Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december 2013

Transcriptie

1 Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december 2013

2 Inhoudsopgave Agendapunt 5 Verslag, inclusief actie- en besluitenlijst... 3 Agendapunt 7 Scouting in beweging - Groeistrategie... 7 Agendapunt 8 Evaluatie systeem van waarderingstekens Agendapunt 9 Herziening statuten Scouting Nederland Agendapunt 10 Voortgangsrapportage speerpunten MJB Agendapunt 11 Activiteitenplannen Agendapunt 12 Financiën en beheer Overige vragen Bijlage 1: Activiteiten die niet doorgaan in Bijlage 2: Tussentijdse rapportage Scoutinglandgoed Zeewolde Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

3 Agendapunt 5 Verslag, inclusief actie- en besluitenlijst N.a.v. verslag actielijst punt 4 In de toelichting op de begroting wordt ingegaan op de geplande verlaging van de personele inzet voor Groepsontwikkeling en de projectmatige inzet van personeel voor het project groei en branding. Als antwoord op vragen van Regio Drenthe bij de landelijke raad van juni 2013 heeft het bestuur toegezegd in de toelichting ook aan te geven wat eventuele gevolgen van de herijking van de nieuwe dienstverlening zijn voor de formatie van beroepskrachten en de daarmee samenhangende gevolgen voor de begroting. Zoals in de notitie dienstverlening werd aangegeven, is 2013 gebruikt als overgangsjaar. Er wordt daarom een vergelijking getrokken met de begrote beroepsmatige inzet in In 2012 was een bedrag van begroot voor reguliere personeelskosten en voor personeelskosten Groepsontwikkeling De begrote kosten voor 2014 zijn voor de reguliere personeelskosten, voor de personeelskosten Groepsontwikkeling en projectmatige inzet voor groei en branding. De begrote reguliere formatie in 2012 was 22,72 fte. In 2014 bedraagt de begrote reguliere formatie 18,39 fte. In het kader van de herijking dienstverlening is er voor gekozen bij beleidsontwikkeling en uitvoering meer gebruik te maken van vrijwilligers. De beroepsmatige inzet richt zich deels op het coördineren van de programmagroepen, inclusief de kwaliteitsbewaking en (beperkte) beleidsontwikkeling en daarnaast nadrukkelijker op het ondersteunen van teams met vrijwilligerscoördinatoren. Ook is er voor gekozen om de functie coördinator onderzoek niet meer in te vullen. Deze aanpassingen en verschuiving in taken hebben tot een inkrimping van de formatie geleid. Daarnaast heeft ook in de ondersteunende organisatie een verschuiving en wijziging van taken geleid tot een inkrimping in de formatie. N.a.v. verslag actielijst punt 11 Zoals afgesproken is het concept van Gedeeld Geven als mogelijkheid voor fondsenwerving voor Scouting Nederland (het Scouting Nederland Fonds) onderzocht. De conclusie is dat wij ons op dit moment terughoudend moeten opstellen en nu niet deelnemen. We zullen de ontwikkelingen wel in de gaten houden. Suggesties voor fondsenwerving blijven welkom. Wij zullen komende tijd ook (nieuwe) mogelijkheden voor fondsenwerving blijven verkennen. 1. Regio Neder-Veluwe In de vergadering van juni 2013 werd verteld dat er in december 2013 een uitgewerkt voorstel zou komen over het tuchtrecht en een gezamenlijke registratielijst, zodat hierover gestemd kon worden. Ik zie hier niets over in de agenda staan. Wordt dit uitgesteld of is dit helemaal niet meer aan de orde? In juni was het bestuur voornemens om de landelijke raad in december een voorstel te sturen over het tuchtrecht en de deelname aan de gezamenlijke registratielijst. Een belangrijk onderdeel, waarover ook in juni diverse vragen zijn gesteld, betreft de kosten voor deelname aan gezamenlijk tuchtrecht versus de kosten van het zelf realiseren van tuchtrecht en de kosten voor deelname aan de gezamenlijke registratielijst. Helaas was het voor Vereniging NOV, beheerder van de gezamenlijke registratielijst, nog niet mogelijk om kosten voor deelname inzichtelijk maken, omdat het Ministerie van Justitie en de Dienst JustId, de beheerder van de lijst, nog niet met een definitieve prijsopgave konden komen. Zonder een goede financiële onderbouwing is het niet zinvol om over het onderwerp besluiten te nemen. Het bestuur is daarom voornemens het voorstel in juni aan de landelijke raad aan te bieden. 2. Regio Klein Gelderland De vorige landelijke raad heeft het bestuur toegezegd om deze raad met een definitief voorstel te komen omtrent de aansluiting van Scouting Nederland bij het tuchtrecht. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

4 Notulen landelijke raad 15 juni 2013: De voorzitter licht toe dat het hier om een eerste bespreking met de landelijke raad gaat. In de landelijke raad van december 2013 komt het bestuur met een definitief voorstel ter besluitvorming. Regio Klein Gelderland vraag zich af waarom dit niet op de agenda staat en waarom er over het ontbreken van dit agendapunt ook niet is gecommuniceerd door het landelijk bestuur? Zie het antwoord op vraag Regio Eindhoven In punt 12a, de begroting voor 2014, staan geen kosten vermeld voor de aansluiting van Scouting Nederland bij het tuchtrecht. In navolging van de behandeling in de landelijke raad van juni 2013, punt 5.1 item 8 en in het verslag genoemd onder bijgaand item, zou er nu, in december 2013, een voorstel en een apart stuk over de financiële onderbouwing bij het voorstel worden gegeven. Graag krijgen wij van het bestuur met betrekking tot dit punt 8 van het verslag, dat nu niet voorkomt in de agenda van deze landelijke raad, uitleg over de volgende zaken: 1. Kan het bestuur een toelichting geven op de stand van zaken? 2. Het voorstel Aansluiting Scouting Nederland bij Tuchtrecht 3. De financiële onderbouwing hierbij. 4. Wat is de verwachte planning en de te verwachten activiteiten in dit kader? We vinden het belangrijk dat de zaken die in een landelijke raad besproken worden ook de inhoud hebben die gevraagd wordt door alle betrokkenen. Zie het antwoord op vraag Regio Zeeland Er is toegezegd dat er in deze landelijke raad een definitief voorstel met betrekking tot het tuchtrecht zou komen. Als er redenen zijn waarom dit vertraging heeft opgelopen, waarom zien we hierover dan geen opmerking terug in de stukken? Daarnaast graag een update over de status van dit onderwerp. Zie het antwoord op vraag Regio Hollands Midden Zoals genotuleerd, is er met betrekking tot de voortgangsrapportage Scouting Academy in de agenda van de landelijke raad d.d. 15 juni 2013 de volgende vraag gesteld: Is er een planning voor het ontwikkelen van de modules van Scouting Academy en zo ja, is die in te zien en waar kunnen we die dan vinden? Lisette v.d. Wurff heeft hierop de volgende reactie gegeven: Het bestuur zal aan de programmagroep Scouting Academy vragen of de werkplanning beschikbaar gesteld kan worden. Helaas hebben wij hier verder geen reactie op ontvangen. Begin augustus is een uitgebreide Scouting Academy nieuwsbrief inclusief een update en planning van de ontwikkeling van methodieken en modules verstuurd, waarin onder andere antwoord is gegeven op de vragen die in de landelijke raad zijn gesteld. Deze nieuwsbrief is naar alle praktijkbegeleiders, trainers, trainingscoördinatoren, praktijkcoaches, opleiders en dit keer ook speciaal aan alle regiosecretariaten en (plv.) leden van de landelijke raad gestuurd. Dit laatste juist in verband met de aan de landelijke raad gedane toezegging. Sindsdien zijn nog drie nieuwsbrieven verstuurd waarin steeds een update van de ontwikkeling en planning van de methodieken en modules is opgenomen. De nieuwe plannen om, in samenwerking met de programmagroep Spel, de inhoudelijke spellijn binnen groepen te versterken en daarbij groepen te ondersteunen in het kunnen vervullen van de rol van de praktijkbegeleider (zie activiteitenplan) worden zodra zij zijn uitgewerkt ook weer via de Scouting Academy nieuwsbrief bekendgemaakt. De nieuwsbrieven zijn te vinden op: Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

5 6. Regio Eindhoven Vraag met betrekking tot de rondvraag, punt 13, item 7 van het verslag van de landelijke raad d.d. 15 juni 2013 en in de mailvragen aan het bestuur voor de landelijke raad van december 2012: Communicatie met betrekking tot de plusscouts op de site van Scouting Nederland, waarbij voortdurend het antwoord: work in progress wordt gegeven. Op de publieke site van de vereniging moet duidelijker worden dat plusscouts vrijwilligers zijn, met de benodigde informatie, downloads, etc. Wanneer wordt dit gerealiseerd? Het antwoord in december 2012 was: Na akkoord op de notitie in deze landelijke raad (en dit is goedgekeurd met als belangrijkste de leeftijdsverlaging voor de plusscouts naar 18 jaar) zal deze info weer verder geupdatet worden. Wanneer je nu, ten tijde van de landelijke raad van december 2013, op de publieke website van Scouting Nederland, op het enige stukje over plusscouts, onder de kop: Ontdek Scouting, onder de tab Voor 21 jaar en ouder klikt, dan krijg je een stukje over een ondersteunende functie bij Scouting. Hierbij heb ik enkele vragen aan het bestuur: 1. Waarom is dit onderwerp niet afgewerkt direct na de goedkeuring in de landelijke raad van december 2012, zoals afgesproken is? 2. Waarom is er na een jaar nog steeds geen verandering in het stuk op de publieke website? 3. Waarom heeft communicatie nooit de moeite genomen om hier een goed en wervend stuk van te maken? 4. Waarom is zelfs de leeftijd van plusscouts nog niet veranderd, terwijl dit al in december 2012 is goedgekeurd? Hierbij krijg je het gevoel: Als deze vraag maar lang genoeg ligt, dan is dat niet meer nodig. Dit kan natuurlijk niet, de plusscouts, of deze nu binnen de groep, regio of het land werken, zullen altijd en steeds meer nodig zijn en een belangrijk deel van de werkzaamheden van ondersteuning op zich nemen. Dit houdt ook in dat werving en het correct neerzetten van deze groep net zo belangrijk is als een goede en correcte site hebben als vereniging. Hopelijk neemt het bestuur van onze prachtige vereniging dit zeer ter harte en corrigeert het het een en ander op de site, zodat we trots kunnen zijn over wat er over onze ondersteunende leden wordt geschreven. Is daar geen tijd of mankracht voor, dan wil ondergetekende hier graag in meedenken. Van uitstel komt zeker geen afstel, maar ook het HRM-team, verantwoordelijk voor deze aanpassingen, bestaat uit vrijwilligers en kampt met een chronische onderbezetting. Dat plusscouts op alle niveaus belangrijk zijn voor de vereniging is een gegeven waar juist het HRM-team zich als geen ander bewust van is. Dat correcte en ondersteunende informatie op de website van Scouting Nederland helpt om beleid en mogelijkheden van plusscouts goed neer te zetten, onderschrijven we eveneens, maar vrijwilligerstijd vliegt. We zijn daarom erg blij met het aanbod van Regio Eindhoven om het HRM-team hierin een handje toe te steken: dit is een goed voorbeeld van gezamenlijk gevoelde verantwoordelijkheid voor HRM en het delen van ervaring en knowhow op dit vlak. Overigens is de informatie op de site over de leeftijd van plusscouts, naar aanleiding van deze regiovraag, aangepast. 7. Regio Eindhoven Actiepunt 7 naar aanleiding van de landelijke raad van 15 juni 2013 is letterlijk Meer exposure Roverscoutsgids. Natuurlijk juichen wij dit alleen maar toe en zijn we blij met veel aandacht voor spel en daarmee de kwaliteit van het spelprogramma. Dit actiepunt lijkt echter nogal vaag, waarbij wij de volgende vragen hebben: 1. Wat is de doelstelling die met dit actiepunt bereikt wenst te worden? 2. Zijn er reeds concrete activiteiten ten aanzien van dit actiepunt geweest? 3. Zijn er nog activiteiten gepland? En zo ja, kunnen deze dan concreter worden benoemd in de activiteitenplanning? Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

6 In de landelijke raad van juni werd om meer aandacht voor de Roverscoutsgids gevraagd en dit actiepunt is verbreed naar meer aandacht voor alle nieuwe spelboeken, ten behoeve van de implementatie van het nieuwe spelaanbod. Hiervoor worden twee sporen gebruikt, namelijk: 1. Promotie: allerlei communicatieve uitingen en acties om de boeken onder de aandacht van onze leden te krijgen. 2. Implementatie van het vernieuwde spelaanbod: leden vanuit de inhoud benaderen en laten inzien wat de meerwaarde van de nieuwe boeken is. Op beide sporen zijn vanaf het verschijnen van de boeken verschillende acties uitgevoerd. Denk hierbij aan kortingsacties van de ScoutShop, advertenties en verwijzingen naar de boeken in allerlei media en de coaches van het project Groepsontwikkeling die de boeken onder de aandacht brengen. Naar aanleiding van de landelijke raad van juni zijn daarbij de volgende extra acties in gang gezet, waarvan een deel reeds gerealiseerd is: In de groepszending van september 2013 was er een flyer met producten gericht op installatie, waarbij op één zijde de boeken gepromoot werden. Er zijn meerdere foamborden gemaakt ter promotie van de boeken die op evenementen zoals de Scout-In gebruikt kunnen worden. Tijdens de Scout-In hadden de boeken een prominente plek in de ScoutShop. De Scoutsgidsen zijn getest door scouts voor een artikel in het Scouting Magazine (november 2013). In het najaar 2013 krijgt men een gratis cap bij de aanschaf van een gids. Deze actie wordt ook genoemd in de Sinterklaas-flyer (groepszending november) en in het Scouting Magazine. In het Scouting Magazine van november 2013 is een pagina besteed aan de kompassen en gidsen, gericht op zowel vrijwilligers als ouders. In de regiospelen van bevers, welpen en scouts wordt verwezen naar de kompassen van de betreffende leeftijdsgroepen. Vanaf de zomer is er een werkgroep roverscouts actief die onder andere een vernieuwde impuls gaat geven aan de Roverscoutsgame. Dit is tijdens de Scout-In goed gelukt, de verschillende exemplaren zijn opnieuw verdeeld over het land. Door de game te spelen, krijgen deelnemers een Roverscoutsgids. Een aantal modules (Scouting Academy) wordt geüpdatet waarbij (meer) verwijzingen naar de boeken opgenomen worden. Er wordt een verwijzing gemaakt naar de boeken in de online activiteitenbank ( Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

7 Agendapunt 7 Scouting in beweging - Groeistrategie 8. Regio Neder-Veluwe Er zijn al jaren projecten aan de gang van dezelfde strekking als deze waarbij mooie woorden elkaar opvolgen, we noemen het witte vlekkenplan project 2010 als voorbeeld. Wat is er uit de evaluatie van deze projecten naar voren gekomen waardoor deze projecten geen vruchten hebben afgeworpen en hoe gaan we dit project dus anders doen, zodat het wel werkt en we de doelen gaan halen? De laatste keer dat er structureel aandacht besteed is aan witte vlekken was halverwege de jaren '90. De resultaten van de analyses van het ledenverloop laten zien dat het oprichten van nieuwe groepen in die periode tot een stagnatie van de ledendaling leidde. Binnen het project 2010 richtte één van de deelprojecten zich op marketing en groei. Binnen dit deelproject is onder andere aandacht besteed aan de externe profilering van Scouting en de interne trots (100% scout). Het oprichten van nieuwe groepen was in dit project niet voorzien. Zoals in de notitie is aangegeven, is de groeistrategie geen nieuw verhaal, maar borduurt het voort op de reeds in gang gezette ontwikkeling. De vernieuwing van het spelaanbod en de start van Scouting Academy zijn hier onderdelen van. Vervolgens is met het programma Groepsontwikkeling ingezet op het investeren in bestaande groepen. Dit was nodig om de ledendaling bij groepen met een lage kwaliteit tegen te gaan en de eerste resultaten laten zien dat dit een positief effect heeft. Om de groeiambitie in het meerjarenbeleid te kunnen realiseren, is alleen het investeren in de kwaliteit van groepen onvoldoende. Om werkelijk tot groei over te kunnen gaan, is extra inzet nodig. Dit is de reden dat in de groeistrategie, mede door de input in de meningsvormende sessies van de landelijke raad, gekozen wordt voor een drieluik, waarbij naast kwaliteit, ook de vergroting van het marktaandeel en de branding belangrijke thema s zijn. Juist de mogelijkheden die cijfermatige analyses van onze ledendata onder andere uitgevoerd in samenwerking met Experian nu bieden, zullen we in staat zijn nog gerichter groepen te ondersteunen daar waar groeikansen het grootst zijn. Ervaringen in ons omringende landen, onder andere opgedaan tijdens een werkbezoek aan de Girl Guides en de Scout Association in de UK, laten zien dat de voorgestelde mix daar bijgedragen heeft aan groei. 9. Regio Neder-Veluwe Ons inziens hebben we te maken met twee grote problemen: lage instroom op de beverleeftijd en een leidingtekort bij de overige speltakken. Bij onze groepen komen deze twee punten duidelijk naar voren. Hoe gaan deze punten verholpen worden door dit project? Er wordt namelijk vooral gesproken over meer speltakken oprichten, hoe gaan we dat doen met te weinig leiding? Binnen de groeistrategie gaan we ons richten op drie bouwstenen. Binnen het vergroten van het marktaandeel zijn daarbij diverse maatregelen mogelijk (zie pagina 24 van de agenda), waarbij naast het oprichten van nieuwe speltakken ook het vinden van kaderleden is opgenomen. Binnen onder andere de Laat je uitdagen!-campagne wordt ook nu al ingezet op het bieden van tools aan groepen voor leden- en kaderwerving. 10. Regio Neder-Veluwe Als ik lees dat we in de groeistrategie veel gaan doen met de externe profilering, waarom wordt de ondersteuning van de mediascouts dan gestopt? Het klopt dat er het komende jaar veel meer ingezet wordt op de externe profilering. Daarbij zal ook zeker de inzet van mediascouts een rol spelen. Specifiek voor 2014 kiezen we er echter voor om geen verdere ontwikkelingen te doen binnen het team, maar om het door te laten lopen in dezelfde vorm als in Voor de toekomst hebben wij wel ideeën en wensen om het team verder te gaan uitbreiden, maar die zullen komend jaar nog niet gaan plaatsvinden. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

8 11. Regio Weert Er wordt weer een grootschalig nieuw project Scouting in beweging opgestart, wat een grote verwantschap heeft met het programma Groepsontwikkeling, zonder eerst de resultaten van het grootschalige programma Groepsontwikkeling af te wachten. Hierdoor vervalt de mogelijkheid om de focus op een juiste manier te bepalen, hetgeen mogelijk verspilling van kosten en energie met zich mee brengt. Onze regio verwacht dat de kosten voor Scouting in beweging voor 2014 uiteindelijk door het continueren van de tijdelijke verhoging van de contributie dienen te worden gecompenseerd. De landelijke raad dient zich nog uit te spreken over het al dan niet continueren van de tijdelijke verhoging van de contributiegelden. Waarom wordt nu al het project Scouting in beweging opgestart? Waarom niet wachten met het opstarten van het project Scouting in beweging totdat de evaluatie van het programma Groepsontwikkeling beschikbaar is? De groeistrategie Scouting in beweging is geen nieuw project (zoals bijvoorbeeld Groepsontwikkeling), maar is een strategische keuze die een aanscherping vormt van het vastgestelde meerjarenbeleid In het spoor van de groep. Hierdoor zijn we binnen de vereniging nog beter in staat om te focussen en in te zetten op groei, zodat meer kinderen de kans krijgen scout te worden. Zoals bij vraag 8 aangegeven, is juist het samenspel van factoren belangrijk bij groei, zoals ook blijkt uit ervaringen van de door ons omliggende landen. Uit de tekst mag blijken dat, naast het voortzetten van de aandacht voor de kwaliteit van de groep, het noodzakelijk is extra inspanning te verrichten voor het vergroten van ons marktaandeel en het versterken van ons merk. Tussentijdse analyses van de effecten van Groepsontwikkeling, laten al een voorzichtige groei bij risicogroepen zien, maar binnen de groeistrategie is het versterken van de groepen (al dan niet met behulp van de methode Groepsontwikkeling) slechts één van de bouwstenen. 12. Regio Noord-Holland Midden Wij vinden de doelstelling en opzet van de groeistrategie wel goed klinken, maar vragen ons sterk af hoe het financiële plaatje eruit ziet dat er uiteraard bij hoort. Dit zien wij in het hele stuk niet terug. In de begroting staan wel enkele bedragen genoemd betreffende groei, branding en marketing, maar is er een relatie tussen de groeistrategie en de bedragen die in de begroting genoemd worden? Welke financiële middelen zijn er nodig om deze mooie strategie tot uitwerking te brengen en hoe worden deze financiële middelen verkregen? Wij zitten eerlijk gezegd niet te wachten op nog een contributieverhoging. In de activiteitenplannen voor 2014 zijn de activiteiten voor 2014 opgenomen, inclusief de activiteiten die een bijdrage leveren aan de groeistrategie. Hierbij worden de activiteiten verdeeld over de drie bouwstenen van de groeistrategie en reguliere activiteiten. De bijbehorende begroting bevat een rubriek Activiteitenkosten. De begrote bedragen zijn verdeeld over programmateams die activiteiten uitvoeren en projectmatige werkzaamheden waarbij meerdere teams betrokken zijn. In de kruistabel hieronder is een overzicht gegeven hoe kosten die opgenomen zijn in de activiteitenbegroting zich verhouden tot de bouwstenen. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

9 13. Regio Neder-Veluwe Wat zijn de kosten die dit project met zich meebrengt? Zie het antwoord bij vraag Regio Weert Op welke wijze wordt het nieuwe project Scouting in beweging bekostigd voor 2014 en de jaren erop? Zoals bij vraag 11 aangegeven is Scouting in beweging geen project, maar een strategische keuze waarop de activiteiten van de vereniging gebaseerd zullen worden. Bij de activiteiten die we zullen ondernemen, zal de vraag Draagt dit bij aan groei? voortdurend gesteld dienen te worden. Er is daarom voor gekozen om ook de activiteitenplannen in te delen naar de drie bouwstenen van de groeistrategie, waarbij per activiteit is aangegeven welk onderdeel van de landelijke organisatie verantwoordelijk is voor de realisatie ervan. In de begroting is gekozen voor een toekenning van gelden aan de programmagroepen en deelprojecten bij de post Activiteitenkosten. In 2013 is al een begin gemaakt om in de begroting meer flexibele ruimte aan te brengen, onder andere door het kiezen voor een andere vorm van het Scouting Magazine, het snijden in een aantal uitgaven en het inzetten van de bijdrage van de VriendenLoterij. In de begroting 2013 zijn in de uitgaven bij Apparaatskosten diverse activiteiten opgenomen die met de vrijgekomen financiële ruimte bekostigd worden. In 2014 is er voor gekozen om de kosten voor het activiteitenplan apart weer te geven onder de noemer Activiteitenkosten. Financiering van de activiteiten die bijdragen aan groei (met uitzondering van het apart gefinancierde programma Groepsontwikkeling) vindt dus plaats vanuit de reguliere inkomsten inclusief de bijdrage van de VriendenLoterij. 15. Regio West-Brabant Inhoudelijk is het verhaal over groeistrategie enthousiast ontvangen in Regio West-Brabant. Met betrekking tot branding: hier wordt gesproken over een actief persbeleid. Wat houdt dit beleid in? Of moet dit nog geschreven worden? Het concrete beleid en de uitwerking worden nog verder uitgewerkt. De gedachte achter een actief persbeleid, is dat we zelf meer het voortouw nemen. In de afgelopen jaren was er met name sprake van een reactief persbeleid. We grepen kansen die op ons pad kwamen zoveel mogelijk aan, maar er was weinig ruimte (in bemensing en budget) om dit verder uit te bouwen. De komende jaren blijven wij uiteraard kansen grijpen (reactief), maar gaan we meer investeren in het creëren van kansen om de positionering van Scouting over het voetlicht te brengen (pro-actief). 16. Regio West-Brabant De Laat je uitdagen!-campagne is intern bekend, maar hoe dit actief naar buiten toe uitgedragen kan worden, wordt nog als moeilijk ervaren. Komt er bijvoorbeeld een (digitale) flyer/brochure voor groepen met tips om free publicity te krijgen? De Laat je uitdagen!-campagne is met name bedoeld om werving te ondersteunen. Op staan al diverse tips hoe je de materialen uit de campagne als groep kunt gebruiken. Daarnaast is sinds september van dit jaar de ondersteuning van de contactpersonen communicatie bij groepen weer actief opgepakt. Daar zien we nu al goede resultaten op het gebied van free publicity op lokaal niveau (de standaard invulpersberichten worden bijvoorbeeld zeer actief gebruikt door groepen). Met name voor deze vrijwilligers zullen komend jaar diverse zaken worden aangeboden om als Scoutinggroep in de lokale pers meer zichtbaar te worden. Nog niet alle groepen hebben een contactpersoon communicatie geregistreerd, dus hierbij direct een oproep aan regio s om groepen te stimuleren om iemand van de groep aan te melden als contactpersoon communicatie om zo gezamenlijk Scouting nog meer op de kaart te zetten. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

10 17. Regio Noord-Holland Midden Wat is de rol van de regio-ondersteuners in de groeistrategie? Een mooi stuk, maar concreet wordt er niet aangegeven wie de taken op zich gaan nemen. In de notitie is aangegeven dat de verdere uitwerking plaats zal vinden na het vaststellen van de groeistrategie. Het team regiosupport zal, zoals aangegeven op pagina 26 van de agenda, de horizontale ondersteuning van regio s en regiobesturen blijven doen. 18. Regio Rond de Rotte Deze groeistrategie straalt wat ons betreft ambitie en positiviteit uit. Wat we missen in de plannen, is een SMART-benadering van de problematiek. Kunt u ons vertellen wat de volgordelijkheid van bijbehorende acties is? In het activiteitenplan zijn de diverse activiteiten opgenomen die bijdragen aan groei. Deze zullen in een aantal parallelle trajecten uitgevoerd worden, waarbij de diverse landelijke teams in wisselende samenstelling betrokken zijn. Rondom het versterken van de kwaliteit (zie pagina 23, punt 1 van de agenda) en de vergroting van het marktaandeel (zie pagina 24) zullen pilotprojecten uitgevoerd worden om na te gaan wat de meest geëigende werkwijze zal zijn. Parallel zullen de activiteiten van branding plaatsvinden. Binnen het landelijk managementteam wordt de voortgang en afstemming van de diverse plannen gemonitord. 19. Regio Rond de Rotte Het uiteindelijke doel van deze strategie is groeien in ledenaantal. Maar in het stuk staan geen meetbare ledenaantallen. Hoeveel leden moet deze strategie de komende jaren opleveren? Het landelijk bestuur beoogt met de vaststelling van de groeistrategie de instemming van de landelijke raad met de voorgestelde richting. Een verdere uitwerking van de deelactiviteiten en het SMART formuleren van beoogde resultaten zal behoren tot één van de vervolgstappen. 20. Regio Rond de Rotte In het bijgevoegde stuk is te lezen dat we in eerste instantie inzetten op het vergroten van het marktaandeel binnen de doelgroepen waar onze huidige leden vandaan komen (zie pagina 24 van de agenda). Kunt u vertellen wie en wat deze doelgroepen zijn? Veel nieuwe scouts komen binnen via vriendjes en vriendinnetjes dus als we weten wie onze huidige leden zijn, krijgen we ook beter inzicht hoe we potentiële leden moeten benaderen. Om een goed inzicht te krijgen in onze huidige doelgroepen, heeft Scouting Experian opdracht gegeven om het profiel van onze jeugdleden en vrijwilligers in kaart te brengen. Tijdens de landelijke raad zullen zij een presentatie verzorgen waarin de verschillende doelgroepen zichtbaar gemaakt worden en waarin ook zal blijken welke verschillen er zijn. 21. Regio Rond de Rotte Wat gaat u doen om in de grootstedelijke gebieden allochtone jeugd enthousiast te maken voor Scouting? Voorlopig kiest het bestuur ervoor niets specifieks te doen om allochtone jeugd in de grootstedelijke gebieden te benaderen. We kiezen er bewust voor om eerst in te zetten op het uitbreiden vanuit de bestaande succesvolle doelgroepen, omdat daar nog veel groeipotentie zit en het volgens Experian ook gemakkelijker is om je groep uit te breiden met leden uit eenzelfde doelgroep. Het aantrekken van nieuwe doelgroepen vraagt een andere benadering. Dit kost veel geld, tijd en energie om goed uit te werken. Ervaringen uit het verleden laten zien dat de slagingskans waarschijnlijk laag is. Vanuit onze missie sluiten we niet uit dat we ons in de toekomst op deze doelgroep zullen richten. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

11 22. Regio Rond de Rotte In een aantal landen om ons heen is Scouting mateloos populair (bijvoorbeeld in België en in de UK). Weten we waarom Scouting in deze (en andere) landen wel weet te groeien? We hebben als landelijke organisatie veelvuldig contact met landen om ons heen en volgen daar de ontwikkelingen. In het voorjaar heeft een delegatie ook een werkbezoek gebracht aan de UK om te leren van hun proces. We zien dat landen om ons heen deels eenzelfde ontwikkeling doormaken als Scouting Nederland waarbij in eerste instantie ook sprake was van een daling van het aantal leden om diverse redenen. In tegenstelling tot ons omringende landen is Scouting Nederland, door de aanwezigheid van een centrale ledendatabase, in staat nog nauwkeuriger aan te geven waar de daling vandaan komt. De ervaringen van landen hoe de daling omgebogen wordt naar groei, zijn waar mogelijk meegenomen in de groeistrategie. We constateren echter ook dat er grote culturele en historische verschillen zijn tussen de diverse landen. In België bijvoorbeeld, is het jeugdwerk in het algemeen veel populairder dan in andere landen in Europa. 23. Regio Rond de Rotte Als we weten waarom Scouting in een aantal andere landen wel weet te groeien, maken we dan gebruik van deze kennis in onze groeistrategie? Er is niet één specifiek element dat zorgt voor de groei, maar het gaat om een samenspel van factoren. Dit is in de groeistrategie ook terug te vinden. Niet alleen de inzet op vergroten van kwaliteit, het aanboren van de markt of het versterken van de naam, maar het totaal zorgt voor groei. Dit wordt versterkt door het actief uitdragen van onze trots en onze positieve houding om groei te realiseren. Dit inzicht is mede tot stand gekomen door het gebruik van kennis van onze buurlanden. Om werkelijk te groeien, is focus nodig. Bij alles moet de vraag gesteld worden: Draagt dit bij aan groei? Dit is bij het opstellen van de activiteitenplannen voor 2014 gedaan en dit willen we in de toekomst blijven doen. Dit zal ook betekenen dat er keuzes gemaakt moeten worden. Groei vergt een lange adem en het consistent doorzetten van de ingeslagen weg. Ook in Nederland zijn we al langer met groei bezig en de voorgestelde groeistrategie is eerder een verfijning van het vastgestelde meerjarenbeleid dan een compleet nieuwe richting. 24. Regio Rond de Rotte Als we nog niet weten waarom Scouting in een aantal andere landen wel weet te groeien, is het dan mogelijk dit te onderzoeken en te analyseren? Zie het antwoord op vraag 22 en Regio Zeeland Kan het bestuur ons meer inzicht geven in wat men in de stukken branding noemt? Wat gaat branding kosten de komende jaren? Voor 2014 zijn de kosten opgenomen in de begroting. Zie het antwoord op vraag Regio Zeeland Wat gaat de branding opleveren? Kunt u met ons de SMART-doelstelling delen? Het lijkt ons goed als er een haalbare doelstelling komt, die meetbaar is en die binnen twee à drie jaar de eerste meetbare resultaten oplevert. De doelstelling van de branding is het vergroten van de inhoudelijke naamsbekendheid van Scouting met de positionering die gericht is op groei meer mensen weten dat Scouting staat voor persoonlijkheidsontwikkeling. Er is voor gekozen om dit niet SMART te formuleren, omdat dit inhoudt dat het onder andere meetbaar moet zijn en we op dit moment geen investeringen willen doen in onderzoek hiernaar. Wel zal worden gemonitord wat het actieve persbeleid bijvoorbeeld oplevert. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

12 27. Regio Zeeland Wie gaan we benaderen met branding? Bij branding werken we met verschillende doelgroepen. Intern (binnen Scouting) hebben we als doel om scouts en groepen actief te betrekken bij het uitdragen van de positionering van persoonlijkheidsontwikkeling. Extern richten we ons op diverse doelgroepen zoals potentiële leden en hun ouders, potentiële vrijwilligers en mogelijke partners, sponsoren en overheden. 28. Regio Zeeland Op welke wijze gaan we dit doen? Welke methodiek? Het concrete beleid en de uitwerking worden nog verder uitgewerkt. Zie ook het antwoord op vraag Regio Zeeland En daarna? Met de huidige uitgezette lijnen voor de groeistrategie gaan we overduidelijk voor de snelle winst. Hier is op zich niks mis mee. Maar moeten we als vereniging niet ook verder kijken dan de komende jaren? Kan het bestuur aangeven wanneer er op dit gebied een meerjarenplanning gemaakt wordt? De groeistrategie is een plan voor tien jaar. Dit is een bewuste keuze (ook op basis van ervaringen van andere Scoutingorganisaties in het buitenland), waarin we de komende jaren gaan focussen op groei bij bestaande doelgroepen en bestaande groepen. Daarbij is zeker ook nagedacht over het benaderen van andere doelgroepen op langere termijn, maar dat is verder nog niet concreet uitgewerkt. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

13 Agendapunt 8 Evaluatie systeem van waarderingstekens 30. Regio Rond de Rotte In het licht van deze evaluatie vraagt de regio zich af of het mogelijk is om een element toe te voegen aan het waarderingssysteem. Wij zouden het van toegevoegde waarde vinden als jeugdleden die iets uitzonderlijks hebben gepresteerd ook een teken van waardering zouden kunnen ontvangen. Is dit mogelijk? Kunnen we dit meenemen in de komende evaluatie? Het landelijk bestuur neemt de suggestie mee in de evaluatie. De huidige systematiek kent voor jeugdleden al het Teken van moed als waardering voor een uitzonderlijke prestatie, maar uit de vraag maakt het landelijk bestuur op dat Regio Rond de Rotte graag ziet dat ook voor andere prestaties een waardering mogelijk zou moeten zijn. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

14 Agendapunt 9 Herziening statuten Scouting Nederland 31. Regio Klein Gelderland Regio Klein Gelderland vraagt het landelijk bestuur in hoeverre het besluit van het landelijk bestuur om de door de landelijke raad in 2012 vastgestelde statuten niet te laten verlijden door de notaris, een rechtsgeldig besluit is van het landelijk bestuur. In hoeverre is het landelijk bestuur bevoegd besluiten van de landelijke raad naast zich neer te leggen? Ons inziens heeft het bestuur deze bevoegdheid namelijk niet. Tenzij het bestuur de procedure als in artikel 89 van het huishoudelijk reglement wil starten. Uitgangspunt is dat besluiten van de landelijke raad uitgevoerd worden. Het landelijk bestuur is verantwoordelijk voor de uitvoering van het beleid. Over de wijze van uitvoeren kan het bestuur besluiten nemen. Het bestuur meent het verlijden van de statuten nog niet uit te moeten voeren vanwege de problemen in het rechtsverkeer voor de vereniging die hierdoor zouden ontstaan. Deze onvolkomenheden in de statuten werden helaas pas na behandeling in de landelijke raad bekend. Door het verlijden uit te stellen, is het mogelijk de tekst aan te passen zodat deze gevolgen niet optreden. Zie hiervoor ook pagina 28 van de agenda van de landelijke raad. Het bestuur handelt daarmee vanuit haar bestuurlijke verantwoordelijkheid. Het landelijk bestuur stelt bovendien de landelijke raad via agendering in de gelegenheid hierop te reageren en hierover met het landelijk bestuur van gedachten te wisselen. 32. Regio Klein Gelderland Het huishoudelijk reglement stelt dat de landelijke raad het hoogste orgaan is binnen de vereniging en niet het landelijk bestuur. In hoeverre heeft het bestuur hier in strijd gehandeld met het huishoudelijk reglement door een besluit van de landelijke raad niet uit te voeren en ons daar pas ruim een jaar later over te informeren? In de loop van het eerste half jaar van 2013 zijn voorbereidende handelingen uitgevoerd in samenwerking met de notaris. In dat stadium zijn de bedoelde aspecten en de eventuele gevolgen naar voren gekomen en werd nagegaan hoe deze eventueel konden worden ondervangen. De besluitvorming hierover heeft plaatsgevonden in dezelfde periode als de voorbereidingen van de landelijke raad, waarna het informeren hierover meteen is meegenomen met de stukken van de landelijke raad. 33. Regio Klein Gelderland Wanneer is het landelijk bestuur door de notaris op de hoogte gesteld van het conflict in de statuten en wanneer heeft het bestuur besloten het besluit van de landelijke raad niet uit te voeren? Het is lastig onze taak uit te voeren als omschreven in artikel 78 lid 1b ( Het controleren van de uitvoering van het beleid van Scouting Nederland ) wanneer het landelijk bestuur ons niet direct informeert over besluiten met een zeer groot belang bij het uitvoeren van het beleid van Scouting Nederland. Zie het antwoord op vraag Regio Eindhoven Kan het landelijk bestuur uitleg geven hoe het heeft kunnen gebeuren dat in een vereniging als Scouting Nederland statuten zijn goedgekeurd waarmee (onbedoelde) ongewenste effecten zouden optreden? In 2012 ging het alleen om een kleine wijziging in een tekst die al in 2006 is goedgekeurd. Dat het nodig blijkt de gehele tekst nog eens te herzien, komt voort uit voortschrijdend inzicht tezamen met de input van de voor de afronding aangetrokken notaris. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

15 35. Regio Eindhoven Wat kunnen we procedureel anders inrichten binnen de vereniging om dergelijke vergissingen in de toekomst te voorkomen? Voorstel is om zowel betrokkenheid van de notaris als de goedkeuring van de wereldbonden voorafgaand aan het besluit van de landelijke raad plaats te laten vinden. Daarbij bestaat wel het risico dat deze goedkeuring nogmaals gevraagd moet worden, indien de voorliggende tekst toch nog door de landelijke raad wordt gewijzigd. 36. Regio Zeeland In 2006 zijn de herziene statuten goedgekeurd door de raad, maar niet doorgevoerd. Daarna zijn deze in 2012 nogmaals aangepast en goedgekeurd. Naar nu blijkt zijn deze echter niet gepasseerd. Het bestuur geeft aan ze pas in juni 2014 bij ons terug aan te bieden. Waarom zijn de statuten niet ter controle naar een notaris gegaan vóór de raad van juni 2012, zeker gezien de lange looptijd hiervan en de opgedane ervaringen hiermee? In 2006 is een tekst vastgesteld door de landelijke raad, waarvoor slechts nog goedkeuring nodig was van de wereldbonden. Ter afronding van het in 2006 genomen besluit is een door de wereldbond gevraagde wijziging nog voorgelegd aan de landelijke raad. Een inhoudelijke toets is in de afrondingsfase van dit proces niet meer aan de orde. 37. Regio Zeeland Waarom worden de statuten niet voor de vergadering van december 2013 aangeboden, en wordt dit weer uitgesteld naar juni 2014? Nu de inhoudelijke toets wel plaatsvindt, vindt het landelijk bestuur het belangrijk om ook recente ontwikkelingen rondom interne processen direct mee te nemen, zoals de uitkomsten van de genoemde audit. Dit om te voorkomen dat op zeer korte termijn mogelijk opnieuw een statutenwijziging aan de orde zou zijn. Het bleek in dit kader niet haalbaar om de tekst van de statuten voorafgaand aan de landelijke raad van december 2013 gereed te hebben. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

16 Agendapunt 10 Voortgangsrapportage speerpunten MJB Regio Weert T.a.v. Groepsontwikkeling: op welke wijze gaat de evaluatie van Groepsontwikkeling plaatsvinden? De evaluatie van Groepsontwikkeling zal plaatsvinden in het voorjaar, waarbij de resultaten gepresenteerd worden op de landelijke raad in juni De evaluatie wordt opgebouwd uit een resultaat onderzoek o.b.v. de 0-scan, resultaatanalyses op het programma Groepsontwikkeling en de nevenproducten die daaruit zijn ontstaan. 39. Regio West Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: het aantal deelnemende groepen blijft achter bij de prognose. Wordt er verwacht dat het programma langer zal moeten doorlopen dan gepland om alle groepen toch aan bod te laten komen? Welke gevolgen heeft dit voor de tijdelijke contributieverhoging? De indruk bestaat niet dat een langere looptijd leidt tot een grotere deelname van groepen. Daarnaast hecht het landelijk bestuur er aan vast te houden aan de geplande looptijd van het project en de daarmee samenhangende contributieverhoging. 40. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: het gemiddeld aantal uren per coachingstraject valt hoger uit dan in de projectbegroting was voorzien. Het programma is dus duurder dan begroot. Betekent dit dat er in totaal minder groepen gecoacht kunnen worden? Of wil Scouting Nederland hier meer geld voor uittrekken (bijvoorbeeld door de contributieverhoging na 2015 niet terug te draaien, maar te verlengen) om toch iedere groep aan bod te laten komen? Het gemiddeld aantal uren voor het coachen zelf valt niet hoger uit, maar coaches zijn meer tijd kwijt om groepen/besturen te benaderen en te overtuigen dat het programma zinvol is om aan mee te doen. De indruk bestaat dat niet alle groepen mee willen doen aan het programma, bijvoorbeeld omdat de light-scan is gedaan of omdat groepen het nut van Groepsontwikkeling niet zien. Dit zal inderdaad betekenen dat er minder groepen gecoacht zullen worden. Het uittrekken van meer geld om de meerkosten van de inzet van coaches te dekken, lijkt niet nodig en kan opgevangen worden door het lagere aantal groepen dat mee doet. In de rapportage aan de landelijke raad van juni 2014 zullen op basis van de evaluatie van actuele gegevens voorstellen worden gedaan. 41. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: de uren die seniorcoaches niet invullen wegens het achterblijven van deelnemende groepen, worden nu ingezet voor nazorg aan reeds deelnemende groepen. Nog een factor die het traject per groep duurder maakt. Het budget voor Groepsontwikkeling is straks in 2015 gewoon op, terwijl minder groepen dan verwacht hier gebruik van hebben kunnen maken. Het nazorgtraject heeft dan immers uren gekost. Wie heeft de opdracht gegeven aan de seniorcoaches om dit op te pakken? Mede op basis van de ervaringen binnen het traject Groepsontwikkeling, en op verzoek van de deelnemende groepen en coaches, is de methodiek Groepsontwikkeling doorontwikkeld door het toevoegen van een nazorgtraject. In de initiële plannen was hierin ook voorzien, maar werd ernaar gestreefd dat de regio deze taak op zou pakken. In de voortgangsrapportages is hierover ook aan de landelijke raad gerapporteerd. De keus om seniorcoaches voor deze activiteiten in te zetten, is door Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

17 het programma Groepsontwikkeling in samenwerking en afspraak met het landelijk bestuur en de evaluatiecommissie van de landelijke raad gemaakt. Het achterblijven van het aantal groepen betekent niet dat het landelijk bestuur hierin berust. Er worden meerdere methoden uitgewerkt om alsnog de beoogde aantal groepen op te nemen in het project (bijvoorbeeld rechtstreekse benadering van besturen/leiding van groepen, samenwerking tussen groepen en ketenmodellen van groepscoaches bij het ontbreken van functionerende regio s). Voor het uitwerken van deze methoden is echter ook inzet van seniorcoaches noodzakelijk. In juni 2014 volgt met de evaluatie een voorstel of en op welke wijze de methodiek Groepsontwikkeling gecontinueerd kan worden. 42. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: de seniorcoaches werken nu aan zaken die niet bij de oorspronkelijke opdracht horen en dus niet begroot zijn. Hoe wordt dit financieel verantwoord? Eigenlijk zouden zij nu gewoon minder uren moeten maken om later in het traject uren over te houden voor als er meer aanmeldingen komen. Want nu heb je de pioniers en straks komt de rest. Bij het opstellen van de projectbegroting in december 2010, is uitgegaan van de op dat moment beschikbare kennis en ervaringen. Er was voorzien dat het nodig zou zijn gaande het project bij te stellen, waarbij de beschikbare middelen een helder kader vormen. De afgelopen drie jaar is zowel de landelijke raad als de evaluatiecommissie door middel van de voortgangsrapportages op de hoogte gebracht van gemaakte keuzes en wijzigingen. 43. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: wat gebeurt er met die nazorg als straks het muntje valt bij de groepen en er ineens wel massaal aanmeldingen voor Groepsontwikkeling binnen komen? De opdracht van de seniorcoaches ligt bij fase I, maar de nazorg kan dan natuurlijk niet gestaakt worden. Is er ruimte in het budget voor deze mogelijke wending? Zoals in voorgaande vragen aangegeven, wordt op dit moment al werk gemaakt van het benaderen van groepen die nog niet meedoen aan het programma Groepsontwikkeling en wordt nagegaan of andere vormen groepen kunnen bewegen hun kwaliteit te verbeteren. Massale aanvragen worden op basis van de contacten met groepen en regio s niet verwacht. Zoals aangegeven in vraag 41 was nazorg (maar bijvoorbeeld ook het streven naar continuering van de methodiek Groepsontwikkeling) ook bij de start van het project al onderdeel. Er is indertijd onder andere aangegeven dat gestreefd werd naar het stapsgewijs inzetten van vrijwillige seniorcoaches om beroepsmatige seniorcoaches bij beëindiging van het project te kunnen vervangen en dat gestreefd werd naar het versterken van de rol van regio s bij het begeleiden van de groepen. 44. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: wij beseffen in de regio dat er belangrijk werk voor de risicogroepen gedaan wordt en zijn verheugd over de positieve resultaten voor de groepen zelf, maar we maken ons zorgen over de kosten. Levert het gezonder maken van risicogroepen net zoveel of meer leden op dan het helpen werven van nieuwe leden bij florerende groepen? Er kan ook andersom geredeneerd worden: waarom net zoveel investeren in Groepsontwikkeling voor florerende groepen, als voor risicogroepen? Moet het geld (de beroepskrachten) niet daar ingezet worden waar het het hardst nodig is? Dank voor de constatering dat er belangrijk werk voor de risicogroepen wordt gedaan. Bij de start van Groepsontwikkeling is bewust gekozen voor het in eerste instantie inzetten op risicogroepen, omdat daar ook de risicofactor groot was. Het is nooit de bedoeling van het project geweest om zich ook tot die groepen te beperken. In de looptijd van Groepsontwikkeling zijn daarom ook florerende groepen ingestroomd en zijn ook groepen met scouts met een beperking toegevoegd. Groepsontwikkeling is een proces dat ook bij florerende groepen zeer effectief is en bij kan dragen aan een gezonde en Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december

18 sterke vereniging. Daarnaast hebben florerende groepen met kennis van Groepsontwikkeling een voorbeeldfunctie voor andere groepen en kunnen zij ook risicogroepen ondersteunen. Daarmee worden juist de beroepskrachten ontlast en kunnen zij sterker inzetten op het acquireren van risicogroepen en het activeren van regiobesturen daarbij. 45. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: zijn er bij andere verenigingen (bijvoorbeeld Jong Nederland) en/of andere landen vergelijkbare trajecten? Zo ja, kunnen wij hiervan leren? Ook bij andere verenigingen wordt gewerkt aan ledenbehoud en -werving. Het project Groepsontwikkeling is echter uniek in Nederland (en Europa). Het zijn eerder andere organisaties (bijvoorbeeld IVN) die ons als voorbeeld gebruiken voor het ondersteunen van lokale verenigingen. Waar aanwezig worden positieve ervaringen van andere maatschappelijke organisaties natuurlijk wel gebruikt. 46. Regio West-Brabant T.a.v. Groepsontwikkeling: Scouting Markiezaatsgroep uit Bergen op Zoom geeft aan dat als men besluit om een nieuwe contributieverhoging door te voeren voor Groepsontwikkeling, zij hierin niet mee zal gaan. De landelijke raad stelt jaarlijks de begroting en daarmee de hoogte van de verenigingscontributie vast. Wij zien hierin geen vraag van de Regio West-Brabant die wij kunnen beantwoorden. 47. Regio Zeeland T.a.v. Spel, waterwerkinsignes: in het verslag word aangehaald dat er een waterscoutsteam is gestart en weer gestopt. In het verslag wordt geen melding gemaakt over de vervolgplannen hierbij. Graag vernemen we op welke wijze, en op welke termijn, hier alsnog uitvoering aan gegeven wordt. De reden dat er gestopt is, is omdat er geen vrijwilligers (meer) zijn voor deze klus en we ons inmiddels begonnen af te vragen of er überhaupt wel behoefte aan waterwerkinsignes is. Gedurende het gehele project spelvisie en -methode is het, ondanks verschillende pogingen, namelijk beperkt gelukt om leden vanuit het waterwerk betrokken te krijgen bij de ontwikkeling van het spelaanbod. Voor de waterwerkinsignes is een aantal vrijwilligers wel enthousiast gestart, maar zijn zij om verschillende redenen ook weer gestopt. Er zijn echter wel enthousiaste waterwerkvrijwilligers nodig om de insignes te ontwikkelen, aangezien er in de programmagroep Spel nauwelijks vrijwilligers zitten met een waterwerkachtergrond. Tijdens Scout-In13 kwam wel een duidelijke behoefte vanuit waterwerkgroepen naar voren voor meer handvatten om het nieuwe spelaanbod in de eigen groep te kunnen toepassen. Dit heeft ertoe geleid dat binnen de programmagroep Spel momenteel gezocht wordt naar een manier waarop in 2014 aan deze behoefte tegemoet kan worden gekomen. De activiteitenplannen waren echter al voor de Scout- In geschreven, vandaar dat hierover niets terug te vinden is. 48. Regio Hollands Midden T.a.v. Scouting Academy: in de agenda van de komende landelijke raad staat bij punt 10.4 Voortgangsrapportage programmagroep Scouting Academy de tekst: Deze rapportage is gebaseerd op de programmaopdracht zoals die in september 2011 door het landelijk bestuur is vastgesteld en het activiteitenplan.... Het is ons helaas niet gelukt om de programmaopdracht zoals die door het landelijk bestuur is vastgesteld' te achterhalen, waardoor het erg lastig wordt om de voortgangsrapportage beleidsmatig te controleren. Graag zouden wij inzicht hebben in de hier voor bedoelde programmaopdracht. De programmaopdracht is een uitwerking van het vastgestelde meerjarenbeleid In het spoor van de groep, specifiek voor Scouting Academy. Aan de landelijke raad wordt gevraagd om de voortgang beleidsmatig aan het meerjarenbeleid te toetsen. Vragen en reacties van de regio s Landelijke raad 14 december