PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Transcriptie

1 PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN Vergadering van 26 september 2013 Verslag van de deputatie Bevoegd deputatielid: Inga Verhaert Telefoon: Agenda nr. 5/2 Autonoom Provinciebedrijf Plantijn Hogeschool van de Provincie Antwerpen. Jaarrekening 2012 en jaarverslag. Kennisneming. Het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap bepaalt in artikel 233 en volgende dat de Vlaamse Gemeenschap met jaarlijkse uitkeringen bijdraagt in de financiering van de werking van de hogescholen en legt de hogeschool een volledige boekhouding op. Tevens is het hogeschoolbestuur verplicht elk jaar bij de Vlaamse regering een jaarrekening over het voorgaande begrotingsjaar ter goedkeuring in te dienen, na voorlegging van de boekhouding en de rekeningen aan een bedrijfsrevisor. Bij de jaarrekening dient een jaarverslag te worden gevoegd. Zoals blijkt uit de volgende artikelen is het hogeschoolbestuur in dit geval de raad van bestuur. De boekhouding van de Plantijn Hogeschool wordt gevoerd en de jaarrekening is opgesteld overeenkomstig het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 2007 betreffende de algemene boekhouding, de jaarrekening en het rekeningstelsel voor de hogescholen. Luidens de artikelen 30 en 31 van de statuten van het autonoom provinciebedrijf Plantijn Hogeschool van de Provincie Antwerpen maakt de raad van bestuur de jaarrekening en het jaarverslag op en doet hiervan mededeling aan de provincieraad. Hij moet aan de provincieraad ook het verslag van het college van commissarissen, dit zijn de bedrijfsrevisor en de twee commissarissenprovincieraadsleden, meedelen. Volgens artikel 12 van de statuten van het autonoom provinciebedrijf stelt de raad van bestuur jaarlijks een activiteitenverslag op. Dit laatste komt overeen met het decretaal opgelegde jaarverslag; de jaarrekening maakt er deel van uit. De raad van bestuur deelt het activiteitenverslag en het verslag van de commissarissen mee aan de provincieraad. Zoals reeds eerder aangekondigd (Beslissing directiecomité nr. BEHE : opstellen jaarrekeningen jaarverslag 2012 d.d. 23/04/2013) werden de jaarrekening 2012 en het jaarverslag besproken in de verschillende raden en organen van de hogeschool. Op 07 mei had een informatieve bespreking plaats voor de geïnteresseerde leden van het hogeschoolonderhandelingscomité (HOC), de academische raad (AR) en de hogeschoolstudentenraad (HSR). Op 23 mei 2013 werden jaarrekening en jaarverslag op de agenda geplaatst van het HOC: ter informatie. Het HOC heeft hiervan kennis genomen. Op 17 mei geeft de AR, waarin de HSR vertegenwoordigd is, een positief advies.

2 De voorgelegde documenten van jaarrekening en jaarverslag werden gunstig geadviseerd door het directiecomité op 21 mei 2013 en goedgekeurd door de raad van bestuur op 29 mei De statuten bepalen in de artikelen 30 en 36 dat het toezicht op de financiële toestand en op de jaarrekeningen van de autonome provinciebedrijven wordt opgedragen aan een college van drie commissarissen die door de provincieraad worden gekozen buiten de raad van bestuur van het provinciebedrijf en onder wie ten minste één lid is van het instituut der bedrijfsrevisoren. Met uitzondering van deze laatste zijn de leden van het college van commissarissen allen lid van de provincieraad. De commissarissen brengen verslag uit over de uitvoering van de controleopdracht die hen werd toevertrouwd. Als bijlage bij het verslag van het college van commissarissen is een afzonderlijk verslag van de commissaris-bedrijfsrevisor gevoegd dat o.a. verklaringen bevat die enkel door hem als bedrijfsrevisor mogen worden afgelegd. De commissaris-bedrijfsrevisor geeft een verklaring over de jaarrekening zonder voorbehoud. De commissarissen hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekening, opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de hogeschool, over het boekjaar 2012, afgesloten op 31 december 2012, met een balanstotaal van EUR en waarvan de resultatenrekening afsluit met een overschot van het boekjaar van EUR. De commissaris-bedrijfsrevisor heeft, zoals vermeld in zijn afzonderlijk verslag, eveneens de bijkomende specifieke controles uitgevoerd die door het decreet en het Instituut der Bedrijfsrevisoren zijn vereist. Naar het oordeel van de commissarissen geeft de jaarrekening, afgesloten op 31 december 2012, een getrouw beeld van het vermogen, van de financiële toestand en van de resultaten van de hogeschool, in overeenstemming met de toepasselijke, decretale en statutaire voorschriften. Het integrale jaarverslag geeft uitgebreid de beleidsdoelstellingen weer die de Plantijn Hogeschool in realiseerde op vlak van onderwijs, personeel en financieel beleid. Het aanbod van opleidingen bleef in stabiel. Het studentenaantal ging met tien procent omhoog tegenover het jaar voordien (van 3594 naar 3988 volgens cijfers van begin oktober). Op onderwijskundig vlak streefde de hogeschool de volgende beleidsdoelen na: Investeren in nieuwe opleidingen en leertrajecten om beter in te spelen op maatschappelijke noden Werken aan opleidingen op maat om in te spelen op het steeds meer gedifferentieerde studentenpubliek Transparante, heldere studie-info en interne communicatie Het versterken van de studentenparticipatie Ondersteunen van leren van studenten en focussen op tutorprojecten, mentorprojecten en talentontwikkeling zodat studenten kunnen uitgroeien tot sterke persoonlijkheden In het departement Wetenschap en Techniek werden twee nieuwe opleidingen voorbereid en ontwikkeld: de professionele bacheloropleiding in het Energiemanagement en de professionele bacheloropleiding in de Integrale Veiligheid. Bij deze voorbereiding hoorde onder meer het hele proces van dossieraanmaak en aanvragen bij de Erkenningscommissie en de Toets Nieuwe

3 opleiding bij het NVAO (Nederlands Vlaams Accreditatie Orgaan) met inbegrip van een visitatiebezoek. De ontwikkeling van de opleiding Integrale Veiligheid gebeurde binnen het project Verbonden in Veiligheid, in samenwerking met onder meer Universiteit Antwerpen die een masteropleiding Veiligheidswetenschappen ontwikkelde. Beide opleidingen werden heel praktijkgericht uitgebouwd vanuit een bewuste keuze voor competentiegericht onderwijs waarbij doen en leren centraal staan. Na goedkeuring door de Erkenningscommissie en een positief resultaat bij de Toets Nieuwe Opleiding, konden beide opleidingen ook effectief starten in september Voor de opleiding Bedrijfsmanagement Rechtspraktijk werd gewerkt aan de ontwikkeling van een nieuw leertraject: Crime & Justice. Dit leertraject is er op gericht de competenties te bevorderen die eigen zijn aan de typische juridische beroepen, alsook politie en parket en beoogt tevens een brug te slaan tussen de professionele bachelor Bedrijfsmanagement Rechtspraktijk en de Master Rechten door een aantal opleidingsonderdelen van het schakelprogramma rechten te integreren in het laatste jaar van de professionele bachelor. In alle departementen werden verdere inspanningen geleverd om in de opleidingsprogramma s differentiaties in te bouwen die rekening houden met de vooropleiding van studenten. Het departement SAW (Sociaal-agogisch werk) werkte aan de uitbouw van een volledig vernieuwd curriculum voor de bachelor in de orthopedagogie, waarvan het eerste modelpakket ondertussen startte (september 2012). De hogeschool wil kandidaat-studenten zo goed mogelijk informeren over de inhoud van de opleidingen, de vereiste startcompetenties, de aanpak binnen de opleidingen, de tewerkstellingsmogelijkheden en doorstroommogelijkheden naar andere opleidingen. Zo zorgt ze er mee voor dat kandidaat-studenten een goede studiekeuze maken en een goede start nemen in het hoger onderwijs. Ook voor de reeds aanwezige studenten werd de studie-info aangepast om hen zo goed mogelijk de weg te wijzen naar het ondersteuningsaanbod en naar alle faciliteiten die de hogeschool biedt. De hogeschool zorgt voor begeleiding bij inspraak van studenten. De studentencoach begeleidt de verkozen studenten in de verschillende raden. Zij is ondersteunend aanwezig bij alle vergaderingen van de hogeschoolstudentenraad. In de departementen wordt de participatie van studenten op verschillende manieren bevorderd: bijvoorbeeld door het werken met klasvertegenwoordigers, door het geven van inspraak via enquêtes en door de deelname van studenten aan de departementale raad. De studentenbegeleiding richt haar acties op studiebegeleiding, psychosociale eerstelijnsbegeleiding, begeleiding bij bijzondere faciliteiten en studieadvies. Een bijlage bij het jaarverslag gaat in het bijzonder in op alle mogelijke initiatieven van eerstejaarsbegeleiding. Alle opleidingen kunnen het Lemo-feedbackinstrument inzetten voor hun studenten. Deze vragenlijst geeft studenten via een webgebaseerd online systeem onmiddellijke en gepersonaliseerde feedback over hun leercompetenties en motivatiekenmerken met tips om er deze verder te ontwikkelen. Alle departementen nemen initiatieven ter ondersteuning van het leren van studenten: In het departement Bedrijfsmanagement gaat het dan o.m. over sessies taalcoaching (voor Engels, Duits en Nederlands), een stoomcursus Frans voor aanvang van het academiejaar en bijspijkercursus Frans na de start

4 van het academiejaar. In alle opleidingen worden er tevens sessies study skills en self management georganiseerd. Hierbij wordt gebruik gemaakt van het Lemo-feedbackinstrument dat Plantijn Hogeschool zelf ontwikkelde. Deze ondersteuning is specifiek gericht naar studenten met een TSO (en BSO) vooropleiding om hun slaagkansen en doorstroom te bevorderen. Acties in het departement Communicatie gericht op het ondersteunen van leren betreffen o.m. remediëring voor de opleidingsonderdelen Frans, Engels en Economie en een extracurriculaire stoom- en bijspijkercursus Frans. In werd in het departement Peer teaching succesvol gelanceerd. De talentontwikkeling van studenten wordt gestimuleerd vanuit het opleidingsonderdeel ZAP (Zelf Aangemaakt Profiel) en vanuit projectenbureau Campus at work. Binnen ZAP werken studenten zelfstandig aan kleine opdrachten voor derden. Vanuit Campus at work voeren studenten - en lectoren - op (semi)professionele wijze projecten uit voor derden. Het departement Wetenschap en Techniek zette in in het bijzonder in op de ontwikkeling en ter beschikking stelling van gepast studiemateriaal. Dan gaat het niet alleen over de cursussen, maar ook over lesslides, softwaretoepassingen, de elektronische leeromgeving met externe links, extra oefeningen, bijkomend onderbouwend en wetenschappelijk verdiepend bronmateriaal, e.d.m.. Het departement werkte aan de vernieuwing en uitbreiding van de zelfstudieruimte, besteedde bijzondere aandacht aan individuele studiebegeleiding en zorgde voor monitoraatsuren en extra oefensessies. Het departement Toegepaste Wetenschappen en Onderwijs zette in op monitoraten, zelfstudiepakketten (e-learning) en bijwerkcursussen, in het bijzonder voor Nederlands. Studenten werken o.l.v. studieloopbaanbegeleiders aan een Persoonlijk Ontwikkelingsplan of groeiportfolio. In dit kader werd ook de Lemo-test ingevoerd. Studenten kunnen bij de studentenbegeleider terecht voor studiebegeleiding op individuele basis of in groep. Het departement Sociaal-agogisch Werk zet in op taalbegeleiding en op de diverse vormen van studentenbegeleiding. M.b.t. taal worden de resultaten van een taaltoets die in het begin van het academiejaar afgenomen wordt, snel teruggekoppeld naar de studenten. Alle studieondersteunende initiatieven worden in het begin van het academiejaar gezamenlijk voorgesteld. Er was in het bijzonder aandacht voor regelmatig overleg en afstemming tussen de verschillende studieondersteunende initiatieven. Het financiële beleid volgde in 2012 een zelfde koers als in Het overschot van 2012 wijkt voor euro af van de begroting en dit is minder dan het voorgaande boekjaar. Dit verschil wordt grotendeels verklaard door meer inkomsten en minder uitgaven in Het verschil tussen de begrote bedrijfsopbrengsten en de reële opbrengsten bedraagt euro. Deze stijging wordt veroorzaakt door een stijging van euro van de omzet in combinatie met een sterke stijging van euro van de andere bedrijfsopbrengsten. Daarnaast kennen de subsidies een sterke daling van euro. De bedrijfskosten wijken af van budget met euro. De grootste afwijking wordt veroorzaakt door de minderuitgaven voor diensten en diverse goederen ten bedrage van euro alsook een kleiner bedrag voor de bezoldigingen van euro. Het resultaat wordt eveneens positief beïnvloed door de uitzonderlijke opbrengsten ten bedrage van euro. Uitzonderlijke opbrengsten worden gezien hun aard niet begroot.

5 In volgende paragrafen worden deze grote lijnen verder toegelicht. De resultatenrekening van 2012 vertoont een bedrijfswinst van euro. Dit overschot wordt gunstig beïnvloed door het financieel resultaat ten belope van euro en het positieve uitzonderlijke resultaat van euro. Hierdoor bedraagt het resultaat van het boekjaar euro. Dit resultaat ligt euro lager dan het resultaat van De bedrijfsopbrengsten bedragen euro. Dit betekent een stijging van euro of 1,76% ten opzichte van De omzet van het boekjaar vertegenwoordigt 93,12% van de bedrijfsopbrengsten. De voornaamste bron van inkomsten blijven de werkingsmiddelen die we ontvangen van de overheid. Deze stegen met euro of 3,23% tot euro. De tweede belangrijkste bron van inkomsten zijn de studie -en inschrijvingsgelden voor een bedrag van euro. Daarnaast maken ook de leermiddelen en de inkomsten uit maatschappelijke dienstverlening deel uit van de omzet voor respectievelijk euro en euro. De inkomsten uit de samenwerkingsovereenkomst met de Karel de Grote Hogeschool en Artesis Hogeschool inzake de verdeling van de werkingsmiddelen voor de gezamenlijke opleiding Internationaal Ondernemen werden opgenomen onder Overige omzet en bedragen euro. De rubriek wijziging in de bestellingen in uitvoering kent een toename van euro. Via deze rubriek worden de werkings- en personeelskosten van lopende projecten overgedragen naar het volgende boekjaar. In 2012 liep vooral het project Verbonden in veiligheid ten einde en werden de werkings en personeelskosten van dit project opnieuw in resultaat genomen. De subsidies daalden sterk in 2012 met 50,83% en bedroegen euro. Vorig boekjaar werden door het beëindigen van het GoLeWe (Goesting om te leren en werken) en Tetra-project de subsidies over de gehele periode van de projecten in resultaat genomen voor respectievelijk euro en euro kende geen projecten van deze omvang. De andere bedrijfsopbrengsten bedragen euro en vertegenwoordigen 3,64% van de bedrijfsopbrengsten. De andere bedrijfsopbrengsten bestaan voornamelijk uit de recuperatie woon-werkverkeer, de recuperatie van doorgerekende kosten aan derden en de recuperatie van loonkost. De bedrijfskosten kennen in 2012 een stijging van euro ten opzichte van het vorige boekjaar en bedragen euro. Deze stijging wordt vooral verklaard door een stijging van de bezoldigingen en sociale lasten voor een bedrag van euro en een stijging van de voorzieningen voor risico s en kosten van euro. De diensten en diverse goederen kennen een lichte daling van euro. De bedrijfsopbrengsten worden voor 16,96% besteed aan diensten en diverse goederen. Dit is een daling ten opzichte van 2011 wanneer 17,57% van de bedrijfsopbrengsten besteed werd aan diensten en diverse goederen. De besteding aan diensten en diverse goederen bedraagt voor euro. Zoals in het verleden blijft de hogeschool het merendeel van haar middelen inzetten voor personeel waardoor de uitgaven voor bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 77,98% uitmaken van de bedrijfsopbrengsten. Dit is een lichte stijging ten opzichte van 2011 wanneer 77,10% van de inkomsten werd gespendeerd aan bezoldigingen. De loonmassa stijgt dan ook lichtjes met 2,91% en bedraagt euro. Het jaar 2012 kende net zoals in 2011 één indexaanpassing.

6 De afschrijvingen stegen met euro of 4,70% ten opzichte van In 2012 werd een waardevermindering aangelegd op handelsvorderingen van euro. De voorzieningen voor risico s en kosten bedragen euro in In 2011 gebeurde nog een terugname van een voorziening voor euro. Door een wijziging in beleggingspolitiek in 2011 werden toen veel nieuwe beleggingen gestart. In 2012 bleef een groot deel van deze beleggingen in portefeuille waardoor de instapkosten beperkt bleven. Daarnaast werden in 2011 enkele minwaarden op beleggingen voorzien. Door het licht positievere klimaat was dit niet nodig in De financiële kosten zijn hierdoor euro lager zijn dan het jaar hiervoor. De opbrengsten uit de beleggingen en wisselkoerswinsten doen de financiële opbrengsten stijgen tot euro. Het netto financieel resultaat bedraagt hierdoor euro. De bedrijfswinst van euro en het financiële resultaat zorgen voor een winst uit de normale activiteiten van euro. Het uitzonderlijke resultaat bedroeg euro in Dit is een daling ten opzichte van 2011 waar het uitzonderlijke resultaat opliep tot euro door het in resultaat nemen van een provisie die niet meer nodig bleek te zijn. Rekening houdende met de uitzonderlijke opbrengsten en kosten bedraagt de winst van het boekjaar euro. Dit is een daling met euro ten opzichte van De gerealiseerde 80/20 ratio voor het boekjaar 2012 bedraagt 79,60% ten opzichte van 79,72% einde De norm, waarbij de recuperatie van de bedrijfsvoorheffing niet in rekening wordt gebracht, bedraagt 81,13% voor 2012 ten opzichte van 80,78% in 2011 en 83,36% in de begroting. De economische loonnorm ligt iets hoger dan de begrote economische loonnorm. De loonkost wordt voor 84,80% gedragen door de inkomsten van de werkingsuitkeringen samen met de inkomsten van studiegelden. Hieruit blijkt dat de hogeschool er in slaagt een extra deel van de personeelskost te dragen met eigen middelen. In 2011 kon 85,43% van de loonkost betaald worden met de inkomsten van werkingsuitkering + studiegelden. Verder blijkt dat de totale bezoldigingskost 78,51% uitmaakt van de totale werkingskost van de hogeschool ten opzichte van 78,70% vorig boekjaar. We stellen vast dat 66,52% van de totale bezoldigingskost besteed wordt aan OP (onderwijzend personeel) (zonder gastproffen). Een lichte stijging ten opzichte van 2011 (65,65%). Met gastproffen erbij is dat 70,78% voor 2012 ten opzichte van 71,35% voor De bezoldigingskost voor het ATP (administratief en technisch personeel) bedraagt 18,17% ten opzichte van 18,51% in De hogeschool financierde de investeringen weerom volledig met eigen middelen. We investeerden globaal voor euro en dat betekent een stijging van 24,77% of euro meer dan in De voornaamste stijging bevindt zich in de rubrieken uitrusting labo en uitrusting werkhuizen. Na de brand in het labo van de campus Kronenburg werd er in 2012 geïnvesteerd in nieuw materiaal voor het departement TWO (Toegepaste wetenschappen en onderwijs).

7 De investeringen voor de computers van de centrale diensten kenden een serieuze daling omdat de servers van de campus Meistraat reeds vernieuwd werden in twee fasen die verspreid waren over de jaren 2010 en Voorgesteld wordt kennis te nemen van de door de raad van bestuur van de Plantijn Hogeschool goedgekeurde jaarrekening over 2012 en jaarverslag over , en van het verslag van het college van commissarissen (met als bijlage het afzonderlijk verslag van de commissaris-bedrijfsrevisor). De jaarrekening en het jaarverslag zijn beschikbaar in Sindala. Dit verslag werd door de deputatie goedgekeurd in zitting van 5 september De provincieraad van Antwerpen, Gelet op artikel 233 en volgende van het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap, waarbij onder meer bepaald wordt dat het hogeschoolbestuur bij de Vlaamse regering een jaarrekening voor het voorgaande begrotingsjaar en een jaarverslag indient; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 maart 1998 houdende vastlegging van de voorschriften voor het opstellen van het jaarverslag van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 21 december 2007 betreffende de algemene boekhouding, de jaarrekening en het rekeningstelsel voor de hogescholen; Gelet op het besluit van 29 mei 2013 van de raad van bestuur van het autonoom provinciebedrijf Plantijn Hogeschool houdende goedkeuring van de jaarrekening over het jaar 2012 en het jaarverslag over van de Plantijn Hogeschool; Gelet op de toelichting en bespreking van de bovenvermelde documenten in de academische raad, waarin de hogeschoolstudentenraad vertegenwoordigd is, van 17 mei en in het hogeschoolonderhandelingscomité van 23 mei (er is al toelichting geweest in het informatief HOC/AR/HSR van 07 mei 2013); Gelet op het gunstig advies van het directiecomité van 21 mei 2013 aan de raad van bestuur om de jaarrekening 2012 en het jaarverslag goed te keuren; Gelet op de artikelen 12, 30, 31 en 36 van de statuten van het autonoom provinciebedrijf Plantijn Hogeschool; Op voorstel van de deputatie in zitting van 5 september, BESLUIT: Enig artikel: Kennis wordt genomen van de voorgebrachte door de raad van bestuur goedgekeurde jaarrekening 2012 van het autonoom provinciebedrijf Plantijn Hogeschool van de Provincie Antwerpen met jaarverslag over en van het verslag van het college van commissarissen met als bijlage het afzonderlijk verslag van de commissaris-bedrijfsrevisor.