Rapport van het inspectiebezoek op 22 en 24 mei 2017 aan de teams Helmond Binnenstad Zuid en Mierlo Noord van Savant Zorg te Helmond

Transcriptie

1 Rapport van het inspectiebezoek op 22 en 24 mei 2017 aan de teams Helmond Binnenstad Zuid en Mierlo Noord van Savant Zorg te Helmond V

2

3 Inhoud 1 Inleiding Taak IGZ Doelstelling bezoek Onderzoeksmethode Schets thuiszorgorganisatie 4 2 Samenvattend oordeel en maatregelen Samenvattend oordeel Maatregelen 6 3 Resultaten Cliënt centraal Integrale zorg Veiligheid Professionele autonomie van de wijkverpleegkundige Sturen op kwaliteit 14 3

4 1 Inleiding De Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) heeft op 22 en 24 mei 2017 een bezoek gebracht aan Savant Zorg te Helmond, teams Helmond Binnenstad Zuid en Mierlo Noord. In dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen en haar oordeel. Indien nodig geeft de inspectie aan welke maatregelen zij van Savant Zorg verwacht naar aanleiding van de bevindingen. 1.1 Taak IGZ De inspectie bewaakt en bevordert de kwaliteit en veiligheid van zorg. We zien erop toe dat zorgaanbieders en -besturen professioneel handelen binnen de weten regelgeving, hun veldnormen respecteren en zich blijven inspannen voor verdere verbetering van de zorg. De verwachtingen en behoeften van patiënten en cliënten zijn daarbij een belangrijk uitgangspunt. De inspectie gaat in het toezicht uit van vertrouwen in de intrinsieke motivatie van zorgaanbieders om de best mogelijke zorg te verlenen. 1.2 Doelstelling bezoek Het doel van het inspectiebezoek was om een oordeel te geven over de kwaliteit en veiligheid van de zorg die Savant Zorg levert aan cliënten thuis. 1.3 Onderzoeksmethode Tijdens het toezichtbezoek gebruikte de inspectie een toezichtinstrument gebaseerd op het toetsingskader Toezicht op de zorg thuis 1. Het toetsingskader bevat de volgende thema s: 1. Cliënt centraal 2. Integrale zorg 3. Veiligheid 4. Professionele autonomie van de wijkverpleegkundige 5. Sturen op kwaliteit Het toezichtbezoek was van tevoren aangekondigd, bevatte onaangekondigde elementen en bestond uit de volgende onderdelen: - presentatie door de bestuurder en gesprek; - gesprek met de planner van de zorg en keuze van cliënten en routes; - gesprek met de wijkverpleegkundige en een afvaardiging van team 1; - gesprek met de wijkverpleegkundige en een afvaardiging van team 2; - afzonderlijke gesprekken met vier cliënten en na mondelinge toestemming inzage in hun zorgdossier. Waar mogelijk spreekt de inspectie ook mantelzorgers 2 ; - meelopen met zorgmedewerkers bij diverse zorgmomenten; - presentatie van de bevindingen door de inspectie en gesprek. 1.4 Schets thuiszorgorganisatie Savant Zorg (hierna: Savant) levert zorg thuis, wonen met verpleeghuiszorg en wonen met zorg en service in de gemeenten Helmond, Deurne, Geldrop-Mierlo, Asten, Someren, Laarbeek, Gemert-Bakel en Nuenen. Voor de zorg thuis bestaat deze zorg uit de verstrekking van hulpmiddelen, personenalarmering, gemaksdiensten, maaltijdvoorziening, huishoudelijke ondersteuning, behandeling, 1 Het toetsingskader staat op 2 Een huisbezoek, gesprek met de cliënt en inzage in het dossier vinden nooit plaats zonder toestemming van de cliënt. 4

5 verzorging en verpleging, thuisbegeleiding en dagactiviteiten. De missie van Savant is: Savant ondersteunt mensen die het (tijdelijk) niet meer alleen (of met hun omgeving) redden. Onze zorg- en dienstverlening draagt bij aan het individueel welbevinden. In alle levensfasen houdt onze zorg- en dienstverlening rekening met de waardigheid van cliënten. Savant kiest vanuit een positieve kijk op gezondheid voor het motto samen in beweging, stap voor stap! Savant neemt daarin de rol van leverancier en regisseur van zorg en diensten, kennispartner en adviseur en opleider. Voor de verzorging en verpleging thuis heeft Savant 19 thuiszorgteams van elk 8 12 medewerkers. De thuiszorgteams bestaan uit wijkverpleegkundigen, verpleegkundigen, verzorgenden IG en verzorgenden. Daarnaast heeft Savant nog drie teams die gespecialiseerde verpleging leveren: het verpleegtechnisch team, de casemanagers dementie en het team voor palliatieve nachtzorg. Savant heeft een flexbureau. De thuiszorgteams kunnen voor de inzet van flexmedewerkers hierop een beroep doen. De teams bij Savant zijn zelfsturend. De teams vallen onder de manager thuiszorg. De directeur Zorg Thuis stuurt de manager thuiszorg aan. Deze situatie geldt nog voor In 2018 zal de functie van manager thuiszorg vervallen. De thuiszorgteams vallen dan rechtstreeks onder de leiding van de directeur Zorg Thuis. Een coach/ondersteuningsteam zal de teams dan verder bij de zelfsturing begeleiden. Savant heeft een eenhoofdige raad van bestuur, een directeur Zorg Thuis, een sectordirecteur met aandachtsgebied wonen met zorg, een sectordirecteur met aandachtsgebied verpleeghuiszorg en een financieel directeur. Savant is ISO 9001 gecertificeerd. Savant neemt actief deel in het samenwerkingsverband van zorgaanbieders in zuidoost Brabant. 5

6 2 Samenvattend oordeel en maatregelen 2.1 Samenvattend oordeel De verpleging en verzorging die Savant biedt voldoet of voldoet grotendeels aan de daarvoor gestelde normen. De inspectie zag bij het bezoek medewerkers die met passie hun beroep uitoefenen. Cliënten en mantelzorgers zijn tevreden. Medewerkers weten veel over hun cliënten en werken cliëntgericht. De wijkverpleegkundigen zijn de spil in de zorg voor de cliënt en binnen de teams. Samen met de planners bewaken zij de indicatie en dat de juiste medewerkers voor de juiste zorgvraag worden ingezet. De wijkverpleging is sterk in het inspelen op de zorgbehoefte van de cliënt en de mantelzorger. De inspectie zag dit bijvoorbeeld tijdens het meelopen met de zorgmedewerkers. Ook is de samenwerking met externe partijen goed. Binnen de cultuur van Savant zoeken het management, de medewerkers en de adviesorganen steeds nadrukkelijk de dialoog. Hoewel Savant overwegend positief scoort, zijn er bij verschillende getoetste normen nog verbetermogelijkheden. Dit geldt bijvoorbeeld voor de norm over de veilige zorgrelatie met de formele en informele zorgverleners en voor de regeling van en de inzage in de bekwaamheid van medewerkers. De zorgaanbieder en de medewerkers zijn zeker bereid om verbeterpunten aan te pakken en verdere verbeteringen door te voeren. 2.2 Maatregelen De inspectie vertrouwt erop dat de zorgaanbieder verbetermaatregelen neemt op de punten waar de geboden zorg niet volledig aan de normen voldeed. De inspectie gaat ervan uit dat de informatie in hoofdstuk 3 hiervoor voldoende handvatten biedt. De inspectie verwacht dat de zorgaanbieder controleert of de zorg die overige teams bieden, ook aan alle getoetste normen voldoet. De inspectie verwacht dat de zorgaanbieder zo nodig passende maatregelen treft. De inspectie sluit hierbij het inspectiebezoek af. 6

7 3 Resultaten Hieronder staan de oordelen per norm en een toelichting daarop. Het oordeel geeft aan in welke mate de betreffende norm is gerealiseerd. Legenda: Voldoet niet aan de norm; de instelling heeft nog helemaal niets gedaan of geregeld; verbetering is noodzakelijk. Voldoet grotendeels niet aan de norm; de instelling heeft een start gemaakt maar is nog niet op het gewenste niveau; verbetering is noodzakelijk. Voldoet grotendeels aan de norm; de instelling is goed op weg; verbetering is mogelijk. Voldoet aan de norm. Cliënt centraal 1.1 De cliënt krijgt zorg die aansluit bij zijn zorgbehoeften. 1.2 De cliënt krijgt zorg die bijdraagt aan kwaliteit van leven. 1.3 De cliënt krijgt de hulp en gelegenheid om zo veel mogelijk zelf de regie te voeren over de zorg thuis, de zorg sluit daar op aan. 1.1 De wijkverpleging heeft de zorgbehoefte van cliënten voortdurend in beeld, ook preventief en als de omstandigheden van de cliënt veranderen. De wijkverpleging speelt in op vragen van de cliënt van dat moment. Zo zag de inspectie dat de wijkverpleging de persoonlijke verzorging van de cliënt anders uitvoert vanwege een tijdelijke verandering in diens lichamelijke mogelijkheden. Bij de geleverde zorg houden de medewerkers rekening met wat de cliënt wil en kan. De zorg sluit aan bij de zorgbehoefte van de cliënt. De cliënten met wie de inspectie sprak, zijn allemaal zeer tevreden over de geleverde zorg van de wijkverpleging. 1.2 De medewerkers van de teams hebben oog voor de kwaliteit van leven van de 7

8 cliënt. Kwaliteit van leven van de cliënt is voor de wijkverpleging het uitgangspunt. Medewerkers houden rekening met wat de cliënt belangrijk vindt. De wijkverpleging bevordert en sluit aan op de zelfredzaamheid van de cliënt. Medewerkers stimuleren cliënten om dingen zelf te doen. Ook zoeken zij samen met de cliënt naar hulpmiddelen die de zelfredzaamheid kunnen ondersteunen. De wijkverpleging probeert in overleg met de cliënt waar mogelijk de zorg af te bouwen, bijvoorbeeld naar minder zorgmomenten per dag. Hierdoor krijgen cliënten in hun dagindeling meer vrijheid. En zij zijn hierdoor ook minder afhankelijk van de zorgtijdstippen van de wijkverpleging. 1.3 De wijkverpleging bevordert de eigen regie van de cliënt. Medewerkers vinden het belangrijk dat cliënten eigen keuzes maken. Medewerkers geven cliënten hiervoor begrijpelijke informatie. Savant heeft sinds 2017 een digitaal zorgdossier ingevoerd. Dit betekent dat medewerkers rapporteren op hun telefoon. Medewerkers vertellen hierbij cliënten niet altijd wat zij in het zorgdossier opschrijven. Het is wel de afspraak om dit te doen. Bij cliënten thuis ligt een papieren dossier. Dit dossier bevat alleen de contactgegevens van de wijkverpleging, de gegevens over de medicatie, een rapportageblad voor de huisarts en informatiefolders van Savant. De cliënt kan digitaal toegang krijgen tot zijn actuele zorgdossier. Ook kan de cliënt een mantelzorger/familielid toegang tot zijn digitale zorgdossier geven. De cliënten die de toegang hadden gevraagd lezen regelmatig in hun ECD. Sommige cliënten hebben niet de mogelijkheid om hiervan gebruik te maken. De wijkverpleging geeft aan dat cliënten om een printversie van delen van het dossier kunnen vragen. Dit heeft de inspectie in de praktijk niet gezien. 8

9 Integrale zorg 2.1 De wijkverpleging werkt samen/stemt af met de informele zorgverleners van de cliënt. 2.2 De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging samenwerkt in de zorg. 2.3 De cliënt ontvangt integrale zorg doordat de wijkverpleging samenwerkt met zorgverleners van andere zorgorganisaties. 2.1 De wijkverpleging houdt bij de organisatie en uitvoering van de zorg rekening met de wensen en mogelijkheden van de mantelzorger. De mantelzorgers met wie de inspectie sprak zijn zeer tevreden over de zorg van de wijkverpleging. Ze zijn niet alleen tevreden over de zorg aan hun naaste, maar ook over de aandacht die ze als mantelzorger krijgen. De wijkverpleging signaleert overbelasting van de mantelzorgers en onderneemt actie. Medewerkers houden rekening met veranderende omstandigheden van mantelzorgers. Zo leverde de wijkverpleging tijdelijk meer zorg aan een cliënt omdat de mantelzorger fysieke klachten had. Ook zocht de wijkverpleging samen met de mantelzorger naar een geschikt hulpmiddel, zodat de mantelzorger de zorg weer kon doen. 2.2 Medewerkers van de teams werken goed samen. De zorg van de wijkverpleging is onderling afgestemd en vormt een samenhangend geheel. De samenwerking tussen de teams is goed. Bij knelpunten in de planning of bij specifieke handelingen helpen de teams elkaar. De medewerkers van het team geven bijzonderheden extra aan elkaar door op een app, zodat alle teamleden op de hoogte zijn. De wijkverpleging gebruikt een actueel zorgdossier. Het zorgdossier bevat de somatische en de psychosociale elementen van de zorg. In het zorgdossier staan zo nodig ingevulde risico-inventarisaties. De zorg is hierop gebaseerd. Uit de zorgdossiers blijkt niet altijd dat medewerkers het hele zorgproces volgen. Zo zijn de rapportages niet altijd gekoppeld aan het doel. In een dossier blijkt dat medewerkers een controleafspraak, wegen van de cliënt, niet altijd naleven. In een ander dossier ontbreekt een zorgdoel voor het toedienen van oogdruppels. Aan de andere kant zijn er ook voorbeelden dat medewerkers een bevinding in de rapportage actief oppakken en navolging geven. De wijkverpleegkundige evalueert de zorg regelmatig. De evaluaties staan tussendoor beschreven in de rapportage van de zorgdossiers. Deze evaluaties zijn moeilijk navolgbaar. Uit de evaluatie volgt soms een nieuw zorgplan als aanpassing daarvan gewenst is. Als er geen reden is voor een nieuw zorgplan, is datgene wat besproken is later lastig terug te vinden. 2.3 De wijkverpleegkundige coördineert de zorg en stemt deze af met externe zorgverleners. De wijkverpleging zorgt voor continuïteit door samen te werken met de externe zorgverleners. De wijkverpleging heeft goed contact met onder andere 9

10 huisartsen, apothekers, ziekenhuis en de eigen casemanagers. Medewerkers zijn tevreden over de samenwerking met deze externe zorgverleners. Zij ervaren hierin geen knelpunten. De goede samenwerking met de huisartsen is in een aantal papieren dossiers terug te zien. Hierin staan rapportages of vragen van huisartsen. Ook bevat een digitaal dossier een rapportage van een specialist ouderengeneeskunde. 10

11 Veiligheid 3.1 Risico s in de woonomgeving van de cliënt worden tijdig gesignaleerd door de wijkverpleging en besproken met de cliënt. 3.2 De uitvoering van voorbehouden en risicovolle handelingen en de toepassing van medische technologie gebeurt veilig. 3.3 De medicatieveiligheid van de cliënt is geborgd. 3.4 De cliënt heeft een veilige zorgrelatie met zijn formele of informele zorgverleners. 3.1 De wijkverpleging signaleert risico s in de woonomgeving van de cliënt en bespreekt deze met de cliënt. De cliënt heeft daarin de uiteindelijke keuze. De wijkverpleging noteert in het zorgdossier de risicosignalering en de keuze van de cliënt. Zo zag de inspectie een goed voorbeeld hiervan bij het gebruik van een tillift. In een andere situatie bleek dat de wijkverpleging de risico s op de route van de cliënt naar de badkamer had besproken en samen met de cliënt had opgelost. 3.2 Savant heeft een beleid voor de uitvoering van voorbehouden en risicovolle handelingen. De wijkverpleging volgt dit beleid. Medewerkers van het verpleegtechnisch team voeren specifieke voorbehouden en risicovolle handelingen bij cliënten uit. Het verpleegtechnisch team wordt flexibel ingezet; bij de opstart van de zorg, maar ook bij de uitvoering als de wijkverpleging de zorg niet helemaal zelfstandig kan uitvoeren. Medewerkers van dit team werken dan ook mee in de wijk. Medewerkers van de wijkteams vanaf niveau verzorgende mogen een drietal veel voorkomende voorbehouden handelingen uitvoeren nadat zij daarvoor scholing hebben gevolgd en zich hiervoor bekwaam voelen. De scholing voor een voorbehouden handeling bestaat uit een e-learning module met een theoretische toets en daarna een korte praktijkoefening met toets in het skillslab. Medewerkers herhalen de scholing eens in de drie jaar. De planners van de teams houden er bij hun planning rekening mee of de medewerkers voor de handeling bekwaam zijn. De planners hebben echter geen inzage in de bekwaamheid van de medewerkers. Ook is niet altijd duidelijk of de medewerkers uit de flexibele pool voor voorbehouden handelingen bekwaam zijn. Medewerkers krijgen scholing in het gebruik van medische technologie, zoals bijvoorbeeld tilliften. Medewerkers letten er niet op of medische technologie tijdig onderhouden is. Zij vinden dit een verantwoordelijkheid van de familie. De medische hulpmiddelen die de inspectie zag hadden tijdig onderhoud gehad. 3.3 De wijkverpleging beschikt altijd over een actueel medicatieoverzicht en een toedienlijst als zij de zorg voor de medicatie overneemt. Bij het ontbreken van deze lijsten of bij veranderingen in de medicatie van cliënten neemt de wijkverpleging 11

12 contact op met de apotheken. Medewerkers van de teams gebruiken de toedienlijsten. Zij tekenen hierop altijd de toegediende medicatie af en schrijven geen aanvullingen op de lijst. De medewerkers gaan verschillend om met de manier van aftekenen als een cliënt volgens afspraak op een ander tijdstip zelf de medicatie inneemt. Sommigen noteren dan de letter z, waarmee zij de cliënt zelf bedoelen. Anderen noteren dan toch hun eigen initialen op de lijst. De wijkverpleging voert de dubbele controle van risicovolle medicatie goed uit. Als dit kan vraagt de wijkverpleging de cliënt de tweede controle uit te voeren. De wijkverpleging heeft een proef gedaan met een app voor de dubbele controle van risicovolle medicatie. De resultaten van de proef zijn positief. 3.4 De wijkverpleging kent de leidraad veilige zorgrelaties niet. Mogelijk grensoverschrijdend gedrag is geen vanzelfsprekend gespreksonderwerp in de teams. Medewerkers passen vrijheidsbeperkende maatregelen alleen toe binnen de kaders van de WGBO. Bijna altijd vragen medewerkers voor de toepassing instemming van de cliënt. Soms nemen medewerkers voor een akkoord op bijvoorbeeld een medicatiekluis echter ook genoegen met de instemming van familie. Als een cliënt hiermee heeft ingestemd ligt dit niet altijd vast in het zorgdossier. De wijkverpleging kent de Meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling goed. Elk team heeft hiervoor een aandachtsvelder. Dit onderwerp komt geregeld ter sprake in de teams. 12

13 Professionele autonomie van de wijkverpleegkundige 4.1 De wijkverpleegkundige stelt zorgvuldig de (her-)indicatie. 4.2 De wijkverpleegkundige functioneert als kwaliteitsbevorderaar. 4.1 De wijkverpleegkundige niveau 5 indiceert, herindiceert en organiseert de zorg aan de cliënt. Alle teams beschikken ten minste over een wijkverpleegkundige. De wijkverpleegkundige gebruikt voor de indicatiestelling het Omaha system als hulpmiddel. De wijkverpleegkundige focust bij de indicatiestelling niet alleen op de somatische kant van de zorg, maar ook op de psychosociale kant en de mogelijkheid van mantelzorgers. De wijkverpleegkundige vertaalt de indicatie naar een individueel zorgplan. De indicatiestelling gebeurt altijd binnen vijf werkdagen. De wijkverpleging start de zorg wel meteen vanaf de eerste dag op. Voor de eerste dagen vertrouwt de wijkverpleegkundige dan voor het voorlopig zorgplan op de aanvraag of op de overdracht van de transferverpleegkundige van het ziekenhuis. Soms moet de wijkverpleegkundige in zo n situatie echter de indicatie bijstellen omdat de aanvraag of de overdracht onjuist was. In sommige gevallen bezoekt de wijkverpleegkundige de cliënt al voor het ontslag in het ziekenhuis. 4.2 De wijkverpleegkundigen hebben elke maand onderling overleg. In dit overleg is er ruimte voor bijscholing, casusbesprekingen en reflectie. De wijkverpleegkundigen denken mee in het beleid van de organisatie en leveren voorstellen. De wijkverpleegkundigen zijn bijvoorbeeld betrokken bij de keuze voor Omaha. Zo zijn wijkverpleegkundigen ook lid van de verpleegkundige en verzorgende adviesraad (VVAR). Deze VVAR is sinds februari 2017 actief. Elke wijkverpleegkundige heeft ook maandelijks overleg met het eigen team. Het is de bedoeling dat de wijkverpleegkundige hierin inhoudelijke onderwerpen bespreekt. Dit schiet er vaak bij in. De teambesprekingen gaan nu vaak over de zelfsturing en over de zorg aan cliënten van het team. 13

14 Sturen op kwaliteit 5.1 De zorgaanbieder organiseert zorg zo, dat dit leidt tot goede zorg. 5.2 De zorgaanbieder draagt zorg voor borging van kwalitatief en kwantitatief voldoende personeel en materieel met toedeling van verantwoordelijkheden en bevoegdheden voor het verlenen van goede zorg. 5.3 De zorgaanbieder draagt zorg voor het bewaken, beheersen en verbeteren van de kwaliteit van zorg. 5.1 De zorgaanbieder volgt landelijke ontwikkelingen en maakt keuzes voor de eigen organisatie. Voorbeelden hiervan zijn de positionering van de wijkverpleegkundigen in de organisatie, het gebruik van het Omaha system en de invoering van een medicatie app. Ook maakt Savant de teams zoveel mogelijk zelf verantwoordelijk voor de organisatie van de zorg. De zorgaanbieder schept randvoorwaarden voor de wijkverpleegkundige om bij te dragen aan de ontwikkeling van vakmanschap, zoals de VVAR en het wijkverpleegkundig overleg. De zorgaanbieder ondersteunt de wijkverpleging in de communicatie/afstemming met externe partijen. 5.2 De zorgaanbieder stemt de opbouw en omvang van de personele bezetting af op de zorgvraag. De zorgaanbieder heeft inzicht in verloop, ziekteverzuim, overwerken en werkdruk. Voortdurende schommelingen in de zorgvraag zorgen er voor dat medewerkers soms onbedoeld overuren en soms min uren hebben. Hiervoor is nog geen goede oplossing. Op dit moment onderzoekt de zorgaanbieder de optimale grootte voor de teams. De zorgaanbieder zorgt ervoor dat zorgverleners met de juiste competenties de zorg leveren. In de indicatie staat wie wat mag doen. En de planning is er vervolgens ook naar. De zorgaanbieder heeft een systeem van scholing voor de medewerkers. Medewerkers moeten de scholing veelal in eigen tijd doen. Verzorgenden volgen bij Savant dezelfde periodieke scholing voor drie voorbehouden handelingen als verzorgenden IG en verpleegkundigen. Er is echter verschil in de mate waarin deze voorbehouden handelingen in de beroepsopleidingen van deze beroepen zitten. Daarnaast is het de vraag hoe vaak medewerkers deze handeling echt uitvoeren. De zorgaanbieder zorgt voor voldoende faciliteiten ter ondersteuning van de communicatie, zoals mobiele telefoons en laptops. Incidenteel kunnen wijkverpleegkundigen met hun laptop geen verbinding krijgen met het netwerk. Wie het digitale zorgdossier kan inzien is afgeschermd. Een knelpunt is dat de huishoudelijke hulp via de planning toch kan zien voor welke zorg en gezondheidsproblemen de wijkverpleging bij de cliënt komt. 5.3 De zorgaanbieder zorgt ervoor dat zijn organisatie voortdurend leert. Dit gebeurt onder andere door middel van klachten, verbeterpunten die voortkomen uit 14

15 geanalyseerde meldingen (MIC s), interne audits en via signalen van ketenpartners. De medewerkers van de teams noemen vooral verbetering bij individuele cliënten als voorbeeld naar aanleiding van de MIC s. Het management voert ook verbeteringen door naar aanleiding van het geheel van MIC s. Dat de MIC s de aanleiding waren voor de verbetering is niet altijd bekend bij medewerkers. De zorgaanbieder is voortdurend in dialoog met allerlei partijen en op allerlei niveaus. Zo heeft de zorgaanbieder onder andere de teams, VVAR, Raad van Toezicht, OR en de Cliëntenraad (CR) betrokken bij het opstellen van de nieuwe koers. Ook heeft de zorgaanbieder de CR ondersteund bij de werving van nieuwe leden. De bestuurder van Savant loopt geregeld een dag mee met alle geledingen in de organisatie. De bestuurder nodigt ook omgekeerd medewerkers uit om een dag met hem mee te lopen. 15