GEMEENTE STAPHORST. Evenementenbeleid

Transcriptie

1 GEMEENTE STAPHORST Evenementenbeleid vastgesteld op 30 november 2010 door Burgemeester en wethouders van de gemeente Staphorst

2 Inhoudsopgave Pagina 1 Inleiding Algemeen Doel evenementenbeleid Partners Definitie evenement 5 2 Wet- en regelgeving Algemeen plaatselijke verordening Afvalstoffenverordening Gemeentelijk rioleringsplan Wet ruimtelijke ordening Brandbeveiligingsverordening en Besluit brandveilig gebruik bouwwerken Drank- en Horecawet Wegenverkeerswet 11 3 Evenementen in Staphorst Inventarisatie evenementen Evenementen Evenementen Evenementen 2008/ A-, B- en C-evenementen Indeling in categorieën Indelingscriteria Jaarlijkse terugkerende evenementen Overwegingen bij het stellen van voorschriften en bij weigering Weigeren vergunning Overwegingen Evaluatie evenementen 2008/ Beleidsregels voor evenementen 19 4 Vergunningverlening Aanvraag en verlening vergunning 25 5 Toezicht en handhaving Toezicht Handhaving 26 Bijlage 1 Meetprotocol geluid Pagina 2 van 28

3 1 Inleiding 1.1 Algemeen In de gemeente Staphorst worden elk jaar tal van evenementen georganiseerd. Dit zorgt voor veel activiteit en levendigheid in de gemeente. Bovendien zijn veel inwoners, ondernemers en verenigingen actief betrokken bij het organiseren van de evenementen. De evenementen zijn vaak gerelateerd aan sport, cultuur en ontspanning/vrije tijd. Om een aantal redenen is het belangrijk dat deze evenementen goed worden georganiseerd: 1. Aard, omvang en locatie van het evenement kunnen voor een deel van de inwoners van Staphorst overlast 1 met zich mee brengen. Hoewel een bepaalde mate van activiteit en levendigheid in de directe woonomgeving vanzelfsprekend is, moet de situatie voor zowel deelnemers als omwonenden van een evenement acceptabel zijn. Een goede organisatie kan hiertoe bijdragen. 2. Evenementen moeten voldoen aan verschillende wet- en regelgeving. Deze regels zijn er niet voor niets, ze hebben een bepaald doel: bescherming van gezondheid, veiligheid en milieu. 3. De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid in de gemeente. Vanuit die verantwoordelijkheid ziet hij er op toe dat een evenement de openbare orde en veiligheid niet in gevaar brengt en dat bij een calamiteit de hulpdiensten hun werk goed kunnen doen en er geen onnodige risico s ontstaan. Uiteraard hebben de organisatoren van een evenement ook belang bij een goede voorbereiding en een goed verloop van het evenement. De organisatie is gebaat bij het beperken van klachten in de omgeving en bij de tevredenheid van de deelnemers of het publiek. 1.2 Doel evenementenbeleid Veel evenementen hebben al een jarenlange traditie en staan elk jaar weer op het programma. Over het algemeen verlopen de evenementen naar tevredenheid. In het verleden is door de gemeente, maar ook door betrokken partners, geconstateerd dat het proces van vergunningverlening en de voorschriften die daarbij worden gesteld niet altijd voorspelbaar, weloverwogen en nauwkeurig gebeurt. Er bestond en bestaat behoefte aan duidelijkheid voor alle betrokkenen bij het proces van vergunningverlening voor evenementen op het gebied van beleid, toezicht en handhaving. Dit in het belang van de gemeente, de partners (zie punt 1.3) en de deelnemers/bezoekers. Daarom is er sprake van een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Met het evenementenbeleid 2006 en de herziening 2010 is een goede basis gelegd om in de komende jaren consequent beleid te voeren omtrent evenementen. Het is van belang te realiseren dat dit evenementenbeleid niet het sluitstuk, maar meer het beginpunt is van een (jaren)lang proces. Periodieke evaluatie van het beleid is dan ook van belang. Dit zal er toe bijdragen dat in de toekomst uiteindelijk een evenwichtig evenementenbeleid tot stand komt. 1 Overlast is een subjectief begrip: de één ervaart meer en eerder overlast dan de ander. Door middel van dit beleidsplan wordt geprobeerd hieraan objectiveerbare criteria te verbinden. Het spreekt voor zich dat dit niet altijd mogelijk is. Het is daarom belangrijk om met elkaar hierover in gesprek te blijven. Pagina 3 van 28

4 Doel In het evenementenbeleid staat omschreven welk beleid de gemeente hanteert bij het verlenen van vergunningen voor evenementen en hoe vergunningverlening, toezicht en handhaving is geregeld. Hiermee wordt gestreefd naar tevredenheid van deelnemers en omgeving over de evenementen en het beperken van risico s op het gebied van openbare orde, veiligheid, volksgezondheid en milieu. 1.3 Partners Hiervoor is al aangegeven dat verschillende partijen belang hebben bij een goede organisatie van evenementen. De achterliggende belangen zijn echter verschillend. De gemeente De gemeente heeft een verantwoordelijkheid voor de uitvoering van en het toezicht op weten regelgeving. De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en veiligheid. Bij het opstellen van beleid moet de gemeente met verschillende doelgroepen in de gemeenschap rekening houden. De organisatoren van evenementen De organisatoren willen, meestal met veel enthousiasme, een (gezellig) evenement organiseren, dat met name voor de deelnemers/het publiek goed verloopt. Zij behoren daarbij ook rekening te houden met de omgeving. De organisatoren zijn gebaat bij een snelle afhandeling van de vergunningverlening, maar ook bij een transparante en gelijke handelswijze in dat proces. De inwoners/omwonenden De omwonenden hebben belang bij een rustige woonomgeving. Een beperking van de geluidsoverlast, het tijdig stoppen van het evenement en het voorkomen van vernielingen zijn daarbij van belang. Het gedrag van het publiek speelt hierbij een rol. De politie De politie heeft als taak de openbare orde en veiligheid te bewaken. De politie heeft er belang bij dat er bijvoorbeeld geen geweld en andere incidenten plaats vinden en dat het verkeer en parkeren geen problemen oplevert. De politie is er bij gebaat dat er van tevoren duidelijkheid is over waar en wanneer het evenement plaats vindt, hoeveel personen er worden verwacht en wie het organiseert. Bovendien heeft de politie alle aanvullende informatie nodig met als doel bij een calamiteit snel ter plaatse te zijn en adequaat te kunnen optreden. Contact met de (beveiliging van de) organisatie is daarbij van essentieel belang. De brandweer/geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) Deze hulpdiensten hebben een preventieve en repressieve taak. Iedereen heeft belang bij een veilige locatie (terrein/tent/gebouw) van het evenement dat voldoet aan de eisen, zodat calamiteiten zoveel mogelijk worden voorkomen. Voor hen is het belangrijk om van te voren genoeg informatie te hebben om bij een calamiteit effectief te kunnen optreden. Hetzelfde geldt voor de GHOR: de hulpverleners moeten goed doorgang hebben naar het evenemententerrein/de locatie en daarom van te voren geïnformeerd worden. Tevens stelt de GHOR eisen ten aanzien van volksgezondheid en milieu. Pagina 4 van 28

5 Partners Gemeente Organisatoren Inwoners/omwonenden Politie Brandweer en GHOR 1.4 Definitie evenement Het is niet eenvoudig om te komen tot een eenduidige definitie van een evenement. De Algemeen Plaatselijke Verordening verschaft hierover duidelijkheid. Algemeen Plaatselijke Verordening In de Algemeen Plaatselijke Verordening (APV) van de gemeente Staphorst is in artikel 2:24 de volgende begripsomschrijving opgenomen: Onder een evenement wordt verstaan: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak. Hiervan uitgezonderd zijn: Bioscoopvoorstellingen; Markten als bedoeld in artikel 160, eerste lid, onder h, van de Gemeentewet en artikel 5:22 van de APV; Kansspelen als bedoeld in de Wet op de kansspelen; Het in een inrichting in de zin van de Drank en Horecawet gelegenheid geven tot dansen; Betogingen, samenkomsten en vergaderingen als bedoeld in de Wet openbare manifestaties; Ten behoeve van publiek als straatartiest/ straatmuzikant/ straatfotograaf/ tekenaar/ filmoperateur of gids optreden (art. 2:9 APV); Speelgelegenheden 2 (art. 2:39 APV). Onder evenement wordt ook verstaan: Een herdenkingsplechtigheid; Een braderie; Een optocht, niet zijnde een betoging als bedoeld in artikel 2:3, op de weg; Een feest, muziek of wedstrijd 3 op of aan de weg. In de toelichting van de APV is uitgelegd wat de ondergrens is van de gemeentelijke bevoegdheid: wanneer het gaat om de strikte privé-sfeer van burgers en er geen uitstraling vanuit de particuliere sfeer op het openbare leven is. Hier is gebruik gemaakt van de term uitstraling op het openbare leven. Dit betekent dat ook al vindt er een evenement plaats op particulier terrein, de gemeente toch een bevoegdheid heeft, wanneer er sprake is van uitstraling op het openbare leven. In de APV zelf wordt in artikel 2:24. de zinsnede publiek toegankelijke verrichting gebruikt, wat eveneens duidt op het publieke karakter van een evenement. 2 Een speelgelegenheid is een voor het publiek toegankelijke gelegenheid waar bedrijfsmatig of in een omvang alsof deze bedrijfsmatig is de mogelijkheid wordt geboden enig spel te beoefenen, waarbij geld of in geld inwisselbare voorwerpen kunnen worden gewonnen of verloren. 3 De reguliere sportwedstrijden in de gemeente Staphorst zijn uitgezonderd van dit evenementenbeleid. Pagina 5 van 28

6 De belangrijkste basis voor het evenementenbeleid is vervat in de artikelen 2:24 (begripsomschrijving) en 2:25 (basis artikel) van de APV. Naast deze specifieke evenementenartikelen zijn vaak nog andere bepalingen uit de APV van belang. Ook andere regelingen zijn vaak van toepassing op het reguleren van evenementen, zoals de Drank- en Horecawet, de Wegenverkeerswet en het Gebruiksbesluit. In hoofdstuk 2 Wet- en regelgeving worden de genoemde bepalingen nader uitgewerkt. Pagina 6 van 28

7 2 Wet- en regelgeving In dit hoofdstuk wordt de wet- en regelgeving omschreven die van toepassing is op evenementen. Hierin zijn de criteria opgenomen aan de hand waarvan de gemeente voorschriften opstelt. De gemeente is gebonden aan hogere wetgeving. Uit die wetgeving komen verschillende voorschriften voort. De gemeente maakt zelf ook wetgeving. Dit is vastgelegd in een Algemeen Plaatselijke Verordening (APV). De APV bevat voor evenementen de belangrijkste regels. De betreffende artikelen komen in dit hoofdstuk aan de orde. Ook is een korte beschrijving van andere relevante wet- en regelgeving opgenomen. 2.1 Algemeen plaatselijke verordening De APV regelt de huishouding van de gemeente, zaken die gemeentelijk geregeld moeten worden. De gemeente bepaalt dus zelf de inhoud van de APV. De APV van Staphorst is voor het overgrote deel gebaseerd op de model-apv van de VNG 4. De APV bevat voor evenementen de belangrijkste regels. Hierna komen onderwerpen aan de orde die in de APV worden geregeld. Definitie evenement (artikel 2:24 APV) Onder een evenement wordt verstaan: elke voor publiek toegankelijke verrichting van vermaak, met uitzondering van bioscoopvoorstellingen, bepaalde markten, betogingen en nog een aantal specifiek genoemde activiteiten. Onder een evenement wordt mede verstaan: een herdenkingsplechtigheid, een braderie, een optocht (niet zijnde betoging), een feest (al dan niet met (live) muziek of wedstrijd op of aan de weg. Ondergrens van de gemeentelijke bevoegdheid: strikte privé-sfeer van burgers/geen uitstraling vanuit de particuliere sfeer op het openbare leven. In paragraaf 1.4 is de uitgebreide begripsomschrijving opgenomen. Vergunningplicht voor een evenement (artikel 2:25 APV) Zonder vergunning van de burgemeester is het verboden een evenement te organiseren. De burgemeester kan vrijstelling verlenen voor door hem aan te wijzen categorieën evenementen. De vergunningplicht geldt niet voor een feest, muziek of wedstrijd op of aan de weg wanneer artikel 10 juncto 148 Wegenverkeerswet 1994 hierin voorziet. Ordeverstoring (artikel 2:26 APV) Het is verboden bij een evenement de orde te verstoren. Weigeringsgronden voor een evenement (artikel 1:8 APV) De vergunning of ontheffing kan worden geweigerd in het belang van: de openbare orde; de openbare veiligheid; de volksgezondheid; de bescherming van het milieu. Bepalingen met betrekking tot overlast Er zijn verschillende artikelen waarin verboden worden genoemd die te maken hebben met openbare orde: parkeren voertuigen in de woonwijk/ op- aan de openbare weg; 4 Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Pagina 7 van 28

8 hinderlijk gedrag op of aan de weg; verbod op drankgebruik op een openbare plaats; verboden gedrag bij of in gebouwen; hinderlijk gedrag in voor publiek toegankelijke ruimten; neerzetten van fietsen en dergelijke op niet daarvoor bestemde plaatsen.. Hoofdstuk 4, afdeling 1 Geluidhinder en verlichting Bepalingen met betrekking tot incidentele festiviteiten (art. 4:3 APV) Het is een inrichting toegestaan maximaal 4 incidentele festiviteiten per kalenderjaar te houden waarbij de geluidsnormen als bedoeld in de artikelen 2.17, 2.19 en 2.20 van het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (verder: Activiteitenbesluit) en artikel 4:5 van deze verordening niet van toepassing zijn, mits de houder van de inrichting ten minste twee weken voor de aanvang van de festiviteit het college daarvan in kennis heeft gesteld. Opmerking: voor een evenement binnen een inrichting kan vergunningplicht (art APV) aan de orde zijn als voor de aspecten openbare orde en (brand)veiligheid aanvullende voorschriften ten opzichte van het Activiteitenbesluit noodzakelijk zijn. Bepalingen met betrekking tot geluid (art. 4:6 APV) Het is verboden toestellen of geluidsapparaten in werking te hebben of handelingen te verrichten op zodanige wijze dat voor een omwonende of overigens voor de omgeving geluidhinder wordt veroorzaakt. Het college kan van dit verbod ontheffing verlenen. Middels de evenementenvergunning kan het college gebruik maken van deze bevoegdheid. Om geluidshinder te voorkomen of te beperken worden voorschriften gesteld op grond van de beleidsregels uit dit evenementenbeleid. 2.2 Afvalstoffenverordening Artikel 16: "Het is verboden buiten een daarvoor door het college bestemde plaats en buiten een inrichting in de zin van de Wet milieubeheer een afvalstof, stof of voorwerp op of in de bodem te brengen, te storten, te houden, achter te laten of anderszins te plaatsen op een wijze die aanleiding kan geven tot hinder of nadelige beïnvloeding van het milieu." Artikel 17: 1. Het is verboden straatafval in de openbare ruimte achter te laten zonder gebruik te maken van de van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen ten behoeve van de opvang van afval. 2. Het is verboden om andere afvalstoffen dan straatafval achter te laten in daartoe van gemeentewege of anderszins geplaatste of voorgeschreven bakken, manden of soortgelijke voorwerpen." Artikel 19: "De houder of beheerder van een inrichting waar eet- of drinkwaren worden verkocht die ter plaatse kunnen worden genuttigd, is verplicht: a. een afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp in of nabij de inrichting op een duidelijk zichtbare plaats aanwezig te hebben, waarin het publiek afval kan achterlaten; b. zorg te dragen dat deze afvalbak, -mand of soortgelijk voorwerp van een zodanige constructie is dat het afval daarin deugdelijk geborgen blijft en dat die afvalbak, -mand of voorwerp steeds tijdig wordt geledigd; Pagina 8 van 28

9 c. zorg te dragen dat dagelijks, uiterlijk een uur na sluiting van de inrichting, doch in ieder geval terstond op eerste aanzegging van een ambtenaar, belast met het toezicht op de naleving van dit artikel, in de nabijheid van de inrichting achtergebleven afval, voor zover kennelijk uit of van die inrichting afkomstig, wordt opgeruimd." 2.3 Gemeentelijk rioleringsplan (grote) hoeveelheden afvalwater (bijvoorbeeld van sanitaire voorzieningen), die niet in het riool kunnen worden geloosd, moeten worden opgevangen en afgevoerd. 2.4 Wet ruimtelijke ordening Een deel van de evenementen dient in planologische zin geregeld te worden. Dit kan door het bestemmen van gebieden of bouwwerken als evenementenlocatie via een bestemmingsplanprocedure. Een andere mogelijkheid is het verlenen van een ontheffing van het bestemmingsplan op basis van artikel 3.23 van de Wet op de ruimtelijke ordening. Er bestaat een grote verscheidenheid aan evenementen wat betreft aard en omvang. In de gemeente Staphorst zijn de evenementen onderverdeeld in drie categorieën, te noemen: A-, B- en C-evenementen. Een A-evenement is een risico-evenement, een B-evenement is belastend voor de omgeving en een C-evenement is een evenement van geringe omvang. Begrijpelijkerwijs hoeft niet voor alle type evenementen een planologische regeling getroffen te worden. Sommige evenementen zijn dusdanig kortdurend en incidenteel dat zij planologisch geen rol van betekenis spelen (bijvoorbeeld buurtbarbecues en wandeltochten). 2.5 Brandbeveiligingsverordening en Besluit brandveilig gebruik bouwwerken Voor het brandveilig gebruik van bouwwerken en inrichtingen (zoals tenten en terreinen) bestaan twee wettelijke regelgevingen, namelijk de Brandbeveiligingsverordening (hierna: BBV) en het Besluit brandveilig gebruik bouwwerken (hierna: Gebruiksbesluit). Inrichtingen zoals tenten en terreinen vallen onder de BBV, bouwwerken vallen onder het Gebruiksbesluit. Ook bij het organiseren van een evenement moeten de regels en voorschriften behorend bij deze regelgevingen in acht genomen worden. Artikel BBV Artikel van de BBV vermeldt wanneer er voor het brandveilig gebruik van een inrichting (zoals tenten en terreinen een gebruiksvergunning nodig is. Dit is het geval wanneer: meer dan 50 personen tegelijk aanwezig zullen zijn; aan meer dan 10 personen bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft; aan meer dan 10 personen jonger dan twaalf jaar, of aan meer dan vijf lichamelijk en/of geestelijk gehandicapte personen dagverblijf zal worden verschaft. Het college kan aan de vergunning voorschriften verbinden in het belang van het voorkomen, beperken en bestrijden van brand, het beperken van brandgevaar en het voorkomen en beperken van ongevallen bij brand. Deze voorschriften kunnen onder andere betrekking hebben op: stoffering en versiering; uitgangen en vluchtwegen; standbouw, podia, kramen e.d.; open vuur en vuurwerk; afval; Pagina 9 van 28

10 het maximaal toelaatbare aantal personen in een gedeelte van een inrichting of in een inrichting met het oog op de brandveiligheid; de plaats van en het aantal en het type van draagbare blustoestellen. De vergunning op grond van de BBV zal geweigerd moeten worden wanneer de in de aanvraag vermelde wijze van gebruik van de inrichting in relatie tot de beoogde gebruiksfunctie niet geacht kan worden een brandveilig gebruik te zijn en door het stellen van voorschriften geen voldoende brandveilig gebruik kan worden bereikt. Dit zal in overleg met de brandweer gebeuren. De gebruiksvergunning op grond van de BBV wordt verleend voor de duur van het evenement. Artikel Gebruiksbesluit In artikel van het Gebruiksbesluit is het verboden zonder of in afwijking van een gebruiksvergunning van burgemeester en wethouders: een bouwwerk in gebruik te nemen of te gebruiken voor zover daarin bedrijfsmatig of in het kader van verzorging nachtverblijf zal worden verschaft aan meer dan 10 personen; een bouwwerk in gebruik te nemen of te gebruiken voor zover daarin dagverblijf zal worden verschaft aan 1) meer dan 10 personen jonger dan 12 jaar of 2) meer dan 10 lichamelijk of verstandelijk gehandicapte personen; Ook aan deze gebruiksvergunning kunnen voorschriften verbonden in het belang van het voorkomen en beperken van brand. De weigeringsgronden en de duur van de vergunning uit de BVV zijn ook van toepassing op deze gebruiksvergunning uit het Gebruiksbesluit. Artikel Gebruiksbesluit Bij veel evenementen die gehouden worden in een bouwwerk is een gebruiksvergunning op grond van het Gebruiksbesluit niet noodzakelijk maar kan volstaan worden met een gebruiksmeldingplicht op grond van artikel van het Gebruiksbesluit. Het is verboden om zonder of in afwijking van een gebruiksmelding: een bouwwerk in gebruik te nemen of te gebruiken indien daarin meer dan 50 personen tegelijk aanwezig zullen zijn. Een aanvraag voor een gebruiksvergunning of gebruiksmelding moet tegelijk met het aanvragen van de evenementenvergunning schriftelijk ingediend worden bij burgemeester en wethouders van de gemeente Staphorst. U ontvangt dan tegelijk met de evenementenvergunning ook de gebruiksvergunning of gebruiksmelding. 2.6 Drank- en Horecawet Artikel 35 van de Drank- en Horecawet geeft de bevoegdheid aan de burgemeester om ten aanzien van het verstrekken van zwakalcoholhoudende drank bij bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard ontheffing te verlenen van het verbod om zonder vergunning een horecabedrijf uit te oefenen. Er is sprake van het uitoefenen van een horecabedrijf als de activiteiten in ieder geval bestaan uit het bedrijfsmatig of anders dan om niet verstrekken van alcoholhoudende drank voor gebruik ter plaatse. De leidinggevende(n) moet(en) wel aan een aantal eisen voldoen. Men moet beschikken over voldoende kennis en inzicht over sociale hygiëne, 21 jaar of ouder zijn en geen slecht levensgedrag hebben. De burgemeester kan beperkingen en voorschriften verbinden aan een ontheffing. Pagina 10 van 28

11 2.7 Wegenverkeerswet Op grond van de bepalingen in de Wegenverkeerswet, het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 en het Besluit Administratieve Bepalingen inzake het Wegverkeer, is het mogelijk om in overleg en met goedkering van de gemeente (gedeelten) van wegen, straten en/ of pleinen, die in het beheer en eigendom van de gemeente zijn af te sluiten ten behoeve van een evenement. Pagina 11 van 28

12 3 Evenementen in Staphorst 3.1 Inventarisatie evenementen Evenementen 2006 In 2006 werden alle APV/evenementenvergunningen geïnventariseerd. Wat opvalt is het grote aantal evenementen. Ook is er een groot verschil in aard en omvang van de evenementen. Beoordeling van de verleende vergunningen van 2006 leert dat deze niet in alle gevallen compleet waren. Daarnaast was er voor zowel gemeente als brandweer en politie onvoldoende zicht op de gehele organisatie: bijvoorbeeld het parkeren, de beveiliging of verkeersmaatregelen. In september 2006 is door de horeca een groot evenement georganiseerd, waar 3000 bezoekers zijn gekomen. Vanwege het complexe karakter en het (voor Staphorst relatief grote) aantal bezoekers, is meer energie gestoken in de organisatie van het evenement. Dit resulteerde in een gezamenlijk opgesteld draaiboek met afspraken. Dit is als positief ervaren, met name voor de gemeente en hulpdiensten, maar ook voor de organisatie. Het evenement rond de viering van oud en nieuw is op gelijke wijze aangepakt. De gemeente en hulpdiensten hadden er behoefte aan ook andere (vooral de grotere) evenementen op een dergelijke wijze te organiseren en te controleren. De betreffende organisatoren hadden bovendien ongenoegen geuit dat aan hun evenement meer eisen werden gesteld dan bij vergelijkbare andere evenementen Evenementen 2007 In 2007 zijn de evenementen eveneens geïnventariseerd maar zijn ook aan de grotere, meer risicovolle evenementen extra eisen gesteld, in de vorm van een draaiboek. Organisatoren van deze evenementen hebben een brief gekregen met de toelichting waarom extra eisen werden gesteld. De informatievoorziening op internet is verbeterd en het aanvraagformulier is herzien en van internet te downloaden. Hiermee is geprobeerd het voor de organisatoren van evenementen zo gemakkelijk mogelijk te maken. Op deze manier is een aantal cruciale zaken op snelle en eenvoudige manier geregeld: de contactgegevens van de organisatie, de aanpak van het verkeer en parkeren, de beveiliging en een aantal andere zaken. Dit was echter nog niet vastgelegd in beleid gold dus als een soort overgangsjaar. De organisatoren konden wennen aan het invullen van het draaiboek en de gemeente en de hulpdiensten konden beginnen met een nieuwe aanpak van de aanvragen. In het Evenementenbeleid (dat gedurende 2007 is ontwikkeld) moet alles goed zijn geregeld zodat er voor de evenementen in 2008 duidelijk beleid is. De evenementen in 2007 zijn voor zover mogelijk geëvalueerd, zodat verbeterpunten in het beleid konden worden meegenomen Evenementen 2008/2009 In 2008 is het evenementenbeleid vastgesteld. Met het beleid kon vorm worden gegeven aan uniforme vergunningverlening. Daarnaast zijn voor de meeste zogenaamde A-evenementen in 2008 en 2009 geluidmetingen uitgevoerd. De resultaten van deze metingen zijn in paragraaf 3.4 weergegeven. De voornaamste conclusie is dat met name bij evenementen met live-muziek overschrijdingen van de geluidseisen uit het evenementenbeleid te verwachten zijn. Pagina 12 van 28

13 3.2 A-, B- en C-evenementen Eerder is al aangegeven dat er wat aard en omvang betreft een grote verscheidenheid aan evenementen is. Niet elk evenement vraagt dezelfde voorbereiding en organisatie. Daarom is het noodzakelijk gebleken onderscheid te maken tussen evenementen. Evenementen worden onderscheiden in drie categorieën: A-, B- en C-evenementen Indeling in categorieën Voor de indeling van een evenement in een categorie, is niet alleen de omvang of de eindtijd van het evenement van belang, maar spelen meer factoren een rol, zoals de belasting voor de omgeving. Daarom is niet gekozen voor de begrippen kleine en grote evenementen maar voor de aanduiding van evenementen in een A-, B- of C-categorie. De A-evenementen vragen meer aandacht en inzet dan B-evenementen. De C-evenementen zijn evenementen die de burgemeester op grond van de APV kan vrijstellen van de vergunningsplicht. Nadere aanduiding A-B-C categorie-evenementen: A. Een A-evenement is een risico-evenement en kan o.a qua omvang, geluidsproductie of eindtijd voor overlast zorgen in de directe omgeving. Het is van groot belang de aanvragen voor een A-evenement zorgvuldig te behandelen. In veel gevallen is er extra inzet van hulpverleningsdiensten nodig om de openbare orde en veiligheid te handhaven. Het betreft hier bijvoorbeeld een groot concert of het evenement tijdens Oud en Nieuw. B. Een B-evenement is belastend voor haar omgeving en kan ook qua omvang, geluidsproductie of eindtijd voor overlast zorgen in de directe omgeving. De vooraf ingeschatte risico s bij een B-evenement zijn echter lager dan bij een A-evenement. Wel is het is van belang de aanvragen voor een B-evenement zorgvuldig te behandelen, waarbij rekening wordt gehouden met de belangen van de direct omwonenden. Het gaat bijvoorbeeld om sportwedstrijden en activiteiten op Koninginnedag. C. Een C-evenement is veelal gering van omvang, vindt overdag plaats en veroorzaakt een beperkte geluidsproductie. Het betreft bijvoorbeeld fietstochten en boekenmarkten. Straat- en buurtbarbecues worden niet als evenement beschouwd. Deze activiteiten zijn voor verantwoording van de organisatoren en de deelnemers. Wel worden aan het houden van straat- en buurtbarbecues voorschriften verbonden ten aanzien van veiligheid en het voorkomen van geluidsoverlast Indelingscriteria Omdat C-evenementen niet vergunningplichtig zijn, zijn de criteria alleen van toepassing op de vraag of een evenement een A- of een B-evenement is. Dit wordt vastgesteld aan de hand van zes criteria: 1. Openbare orde en veiligheid; 2. Het aantal te verwachten bezoekers; 3. Geluidsbelasting; 4. Duur en tijdstip van het evenement; 5. De te treffen fysieke maatregelen; 6. Totale impact. Pagina 13 van 28

14 1. Openbare orde en veiligheid Het criterium openbare orde en veiligheid wordt met name bepaald door politie en brandweer op basis van hun ervaring en expertise met het inschatten van risico s. De aard van het evenement en de manier waarop het georganiseerd wordt, speelt daarbij een rol. Wanneer er veel bezoekers of een bepaald type bezoekers zijn, is er meer risico op verstoring van de openbare orde en overlast voor de (wijde) omgeving. Dat geldt ook voor evenementen waar alcohol wordt geschonken of waarbij een artiest optreedt (waarbij het ook nog van belang is om wat voor artiest het gaat). Er kunnen nog meer factoren van belang zijn voor de openbare orde (voorverkoop of verkoop aan de kassa, weersvoorspellingen, de locatie, gebeurtenissen voorafgaand aan het evenement, enz). Daarom wordt altijd advies ingewonnen van politie en brandweer en eventueel de GHOR. Ervaringen in het verleden kunnen een rol spelen bij de beoordeling, maar dat hoeft niet. Het gaat om een inschatting van de risico s vooraf. 2. Aantal bezoekers Door de organisator moet het aantal bezoekers worden geschat. Grote hoeveelheden mensen vergen extra maatregelen om allerlei vormen van overlast te voorkomen. Bovendien levert het meer risico s op voor de openbare orde. Daarnaast kan dit invloed hebben op de verkeersveiligheid, omdat er geparkeerd moet worden en er grotere verkeersstromen op gang komen. Er wordt niet een exacte grens gesteld voor het bepalen of er sprake is van een A- of B-evenement. Het gaat om de totale impact: de combinatie van factoren. Als richtlijn wordt het aantal van 300 bezoekers gebruikt. 3. Geluidsbelasting Geluidsbelasting op de omgeving ontstaat veelal door geluidsversterkende apparatuur. Het gaat dan om een omroepinstallatie of mechanisch versterkte muziek (zoals een DJ of livemuziek van een artiest of een band). Daarnaast kan geluidsbelasting ontstaan door activiteiten als crossen met motoren etc. Bij de aanvraag moet worden aangegeven of hiervan sprake is. Voor evenementen in de gemeente Staphorst zijn geluidsnormen vastgesteld. Deze komen in paragraaf 3.4 aan de orde. Niet alleen het geluidsniveau speelt een rol, maar ook de combinatie met de tijden waarop het geluid ten gehore wordt gebracht. 4. Eindtijden Evenementen kunnen overdag en s avonds plaats vinden en één of meerdere dagen duren. De combinatie van deze tijdstippen en de locatie waar de evenementen plaatsvinden, kunnen de afweging rechtvaardigen om van een A- of een B-evenement te spreken. Als eindtijd geldt voor B-evenementen uur. Voor A-Evenementen kan deze eindtijd variëren tussen de uur en uur. Dit wordt in paragraaf 3.5 toegelicht. 5. Fysieke maatregelen Evenementen worden regelmatig in een tent of een gebouw georganiseerd. Dat betekent extra impact en extra risico s (brandveiligheid, veiligheid van de constructie, vluchtmogelijkheden). Het treffen van fysieke maatregelen kan natuurlijk ook een manier zijn om extra risico s te voorkomen en te beperken (het plaatsen van hekken, nood- en transparantverlichting, brandblussers etcetera). Ook het inzetten van verkeersregelaars is een maatregel. Pagina 14 van 28

15 6. Totale impact De optelsom van de bovenstaande criteria is grotendeels bepalend voor de categorie waarin het evenement wordt ingedeeld. Het is niet zo dat een evenement persé aan alle criteria moet voldoen om een A-evenement te zijn. Wanneer aan een deel van deze criteria wordt voldaan, kan besloten worden dat het een A-evenement is. Het definitieve besluit onder welke categorie een evenement valt, wordt bepaald door de burgemeester (waar nodig in overleg met politie en brandweer). Tabel 1: Indicatief overzicht van criteria op basis waarvan een evenement in een bepaalde categorie wordt ingedeeld. Openbare orde en veiligheid (OOV): Schenken alcohol Verkeersveiligheid Type bezoekers Type evenement Categorie A Categorie B Categorie C Ja, meestal in grote hoeveelheden. Er zijn veel bezoekers per auto, beperkte parkeergelegenheid, verkeersregelaars nodig enz. Op basis van eerder opgedane kennis en ervaring inschatten dat het type bezoekers een verhoogd risico geeft tot verstoring van de OOV. Een evenement met bijvoorbeeld stevige muziek/ live optreden van een band/artiest, veel drank verkrijgbaar enz. Verhoogd risico op verstoring van de OOV. Aantal bezoekers Richtlijn: meer dan 300 Geluidsbelasting bezoekers Er is geluidsversterkende apparatuur aanwezig: Omroepinstallatie; Mechanisch versterkte muziek; Livemuziek van een artiest of band. Eindtijden Eindtijd van het evenement is na uur; Het evenement kan meerdere dagen duren. Nee, of slechts in beperkte mate. De bezoekers per auto geven geen directe aanleiding tot verkeersonveilige situaties. Het type bezoekers geeft niet direct risico op verstoring van de OOV. Het type evenement/ de muziek/ de aard van het optreden enz. geven geen directe aanleiding tot verstoring van de OOV. Richtlijn: tot 300 bezoekers Beperkt geluidsversterkende apparatuur aanwezig Eindtijd van het evenement is uiterlijk uur; Het evenement duurt één dag. Nee Weinig of geen risico s Het type bezoekers geeft geen op verstoring van de OOV. Het type evenement geeft in zijn geheel geen aanleiding tot verstoring van de OOV. Richtlijn: tot 100 bezoekers Geen of beperkt geluidsversterkende apparatuur aanwezig Het evenement vindt overdag plaats; Het evenement duurt één dag. Pagina 15 van 28

16 Fysieke maatregelen Totale impact Categorie A Categorie B Categorie C Het evenement wordt in Het evenement Er zijn slechts een niet hiervoor wordt in een niet beperkte ingerichte voorziening hiervoor ingerichte maatregelen nodig georganiseerd (tent, voorziening om de risico s te bedrijfspand, openlucht georganiseerd (tent, beperken etcetera) waardoor extra bedrijfspand, (bijvoorbeeld een veiligheidsmaatregelen openlucht et cetera) brandblusser). nodig zijn om de risico s waardoor extra te beperken. veiligheidsmaatregel en nodig zijn om de risico s te beperken. De totaal te verwachten De totaal te Er is geen sprake impact is groot (mede op verwachten impact is van extra impact. basis van eerder opgedane gering. ervaringen). In verband met de koppeling tussen het evenementenbeleid en de verordening op de heffing en invordering van leges wordt hier de term B-commercieel aangehaald. Een B-evenement met commerciële activiteiten, ook indien de opbrengst bestemd is voor een ideëel doel, wordt geschaard onder de noemer B-commercieel Jaarlijkse terugkerende evenementen Wanneer de inventarisatie van de evenementen van en de factoren uit het vorige schema naast elkaar worden gelegd kan de onderstaande indeling worden gemaakt. De opsomming is niet limitatief maar geeft een indruk van de categorie-indeling. Categorie A Categorie B Categorie C - Tentfeest koninginnedag - AMBC evenementen - Munnikenweek - Zomerfeest/pleinfeest IJhorst - Staphorstdagen (tent e.d.) - Herrie op t land - Trekkerslep - Schuurfeesten - Rommelmarkten - (openlucht)concerten - Wandeltochten - Activiteiten Staphorstdagen - Koninginnedagactiviteiten - Schaats/skeelerwedstrijden - Overige sportwedstrijden - Fietstochten - Kinderoptochten - Boekenmarkten A- of B-evenement De totale impact van een evenement is bepalend voor de categorie. Dit wordt onder meer bepaald door de volgende factoren: Implicaties voor openbare orde en veiligheid Het aantal te verwachten bezoekers Het type bezoekers Geluidsbelasting Duur en tijdstip van het evenement De te treffen fysieke maatregelen. Pagina 16 van 28

17 3.3 Overwegingen bij het stellen van voorschriften en bij weigering Weigeren vergunning De burgemeester is het bevoegd gezag om vergunningen voor evenementen te verlenen of te weigeren (artikel 2:25 van de APV). Een vergunning voor het organiseren van een evenement kan worden geweigerd: 1. Op grond van de weigeringsgronden opgenomen in artikel 1:8 van de APV; 2. Als de vergunningaanvraag voor het organiseren van het evenement niet tijdig (8 weken voor aanvang van het evenement) is ingediend; 3. Als het maximale aantal evenementen op een bepaalde locatie is bereikt (zie paragraaf 3.5); 4. Indien door het bevoegd gezag is geconstateerd dat de organisator van het evenement de vergunningvoorschriften van hetzelfde evenement in het jaar voorafgaand c.q. de jaren voorafgaand meerdere keren heeft overtreden. In de APV staan 4 weigeringsgronden - redenen waarom de burgemeester een evenement kan weigeren: a. In het belang van de openbare orde; b. In het belang van de openbare veiligheid; c. In het belang van de volksgezondheid; d. In het belang van de bescherming van het milieu. In de meeste gevallen kan door het verbinden van voorschriften aan de vergunning tegemoet worden gekomen aan deze belangen, zodat het evenement wel mag plaatsvinden. Als dit echt niet mogelijk is wordt de vergunning geweigerd. Bij het verbinden van voorschriften of het weigeren van een vergunning speelt een aantal aspecten mee in de overweging van de burgemeester Overwegingen Om meer duidelijkheid te verschaffen in de afweging van de burgemeester om voorschriften te verbinden of de vergunning te weigeren, wordt hieronder een aantal overwegingen genoemd. Deze zijn echter niet uitputtend. Er kunnen altijd andere redenen zijn voor de burgemeester om bepaalde voorschriften aan een evenementenvergunning te verbinden of een vergunning te weigeren. Aard van het evenement De aard van het evenement kan de burgemeester doen besluiten aan een vergunning voorschriften te verbinden of om de vergunning te weigeren. Dit kan te maken hebben met de activiteit die plaats vindt. Bij de paragraaf over beleidsregels wordt verder uitgelegd welke keuzes de gemeente Staphorst hierin heeft gemaakt. De burgemeester is gebonden aan hogere wetgeving voor bijvoorbeeld betogingen. Ook is het mogelijk dat een evenement te veel risico s voor de gezondheid oplevert (en daarmee een onevenredig hoog beroep doet op hulpdiensten). Een evenement kan veel publiek aantrekken. De burgemeester kan op basis hiervan bijvoorbeeld extra beveiliging eisen van de organisatie. Het drinken van alcoholhoudende drank brengt extra risico s voor de openbare orde en meer overlast met zich mee, doordat mensen agressief, luidruchtig of minder toerekeningsvatbaar zijn. Uiteraard zijn er ook gezondheidsrisico s. Pagina 17 van 28

18 De burgemeester kan daarom voorschriften opleggen, bijvoorbeeld een controle op leeftijd door de organisatie (identificatie bij de ingang of het dragen van polsbandjes) of toezicht houden in de omgeving. De aard van een evenement kan ook juist een reden zijn om eenmalig af te wijken van bepaalde regels. Dit zal vooral gebeuren als er sprake is van een uitzonderlijke situatie. Tijdstip Het tijdstip of de datum waarop een evenement plaats vindt kan een reden zijn voor de burgemeester om voorschriften te stellen of een vergunning te weigeren. Wanneer bijv. twee evenementen op hetzelfde tijdstip plaatsvinden, moet worden overwogen of dit geen problemen oplevert. In overleg met de organisatie kan worden gekeken of het programma kan worden aangepast. Hetzelfde geldt wanneer twee A- evenementen vlak achter elkaar op eenzelfde plaats worden gehouden, waardoor onevenredige overlast ontstaat voor de omwonenden of wanneer de belasting voor hulpdiensten te groot is. De locatie Net als bij het tijdstip kan ook de locatie problemen opleveren bij bepaalde combinaties van evenementen. Ook dan kan de burgemeester voorschriften stellen aan de vergunning of de vergunning weigeren. Wel wordt eerst met de organisatoren onderzocht of een ander programma, ander tijdstip of andere locatie mogelijk is. De locatie van een evenement is bepalend voor de voorschriften die worden opgelegd, bijvoorbeeld voor begin- en eindtijden, geluidsniveaus, verkeersmaatregelen en andere maatregelen. Op het evenemententerrein is meer mogelijk dan op een locatie midden in de wijk. Een locatie in het buitengebied is qua geluidsoverlast wellicht meer geschikt, maar levert misschien wat betreft het parkeren, bereikbaarheid voor hulpdiensten of milieu problemen op. Wet- en regelgeving De burgemeester heeft op basis van wetgeving een aantal bevoegdheden. Maar zijn bevoegdheden worden ook beperkt door (vooral hogere) wetgeving. Bij de paragraaf over wet- en regelgeving komt dit aan de orde. Niet alleen met de wetgeving dient de gemeente rekening te houden, maar ook met overeenkomsten, convenanten, afspraken met het rijk, de politie, de provincie of andere gemeenten. Overige overwegingen Er kunnen tal van andere overwegingen zijn die de burgemeester doen besluiten om extra voorschriften te verbinden, of zelfs een vergunning te weigeren. Er zijn specifieke situaties die extra aandacht vragen: een ingrijpende wereldwijde of nationale gebeurtenis (denk aan een aanslag), een crisis (bijvoorbeeld vogelgriep of mond-en klauwzeer) extreme weersomstandigheden of (inter)nationale belangen (het bezoek van een staatshoofd). Voor het weigeren van een vergunning geldt in het algemeen dat het gaat om zulke grote risico s dat de organisatie hiervoor geen maatregelen kan treffen, anders dan het hele evenement niet door te laten gaan. Wanneer risico s zijn te beperken met een aantal maatregelen, zal de burgemeester die in de voorschriften bij de vergunning opnemen. In veel gevallen gebeurt dit in overleg met de brandweer, de politie en de organisatie. Pagina 18 van 28

19 3.4 Evaluatie evenementen 2008/2009 Om de geluidseisen in het evenementenbeleid te beoordelen zijn in 2008 voor bijna alle A- evenementen geluidmetingen uitgevoerd. In 2009 hebben geluidmetingen plaatsgevonden bij alle A-evenementen met versterkte (live) muziek. Uit deze metingen is het volgende af te leiden: - een evenement is een A-evenement als aan één van de criteria wordt voldaan, dit betekent dat niet alle A-evenementen, in de zin van geluid een A-evenement zijn; - de voorgeschreven geluidniveaus bij veel evenementen met versterkte (live) muziek worden overschreden; - het evenementenbeleid spreekt van een gemiddelde reductie van de geluidniveaus door isolatie van 20 db(a). Deze waarde is echter geen gemiddelde maar de minimale vereiste vanuit het Bouwbesluit. Een gemiddelde reductie door isolatie ligt meer in de orde van grootte van db(a); op basis van de minimale vereiste zijn de voorgeschreven geluidniveaus opgesteld; - het uitgangspunt om een beoordeling van dag-, avond- en nachtperiode toe te passen leidt per definitie tot mogelijke overschrijdingen in de avond- en nachtperiode omdat dan het feestgedruis meestal los barst. - bij de omwonenden ligt de acceptatiegrens voor geluidhinder in de omgeving hoger dan op grond van het beleid is toegestaan; - omwonenden koppelen de acceptatiegrens geluid wel aan de frequentie van de evenementen; - voor de feestgangers is het geluidniveau van de geluidsbron wat zou zijn toegestaan op grond van de voorgeschreven geluidniveaus te laag; - in het beleid is geen rekening gehouden met de op- en afbouwfase van het evenement; - er is geen sanctiebeleid opgenomen indien overschrijdingen plaatsvinden; - de voorschriften zijn niet concreet genoeg opgesteld. In 2008 zijn geen klachten bij de afdeling Bouwen en Milieu binnengekomen, in 2009 betroffen dit 3 klachten. De klachten hadden betrekking op geluidshinder en aspecten met betrekking tot openbare orde en veiligheid. Deze constateringen zijn verwerkt in paragraaf 3.5 van dit document. Deze constateringen en de invoering van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (verder: Wabo) hebben ook geleid om het toezicht en handhaven van evenementen te integreren in het provinciale vastgestelde handhavingsprotocol. Ook zijn en worden de voorschriften verder gestandaardiseerd en aangescherpt. 3.5 Beleidsregels voor evenementen Naast de criteria en weigeringsgronden die in de wet- en regelgeving zijn opgenomen, zijn er ook zaken die niet in wet- en regelgeving zijn opgenomen maar waarvan het gemeentebestuur vindt dat het voor de burgers en de gemeenschap belangrijk is dat die zaken zijn vastgelegd. Een gemeente als Staphorst verschilt namelijk van bijvoorbeeld Zwolle of Amsterdam. Om hierover duidelijkheid te geven worden beleidsregels opgesteld. Ten aanzien van verschillende zaken zijn hieronder beleidsregels opgenomen. Ten aanzien van type evenementen: Viering jaarwisseling Over de viering van de jaarwisseling worden afzonderlijke afspraken gemaakt tussen de burgemeester en de organisatoren. Pagina 19 van 28

20 Viering Koninginnedag Het rijden op brommers zonder uitlaat is slechts toegestaan op Koninginnedag van 5.00 tot 7.30 uur. Per kern mag één dergelijk evenement worden georganiseerd. Dit moet per brief worden gemeld bij de gemeente, waarin informatie over het aantal deelnemers, de begin- en eindtijd en de route. Overige evenementen Overige evenementen worden ingedeeld op grond van dit evenementenbeleid. Ten aanzien van locaties: De volgende locaties zijn in het kader van het evenementenbeleid onderscheiden: Evenemententerrein de Tippe Het evenemententerrein is door de gemeente Staphorst aangewezen als terrein waarop alle type evenementen kunnen plaatsvinden. Aangewezen locaties Aangewezen locaties zijn: het marktterrein Staphorst, de kern Rouveen en het feestterrein IJhorst. Op deze locaties zijn niet meer evenementendagen voor A- evenementen vergunbaar als onderstaand is aangegeven. Locatie maximum aantal dagen per jaar Marktterrein Staphorst 3 - Staphorstdagen Kern Rouveen 5 - Munnikenslag 3 dagen - Koninginnedag 2 dagen Feestterrein IJhorst 3 - Rieversterfeest 2 dagen - Pleinfeest t Vosje B-locaties B-locaties zijn locaties buiten de bebouwde kom 5, waarop niet vaker dan één maal per jaar een eendaagsevenement mag worden georganiseerd. In bijzondere situaties kan de burgemeester ontheffing verlenen voor een meerdaagsevenement. C-locaties C-locaties zijn locaties binnen de bebouwde kom. Ten aanzien van tijdstip van evenementen: Voor A-evenementen op de aangewezen locaties en op B-locaties geldt een uiterlijke eindtijd van uur waarbij om uur de muziek wordt gestopt en om uur het schenken van alcohol wordt gestopt. Deze cooling down periode moet er toe leiden dat om uur het evenemententerrein/de tent/de locatie leeg is. Voor de volgende evenementen op het evenemententerrein de Tippe geldt ook de eindtijd van uur (01.00 uur geen muziek, geen alcohol schenken). - truckersfeest; - grasbaanraces inclusief tentfeest; - trekkertrek inclusief tentfeest; - trekkerslep inclusief tentfeest; - één nader te benoemen evenement. 5 Bebouwde kom: zoals op grond van de Wegenverkeerswet is aangewezen Pagina 20 van 28

21 Deze evenementen zijn uitwisselbaar wat betekent dat er voor maximaal 5 evenementen een eindtijd van uur geldt. Voor overige evenementen op de Tippe geldt een eindtijd van uur. Voor de Staphorstdagen geldt een eindtijd van 0.30 uur waarop het marktterrein leeg moet zijn. Voor A-evenementen op C-locaties geldt een eindtijd van uur. Voor B-evenementen geldt een eindtijd van uur. C-evenementen vinden overdag plaats. Ten aanzien van geluid: Geluid is een belangrijk aspect binnen het evenementenbeleid. Evenementen kunnen immers de oorzaak zijn van geluidhinder voor omwonenden. Om geluidshinder binnen acceptabele grenzen vast te leggen, is een differentiatie in de eisen aangebracht op basis van het type evenement, de locatie van het evenement, het maatschappelijke belang van het evenement en de fase waarin het evenement zich bevindt. Alle hieronder genoemde geluidsdrukniveaus betreffen niveaus gemeten ter plekke van de gevel van het meest nabij gelegen geluidgevoelig object, niet zijnde bebouwing die tot het evenement beschouwd kan worden. In het buitengebied, waarbij het meest nabij gelegen geluidsgevoelig object ver weg ligt, wordt enig punt op 100 m afstand gelegen van het evenement als meetpunt gehanteerd. Het equivalente geluidsdrukniveau is het gemeten niveau over enige periode van 10 minuten. Voor de opbouw- en afbouwfase van A- en B-evenementen is aangesloten bij de algemene geluidseisen uit het Activiteitenbesluit. De geluidseisen zijn als volgt: uur 50 db(a) uur 45 db(a) Voor A-evenementen op het evenemententerrein en op de aangewezen locaties, zijnde feesten met (live)muziek, is het geluidniveau in de feesttent in principe het uitgangspunt. Omdat een dergelijk feest over het algemeen in de avondperiode losbarst is het onderscheid voor deze evenementen naar dag-, avond- en nachtperiode losgelaten. Voor deze evenementen geldt een geluidseis van 75 db(a) tot de eindtijd. Deze eis is gebaseerd op geluiden die de woning binnendringen. Als maximaal geluidsniveau in de woning wordt de grens van 50 db(a) gehanteerd. Bij de geluidsnormen voor evenementen wordt rekening gehouden met een gemiddelde gevelisolatie van db(a). De minimale vereiste reductie op grond van het Bouwbesluit moet 20 db(a) bedragen. Deze benadering leidt tot de geluidseis die genoemd is voor A-evenementen op het evenemententerrein en op de aangewezen locaties, zijnde feesten met (live) muziek. Op de Tippe kunnen allerlei evenementen plaatsvinden voor diverse doelgroepen. De Tippe is door de gemeente Staphorst aangewezen als evenemententerrein. Voor dit terrein blijven de eisen gelden zoals vastgesteld in het evenementenbeleid Voor A-evenementen op de Tippe gelden de volgende geluidseisen: uur 70 db(a) uur 65 db(a) met uitzondering van de 5 eerder benoemde aangewezen evenementen hiervoor geldt: uur 75 db(a) Pagina 21 van 28

22 Op het marktterrein wordt jaarlijks het driedaagse A-evenement de Staphorstdagen gehouden. De geluidseisen voor de Staphorstdagen zijn: uur 75 db(a) uur 70 db(a) uur 60 db(a) A-evenementen op niet aangewezen locaties betreffen veelal evenementen die een minder groot maatschappelijk belang hebben en veelal voor een kleiner deel van de bevolking toegankelijk is. Hiervoor blijven eveneens de eisen gelden zoals vastgesteld zijn in het Evenementenbeleid Voor A-evenementen op B-locaties gelden de volgende geluidseisen: uur 70 db(a) uur 65 db(a) uur 60 db(a) uur 50 db(a). Voor A-evenementen op C-locaties gelden de volgende geluidseisen: uur 70 db(a) uur 65 db(a) B-evenementen hebben een kleinschalig karakter. Als eis is gekozen voor de algemene geluidseisen uit het Activiteitenbesluit vermeerderd met 5 db(a). Deze geluidseisen verhouden zich tot de eisen voor woningen op een industrieterrein of eisen voor situaties waarvoor een maatwerkvoorschrift opgelegd kan worden. Voor B-evenementen gelden de volgende geluidseisen: uur 55 db(a) uur 50 db(a) C-evenementen zijn nog kleinschaliger en komen alleen voor in de dagperiode. Als eis is gekozen voor de algemene geluidseisen uit het Activiteitenbesluit. Voor C-evenementen geldt de volgende geluidseis: uur 50 db(a) Voor alle geluidseisen geldt dat deze gelden ter plaatse van één of meerdere geluidsgevoelige bestemmingen. Niet zijnde een bebouwing die tot het evenement beschouwd kan worden. Ten aanzien van gebruik ruimte (Wro): Voor A-evenementen op aangewezen locaties wordt een bestemmingsplanwijziging voorbereid. Voor alle A-evenementen op zowel B- als C-locaties moet een ontheffing Wro worden aangevraagd. Voor B-evenementen op B- en C-locaties moet een ontheffing worden aangevraagd als het een meerdaagsevenement betreft. Voor C-evenementen is geen ontheffing vereist. Pagina 22 van 28