordelijk voor deze inzet en kan daarbij gebruik maken van voorzieningen in Drachten zoals bijvoorbeeld Centrum Talent (M.O.S.), de vrijwilligerscentrale van Drachten en omstreken. Afhankelijk van de mogelijkheden en competenties van de uitkeringsgerechtigde, is de uiteindelijke invulling maatwerk. Over de wijze waarop de uitkeringsgerechtigde invulling geeft aan deze inzet, worden in het persoonlijk actieplan afspraken gemaakt Persoonlijk actieplan binnen een breder kader Het persoonlijk actieplan wordt samen met de uitkeringsgerechtigde en indien van toepassing en voor zover dat mogelijk is, afgestemd met het gezin en/ of netwerk vanuit het kader: één gezin, één plan, één regisseur. Dat kader fungeert in die situaties als overkoepelend en verbindend overzicht. Het persoonlijk actieplan is concreter, gericht op het versterken van de eigen kracht van de persoon richting participatie. Voor dit plan is een individuele toekenning nodig. De aanpak is optimaal toegesneden op de individuele ondersteuningsbehoefte. Kortom: We zetten in op een integrale aanpak en maatwerk binnen de mogelijkheden met onze samenwerkingspartners en instanties die betrokken zijn bij de persoon. We beogen daarmee een slagvaardige integrale aanpak op meerdere leefgebieden en streven naar een inclusieve arbeidsmarkt waar iedereen meedoet naar vermogen. 5.3 Transformatie naar werkarrangementen en participatiearrangement Wij willen dat iedereen die een beroep doet op de gemeenschap zich naar vermogen inzet om weer zelf in het levensonderhoud te kunnen voorzien. Duurzame sociaal economische zelfredzaamheid in de vorm van werk is het hoogste doel. Niet alle burgers zijn in dezelfde mate in staat om zelfstandig weer economisch zelfredzaam te worden. Als mensen niet op eigen kracht economisch zelfredzaam kunnen worden, wordt geprobeerd mensen zodanig te begeleiden en te coachen dat de zelfredzaamheid bevorderd wordt. Dit kan worden gerealiseerd door in te zetten op: - het versterken van werknemersvaardigheden via trainingen; - het verhogen van het kwalificatieniveau via vakgerichte opleidingen; - het versterken van structuur en voorspelbaarheid in de thuissituatie via de sociale omgeving; - het versterken van de structuur ten bate van het goed kunnen vervullen van een werkplek; - het zoeken van een passende werkplek die aansluit op eventuele begeleidingsbehoefte, fysieke behoefte, enzovoorts. Omdat niet elk mens hetzelfde is, wordt de ondersteuning georganiseerd via drie typen werkarrangementen en een participatiearrangement. Met deze arrangementen sluiten we aan op de mogelijkheden die mensen vanuit hun eigen motivatie en kansen zien. Afhankelijk van de afstand tot de arbeidsmarkt zijn er verschillende mogelijkheden, om in aanvulling op de zelfredzaamheid van de uitkeringsgerechtigde, ondersteuning te bieden bij het vinden van werk. De ondersteuning per type arrangement verschilt aanzienlijk in karakter en qua type ondersteuning. Welke ondersteuning wordt ingezet is maatwerk en vindt plaats in overleg met de persoon. Op basis hiervan wordt een persoonlijk actieplan gemaakt (zie paragraaf 5.2.1). Wij verwachten vooral vanuit arrangement 4 en 27

29 soms 3 afstemming binnen het kader één gezin, één aanpak, één regisseur en beogen daarmee een integrale aanpak op meerdere levensgebieden. Werkarrangement 1 is bijvoorbeeld bedoeld voor mensen die direct bemiddelbaar zijn. Eigen kracht wordt als aanwezig verondersteld. De ondersteuning is daarop afgestemd. Arrangement 4 is bedoeld voor mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt. Deze afstand wordt veroorzaakt door functionele, psychische en verstandelijke belemmeringen. Om werk of maatschappelijke participatie voor deze mensen mogelijk te maken zullen fysieke aanpassingen op de werkplek noodzakelijk zijn, is aanvullende begeleiding (bijvoorbeeld verzorgend of verplegend handelen) mogelijk noodzakelijk en dient mogelijk het zelfstandig oplossingsvermogen of de cognitieve vaardigheden van de persoon te worden gecompenseerd om escalaties (gedragsmatig of fysiek) op de werkplek te voorkomen Cruciale rol voor werkgevers, sociaal ondernemers en andere partners Een goede en vruchtbare samenwerking met ondernemers in Smallingerland wordt essentieel om de arrangementen goed vorm te kunnen geven. De samenwerking met hen is daarmee geworden tot een speerpunt van het re-integratie en participatiebeleid van de gemeente Smallingerland. Hoe meer werkplekken, werkervaringsplekken en passende werkplekken kunnen worden gerealiseerd, des te meer mensen kunnen worden ondersteund bij het vinden van werk als men dit niet kan. Hoe de samenwerking met werkgevers, sociaal ondernemers en andere partners vorm wordt gegeven, verschilt per werkarrangement. Voor werkarrangement 1 geldt dat het gaat om reguliere werkplekken die via de conjunctuur en het ondernemerschap ontstaan. Daarnaast zijn binnen het werkarrangementenmodel voldoende werkplekken nodig voor mensen die niet 100% de loonwaarde halen, omdat zij beperkingen hebben. Voor deze werkplekken zal vooral een beroep worden gedaan op de maatschappelijke betrokkenheid van werkgevers, sociaal ondernemers en andere partners in Smallingerland. Zonder deze (meer passend gemaakte) werkplekken zullen de middelen voor de re-integratie in werkarrangementen 1 en vooral 2 onder druk komen te staan. Des te meer (passend gemaakte) werkplekken beschikbaar worden gesteld, des te meer mensen ondersteund kunnen worden bij het vinden van werk. Het werkgeversteam van SZ samen met EZ vervullen hierin een cruciale rol. Zij spreken de taal van de werkgevers en ondernemers en onderhouden pro-actief, constructief en pragmatisch de relaties met deze groep. De relatie met werkgevers is voor werkarrangement 1 een reguliere bemiddelingsrelatie. Voor werkarrangement 2 geldt dat in principe al meer afstemming en nadere afspraken nodig kunnen zijn om mensen aan het werk te krijgen of duurzaam te plaatsen bij werkgevers. De relatie voor werkarrangement 3 is meer een partnerschapsrelatie, waarbij het vinden van passende oplossingen met mensen centraal staat. Het gaat dan vooral om werkgevers en ondernemers die hun maatschappelijke verantwoordelijkheid niet uit de weg gaan en deze graag nemen. In onderstaand overzicht is het arrangementenmodel van de gemeente Smallingerland schematisch weergegeven: 28

30 5.3.2 Werkarrangement 1 Mensen die dichtbij de arbeidsmarkt staan, stimuleren wij en spreken wij aan om zelf op zoek te gaan naar een baan of zelfstandig ondernemerschap. De doelgroep bestaat uit mensen met een kleine afstand tot de arbeidsmarkt. De omvang van deze groep varieert continue en wordt geschat op 100 tot 150 personen. Mensen in deze groep hebben minimaal een startkwalificatie op MBO-2- niveau en/ of recente stage- of werkervaring. De begeleiding bestaat dan ook vooral uit stimuleren van het eigen initiatief en het goed gebruiken van je netwerk en omgeving om een werkplek te krijgen. De afspraken worden vastgelegd in het persoonlijk actieplan. In periodieke gesprekken vervult de casemanager vooral een klankbordfunctie en wordt stilgestaan bij de resultaten van de verschillende ondernomen activiteiten. Punten die verder in de gesprekken aan de orde kunnen komen, zijn: onderhoud cv, inschrijving op werk.nl, inschrijvingen bij uitzendbureaus, binnengekomen vacatures van het werkgeversteam, enzovoorts. Vooral de samenwerking met uitzendbureaus krijgt in dit werkarrangement meer dan voorheen gestalte. Dit werkarrangement is gericht op creëren van een zo groot mogelijke uitstroomkans in een zo kort mogelijke tijd. De begeleiding in dit arrangement duurt maximaal vier maanden Werkarrangement 2 Mensen die na vier maanden nog geen werk hebben gevonden en de groep met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt, stromen door naar werkarrangement 2. De gemiddelde omvang van de groep mensen wordt geschat op ongeveer 400 mensen. De maximale doorlooptijd voor dit traject is 9 maanden en bestaat uit twee onderdelen: een diagnose (maximaal 10 weken), een op-maatgesneden leer-werk-traject (maximaal 6 maanden) en nazorg-on-the-job. Bijlage IV biedt een uitgebreide toelichting op de verschillende onderdelen Werkarrangement 3 Dit werkarrangement is bedoeld voor mensen die een grote afstand hebben tot de arbeidsmarkt vanwege een structurele sociale, functionele, psychische of verstandelijke beperking. Deze mensen kunnen zonder begeleiding geen arbeidsplek op de reguliere arbeidsmarkt krijgen en kunnen ook beperkt arbeidsproductief zijn. De omvang van de doelgroep wordt geschat op ongeveer

31 personen. Er wordt in dit werkarrangement onderscheid gemaakt tussen nieuwe instroom en zittend bestand. De nieuwe instroom bestaat vooral ook uit mensen met een functionele beperking die in het verleden instroomden in de Wajong en uit mensen die op de WSW-wachtlijst stonden (deze mensen zijn per 1 januari 2015 namelijk niet meer uitgezonderd van de arbeidsverplichting). In het Sociaal Akkoord hebben de werkgevers zich garant gesteld voor het realiseren van extra banen voor mensen met een arbeidshandicap (oplopend tot 2026). Voor de nieuwe instroom geldt dat zij de eerste jaren prioriteit krijgen bij de toeleiding naar deze extra banen. Bij werkarrangement 3 staan drie soorten ondersteuning centraal: Zorg; met als doel mensen weer op het werkspoor te krijgen. Vaak gaat dit gepaard met toeleiding richting hulpverlening, waarbij zorg een middel wordt om uiteindelijk aan het werk te komen of een plek in het onderwijs te bemachtigen. Arbeidsvaardigheden: met als doel mensen weer toe te leiden naar werk maar wel in combinatie met het gericht werken aan arbeidsvaardigheden; Aangepaste werkplekken. Hierbij moet je vooral denken aan maatregelen waarbij een aanpassing van de werkplek plaatsvindt, zodat de fysieke of psychische belasting minder wordt waardoor beter aangesloten kan worden op de mogelijkheden van de werknemer. De ondersteuning vanuit dit arrangement is meestal intensief en langdurig. Vaak is er sprake van complexe, meervoudige problematiek waarbij veel belemmeringen komen kijken. Deze belemmeringen kunnen in alle mogelijke combinaties en zwaartes voorkomen. Het is de doelgroep die vaak onvoldoende vermogen heeft om de eigen problemen op te lossen. Of mensen die met een relatieve kwetsbaarheid onbekend zijn met professionele organisaties en daardoor buiten de boot vallen. Maar er zijn ook mensen met voldoende ontwikkelde persoonlijke vaardigheden maar die door een ongelukkig samenloop van omstandigheden in de problemen komen en er op eigen kracht niet meer uitkomen. Het gaat bij deze trajecten dus om een gevarieerde klantgroep. In het geval van een aangepaste werkplek is het van belang dat werkgevers gemotiveerd worden om mensen in dienst te nemen. Deze trajecten zijn vooral voor de mensen met een verminderde arbeidsproductiviteit. Bijlage V biedt inzicht op de totstandkoming van een aangepaste werkplek Participatiearrangement 4 Doelgroep voor dit participatiearrangement zijn mensen die zodanig op de vier onderscheiden hoofdelementen (zie bijlage V fysieke ruimte, begeleidingsbehoefte, omgeving, groep) voor passend werk scoren dat sprake is van een minimaal groeiperspectief. De focus in het persoonlijk actieplan ligt hier vooral op het benoemen van 'kleine stapjes'. Doel van het participatiearrangement is mensen mee te laten doen naar vermogen. Deze groep wordt zoveel mogelijk gestimuleerd actief te participeren. Dit gebeurt op vrijwillige basis. Maatwerk is altijd het uitgangspunt. Er wordt ingezet op twee vormen van ondersteuning: 1. Sociale prestatie: algemeen toegankelijke werkzaamheden die onbetaald uitgevoerd worden en waarvoor slimme begeleidingsconstructies zijn gecreëerd. Een groot deel van de mensen in arrangement 4 stimuleren we om een sociale prestatie te leveren. Het betreft activiteiten die laagdrempelig zijn en stimuleren om zelfstandig deel te nemen aan sociale participatie (bv. zingeving, vrijetijd besteding en vrijwilligerswerk). 2. Arbeidsmatige activering: maatwerkvoorziening, voor mensen die zelf niet staat zijn dagstructuur vorm te geven (de huidige groep met een AWBZ-indicatie Begeleiding Groep) en waarbij naadloos wordt aangesloten bij de WMO. De opgave bij arbeidsmatige 30

32 dagactivering is een passende werksetting te creëren voor mensen met een minimaal groeiperspectief, een lage arbeidsproductiviteit en een gering lerend vermogen. Het uiteindelijke doel van de begeleiding is toewerken naar een maximaal haalbaar niveau van werken naar vermogen. Meedoen naar vermogen is de norm. Het gaat altijd om vormen van onbetaald werk en deelname is altijd op vrijwillige basis Activiteitenoverzicht werkarrangementen en participatiearrangement In onderstaande schema zijn de meest cruciale onderdelen per type arrangement schematisch weergegeven: Werkarrangement 1 Direct bemiddelbare groep Zelf doen Stimuleren initiatief Werkarrangement 2 Kleine afstand tot arbeidsmarkt Uitgebreide diagnose Leer-werk-trajecten Training werknemersvaardigheden Vakscholing Taalscholing Nazorg-on-the-job Werkarrangement 3 Grote afstand tot arbeidsmarkt Passende werkplekken bij sociaal ondernemers Loonkostensubsidie nieuwe stijl Garantiebanen Nieuwe voorziening beschut werk Training werknemersvaardigheden Trajecten voor mensen met specifieke problematiek/zorgvragen Participatiearrangement 4 (Meedoen naar vermogen) Groep met minimaal groeiperspectief naar arbeidsmarkt Vrijwilligerswerk Maatwerk Sociale prestatie Participatie van sociaal kwetsbaren Arbeidsmatige activering Gebiedsgericht WMO-gefinancierd 31

33 32

34 Hoofdstuk 6 Financiële middelen 6.1 Meer taken met minder middelen Het Sociale Domein is in Nederland volop in beweging. Het Rijk hevelt vanaf 2015 taken op het gebied van Jeugdzorg, AWBZ-Wmo en Participatie over naar gemeenten. Deze veranderingen worden de transities genoemd. Er komt daarbij veel op de gemeente af. Er komen meer taken bij, de doelgroep neemt toe en wordt complexer. De gemeente moet die taken goedkoper gaan uitvoeren dan Rijk en provincie op dit moment doen. Door zaken dichter bij burgers te organiseren is de verwachting van het Rijk dat een groter beroep op zelfredzaamheid van burgers kan worden gedaan. Ook kan de uitvoering meer integraal (denkend vanuit de burger) plaatsvinden. De verwachting is dat deze inzet gerichter, effectiever en per saldo ook goedkoper is binnen de middelen van het Participatiebudget. Er is in hoofdstuk twee gesteld dat de doelgroep Participatiewet stijgt met ruim 5 % in de periode Daarentegen daalt het participatiebudget voor die jaren. We zullen daarom kritisch moeten kijken hoe en op welke punten wij de ondersteuning aan onze mensen kunnen blijven bieden. 6.2 Financiën in beeld Onder de Participatiewet is er een gebundeld participatiebudget waar alle vormen van ondersteuning uit bekostigd moeten worden. Dit betreft zowel de re-integratie van mensen uit de bijstand, als de kosten van de huidige Wsw en de nieuwe instroom. Het Participatiebudget is opgebouwd uit het huidige participatiebudget samengevoegd met het deel van de middelen voor de re-integratie van Wajongers die door de gemeente georganiseerd wordt en de middelen van de Wsw Prognose gebundelde re-integratiebudget Voor de gemeente Smallingerland kan op basis van een indicatieve informatieve prognose het onderstaande beeld geschetst worden met betrekking tot het gebundelde re-integratiebudget over de jaren Jaar Budget Deze prognose is gebaseerd op: De voorlopige toekenning van het Participatiebudget aan de gemeente in 2015 op grond van het nieuwe objectieve verdeelmodel. De overheveling van de Rijksbijdrage Wsw, inclusief de bezuinigingen op deze overheveling als gevolg van het stoppen van de instroom en toepassing van de efficiencykorting. De middelen voor het realiseren van nieuwe voorzieningen beschut en middelen voor begeleiding van de nieuwe instroom. 33

35 Met het gebundelde re-integratiebudget uit bovenstaande tabel dient de gemeente ondersteuning te bieden aan het totale doelgroep volume van 2437 personen in In de periode neemt dit budget met ongeveer 19 % af, naar een niveau van Verplichtingen participatiebudget De kosten van de huidige Wsw doelgroep zijn vaste kosten die uit het participatiebudget betaald moeten worden. Deze kosten zullen door de afbouw van de doelgroep als gevolg van natuurlijk verloop, afnemen. In de hierop volgende tabel worden deze kosten aangeduid als kosten Wsw-oud. In onderstaande tabel is dit inzichtelijk gemaakt. Jaar Wsw-oud In onderstaande tabel is het verloop van het resterend budget weergegeven: Jaar Gebundeld Reintegratiebudget Meeneemregeling (saldo vorig jaar) Gemeentelijke middelen WSW Totaal beschikbare middelen Wsw-oud Resterend budget In de begroting is structureel een bedrag opgenomen van ,- voor de dekking van de kosten voor de Wsw. Dit bedrag is in bovenstaande tabel opgenomen. Tot en met 2014 werd het subsidietekort WSW uit de algemene middelen betaald. Dit mocht toen niet uit het participatiebudget worden betaald. Bovenstaande tabel maakt inzichtelijk dat het budget voor re-integratie/participatie van mensen in de bijstand in de periode fors afneemt. Naast de inzet van re-integratie en participatie worden er ook andere kosten betaald uit het budget, zoals de schuldhulpverleningstrajecten van personen met een bijstandsuitkering en educatie. De kosten van re-integratie (werkarrangementen 1, 2 en 3) zijn ongeveer 2,5 miljoen (inclusief ESF). Dit bedrag wijkt af van het bedrag dat is opgenomen in het beleidsplan (circa 3,1 miljoen). In het beleidsplan is het bedrag exclusief ESF opgenomen. Uit bovenstaande tabel blijkt dat we in 2015 onze ambities kunnen realiseren. Voor 2016 tot en met 2018 is de dekking niet rond. 34

36 Een inschatting voor het tekort in deze jaren is (uitgaande van ESF continuering): 2016: : : In het gebundeld re-integratiebudget zijn ook indicatieve bedragen opgenomen voor het instrument beschut werk. De hoogte daarvan is: 2015: : : : In deze beleidsnota is daar geen rekening mee gehouden omdat dit instrument provinciaal nog moet worden uitgewerkt. De uitwerking zal complex zijn, omdat nog onvoldoende duidelijk is welke grenzen gelden voor het instrument beschut werk. Het totale bedrag waarvoor de dekking nog niet rond is, is: 2016: : : Bij ongewijzigd beleid ontstaat er vanaf 2016 een structureel tekort. De kosten voor re-integratie worden dan hoger dan de vergoeding van het Rijk. Wanneer wordt besloten om een nieuwe voorziening voor beschut werken in te stellen, zal dit tekort verder oplopen. Met het ontstaan van het sociaal domein wordt gestuurd op een meer integrale benadering van mensen. Dat betekent dat er financieel ook meer integraal wordt gekeken. We zullen het voorziene tekort bij ongewijzigd beleid daarom beschouwen in samenhang met de totale financiële mogelijkheden en onmogelijkheden van het programma Sociaal Domein. Wanneer blijkt dat de middelen in dit programma ontoereikend zijn voor de realisatie van onze ambities en ons beleid zullen we de raad ter afweging keuzes voorleggen. Die kunnen zowel betrekking hebben op de inhoud als op de omvang van budgetten. We komen hier bij de eerstvolgende perspectiefnota op terug en zullen dan een eerste indicatieve beschouwing geven op de financiën voor participatie specifiek en voor het programma als geheel. Deze beschouwing is bepalend voor de voorstellen die vervolgens worden gedaan. 35

37 36

38 Literatuurlijst Centraal Bureau voor de Statistiek (2014), 'Steeds minder mensen vanuit de bijstand aan het werk,url: zekerheid/publicaties/artikelen/archief/2014/ wm.htm (16 oktober ) Doornbos, H. & J. Krabbex (2013), 'Rapport Innovatiecluster Drachten. Informatie over het cluster en de activiteiten van het cluster, Utrecht: Berenschot Groep B.V. Gemeente Leeuwarden (2013), 'Actieplan Jeugdwerkloosheid Friesland ', Leeuwarden: Gemeente Leeuwarden. Gemeente Leeuwarden (2012), 'Regionale Werkgeversdienstverlening Fryslân, Samenwerking tussen Friese gemeenten en het UWV WERKbedrijf', Leeuwarden: Gemeente Leeuwarden. Gemeente Smallingerland (2014),'Collegeprogramma gemeente Smallingerland , Samen leven, samen werken/ meiinoar libje, meiinoar wurkje', Drachten: Gemeente Smallingerland Gemeente Smallingerland (2014), 'Kadernota Samen voor elkaar', Drachten: Gemeente Smallingerland. Gemeente Smallingerland (2014),'Notitie gebiedsgericht werken in Smallingerland, Drachten: Gemeente Smallingerland. Gemeente Smallingerland (2012), 'Notitie sluitende aanpak RMC en Werk&Inkomen', Drachten: Gemeente Smallingerland Gemeente Smallingerland (2013), 'Plan van aanpak Meerjarige Aanvullende Uitkering Gemeente Smallingerland ', Drachten: Gemeente Smallingerland. Gemeente Smallingerland (2013), 'MAU rapportage 2013', Drachten: Gemeente Smallingerland. Gemeente Smallingerland (2014),'Minimagids 2014', Drachten: Gemeente Smallingerland Gemeente Smallingerland (2014), 'Kadernota Schuldhulpverlening ', Drachten: Gemeente Smallingerland Gemeente Smallingerland (2012), 'WMO beleidsplan ', Drachten: Gemeente Smallingerland. F4 (2013), 'Samenwerking in de F4. Economische uitvoerings- en ontwikkelagenda ', Gemeenten Smallingerland, Súdwest-Fryslân, Heerenveen en Leeuwarden. F4 (2012), 'Verkenning economische samenwerking F4', Gemeenten Smallingerland, Súdwest-Fryslân, Heerenveen en Leeuwarden. Inspectie SZW (2012), 'Werken met beperkingen. Van arbeidsbeperkingen tot arbeidsmogelijkheden, Den Haag: Inspectie SZW 37

39 Koning, P. e.a. (2013), Investeren in Participeren. Kennis voor de uitvoering van werk en inkomen. Kennisplatform Werk en Inkomen (KWI). SEO Economisch Onderzoek (2014), 'Afbouw van het Wsw-bestand', Amsterdam: in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid UWV (2014), 'Basisset Regionale Arbeidsmarktinformatie', UWV: Arbeidsmarktregio Friesland. 38

40 Lijst met afkortingen ANW Algemene nabestaandenwet AWBZ Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten BBZ Besluit Bijstandsverlening Zelfstandigen BRP Bruto regionaal product BUIG Bundeling Uitkeringen Inkomensvoorzieningen Gemeenten B&W Burgemeester & Wethouders CAO Collectieve arbeidsovereenkomst CBS Centraal Bureau voor de Statistiek COROP Coördinatie Commissie Regionaal OnderzoeksProgramma CV Curriculum Vitae EZ afdeling Economische Zaken, gemeente Smallingerland GR sw Fryslân Gemeenschappelijke regeling Sociale Werkvoorziening Fryslân HTSM High Tech Systems en Materials IOAW Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers IOAZ Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen I-SZW Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid KOF Leren en Werken Friesland LWC Leerwerkcoach MAU Meerjarige Aanvullende Uitkering MBO Middelbaar beroepsonderwijs Ministerie OC&W Ministerie van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap MOS Maatschappelijke Onderneming Smallingerland NWW Niet werkende werkzoekende O3 overheid, ondernemers, onderwijs en/of onderzoek R&D Research & Development ROC Regionaal OpleidingsCentrum RMC Regionale Meld- en Coördinatiefunctie SBB Stichting Samenwerking Beroepsonderwijs Bedrijfsleven SROI Social Return On Investment SW-bedrijf Sociale Werkvoorzieningsbedrijf SZ afdeling Sociale Zaken, gemeente Smallingerland UWV Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen VNG Vereniging Nederlandse Gemeenten WBS systeem Werkcoach Bemiddeling Systeem -matchingssysteem van arbeidsaanbod en - vraag van het UWV Wet Suwi Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen Wet Wajong Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten WAO Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering WIA Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen WML Wettelijk minimumloon WMO Wet Maatschappelijke Ondersteuning WSW Wet sociale werkvoorziening WW Werkloosheidswet WWB Wet werk en bijstand 39

41 40

42 Bijlage I 41

43 Huidige situatie wet- en regelgeving Huidige situatie WWB De WWB Gemeenten zijn verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet werk en bijstand (verder: WWB). Het doel van de WWB is om bijstandsgerechtigden, niet-uitkeringsgerechtigden en Anw ers zo snel mogelijk aan een betaalde baan te helpen. De beleidsinhoudelijke en financiële verantwoordelijkheid ligt volledig bij gemeenten. De volgende uitgangspunten staan in de WWB centraal: Burgers zijn zelf verantwoordelijk om al datgene te doen wat nodig en mogelijk is om in het eigen bestaan te voorzien. Pas als mensen daartoe niet in staat zijn, kunnen zij een aanspraak doen op de overheid hen daarbij te ondersteunen. De ondersteunende verantwoordelijkheid ligt bij de gemeente. De regelgeving biedt gemeenten beleidsruimte en verantwoordelijkheid. Daarom krijgen gemeenten de gebundelde uitkering inkomensvoorzieningen gemeenten (verder: BUIG) met een daarbij passend eigen risico. Om het (financiële) risico voor de gemeente te beperken, dient instroom in de uitkering zoveel mogelijk te worden beperkt. Voor degenen die een beroep moeten doen op de inkomenswaarborg, dient het verblijf in de uitkering zo kort mogelijk te zijn. Om mensen te kunnen ondersteunen bij het vinden van werk ontvangt de gemeente een uitkering op grond van de Wet Participatiebudget. Uitvoering De uitvoering van de WWB is door de gemeente Smallingerland belegd bij de eigen afdeling Sociale Zaken. Een gedeelte van de re-integratie-inspanningen is uitbesteed aan externe partners. Zij voeren hun werkzaamheden uit onder regie van Sociale Zaken. Huidige situatie Wsw Naast de uitvoering van de WWB is de gemeente ook verantwoordelijk voor de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (Wsw). Doel van de Wsw is mensen met een arbeidsbeperking (en in bezit van een Wsw-indicatie) zo regulier mogelijk te laten werken op de arbeidsmarkt. Het UWV kan een Wsw-indicatie afgeven aan mensen met een lichamelijke, psychische of verstandelijke handicap die moeilijk een baan vinden. Als zelfstandig werken binnen een regulier bedrijf niet mogelijk is, kunnen mensen begeleid werken bij een reguliere werkgever of in een sociale werkplaats. Rijksbijdrage en taakstelling Voor de uitvoering van de Wsw ontvangt de gemeente rijksmiddelen en formuleert het beleid. Aan de toekenning van de rijksmiddelen is een taakstelling gekoppeld. De taakstelling draagt de gemeente op om voor het toegekende budget een minimum aantal plekken te organiseren. Indien de gemeente minder plekken dan de taakstelling organiseert, dan moet de bijbehorende subsidie worden terugbetaald. De taakstelling voor de gemeente Smallingerland bedroeg in de jaren 2013 en 2014 respectievelijk 435 en 440 plekken. De Rijksbijdragen voor de jaren 2013 en 2014 bedroegen respectievelijk en Uitvoering Wsw De gemeente is vrij in de wijze waarop zij de Wsw organiseert. De gemeente Smallingerland heeft de uitvoering van de Wsw geregeld via de Gemeenschappelijke Regeling Sociale Werkvoorziening 'Fryslân' (GR Sw 'Fryslân') waaraan naast de gemeente Smallingerland de gemeenten Achtkarspelen, 42

44 Heerenveen, Leeuwarden, Ooststellingwerf, Opsterland, Tytsjerksteradiel en Weststellingwerf deelnemen. De GR Sw 'Fryslân' heeft tot doel de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en daaruit voortvloeiende voorschriften uit te voeren voor de acht aangesloten gemeenten. De uitvoering van de Wsw heeft het bestuur van de GR opgedragen aan Caparis NV. Het bestuur van de GR wordt gevormd door leden van de colleges van B&W van de aangesloten gemeenten. Het bestuur voert de regie op de uitvoering van de Wsw en vergadert gemiddeld vijf maal per jaar, waarbij ook de algemeen directeur van Caparis NV aanwezig is als adviseur van het bestuur. Huidige situatie Wajong De Wet werk en arbeidsondersteuning jong gehandicapten (Wajong) is bedoeld voor mensen die op jonge leeftijd een ziekte of handicap hebben gekregen waardoor ze beperkingen ervaren bij het betreden van de arbeidsmarkt. Uitvoering Wajong De indicatiestelling, uitkeringsverstrekking en ondersteuning van mensen in de Wajong gebeurt door het UWV. Het UWV heeft beperkte middelen om mensen te ondersteunen bij de integratie op de arbeidsmarkt. Deze zijn onder andere bedoeld voor aangepaste werkplekken, zodat Wajongers arbeid kunnen verrichten bij een reguliere werkgever. Eind 2013 waren er in Smallingerland ongeveer personen die waren aangewezen op een Wajong-uitkering. 43

45 Veranderingen wet- en regelgeving per 1 januari 2015 Participatiewet Het Rijk was van oordeel dat het huidige sociale stelsel van WWB, Wajong en Wsw te complex en te duur was en onbedoelde bijeffecten had die de reguliere arbeidsdeelname van mensen belemmeren. In deze paragraaf beschrijven we de Participatiewet zoals deze op 1 januari 2015 in werking treedt. WWB wordt Participatiewet De Participatiewet is in feite een aangepaste WWB. De uitgangspunten en het risicomodel van deze wet blijven ook onder de Participatiewet in stand. Dit betekent dat de financiële prikkel op de uitkeringsverstrekking voor gemeenten in stand blijft, waardoor tekorten op dit vlak in eerste instantie door de gemeente zelf gedragen moeten worden. Het participatiebudget dat nu beschikbaar is om in het kader van de WWB mensen te laten participeren en re-integreren op de arbeidsmarkt en waarmee de uitkeringslasten beïnvloed kunnen worden, wordt een gebundeld re-integratiebudget waarin alle middelen gericht op arbeidsdeelname van de totale doelgroep worden samengevoegd. Toegang tot Wajong wordt ingeperkt Het aantal mensen dat de afgelopen jaren aanspraak maakte op een Wajong-uitkering is sterk toegenomen. Om deze voorziening betaalbaar te houden en mensen met een arbeidsbeperking meer kansen op de arbeidsmarkt te bieden, wordt de regeling aangepast. Met de invoering van de Participatiewet vindt een aanpassing van de Wajong plaats waardoor deze alleen nog toegankelijk is voor mensen die volledig en duurzaam arbeidsongeschikt zijn. De afkorting Wajong komt vanaf dat moment te staan voor Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten. Als gevolg van het sociaal akkoord 27 zou ook herkeuring van het zittende bestand plaatsvinden, waarbij personen die buiten de doelgroep van het UWV vallen over zouden komen naar de gemeente. Na onderhandelingen van de coalitie met de drie gedoogpartijen is op 3 februari 2014 echter bekend gemaakt, dat deze groep bij het UWV blijft. De Wsw houdt op te bestaan Per 1 januari 2015 wordt de Wsw afgeschaft. Dit betekent dat er in deze regeling geen instroom meer mogelijk is en dat geen nieuwe indicaties worden afgegeven. Er is alleen uitstroom, waardoor in feite sprake is van een sterfhuisconstructie. De rechten en plichten voor mensen die op 31 december 2014 een Wsw-dienstverband hebben, blijven ook na 1 januari 2015 in stand. Dit betekent dat de gemeente voor deze groep Wsw-oud een verantwoordelijkheid behoud voor het organiseren van een werkplek. Met het stoppen van de instroom vervalt de wachtlijst. Voor de mensen die op dat moment op de wachtlijst staan, geldt dat ze geen recht meer hebben op een plek in de sociale werkvoorziening. Deze mensen vallen terug op een andere ondersteuningsvorm, dat kan bijvoorbeeld een Wia of Wao-uitkering zijn, maar ook een 27 De vakbeweging, werkgeversorganisatie VNO-NCW en het kabinet sloten op 11 april 2013 een sociaal akkoord. Via verschillende maatregelen wordt het economisch herstel gestimuleerd en wordt de arbeidsmarkt zodanig aangepast dat deze beter past bij de 21e eeuw. Belangrijkste arbeidsmarktgerelateerde punten zijn: overheid en bedrijven creëren arbeidsplaatsen voor arbeidsgehandicapten (garantiebanen), de WW blijft in hoogte en duur gelijk en de ontslagvergoeding is versoepeld en ontslagvergoedingen zijn gemaximeerd. 44

46 werkende partner. Zijn er geen voorliggende voorzieningen dan doen deze mensen een beroep op ondersteuning via de Participatiewet. Met het vervallen van de Wsw vervalt ook de rijksbijdrage en de taakstelling. De middelen die nu gemoeid zijn met de Wsw worden overgeheveld naar het gebundelde re-integratiebudget. Hierbij wordt wel een efficiencykorting op het budget doorgevoerd en vindt een verlaging plaats als gevolg van het veronderstelde natuurlijke verloop van de SW-populatie door het stoppen van de instroom. Structurele loonkostensubsidie ter compensatie van geringe arbeidsproductiviteit In tegenstelling tot de huidige vormen van loonkostensubsidie ontstaat binnen de Participatiewet de mogelijkheid om aan werkgevers die mensen met een beperking in dienst nemen langdurig een loonkostensubsidie te verstrekken. Deze langdurige vorm van loonkostensubsidie dient werkgevers te compenseren voor de verminderde verdiencapaciteit van mensen met een beperking. De hoogte van de te verstrekken loonkostensubsidie is maximaal 70% van het wettelijk minimumloon (verder: WML) en kan door de gemeente worden betaald uit het Inkomensdeel (budget BUIG). De cliënt ontvangt altijd minimaal 100% WML. De doelgroep van de loonkostensubsidie zijn mensen die met voltijdse arbeid niet in staat zijn om het wettelijk minimumloon te verdienen. Daarnaast moet vaststaan dat deze mensen mogelijkheden hebben om te werken. Naast de loonkostensubsidie krijgt de gemeente meer mogelijkheden om brede ondersteuningsmaatregelen (aanpassen van de werkplek) in te zetten gericht op arbeidsdeelname, bijvoorbeeld vanuit het terrein van de maatschappelijke ondersteuning. Ook kan de gemeente door middel van proefplaatsingen en werkplekaanpassingen meer mensen naar een reguliere arbeidsplek begeleiden. Quotum arbeidsplaatsen voor mensen met een arbeidsbeperking Om de arbeidsparticipatie van mensen met een arbeidsbeperking te bevorderen is in het sociaal akkoord de afspraak gemaakt om tot 2026 in totaal arbeidsplekken (garantiebanen) voor mensen met een arbeidsbeperking te realiseren. Tot de doelgroep behoren: Mensen die onder de Participatiewet vallen en die WML kunnen verdienen. Mensen met een Wsw-indicatie op de wachtlijst. Wajongers met arbeidsvermogen. De opbouw van deze arbeidsplekken begint vanaf In de eerste jaren hebben mensen met een Wsw-indicatie en Wajongers met arbeidsvermogen prioriteit voor de plaatsing op de banen. Op het eerste meetmoment in 2016 dienen van deze banen gerealiseerd te zijn. Worden deze plekken niet gerealiseerd, dan wordt dit door middel van een quotumwet alsnog afgedwongen. Bij een evenredige verdeling van het aantal plekken over het huidige aantal banen moeten er tot 2026 in Friesland naar verwachting 3500 tot 5000 extra arbeidsplaatsen voor mensen met een beperking gerealiseerd zijn. Regionale Werkbedrijven In het sociaal akkoord zijn afspraken gemaakt over de benadering van werkgevers, waarbij een regionale aanpak centraal staat. Om tot een eenduidige regionale aanpak voor werkgevers te komen en de mensen te bemiddelen naar de extra banen uit het sociaal akkoord, zijn door het Rijk regionale Werkbedrijven in het leven geroepen. De 35 arbeidsmarktregio s zijn daarbij het uitgangspunt. Zaken die binnen het Werkbedrijf nader afgestemd kunnen worden zijn: de regionale afstemming over dienstverlening aan werkgevers, minimumeisen voor loonwaardebepaling, de inzet van een no-risk polis en werkvoorzieningen. 45

47 Smallingerland valt in dat kader onder de arbeidsmarktregio Fryslân. De gemeente Leeuwarden is de centrumgemeente. Binnen de regio wordt het Werkbedrijf opgezet. Het Werkbedrijf is geen fysieke organisatie, maar bestaat uit een netwerk van partijen die afspraken maken over de toeleiding van mensen met een arbeidsbeperking naar regulier werk. De precieze vereisten aan het Werkbedrijf worden op landelijk niveau uitgewerkt in de Werkkamer (VNG, ministerie, vakbonden, werkgevers en Divosa) en zullen in lagere regelgeving worden vastgelegd. De gemeente Leeuwarden neemt als centrumgemeente het voortouw bij de vorming van het regionale Werkbedrijf. Studieregeling Wajong De gemeente krijgt de verantwoordelijkheid voor het uitvoeren van de studieregeling zoals deze nu is opgenomen in de Wajong. Personen die hier gebruik van maken hebben een arbeidsbelemmering en kunnen eventueel in aanvulling op de studiefinanciering een tegemoetkoming krijgen als zij zelfstandig niet in staat zijn om het minimumloon te verdienen (in bijvoorbeeld een bijbaan). De gemeente is verantwoordelijk voor het verstrekken van de tegemoetkoming, welke wordt bekostigd uit de algemene uitkering (gemeentefonds). De (maximale) hoogte van de tegemoetkoming bedraagt vooralsnog 25% van het wettelijk minimumloon. De gemeente dient in een verordening de nadere regels vast te leggen met betrekking tot de studieregeling. Voorziening beschut werk Beschut werk onder de Participatiewet is een nieuwe voorziening die niet verward moet worden met de huidige voorziening in de SW bedrijven. De voorziening beschut werk is bedoeld voor mensen die door lichamelijke, verstandelijke of psychische beperkingen een zodanige mate van begeleiding en aanpassing van de werkplek nodig hebben. Voor deze doelgroep mag niet van een reguliere werkgever verwacht worden dat hij deze mensen in dienst neemt. Gemeenten hebben beleidsvrijheid of en hoe zij de voorziening voor beschut werken exact willen invullen. Bij beschut werk nieuwe stijl moet er sprake zijn van een arbeidsovereenkomst en de beloning moet minimaal het wettelijk minimumloon zijn, aansluitend bij de cao van de werkgever. Om het voor werkgevers aantrekkelijk te maken om iemand met een arbeidsbeperking in dienst te nemen, krijgt de gemeente de mogelijkheid om een loonkostensubsidie te verstrekken. In tegenstelling tot de huidige vormen van loonkostensubsidie biedt de Participatiewet gemeenten de mogelijkheid om werkgevers een langdurige loonkostensubsidie aan te bieden. Landelijk wordt uitgegaan van uiteindelijk plekken beschut werk maar dat aantal wordt pas rond 2024 bereikt. In onderstaande tabel is het volume beschut werk nieuwe stijl voor de gemeente Smallingerland toegerekend op basis van de SW-taakstelling Volume beschut werk nieuwe stijl (fte) Structureel Landelijk Smallingerland De Wet maatregelen WWB Naast de wijzigingen van de Participatiewet wordt de WWB aangescherpt op basis van het wetsvoorstel maatregelen WWB. De maatregelen uit dit voorstel zouden in eerste instantie ingaan op 1 juli 2014, maar vallen nu samen met de invoering van de Participatiewet op 1 januari De belangrijkste maatregelen worden hieronder kort uiteengezet. 46

48 Kostendelersnorm In plaats van de niet-ingevoerde huishouduitkeringstoets wordt de kostendelersnorm ingevoerd. Dit houdt in dat de bijstandsuitkering lager wordt naarmate meer personen hoofdverblijf hebben in dezelfde woning. De aard en hoogte van de verschillende inkomens spelen geen rol bij het bepalen van de hoogte van de bijstandsuitkering. Jongeren tot 21 jaar, studenten en als sprake is van een commerciële relatie vallen niet onder de kostendelersnorm. De eventuele inkomsten die een bijstandsgerechtigde uit verhuur (commerciële relatie) genereert worden wel met de uitkering verrekend. Het rekenvoorbeeld voor de kostendelersnorm is als volgt: (40% + A x 30%) x B Hierbij staat A voor het totaal aantal meerderjarige personen dat in dezelfde woning zijn hoofdverblijf heeft en B voor de rekennorm. De uitkomst is de uitkering per persoon. Toeslagen vervallen A Door de invoering van de kostendelersnorm vervalt de mogelijkheid tot het toekennen van een toeslag of het verlagen van de uitkering op grond van de woonkosten van een uitkeringsgerechtigde. De beleidsvrijheid om de norm voor schoolverlaters en dak- en thuislozen te verlagen blijft wel bestaan. Langdurigheidstoeslag WWB wordt individuele inkomenstoeslag De huidige langdurigheidstoeslag in de WWB wordt vervangen door een individuele toeslag voor personen die langdurig van een laag inkomen rond moeten komen zonder zicht op verbetering. De toeslag moet in tegenstelling tot de huidige toeslag individueel worden aangevraagd en wordt niet toegekend als deze (of de langdurigheidstoeslag) in de 12 maanden voorafgaand aan het verzoek is toegekend. Het Rijk beoogt hiermee het langdurige verblijf in de uitkering te ontmoedigen. Bij de beoordeling van de aanvraag dient de gemeente mee te wegen welke inspanningen de betrokkene heeft verricht om aan het werk te komen. Bijzondere bijstand De mogelijkheden voor het verlenen van categoriale bijzondere bijstand worden sterk beperkt. Voor chronisch zieken, gehandicapten, ouders met schoolgaande kinderen en gepensioneerden is deze vanaf 1 januari 2015 niet meer mogelijk. Wel krijgen gemeenten meer financiële ruimte om via individueel maatwerk aanvullende inkomensondersteuning te leveren. De mogelijkheden voor het verstrekken van individuele bijzondere bijstand in de vorm van een aanvullende zorgverzekering dan wel een bijdrage in de premie van een dergelijke verzekering worden verruimd. Tegenprestatie Gemeenten dienen het opdragen van een significante tegenprestatie aan bijstandsgerechtigden te regelen bij verordening. Hierbij dient ook beleid ontwikkeld te worden omtrent vrijwilligerswerk en mantelzorg in het kader van de tegenprestatie. Op verzoek kunnen alleenstaande ouders met volledige zorg voor kinderen tot vijf jaar een ontheffing van de tegenprestatie krijgen. 47

49 Handhaving verplichtingen Gemeenten moeten de uitkering tijdelijk verlagen bij ernstige misdragingen van bijstandsgerechtigden. Dit dient geregeld te worden bij verordening. Een aantal arbeidsverplichtingen en de bijbehorende maatregel in de bijstand wordt geharmoniseerd. Gemeenten stellen binnen het wettelijk kader de hoogte en duur van de maatregel (voor het geval de verplichting niet wordt nageleefd) vast bij verordening. Als een bijstandsgerechtigde een van de arbeidsverplichtingen niet naleeft, leidt dit tot een verlaging van de uitkering van 100% gedurende minimaal een maand en maximaal drie maanden. 48

50 BIJLAGE II 49

51 De arbeidsmarkt Ontwikkelingen van de werkgelegenheid en de ontwikkeling van de werkloosheid in Smallingerland (inclusief bestandsopbouw van het huidige WWB-bestand). Ontwikkeling werkgelegenheid In dit onderdeel wordt ingegaan op de vraagzijde van de arbeidsmarkt, oftewel de ontwikkeling van werkgelegenheid. Om hier een uitvoerig beeld van te kunnen schetsen, wordt de ontwikkeling van de werkgelegenheid op lokaal, regionaal en landelijk niveau in beeld gebracht. Tevens wordt stil gestaan bij de ontwikkeling van belangrijke branches en sectoren in de gemeente Smallingerland en wordt een vooruitblik gegeven op toekomstige ontwikkelingen in deze sectoren. Ontwikkeling werkgelegenheid De gemeente Smallingerland heeft de laatste jaren te kampen met een sterk verlies aan banen. In onderstaande grafiek is de ontwikkeling van het aantal banen in de periode weergegeven. 101% Ontwikkeling werkgelegenheid 100% 99% 98% 97% 96% 95% 94% Nederland Friesland Zuidoost-Friesland Smallingerland Grafiek: ontwikkeling totaal aantal banen: 2009=100%: Bron CBS De grafiek laat zien dat de ontwikkeling van het aantal banen in de gemeente Smallingerland vanaf 2009 sterk afwijkt van de regionale en landelijke ontwikkeling. Wat opvalt is dat er zowel landelijk als regionaal sinds 2009 een daling is waar te nemen van het aantal banen. Waar 2011 nog een jaar was voor Smallingerland waarin het aantal banen is toegenomen ten opzichte van het voorgaande jaar, is het aantal banen in Smallingerland in 2012 sterker afgenomen dan de landelijke en regionale trend. Ook in 2013 is er in Smallingerland nog sprake van een dalend aantal banen. Werkgelegenheid per sector Om een goed beeld te krijgen van de arbeidsmarktsituatie waar de gemeente Smallingerland mee te maken heeft, wordt vervolgens gekeken naar de werkgelegenheid per sector. Omdat deze gegevens niet specifiek voor de gemeente Smallingerland te herleiden zijn, wordt gekeken naar het COROPgebied Zuidoost-Friesland waar Smallingerland onderdeel van is. In deze analyse ligt de focus op de werkgelegenheid in 2013 en is de verdeling qua banen per sector in de volgende grafiek weergegeven. 50

52 Overige diensten Zorg Onderwijs Overheid Zakelijke diensten Financiele instellingen Informatie en Communicatie Horeca Vervoer en Opslag Handel Bouw Nutsbedrijven Industrie Landbouw en Visserij Werkgelegenheidsstructuur ,0% 5,0% 10,0% 15,0% 20,0% 25,0% Zuidoost-Friesland Friesland Nederland Grafiek: Werkgelegenheidsstructuur 2013: Bron UWV De grafiek met de werkgelegenheidsstructuur in 2013 laat zien dat de meeste banen in Zuidoost- Friesland met 19,7% in de zorg te vinden zijn. De daaropvolgende sectoren met de meeste banen zijn: de handel, de industrie en de zakelijke dienstverlening. Hieronder zijn de meest in het oog springende ontwikkelingen in de grootste sectoren in beeld gebracht. Banen in de zorg Net als landelijk is de zorgsector een van de grootste sectoren qua werkgelegenheid, in Zuidoost- Friesland is het in 2013 zelfs de grootste sector. Het percentage banen in de zorg ligt in Zuidoost- Friesland in 2013 hoger dan het aandeel in de provincie Friesland alsmede in Nederland. De afgelopen jaren is de werkgelegenheid in de zorg toegenomen. Ook de komende jaren zal de vraag naar zorg door demografische ontwikkelingen (denk aan vergrijzing) verder toenemen. Ondanks deze toenemende vraag naar zorg komt de werkgelegenheid in de zorg de komende jaren onder druk te staan. Dit als gevolg van de verschuiving van intramurale naar extramurale zorg en de transitie op het gebied van de Wmo. Langzaamaan doet ook nog eens de domotica steeds meer haar intrede. Dit maakt het mogelijk om via technologische aanpassingen zorg op afstand steeds meer mogelijk te maken. Door deze ontwikkeling zal een verschuiving plaatsvinden in het opleidingsniveau van personeel in de zorg. De werkgelegenheid in de zorg neemt de komende op de lagere niveaus af en zal toenemen voor de hogere opleidingsniveaus. Onder de hogere niveaus wordt in dit geval verstaan de opleidingsniveaus vanaf MBO-3. Nauw verwant aan de zorgsector is de welzijnssector die bestaat uit welzijn en maatschappelijke dienstverlening, jeugdzorg en kinderopvang. Ook in deze sector geldt dat er zowel landelijk als in Friesland momenteel overschotten aan personeel bestaan. Zeker de kinderopvang heeft te lijden onder de overheidsbezuinigingen, omdat het voor ouders kostbaar is om kinderen naar de kinderopvang te brengen. In deze sector is te zien dat vooral de groep laag- en middelbaar opgeleiden, net als in de zorgsector, het zwaarst getroffen wordt door deze ontwikkeling. Banen zorg Nederland 15,21% 16,92% 15,93% 15,93% 16,43% Friesland 16,29% 16,92% 17,34% 18,13% 18,46% 51

53 Banen zorg Friesland 17,61% 18,48% 18,64% 19,42% 19,65% Percentage banen in de zorg ten opzichte van het totaal aantal banen, bron: UWV Banen in de handel Na de zorgsector is de handel in Zuidoost-Friesland de grootste sector qua werkgelegenheid. De omvang van het aantal banen in de handel is in Zuidoost-Friesland sinds 2009 nagenoeg gelijk gebleven en kan aangemerkt worden als een stabiele sector qua werkgelegenheid. Banen handel Nederland 17,50% 17,41% 17,50% 17,60% 17,57% Friesland 16,26% 16,20% 16,49% 16,51% 16,42% Zuidoost- Zuidoost- Friesland 17,89% 17,70% 17,96% 18,04% 17,94% Percentage banen in de handel ten opzichte van het totaal aantal banen, bron: UWV Het UWV rapporteerde in 2013 dat in de (detail)handel een tweedeling ontstond; waar de foodsector te maken had met een stijgende omzet, daalde de omzet in de non-foodsector. Ondanks deze tweedeling waren er veel vacatures in deze sector en was sprake van een hoge vacaturegraad. Dit blijkt tevens het geval te zijn in Zuidoost-Friesland. Door de toenemende internationale oriëntatie is de handel een sector waar enerzijds veel sprake is van concurrentie en anderzijds kansen liggen met betrekking tot de toenemende export. De komende jaren zal de handel kansen bieden voor werkgelegenheid op alle opleidingsniveaus. Waar ondernemers in de handel enerzijds veelal weinig tot geen werkervaringseisen stellen voor functies met een laag opleidingsniveau, komt er wel steeds meer focus te liggen op het IT-aspect in de handel. Voor de hogere opleidingsniveaus ontstaan in deze sector nieuwe functies. Het gaat vooral om banen waarbinnen het verzamelen van data om het gedrag van klanten te voorspellen (data-analyse) en banen waar de focus ligt op supply-chain-management. Banen in de industrie Voor het aantal banen in de industriële sector geldt, dat ondanks dat het nog een van de grootste sectoren in Zuidoost-Friesland is qua banen, het aantal banen in de periode 2009 tot 2013 is afgenomen. Onderstaande grafiek maakt deze ontwikkeling voor de afgelopen jaren inzichtelijk. 52

54 101 Ontwikkeling banen industrie Nederland Friesland Zuidoost-Friesland Grafiek: Ontwikkeling banen industrie : Bron UWV De structurele afname van het aantal banen in de industriële sector is een landelijke ontwikkeling. Sinds 2008 daalt het aantal banen in de Nederlandse industrie ieder jaar. In Friesland is de tak van de metaalindustrie sterk vertegenwoordigd, ook hier is de werkgelegenheid de afgelopen jaren gekrompen. Enerzijds hangt deze ontwikkeling samen met het feit dat de industriële sector een erg conjunctuurgevoelige sector is. Dit houdt in dat indien er sprake is van een recessie, dit in (Zuidoost)- Friesland direct gevoeld wordt. Ook als het economisch weer beter gaat, merkt men dit in Friesland ook weer als eerste. Anderzijds is er sprake van een algemene trend waarbij er een afname is van industriële werkgelegenheid, verplaatsing van eenvoudige en grootschalige productieactiviteiten naar het buitenland en een toename van de arbeidsproductiviteit. Voornoemde trends zullen er de komende jaren voor zorgen dat de vraag naar laaggeschoolde arbeidskrachten in de industrie zal blijven afnemen en de vraag naar hoger en middelbaar opgeleiden zal toenemen. De kansen voor werkgelegenheid in de industriële sector liggen de komende jaren veelal op het gebied van het hightechsegment, dat tot de topsector High Tech Systems en Materials (HTSM) behoort. Deze sector is sterk vertegenwoordigd in Zuidoost-Friesland. Door de ontwikkeling van nieuwe technologieën, nieuwe toepassingsmogelijkheden en nieuwe markten kunnen hightechbedrijven groeien, waardoor veelal de werkgelegenheid voor middelbaar en hoger opgeleiden zal toenemen. Omdat toeleveranciers hier mogelijk van mee kunnen profiteren, is de verwachting dat ook de werkgelegenheid voor lager opgeleiden hierdoor een impuls krijgt. Banen in de zakelijke dienstverlening De zakelijke dienstverlening bestaat uit diverse subbranches: van makelaars tot toeristisch medewerkers, van woningcorporaties tot ICT-bedrijven, maar ook schoonmaak en uitzendbureaus. De werkgelegenheid in deze sector is veelal kleinschalig. Ondanks dat de zakelijke dienstverlening in Zuidoost-Friesland behoort tot een van de sectoren met de meeste banen, laat de grafiek met de werkgelegenheidsstructuur 2013 zien dat het aandeel banen in 2013 in de zakelijke dienstverlening in Smallingerland het meest afwijkt van het landelijk gemiddelde. Desondanks is het percentage banen in de zakelijke dienstverlening in Zuidoost-Friesland sinds 2009 nagenoeg gelijk gebleven, zoals onderstaande tabel inzichtelijk maakt. 53

55 Banen zakelijke dienstverlening Nederland 14,27% 14,37% 14,46% 14,52% 14,63% Friesland 10,80% 10,83% 11,13% 11,22% 11,51% Zuidoost-Friesland 10,84% 10,48% 10,49% 10,54% 10,86% Percentage banen in de zakelijke dienstverlening ten opzichte van het totaal aantal banen, bron: UWV In de zakelijke dienstverlening komt de focus steeds meer te liggen op een toenemende behoefte aan innovatie en specialisatie. Met een aandeel van 60% is de zakelijke dienstverlening de sector met het grootste aandeel startende ondernemers. De komende jaren zullen er kansen liggen qua werkgelegenheid in deze sector. Allereerst zal een betere samenwerking in de dienstverlening leiden tot een betere marktpositie. Daarnaast kunnen door middel van co-creatie en het gezamenlijk aanbesteden kansen ontstaan voor kleinere partijen. Ook het feit dat het bedrijfsleven steeds meer naar flexibilisering streeft, biedt kansen in deze sector. Zeker voor de uitzendbranche, detacheringsbedrijven en de facilitaire dienstverlening zal dit op termijn kansen bieden. Algemene vooruitzichten arbeidsmarkt In de Landelijke Arbeidsmarktprognose 2014 laat het UWV weten dat het erop lijkt dat het eerder aangekondigd economisch herstel ook daadwerkelijk optreedt in Wel is dit herstel gematigd en broos te noemen en zal niet krachtig genoeg zijn voor werkgelegenheidsherstel. Voor Friesland geldt bovendien dat de ervaring is dat een aantrekkende werkgelegenheid op landelijk niveau pas later zichtbaar wordt. Er bieden zich in 2014 naar verwachting meer mensen aan op de arbeidsmarkt. Landelijk groeit het aanbod van arbeid, met ongeveer 0,25%, maar dat is niet voldoende om het grotere aanbod van mensen op te vangen. Het eerste kwartaal van 2014 laat een forse toename van het aantal werklozen zien, waarbij de werkloosheid in Smallingerland van alle gemeenten in Friesland het grootst is. Het economisch herstel zal waarschijnlijk pas na 2014 voor minder werkzoekenden in de regio Friesland zorgen. Er ontstaan dan namelijk meer vacatures. Het UWV benadrukt dat het een uitdaging zal zijn om deze vacatures geschikt te maken voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, zoals oudere, lager opgeleide en langdurig werkzoekenden, alsmede mensen met een arbeidshandicap. Maar ook voor mensen die sinds het uitbreken van de economische crisis in 2008 afhankelijk geworden zijn van een uitkering. 54

56 Werkloosheidsontwikkeling In deze paragraaf staat de ontwikkeling van de werkloosheid in Smallingerland centraal. Hieronder wordt stilgestaan bij de ontwikkeling van het aantal niet-werkend-werkzoekenden. Daarna bij het werkloosheidspercentage en de mate van arbeidsparticipatie in Smallingerland. Niet-werkende werkzoekenden De gemeente Smallingerland kende tussen 2012 en 2013 een zeer sterke stijging van het aantal nietwerkende werkzoekenden. Waar in januari 2012 er nog niet-werkende werkzoekenden waren in de gemeente, lag dit aantal in december 2013 op Gelet op het percentage niet-werkende werkzoekenden ten opzichte van de beroepsbevolking in Smallingerland, valt op dat dit percentage in Smallingerland sinds 2010 aanzienlijk hoger ligt dan het landelijke percentage. De grafiek maakt deze ontwikkeling inzichtelijk; waar het landelijk percentage Nww van de beroepsbevolking in de periode tussen de 6 en 8% ligt, ligt dit percentage in Smallingerland in deze jaren tussen de 9 en 12%. Nww als % van de beroepsbevolking 14,0% 12,0% 10,0% 8,0% 6,0% 4,0% 2,0% 0,0% jan-10 jan-11 jan-12 jan-13 Nederland Friesland (PV) Zuidoost-Friesland (CR) Smallingerland Grafiek: Niet-werkende werkzoekenden als percentage van de beroepsbevolking: Bron UWV Werkloosheidspercentage en arbeidsparticipatie De ontwikkeling van de arbeidsparticipatie van de beroepsbevolking is een belangrijke indicator voor de staat van de arbeidsmarkt en de mate waarop vraag en aanbod op elkaar aansluiten. Een sterke verandering van de arbeidsparticipatie van het ene op het andere jaar of een sterke afwijking ten opzichte van het regionale en landelijke beeld kan duiden op een uitzonderlijke situatie op de arbeidsmarkt in dat betreffende jaar. Allereerst wordt kort aandacht geschonken aan de ontwikkeling van het werkloosheidspercentage omdat deze ontwikkeling de problematiek in Smallingerland goed in kaart brengt. Het werkloosheidspercentage betreft de werkloze beroepsbevolking als percentage van de beroepsbevolking. De ontwikkeling van het werkloosheidspercentage voor de periode 2010 tot 2013 is in onderstaande grafiek inzichtelijk gemaakt. Uit deze grafiek blijkt dat Smallingerland te maken heeft met een hoge mate van werkloosheid, het werkloosheidspercentage over de gehele periode ligt in Smallingerland hoger dan het landelijke alsmede het regionale gemiddelde. 55

57 Werkloosheidspercentage 11,0% 10,0% 9,0% 8,0% 7,0% 6,0% 5,0% 4,0% Nederland Zuidoost-Friesland (CR) Friesland (PV) Smallingerland Grafiek: Ontwikkeling werkloosheidspercentage: Bron CBS In onderstaande grafiek is de ontwikkeling van de netto arbeidsparticipatie in de periode voor Nederland, Friesland, het COROP-gebied Zuidoost-Friesland en Smallingerland weergegeven. De netto arbeidsparticipatie betreft het aandeel van de werkzame beroepsbevolking in de potentiele beroepsbevolking. Netto arbeidsparticipatie 70,0% 68,0% 66,0% 64,0% 62,0% 60,0% 58,0% 56,0% 54,0% Nederland Friesland (PV) Zuidoost-Friesland (CR) Smallingerland Grafiek: netto arbeidsparticipatie periode , bron: CBS Wat opvalt aan de grafiek is dat de procentuele arbeidsparticipatie in Nederland, Friesland en het COROP-gebied Zuidoost-Friesland in de periode geen grote verschillen vertoont. In Smallingerland daarentegen is te zien dat de arbeidsparticipatie in 2012 en 2013 sterk verslechterd is ten opzichte van de voorgaande jaren. Daarnaast wijkt de arbeidsparticipatie in Smallingerland zowel in 2012 als in 2013 sterk af van het landelijke en regionale gemiddelde. 56

Deelplan Participatiewet Beleidsplan sociaal domein 2015-2018

Deelplan Participatiewet Beleidsplan sociaal domein 2015-2018 Deelplan Participatiewet Beleidsplan sociaal domein 2015-2018 Gemeente Noordoostpolder 19 augustus 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 1. Inleiding... 3 2. groep... 4 3. en en uitgangspunten... 5 3.1.

Nadere informatie

Presentatie Participatiewet & Wijzigingen Wwb. Commissie Samenleving Brielle

Presentatie Participatiewet & Wijzigingen Wwb. Commissie Samenleving Brielle Presentatie & Wijzigingen Wwb Commissie Samenleving Brielle Inhoud Presentatie Doelen participatiewet Uitgangspunten participatiewet Samenwerking Consequenties invoering participatiewet Wijzigingen Wwb

Nadere informatie

Een nieuwe taak voor gemeenten

Een nieuwe taak voor gemeenten Een nieuwe taak voor gemeenten Vanaf 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. Het doel van de wet is om meer mensen, ook mensen met een arbeidsbeperking, aan de slag te krijgen. De gemeente

Nadere informatie

Participatiewet. 9 september 2014. raadscommissie EM - 1 -

Participatiewet. 9 september 2014. raadscommissie EM - 1 - Participatiewet raadscommissie EM 9 september 2014-1 - Inhoud achtergrond wijzigingen sociale zekerheid hoofdlijnen Participatiewet 1 januari 2015 financiering Rijk wetswijzigingen WWB 1 januari 2015 voorbereidingen

Nadere informatie

Visie en uitgangspunten (1)

Visie en uitgangspunten (1) Visie en uitgangspunten (1) Iedereen moet kunnen meedoen als volwaardig burger en bijdragen aan de samenleving. Participatiewet streeft naar een inclusieve arbeidsmarkt, voor jong en oud, en voor mensen

Nadere informatie

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan Onderwerp: Regelingen regionaal Participatiewet Oostzaan Invullen door Raadsgriffie RV-nummer: 14/84 Beleidsveld: Werk en inkomen Datum: 26 november 2014 Portefeuillehouder: M. Olij Contactpersoon: Corina

Nadere informatie

Raadsbesluit Raadsvergadering: 28 mei 2014

Raadsbesluit Raadsvergadering: 28 mei 2014 ONDERWERP Beleidskadernota Participatiewet 2015 SAMENVATTING Op 20 februari 2014 is door de Tweede Kamer het wetsvoorstel Participatiewet aangenomen. Het voorstel ligt nu bij de Eerste Kamer en als deze

Nadere informatie

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Re-integratieverordening. Aan de raad. Participatiewet

Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Re-integratieverordening. Aan de raad. Participatiewet Pagina 1 van 6 Versie Nr.1 Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 30 oktober 2014 Onderwerp: Re-integratieverordening Aan de raad. Participatiewet Beslispunten *Z00288A120 E* 1. Vast te stellen de Re-integratieverordening

Nadere informatie

BELEIDSKADERNOTITIE PARTICIPATIEWET HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE

BELEIDSKADERNOTITIE PARTICIPATIEWET HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE BOB 14/006 Aan de raad, BELEIDSKADERNOTITIE PARTICIPATIEWET HAARLEMMERLIEDE EN SPAARNWOUDE Voorgeschiedenis / aanleiding Op 20 februari 2014 is door de Tweede Kamer het wetsvoorstel Participatiewet aangenomen.

Nadere informatie

Beleidsplan Participatiewet. Berkelland 2 0 1 5-2 0 1 8

Beleidsplan Participatiewet. Berkelland 2 0 1 5-2 0 1 8 Beleidsplan Participatiewet Berkelland 1 2 0 1 5-2 0 1 8 Meer doen met minder geld 2 Dienstverlening van binnen naar buiten 1. Eigen kracht (sociaal netwerk) 2. Algemene voorzieningen 3. Maatwerkvoorzieningen

Nadere informatie

Participatiewet / Wsw. Raadsinformatieavond - 3 juli 2013

Participatiewet / Wsw. Raadsinformatieavond - 3 juli 2013 Participatiewet / Wsw Raadsinformatieavond - 3 juli 2013 Bespreekpunten Wat is de huidige situatie in Wwb en Wsw? Wat zijn de belangrijkste contouren van de Participatiewet? Welke effecten heeft de Participatiewet

Nadere informatie

Kadernota Participatie en Inkomen. Raadsinformatieavond 14 januari 2014

Kadernota Participatie en Inkomen. Raadsinformatieavond 14 januari 2014 Kadernota Participatie en Inkomen Raadsinformatieavond 14 januari 2014 Opbouw 1. Urgentie/aanleiding 2. Gekozen insteek en proces 3. Drieledige veranderstrategie a. Versterken bedrijvigheid en stimuleren

Nadere informatie

Regionale Impact Participatiewet. 1. Participatiewet West-Brabant 2. Gecoördineerde werkgeversbenadering

Regionale Impact Participatiewet. 1. Participatiewet West-Brabant 2. Gecoördineerde werkgeversbenadering Regionale Impact Participatiewet 1. Participatiewet West-Brabant 2. Gecoördineerde werkgeversbenadering Regionale Impact Participatiewet (3D) Gemeenteraden West-Brabant Programma op 19 november 2014 1.

Nadere informatie

Workshops Arbeidsmarktbeleid

Workshops Arbeidsmarktbeleid bij de invoering van de Participatiewet Workshops Arbeidsmarktbeleid November 2014 Stimulansz-CliP in opdracht van de LCR 1 Programma Workshop Introductie Ontwikkelingen / achtergrond arbeidsmarktbeleid

Nadere informatie

GEMEENTE OLDEBROEK. Informatie van het college aan de raad. Portefeuillehouder: E.G. Vos-van de Weg Kenmerk: /

GEMEENTE OLDEBROEK. Informatie van het college aan de raad. Portefeuillehouder: E.G. Vos-van de Weg Kenmerk: / GEMEENTE OLDEBROEK Onderwerp: Werkbedrijf Regio Zwolle. Informatie van het college aan de raad Portefeuillehouder: E.G. Vos-van de Weg Kenmerk: 208713 / 208944 Samenvatting Aanleiding om te informeren

Nadere informatie

Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen

Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen Transitie Participatiewet: Regionale Stellingen Huidige Visie CGM Kadernota Participatie Land van Cuijk van uw raad uit dec. 2011. Inwoners economisch zelfredzaam = Schadelastbeperken = Verminderen van

Nadere informatie

GEMEENTE SMALLINGERLAND. Uitvoeringsplan 2015 Participatiewet. Sociale Zaken. Collegebesluit 27 januari 2015

GEMEENTE SMALLINGERLAND. Uitvoeringsplan 2015 Participatiewet. Sociale Zaken. Collegebesluit 27 januari 2015 GEMEENTE SMALLINGERLAND Meidwaan Meedoen Uitvoeringsplan 2015 Participatiewet meiinoar libje, meiinoar wurkje samen leven, samen werken Sociale Zaken Collegebesluit 27 januari 2015 Dit uitvoeringsplan

Nadere informatie

Participatiewet. 1 januari 2015

Participatiewet. 1 januari 2015 Participatiewet 1 januari 2015 Agenda Uitgangspunten Participatiewet - Sjak Vrieswijk De WVK-groep - Gerard van Beek De ISD/Werkplein de Kempen - Sjak Vrieswijk Kempenplus - Gerard van Beek Het regionaal

Nadere informatie

Nadere achtergrondinformatie participatiewet

Nadere achtergrondinformatie participatiewet Nadere achtergrondinformatie participatiewet Invoering Participatiewet Op 1 januari 2014 wordt de Participatiewet ingevoerd. De nieuwe wet zal de huidige Wet werk en bijstand vervangen. Parallel aan de

Nadere informatie

1 van 5. Registratienummer: Bijlage(n) 2 Onderwerp. Beleidsplan Participatiewet. Middenbeemster, 30 september 2014. Aan de raad

1 van 5. Registratienummer: Bijlage(n) 2 Onderwerp. Beleidsplan Participatiewet. Middenbeemster, 30 september 2014. Aan de raad VERG AD ERING GEM EENT ER AAD 20 14 VOORST EL Registratienummer: 1150476 Bijlage(n) 2 Onderwerp Beleidsplan Participatiewet Aan de raad Middenbeemster, 30 september 2014 Inleiding en probleemstelling Gemeenten

Nadere informatie

Informerende bijeenkomst Participatiewet. voor gemeenteraadsleden West-Friesland. Woensdag 14 mei 2014 Maandag 26 mei 2014

Informerende bijeenkomst Participatiewet. voor gemeenteraadsleden West-Friesland. Woensdag 14 mei 2014 Maandag 26 mei 2014 Informerende bijeenkomst Participatiewet voor gemeenteraadsleden West-Friesland Woensdag 14 mei 2014 Maandag 26 mei 2014 Inleiding 3 decentralisaties Voorgeschiedenis participatiewet Stand van zaken wetgeving

Nadere informatie

Samenwerkingsovereenkomst Regionaal Werkbedrijf Flevoland

Samenwerkingsovereenkomst Regionaal Werkbedrijf Flevoland Samenwerkingsovereenkomst Regionaal Werkbedrijf Flevoland De gemeente Almere, vertegenwoordigd door mevrouw F.T. de Jonge De gemeente Dronten, vertegenwoordigd door de heer P.C.J. Bleeker De gemeente Lelystad,

Nadere informatie

Verordeningen Participatiewet

Verordeningen Participatiewet Verordeningen Participatiewet Persbericht van 11 mei jl. 935 extra banen in de arbeidsmarktregio Groningen en Noord-Drenthe In de arbeidsmarktregio Groningen en Noord-Drenthe is afgesproken dat er tot

Nadere informatie

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/12040

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/12040 Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 9 oktober 2014 Onderwerp: Beleidsplan Participatiewet Aan de raad. Beslispunten 1. Ter uitvoering van de Participatiewet het Beleidsplan

Nadere informatie

Notitie. Pagina 1 van 5. Bestuurlijk overleg arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond, 6 december 2018

Notitie. Pagina 1 van 5. Bestuurlijk overleg arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond, 6 december 2018 Notitie Aan Bestuurlijk overleg arbeidsmarktregio Zuid-Kennemerland en IJmond, 6 december 2018 Van Arbeidsmarktregionaal overleg (AMRO)/Annemiek van Outvorst Betreft Ambities regionale arbeidsmarktagenda

Nadere informatie

Transitieplan. 12 september 2013

Transitieplan. 12 september 2013 Transitieplan 12 september 2013 Situatie Oost-Groningen Hoog aantal Wsw-ers (3,5 x landelijk gemiddelde) Hoog aantal Wajongeren (2 x landelijk gemiddelde) Arbeidsparticipatie is laag (61% ten opzichte

Nadere informatie

Onderwerp Meedoen mogelijk maken, kadernota participatiewet Versienummer 1

Onderwerp Meedoen mogelijk maken, kadernota participatiewet Versienummer 1 Beslisnota voor de raad Onderwerp Meedoen mogelijk maken, kadernota participatiewet Versienummer 1 Portefeuillehouder F.M. van As Informant S. Bruns/F.Borchers Eenheid/Afdeling Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL Kaderstellend en besluitvormend. Aan de Raad Agenda nr. 6 Vaststellen concept Strategische Kadernotitie Participatiewet Peelregio.

RAADSVOORSTEL Kaderstellend en besluitvormend. Aan de Raad Agenda nr. 6 Vaststellen concept Strategische Kadernotitie Participatiewet Peelregio. RAADSVOORSTEL Kaderstellend en besluitvormend Aan de Raad Agenda nr. 6 Vaststellen concept Strategische Kadernotitie Participatiewet Peelregio. Datum 26 februari 2014 1. Samenvatting In de strategische

Nadere informatie

Toelichting Participatiewet Raadsbijeenkomst

Toelichting Participatiewet Raadsbijeenkomst Toelichting Participatiewet Raadsbijeenkomst 25-08- Inleiding Met de invoering van de Participatiewet op 1 januari 2015 worden gemeenten verantwoordelijk voor alle burgers met arbeidsvermogen die ondersteuning

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december 2008. Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011

Aan de raad AGENDAPUNT 3. Doetinchem, 10 december 2008. Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011 Aan de raad AGENDAPUNT 3 Beleidsplan Re-integratiebeleid 2009-2011 Voorstel: 1. De kaders uit het beleidsplan 'Werken werkt!' vaststellen, zijnde: a. als doelstellingen: - het bevorderen van de mogelijkheden

Nadere informatie

Par$cipa$ewet. Inhoud. Opzet Effecten en scenario s. Wat is de huidige situa5e? Wat gaat er veranderen? Welke effecten ontstaan?

Par$cipa$ewet. Inhoud. Opzet Effecten en scenario s. Wat is de huidige situa5e? Wat gaat er veranderen? Welke effecten ontstaan? Par$cipa$ewet Effecten en scenario s Inhoud Wat is de huidige situa5e? Wat gaat er veranderen? Welke effecten ontstaan? Wat zijn de scenario s? Opzet Prognoses o.b.v. aandeel Hof van Twente in macro- ontwikkeling.

Nadere informatie

Werk, inkomen. sociale zekerheid. www.departicipatieformule.nl, 2011 1

Werk, inkomen. sociale zekerheid. www.departicipatieformule.nl, 2011 1 Werk, inkomen & sociale zekerheid www.departicipatieformule.nl, 2011 1 Inhoudsopgave Wet Wajong (sinds 2010)... 3 Wet Werk en Bijstand (WWB)... 5 Wet investeren in jongeren (Wij)... 6 Wet Sociale Werkvoorziening

Nadere informatie

Voorgesteld besluit Het Meerjarenbeleidskader Participatiebeleid Werk en Wederkerigheid vast te stellen

Voorgesteld besluit Het Meerjarenbeleidskader Participatiebeleid Werk en Wederkerigheid vast te stellen Raadsvoorstel jaar Raad categorie/agendanr. B. en W. 2015 RA15.0005 B 1 15/123 Onderwerp: Meerjarenbeleidskader Participatiebeleid Werk en Wederkerigheid Portefeuillehouder: B. Arends Afdeling : Participatie

Nadere informatie

De Participatiewet. Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013. Edith van Ruijven

De Participatiewet. Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013. Edith van Ruijven De Participatiewet Raad op Zaterdag Den Haag, 21 september 2013 Edith van Ruijven De participatiewet Naar een inclusieve arbeidsmarkt jobcoach No risk polis Compensatie lagere productiviteit (loonkostensubsidie)

Nadere informatie

Overdrachtsdocument voor (nieuw) bestuur na de gemeenteraadsverkiezingen

Overdrachtsdocument voor (nieuw) bestuur na de gemeenteraadsverkiezingen Overdrachtsdocument voor (nieuw) bestuur na de gemeenteraadsverkiezingen Inleiding Hoewel de kaders van de Participatiewet nog steeds regelmatig wijzigen, 3 februari is bekend gemaakt dat het Kabinet met

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2013 2014 33 161 Wijziging van de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening, de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten en enige andere

Nadere informatie

Participatiewet. Wetgeving

Participatiewet. Wetgeving Participatiewet Gemeenteraad 9 december 2014 Wetgeving Wet maatregelen WWB Wet hervorming kindregelingen Invoeringswet Participatiewet december 14 Participatiewet 2 1 Inhoud presentatie Huidige situatie

Nadere informatie

ACTIEVE INFORMATIEPLICHT COLLEGE RAAD

ACTIEVE INFORMATIEPLICHT COLLEGE RAAD ACTIEVE INFORMATIEPLICHT COLLEGE RAAD Behandelgegevens Datum : 19 mei 2015 Openbaar? ja Informatie Onderwerp : Werkbedrijf Regio Zwolle Kern van de zaak : De oprichting van het Werkbedrijf Regio Zwolle.

Nadere informatie

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/13096_1 Agendapunt 7

Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Registratienr.: Z/14/004375/13096_1 Agendapunt 7 Pagina 1 van 5 Versie Nr.1 Afdeling: Beleid Maatschappij Leiderdorp, 25 november 2014 Onderwerp: RVS notitie en verordening Aan de raad. tegenprestatie Beslispunten *Z002849116 1. De notitie Tegenprestatie

Nadere informatie

Nummer(agenda) Commissie 1 Samenleving Registratienummer BW Datum 9 februari 2015 llllllll lllll II II II III III

Nummer(agenda) Commissie 1 Samenleving Registratienummer BW Datum 9 februari 2015 llllllll lllll II II II III III GEMEENTE ţįįl*, BEUNINGEN Raadsvoorstel Onderwerp Strategisch arbeidsmarktbeleid "Werk is de uitkomst!' en inzet Beunings maatwerk Raadsvergadering 24 februari 2015 Nummer(agenda) Commissie 1 Samenleving

Nadere informatie

Beleidskader en verordeningen Participatiewet Eddy van der Spek Eva Mercks

Beleidskader en verordeningen Participatiewet Eddy van der Spek Eva Mercks Beleidskader en verordeningen Participatiewet 2015 Eddy van der Spek Eva Mercks Inhoud Proces van totstandkoming Participatiewet Wat blijft hetzelfde Wat verandert er Dienstverleningsarrangementen werkzoekenden

Nadere informatie

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22 Postbus 90801 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 T

Nadere informatie

Wajong en Participatiewet

Wajong en Participatiewet Inovat 5 maart 2015 Wajong en Participatiewet Harm Rademaekers Centraal Expertise Centrum UWV Inovat 5 maart 2015 2 Waarom Participatiewet? Meer kansen creëren om mensen aan werk te helpen Minder regelingen

Nadere informatie

Voorstelnummer: Houten, 18 maart 2014

Voorstelnummer: Houten, 18 maart 2014 Raadsvoorstel Voorstelnummer: 2014-016 Houten, 18 maart 2014 Onderwerp: Raadsvoorstel Invoeringsstrategie Partcipatiewet Beslispunten: 1. De Invoeringsstrategie Participatiewet Lekstroom vast te stellen

Nadere informatie

Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota. Samenvatting

Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota. Samenvatting Risicoanalyse en scenariostudie als onderbouwing van de Kadernota Samenvatting Aanpak Pagina 2 Doelstelling Vergelijking van keuzes: Doorgaan met huidige uitvoering óf Opzetten van een gezamenlijk uitvoeringsorganisatie

Nadere informatie

Contourennotitie doorontwikkeling arbeidsmarktregio Fryslân t.b.v. VFG pho Werk en Inkomen 26 maart 2014.

Contourennotitie doorontwikkeling arbeidsmarktregio Fryslân t.b.v. VFG pho Werk en Inkomen 26 maart 2014. Contourennotitie doorontwikkeling arbeidsmarktregio Fryslân t.b.v. VFG pho Werk en Inkomen 26 maart 2014. Inleiding Op 1 januari 2015 moet de Participatiewet bij alle gemeenten ingevoerd zijn, zo ook de

Nadere informatie

Participatiewet. Veranderingen voor de Oosterschelderegio. 2 juni 2014 Door: Jaap Schipper.

Participatiewet. Veranderingen voor de Oosterschelderegio. 2 juni 2014 Door: Jaap Schipper. Participatiewet Veranderingen voor de Oosterschelderegio 2 juni 2014 Door: Jaap Schipper www.goes.nl Inhoud Huidige situatie Wwb, Wsw en Wajong Veranderingen Participatiewet Wet maatregelen Wwb Regionale

Nadere informatie

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014

Factsheet. Participatiewet. Informatie voor de werkgever, juli 2014 Factsheet Participatiewet Informatie voor de werkgever, juli 2014 In deze factsheet voor de UMC s over de Participatiewet wordt op een rij gezet waar deze wetgeving over gaat, over wie het gaat en wat

Nadere informatie

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG Juli 2016 1 INHUDSOPGAVE Pagina 1. Samenvatting 4 2. Inleiding 5 3. Beschut werk nieuw 6 4. (Regionale) visie op beschut werk nieuw 7 5. Contouren beschut

Nadere informatie

Kaderschema uitvoeringsplan Participatiewet

Kaderschema uitvoeringsplan Participatiewet Kaderschema uitvoeringsplan Paragraaf W De Doinchemse 4.1 in breder perspectief Brede perspectief is rode draad door de dectralisati es: - - Jeugdzorg - Wmo - Passd onderwijs 4.2 Doelstelling Brede perspectief

Nadere informatie

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG

VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG VISIE BESCHUT WERK (nieuw) REGIO MIDDEN-LIMBURG Juli 2016 1 INHUDSOPGAVE Pagina 1. Samenvatting 3 2. Inleiding 4 3. Beschut werk nieuw 5 4. (Regionale) visie op beschut werk nieuw 5 5. Contouren beschut

Nadere informatie

Visie Participatiewet

Visie Participatiewet Visie Participatiewet Zoveel mogelijk burgers doen mee en voorzien in hun eigen inkomen Regio Alkmaar 06-11-2013 Kern Participatiewet Opgebouwd uit WWB, WSW en WAJONG Geen nieuwe instroom in WSW Gemeente

Nadere informatie

1 notitie beleidskeuzes participatiewet, mei 2014. Notitie beleidskeuzes participatiewet

1 notitie beleidskeuzes participatiewet, mei 2014. Notitie beleidskeuzes participatiewet 1 notitie beleidskeuzes participatiewet, mei 2014 Notitie beleidskeuzes participatiewet Introductie Op 1 januari 2015 treedt de Participatiewet in werking. De Participatiewet is een bundeling van drie

Nadere informatie

De gemeenteraad aan zet Wat wilt u weten over de jongeren met een beperking in uw regio?

De gemeenteraad aan zet Wat wilt u weten over de jongeren met een beperking in uw regio? De gemeenteraad aan zet Wat wilt u weten over de jongeren met een beperking in uw regio? Transities sociale domein Gemeenten staan zoals bekend aan de vooravond van drie grote transities: de decentralisatie

Nadere informatie

TRANSITIE Wwn w v n / hers r t s ruct c ure r rin i g S W S

TRANSITIE Wwn w v n / hers r t s ruct c ure r rin i g S W S TRANSITIE Wwnv / herstructurering SW Hoofdlijnen WWNV (I) 1. Eén regeling voor personen met arbeidsvermogen 2. Verantwoordelijkheid gemeenten 3. Wajong: volledig én duurzaam jonggehandicapt 4. Wsw: aangewezen

Nadere informatie

Welke re-integratiemiddelen krijgen gemeenten onder de Participatiewet?

Welke re-integratiemiddelen krijgen gemeenten onder de Participatiewet? Welke re-integratiemiddelen krijgen gemeenten onder de Participatiewet? Gemeenten ontvangen via het re-integratiebudget middelen voor ondersteuning en begeleiding van de doelgroep Participatiewet. Er zijn

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Sociale Zaken

Voortgangsrapportage Sociale Zaken Voortgangsrapportage Sociale Zaken 1e e half 2014 gemeente Landsmeer Afdeling Zorg en Welzijn September 2014 1. Inleiding Voor u ligt de voortgangsrapportage over de uitvoering van de Wet werk en bijstand

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT

RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT RAADSVOORSTEL EN ONTWERPBESLUIT Registratienummer raad 1147928 Datum: Behandeld door: 4 september 2014 M.V. Raam-AI-Bazy Afdeling / Team: MO/BMO Onderwerp: Beleidsplan Participatiewet Samenvatting: Per

Nadere informatie

Arbeidsparticipatie naar vermogen

Arbeidsparticipatie naar vermogen Arbeidsparticipatie naar vermogen Driemaal is scheepsrecht - Wet Werken naar Vermogen - Participatiewet - Sociaal akkoord Wanneer duidelijkheid? Derde wetsvoorstel over onderwerp: onderkant van de arbeidsmarkt

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M. Verschuren Behandelend ambtenaar R.J. Bolt, (t.a.v. R.J. Bolt)

Portefeuillehouder: M. Verschuren Behandelend ambtenaar R.J. Bolt, (t.a.v. R.J. Bolt) Vergadering: 10 februari 2015 Agendanummer: 6a Status: Opiniërend Portefeuillehouder: M. Verschuren Behandelend ambtenaar R.J. Bolt, 0595-447704 E-mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. R.J. Bolt) Aan de gemeenteraad,

Nadere informatie

Participatiewet en de lokale invulling. Presentatie aan de raad van de Gemeente Oude IJsselstreek Prof. Dr. Rob van Eijbergen

Participatiewet en de lokale invulling. Presentatie aan de raad van de Gemeente Oude IJsselstreek Prof. Dr. Rob van Eijbergen Participatiewet en de lokale invulling Presentatie aan de raad van de Gemeente Oude IJsselstreek Prof. Dr. Rob van Eijbergen Uitgangspunten wet werken naar vermogen Iedereen doet mee Er komt regeling voor

Nadere informatie

Gezamenlijke visie op de arbeidsmarktregio Drenthe Januari Emmen Coevorden Hoogeveen Midden-Drenthe De Wolden Borger-Odoorn UWV

Gezamenlijke visie op de arbeidsmarktregio Drenthe Januari Emmen Coevorden Hoogeveen Midden-Drenthe De Wolden Borger-Odoorn UWV Gezamenlijke visie op de arbeidsmarktregio Drenthe Januari 2016 Emmen Coevorden Hoogeveen Midden-Drenthe De Wolden Borger-Odoorn UWV Inleiding Totstandkoming van dit document Al enige tijd werken gemeenten

Nadere informatie

uitstroombevordering

uitstroombevordering Wat willen we bereiken? Omschrijving: Het verlagen van de instroom en bevorderen van de uitstroom van bijstandsgerechtigden. Preventie: het voorkomen van de instroom van het aantal bijstandsgerechtigden.

Nadere informatie

Notitie Regionaal Werkbedrijf

Notitie Regionaal Werkbedrijf Notitie Regionaal Werkbedrijf 1. Inleiding De memo Ambtelijke verkenning RPA en VNO-NCW Midden en FNV is in het Portefeuillehoudersoverleg Regionaal Platform Arbeidsmarktbeleid (PHO RPA) van 16 april jl.

Nadere informatie

M E M O. : de gemeenteraad. : het college van burgemeester en wethouders. Datum : oktober : analyse en maatregelen.

M E M O. : de gemeenteraad. : het college van burgemeester en wethouders. Datum : oktober : analyse en maatregelen. M E M O Aan Van : de gemeenteraad : het college van burgemeester en wethouders Datum : oktober 2015 Onderwerp : analyse en maatregelen Inleiding: Met de invoering van de Participatiewet is de Incidentele

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 29 544 Arbeidsmarktbeleid Nr. 779 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Aan de Voorzitter van de Tweede

Nadere informatie

Agendapuntnr.: Renswoude, 27 oktober Nr.: Behandeld door: M.H.T. Jansen Onderwerp: Verordening Tegenprestatie Renswoude 2015

Agendapuntnr.: Renswoude, 27 oktober Nr.: Behandeld door: M.H.T. Jansen Onderwerp: Verordening Tegenprestatie Renswoude 2015 Agendapuntnr.: Nr.: 149997 Behandeld door: M.H.T. Jansen Onderwerp: Verordening Tegenprestatie Renswoude 2015 Renswoude, 27 oktober 2015 Aan de gemeenteraad Geachte raad, Inleiding Sinds 2012 beschikken

Nadere informatie

Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid:

Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid: 2 juni 2014 Sociaal Domein Gemeenten krijgen vanaf 2015 veel meer verantwoordelijkheid: Jeugdzorg, AWBZ-begeleiding naar Wmo, Participatiewet. Samenhang met ontwikkelingen Publieke Gezondheidszorg en Passend

Nadere informatie

Registratienummer: GF Datum collegebesluit: 3 juni 2014 Agendapunt: 3

Registratienummer: GF Datum collegebesluit: 3 juni 2014 Agendapunt: 3 Aan de gemeenteraad Registratienummer: GF14.20056 Datum collegebesluit: 3 juni 2014 Agendapunt: 3 Portefeuillehouder: De heer J.C.F. Broekhuizen Behandelend ambtenaar: Mevrouw M. Mulder Onderwerp: Integrale

Nadere informatie

Visie op Participatie Transitieteam Sociale Zaken, juni 2013 13.0004245. 1. Inleiding

Visie op Participatie Transitieteam Sociale Zaken, juni 2013 13.0004245. 1. Inleiding Visie op Transitieteam Sociale Zaken, juni 2013 13.0004245 1. Inleiding In dit document worden missie, visie en uitgangspunten van de regionale participatievisie Gooi en Vechtstreek beschreven. Het belangrijkste

Nadere informatie

Ontwikkelingen wet- en regelgeving bij arbeidsintegratie. November 2013 Neeltje Huvenaars

Ontwikkelingen wet- en regelgeving bij arbeidsintegratie. November 2013 Neeltje Huvenaars Ontwikkelingen wet- en regelgeving bij arbeidsintegratie November 2013 Neeltje Huvenaars Uitstroommogelijkheden 2013/2014 Vervolgopleiding Werk Voorzieningen UWV Aangepast werk via Wsw Evt tijdelijk inkomen

Nadere informatie

Raadsvergadering : 12 maart 2015. Agendapunt : 11

Raadsvergadering : 12 maart 2015. Agendapunt : 11 Zaaknummer Documentnummer I-SZ/2014/1437 I-SZ/2015/82 Raadsvergadering : 12 maart 2015 Agendapunt : 11 Onderwerp : Vaststelling van het Regionaal Beleidskader Participatiewet (inclusief bijbehorende documenten)

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Oen Haag De Voorzitter van de Eerste Kamer derstaten-generaal ľ 5 ľ M 9 Binnenhof 22 Anna van Hannoverstraat 4 2513AA

Nadere informatie

Initiatiefvoorstel PvdA-GroenLinks

Initiatiefvoorstel PvdA-GroenLinks Initiatiefvoorstel PvdA-GroenLinks Onderwerp: social return en inbesteden Datum commissie: 6 juni 2013 Datum raad: Nummer: Documentnummer: Steller: Eric Dammingh Fractie: PvdA-GroenLinks Samenvatting Meedoen

Nadere informatie

Puntsgewijze samenvatting van de Hoofdlijnennotitie werken naar vermogen

Puntsgewijze samenvatting van de Hoofdlijnennotitie werken naar vermogen Puntsgewijze samenvatting van de Hoofdlijnennotitie werken naar vermogen Deze puntsgewijze samenvatting is een uitwerking van de afspraken die hierover in het regeer- en gedoogakkoord zijn gemaakt. Bij

Nadere informatie

Wie ben ik? Turgut Hefti Arbeidsdeskundige en jurist UWV, Achmea DossierMeester

Wie ben ik? Turgut Hefti Arbeidsdeskundige en jurist UWV, Achmea DossierMeester De Participatiewet Wie ben ik? Turgut Hefti Arbeidsdeskundige en jurist UWV, Achmea DossierMeester Wat komt aan bod? Ontwikkelingen Participatiewet Rol arbeidsdeskundige Ontwikkelingen Van verzorgingsstaat

Nadere informatie

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij De bibliotheek actief in het sociale domein Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij Programma Wetten op een rij: Wet Langdurige Zorg (Wlz) Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo

Nadere informatie

Evaluatie. Plan van Aanpak Arbeidsmarktoffensief periode 1 juli 2015 tot en met 30 juni Gemeente Wassenaar

Evaluatie. Plan van Aanpak Arbeidsmarktoffensief periode 1 juli 2015 tot en met 30 juni Gemeente Wassenaar Evaluatie Plan van Aanpak Arbeidsmarktoffensief 2015 2018 periode 1 juli 2015 tot en met 30 juni 2016 Gemeente Wassenaar Oktober 2016 1 INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 03 1.1 Plan van Aanpak Arbeidsmarktoffensief

Nadere informatie

LCR- congres 2013 Samenhang en Samenspel

LCR- congres 2013 Samenhang en Samenspel LCR- congres 2013 Samenhang en Samenspel Lokaal en regionaal arbeidsmarktbeleid van gemeenten vanuit cliëntenoptiek Rob de Krieger Cliëntenraden meer betrokken bij beoordeling lokaal en regionaal arbeidsmarktbeleid

Nadere informatie

Werk, inkomen. sociale zekerheid. www.departicipatieformule.nl, versie 2 2013 1

Werk, inkomen. sociale zekerheid. www.departicipatieformule.nl, versie 2 2013 1 Werk, inkomen & sociale zekerheid versie 2013 www.departicipatieformule.nl, versie 2 2013 1 Inleiding... 3 Participatiewet, geplande invoerdatum 1 januari 2014... 4 Wet Wajong (sinds 2010)... 6 Wet Werk

Nadere informatie

De Zijl Bedrijven Van sociale werkvoorziening tot Brug naar Werk. Jan-Jaap de Haan Wethouder Leiden

De Zijl Bedrijven Van sociale werkvoorziening tot Brug naar Werk. Jan-Jaap de Haan Wethouder Leiden De Zijl Bedrijven Van sociale werkvoorziening tot Brug naar Werk Jan-Jaap de Haan Wethouder Leiden november 2012 1 Bouwen op de kracht van burgers Principes VNG (1) 1. Ondersteuning op maat door integrale

Nadere informatie

SUWI, Par*cipa*ewet, Werkbedrijf. Cliëntenraden Arjan Kampman/Dick Schuur Aanjagers Programmaraad

SUWI, Par*cipa*ewet, Werkbedrijf. Cliëntenraden Arjan Kampman/Dick Schuur Aanjagers Programmaraad SUWI, Par*cipa*ewet, Werkbedrijf Cliëntenraden Arjan Kampman/Dick Schuur Aanjagers Programmaraad vooraf breder verband: 3 decentralisa0es; zie nu de media eigen ervaringen voorvallen Het gaat om mensen,

Nadere informatie

Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz

Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz OPLEGGER Algemeen Onderwerp Projectplan marktbewerkingsplan Gooi & Vechtstreek Verspreiden Ja Contactpersoon Paul Scholtz Eenheid Sturing E-mail p.scholtz@gooisemeren.nl Kenmerk 17.0013276 Datum 17 november

Nadere informatie

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd.

Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd. Samenvatting van de antwoorden n.a.v. schriftelijke vragen over de Contourenbrief Participatiewet in de Vaste Kamercommissie SZW, dd. 30-1- 2013 Uitgangspunten Iedereen die in een uitkering zit en die

Nadere informatie

Onderweg naar één Werk-Ontwikkelbedrijf. Divosa Masterclass 01-02-2013

Onderweg naar één Werk-Ontwikkelbedrijf. Divosa Masterclass 01-02-2013 Onderweg naar één Werk-Ontwikkelbedrijf Divosa Masterclass 01-02-2013 Inhoud keuze voor het inrichten van één werkbedrijf het model op hoofdlijnen doelgroep ondersteuning in de uitvoering de risico s en

Nadere informatie

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE > Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE 2513AA22XA Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333

Nadere informatie

Onderwerp: Impact Sociaal Akkoord voor de Participatiewet

Onderwerp: Impact Sociaal Akkoord voor de Participatiewet Onderwerp: Sociaal Akkoord voor de Participatiewet We hebben de impact van het sociaal akkoord voor u als szpecialist op een rij gezet. In een kort en helder overzicht wordt per item aangegeven waar we

Nadere informatie

Eerste ijkmoment Programma 2 Werken en meedoen Inclusief Rapportage voortgang participatiebeleid (oude statusrapport)

Eerste ijkmoment Programma 2 Werken en meedoen Inclusief Rapportage voortgang participatiebeleid (oude statusrapport) Eerste ijkmoment 2011 Programma 2 Werken en meedoen Inclusief Rapportage voortgang participatiebeleid (oude statusrapport) Ontwikkeling cliëntenbestand WWB/WIJ 1.450 1.400 1.350 1.300 1.250 1.200 1.150

Nadere informatie

Voortgangsrapportage Sociale Zaken

Voortgangsrapportage Sociale Zaken Voortgangsrapportage Sociale Zaken 2e e half 2013 gemeente Landsmeer [Geef tekst op] [Geef tekst op] [Geef tekst op] Afdeling Zorg en Welzijn April 2014 1. Inleiding Voor u ligt de voortgangsrapportage

Nadere informatie

Thema Te beantwoorden vragen (niet uitputtend) Wie verantwoordelijk Tijd gereed

Thema Te beantwoorden vragen (niet uitputtend) Wie verantwoordelijk Tijd gereed Proceskalender 2014 van De januari 2014 A-lijst : onderwerpen Thema Te beantwoorden vragen (niet uitputtend) Wie verantwoordelijk Tijd gereed 1. WERKBEDRIJF Taak en minimale functies Werkbedrijf Wat is

Nadere informatie

Ynlieding Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Deze wet voegt de WWB, de Wsw en een deel van de Wajong samen.

Ynlieding Op 1 januari 2015 is de Participatiewet in werking getreden. Deze wet voegt de WWB, de Wsw en een deel van de Wajong samen. Riedsútstel Ried : 16 april 2015 Agindapunt : 6 Status : Opiniërend/Besluitvormend Program : Programma 4 - Werk en Inkomen Eardere behandeling : Werkgroep 3D d.d. 3 en 24 maart 2015 Portefúljehâlder :

Nadere informatie

Gemeente Den Haag. Stand van zaken Regionaal Werkbedrijf arbeidsmarktregio Haaglanden. Geachte voorzitter,

Gemeente Den Haag. Stand van zaken Regionaal Werkbedrijf arbeidsmarktregio Haaglanden. Geachte voorzitter, Wethouder van Sociale zaken, Werkgelegenheid, Wijkaanpak en Sport, Rabin S. Baldewsingh Gemeente Den Haag De voorzitter van Commissie Samenleving BSW/2015.1 RIS 280270 0703532087 19 januari 2015 Stand

Nadere informatie

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan

Voorstel aan de gemeenteraad van Oostzaan Onderwerp: Gemeente Oostzaan voor participatie Invullen door Raadsgriffie RV nummer: 14/82 Beleidsveld: Participatie Datum: 6 november 2014 Portefeuillehouder: M. Olij Procedure: Commissie: 17 Contactpersoon:

Nadere informatie

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen?

Programma. Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen? Programma Wat is de Participatiewet? Hoe kunnen wij u helpen? De Participatiewet Op 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht Van werkgevers wordt nu verwacht om werkzoekenden met een arbeidsbeperking

Nadere informatie

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015

Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Startnotitie nota mantelzorg en vrijwilligerswerk Hellevoetsluis 2015 Datum: maart 2015 Afdeling: Samenlevingszaken In- en aanleiding Voor u ligt de startnotitie voor de aankomende beleidsnota van de gemeente

Nadere informatie

Beschut werk in Aanleiding

Beschut werk in Aanleiding Beschut werk in 2015 1. Aanleiding Op 1 januari jl. is de Participatiewet in werking getreden. Een nieuwe voorziening onder deze wet is beschut werk nieuwe stijl 1. Gemeenten zijn onder deze wet verplicht

Nadere informatie

PARTICIPATIEWET. Dag van de uitvoering 19 juni 2014

PARTICIPATIEWET. Dag van de uitvoering 19 juni 2014 PARTICIPATIEWET Dag van de uitvoering 19 juni 2014 Belangrijkste elementen van de Participatiewet 1. Aanscherping Wajong Nieuwe instroom naar gemeente (iedereen boven ca. 20%) Zittend bestand wordt herbeoordeeld,

Nadere informatie

1. Bijgaande conceptnota van uitgangspunten Wet werken naar vermogen in Leiden vast te stellen voor inspraak

1. Bijgaande conceptnota van uitgangspunten Wet werken naar vermogen in Leiden vast te stellen voor inspraak B en W.nr. 12.0186, d.d. 6 maart 2012 Onderwerp Conceptnota van uitgangspunten Wet werken naar vermogen in Leiden voor inspraak 1. Bijgaande conceptnota van uitgangspunten Wet werken naar vermogen in Leiden

Nadere informatie

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij

De bibliotheek actief in het sociale domein. Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij De bibliotheek actief in het sociale domein Veranderende wetten en de rol van de bibliotheek daarbij Programma Wetten op een rij: Wet Langdurige Zorg (Wlz) Wet Maatschappelijke Ondersteuning 2015 (Wmo

Nadere informatie

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20%

Participatiewet. Figuur 2: Personen met bijstandsuitkering: verdeling naar leeftijd januari 2015 december % 80% 49% 54% 60% 40% 42% 37% 20% Participatiewet Sinds 1 januari 215 is de Participatiewet van kracht. Deze wet vervangt de Wet werk en bijstand (Wwb), de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) en een groot deel van de Wet werk en arbeidsondersteuning

Nadere informatie