OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN OUDENBURG PROCES-VERBAAL VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN

Transcriptie

1 OPENBAAR CENTRUM VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN OUDENBURG PROCES-VERBAAL VAN DE VERGADERING VAN DE RAAD VOOR MAATSCHAPPELIJK WELZIJN Zitting van dinsdag 10 mei 2016 Tegenwoordig: mevr. Rita Meyns - voorzitter, mevr. Chantal Van Litsenburgh, dhr. Johan Lesaffre, mevr. Dina Verschaeve, mevr. Lies Goemaere, dhr. Maarten Boucquez, mevr. Tahira Malik, dhr. Stephan Blontrock, dhr. Marnix Verstegen - leden, en dhr. Bart Vermeulen - secretaris. De zitting vangt aan om u. De voorzitter opent de vergadering. OPENBARE ZITTING DAGORDE GOEDKEURING VAN HET VERSLAG VAN DE OPENBARE ZITTING VAN 12/04/2016 Het verslag van de openbare zitting van 12/04/2016 wordt met eenparigheid goedgekeurd. 2. REGIONAAL ZORGBEDRIJF OCMW BRUGGE OPRICHTING VAN EEN ZORGVERENIGING De raad, Gelet op de organieke wet van 08/07/1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 19/12/2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het decreet van 29/06/2012 tot wijziging van het decreet van 19/12/2008 betreffende de organisatie van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Overwegende dat sedert enkele jaren een discussie aan de gang is over de toekomst van de dienstverlening van het OCMW: deze discussie houdt enerzijds verband met het feit dat de financiële haalbaarheid van de huidige manier van werken van het OCMW in vraag gesteld wordt en anderzijds met het kerntakendebat en het streven naar een geïntegreerd lokaal sociaal beleid; Overwegende dat een onderscheid gemaakt wordt tussen de taken waar het OCMW als openbaar bestuur een monopolie heeft (vooral algemene sociale dienst : leefloon, steun, budgethulp, enz.) en de activiteiten die in concurrentie treden met de private sector (vooral de zorgdiensten : het WZC, poetshulp, gezinszorg, kinderopvang, enz.);

2 Overwegende dat dit aan de basis ligt van een tweesporenbeleid dat t.a.v. deze vormen van OCMW-dienstverlening gevoerd wordt cfr. afzonderlijke rechtspositieregeling voor het personeel van de WZC s en voor het personeel van de thuiszorgdiensten en de BKO s; Overwegende dat in het debat rond het meer effectief, meer efficiënt, meer flexibel en zuiniger maken van de OCMW-dienstverlening twee sleutelbegrippen opduiken: verzelfstandiging en samenwerking ; Overwegende dat er in samenwerking in combinatie met verzelfstandiging twee basiskeuzes zijn: in de richting van publiek-private samenwerking (PPS) en of in de richting van publieke samenwerking; Overwegende dat zowel op het vlak van de publiek-private samenwerking als op het vlak van de zuiver publieke samenwerking heel wat initiatieven genomen worden en er heel veel in beweging is; Overwegende dat voor wat zorgdiensten van het OCMW betreft er sedert enkele jaren sprake is van zorgbedrijven, publiekrechtelijke verenigingen gericht op het verstrekken van zorgdiensten, op een andere schaalgrootte en met een grotere operationele autonomie (Zorgbedrijf Antwerpen was het eerste zorgbedrijf dat effectief opgericht werd maar momenteel zijn er dat al meerdere, met Zorgbedrijf Roeselare, ook in West-Vlaanderen); Overwegende dat de plannen van de Vlaamse Regering (cfr. conceptnota van Vlaams minister Liesbeth Homans) om het OCMW in de gemeentediensten te integreren de discussie rond samenwerking, afstoting, schaalvergroting en verzelfstandiging van de OCMW-zorgdiensten in een stroomversnelling gebracht heeft; Gelet op de nota visie op de toekomstige werking van het OCMW naar een regionaal zorgbedrijf, voorgelegd op de raadszitting van 10/03/2015, waarin de sleutelbegrippen en de fundamentele keuzerichtingen toegelicht en geëvalueerd worden; Gelet op de beslissing van de Raad voor Maatschappelijk Welzijn d.d. 10/03/2015 met volgende elementen: - Er wordt voor wat de toekomst van de thuisdiensten en het WZC Riethove van het OCMW betreft, voorkeur gegeven aan participatie in een regionaal zorgbedrijf, als een publiekrechtelijke vereniging over gemeentegrenzen heen, boven een publiek-private samenwerking met een commerciële partner of een andere vorm van afstoting van dienstverlening. - Er wordt aan de voorzitter en de secretaris opdracht gegeven om te onderzoeken hoe de zorgdiensten van het OCMW zouden kunnen worden opgenomen in een regionaal zorgbedrijf en hierover met alle geïnteresseerde partners te onderhandelen. De raad dient over alle belangrijke nieuwe feiten op dit vlak te worden geïnformeerd; Overwegende dat op basis van deze raadsbeslissing verder informatie ingewonnen werd over hoe een zorgbedrijf tot stand kan komen en deelgenomen werd aan verschillende informatiemomenten georganiseerd door OCMW Brugge dat van plan is een regionaal zorgbedrijf op te richten; Overwegende dat dit overleg georganiseerd door OCMW Brugge voor de OCMW s van het arrondissement Brugge-Oostende heeft geresulteerd in een

3 meer concrete visie op wat deze samenwerking zou inhouden en hoe deze tot stand zou moeten komen; Overwegende dat deze visie werd toegelicht op een eerste bijeenkomst van de stuurgroep voorzitters en secretarissen in Blankenberge op 10/12/2015 en later verder uitgewerkt op een tweede bijeenkomst op 09/03/2016 te Brugge; Overwegende dat OCMW Brugge heeft gevraagd dat de OCMW s op korte termijn een duidelijk standpunt zouden innemen ten aanzien van het zich al dan niet verder engageren voor de oprichting van een regionaal zorgbedrijf (dit is uiteraard nog geen toetredingsbeslissing maar geeft de intentie aan om mee te gaan in het verhaal van een regionaal zorgbedrijf en hieraan actief mee te werken); Overwegende dat vooraleer kan begonnen worden aan meer concrete stappen in eender welke richting die de toekomst van de zorgdiensten van het OCMW zullen bepalen er een consensus moet zijn tussen stad en OCMW over de fundamentele keuzes en over een visie/beleidsplan op lange termijn, ongeacht of de voorziene inkanteling al dan niet doorgaat op 01/01/2019; Overwegende dat de voorzitter van het OCMW Brugge samen met een projectmedewerker deze visie, nl. het vormen van een regionale cluster van zorgbedrijven, is komen toelichten in het College van Burgemeester en Schepenen van 01/03/2016 en dat deze aangelegenheid opnieuw voorgelegd werd aan het College van Burgemeester en Schepenen op 12/04/2016 om een standpunt t.a.v. dit voorstel te bepalen; Overwegende dat tot dusverre geen schriftelijk standpunt meegedeeld werd vanwege het stadsbestuur maar dat de teneur van de vergadering van het College van Burgemeester en Schepenen van 12/04/2016 negatief was t.a.v. de piste van het meestappen in het op te richten regionaal zorgbedrijf; Overwegende dat het mee oprichten en participeren in een zorgbedrijf dat gezien wordt als een cluster van zorgbedrijven hoe dan ook een moeilijk en complex proces is waarbij een hele reeks fundamentele keuzes gemaakt moeten worden (o.a. welke dienstverlening inbrengen?, in één keer of in fasen?, eigen personeel of gedetacheerd personeel?, eigen ondersteunende diensten of ondersteuning vanuit de OCMW s?, vastbenoemd personeel of niet?, juridische structuur?, mate en wijze van inspraak van de participanten?, inbreng van infrastructuur?, enz.); Overwegende dat een dergelijk complex en veelomvattend project niet enkel een voldoende draagvlak vereist maar dat hierin ook voldoende tijd en middelen moeten kunnen geïnvesteerd worden; Overwegende dat het om deze redenen ook niet mogelijk geacht wordt om de timing die de projecttrekkers voor ogen hebben te kunnen volgen; Overwegende dat het OCMW, ook indien er niet verder gegaan wordt op de piste van het participeren in een regionaal zorgbedrijf, verder kan gaan met het onderbrengen van de zorgdiensten van OCMW Oudenburg (WZC Riethove, het LDC en de thuiszorgdiensten) in een organisatie of structuur met een grotere mate van verzelfstandiging ; Overwegende dat de mate van verzelfstandiging die mogelijk en wenselijk is (intern verzelfstandigd agentschap of IVA of een extern verzelfstandigd

4 agentschap of EVA) en welke juridische vorm hiervoor eventueel zou aangewezen zijn (vzw, autonoom gemeentebedrijf, OCMW-vereniging) moet worden onderzocht; Overwegende dat een grotere mate van verzelfstandiging op zich wellicht reeds kan bijdragen tot de realisatie van een aantal zaken die van een zorgbedrijf worden verwacht: - snelheid van beslissen en handelen vergroten - bedrijfsmatige (gedepolitiseerde) beslissingen - flexibiliteit in de werking - eventuele realisatie van schaalvergroting via samenwerkingsverbanden binnen het bestaand wettelijk kader (cfr. bestaande vormen van samenwerking en samenaankoop) - afstemming op de andere zorgactoren in een concurrentiële omgeving (eigen rechtspositieregeling is nu al van toepassing maar kan verder aangepast worden, geen statutaire tewerkstelling in de zorgdiensten) - zuiniger werken zonder verlies van kwaliteit in de dienstverlening; Gelet op de toelichting door de voorzitter en de secretaris; Na beraad; Op voorstel van de voorzitter; BESLIST EENPARIG: ART. 1 OCMW Oudenburg zal niet verder participeren in de voorbereiding van de oprichting van een regionaal zorgbedrijf voor het arrondissement Brugge-Oostende. Een latere toetreding wordt helemaal niet uitgesloten maar momenteel is er onvoldoende draagvlak en bereidheid voor een concreet engagement om deel uit te maken van het op te richten regionaal zorgbedrijf en actief mee te werken aan de realisatie van dit project. ART. 2 De in art. 1 vermelde beslissing wordt schriftelijk meegedeeld aan de stuurgroep van het project via dhr. Martin Jacques, OCMW Brugge, Ruddershove Brugge. ART.3 Er wordt verder onderzocht welke mogelijkheden er zijn om de zorgdiensten van het OCMW (WZC Riethove, het LDC en de thuisdiensten) onder te brengen in een organisatie of structuur met een grotere mate van verzelfstandiging. In het budget 2017 zullen de nodige middelen voorzien worden voor een consultancy-opdracht m.b.t. het begeleiden van het OCMW bij het onderzoek van de mogelijkheden ten aanzien van de oprichting van een zorgvereniging Oudenburg. 3. KWARTAALVERSLAG M.B.T. DE FINANCIËN VAN HET OCMW 1 E KWARTAAL 2016 De raad wordt in kennis gesteld van het kwartaalrapport van de financieel beheerder over het 1 ste kwartaal MAANDELIJKSE AFREKENING VAN WZC RIETHOVE: MAART 2016 De raad wordt in kennis gesteld van de facturatie van de verblijfskosten van de bewoners van woonzorgcentrum Riethove voor de maand maart 2016.

5 A.R. TOTAAL / Prestaties tav cliënten (dagprijs) , / Aangerekende supplementen WZC 2.180, / Aangerekende medische, paramedische en farmaceutische ,14 kosten / Aangerekende andere kosten 50, / Zakgeld 100,00 TOTAAL TEN LASTE RESIDENTEN , / TOTAAL TEN LASTE EIGEN OCMW 0, / TOTAAL TEN LASTE VREEMD OCMW 0,00 ALGEMEEN TOTAAL ,73 GEHEIME ZITTING En niets meer aan de dagorde zijnde wordt de zitting geheven. Aldus vastgesteld in de hiervoor vermelde zitting, Namens het OCMW, Op bevel: De secretaris, De voorzitter, Bart Vermeulen Rita Meyns