Snel op weg met StabiCAD V

Transcriptie

1 Snel op weg met StabiCAD V Inhoudsopgave 1. Werken met StabiCAD V Inleiding Tekenen Documentenbeheer Overzicht Starten StabiCAD V Inleiding Openen bestaand project Maken nieuw project Samenvatting werken met StabiCAD V Documentenbeheer met StabiBASE Inleiding Statusbalk Werken met StabiBASE Functies van StabiBASE Weergave kolommen in het inhoudsvenster Lock Importeren van documenten Maken van nieuwe tekening Tekenen met StabiCAD V Inleiding Voorbereiding CAD-menu s Plaatsen van symbolen Werken met de StabiTOOLS Tekening setup Opschonen aangeleverde tekening Objecten plaatsen volgens methode a-2a Objecten plaatsen op een pad Tekening afdrukken Inleiding Instellingen maken Wijzigen van pendiktes Overige instellingen Afdrukken op schaal Kiezen van printer of plotter Rapportages maken Inleiding Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL - Versie: R2A 1

2 6.2. Rapportage maken van één tekening Rapportage maken van meerdere tekeningen Bekijken algemene rapportages Waar vind u meer informatie? On line help Training Internet Helpdesk Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL - Versie: R2A

3 1. Werken met StabiCAD V 1.1. Inleiding StabiCAD V is een professioneel tekenprogramma dat breed toegepast wordt voor installatietechnisch en bouwkundig tekenwerk. StabiCAD V is modulair opgebouwd en biedt oplossingen voor bouwkunde, Elektro Installatietechniek (Elektro installaties, E-schema s), Elektro besturingstechniek, W- Installatietechniek (CV & Leidingen, Sanitair & Riolering, Meet & Regel, Lucht, Technische Ruimten en Koeling) en Veiligheid. Met het programma StabiCAD V kunt u het volgende doen: Tekenen. Documentenbeheer Tekenen Het maken van CAD-tekeningen gebeurt in het tekengedeelte van StabiCAD V. Hiervoor kunt u gebruik maken van de CAD-menu s. De CAD-menu s stellen u in staat om op eenvoudige manier functies en symbolen te activeren. Om een basistekening te maken voor iedere module kunt u gebruik maken van de CADmenu s StabiTOOLS en Layout. StabiTOOLS StabiTOOLS is een verzameling van menu s en functies voor het uitvoeren van diverse handelingen. Door gebruik te maken van de StabiTOOLS worden veel tekenhandelingen versneld. Met de StabiTOOLS kunt u onder andere een geïmporteerde tekening opschonen. Zie voor meer informatie 4.4. Werken met de StabiTOOLS, p. 19. Module Layout Met de StabiCAD V Layout module (= een CAD-menu) kunt u op een snelle en efficiënte wijze bouwkundige plattegronden opzetten, maar ook andere layout bepalende elementen toevoegen. Dit is met name handig als bouwkundige plattegronden niet beschikbaar zijn (in CAD-formaat). Indien ze wel bestaan kunt u ze aanpassen. De module Layout is bedoeld voor gebruikers die een ruimtelijke indeling dienen te maken ten behoeve van bijvoorbeeld een installatie- of een veiligheidstekening. De module Layout bevat functies voor het tekenen van enkele- en dubbele wanden/muren, deuren, ramen, trappen en sanitair. U kunt naast standaard symbolen ook gebruik maken van functies die het tekenen vereenvoudigen en versnellen. Zie voor meer informatie de module Layout Documentenbeheer Documentenbeheer van StabiCAD V vindt plaats in StabiBASE. StabiBASE beheert op eenvoudige en overzichtelijke manier projecten en documenten en maakt overzichten. Verder stelt het u in staat om instellingen te maken en te wijzigen. StabiBASE zorgt voor een logische ordening en administratie van tekeningen en documenten per project. Projecten en tekeningen kunt u aanmaken, verwijderen, kopiëren en wijzigen Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 3

4 Het aanmaken van projecten vindt plaats in StabiBASE. StabiBASE beheert ook tekeningen- en documentgegevens per project. Voordat u kunt gaan tekenen maakt u eerst een project aan. Daarna kunt u in dit project documenten aanmaken. Na de keuze voor een project en tekening start StabiCAD V automatisch op en de tekening wordt inclusief kader opgezet. StabiCAD V vult in de rechteronderhoek automatisch de project- en tekeninggegevens in Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

5 1.2. Overzicht Het volgende schema geeft aan hoe u met StabiCAD V kunt werken: Starten Begin met het opstarten van het programma. Zie hoofdstuk 2. Starten StabiCAD V, p. 6. Project beheren Omdat een project uit meerdere documenten kan bestaan, is projectbeheer noodzakelijk. Zie hoofdstuk 3. Documentenbeheer met StabiBASE, p. 11. Tekening maken Een tekening kan nieuw gemaakt worden of worden aangepast. Zie hoofdstuk 4. Tekenen met StabiCAD V, p. 18. Tekening afdrukken Na het maken van een tekening kan deze geprint of geplot worden. Zie hoofdstuk 5. Tekening afdrukken, p. 25. Rapporteren Uiteindelijk kunnen over het gemaakte project of de gemaakte tekening rapportages gemaakt worden. Zie hoofdstuk 6. Rapportages maken, p. 28. Figuur 1: Werkwijze StabiCAD V 2004 Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 5

6 2. Starten StabiCAD V 2.1. Inleiding Het starten van StabiCAD V verloopt via StabiBASE. StabiBASE kan worden geopend via het Windows-menu of via het icoontje op de desktop. STAP 1: Open StabiCAD V. Figuur 2: Openen StabiCAD V STAP 2: Log in: Vul uw initialen in. Figuur 3: Dialoogvenster StabiBASE Login StabiBASE wordt opgestart. Het beginvenster verschijnt. Tip De standaard initialen bij een nieuwe installatie zijn QQQ met wachtwoord abcde Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

7 Figuur 4: Dialoogvenster StabiBASE In dit dialoogvenster kan een bestaand project worden geopend of een nieuw project worden aangemaakt, zie hiervoor de paragrafen 2.2 en Openen bestaand project STAP 1: Open projectfolder: Klik de projectfolder. Figuur 5: Openen project 2004 Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 7

8 In de projectfolder staan een of meerdere StabiCAD V tekeningen (dwg-bestanden), eventueel aangevuld met projectgerelateerde documenten. Mogelijke documenten zijn: - Word document (.doc). - Excel document (.xls). - Tekst document (.txt). - RTF documenten (.rtf). In de projectfolder kunt u ook bouwkundige plattegronden importeren of een nieuwe tekening aanmaken. Hoe u dit kunt doen, wordt beschreven in hoofdstuk 3. Documentenbeheer met StabiBASE, p. 11. STAP 2: Open een document: Dubbelklik een document om deze te openen. Tekeningen van het type.dwg worden geopend in het CAD tekening-programma. De overige bestanden worden geopend in het desbetreffende programma. Figuur 6: Openen document U kunt nu verder met het bewerken van deze tekening in StabiCAD V. Lees hiervoor hoofdstuk 4. Tekenen met StabiCAD V, p Maken nieuw project STAP 1: Maak een nieuw project: Open de folder Actief in StabiBASE en klik button: [Nieuw Project] Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

9 Figuur 7: Nieuw project STAP 2: Vul de gewenste projectgegevens in: Figuur 8: Dialoogvenster Project Eigenschappen Klik [OK]. Nadat een project is aangemaakt, kunt u een bouwkundige plattegrond importeren of een nieuwe tekening maken. Hoe u dit kunt doen wordt beschreven in de paragrafen en Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 9

10 2.4. Samenvatting werken met StabiCAD V Stap 1 Open StabiCAD V (zie hoofdstuk 2). Log in. Stap 2 -StabiBASE wordt nu opgestart- Stap 3 Kies een actie. Openen bestaand project (zie paragraaf 2.2.). Nieuw project maken (zie paragraaf 2.3.). Stap 1 Open projectfolder. Stap 1 Maak nieuw project. Stap 2 Open document. Stap 2 Vul de projectgegevens in. Figuur 9: Samenvatting Werken met StabiCAD V Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

11 3. Documentenbeheer met StabiBASE 3.1. Inleiding U kunt met StabiBASE gebruik maken van de volgende mogelijkheden: Beheren van documenten op basis van projecten. Beheren van gegevens per project, bijvoorbeeld materiaallijsten. Importeren van diverse gegevens uit tekeningen. Door gebruik te maken van deze gegevens kunt u verschillende overzichten maken. Opstarten van StabiCAD V. Instellen van diverse StabiCAD V parameters, zoals bijvoorbeeld de hoogte van attributen, gelijktijdigheidspercentages etc. U maakt eerst een project en een document aan voordat u StabiCAD V kunt opstarten Statusbalk In de statusbalk wordt het mogelijk om een gekozen project, gekozen document, het aantal geselecteerde documenten, het huidige profiel en de initialen van de gebruiker weer te geven. Figuur 10: Statusbalk StabiBASE 3.2. Werken met StabiBASE Functies van StabiBASE U kunt vanuit StabiBASE gebruik maken van de volgende mogelijkheden [Project Eigenschappen]: Wijzigen van de gegevens van het huidig gekozen project. Dit project wordt weergegeven in de statusbalk.deze knop is alleen te zien bij een selectie van een project. [Document Eigenschappen]: Wijzigen van de gegevens van het huidig gekozen document. Dit document wordt weergegeven in de statusbalk. Deze knop is alleen te zien bij de selectie van een of meer documenten. [Wijzigingsdata]: Invoeren van een revisiedatum, initialen van de gebruiker, omschrijving van de wijziging etc. in het dialoogvenster Wijzigingsdata. [Openen Document]: Starten van de CAD-engine met het gekozen document. Dit document wordt weergegeven in de statusbalk. [CAD-menu's]: Starten van de CAD-menu's. Voor meer informatie zie paragraaf 4.3. CADmenu s, p Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 11

12 Het aanmaken van een project vindt plaats in StabiBASE. De structuur van de StabiBASE lijkt op de structuur van de Windows verkenner. Figuur 11: Dialoogvenster StabiBASE In de folder Actief staan projecten waaraan gewerkt wordt. Als projecten klaar zijn of als er even niet meer aan gewerkt wordt, kunnen ze worden verplaatst naar de folder Niet Actief. Gebruik hiervoor het menu Bewerken - Project - Deactiveren Weergave kolommen in het inhoudsvenster Welke velden weergegeven worden in het inhoudsvenster is op de volgende manier te bepalen: STAP 1: Klik button: [Selecteren Kolommen] STAP 2: Vink aan welke kolommen u wilt weergeven in StabiBASE. Dit is mogelijk voor een geheel project of voor ieder afzonderlijk document. Figuur 12: Weergave velden in StabiBASE Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

13 Lock Projecten en documenten worden tijdens het aanmaken automatisch vergrendeld (gelocked). Als een project of document gelocked is dan kan maar één gebruiker wijzigingen in een project of document aanbrengen. Alle andere gebruikers kunnen alleen de gegevens van het desbetreffende project of document bekijken. Als u wilt dat meerdere gebruikers tegelijkertijd wijzigingen in een project kunnen aanbrengen: Kies in StabiBASE het menu Bewerken - Project - Verwijderen Lock(s). Voor het verwijderen van locks in een document: Kies in StabiBASE het menu Bewerken - Document - Verwijderen Lock(s). Let op! Het mag absoluut niet voorkomen dat twee gebruikers in dezelfde tekening werken. Het kan echter voorkomen, dat door bijvoorbeeld het vastlopen van de computer, er een lock bestaat voor een document, terwijl het document niet openstaat. Alleen in dat geval mag de lock verwijderd worden Importeren van documenten STAP 1: Importeer document: Aangeleverde documenten kunnen direct vanuit de Windows verkenner door slepen en verplaatsen in het inhoudsvenster van StabiBASE (rechtergedeelte van het dialoogvenster StabiBASE ) geplaatst worden. Figuur 13: Importeren documenten STAP 2: Vul het tabblad Gegevens van het dialoogvenster Importeren Documenten in Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 13

14 Figuur 14: Dialoogvenster Importeren Documenten Let op! Behalve tekeningen kunt u natuurlijk ook andere documenten die van belang zijn voor het project op deze manier importeren, zoals bijvoorbeeld tekstdocumenten. Hiervoor zijn alleen stappen 1 en 2 voldoende. STAP 3: Open het document: Dubbelklik de tekening. StabiCAD V opent de tekening. STAP 4: (Optioneel) Schoon de tekening op met StabiTOOLS: Zie hiervoor paragraaf 4.4. Werken met de StabiTOOLS, p Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

15 Document importeren Stap 1 Importeer document. Stap 2 Vul in: dialoogvenster Importeren Documenten Stap 3 Open het document. Stap 4 (Optioneel) Schoon de tekening op met StabiTOOLS. Figuur 15: Samenvatting Importeren van documenten 3.4. Maken van nieuwe tekening STAP 1: Maak een nieuwe StabiCAD V tekening aan: Open de folder waar de tekening in komt en klik button:] [Nieuw Document] STAP 2: Vul het dialoogvenster Document Eigenschappen in: 2004 Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 15

16 Figuur 16: Dialoogvenster Document Eigenschappen Klik [OK]. In StabiBASE verschijnt het nieuwe document. STAP 3: STAP 4: Open de zojuist aangemaakte tekening: Dubbelklik op het document. StabiCAD V wordt geopend. Voer een Tekening Setup uit. Zie hiervoor paragraaf Tekening setup, p. 20. U bent nu gereed voor het maken van de tekening Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

17 Nieuwe tekening maken Stap 1 Maak een nieuwe StabiCADtekening aan. Stap 2 Vul in: dialoogvenster Document Eigenschappen. Stap 3 Open de zojuist aangemaakte tekening. Stap 4 Voer een tekening setup uit. Figuur 17: Samenvatting Maken van nieuwe tekening. STAP 5: [Nieuw Document] 2004 Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 17

18 4. Tekenen met StabiCAD V 4.1. Inleiding Voor het maken van tekeningen in StabiCAD V kunt u, naast de gebruikelijke tekenfuncties van het tekenprogramma, gebruik maken van CAD-menu s Voorbereiding Een nieuwe StabiCAD V tekening gaat vooraf aan het uitvoeren van een zogenoemde Tekening Setup. Zie voor meer informatie Indien u werkt met een aangeleverde tekening kunt u deze opschonen, zie hiervoor Let op! Bij een aangeleverde tekening is het ook nodig om een Tekening Setup uit te voeren! 4.3. CAD-menu s Met StabiCAD V kunt u een tekening maken of aanvullen door gebruik te maken van CADmenu s. Figuur 18: Voorbeeld CAD-menu s. Met de CAD-menu s heeft u toegang tot algemene (bijv. StabiTOOLS) en specifieke (bijv. Layout, Veiligheid, Elektro, etc.) modules. Deze modules bevatten functies en zijn beschikbaar via menukaarten, pull-down menu s of tabletkaarten. Met deze functies kunt u een bewerking starten of een symbool plaatsen tijdens het werken aan een tekening Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

19 STAP 1: Werkwijze Klik button: [CAD-menu s] STAP 2: STAP 3: Dubbelklik de menukaart waarmee u wilt tekenen. U heeft nu de volgende 2 mogelijkheden: Plaatsen van symbolen Uitvoeren van een bewerking Tip Voor een juist gebruik van deze functies dient u de commandobalk of het dialoogvenster goed te lezen Plaatsen van symbolen De symbolen in de CAD-menu s kunt u op verschillende manieren in een tekening plaatsen: Plaatsen van symbolen met rotatie Plaatsen van symbolen zonder rotatie Plaatsen van symbolen dialoogvenster gestuurd Plaatsen van speciale symbolen Plaatsen van objecten volgens a-2-a methode Plaatsen van objecten op een pad Voor informatie over hoe symbolen kunnen worden geplaatst: zie de on line help van StabiCAD V Werken met de StabiTOOLS StabiTOOLS is een verzameling van handige en veelgebruikte menu's en functies voor het uitvoeren van diverse handelingen. StabiTOOLS versnelt tekenhandelingen. De mogelijkheden van StabiTOOLS zijn ondergebracht in de menukaart StabiTOOLS. Deze menukaart bestaat uit de volgende tabbladen: Tab Setup Conversie Instellingen Omschrijving Biedt ondermeer mogelijkheden voor het opzetten en opschonen van (aangeleverde) tekeningen en het aanmaken van layouts. Zie en Wordt gebruikt afhankelijk van het soort versie en de soort module. Zie de betreffende modulebeschrijving. Met deze functies kunt u een aantal standaardwaarden instellen die voor één of meerdere modulen gelden Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 19

20 Tab Wijzigingen Overig Ruimtedefinities Omschrijving Biedt mogelijkheden voor het verplaatsen van tekst en attributen. Diverse functies, waaronder het plaatsen van objecten plaatsen volgens a-2a methode (4.4.3) en het plaatsen van objecten op een pad (4.4.4). Met deze functies kunt u ruimtegegevens definiëren en beheren. Ook is het mogelijk de ruimtegegevens in tabelvorm in een tekening op te nemen en te exporteren naar StabiFM. Voor een gedetailleerde beschrijving van de belangrijkste functies in StabiTOOLS zie de bijbehorende modulebeschrijving in deze handleiding Tekening setup Met een tekening setup wordt een kader geplaatst en wordt de tekening voorzien van een stempel met vermelding van documentgegevens. STAP 1: STAP 2: Uitvoeren van een tekening setup gaat als volgt: Open de menukaart StabiTOOLS in het CAD-menu. Klik button [Tekening setup] (deze is te vinden in de tab Setup): Figuur 19: Tekening setup STAP 3: Controleer de Setup gegevens: In het dialoogvenster StabiCAD Setup zijn de meeste gegevens reeds ingevuld. Deze gegevens zijn afkomstig uit het dialoogvenster Document Eigenschappen zoals u deze heeft ingevuld in StabiBASE Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

21 Figuur 20: Dialoogvenster StabiCAD Setup STAP 4: Klik [OK]. Voor meer informatie over de tekening setup parameters: zie de on line help Opschonen aangeleverde tekening Als u een tekening aangeleverd krijgt, is het mogelijk dat de tekening veel lagen, blokken en kleuren bevat. Vaak zijn deze lagen, blokken en kleuren voor u niet van belang. Vandaar dat er in de StabiTOOLS een functie bestaat om aangeleverde tekening op te schonen. De functie voor het opschonen van een aangeleverde tekening maakt een aangeleverde tekening makkelijker werkbaar en lichter. STAP 1: STAP 2: Werkwijze Open de menukaart StabiTOOLS in het CAD-menu. Klik button: [Opschonen aangeleverde tekening] tabblad Setup STAP 3: Vul het dialoogvenster Opschonen aangeleverde tekening in: 2004 Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 21

22 Figuur 21: Dialoogvenster Opschonen aangeleverde tekening Alle entiteiten van de tekening kunnen worden verdeeld over 16 lagen: Zes lagen voor teksthoogte respectievelijk 1.8, 2.5, 3.5, 5.0, 7.0 en 10.0 mm Zes lagen voor attributen Eén laag voor de maatvoering Eén laag voor de arcering Eén laag voor de xref Eén laag voor overige entiteiten Alle lagen en de bijbehorende kleuren kunt u instellen en wijzigen. U kunt bijvoorbeeld aangeven of bepaalde lagen bevroren dienen te worden of worden weggeschreven in een aparte tekening. Ook is het mogelijk de kleur van entiteiten aan te passen, maar de laag niet te wijzigen. Tevens kunt u de schaal van de tekening aangeven en speciale opties laten uitvoeren. STAP 4: Klik [OK]. Tip Over dit onderwerp bestaat een voorbeeldbeschrijving op de website van Stabiplan. Zie Objecten plaatsen volgens methode a-2a Met de methode a-2a kunnen objecten geplaatst worden in een ruimte, zodanig dat de afstand tussen elke rij en kolom gelijk is en de afstand tot de muur de helft is van de onderlinge afstand van de objecten. STAP 1: Werkwijze Plaats minstens één object van de gewenste soort in de tekening Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

23 STAP 2: Activeer de a-2a indeelfunctie, klik button: [Indeling a - 2a] tabblad Overig, menukaart StabiTOOLS STAP 3: STAP 4: STAP 5: Geef met de muis het hoekpunt van het vertrek en de richting van de X-as (eindpunt X-richting) en de Y-as (eindpunt Y-richting) aan. Typ het aantal objecten in X- en in Y-richting in. Klik het te plaatsen symbool aan. Figuur 22: Voorbeeld van objecten uitgelijnd volgens methode a-2a Objecten plaatsen op een pad Met deze functie worden objecten geplaatst op een lijn, polylijn of boog in een regelmatig patroon. De objecten staan onderling op gelijke afstand. De plaats van het object hangt af van de contour van het pad. STAP 1: STAP 2: Werkwijze Teken de contour waarop de objecten komen en plaats minstens één object van de gewenste soort in de tekening. Activeer de indeelfunctie, klik button: [Indeling op pad] tabblad Overig, menukaart StabiTOOLS In de dialoogvenster, vul de keuzes in: Aantal te plaatsen objecten kan worden bepaald door: - Onderlinge afstand van de objecten. Het aantal objecten wordt bepaald door de lengte van de lijn. - Aantal objecten. De onderlinge afstand van de objecten wordt bepaald door het aantal. Voor de plaatsing kan gekozen worden tussen een verdeling a-2a of a-a Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 23

24 Figuur 23: Voorbeelden van objectindelingen op een pad volgens methode a-2a, a-a en een a-2a-verdeling op een polylijn De oriëntatie van een object hangt af van de plaats van het invoerpunt op de contourlijn. Het object kan evenwijdig aan de oriëntatie van de contourlijn geplaatst worden, of haaks erop. STAP 3: Kies met de muis het te plaatsen object en vervolgens de lijn of contour waarop het object geplaatst wordt Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

25 5. Tekening afdrukken 5.1. Inleiding Het afdrukken van een tekening vindt plaats in StabiCAD V. Onderstaande procedures zijn ontwikkeld voor StabiCAD V, gebruik makend van AutoCAD R2005. U kunt een tekening afdrukken op een printer of een plotter. Het afdrukken van een tekening kan op de volgende drie manieren: 1. Kies File - Plot Toets de combinatie <Ctrl+p>. 3. Klik button: [Print] 5.2. Instellingen maken Nadat is gekozen om een tekening te printen of te plotten, verschijnt het dialoogvenster Plot - Model. In dit venster kunt u print- en plotinstellingen wijzigen. [ Figuur 24: Dialoogvenster Plot - Model Wijzigen van pendiktes Als u gebruik maakt van een zwart/wit-printer of plotter en u drukt de tekening af dan kan het voorkomen dat u niet tevreden bent over de dikte van de lijnen Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 25

26 STAP 1: STAP 2: STAP 3: Werkwijze Klik menu Plot style tabel (pen assignments) in het dialoogvenster Plot - Model. Kies de plot style tabel monochroom.ctb. Klik [Edit] om aanpassingen te maken aan de plot style. Figuur 25: Plot Style Table Editor. STAP 4: Toets [Save&Close]. Tip Klik [Preview...] om te kijken of de nieuwe instellingen juist zijn Overige instellingen In het veld Plot Area staat een aantal opties dat handig is bij het printen/plotten: Display : De tekening wordt afgedrukt zoals die op het beeldscherm getoond wordt. Extents : De gehele tekening en alles wat buiten de tekening valt wordt afgedrukt. Limits : De instellingen die u gebruikt heeft tijdens een tekening setup worden gehanteerd. De afmetingen van het door u gekozen formaat (bijvoorbeeld A2, A3 etc.) worden afgedrukt. Window : Alleen het via een window geselecteerde deel van de tekenign wordt afgedrukt Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

27 Afdrukken op schaal Wilt u een tekening op schaal afdrukken, vink dan de optie Limits in het veld Plot Area aan. Zorg er verder voor dat de optie Fit to paper niet aangevinkt is. Geef in het veld Scale, de schaal aan (bijv: 1 = 50 bij 1:50). Dit gebeurt in inches of millimeters. Wanneer u gebruik maakt van de opties Display, Extents of Window en u wilt de tekening passend afgedrukt hebben, vink dan de optie Fit to paper wél aan Kiezen van printer of plotter U kunt aangeven met welke printer of plotter de tekening afgedrukt wordt. STAP 1: STAP 2: STAP 3: Kiezen printer of plotter Kies de gewenste plotter in het veld Name. Wijzig instellingen van de gekozen plotter met de button [Properties]. Klik [OK] om de wijzigingen vast te leggen Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 27

28 6. Rapportages maken 6.1. Inleiding Om een overzicht te krijgen van uw bestaande projecten en documenten heeft StabiCAD V de mogelijkheid rapportages te maken van verschillende disciplines. Ondermeer kunnen de volgende rapportages worden samengesteld: Materiaallijst Overzicht van de in de tekening gebruikte materialen. Bijvoorbeeld: een lijst van getekende leidingen en hulpstukken. Leidingen van gelijke diameter worden gesommeerd. Met mogelijkheid tot toekennen van posnummers. Materiaallijst per ruimte Zaaglijst Materiaalrapport op papier Materiaalcodes Symbolen Export calculatiegegevens Snijlijst Montagelijst Groepen Datacommunicatie Telecommunicatie Brandbeveiliging Beveiliging Referentiearmaturen Vermogenscodes Lijst van benodigde materialen uitgesplitst per ruimte. Lijst van getekende leidingen en hulpstukken. Alle verschillende zaagmaten van leidingen worden apart vermeld. Met mogelijkheid tot toekennen van posnummers. Lijst van getekende leidingen en hulpstukken, buiten de tekening. Lijst van gedefinieerde materiaalcodes met omschrijving. Lijst van in de module aanwezige symbolen met omschrijving. Kolom-gescheiden bestand voor export naar een calculatiepakket. Lijst op basis van de tekening met snijlengtes van sprinklerleidingen. De lijst is gesorteerd op diameter, segment, verbindingsstuk, snijlengte en aansluiting. Lijst op basis van de tekening met snijlengtes van sprinklerleidingen gesorteerd op segment, diameter, verbindingsstuk en snijlengte. Overzicht van aangesloten apparaten per kast, groep en subgroep Overzicht van alle datacomaansluitingen Overzicht van alle telecomaansluitingen Overzicht van alle brandbeveiligingsapparatuur Overzicht van alle beveiligingsapparatuur Overzicht van alle globale armatuurcodes Overzicht van alle project vermogenscodes Armaturen U kunt 2 soorten rapportages maken: Overzicht van alle project armatuurcodes Rechtsreeks (6.2) van één tekening. Overzicht van meerdere tekeningen (6.3 en 6.4) Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

29 6.2. Rapportage maken van één tekening STAP 1: STAP 2: STAP 3: Open de CAD-menu s. Kies een menukaart waarop de button [Rapport xxx] voorkomt. Klik button: [Rapport xxx] (v.b. rapportage module Lucht) Let op! Deze functie is meestal te vinden onder het tabblad Tools of Data. Op het scherm verschijnt het gekozen rapport van de gehele tekening. STAP 4: Klik button: [Print] 6.3. Rapportage maken van meerdere tekeningen Voor het verkrijgen van een overzicht van meerdere tekeningen, maak eerst een uittrekdatabase aan. Op deze manier is het ook mogelijk de gehele of een deel van de tekening in het overzicht op te nemen. Het maken van een uittrekdatabase kan per module verschillen. Er bestaan twee methodes om deze rapportages te kunnen maken. STAP 1: Methode 1 Klik button: [Gegevens naar database] tabblad Data. STAP 2: In dialoogvenster Gegevens naar database, klik button [Database]. Figuur 26: Dialoogvenster Gegevens naar database Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 29

30 STAP 3: In dialoogvenster Selecteer database voer een nog niet bestaande naam in en klik [OK]. Figuur 27: Dialoogvenster Selecteer database. U keert terug in dialoogvenster Gegevens naar database. STAP 4: STAP 5: Kies voor de optie Gehele tekening of Deel van een tekening en klik [OK]. Kies, als u in stap 4 Deel van een tekening gekozen heeft, het gedeelte in de tekening waarvan de gegevens in de uittrekdatabase dienen te komen. Vervolgens kunt u in StabiBASE het gewenste rapport en de uittrekdatabases kiezen die u daarbij wilt gebruiken. STAP 1: STAP 2: STAP 3: Methode 2 Open de CAD-menu s. Kies een menukaart waarin de button [Database] voorkomt. Klik button: [Database] Let op! Deze functie is meestal te vinden onder het tabblad Tools of Data. STAP 4: STAP 5: STAP 6: Klik button [Database]. Klik button [Gegevens naar database] en vervolgens [Database]. Geef een toepasselijke naam. Let op! Indien het een module-specifieke rapportage betreft, worden er automatisch voor de naam twee letters toegevoegd (bijvoorbeeld bij module veiligheid VL ). STAP 7: Klik [OK] Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A

31 STAP 8: STAP 9: Kies in het veld Gegevens naar Database de juiste optie. Klik nogmaals [OK] Bekijken algemene rapportages STAP 1: STAP 2: Kies in StabiBASE het menu Rapporten. Kies een discipline (bijvoorbeeld Algemeen). Het dialoogvenster Rapportage verschijnt: Figuur 28: Rapportage Algemeen STAP 3: STAP 4: STAP 5: STAP 6: Kies in het veld 'Rapport' de juiste rapportage. Kies voor de optie 'Project' of 'Globaal' Kies in het Uitvoer naar -veld de optie Scherm/ Printer/ Bestand. Kies een bestand. U kiest een bestand door met uw linkermuisknop een bestand aan te klikken in het bestand - veld. Indien er geen bestand in het bestand -veld aanwezig is, kunt u met de button [Selecteren] naar het juiste bestand browsen. STAP 7: Klik [Print] Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A 31

32 7. Waar vind u meer informatie? 7.1. On line help Gebruik maken van de on line help verhoogt uw gebruikersgemak. U kunt direct informatie betreffende een functie of dialoogvenster opvragen zonder daar gebruik van te maken van de handleiding. De on line help in het programma kan opgeroepen worden door het menu Help of door te drukken op <F1> Training De programma s van Stabiplan zijn praktisch van opzet, functioneel en gebruiksvriendelijk. Aanvullend hierop biedt Stabiplan een compleet trainingsprogramma, dat aansluit bij uw ervaring en tekenvaardigheid. Zo leert u nog sneller werken met onze programma s en kunt u zich verder verdiepen in de mogelijkheden. Stabiplan biedt diverse trainingen, verscheidene keren per jaar, voor de pakketten StabiCAD V, StabiCAD LT en AutoCAD Internet Op het internet kunt u FAQ s (Frequently Asked Questions) en enkele voorbeeldbeschrijvingen vinden, maar ook informatie over de trainingen. Kijk op Helpdesk De Helpdesk kan tijdens kantooruren worden gebeld voor vragen. Telefoonnummer: (0172) Stabiplan BV - Doc. nummer: M-AL-NL- Versie: R2A