a DEC /49/A.31, OMB/PB Adema E.F. (050)

Transcriptie

1 ^^^ groningen bezoekadres: postadres: Martinikerkhof 12 Postbus AP Groningen Ministerie van ELI t.a.v. Minister M.J.M. Verhagen Postbus EC DEN HAAG algemeen telefoonnr: II.algërriéèn faxnf.: w.pi-bvihclegroriihgen.ni p-f Mr.Mh Datum Briefnummer Zaaknummer Behandeld door Telefoonnummer Antwoord op Bijlagen Onderwerp a DEC /49/A.31, OMB/PB Adema E.F. (050) Aangenomen motie over opslag van C02 in Noord Nederland Geachte heer Verhagen, Met deze brief informeren wij u over de beraadslaging van Provinciale Staten van Groningen op 17 november jl. ec UI LU a UI o Aanleiding Provinciale Staten van Groningen hebben in januari 2007 ingestemd met medewerking aan de vergunningverlening van twee energiecentrales in de Eemshaven, in de wetenschap dat in Nederland een energie-importerend land is van onder meer bruinkool- en kernenergie, de energieconsumptie groeiende is en de transitie naar duurzame energieopwekking nog enige decennia zal nemen. Destijds is ons in een motie van PvdA, CDA en Christenunie, gesteund door WD en D66 (bijlage 1, motie 1 d.d ), gevraagd 'met kracht te streven naar en aan te haken op plannen van de Rijksoverheid en de EU tot grootschalige opslag van CO2'. Wij hebben met het ons ten dienste staand wettelijk instrumentarium invulling gegeven aan deze motie. Wij hebben in de vergunning van de nieuwe energiecentrales verlangd dat deze 'capture ready' zijn en subsidie verleend aan de stichting BORG om de grootschalige demonstratie van CCS in het Noorden voor te bereiden. Verder hebben wij in samenwerking met Rijk, bedrijven en instellingen gewerkt aan de ontwikkeling van CCS in de overtuiging dat de omstandigheden in het Noorden werkelijk zo gunstig zijn als in genoemde motie destijds gememoreerd, met als achterliggend doel het Noorden als Energy Valley regio verder te ontwikkelen. Uw brief van 4 november jl. betreffende de CO2 opslagprojecten en met name het deel over de stopzetting van het project in Barendrecht en tegelijkertijd de zekerstelling van geplande C02-opslag in het Noorden is aanleiding geweest voor het aanvragen van een spoeddebat in de Groningse Provinciale Staten. In dit debat is veel kritiek geuit over de wijze waarop tot nu toe vanuit het Rijk is gecommuniceerd over CCS, zowel in Barendrecht als in onze regio. De relatie tussen kernenergie en CCS in het regeerakkoord is daarbij eveneens bekritiseerd, als ook de afgenomen ambitie m.b.t. verduurzaming van de energievoorziening. 06-HB-SG-001 Dö provjncïe Groningen werkt votgens norrnen die sijn vastgelegd in een hanrjvesï voor dsenstve-rieniiig. Dit handvest vindl u op onss wübsite of kunt u opvragenfc-'ide a^deüng Communicatie cir Ksbineï, Pubiisksvoorlichting;

2 Als uitkomst van het debat is een motie van de PvdA met brede steun van CDA, WD, Christenunie Groenlinks, D66 en Fractie Blom (voormalig SP-lid) aangenomen waaraan wij nu uitvoering geven (bijlage 2). Deze motie spreekt een duidelijk 'nee-tenzij' uit ten aanzien van de opslag van CO2 in Groningen en stelt vijf zeer strikte voorwaarden waaronder wij weer in gesprek kunnen treden over de opslag van CO2. Bij alle vijf genoemde voorwaarden is het Rijk verantwoordelijk dan wel medeverantwoordelijk. Om die reden informeren wij u bij deze over deze motie waarvan de inhoud onderstaand is weergegeven. Motie 17 november 2010 De motie heeft de volgende inhoud: Overwegende dat: Recente gebeurtenissen en de recente uitspraken van het kabinet, het draagvlak onder de bevolking ernstig hebben aangetast, spreken uit: dat de provincie Groningen slechts weer in gesprek kan gaan over de CO2 opslag indien: op rijksniveau sprake is van een volwaardige agenda leidend tot de noodzakelijke en gewenste definitieve verduurzaming van de energievoorziening van Nederland, dit in het bijzonder tot uiting komt in een energieakkoord met Noord- Nederland, Noord-Nederland wordt gevrijwaard van de vestiging van een kerncentrale en/of de opslag van kernafval (zie ook POP^), het geschonden vertrouwen bij de lokale overheden en de bevolking in de provincie Groningen wordt hersteld, onder meer blijkend uit een vertrouwenwekkende aanpak, er overtuigend bewijs is dat het transport en opslag van CO2 tenminste even veilig is als het transport en opslag van aardgas'. Bovendien is in het debat door alle fracties van Provinciale Staten duidelijk uitgesproken dat er zonder door van Rijkszijde hersteld draagvlak, geen medewerking gegeven kan worden door de provincie aan projecten op het gebied van ondergrondse opslag van CO2 in de provincie Groningen. Wij delen de strekking van deze motie. Wij signaleren daarnaast dat het vertrouwen van de Groningse burgers in de rijksoverheid verder onder spanning is komen te staan door diverse op de regio afkomende ontwikkelingen in de ondergrond. Dit maakt de noodzaak voor een vertrouwenwekkende aanpak van de dialoog rondom CO2 opslag des te groter. Gedeputeerde Staten van Groningen heeft dit en bovengenoemde motie overgenomen. Uitvoering Om Provinciale Staten in de gelegenheid te stellen zich een oordeel te kunnen vormen over de invulling van het Rijk van de in de motie genoemde voorwaarden vragen wij u een nadere toelichting te geven op de volgende onderwerpen: de Rijksagenda met betrekking tot de verduurzaming van de energievoorziening; ^ Provinciaal Omgevingsplan

3 uw zienswijze over de inrichting van het proces om te komen tot een Green Deal voor het Noorden zoals gememoreerd in uw brief van 12 november jl. aan de Tweede Kamer; met inachtneming de Europese en Rijksuitgangspunten rond kernenergie en -afval het regeringsstandpunt ten aanzien (van het voorkomen van de vestiging) van kerncentrales en de opslag van kernafval in het Noorden; de inrichting van de maatschappelijke dialoog welke leidt tot een vertrouwenwekkende aanpak met als doel het herstel van draagvlak bij overheden en bevolking; het leveren van informatie waaruit blijkt dat de veiligheid van transport en opslag van GO2 even veilig is als het transport en opslag van aardgas. Wij vertrouwen erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd en zien uw reactie graag tegemoet. Hoogachtend, Gedeputeerde Staten van Groningen:, voorzitter. secretaris.

4 ^Jcé Motie Provinciale Staten van Groningen, in vergadenng bijeen op 17 november 2010 Constaterende dat de Staten de bouw van twee energiecentrales in de Eemshaven hebben goedgekeurd, dat dit geschied in de wetenschap dat Nederland een energie-importerend land is van onder meer bruinkool- en kernenergie, de consumptie van energie groeiende is en de zeer noodzakelijke definitieve transitie naar werkelijk duurzame energieopwekking nog enkele tientallen jaren in beslag zal nemen, dat daarom, vooral gelet op het risico van klimaatverandering en zeespiegelrijzing, verantwoordelijkheid is genomen door In beginsel medewerking te verlenen aan de opslag van C02, ovena/egende dat: recente gebeurtenissen en de recente uitspraken van het kabinet, het draagvlak onder de bevolking ernstig hebben aangetast, spreken uit: dat de provincie Groningen slechts weer in gesprek kan gaan over de C02 opslag indien: op rijksniveau sprake is van een volwaardige agenda leidend tot de noodzakelijke en gewenste definitieve verduurzaming van de energievoorziening van Nederland, dit in het bijzonder tot uiting komt in een energieakkoord met Noord-Nederland, Noord-Nederland wordt gevrijwaard van de vestiging van een kerncentrale en/of de opslag van kernafval (zie ook POP), het geschonden vertrouwen bij de lokale overheden en de bevolking in de provincie Groningen wordt hersteld, onder meer blijkend uit een vertrouwenwekkende aanpak, er overtuigend bewijs is dat het transport en opslag van C02 tenminste even veilig is als het transport en opslag van aardgas en gaan over tot de orde van de dag. Iq/t^ Pv/cM^ ^(P!"^ ^

5 Provinciale Staten van Groningen in vergadering bijeen op 31 januari overwegende dat: de vertegenwoordigers van Provinciale Staten in het algemeen bestuur van Groningen Seaports de Staten hebben verzocht een standpunt te formuleren over de mogelijke vestiging van twee kolencentrales in de Eemshaven, dat de capaciteit tot opwekking van electriciteit in Nederland ontoereikend is, - dat de vestigingsvoorwaarden in de Eemshaven in beginsel geen beletsel vormen voor de bouw van deze energiecentrales en bijdraagt aan de ontwikkeling van de Eemshaven tot energiehaven, - uit het oogpunt van klimaatbeleid de uitstoot van C02 zeer sterk moet worden verminderd, - in Noord Nederland de fysieke, infrastructurele en organisatorische omstandigheden gunstig zijn om een aanvang te maken met grootschalige opslag van C02, In Groningen overheden, bedrijfsleven en keimisinstellingen, in onder meer de organisatie Energy Valley kennis ontwikkelen, bundelen en uitwisselen op het gebied van energiewinning, energiedistributie en duurzame energieopwekking, roepen het bestuur van Groningen Seaports en het College op: 1. de bouw van de twee centrales toe te staan, met inachtneming van de vestigings- en vergunningsvoorschriften, en medewerking te verlenen aan de benodigde grondtransacties, 2. te stimuleren dat afzonderlijke energiecentrales en het hele energiecluster in de Eemshaven als totaal, zo schoon mogelijk en met het hoogst mogelijke rendement opereren. 3. gelet op de gunstige omstandigheden met kracht te streven/ênaan te haken op plannen van de rijksoverheid en de EU tot grootschalige afvang en opslag van C02 en daarmee te bevorderen dat de Eemshaven koploper wordt in de afvang en veilige opslag van C02, zo mogelijk vanaf het moment dat de centrales in bedrijf komen. en gaan over tot de orde van de dag Sjak Rij ploeg (PvdA)