Inhoudsopgave. Inleiding Uitgangspunten

Transcriptie

1

2 Inhoudsopgave Inleiding Uitgangspunten - Schematische weergave - Reflectievragen leerkrachtgedrag - Basisprincipes - Strategieën - Praktische invulling

3 Inleiding Met pedagogische huisstijl bedoelen wij de manier waarop de medewerkers van de school zich presenteren wat betreft pedagogisch handelen. Zie het als een pedagogisch logo dat door alle medewerkers gehanteerd wordt. Iedere leerkracht heeft een eigen manier van handelen. Dat is niet vreemd want iedereen is anders. Gelukkig maar. Hoe je bent beïnvloed de manier waarop je de dingen doet. Als je naar de teamfoto kijkt, zie je een grote groep unieke individuen met eigen kwaliteiten en valkuilen. Met de pedagogische huisstijl willen we deze unieke eigenschappen niet veranderen. We willen afstemming over de manier waarop we met kinderen omgaan terwijl de eigenheid van de leerkracht behouden blijft. Bij het tot stand komen van de eerste versie van de Pedagogische Huisstijl (2009) hebben wij ons destijds laten inspireren door Triple P; een positief opvoedingsprogramma voor ouders. Medio 2016 is er een start gemaakt met de vernieuwing van de Huisstijl onder de noemer; Afstoffen en Opfrissen. Het doel ervan was om te behouden wat we destijds hadden bedacht en wat in de praktijk goed blijkt te werken, de dingen die niet goed bleken te werken te verwijderen en vooral inmiddels verworven nieuwe goede inzichten, werkvormen, strategieën, aanpakken of interventies toe te voegen. Daaruit is deze vernieuwde versie van de Pedagogische Huisstijl tot stand gekomen. Versie 2.0.

4 Uitgangspunten Basisprincipe 1; Bevorderen van positief contact - Tijd en aandacht geven; - Genegenheid tonen; - Praten met kinderen. Basisprincipe 3; Stimuleren van gewenst gedrag - Positieve aandacht geven; - Hetgeen dat goed gaat benoemen; - Zorgen voor boeiende activiteiten; - Complimentenc geven. Reflectievragen leerkrachtgedrag 1. Zijn mijn regels duidelijk? 2. Heb ik het kind positieve aandacht gegeven en aangemoedigd? 3. Heb ik meteen gereageerd op ongewenst gedrag? 4. Is mijn verwachting van het kind realistisch? 5. Was ik geduldig, consequent en beschikbaar? Basisprincipe 2; Nieuwe vaardigheden en gedrag aanleren - Voorbeeld gedrag vertonen; - Spontane leermomenten gebruiken; - Beloningssystemen inzetten. Basisprincipe 4; Omgaan met ongewenst gedrag - Duidelijke regels hanteren; Gepland negeren; - Direct aanspreken op ongewenst gedrag; - Passende concequenties gebruiken; - Een time-out plek gebruiken.

5 Reflectievragen leerkrachtgedrag Binnen de Pedagogische huisstijl worden 5 reflectievragen op leerkrachtgedrag gebruikt. Het zijn vragen die iedere medewerker van de Overlaet zichzelf regelmatig moet stellen. Het liefst ter voorkoming van ongewenst gedrag of uit voorzorg, maar ook op het moment dat ongewenst gedrag zich tóch voordoet. De vragen zijn tevens te interpreteren als voorwaarden. Voorwaarden die een medewerker op de Overlaet moet scheppen om een veilig leerklimaat te creëren. Onderzoek wijst uit dat het vaak zo is dat kinderen ongewenst gedrag vertonen als niet aan alle 5 de voorwaarden wordt voldaan. Basisprincipes Om alle aspecten van het pedagogisch handelen van een leerkracht te belichten, wordt dat handelen in 4 basisprincipes verdeeld. Het zijn daarmee ook de 4 pijlers waar de Pedagogische Huisstijl op is gebaseerd. Strategieën Ieder basisprincipe bestaat uit een aantal strategieën om aan het betreffende basisprincipe te voldoen. Het maakt een basisprincipe concreter en geeft handelingsadviezen. Zo is het geven van complimenten bijvoorbeeld een strategie om het basisprincipe Gewenst gedrag stimuleren te bereiken.

6 Praktische invulling Vaak wordt de uiteindelijke praktische invulling in de klassensituatie dé Pedagogische Huisstijl genoemd. Het is per basisprincipe een lijst met minimaal 5 en maximaal 10 afspraken die we samen hebben gemaakt om de strategieën zo concreet mogelijk te maken. In iedere klas zijn deze afspraken terug te horen en te zien. Het basisprincipe gewenst gedrag stimuleren heeft bijvoorbeeld als strategie het doen van boeiende activiteiten. De praktische invulling die wij als school daaraan hebben gekoppeld is het regelmatig doen van Energizers, 4xWijzer of andersoortige Klassenbouwers. In de begrippenlijst verderop in dit document wordt vervolgens op alfabetische volgorde uitgelegd wat wordt verstaan onder bijvoorbeeld Energizers, wat het belang ervan is, hoe vaak ze minimaal te zien moeten zijn enz. Bent u benieuwd hoe dat dit dan praktisch gezien daadwerkelijk in de klassen verder te herkennen is? Maakt u dan vooral een afspraak met de leerkracht óf met onze gedragsspecialist.

7