Verantwoordelijkheid constructie hoofd- en onderaannemers. De hoofdaannemer is eindverantwoordelijk. De hoofdaannemer moet er voor zorgen dat de

Transcriptie

1 Verslag informatiebijeenkomst gemeenteraden en adviesraden van Landgraaf, Voerendaal en Heerlen in het kader van het inkoopproces Jeugdhulp 2019 op 23 mei 2017 Inleiding door wethouder Jordy Clemens van Heerlen. Afspraak: de presentatie wordt toegevoegd aan het verslag. Bestuurlijke uitgangspunten Zorg dichtbij de burgers Optimale innovatie Integraal maatwerk Ruimte voor de professionals Zo min mogelijk bureaucratie (o.a. vrij toegankelijke zorg) Lumpsum financiering Beperking aantal aanbieders (1 contractpartij) Partnerschap (vertrouwen en meerjarig) In maart 2017 besluiten drie gemeenten na een periode van verkenning dat de gekozen richting mogelijk en gewenst is maar dat meer tijd nodig is. De invoering wordt uitgesteld tot Vraag en antwoord bij Dia 4 bestuurlijke uitgangspunten De regie wordt bij de zorgverleners gelegd. Komen er casemanagers per gezin? De toegang tot de zorg ligt momenteel bij de gemeenten dit is in iedere gemeente anders ingericht. De methodiek die gehanteerd gaat worden is 1gezin1plan1regisseur. Dit geldt voor alle drie de gemeenten. Wie de casemanager in een gezin wordt bepalen de betrokken hulpverleners in het gezin. Een van de bestuurlijke uitgangspunten is zo min mogelijk bureaucratie. Hoe willen de gemeenten dit vormgeven? Vanuit de uitgangspunten worden de inhoudsvragen beantwoord. De invulling krijgt vorm in overleg met de aanbieders. Worden de burgers betrokken in dit traject? Dit is zeker de bedoeling. Over de vorm wordt nog nagedacht. Waarom hebben de gemeenten het beperken van het aantal aanbieders als bestuurlijk uitgangspunt benoemd? Nu hebben de gemeenten te maken met circa 300 jeugdhulp aanbieders. De gemeenten gaan zeker geen partijen opheffen maar willen naar de toekomst toe zaken doen met een consortium waarin verschillende partners vertegenwoordigd zijn. Het is aan de aanbieders om zich te gaan organiseren. Vraag en antwoord bij Dia 8 verschillende vormen van jeugdhulp Dyslexie wordt gezien als vreemde eend in de bijt? Dyslexie is opgenomen in de jeugdwet, dus een wettelijke taak. Vandaar de vermelding op deze dia. Vraag en antwoord bij Dia 9 Hoe is het nu georganiseerd Hoe zijn de arrangementen aangepast? De arrangementen zijn voor de 18 Zuid-Limburgse gemeenten op dezelfde manier aangepast. Er is gedifferentieerd naar zorgzwaarte en de duur van de zorg. De gemeenten Landgraaf, Voerendaal en Heerlen vinden dat de aanpassingen van de arrangementen niet ver genoeg gaan. De gemeente Brunssum is ook deze mening toegedaan en om deze reden vorig jaar al uit het samenwerkingsverband Zuid-Limburg gestapt. 1

2 De Heerlense kinderen krijgen bij 91 verschillende aanbieders jeugdhulp aangeboden. Van deze 91 aanbieders bedienen 50 aanbieders minder dan 10 kinderen. Deze spreiding is vrij gemiddeld dus geldt in meerdere of mindere mate ook voor de overige gemeenten. Vraag en antwoord bij Dia 10 Wat willen we bereiken Er worden met enkele partners afspraken gemaakt gaat hierdoor de druk op het voorliggend veld toenemen? Dit is een vraagstuk dat nog verder uitgewerkt moet worden. Wordt de druk op de partners groter? De klus gaat met minder partijen geklaard worden. Met deze partijen wordt het makkelijker om afspraken te maken over het voorliggend veld. De gemeenten hoeven niet meer met meer dan 200 aanbieders verbinding te leggen. Aangezien de onafhankelijke indicatie gaat vervallen is het bewaken van de kwaliteit van de zorg een aandachtspunt dat nadere uitwerking vraagt. Vraag en antwoord bij Dia 13 Hoe zien we het voor ons Rollen toegangsteam: onderzoeken welke rollen bij de gemeente moeten blijven en welke rollen meegenomen worden in de opdracht voor het consortium. Er is een werkgroep aan de slag om vraagstukken aangaande de toegang te verhelderen. De toegangsmedewerkers zijn hierbij betrokken. Vraag en antwoord bij Dia 14 Hoe zien we het voor ons (deel 2) De intrinsieke samenwerking die ten goede komt aan het kind en het gezin wordt nog onvoldoende gezien en heeft een impuls nodig. Overige Vragen en opmerkingen Bij de uitgangspunten wordt de continuïteit van de zorg gemist. Hoe gaat dit uitzien met één contractpartij? Over de continuïteit van de zorg worden afspraken gemaakt met de partijen die de zorg leveren. In samenspraak met de aanbieders wordt hier vorm aan geven. Er zijn verschillende scenario s denkbaar. Big Bang vanaf 2019 of overdracht via een natuurlijk moment. Bijvoorbeeld als de indicatie afloopt. Met wie hebben de onderaannemers een contract? Met het consortium. Niet met de gemeenten. Aan de contractpartij worden eisen gesteld. Onderaannemerschap: hoe wordt de kwaliteit getoetst? Dit zal op verschillende manieren vorm krijgen (o.a. HKZ-certificering, gesprekken met burgers en cliënten, wettelijke KTO). Sturing op volume wordt sturing op resultaat. Is dit juridisch afgedekt? Jurisprudentie wordt gebruikt om het model zoals gebruikt voor de inkoop Wmo te vervolmaken. De zorg en ondersteuning wordt goedkoper. De medewerkers van de zorgorganisaties mogen niet het kind van de rekening worden. Jordy Clemens geeft aan dat bezuinigen geen tool op zich is. De gemeenten hebben wel het beeld dat het effectiever kan. Doen wat nodig is, integraler, gehele gezin betrekken enz. De regie leggen bij de mensen die verstand van zaken hebben. Privacy vraagstuk: de privacy regelgeving is ook van toepassing op het consortium. Zoeken naar goede manieren om dit te borgen. Punt van aandacht voor de werkgroep toegang. Zorgpunt ondersneeuwen ZZP-ers in het consortium? In het model is een minimum percentage voor vrijgevestigden en een maximum percentage voor onderaannemers opgenomen (dia 15). De denkrichting van de gemeenten is een bepaald percentage van het budget voor het consortium te oormerken voor ZZP-ers en kleinere organisaties (onderaannemers). 2

3 3 Verantwoordelijkheid constructie hoofd- en onderaannemers. De hoofdaannemer is eindverantwoordelijk. De hoofdaannemer moet er voor zorgen dat de onderaannemer voldoet aan de eisen die de gemeenten stellen. Is de nieuwe aanpak van de drie gemeenten met Maastricht besproken en wat is de aanpak van de overige Parkstadgemeenten? Jordy Clemens geeft aan bij de start van de decentralisaties van de jeugdzorg (2015) de gemeenten totaal geen zicht hadden op de cijfers. Gaande het traject hebben de gemeenten meer zicht gekregen op het volume en de zorgzwaarte. Sinds 2015 wordt met Maastricht samengewerkt (18 gemeenten). De centrumregeling loopt 1 januari 2019 af. De focus bij de samenwerking Heerlen, Voerendaal, Landgraaf ligt vooral op het toe laten nemen van de effectiviteit van de zorg. Keuzevrijheid voor aanbieders (circa 300 verschillende aanbieders) zoals in samenwerking Maastricht past niet bij de visie om juist het aantal aanbieders terug te dringen en meer op inhoud het gesprek te voeren met aanbieders. Door de nieuwe aanpak worden vooral de drie gemeenten ontzorgd? De drie gemeenten gaan juist meer met aanbieders praten over de inhoud en minder over het contract. In de constructie met Maastricht wordt vooral gesproken over het contract en de prijs. De drie gemeenten willen vooral de focus leggen op innovatie. Van het principe dat iedereen jeugdzorg kan gaan aanbieden willen de drie gemeenten af. Contracttermijn consortium? In de huidige constructie worden jaarcontracten afgesloten (18 gemeenten). Zorgaanbieders vragen voor langdurigere contracten met het oog op bijvoorbeeld innovatie. De drie gemeenten zetten in op het bieden van meerjarige zekerheid voor aanbieders. Maar wel zeer periodiek met elkaar om tafel over verschillende thema s, bijvoorbeeld het thema kwaliteit. Wat wordt verstaan onder jeugd- en jongerenwerk? Het voorliggend veld. Hoe om te gaan met PGB-aanbieders? De keuzevrijheid voor een PGB is bijna een grondrecht. Voorbeeld STAND-BY! borgen in de opdracht. Hoe staan de aanbieders tegenover de ideeën van de gemeenten? In januari en februari 2017 zijn twee marktconsultaties met aanbieders georganiseerd. De markt werd toen overvallen door de ideeën van de gemeenten. Het speelveld is in grote lijnen in twee groepen te verdelen: Groep 1: we zien wel iets in de nieuwe aanpak maar er is meer tijd nodig om dit te organiseren; Groep 2: Ojee wat doen jullie nu. Door meer tijd te nemen (invoering met ingang van 2019 en niet 2018) wordt het bezwaar tijd weggenomen waardoor we samen met aanbieders kunnen gaan bouwen aan een systeem. Er zal een groepje aanbieders blijven die niet achter het systeem staan. De keuze voor één contractpartij betekent niet carte blanche voor deze contractpartij. Zowel op bestuurlijk als op uitvoeringsniveau is veelvuldig overleg nodig (afspraken resultaat en kwaliteit). Het huidige systeem is vooral gericht op: klopt de beschikking, kloppen de tarieven enz. De drie gemeenten willen de focus verleggen naar de inhoud. De werkgroep inhoud brengt in beeld welke uitgangspunten op welke manier in de aanbestedingsdocumenten opgenomen worden. Diverse scenario s met voor- en nadelen worden in beeld gebracht. De hele inkooporganisatie (o.a. toegang, communicatie, waarde bepaling opdracht, gedwongen kader) is belegd in een aantal werkgroepen. Hoe wordt de burger betrokken? Burgerparticipatie is een van de onderwerpen voor de werkgroep communicatie. Er zijn al contacten gelegd met bijvoorbeeld (Clic, burgers en adviesraden).

4 4 Wie bepaalt welke zorgaanbieder wordt ingezet? De toegang tot de jeugdzorg wordt nader onderzocht in de werkgroep toegang. Samen met zorgpartijen en cliënten. Hoe wordt de lumpsum bepaald? Is dit een open-eind financiering? Het bepalen van de opdrachtwaarde is een moeilijk thema. Er wordt gedacht aan het bouwen van een hulpventiel om mogelijke problemen te voorkomen (overproductie). Wat zijn de ervaringen van het inkooptraject Wmo? Populatiebekostiging bleek in dit traject nog een brug te ver. Er is bij de inkoop Wmo teruggegrepen naar historische gegevens. Voor de inkoop jeugdhulp is dit lastig gezien de omklap van arrangementen. Het leereffect uit het inkooptraject Wmo wordt zeker meegenomen. Wat zijn de ervaringen in het land? De drie gemeenten zijn op werkbezoek geweest in Alphen aan den Rijn. De waardebepaling van de opdracht was ook voor Alphen een belangrijk vraagstuk. De gemeenten zijn nu wijzer dan in De voorbeelden in het land, ook Alphen aan den Rijn leren ons ook wat niet goed is gegaan. Andere voorbeelden uit het land: Amsterdam, Utrecht, Amersfoort. De succesfactoren en risico s worden in beeld gebracht. De presentatie van vandaag wordt omschreven als vaag, te open. Jordy Clemens geeft aan dat de gemeenten Landgraaf, Voerendaal en Heerlen aan de slag zijn met vooruitstrevende ideeën. De planning is strak maar realistisch. Werkgroepen zijn op diverse thema s aan de slag. De gesprekken met zorgpartijen vinden plaats. De basis van wat de drie gemeenten willen staat. De periode tot aan de zomervakantie vindt verheldering/verdieping van de ideeën in de werkgroepen plaats. Is het verbeteren van het huidige model Maastricht ook onderzocht als mogelijk alternatief? Gaande het traject met Maastricht is hier voortdurend naar gekeken. De drie gemeenten zien kansen die niet passen in het model van de gemeente Maastricht. De keuze is gemaakt om een eigen traject te gaan volgen. De bestuurlijke uitgangpunten zijn benoemd in dia 4. In de uitgangspunten wordt gesproken over het terugbrengen van de kosten. Het uitgangspunten een systeem dat beter is voor de cliënten wordt gemist. De stem van de groep die het betreft komt nergens in de presentatie terug? Cliënten geven aan dat ze beter geholpen willen worden, aldus Patrick Leunissen. In de nieuwe situatie met minder aanbieders wordt het resultaat leidend. Meer vrij toegankelijke zorg (geen indicatie nodig), partijen gaan samenwerken op basis van wat nodig is om een gezin zo goed mogelijk te helpen. Wat is de ervaring in het land? Wordt de samenwerking echt geprikkeld in een consortium? In de periode voor de nieuwe inkoop Wmo was het niet in het belang van de aanbieders om een cliënt door te sturen. In het nieuwe systeem verdwijnt de prikkel meer zorg aanbieden levert meer geld op naar de achtergrond. Op basis van de expertise van de zorgverleners wordt op maat zorg geleverd. Dat wat nodig is voor een bepaald moment. De ene week is 6 uur begeleiding nodig en de andere week wellicht maar 2 uur. Kortom maatwerk. In het oude systeem (Maastricht) is dit niet mogelijk. Afstemming overige Parkstad gemeenten? Waarom trekken de Parkstadgemeenten niet samen op? In Parkstad heeft afstemming plaatsgevonden: De gemeenten Nuth en Onderbanken zitten in een fusietraject met de gemeente Schinnen; Brunssum heeft de verkenning samen met Landgraaf, Heerlen en Voerendaal doorlopen maar uiteindelijk toch gekozen voor een eigen traject; Kerkrade blijft onder de centrumregeling met Maastricht en volgt hierin ook een eigen traject.

5 De gemeenten Voerendaal en Simpelveld werken samen. Voerendaal heeft ervoor gekozen het traject samen in te gaan met Landgraaf en Heerlen om op inhoud te kijken wat nodig is. Populatie bekostiging wordt gezien de stip op de horizon. De samenwerking tussen Heerlen, Landgraaf en Voerendaal loopt goed. John Ringens geeft aan dat hij een aantal maanden geleden in deze discussie is gestapt. Hij herkent zich in de vragen die gesteld worden. De inkoop van de jeugdhulp is een ingewikkeld en complex verhaal. De afgelopen jaren is men op verschillende terreinen tot de conclusie gekomen dat het goed zou zijn om de markt meer in de greep te krijgen. Bij de drie gemeenten bestaat de behoefte om de markt meer op kwaliteit te laten samenwerken (regulering markt jeugdzorg). Concurreren op prijs geeft niet de juiste prikkels aan de markt. Het is een ingewikkeld vraagstuk en hier hoeven de drie gemeenten en de ketenpartners zich ook niet voor te schamen. Veel sectoren in Nederland worstelen met dezelfde vraagstukken. Er is tijd nodig. Stap voor stap werken we naar de stip op de horizon nieuwe inkoop van de jeugdhulp met ingang van Ook na 1 januari 2019 is nog veel overleg nodig. John Ringens gelooft dat de gekozen weg de juiste is. We doorlopen met z n allen een proces, aldus Jordy Clemens. Nog niet alles is uitgekristalliseerd. Het doel van deze avond is de gemeenteraden en de adviesraden in het beginstadium te betrekken bij het proces. Dit doen de drie gemeenten ook met andere stakeholders. Geopperd wordt om een vervolgbijeenkomst te plannen waarbij ook de aanbieders aansluiten. Miriam van Ooijen geeft aan dat dit zich moeilijk laat verenigen met het feit dat de gemeenten in een aankoopproces zitten. Jordy Clemens dankt voor eenieders aanwezigheid. 5