De renteaftrekheperkingen in het consultatiedocument

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De renteaftrekheperkingen in het consultatiedocument"

Transcriptie

1 mr drs R.C.C. de Wit^ De renteaftrekheperkingen in het consultatiedocument 1. Inleiding Een belangrijlc uitgangspunt van de vennootschapsbelasting is dat ontvangen rente belast dient te worden en betaalde rente aftrekbaar dient te zijn. Deze samenhangende fiscale behandeling van rente is van belang om de totale winst eenmaal te belasten en is neergelegd in het totaalwinstartikel.2 Hoewel de fiscale behandeling van rente op het eerste gezicht eenvoudig lijlct, heeft zij de afgelopen decennia tot veel discussie, procedures (de winstdrainage-arresten) en wetswijzigingen (lees: nieuwe renteaftrekbeperldngen) geleid. In het consultatiedocument verdeling VPB-druk en renteproblematiek (het 'consultatiedocument') stelt de staatssecretaris - wederom - een aantal nieuwe renteaftrekbeperkingen voor in een poging om de fiscale behandeling van rente adequaat en duurzaam te regelen. Deze renteaftrekbeperkingen staan centraal in dit artikel. Oorzaak renteajirekpróblematiék De renteaftrekproblematiek is met name gelegen in de mogelijlcheden die de Wet VPB 1969 biedt om de samenhang tussen aftrek en belastbaarheid te verstoren in grensoverschrijdende situaties. De samenhang kan in grensoverschrijdende situaties worden verstoord door het aantrekken van groepsleningen door Nederlandse (winstgevende) concernonderdelen (bijvoorbeeld in het kader van een overname van Nederlandse onderneming) vanuit laagbelaste landen. De rentelast ter zake van de groepslening kan dan in aftrek worden gebracht op het niveau van het desbetreffende Nederlandse (winstgevende) concernonderdeel, terwijl de corresponderende rentebate op het niveau van de crediteur van de lening slechts laag of helemaal niet wordt belast. Naast verschillen in belastingdruk op rente tussen belastingregimes is er een specifieke mismatch in ons belastingsysteem die tot uitholling van de Nederlandse grondslag leidt. Het betreft hier de - door de beslissing van het Hof van Justitie EG in het baanbrekende arrest Bosal mogehjk geworden - aftrek van rentelasten voor de financiering van (aankopen of kapitaalstortingen in) buitenlandse deelnemingen.3 Dergelijke 'Bosal-rentelasten' zijn aftrekbaar, terwijl de daarmee samenhangende voordelen van de buitenlandse deelnemingen vanwege de deelnemingsvrijstelling in Nederland niet lomnen worden belast. Na het arrest Bosal dacht de wetgever in 2004 met de invoering van de thincapregeling (het huidige art. lod Wet VPB 1969) en de regeling voor houdsterverhezen (art. 20, Hd 4, Wet VPB 1969) een adequate dam te hebben opgeworpen tegen dit 'Bosal-renteaftreldek'. In 2007 werd deze dam nog verhoogd met de uitbreiding van de antiwinstdrainagerege- Ung (art. 10a Wet VPB 1969) naar externe acquisities. De opgeworpen dam bleek echter nog steeds niet hoog genoeg om de - in de terminologie van de staatssecretaris - 'Bosal profiteurs''* te stoppen. Om uitholling van de Nederlandse grondslag tegen te gaan en het Bosal-lek te dichten, stelt de staatssecretaris in het consultatiedocument een aantal renteaftrekbeperlcingen voor. Groepsrenteboxaftrekheperking Door het verphchte karalrter van de groepsrentebox werkt deze regeling - die oorspronkelijk was bedoeld als stimulans voor het Nederlandse vestigingsldimaat - uit als de meest ingrijpende renteaflrekbeperldng die in het consultatiedocument wordt voorgesteld.^ Rentelasten ter zake van leningen opgenomen van groepsmaatschappijen zijn vanwege de groepsrentebox nog slechts voor 20% aftrek- 1 Belastingadviseur bij Balcer&McKenzie. De auteur wil hierbij tevens collega Henrik Stipdoiüc bedanken voor zijn hulp bij,de totstandkoming van dit artilwl. 2 De aftrekbaarheid van verschuldigde rente (en de belastbaarheid van ontvangen rente) is niet expliciet in de wet neergelegd; zij volgt uit het totaalwmstartikel (artikel 8 Wet VPB 1969 jo artikel 3.8 Wet IB 2001). Zie ook: O.C.R. Marres, Winstdrainage door rmteafirek (Beoordeling van artikel 1 Oa Wet op de vennootschapsbelasting 1969), Fiscale Monografieën 113, Kluwer, Deventer p HvJ EG 18 september 2003, zaak C-168/01. NTER 2003/1594, BNB 2003/ Zie het interview met staatssecretaris De Jager in het artilcel van Laurens Berentsen en Taco Mulder in Het Rnanrieele Dagblad van 15 juni Op basis van de oorspronkelijke doelstelling van de rentebox, zouhetvoorde hand liggen om deze regeling slechts van toepassing te laten zijn voor zover het groepsrentesaldo positief is. De regeling zou dan niet meer uitwerken als een aftxekbeper- Idng. Grondslaguitholling zou dan door de overige aftrekbeperldngen lomnen worden tegengegaan. De reden dat de wetgever niet voor een dergelijke meer principiële benadering heeft gekozen, lijkt te zijn gelegen in de vrees dat de groepsrentebox dan de Europese staatssteuntest niet zou doorstaan juk 2009 Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht

2 OPINIE 2009/1646 baar. Ontvangen groepsrente valt ook in de groepsrentebox, zodat per saldo sprake is van een 'groepsrentesaldo' dat voor 20% in aanmerldng wordt genomen tegen het nominale tarief van 25.5% (resulterend in een effectieve aftrek van een negatief groepsrentesaldo van 5%). Het belastingbesparende effect van de financiering van Nederlandse vennootschappen met groepsleningen vanuit laagbelaste landen heeft vanwege de groepsrentebox dus veel minder effect. Het gebruik van groepsleningen is fiscaal nog slechts aantrekkelijk indien de belastingdruk ter zake van de ontvangen groepsrente in het land van de crediteur lager is dan 5%. Elders in dit blad wordt de groepsrentebox reeds behandeld, zodat ik hier niet nader zal ingaan op deze regeling. Twee voorgestelde ajirelcbeperkingvarianten Naast de aftrekbeperldng van de groepsrentebox worden twee mogelijke varianten van renteaftrekbeperkingen voorgesteld waartussen nog een keuze dient te worden gemaalct. Het betreft een specifieke regehng (voor deelnemingsrente en ovemameholdings) en een meer algemene regeling (eamingsstrippingregeling). Deze specifieke en meer algemene regeling zullen in dit artikel centraal staan en op hoofdhjnen worden besproken en tegen elkaar worden afgewogen hetgeen zal uitmonden in een voorkeur voor een van deze renteaftrekbeperldngen. Een zinvolle afweging kan uiteraard alleen plaatsvinden indien de regelingen worden getoetst aan de hand van een aantal beoordelingscriteria. Allereerst zal ik enlcele beoordelingscriteria uiteenzetten die ik hierbij hanteer. Vervolgens worden beide regelingen op basis van deze criteria beoordeeld en tegen elkaar afgewogen. Het gaat dit artilcel te buiten om hierbij alle details van beide renteaftrekbeperlcingen te behandelen, zodat ik mij tot de meest wezenhjke aspecten beperk. 2. Béoordelingsciiteria voor renteaftrekbeperlcingen Ik zal de voorgestelde renteaftrekbeperldngen met name toetsen op bepaalde eisen van behoorhjke regelgeving waaraan wettelijke bepalingen en dus ook de renteaftrekbeperlcingen in de vennootschapsbelasting ideauter zouden moeten voldoen. Deze eisen van behoorlijke regelgeving zijn uiteindehjk terug te voeren op de kernwaarden van rechtvaardigheid, namehjk de waarden van de rechtszekerheid en de rechtsgelijlcheid.^ Naast het toetsen van de rechtvaardigheid van de renteaftrekbeperlcingen dient te worden beoordeeld of deze regels in overeenstemming zijn met het EG-recht. Nederland kan het zich immers niet veroorloven renteaftrekbeperlcingen in te voeren die geen stand zullen houden bij een toetsing aan het EG-recht, dat heeft het befaamde arrest Bosal wel duideüjlc gemaalct. Rechtszekerheid Rechtszekerheid vormt een belangrijk criterium voor goede regelgeving. Belastingplichtigen hebben belang bij rechtszekerheid. Belastingheffing vormt een kostenpost en beperkt daarmee de handelingsvrijheid (zoals mogelijkheden om investeringen te doen en transacties aan te gaan) van belastingpuchtigen. Wetgeving die vage begrippen hanteert, maalct belastingplichtigen onzeker over hun rechten en verplichtingen en beperkt de mogelijlcheden tot rationele planning. Rechtszekerheid vereist daarom duidelijkheid van de wetgeving.^ Duidelijlcheid vereist ook dat regels consistent zijn uitgewerlct en niet al te complex zijn. Aan de andere kant kan in een beperlct aantal gevallen soms enige complexiteit nodig zijn, mits daarmee andere waarden of belangen gediend worden (zoals het tegengaan van belastingarbitragemogeujlcheden of het bevorderen van doelstelhngen van overheidsbeleid).^ Voorts dient wetgeving vanwege de rechtszekerheid uitvoerbaar te zijn voor belastingplichtigen. Indien de wetgeving verplichtingen met zich meebrengt die (administratief) onmogelijk na te komen zijn, dan maalct dit belastingplichtigen onzeker over hun verphchtingen (en eventuele sancties). Tenslotte vereist rechtszekerheid bestendigheid van de wetgeving. Onnodig snel veranderende wetgeving leidt ertoe dat belastlngphchtigen hun gedrag niet goed op de fiscale wetten kunnen afstemmen. De fiscale behandeling van rente in de vennootschapsbelasting heeft de dubieuze eer om voortdurend in de aandacht van de wetgever te staan. Aan iedere nieuwe renteaftrekbeperldng bleken achteraf toch weer bezwaren en onzekerheden te kleven, waardoor steeds weer nieuwe aanpassingen nodig waren, hetgeen de rechtszekerheid ernstig heeft aangetast. Een nieuw in te voeren renteaftrekbeperlcing dient daarom van goede kwaliteit te zijn, zodat zij lange tijd meegaat. Toch mag bestendigheid niet gereduceerd worden tot starheid. De wetgever moet immers Icunnen reageren op veranderende maatschappelijke of economische situaties. Indien de wetgever de wetgeving wil wijzigen dan kan hij ernstige inbreuken op de rechtszekerheid voorlcomoen door hierbij overgangsrecht in te voeren waarmee bestaande situaties worden gerespecteerd. Op basis van de rechtszekerheid Icunnen aldus de volgende beoordelingscriteria worden afgeleid: duidelijkheid (afwezigheid van vage begrippen, inzichtelijlcheid van de regeling en indien mogehjk niet teveel complexiteit), uitvoerbaarheid en bestendigheid. Rechtsgelijkheid De rechtsgelijkheid vereist dat gelijke gevallen gehjk en ongelijke gevallen ongehjk naar de mate van hun ongehjlcheid worden behandeld.^ De rechtsgehjlcheid zegt op zichzelf echter nog niets over de vraag wie als geujken en wie als ongeujken moeten worden beschouwd.io Aan de hand van de doelstelling van een regel kan echter bepaald worden welke gevallen voor toepassing van de regel gelijk en Ik maalc hierbij gebruilc van een studie van 7 Hans Gribnau, waarin hij de abstracte begrippen rechtszekerheid en rechtsgehjlcheid op een zeer toeganlcelijke manier heeft geoperationaliseerd in een aantal 8 beginselen van behoorlijke wetgeving. Zie: Hans Gribnau 'Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving, Rechtvaardigheid hanteerbaar gemaalct'. Vijfjaar Wet IB 2001 (p ), Kluwer, Deventer Hans Gribnau 'Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving. Rechtvaardigheid hanteerbaar gemaalct' Vijfjaar Wet IB 2001 (p.. 8 e.v.), Kluwer, Deventer Vgl. P. Essers, 'Interview', WER 2004/6578. p. 813 sommige bepalingen hebben betrekking op slechts één of twee casus: alle mogelijke gaatjes zijn dichtgetimmerd. 9 Hans Gribnau 'Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving, Rechtvaardigheid hanteerbaar gemaakt' Vijfjaar Wet IB 2003 (p. 3), Kluwer, Deventer Hans Gribnau 'Rechtsbeginselen en evaluatie van belastingwetgeving, Rechtvaardigheid hanteerbaar gemaakt' Vijfjaar Wet IB 2001 (p. 3), Kluwer, Deventer Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht 30 juli

3 2009/1646 OPINIE welke gevallen ongelijk zijn. Bij de toetsing van regels aan het gelijkheidsbeginsel is de geschiktheid (of de mate van fit") van de regel van belang. De geschilctheid van een regel is de mate waarin de uitwerking van een regel correspondeert met haar achterliggende doelstelling. Wanneer een regel een te ruim bereik of een te beperkt bereik heeft dan slaagt zij er niet in om (vanuit de doelstelling van de regel bezien) een gelijke behandeling te bewerkstelligen. Uit het vereiste van de geschilctheid vloeit voort dat een regeling zoveel mogelijk op maat is toegesneden en niet verder gaat dan nodig is ipropoitionaliteit). De rechtsgehjlcheid staat in dit opzicht dus op gespannen voet met de rechtszekerheid, aangezien een sterk doorgevoerd streven naar vereenvoudiging (goed voor de rechtszekerheid) niet goed samen gaat met het streven naar proportionele, op maat toegesneden, regelingen. Voor de vennootschapsbelasting, die als algemene doelstelling heeft de winst te belasten, vereist het gehjlcheidsbeginsel dat belastingphchtigen met een gelijk winstniveau gelijk en belastingphchtigen met een verschillend winstniveau verschillend worden belast. Vanuit de algemene doelstelling van een winstbelasting zijn belastingphchtigen met verschillende winstniveaus, namelijk ongelijke gevallen en dienen daarom verschillend te worden belast. Om een verschillende mate van belastingdruk naar rato van het winstniveau te reahseren dient niet alleen met de werkelijke opbrengsten, maar ook met de werkelijke kosten rekening te worden gehouden. Het vereiste dat tegenover de belastbaarheid van de opbrengsten ook de kosten Icunnen worden afgetroldcen, noem ik de samenhanggedachte.^^ Op het niveau van één belastingplichtige wordt deze samenhanggedachte ook wel aangeduid als het nettóbeginsel. Naast het bewaren van de samenhang tussen aftrek en belastbaarheid op het niveau van één belastingphchtige, is de samenhanggedachte tevens gericht op het bewaren van de aansluiting tussen aftrek en belastbaarheid op het niveau van twee partijen in een transactie. Het streven naar wetgeving die de samenhang bewaart, is van belang om situaties van belastingarbitrage tegen te gaan (belastingarbitrage kan worden geïnitieerd indien de wetgeving mogelijlcheden bevat om rentebetahngen af te treldcen terwijl de ontvanger van de rente niet of zeer laag wordt belast) en om situaties van dubbele heffing tegen te gaan (dubbele heffing doet zich voor wanneer de wetgeving tot situaties leidt dat rentebetahngen niet aftrekbaar zijn terwijl de ontvanger van de rente wel belast wordt). Wetgeving die leidt tot situaties van belastingarbitrage of tot situaties van dubbele heffing, wordt als onrechtvaardig beschouwd omdat belastingplichtigen niet in gehjlce mate Icunnen profiteren van de belastingarbitrage-mogelijlcheden en evenmin in gehjlce mate getroffen zullen worden door de dubbele heffing (een materieel ongeujke behandehng is het gevolg). Op basis van de rechtsgehjlcheid Icunnen aldus de volgende beoordelingscriteria worden afgeleid: de geschiktheid (en proportionahteit), de samenhanggedachte op het niveau van één partij (bekend als het nettobeginsel) en op het niveau van twee partijen (er dient bij rentebetalingen een aansluiting tussen aftrek en belastbaarheid te bestaan tussen de debiteur en de crediteur om heffingsleldcen en dubbele heffing tegen te gaan). 3. Toetsing van de specifieke renteaftrekbeperlcing Met de specifieke renteaftrekbeperldng wordt gerefereerd aan een aantal aftrekbeperldngen die zijn neergelegd in de voorgestelde artikelen 131,15ad, 14a hd 7 en 14b Hd 6 Wet VPB Het voorgestelde artikel 131 Wet VPB 1969 is een complexe bepahng die specifiek is gericht op het uitsluiten van de aftrekbaarheid van deelnemingsrente (Bosal-rente). De voorgestelde artikelen 15ad Wet VPB 1969 en 14a, lid 7 en 14b, hd 6, Wet VPB 1969 zijn "oude bekenden'. Deze bepalingen stonden vóór 2007 reeds in de Wet VPB 1969 en worden nu in aangescherpte vorm weer van stal gehaald. Art. 15ad Wet VPB 1969 is gericht tegen de aftrek van rente door zogenoemde overnameholdings. Dergelijke ovemameholdings kunnen momenteel door het aangaan van een fiscale eenheid hun rentelasten ter zake van een overname aftrekken van de fiscale winst van de overgenomen onderneming. De toevoegingen aan art. 14a en 14b Wet VPB 1969 Icunnen worden beschouwd als flankerende maateegelen die tegengaan dat art. 15ad Wet VPB 1969 kan worden omzeild door een juridische fiisie respectievehjk een juridische sphtsing. Art. 131 Wet VPB 1969 heeft als doel de aftrekbaarheid van deelnemingsrente uit te sluiten. De kern van art. 131 Wet VPB 1969 is een formule die beoogt discussies over de allocatie van schulden aan deelnemingen te voorkomen via een mathematische toerekening. Op zichzelf lijlct een formule die allocatiediscussies voorkomt goed voor de rechtszekerheid (onduidehjlcheden die bij een historische allocatie Icunnen ontstaan, zoals de vraag of een lening is aangegaan voor een deelneming of voor overige activiteiten indien deze lening kort na de aanschaf van de deelneming is opgenomen, worden voorkomen). Aan de andere kant sluit een mathematische toerekening niet aan bij de wijze waarop de belastingplichtige zijn deelnemingen in de werkehjlcheid heeft gefinancierd en zij is derhalve minder geschikt om de doelsteuing (Bosal-planning tegengaan) op maat te realiseren waardoor een materieel ongehjke behandeling kan ontstaan. De wijze waarop de formule is vormgegeven, maalct de regeling bovendien zeer complex, hetgeen de met de formule beoogde duidelijlcheid en uitvoerbaarheid van de regel (en daarmee de rechtszekerheid) juist ondermijnt. De complexiteit van de formule is voornamelijk gelegen in de samenloop die zij beoogt te bewerkstelligen met de regeling van de groepsrentebox. Leningen voor de financiering van deelnemingen die zijn opgenomen van groepsmaatschappijen worden reeds voor 80% in aftrek beperlct door de groepsrentebox. De formule van art. 131 Wet VPB 1969 bewerkstelhgt dat in het geval van financiering met groepsleningen de overige 20% van de groepsrente ook van aftrek wordt uitgesloten. Ter zalce van externe lenüigen voor de aanschaf van deelnemingen bewerkstelhgt de formule een renteaftrekbeperldng van in beginsel 100%. De reden dat art. 131 Wet VPB 1969 externe rente harder treft dan groepsrente is derhalve gelegen in de samenloop met de groepsrentebox. Art. 131 Wet VPB 1969 bewerkstelligt hierdoor in samenhang met de groepsrentebox een gelijke behandeling van groepsrente en externe rente. Deze samenloop van 131 Wet VPB 1969 en de groepsrentebox 11 Zie voor een bespreldng van de samen- ligt: R.C.C. de Wit, De samenhanggedachte in hanggedachte en de jurisprudentie v/aar- het belastingrecht, Kluwer Deventer 2005, aan de samenhanggedachte ten grondslag NOB/LOF scriptieprijs nr juli 2009 Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht

4 OPINIE 2009/1646 lijkt zeer consequent te zijn vormgegeven. De consequente doorvoering ervan leidt echter tot een zo hoge mate aan complexiteit dat men zich {met Goethe) in gemoede kan afvragen of deze Konsequenz nicht zum Teufel fiiihrt. Zo zie ik bijvoorbeeld niet in hoe het middelste deel van de formule (VA*F/V) bijdraagt aan de doelstelhng van de regeling (het tegengaan van Bosal-planning).Dit onderdeel zou dan ook uit de formule Icunnen worden verwijderd om de complexiteit van de regeling te verminderen en haar inzichtelijlcheid te vergroten. In de formule wordt het eigen vermogen geacht vouedig te zijn aangewend voor de financiering van deelnemingen zodat de aftrekbeperldng van 131 Wet VPB 1969 niet zo sterk drukt indien er veel eigen vermogen is. Dit hjlct een tegemoetkoming te zijn om de 'scherpe kantjes' van het gebruik van een mathematische methode weg te nemen. Dit is positief aangezien hierdoor overkill wordt voorkomen. Dat de regeling hierdoor wel een zekere mate van underldll bevat, is onvermijdelijk. Hoe meer eigen vermogen een belastingplichtige heeft, des te groter is het bedrag van de schuld - aangetrokken voor de financiering van deelnemingen - dat buiten de renteaftrekbeperlcing van 131 Wet VPB 1969 valt. Deze bewust geaccepteerde underldll hjlct echter verder te gaan dan beoogd. Dit komt door de wijze waarop groepsschulden in art. 131 Wet VPB 1969 in aanmerldng worden genomen. Groepsschulden worden voor 80% opgeteld bij het eigen vermogen zodat zij voor 80% buiten de werlcing van art. 131 Wet VPB 1969 vallen. De reden hiervoor is gelegen in de samenloop met de groepsrentebox. De groepsrentebox bewerkstelhgt immers reeds een aftrekbeperlcing van 80% van de groepsschulden. Aangezien de groepsrentebox reeds 80% van de renteaftrek uitsluit ter zake van groepsschulden hoeft art. 131 Wet VPB 1969 alleen nog de resterende 20% van de renteaftrek uit te sluiten. Dit wordt in de formule van art. 131 Wet VPB 1969 bewerkstelligd door groepsschulden voor 80% op te tellen bij het eigen vermogen. Merlcwaardig is echter dat 80% van alïe groepsschulden worden opgeteld bij het eigen vermogen terwijl - om een goede samenloop met de groepsrentebox te bewerkstelligen - alleen dat deel van de groepsschulden zou moeten worden opgeteld bij het eigen vermogen dat kan worden toegerekend aan de deelneming.i^ Doordat in de huidige formule alle groepsschulden voor 80% worden opgeteld bij het eigen vermogen kan onder bepaalde situaties voor 20% van de deelnemingsrente nog aan Bosal-planning worden gedaan. De regeling hjlct vanwege deze (beperkte) underkill niet volledig geschilct te zijn waardoor de rechtsgehjlcheid wordt verstoord (belastingphchtigen zuuen immers niet in gelijke mate profiteren van deze underlcül). Een eenvoudigvoorbeeid hm hetbovenstaande toelichtenj'' Stel dat een winstgevende vennootschap 200 eigen vermogen heeft waarmee zij haar onderneming heeft gefinancierd. Venolgens koopt deze vennootschap een deelneming voor 400 met een groepsschuld van 400 (stel dat de rentevergoeding 10% bedraagt, 40 per jaar derhalve). Art. 131 Wet VPB 1969 bewerkstelligt in dit voorbeeld geen aftrekbeperking^^, zodat de rente op de groepsschuld alleen door de groepsrentebox in aftrek wordt beperkt (de rentevergoeding van 40 wordtvoor32(=80%van40)doordegroepsrenteboxbeperkt).naar de ratio van artikel 131 Wet VPB 1969 had eigenlijk de rentelast ter zake van de helft (200) van de totale groepsschuld van ajirek uitgesloten moeten worden (de overige 200 die benodigd is voor dejinanciering van de deelneming wordt geacht te zijn gefinancierd met eigenvermogenvolgens Ï3Ï WetVPB 1969). We zien in dit voorbeeld derhalve dat Bosai-pIan?iing voor het deel van de g^vepsschuld dat met de deelneming samenhangt nog steeds mogelijk is (zij het vanwege de groepsrentebox in beperlde mate). Dat men de scherpe kantjes af wilde halen van de consequenties waartoe de formule leidt, blijlct voorts uit het voorgestelde art. 131, hd 3, Wet VPB Deze bepahng laat toe bij het bepalen van het eigen vermogen, dit vermogen te verhogen met de verrekenbare verliezen. Vanuit het perspectief van de rechtszekerheid valt deze tegemoetkoming toe te juichen. De daling van het eigen vermogen bij de belastingphchtige door geleden verliezen leidt hierdoor niet tot een extra renteaftrekbeperlcing waardoor de zekerheid bij belastingphchtigen omtrent hun toekomstige aflrelcmogehjlcheden wordt vergroot. Ik ben echter minder gelukldg met de uitsluiting van liquidatieverliezen in deze regehng. Hoewel deze uitsluiting van hquidatieverhezen theoretisch in het systeem past (een bij een hquidatie van een deelneming geleden hquidatieverhes zorgt immers niet voor een extra renteaftrekbeperldng) zal zij lastig uitvoerbaar zijn. Het zal immers administratief niet eenvoudig zijn om hquidatieverhezen van 'gewone' verhezen te onderscheiden, zeker niet wanneer het zeer oude liquidatieverhezen betreft. Indien er toch voor zou worden gekozen om liquidatieverhezen niet op te tellen bij het eigen vermogen, dan zou ik er (vanwege redenen van uitvoerbaarheid) voor willen pleiten dat op basis van overgangsrecht het eigen vermogen wordt verhoogd met alle verhezen geleden voor Liquidatieverliezen geleden na Dit deel van de formule beperlct de rentelasten die samenhangen met materiële vaste activa die in financial lease aan groepsmaatschappijen ter beschilcking zijn gesteld. De financialleaseopbrengsten van dergeüjke materiële vaste activa zijn voor 80% vrijgesteld bij de belastingplichtige vanwege de groepsrentebox en worden dus nog voor 20% belast. De financieringskosten ter zalce van dergelijke acüva zijn in de groepsrentebox echter slechts voor 20% aftrekbaar en voor de overige 80% van aftrek uitgesloten zodat zich geen mismatch kan voordoen. 13 De gedachte die hieraan ten grondslag lijlct te Uggen, is dat alle groepsschulden voor 80% als een soort van eigen vermogen worden beschouwd. Deze gedachte is echter een geconstrueerde, fiscaaltheoretische, rechtvaardiging voor de 80% defiscaüsering van groepsschulden die de groepsrentebox bewerlcstelligt Er is geen enlcele reden om deze gedachte door te trekken naar art. 131 Wet VPB 1969, aangezien hierdoor doel en strelddng van art. 131 Wet VPB 1969 (het tegengaan van Bosal-planning) niet wordt gediend. 14 Ik abstraheer in dit voorbeeld van de franchise van e In de formule van art. 131 is de post deelneming (D) is namelijk 400 terwijl de posten EV+SG 520 bedragen. Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht 30 juli

5 2009/1646 OPINIE kunnen immers eenvoudig worden opgespoord in de administratie van de belastingplichtige.''^ Ik reahseer me dat hierdoor de rechtsgehjlcheid wel enigszins wordt aangetast aangezien een hquidatieverhes van vóór 2003 wel extra renteaftrelcmogehjlcheden bewerkstelligt vanwege het door mij voorgestelde overgangsrecht terwijl een hquidatieverhes dat na 2003 is geleden geen extra renteaftrelcmogehjlcheden bewerksteuigt. Deze inbreuk op de rechtsgehjlcheid lijlct mij echter minder ernstig dan de inbreuk op de rechtszekerheid die ontstaat door het volledig uitsluiten van liquidatieverliezen. Hoewel de formule tal van sympathieke tegemoetkomingen voor de belastingphchtige bevat, zou ik ervoor wiuen pleiten om haar te laten vallen vanwege de grote complexiteit (rechtsonzekerheid) en de onbedoelde rechtsongehjlcheid die zij bewerkstelligt. In plaats daarvan zou ik willen voorsteuen om toch te Mezen voor een historische allocatie van schulden aan deelnemingen (zoals onder het oude art.13, hd 1, WetVPB 1969). Een samenloopregehngin art. 12c Wet VPB 1969 (de groepsrentebox) kan worden ingevoerd die bepaalt dat groepsschulden uitgesloten zijn van de groepsrentebox indien en voorzover zij onder art. 131 Wet VPB 1969 vallen. De toerelceningsproblematielc die zich bij een Idein aantal belastingplichtigen voordoet, met name banken en andere organisaties met veel verschillende schulden en deelnemingen, kan dan worden opgelost door enkel voor deze kleine groep van belastingphchtigen een mathematische allocatie toe te passen (zoals dat ten tijde van het oude art. 13, lid 1, Wet VPB 1969 ook was geregeld in de uitvoeringssfeer met de zogenoemde 'ruimteregeling'). Om manipulatie in de allocatie van schulden aan deelnemingen tegen te gaan, zou de belastinginspecteur naast een historische allocatie ook de mogehjicheid moeten hebben om aannemelijk te maken dat een andere, functioneel economische allocatie, meer recht doet aan de werkehjlcheid. Een grote hoeveelheid rechtsonzekerheid (vanwege complexiteit en uitvoeringsproblematielc) die de formule met zich meebrengt, wordt dan vervangen door een Ideine mate van rechtsonzekerheid omtrent de allocatie. Wat betreft de fiscale behandehng van verhezen dient voorts nog te worden opgemerlct dat de invoering van art. 131 Wet VPB 1969 als voordeel heeft, dat de huidige complexe bepahng omtrent houdsterverliezen (art. 20, hd 4, Wet VPB 1969) kan vervallen. Het tegengaan van de verrekening van (houdster) Bosal-verhezen door art. 20, hd 4, Wet VPB 1969 wordt immers onnodig nu het voorgestelde art. 131 Wet VPB 1969 de aftrek van Bosal-rentelasten uitsluit. Door het vervaüen van art. 20, lid 4, WetVPB 1969 zou de begrijpehjkheid van de Wet VPB 1969 als geheel verbeteren hetgeen de rechtszekerheid ten goede komt. De toepassing van de specifieke renteaftrekbeperking bij de betaler van de rente leidt üi haar huidige opzet tot dubbele heffing in gevallen waarin de corresponderende rentebate wordt belast bij de crediteur. Deze inbreuk op de samenhanggedachte zal als onrechtvaardig worden ervaren door belastingphchtigen die hiermee worden geconfronteerd. Om dubbele heffing te voorkomen, stel ik daarom voor om een compenserende heffingstoets in te voeren. Een dergelijke compenserende heffingstoets zou - analoog aan het huidige art. 10a, lid 3b, Wet VPB , kunnen bepalen dat de door de aftrekbeperking getroffen rentelast alsnog aftrekbaar is in het geval de corresponderende rentebate bij de crediteur wordt belast tegen een naar Nederlandse maatstaven redehjke heffing. Om strijdigheid met het EG-recht te voorkomen die door de invoering van een compenserende heffingstoets kan ontstaan, zouden belastingdrulcverschillen niet tot een aftrekbeperking mogen leiden in gevallen waarin de crediteur in een andere EU-hdstaat is gevestigd.i^ Deze beperking die het EG-recht oplegt aan compenserende heffingstoetsen hoeft niet tot grote leldcen (lees: belastingarbitrage) te leiden. Het EG-recht laat het namelijk toe om de aftrek van rente te beperken wanneer belastingphchtigen - om te profiteren van de tariefsverschillen - geldstromen via volstrelct Icunstmatige leenconstructies verleggen naar EU-landen met een lage belastingdrulc (bijvoorbeeld Cyprus of Ierland).^* B epaald zou daarom Icimnen worden dat in EU-situaties aan de compenserende heffing wordt geacht te zijn voldaan, tenzij sprake is van een volstrelct Icunstmatige leenconstnictie (wanneer de crediteur bijvoorbeeld geen of nauwehjks substance heeft). Art.lSad Wet VPB 1969 tracht te voorkomen dat rentelasten op een schuld voor de overname van een deelneming worden verplaatst naar de overgenomen deelneming en aldaar de belastbare grondslag uithollen. Een dergehjlce verplaatsing van de rentelasten naar de overgenomen deelneming zou zonder deze bepaling kuimen plaatsvinden door het aangaan van een fiscale eenheid tussen de moedervennootschap en deelneming. Art. 131 Wet VPB 1969 bewerkstelhgt in een dergehjlce situatie geen beperldng van de renteaftrek omdat - door de vorming van een fiscale eenheid - de deelneming is verdwenen (art. 131 Wet VPB 1969 is slechts van toepassing wanneer een schuld is aangetioldcen voor de financiering van een deelneming). Art. 15ad Wet VPB 1969 werpt een dam op tegen een dergehjlce verplaatsing van de rentelasten. De bepaling bewerkstelhgt dat de rentelasten bij de moedermaatschappij van de fiscale eenheid niet mogen worden afgezet tegen de fiscale winst van de overgenomen vennootschap, maar slechts tegen de eigen winst van de moedermaatschappij.is De bepahng geldt niet waimeer de moedermaatschappij met 16 Belastingplichtigen hebben een wettelijke verplichting hun administratie gedurende ten minste zeven jaar te bewaren (art. 52, lid 4, AWR). Als de renteaftrekbeperldng van art. 131 Wet VPB 1969 per 1 januari 2010 in weridng treedt, is 2003 het oudste jaar waarvoor de administratiephcht nog geldt Indien belastingplichtigen hun administratie 'opschonen' voor zover deze meer dan zeven jaar oud is, zouden zonder de door mij voorgestelde overgangsmaatregel uitvoeringsproblemen Icunnen ontstaan. Zo zal het vaak lastig zijn om ten aanzien van verliezen te bepalen of en in hoeverre het gewone verliezen dan wel liquidatieverliezen betreft, indien deze verliezen zijn geleden in jaren waarvan de administratie niet meer bestaat Door alle liquidatieverliezen vóór het jaar 2003 als ijkpunt te nemen, wordt voorts aangesloten bij de verliesverrekeningsmogeujlcheden van belastingphchtigen. Vóór 2007 waren alle veriiezen (liquidatieverliezen en overige verliezen) onbeperlct voorwaarts verrekenbaar. Vanaf 2007 zijn verhezen slechts negen jaar voorwaarts verrekenbaar. Op basis van het per 2007 ingevoerde overgangsrecht zijn onverre- Icende verliezen die vóór 2003 zijn geleden (zeus als zij tientallen jaren oud zijn), nog steeds voorwaarts verrekenbaar tot Het kan hier dus zeer oude verliezen betreffen waarvan het lastig is te bepalen of en in hoeverre het hier liquidatieverliezen of overige verliezen betreft 17 HvJ EG 26 oictober 1999, zaak C-294/97 (Eurowings). 18 HvJ EG 12 september 2006, zaak C-196/04 (Cadburry Schweppes), NTFR 2006/ Het voorgestelde art. 15ad Wet VPB 1969 gaat hierdoor verder dan de oude - tot 2007 geldende - art. ISad Wet VPB 1969 dat de renteaftrek slechts 'temporiseerde' juH2009 Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht

6 OPINIE 2009/1646 een schuld alleen de activa en passiva (lees: de onderneming) van de veimootschap overneemt (een zogenoemde 'activa/passiva transactie') en niet de aandelen. Bij een activa/passiva transactie die gefinancierd wordt met een schuld, wordt de renteaftrek ter zake van die schuld niet beperkt door de voorgestelde art. 131 of 15ad WetVPB Hoewel grondslaguitholhng door middel van activa/passiva transacties dus nog steeds mogelijk is, hjlct dit weinig bezwaarlijk, omdat bij een activa/passiva transactie door de overdragende vennootschap vouedig dient te worden afgerekend over haargoodvidll en stille reserves. Indien de overname echter plaatsvindt door de aankoop van de aandelen in de vennootschap gevolgd door het aangaan van een fiscale eenheid, dan hoeft niet te worden afgerekend over de goodwill en stille reserves van de overgenomen vennootschap terwijl effectief hetzelfde resultaat wordt bereikt als bij een activa/passiva transactie. Een overname van de aandelen gevolgd door het aangaan van een fiscale eenheid zou zonder art. 15ad Wet VPB 1969 dus aantreldcelijker zijn dan een activa/passiva transactie (vanwege het ontbreken van een afirekening over goodwill en stille reserves). Het zou daarom consistent zijn indien art. 15ad Wet VPB 1969 niet van toepassing is, indien wordt afgerekend over de goodwiu en stiue reserves van de te voegen deelneming. De staatssecretaris heeft echter niet voor deze zuivere benadering gekozen bij de vormgeving van art. 15ad Wet VPB De staatssecretaris heeft ervoor gekozen om art. 15ad Wet VPB 1969 niet van toepassing te laten zijn indien de schulden van de moedermaatschappij niet meer bedragen dan driemaal haar fiscale eigen vermogen. In plaats van een systematische en meer doelgerichte verzachting van art. 15ad Wet VPB 1969 (rente is aftrekbaar mits is afgerekend over goodwiu plus stille reserves) is dus gekozen voor een verzachting op basis van een 'thrncap-achtige' benadering. Zolang de financiering binnen de 3.1 -ratio blijft, wordt geacht geen sprake te zijn van excessieve schuldfinanciering ondanlcs dat sprake is van een verplaatsing van de rentelasten naar de overgenomen deelneming. Ik beschouw dit als een tegemoetkoming van de staatssecretaris om binnenlandse overnames fiscaal te faciliteren. Deze vermogenstoets lijlct in strijd te zijn met het EG-recht. Een in het buitenland gevestigde overgenomen dochtermaatschappij kan namehjk nooit een fiscale eenheid aangaan met haar Nederlandse moedermaatschappij. Het voordeel van deze vermogenstoets kan daarom slechts van toepassing zijn op binnenlandse situaties. Deze inbreuk op het EG recht kan worden weggenomen door de vermogenstoets ofwel te schrappen, ofwel een dergelijke vermogenstoets tevens op te nemen in artikel 131 Wet VPB 1969 (Bosalplanning wordt hierdoor echter wel weer deels mogehjk). Indien ervoor wordt gekozen om de vermogenstoets te handhaven, dan dient zij, om haar doel (het fiscaal faciliteren van overnames) te Icunnen bereiken, echter wel enigszins te worden aangepast. Onder de huidige regeling zou het eigen vermogen van de moedermaatschappij bij het aangaan van een fiscale eenheid met haar deelnemingen kunnen dalen met het bedrag van de goodwill en stille reserves dat onderdeel vormde van de kostprijs van de te voegen deelneming (het zogenaamde 'goodwillgat'). Dit goodwillgat leidt ertoe dat de vermogenstoets in veel gevallen geen soelaas biedt (waardoor veel meer gevallen door art. 15ad Wet VPB 1969 getroffen zullen worden dan beoogd). Hoewel mijns inziens met een beroep op doel en streklcing van de vermogenstoets uitgegaan zou mogen worden van een hoger eigen vermogen (het goodwillgat zou buiten aanmerldng gelaten mogen vyorden), teidt de huidige situatie mijns inziens zij tot veel onzekerheid bij belastingplichtigen.20 Ik zou daarom willen voorstellen om hiertegen maatregelen te treffen om onzekerheid omtrent het bestaan van een goodwillgat weg te nemen.^i 4. Toetsing van de algemene renteaftrekbeperlcing De algemene renteaftrekbeperldng is neergelegd in het voorgestelde art. lod Wet VPB 1969 en vormt in wezen een aangescherpte variant van de thincapregel in het huidige art lod Wet VPB Het betreft - ten opzichte van de specifieke renteaftrekbeperldng - een eenvoudiger regeling, die de renteaftrek beperlct zover het saldo van verschuldigde en ontvangen rente meer bedraagt dan 30% van de EBITDA (winst voor rente, belastingen en afschrijvingen) en tevens meer is dan Toetsing aan de beoordelingscriteria De algemene renteaftrekbeperldng hjlct, ten opzichte van de huidige vormgeving van specifieke renteaftrekbeperlcing met de complexe formule, eenvoudiger in de uitvoering. Ik maalc me echter wat betreft de eenvoud geen illusies aangezien zich bij het terugrekenen van de fiscale winst naar de EBITDA-winst bij de algemene renteaftrekbeperldng tal van complexiteiten voordoen. De keuze voor een percentage van 30% van de EBITDA is volledig uit de lucht gegrepen, zij houdt geen rekening met de bijzondere positie van verschillende belastingphchtigen.^^ De algemene renteaftrekbeperldng is door deze grofheid een verfoeilijke regehng. In de eerste plaats bereilct zij haar doel namehjk niet: de uitholling van de Nederlandse grondslag en Bosal-planning blijft nog voor 30% van de EBITDA mogehjk. Belastingphchtigen zuuen door het opzetten van rentestromen aan taxhavens ter grootte van maximaal 30% van de EBITDA dit heffingslek eenvoudig Icunnen uitbaten. Aan de andere kant zullen veel belastingplichtigen die niet met taxplanning bezig zijn over de 30%-grens heen gaan en met een beperlcing van de renteaftrek worden geconfronteerd. De regehng treft daardoor, als ware zij een ongeleid projectiel, in het overgrote deel van de gevallen gewone belastingphchtigen, die alleen leningen hebben aangetrokken om operationele activiteiten te financieren (en geen vrijgestelde deelnemingen). Aangezien deze regehng kosten in verband met gewoon belaste operationele activitei- 20 Zie M. Nieuweboer, Het 'goodwillgat' bestaat niet, WFR 2008/511. De auteur betoogt hierin op fraaie en overtuigende vnjze dat het goodvrillgat, voor toepassing van de thincapregeling, berust op een misvatting want zij is gebaseerd op een slechts rekenkundig bepaald eigen vermogen. De ratio van de thincapregeling pleit er volgens hem voor dat geen vermogenssprong dient op te treden bij het aangaan van een fiscale eenheid. Hetzelfde heeft mijns inziens te gelden voor het voorgestelde art. 15ad Wet VPB Zie voor een uitwerldng: S.E. Faber en W.W Mebius, 'Het consultatiedocument vennootschapsbelasting 2010', WFR 6821, 16 juli 2009, onderdeel Door de alternatieve groepsratio (art. lod, lid 5, Wet VPB 1969) wordt overigens wel in zekere mate rekening gehouden met de positie van belastingphchtigen die onderdeel zijn van een concern dat veel financiert met vreemd vermogen. De aftrekbeperldng is niet van toepassing indien op deze alternatieve groepsratio een beroep kan worden gedaan. Dit is het geval indien de belastingplichtige niet slechter is gekapitahseerd dan de groep waarvan hij deel uitmaakt. Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht 30juU

7 2009/1646 OPINIE ten uitsluit van aftrek, staat zij haaks op het nettobeginsel en de samenhanggedachte. Mijn forse Icritiek op de voorgestelde algemene renteaftrekbeperking geldt uiteraard ook voor de huidige thincapregeling. De grofheid van de thincapregeling blijft echter - gelulddg - alleen beperkt tot groepsrente. De voorgestelde algemene renteaftrekbeperldng trekt deze grofheid helaas door naar de (veelal niet taxdriven) externe rentebetalingen en dat maakt haar nog onverteerbaarder. 5. Conclusie Ondanks dat de voorgestelde renteaftrekbeperldngen een dam opwerpen tegen de uitholhng van de belastinggrondslag, zijn beide regelingen onrechtvaardig in hun huidige vormgeving. De specifieke renteaftrekbeperldng is met name onrechtvaardig omdat zij de rechtszekerheid zeer aantast vanwege de al te complexe formule (en dan met name de rigide sameidoop met de groepsrenteboxregehng). De algemene renteaftrekbeperldng is met name onrechtvaardig omdat zij haaks staat op de rechtsgehjlcheid. Deze regehng lijkt weliswaar eenvoudiger in haar opzet, op het simphstische af (goed voor de rechtszekerheid), maar zij is zo grof dat ze in de pralctijk ongeschilct zal blijken om haar doel te bereücen (grondslaguitholling en Bosal-planning tegen te gaan). Bovendien schiet deze regeling over haar doel heen, aangezien zij ten onrechte tal van belastingphchtigen over één kam scheert waardoor de renteaftrek ook uitgesloten zal worden bij belastingplichtigen met slechts operationele activiteiten. Ik vrees daarom dat de algemene renteaftrekbeperlcing, vanwege haar grofheid, niet voldoende bestendig zal bhjken en dat zij na verloop van tijd alsnog zal worden vervangen door een meer doelgerichte, minder grove bepaling (hetgeen de rechtszekerheid zeer zal aantasten). Op basis van de hiervoor behandelde beoordehngscriteria heb ik daarom een voorkeur voor de specifieke renteaftrekbeperlcing ten opzichte van de algemene renteaftrekbeperldng aangezien deze regehng beter op maat is afgestemd en belastingphchtigen die aueen leningen hebben aangetrokken om operationele activiteiten te fmancieren niet treft. Om de complexiteit en daarmee de rechtsonzekerheid weg te nemen waarmee de specifieke renteaftrekbeperlcing (art. 131 Wet VPB 1969) ons in haar huidige vorm confronteert, dient zij echter wel te worden aangepast. De formule kan verdwijnen en in plaats daarvan zou een historische/ functioneel economische toerekening Icunnen worden gehanteerd. Tevens dient een compenserende heffingsexceptie te worden opgenomen. Ten slotte dient art. 15ad Wet VPB 1969 zodanig te worden aangepast dat onzekerheid over het goodwillgat wordt weggenomen juli 2009 Nederlands Tijdschrift voor Fiscaal Recht

Alles onder Controle!

Alles onder Controle! Alles onder Controle! VPB 2010 Het consultatiedocument Maurice de Clercq & Gunther Hoffmann 25 november 2009 Programma Inleiding Groepsrentebox Renteaftrekbeperkingen Laagbelaste beleggingsdeelneming Inleiding

Nadere informatie

Memorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID

Memorandum RECENTE BELASTINGONTWIKKELINGEN MET BETREKKING TOT DE FISCALE EENHEID Memorandum REENTE ELASTINGONTWIKKELINGEN MET ETREKKING TOT DE FISALE EENHEID Op 6 juni 2018 heeft de Staatssecretaris van Financiën het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid gepubliceerd. In

Nadere informatie

PRAKTIJKNOTITIE Fiscaal. 1. Inleiding. 2. De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting Inleiding Voorwaarden vormen fiscale eenheid VPB

PRAKTIJKNOTITIE Fiscaal. 1. Inleiding. 2. De fiscale eenheid in de vennootschapsbelasting Inleiding Voorwaarden vormen fiscale eenheid VPB Van: NOAB Adviesgroeplid Marree & Van Uunen Belastingadviseurs Datum: februari 2019 Onderwerp: Spoedreparatie fiscale eenheid VPB voor het MKB 1. Inleiding In 2018 werd aangekondigd dat de regeling voor

Nadere informatie

Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking

Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking Jasper van Nes Advocaat Belastingadviseur Regime fiscale eenheid geraakt door uitspraak Hof van Justitie EU in zaak renteaftrekbeperking Belastingrecht 23 maart 2018 Rente op een geldlening voor de financiering

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Directie Directe Belastingen Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus

Nadere informatie

DE VERPLICHTE GROEPSRENTEBOX EN DE BEPERKINGEN VAN DE AFTREK VAN DE RENTE GETOETST AAN TWEE CRITERIA

DE VERPLICHTE GROEPSRENTEBOX EN DE BEPERKINGEN VAN DE AFTREK VAN DE RENTE GETOETST AAN TWEE CRITERIA De verplichte groepsrentebox en de aftrekbeperkingen van de rente getoetst aan twee criteria Gepubliceerd in Weekblad Fiscaal Recht 2009/6822, blz. 960-968 J. Vleggeert, Associate Professor at the Institute

Nadere informatie

DEELNEMINGSRENTE Dr. J. Vleggeert 1. 1.Inleiding

DEELNEMINGSRENTE Dr. J. Vleggeert 1. 1.Inleiding Deelnemingsrente Gepubliceerd in Weekblad Fiscaal Recht 2011/6922, blz. 1222-1226 J. Vleggeert, Associate Professor at the Institute of Tax Law of the University of Leiden j.vleggeert@law.leidenuniv.nl

Nadere informatie

Fiscale aspecten van groepsfinanciering van vastgoed

Fiscale aspecten van groepsfinanciering van vastgoed Fiscale aspecten van groepsfinanciering van vastgoed Wet VPB 1969 In een themanummer over vastgoedfinanciering kan een bijdrage over de fiscale aspecten niet ontbreken. In dit artikel gaan wij in op de

Nadere informatie

Wij wensen u veel leesplezier en nodigen u uit contact op te nemen via ewoud.deruiter@3rrrbelastingadviseurs.nl voor al uw vragen.

Wij wensen u veel leesplezier en nodigen u uit contact op te nemen via ewoud.deruiter@3rrrbelastingadviseurs.nl voor al uw vragen. Fiscale actualiteiten mei 2013 In deze nieuwsbrief zullen de volgende onderwerpen worden behandeld: 1. Aftrek beperkende deelnemingsrente: indien een besloten vennootschap meer dan 750.000 aan rente betaalt

Nadere informatie

Wetsvoorstel Zorginstellingen en Deelnemingsrente vennootschapsbelasting. Cervus, juni 2012

Wetsvoorstel Zorginstellingen en Deelnemingsrente vennootschapsbelasting. Cervus, juni 2012 Wetsvoorstel Zorginstellingen en Deelnemingsrente vennootschapsbelasting Cervus, juni 2012 Agenda BOSAL-rente een korte terugblik Wanneer wordt BOSAL-rente een BOSAL-gat? Eerdere reparatievoorstellen Wetsvoorstel

Nadere informatie

VpB 2010* Treasury Tax Update

VpB 2010* Treasury Tax Update VpB 2010* Treasury Tax Update Consultatiedocument VPB 2010: De groepsrentebox, renteaftrekbeperkingen en de deelnemingsvrijstelling Amsterdam, 13 juli 2009 *connectedthinking Agenda Opmaat herziening vennootschapsbelasting

Nadere informatie

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd.

Zowel de moedervennootschap als de dochtervennootschap(pen) moet(en) feitelijk in Nederland zijn gevestigd. Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv s een fiscale eenheid te laten vormen. Zowel in de vennootschapsbelasting als in de omzetbelasting is een fiscale eenheid

Nadere informatie

Datum 5 december 2009 Betreft Stand van zaken mogelijke maatregelen in de vennootschapsbelasting

Datum 5 december 2009 Betreft Stand van zaken mogelijke maatregelen in de vennootschapsbelasting > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.minfin.nl

Nadere informatie

Vennootschapsbelasting. Toepassing van artikel 10a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Belastingdienst /Directie Vaktechniek Belastingen.

Vennootschapsbelasting. Toepassing van artikel 10a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Belastingdienst /Directie Vaktechniek Belastingen. 1 Vennootschapsbelasting. Toepassing van artikel 10a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 Belastingdienst /Directie Vaktechniek Belastingen. Besluit van 25 maart 2013,nr. BLKB2013/110M. De Staatssecretaris

Nadere informatie

Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente

Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente Uitvoeringsbesluit aftrekbeperking bovenmatige deelnemingsrente Artikel 1 Reikwijdte en definities 1. Dit besluit geeft uitvoering aan de artikelen 13l en 15ad van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969.

Nadere informatie

De renteaftrekbeperking bij externe acquisities in art. 10a Vpb

De renteaftrekbeperking bij externe acquisities in art. 10a Vpb De renteaftrekbeperking bij externe acquisities in art. 10a Vpb Auteur: R.H. Honing Studentnummer: 5603218 Onder begeleiding van: Tweede beoordelaar: Universiteit: Faculteit: Opleiding: Studierichting:

Nadere informatie

SRA-Praktijkhandreiking. Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting

SRA-Praktijkhandreiking. Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting SRA-Praktijkhandreiking Spoedreparatie fiscale eenheid vennootschapsbelasting Inhoudsopgave 1 Algemeen... 3 2 Verloop en historie... 4 3 Hoofdlijn... 5 3.1 Terugwerkende kracht naar 1 januari 2018... 5

Nadere informatie

Spoedreparatie fiscale eenheid. Michel Ruijschop

Spoedreparatie fiscale eenheid. Michel Ruijschop Spoedreparatie fiscale eenheid Michel Ruijschop Spoedreparatiemaatregelen Uitgangspunten en vragen Geen temporele beperking (!) Hoe ver gaat het wegdenken? Ook wegdenken als de fiscale eenheid nadelig

Nadere informatie

Het uitblijven van de rentebox

Het uitblijven van de rentebox de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Het uitblijven van de rentebox Vinod Kalloe Europese Commissie 1 Gedragscode inzake belastingregelingen voor ondernemingen Politiek akkoord (EU Resolutie 1 december

Nadere informatie

Wet werken aan winst in Staatsblad

Wet werken aan winst in Staatsblad Wet werken aan winst in Staatsblad De Wet werken aan winst is op 12 december 2006 in het Staatsblad gepubliceerd. Dit betekent dat de meeste wijzigingen ingevolge deze wet op 1 januari 2007 in werking

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2017 2018 34 323 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en enige andere wetten in verband met enkele aanpassingen inzake de fiscale eenheid

Nadere informatie

Consultatie wetsvoorstel implementatie ATAD2

Consultatie wetsvoorstel implementatie ATAD2 Consultatie wetsvoorstel implementatie ATAD2 Op 29 mei 2017 is een aanpassing van de EU-richtlijn ter bestrijding van belastingontwijking aangenomen, zodat deze richtlijn zich (ook) richt tegen hybridemismatches

Nadere informatie

Checklist Deelnemingsvrijstelling

Checklist Deelnemingsvrijstelling Checklist Deelnemingsvrijstelling Wie een (persoonlijke) holding bezit met daarin aandelen in een werkmaatschappij, zal al snel achter het belang van de deelnemingsvrijstelling komen. De deelnemingsvrijstelling

Nadere informatie

Rente-aftrekbeperking door art. 13l VPB

Rente-aftrekbeperking door art. 13l VPB Rente-aftrekbeperking door art. 13l VPB De gevolgen voor de praktijk Heico Reinoud & Wibren Veldhuizen Inleiding Doel en strekking Casusposities Administratieve lasten 2 Doel en strekking 3 Doel en strekking

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 8768 3 april 2013 Vennootschapsbelasting. Toepassing van artikel 10a van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 25 maart

Nadere informatie

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting.

Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. Blok 11. IS 2: dubbele belasting en de Spaanse holding (ETVE). Deelnemingen, deelnemingsvrijstelling of voorkoming van dubbele belasting. 1. Algemeen systeem. De wet voorziet in diverse gedetailleerde

Nadere informatie

Staatssecretaris beantwoordt vragen spoedreparatie fiscale eenheid

Staatssecretaris beantwoordt vragen spoedreparatie fiscale eenheid Staatssecretaris beantwoordt vragen spoedreparatie fiscale eenheid Op 4 juni 2018 is het wetsvoorstel Wet spoedreparatie fiscale eenheid ( het wetsvoorstel ) bij de Tweede Kamer ingediend (zie onze eerdere

Nadere informatie

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding

I. ALGEMEEN. Memorie van toelichting. 1. Inleiding Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 in verband met de invoering van een tussenregeling voor valutaresultaten op deelnemingen (Tussenregeling valutaresultaten op deelnemingen) Memorie

Nadere informatie

Uw bv s als fiscale eenheid in De belangrijkste voor- en nadelen op een rij. whitepaper

Uw bv s als fiscale eenheid in De belangrijkste voor- en nadelen op een rij. whitepaper 13.07.16 Uw bv s als fiscale eenheid in 2016 De belangrijkste voor- en nadelen op een rij whitepaper In dit whitepaper: Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA s-gravenhage

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA s-gravenhage > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA s-gravenhage Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

2009 -- Bedrijfsadministratie - GBE3.2 (FE) - Deel 2

2009 -- Bedrijfsadministratie - GBE3.2 (FE) - Deel 2 GBE3.2 (FE) les 4 programma Wat is een fusie Bedrijfsoverdracht en bedrijfsfusie Bedrijfsfusie Juridische fusie Een fusie is het samengaan van twee meer ondernemingen die daarna als economische eenheid

Nadere informatie

Renteaftrek in de Vpb wat moeten we ermee?

Renteaftrek in de Vpb wat moeten we ermee? Renteaftrek in de Vpb wat moeten we ermee? Na invoering van de overnameholdingbepaling Naam R.H. (Roos) Burhorst Universiteit Universiteit van Tilburg Studierichting Master Fiscale Economie Studentnummer

Nadere informatie

De kunst van het bepalen van de optimale transactiestructuur

De kunst van het bepalen van de optimale transactiestructuur De kunst van het bepalen van de optimale transactiestructuur Deze presentatie is beschikbaar op legalbusinessday.nl Manon den Boer Roderik Bouwman Onderwerpen Casus en juridische mogelijkheden Gebruik

Nadere informatie

Fiscale eenheid. Impact spoedmaatregelen. Agenda. februari dr. A. Rozendal. Toepassing art. 10a. Toepassing art. 20a.

Fiscale eenheid. Impact spoedmaatregelen. Agenda. februari dr. A. Rozendal. Toepassing art. 10a. Toepassing art. 20a. Fiscale eenheid Impact spoedmaatregelen februari 2019 dr. A. Rozendal 1 Agenda Inleiding Toepassing art. 10a Toepassing art. 20a 2 Inleiding Toepassing art. 10a Toepassing art. 20a 3 Inleiding Voordelen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 22561 29 april 2016 Dividendbelasting; Inkomstenbelasting; Vennootschapsbelasting; EU-recht 25 april 2016 nr. DGB 2016/1731M

Nadere informatie

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van 6.12.2012. over agressieve fiscale planning

AANBEVELING VAN DE COMMISSIE. van 6.12.2012. over agressieve fiscale planning EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.12.2012 C(2012) 8806 final AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale planning NL NL AANBEVELING VAN DE COMMISSIE van 6.12.2012 over agressieve fiscale

Nadere informatie

De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA s-gravenhage

De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus EA s-gravenhage > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Postbus 20017 2500 EA s-gravenhage Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.rijksoverheid.nl

Nadere informatie

Interne rente bij de vaste inrichting

Interne rente bij de vaste inrichting 3 Internationaal Belastingrecht en Dividendbelasting Master Internationaal en Europees Belastingrecht Universiteit van Amsterdam Interne rente bij de vaste inrichting Het in aanmerking nemen van interne

Nadere informatie

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis?

Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Abnormale of goedgunstige voordelen toch geen minimale belastbare basis? Aan de hand van bepaalde transacties wordt binnen groepen van vennootschappen soms gepoogd om winsten te verschuiven naar de vennootschappen

Nadere informatie

Gegevens belastingplichtige. Naam. Adres Postcode Plaats Telefoon. Inspectienaam Boekjaar van.. t/m

Gegevens belastingplichtige. Naam. Adres Postcode Plaats Telefoon. Inspectienaam Boekjaar van.. t/m Gegevens belastingplichtige Naam Adres Postcode Plaats Telefoon Inspectienaam Boekjaar van.. t/m Regeling functionele valuta van toepassing dit boekjaar? Ingangsdatum Valutacode Factor Koers Vpb aangifte

Nadere informatie

Bachelor Thesis Invoering van een renteaftrekbeperking voor overnameholdings

Bachelor Thesis Invoering van een renteaftrekbeperking voor overnameholdings Bachelor Thesis Invoering van een renteaftrekbeperking voor overnameholdings Naam : C.T.G. Scholten Studierichting : Fiscale Economie Administratienummer : 855808 Datum : april 2011 Examencommissie : prof.

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 11 DERDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 25 oktober 2011

Nadere informatie

Renteaftrekbeperking van overnameholdings

Renteaftrekbeperking van overnameholdings Renteaftrekbeperking van overnameholdings Naam: Thomas Groot Studentnummer: 5893445 Begeleider: De heer mr. S. Wolvers Masterscriptie Fiscale Economie Universiteit van Amsterdam Juli 2012 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Onzakelijke leningen. dr. Ruud van den Dool

Onzakelijke leningen. dr. Ruud van den Dool Onzakelijke leningen dr. Ruud van den Dool Onzakelijke leningen Bewijslastverdeling Hoogte en behandeling rentevergoeding afwaarderingen Criteria Internationale (mis)match Leningkwalificatie + behandeling

Nadere informatie

Spoedmaatregelen Fiscale eenheid - en het per element benadering arrest van het HvJ EU: een nadere beschouwing

Spoedmaatregelen Fiscale eenheid - en het per element benadering arrest van het HvJ EU: een nadere beschouwing Spoedmaatregelen Fiscale eenheid - en het per element benadering arrest van het HvJ EU: een nadere beschouwing Daniël Smit ACTL Afternoon-seminar 20 maart 2018 De Industrieele Groote Club Het arrest van

Nadere informatie

Reactie Register Belastingadviseurs inzake wetsvoorstel , Wet spoedreparatie fiscale eenheid

Reactie Register Belastingadviseurs inzake wetsvoorstel , Wet spoedreparatie fiscale eenheid Reactie Register Belastingadviseurs inzake wetsvoorstel 34.959, Wet spoedreparatie fiscale eenheid Het Register Belastingadviseurs (hierna: RB) heeft met interesse kennis genomen van het wetsvoorstel Wet

Nadere informatie

Nieuwsbrief december 2012

Nieuwsbrief december 2012 Eindejaar tips voor de onderneming Voorkom toepassing van thin capitalization Zijn er in uw concern groepsleningen afgesloten? U kunt toepassing van de renteaftrekbeperking voor groepsleningen op grond

Nadere informatie

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Geldend op 24-07-2009 - Besluit van 27 maart 2001; CPP 2001/366M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2014 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2014 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2014. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2014 Balans per 30 juni 2014 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2014 31 december 2013 Vlottende activa Handelsdebiteuren 1.624

Nadere informatie

De Earningsstrippingregeling (ATAD 1)

De Earningsstrippingregeling (ATAD 1) 5 maart 2019 De Earningsstrippingregeling (ATAD 1) Eind december 2018 heeft de Eerste Kamer ingestemd met de implementatie van de Europese Earningsstrippingmaatregel (hierna ook genoemd: ESM ) per 1 januari

Nadere informatie

Reactie Register Belastingadviseurs (RB) inzake de aangekondigde spoedmaatregelen inzake de fiscale eenheid vennootschapsbelasting

Reactie Register Belastingadviseurs (RB) inzake de aangekondigde spoedmaatregelen inzake de fiscale eenheid vennootschapsbelasting Per post en per e-mail Aan de Vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal T.a.v. mevrouw P.F.L.M. Tielens-Tripels Postbus 20018 2500 EA Den Haag Culemborg, 17 januari 2018 Betreft:

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 38029 30 december 2014 Vennootschapsbelasting. Fiscale eenheid. Wijziging van het besluit van 14 december 2010, nr. DGB2010/4620M,

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2016 Balans per 30 juni 2016 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2016 31 december 2015 Vaste activa Immateriële vaste activa

Nadere informatie

Omzetting van vordering in aandelenkapitaal. regels voor de debiteur

Omzetting van vordering in aandelenkapitaal. regels voor de debiteur Dit artikel uit Vennootschap is gepubliceerd door Boom juridisch en is bestemd voor anonieme Omzetting van vordering in aandelenkapitaal debiteur: fiscale regels voor de debiteur Inleiding Het omzetten

Nadere informatie

15. 2. 2. 2. Is art. 10d Vpb. 69 in overeenstemming met art. 9 OESO modelverdrag?

15. 2. 2. 2. Is art. 10d Vpb. 69 in overeenstemming met art. 9 OESO modelverdrag? HOOFDSTUK 15. SAMENVATTING EN CONCLUSIES 15. 1. Inleiding De centrale vraag in dit proefschrift is of de aftrekbeperkingen van de rente die zijn opgenomen in de Nederlandse vennootschapsbelasting in overeenstemming

Nadere informatie

Reactie van het Register Belastingadviseurs op het ter consultatie voorgelegde document inzake de implementatie van ATAD 1

Reactie van het Register Belastingadviseurs op het ter consultatie voorgelegde document inzake de implementatie van ATAD 1 Reactie van het Register Belastingadviseurs op het ter consultatie voorgelegde document inzake de implementatie van ATAD 1 Het Register Belastingadviseurs (hierna: het RB ) heeft met belangstelling kennisgenomen

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING I. ALGEMEEN. 1. Inleiding

MEMORIE VAN TOELICHTING I. ALGEMEEN. 1. Inleiding MEMORIE VAN TOELICHTING I. ALGEMEEN 1. Inleiding Op 22 februari 2018 heeft het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJ EU) uitspraak gedaan in twee Nederlandse zaken. 1 Het HvJ EU heeft in de ene zaak

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Aan de Vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Mw. P. Tielens-Tripels Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG

Nadere informatie

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013

Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM. Rapport inzake de jaarrekening 2013 Global Opportunities (GO) Capital Asset Management BV gevestigd te AMSTERDAM Rapport inzake de jaarrekening 2013 Inhoudsopgave Pagina Opdracht 1 Algemeen 1 Resultaten 1 Financiële positie 2 Kengetallen

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2010 2011 32 505 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Overige fiscale maatregelen 2011) Nr. 7 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 26 oktober

Nadere informatie

Edelhoogachlbare dames, heren,

Edelhoogachlbare dames, heren, Edelhoogachlbare dames, heren, lil aanvulling op het cassatieberoepschrift van 27 januari 2011 volgt hierna namens.v. (hierna te noemen "belanghebbende"), wiélliihlilillnilé ip m ï, de motivering daarvan.

Nadere informatie

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen Aan de Vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer der Staten-Generaal mr. R.F. Berck Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Amsterdam,

Nadere informatie

Advieswijzer. Fiscale eenheid 2016 De voor- en nadelen op een rij Denk ondernemend. Denk Bol.

Advieswijzer. Fiscale eenheid 2016 De voor- en nadelen op een rij Denk ondernemend. Denk Bol. Advieswijzer Fiscale eenheid 2016 De voor- en nadelen op een rij 13-07-2016 Denk ondernemend. Denk Bol. Onderneemt u vanuit meerdere bv s, dan kan het fiscaal aantrekkelijk zijn om de bv s een fiscale

Nadere informatie

Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP)

Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP) Aan: Van: Staatssecretaris van Financiën Nederlandse Vereniging van Participatiemaatschappijen (NVP) Datum: 10 december 2018 Betreft: Reactie op internetconsultatie implementatie ATAD2 Geachte heer Snel,

Nadere informatie

Vennootschapsbelastingtarief 2013 2012. Tarief voor belastbaar bedrag t/m 200.000 20% 20% Tarief over het meerdere 25% 25%

Vennootschapsbelastingtarief 2013 2012. Tarief voor belastbaar bedrag t/m 200.000 20% 20% Tarief over het meerdere 25% 25% Houd grip op de fiscale risico s als uw bv een stamrecht- of pensioensverplichting is aangegaan Fiscale spelregels 2013 voor uw bv Enkele belangrijke actualiteiten voor het ondernemen in de bv voor u op

Nadere informatie

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1.

$ 100,000 (2punten) Pand gebruik genot $ 417,500 50% $ 208,750 Boekwaarde $ 250,000 -/- 1 Hypotheek $ 100,000 +/+ 1. Opgave 1 Activa Fiscale Werkelijke Passiva Fiscale Werkelijke boekwaarde waarde boekwaarde waarde Alternatief per goed Bedrijfspand 250,000 350,000 Kapitaal 337,500 667,500 getal 2 (x3) Voorraad 200,000

Nadere informatie

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2015. Geen accountantscontrole toegepast

HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN. Halfjaarcijfers per 30 juni 2015. Geen accountantscontrole toegepast HOLLAND IMMO GROUP BEHEER B.V. TE EINDHOVEN Halfjaarcijfers per 30 juni 2015 Balans per 30 juni 2015 Vóór resultaatbestemming ACTIVA 30 juni 2015 31 december 2014 Vaste activa Immateriële vaste activa

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 34 959 Wijziging van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 en de Wet op de dividendbelasting 1965 in verband met enkele spoedreparaties inzake

Nadere informatie

PRAKTIJKNOTITIE Reparatiemaatregelen fiscale eenheid Vpb. 1. Inleiding. 2. Waar ging en gaat de discussie over? 2.1. Globale beschrijving

PRAKTIJKNOTITIE Reparatiemaatregelen fiscale eenheid Vpb. 1. Inleiding. 2. Waar ging en gaat de discussie over? 2.1. Globale beschrijving Van: NOAB Adviesgroep-lid Punt & Van de Weerdt Belastingadviseurs Datum: Februari 2018 Onderwerp: 1. Inleiding Het is weer zover. Het Ministerie van Financiën lijdt in Luxemburg bij de Europese rechter

Nadere informatie

8 Belastinglastverantwoording bij fiscale eenheid

8 Belastinglastverantwoording bij fiscale eenheid * 8.2 Ten behoeve van de heffing van de vennootschapsbelasting kan een moedermaatschappij met haar dochtermaatschappij(en) waarin zij een belang heeft van ten minste 95% op verzoek worden samengevoegd

Nadere informatie

Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! CROP.NL

Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! CROP.NL Geld geleend van de eigen vennootschap? Mogelijk dubbele heffing door nieuwe wetgeving! Bovenmatig lenen bij eigen vennootschap wordt ontmoedigd! Algemeen De belastingdienst stelt de laatste jaren steeds

Nadere informatie

Artikel 15ad Wet Vennootschapsbelasting 1969 (de regeling inzake de overnameholding nader beschouwd)

Artikel 15ad Wet Vennootschapsbelasting 1969 (de regeling inzake de overnameholding nader beschouwd) Artikel 15ad Wet Vennootschapsbelasting 1969 (de regeling inzake de overnameholding nader beschouwd) 30 december 2012 Universiteit van Amsterdam Fiscale Economie Remco Mosch nr. 10266321 1 ste Begeleider:

Nadere informatie

- Algemene toelichting 3. - Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over het jaar Toelichting op de balans 6

- Algemene toelichting 3. - Balans per 31 december Winst- en verliesrekening over het jaar Toelichting op de balans 6 Inhoudsopgave Verslag van de directie 2 Jaarrekening 2012 - Algemene toelichting 3 - Balans per 31 december 2012 4 - Winst- en verliesrekening over het jaar 2012 5 - Toelichting op de balans 6 - Toelichting

Nadere informatie

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013

Schiphol Nederland B.V. Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 Halfjaarlijkse financiële verslaggeving over de periode 1 januari 2013 t/m 30 juni 2013 HALFJAARVERSLAG 2013 Schiphol Nederland B.V. is onderdeel van de Schiphol Group (N.V. Luchthaven Schiphol voert Schiphol

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2011 2012 33 003 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Belastingplan 2012) Nr. 30 VIJFDE NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 11 november

Nadere informatie

TAX ALERT 10 juli Internetconsultatie conceptwetsvoorstel implementatie ATAD1

TAX ALERT 10 juli Internetconsultatie conceptwetsvoorstel implementatie ATAD1 TAX ALERT 10 juli 2017 Internetconsultatie conceptwetsvoorstel implementatie ATAD1 Inleiding Op 10 juli 2017 heeft het Ministerie van Financiën een internetconsultatie opengesteld met conceptwetgeving

Nadere informatie

Datum 16 april 2012 Betreft Opzet aanpassing Bvdb 2001 (voorkoming dubbele bankenbelasting) en tweede Nota van wijziging bankenbelasting

Datum 16 april 2012 Betreft Opzet aanpassing Bvdb 2001 (voorkoming dubbele bankenbelasting) en tweede Nota van wijziging bankenbelasting > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA s GRAVENHAGE Directie Internationale Fiscale Zaken Korte Voorhout 7 2511 CW Den

Nadere informatie

Transparante Vennootschap

Transparante Vennootschap Transparante Vennootschap Er is een Transparante Vennootschap (hierna: TV) ingevoerd. Een TV is een naamloze vennootschap (hierna NV) of een besloten vennootschap (hierna: BV) die verzcht heeft om voor

Nadere informatie

138 De Pensioenwereld in 2014

138 De Pensioenwereld in 2014 17 138 De Pensioenwereld in 2014 Beleggingen 139 EU-claims: geen grijs gedraaide plaat Auteurs: Susan Groot Koerkamp en Erwin Nijkeuter In de meeste Europese landen worden of werden buitenlandse pensioenfondsen

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's GRAVENHAGE. Datum 28 oktober 2011 Betreft Pakket Belastingplan 2012

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA 's GRAVENHAGE. Datum 28 oktober 2011 Betreft Pakket Belastingplan 2012 > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA 's GRAVENHAGE Korte Voorhout 7 2511 CW Den Haag Postbus 20201 2500 EE Den Haag www.minfin.nl

Nadere informatie

De onzakelijke omleiding inzake de dubbele zakelijkheidstoets van artikel 10a, derde lid, Wet op de Vennootschapsbelasting 1969

De onzakelijke omleiding inzake de dubbele zakelijkheidstoets van artikel 10a, derde lid, Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 De onzakelijke omleiding inzake de dubbele zakelijkheidstoets van artikel 10a, derde lid, Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 Bachelor thesis Fiscale Economie Universiteit van Tilburg Student: Maud Joosen

Nadere informatie

Bewaarbedrijf Ameuro N.V. Eindhoven Jaarverslag 2005

Bewaarbedrijf Ameuro N.V. Eindhoven Jaarverslag 2005 Bewaarbedrijf Am N.V. Eindhoven Jaarverslag 2005 1 Bewaarbedrijf Am N.V. Eindhoven Jaarverslag 2005 Inhoudsopgave Verslag van de directie 3 Jaarrekening 2005 Algemene toelichting 4 Balans per 31 december

Nadere informatie

Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting. Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden

Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting. Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden Naar een EU-bestendige vennootschapsbelasting Frank Engelen PricewaterhouseCoopers Universiteit Leiden International Tax Center Leiden Grondslagen van de interne markt De interne markt omvat een ruimte

Nadere informatie

No.W /III 's-gravenhage, 1 juni 2011

No.W /III 's-gravenhage, 1 juni 2011 ... No.W06.11.0119/III 's-gravenhage, 1 juni 2011 Bij Kabinetsmissive van 12 april 2011, no.11.000950, heeft Uwe Majesteit, op voordracht van de Staatssecretaris van Financiën, bij de Afdeling advisering

Nadere informatie

\4CA^< CGLS. Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen:

\4CA^< CGLS. Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen: \4CA^< CGLS Edelhoogachtbaar college, 1. Bij brief van I november 2010 heeft B.V., Irechtstreeks beroep in cassatie als bedoeld in artikel 28 AWR ingesteld tegen de uitspraak van de rechtbank Haarlem (hierna:

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2011 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2011 25 augustus 2011 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2011 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

10 Buitenlandse deelnemingen in de (geconsolideerde) jaarrekening

10 Buitenlandse deelnemingen in de (geconsolideerde) jaarrekening Voortgezette Studie Boekhouden 10.1 a Transacties in vreemde valuta s zijn transacties die leiden tot het ontstaan respectievelijk tenietgaan van in vreemde valuta s luidende vorderingen of schulden dan

Nadere informatie

(A)symmetrie bij de behandeling van valutaresultaten op 10a-schulden?

(A)symmetrie bij de behandeling van valutaresultaten op 10a-schulden? Weekblad voor Fiscaal Recht, (A)symmetrie bij de behandeling van valutaresultaten op 10a-schulden? Klik hier om het document te openen in een browser venster Vindplaats: WFR 2009/1010 Bijgewerkt tot: 01-01-2009

Nadere informatie

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012

Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: Vinc Vastgoed Management I B.V. inzake. tussentijds bericht per 30 juni 2012 Uitgebracht aan de directie en aandeelhouder van: inzake tussentijds bericht per 30 juni 2012 28 augustus 2012 Barendrecht INHOUDSOPGAVE Pagina Balans per 30 juni 2012 2 Winst- en verliesrekening over

Nadere informatie

Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland

Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland Besluit van PM datum tot wijziging van de Belastingregeling voor het land Nederland Op de voordracht van de Staatssecretaris van Financiën van PM; Gelet op artikel 37 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen

Nadere informatie

Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting

Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting Spoedreparatie in de Fiscale Eenheid Vennootschapsbelasting moeder dochter(s) WHITE PAPER 1 belastingplichtige Bol Adviseurs 29 November 2017 Inhoudsopgave Samenvatting... 3 Spoedreparatie in de Fiscale

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 950 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten (Fiscale verzamelwet 2014) Nr. 4 NOTA VAN WIJZIGING Ontvangen 12 juni 2014 Het

Nadere informatie

Het belastingrecht BES. Perspectief bedrijfsleven

Het belastingrecht BES. Perspectief bedrijfsleven Page 1 Het belastingrecht BES Perspectief bedrijfsleven Handelsmissie Aruba Bonaire 2012 mr. Zuleika S. Lasten 6 juli 2012 Doel fiscaal stelsel BES Vereenvoudiging Lage tarieven en verbreding grondslag

Nadere informatie

SGG Depositary B.V. Jaarverslag 2013/2014

SGG Depositary B.V. Jaarverslag 2013/2014 SGG Depositary B.V. Jaarverslag 2013/2014 Amsterdam, Hoogoorddreef 15 Kamer van Koophandel Amsterdam, 59.062.576 Inhoudsopgave Algemeen 3 Balans per 31 december 2014 4 Winst- en Verliesrekening over de

Nadere informatie

Bouwfonds Vastgoedfondsen Beheer B.V. Hoevelaken. Halfjaarcijfers 2009

Bouwfonds Vastgoedfondsen Beheer B.V. Hoevelaken. Halfjaarcijfers 2009 Bouwfonds Vastgoedfondsen Beheer B.V. Hoevelaken Halfjaarcijfers 2009 Inhoudsopgave Halfjaarcijfers 2009 Inhoudsopgave 2 Balans per 30 juni 2009 3 Winst- en Verliesrekening 4 Kasstroomoverzicht 5 Toelichting

Nadere informatie

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009

Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Fiscaal memorandum voor participaties in Terra Vitalis met betrekking tot het belastingjaar 2009 Inleiding Participeren in het beleggingsobject Terra Vitalis kan gevolgen hebben voor uw belastingpositie

Nadere informatie

10 Buitenlandse deelnemingen in de (geconsolideerde) jaarrekening

10 Buitenlandse deelnemingen in de (geconsolideerde) jaarrekening 10.1 a Transacties in vreemde valuta s zijn transacties die leiden tot het ontstaan respectievelijk tenietgaan van in vreemde valuta s luidende vorderingen of schulden dan wel leiden tot het verkrijgen

Nadere informatie

Voor wat betreft de rentebetalingen wordt verwezen naar onderdeel a hiervoor.

Voor wat betreft de rentebetalingen wordt verwezen naar onderdeel a hiervoor. Uitwerking tentamenopgave 1 (totaal 50 ptn) Opgave a; relevante fiscale aspecten voor 2007 (5 ptn) Voor 2007 zijn in principe alleen de beide leningen relevant. Voor wat betreft de betaalde optiepremie

Nadere informatie