Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling"

Transcriptie

1 Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling Arjan Bregman Augustus 2012

2 Amsterdam School of Real Estate

3 Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling Arjan Bregman Amsterdam School of Real Estate

4 Amsterdam School of Real Estate

5 Inhoudsopgave Samenvatting 3 1 Gebiedsontwikkeling en herverkaveling: een plaatsbepaling Inleiding Gebiedsontwikkeling als fenomeen Samenwerkingsmodellen bij gebiedsontwikkeling Gebiedsontwikkeling anno Ervaring met herverkaveling in Nederland 7 2 Herverkaveling bij gebiedsontwikkeling Buitenlandse voorbeelden Inleiding De Duitse Umlegung Voorbeelden in andere landen Pleidooien voor herverkaveling in Nederland Pleidooien voor herverkaveling door de jaren heen De uitgave van het IBR De pilotprojecten van het Ministerie van BZK 18 3 Een agenda voor nader onderzoek naar een regeling voor herverkaveling bij gebiedsontwikkeling Bouwstenen De ervaring met landinrichting Het bouwclaim- en joint venturemodel De Duitse Umlegung Praktijkervaringen uit de pilots Nader te onderzoeken aspecten Herverkaveling van vastgoed Kostenverhaal en baatafroming De rol van de gemeente De plaats van een toekomstige wettelijke regeling 22 Literatuur 23 Amsterdam School of Real Estate 1

6 Amsterdam School of Real Estate 2

7 Samenvatting Herverkaveling is in Nederland een fenomeen waarmee ruime ervaring bestaat. Zo biedt het instrument landinrichting op grond van de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG) provincies de mogelijkheid om, indien rijks- en provinciale doelen niet op vrijwillige basis te realiseren zijn, met overheidsbesluiten werken uit te voeren en daarmee samenhangende herverkaveling te realiseren. Een substantieel deel van het Nederlandse grondgebied is de afgelopen decennia onderwerp geweest van landinrichting op basis van de WILG en eerdere wettelijke regelingen. In het stedelijk gebied bestaat met herverkaveling minder ervaring. Een generieke wettelijke regeling ontbreekt. De wederopbouw van de door oorlogsgeweld verwoeste binnenstad van Rotterdam is het eerste praktijkvoorbeeld van stedelijke herverkaveling in Nederland. Verder heeft begin jaren 80 van de vorige eeuw een proefproject voor stedelijke herverkaveling plaatsgevonden in de Folkingestraat en omgeving te Groningen. Een van de aandachtspunten bij de evaluatie van dit project is dat het werken op basis van vrijwilligheid bij het ontbreken van een wettelijke regeling het proces aanmerkelijk kan bemoeilijken. Anders dan Nederland kennen andere landen wel een generieke wettelijke regeling voor herverkaveling ten behoeve van stedelijke (her)ontwikkeling. Van deze instrumenten is over de Duitse Umlegung relatief veel informatie over theorie en praktijk beschikbaar. Gebruik van het instrument is een bevoegdheid van de gemeente. De wettelijke regeling van de Umlegung voorziet in een systeem van herverkaveling, waarbij de toedeling van bouwpercelen in de nieuwe situatie gebeurt naar rato van de waarde c.q. van de oppervlakte van de ingebrachte percelen. De financiële voordelen van Umlegung voor de eigenaren worden afgeroomd ter dekking van de kosten van de Umlegung en er kan bij een toedeling een korting worden toegepast voor grond die nodig is voor de aanleg van openbare voorzieningen. Pleidooien om ook in Nederland een generieke wettelijke regeling voor herverkaveling zijn vanaf de jaren 50 van de vorige eeuw met enige regelmaat gehouden. Juist in de huidige marktomstandigheden is behoefte aan een wettelijke regeling van herverkaveling ter ondersteuning van de op veel plaatsen waarneembare tendens waarbij de gemeente zich meer en meer concentreert op een faciliterende rol bij het grondbeleid, al dan niet noodgedwongen door teruglopende budgetten. Ook de op initiatief van het Ministerie van BZK gestarte pilotprojecten zullen wellicht een behoefte aan een wettelijke regeling van herverkaveling opleveren. Een wettelijke regeling van herverkaveling kan een belangrijke bijdrage leveren aan het voorkomen van onnodige stagnatie bij gebiedsontwikkelingen waarbij de gemeente primair wil faciliteren. Wel is het zaak enkele aspecten daarbij goed te doordenken. Dit betreft met name de aspecten herverkaveling in 3D (waar buitenlandse regelingen (vooral) betrekking hebben op het creëren van bouwkavels, dus op het platte vlak, kostenverhaal en baatafroming, de rol van de gemeente en de plaats van een toekomstige wettelijke regeling. Amsterdam School of Real Estate 3

8 1 Gebiedsontwikkeling en herverkaveling: een plaatsbepaling 1.1 Inleiding Gebiedsontwikkeling als fenomeen Een van de twee centrale begrippen in dit paper is gebiedsontwikkeling. Omdat het begrip gebiedsontwikkeling in de literatuur niet eenduidig is gedefinieerd, is het nuttig om in de eerste plaats een omschrijving te geven van wat in dit paper onder gebiedsontwikkeling wordt verstaan. Daarbij wordt als uitgangspunt genomen de toelichting bij het begrip gebiedsontwikkeling in de Reiswijzer Gebiedsontwikkeling 2011, een uitgave van de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Infrastructuur en Milieu, de Neprom, de VNG en het IPO. Deze toelichting luidt als volgt: Bij gebiedsontwikkeling wordt een gebied opnieuw ingevuld waarbij verschillende functies zoals (boven- en ondergrondse) infrastructuur, wonen, werken en recreatie in hun onderlinge samenhang worden gerealiseerd. De publieke en private belangen komen hier dus dicht bij elkaar. Dat maakt het vanzelfsprekend dat overheden en marktpartijen bij gebiedsontwikkeling gaan samenwerken. Uit deze toelichting blijkt dat de volgende aspecten bij gebiedsontwikkeling belangrijk zijn: Er is sprake van de ontwikkeling van meerdere functies, waarbij ook het openbaar gebied als een (publieke) functie geldt. Daarmee onderscheidt gebiedsontwikkeling zich van vastgoedontwikkeling sec en eveneens van het uitsluitend herinrichten van de openbare ruimte. De schaal van de ontwikkeling is niet bepalend voor het antwoord op de vraag of sprake is van gebiedsontwikkeling. Het is goed om dit te benadrukken omdat gebiedsontwikkeling als begrip in eerste instantie vooral is gebruikt om grootschalige ruimtelijke ontwikkelingen (ten behoeve van omvangrijke uitleglocaties voor vooral woningbouw) mee aan te duiden. Bij gebiedsontwikkeling is echter niet primair de schaal, maar de integrale aanpak van meerdere functies, waaronder het openbaar gebied, cruciaal. Daarbij is het geheel meer dan de som der delen, omdat de waarde van alle onderdelen van gebiedsontwikkeling profiteert van de integrale aanpak. Gebiedsontwikkeling vergt altijd enige vorm van samenwerking tussen overheid en markt, er vanuit gaande dat van gebiedsontwikkeling ook de (her)ontwikkeling van vastgoed met een private bestemming deel uitmaakt en de overheid vroeg of laat consument wordt van het openbaar gebied. Bij gebiedsontwikkeling is sprake van een vastgoedexploitatie en een grondexploitatie. Daarbij is de publiek-private rolverdeling bij vastgoedexploitatie tamelijk vast: overheden en instellingen op het gebied van zorg en onderwijs doen in beginsel de vastgoedexploitatie van openbare gebouwen en de ontwikkeling en realisatie van woningbouw en commerciële voorzieningen geschiedt voor rekening en risico van marktpartijen (corporaties, beleggers, ontwikkelaars). Wat betreft de publiek-private rolverdeling bij de Amsterdam School of Real Estate 4

9 grondexploitatie is sprake van veel meer variatie. Daarbij hebben zich de afgelopen jaren verschillende samenwerkingsmodellen ontwikkeld die in de volgende paragraaf afzonderlijk zullen worden beschreven Samenwerkingsmodellen bij gebiedsontwikkeling Bij grondexploitatie in het kader van gebiedsontwikkeling worden doorgaans de volgende samenwerkingsmodellen onderscheiden: Traditionele modellen Bij de grondexploitatie zijn in de eerste plaats twee klassieke modellen te onderscheiden, waarbij sprake is van een min of meer traditionele rolverdeling. Het eerste model is het model van de actieve gemeentelijke grondpolitiek. Daarbij verwerft de gemeente de voor uitvoering van een project benodigde gronden, mogelijk (mede) met gebruikmaking van het gemeentelijke voorkeursrecht onteigeningsbevoegdheid, maakt deze gronden bouw- en woonrijp en geeft de bouwrijpe kavels vervolgens uit. Binnen de (eigen) publiekrechtelijke randvoorwaarden heeft de gemeente grote vrijheid bij het inrichten van de grondexploitatie. De planontwikkeling en uitwerking heeft de gemeente geheel in eigen hand. Indien en voor zover het grondexploitatieresultaat positief is, komt dit geheel ten goede aan de gemeente. Daartegenover staat dat uiteraard ook alle risico's voor zover niet afgedekt door subsidies - voor rekening van de gemeente komen. Het tweede model is dat van de zelfrealisering door de grondeigenaar van het bestemmingsplan. Hierbij heeft een private partij de betreffende grond in bezit en voert voor eigen rekening en risico een bestemmingsplan uit. Het is gebruikelijk dat de gemeente en de grondeigenaar een zogenaamde anterieure overeenkomst sluiten, op grond waarvan het gemeentelijke kostenverhaal en de gemeentelijke regie worden verzekerd. Het bouwclaimmodel Een volgend model, dat meestal onder de noemer publiek-private samenwerking (PPS) wordt gebracht, is het bouwclaimmodel. Hierbij verplichten de marktpartijen die gronden hebben verworven zich om deze tegen een vaste prijs per vierkante meter aan de gemeente over te dragen, in ruil waarvoor de marktpartijen te zijner tijd een bepaald aantal bouwrijpe kavels krijgt toebedeeld. Het grondexploitatierisico berust in dit samenwerkingsmodel - net zoals bij actieve grondpolitiek - in beginsel volledig bij de gemeente. De grondverwerving is voor het overige, evenals het bouw- en woonrijp maken, een gemeentelijke zaak. Anders dan bij het traditionele model van de gemeentelijke grondexploitatie, is bij het bouwclaimmodel echter geen sprake om de bouwrijpe kavels aan te bieden aan wie de gemeente maar wil. De grondeigenaren hebben immers een exclusief recht op levering van een bepaald aantal van deze kavels, doorgaans naar rato van hun oorspronkelijk ingenomen grondpositie. Het joint-venturemodel Als een echt PPS-model geldt het joint venture-model, waarbij gemeente en marktpartij(en) gezamenlijk een grondexploitatiemaatschappij (meestal afgekort tot GEM) oprichten, waaraan de gronden binnen het plangebied (in economische eigendom) worden overgedragen. Deze onderneming is vaak ook verantwoordelijk voor Amsterdam School of Real Estate 5

10 het bouw- en woonrijp maken en voor de gronduitgifte en draagt daarmee in feite het karakter van een geprivatiseerd grondbedrijf op locatieniveau. Het grondexploitatierisico wordt in dit samenwerkingsmodel verdeeld tussen gemeente en marktpartijen in de verhouding waarin deze partijen participeren in de GEM (meestal 50/50). Behalve een centrale rol bij de grondproductie doet de GEM in de regel ook voorstellen voor de nadere uitwerking van de plannen voor de locatie. Het concessiemodel Het laatste model is het concessiemodel, waarbij de private partijen de beschikking krijgen over alle gronden op een locatie (door zelf te verwerven van oorspronkelijke eigenaren en/of verkoop van deze gronden door de gemeente aan de marktpartij). Het bouw- en woonrijp maken gebeurt vervolgens voor eigen rekening en risico van de marktpartij. Daarmee onderscheidt het concessiemodel zich van de voorgaande twee modellen. De gemeente beperkt zich wat betreft de inrichting van de locatie tot het vaststellen van een programma van eisen, waaraan de marktpartij bij de ontwikkeling gebonden is. Overigens vertoont het concessiemodel verwantschap met de traditionele private locatieontwikkeling, waarin een exploitatie-overeenkomst tussen gemeente en exploitant wordt gesloten. Belangrijk verschil is dat bij zelfrealisering het openbaar gebied in een aantal situaties door de gemeente wordt ingericht en dat de private partij daarvoor een bijdrage moet betalen, terwijl bij het concessiemodel de inrichting van het openbaar gebied - binnen de door de gemeente te stellen kwalitatieve randvoorwaarden - een zaak is van de private partijen. 1.2 Gebiedsontwikkeling anno 2012 Een aantal van de modellen voor grondexploitatie bij gebiedsontwikkeling die in de vorige paragraaf is beschreven, werd daar getypeerd als traditioneel. Gemeentelijke grondexploitatie en zelfrealisatie zijn immers al decennia de mogelijkheden voor publieke c.q. private grondexploitatie. De drie andere modellen, aangeduid als vormen van publiek-private samenwerking, zijn min of meer ontstaan in de tijd van de ontwikkeling van grootschalige uitleglocaties voor woningbouw, die min of meer begon met de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening Extra (Vinex) in De woningbouwopgave in de daarna volgende jaren kenmerkte zich door een substantieel aantal vrije sector koopwoningen. De waardestijging van de gronden die werden aangewezen voor toekomstige woningbouw was in die periode dan ook aanzienlijk en gemeenten en marktpartijen verdrongen elkaar in die periode op de grondmarkt, teneinde maximaal te kunnen profiteren van de waardestijging. De omstandigheden zijn sinds deze periode drastisch gewijzigd. Zo is de aard van de woningbouwopgave gewijzigd. Niet alleen is de omvang van de woningbouw kleiner geworden, maar daarnaast is het accent verschoven van uitleggebieden naar de herontwikkeling van bestaand stedelijk gebied. Een andere relevante wijziging is de risicoperceptie bij zowel gemeenten als bij private partijen. Tenslotte is ook het inzicht in de reikwijdte van het aanbestedingsrecht de afgelopen jaren aangepast. Gevolg daarvan is dat samenwerkingsmodellen die uitgingen van private realisatie zonder openbare (Europese) aanbesteding door de gemeente van openbare werken en diensten (planuitwerking en projectmanagement) in Amsterdam School of Real Estate 6

11 onbruik zijn geraakt. Dit betreft vooral voor het joint-venturemodel, waarin een gezamenlijke publiek-private onderneming wordt belast met dergelijke overheidsopdrachten en het concessiemodel, waarin marktpartijen met de uitvoering van dergelijke opdrachten worden belast. 1.3 Ervaring met herverkaveling in Nederland Herverkaveling is in Nederland op zichzelf een bekend fenomeen vanuit het landelijk gebied. In 1924 kwam de eerste Ruilverkavelingswet tot stand. Deze wet introduceerde het gelijknamig fenomeen, dat bestond in de samenvoeging, verkaveling en verdeling van gronden in een bepaald gebied op grond van een meerderheidsbesluit van eigenaren en eventueel gebruikers. Een tweede wet kwam tot stand in Daarin werden ten opzichte van de wet uit 1924 enkele verbeteringen doorgevoerd, met name op het gebied van het doen van een aanvraag en voor het vrijmaken van gronden voor wegen en waterlopen. Een verdere verbetering werd doorgevoerd in de Ruilverkavelingswet De doelstelling van de ruilverkaveling werd daarbij verbreed tot een volledige gebruiksverkaveling via een betere regeling van de pacht, de verzorging van het landschap via een landschapsplan, de beschikbaarstelling van grond voor niet-agrarische doeleinden via toewijzing aan openbare lichamen en ook overigens een betere afstemming op de ruimtelijke ordening. In 1985 werd de Ruilverkavelingswet vervangen door de Landinrichtingswet. Naast ruilverkaveling werden verschillende vormen van landinrichting geïntroduceerd: herinrichting (voor gebieden die ruimtelijk naast een agrarische functie ook in belangrijke mate een niet-agrarische functie vervullen), ruilverkaveling (een nog verder aangeklede vorm), aanpassinginrichting (ingeval van de aanleg van een op zichzelf staande infrastructurele voorziening van nationaal of regionaal belang) en ruilverkaveling bij overeenkomst. Verder introduceerde de Landinrichtingswet enkele bijzondere regelingen voor specifieke gebieden, zoals voor de reconstructie van glastuinbouwgebieden. In 2005 hebben rijk, provincies, gemeenten en waterschappen overeenstemming bereikt over het ontwerp van de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG). De WILG is op 1 januari 2007 in werking getreden. De WILG omvat twee delen: het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG) en het instrument landinrichting. In het ILG wordt ingegaan op de totstandkoming van het rijksmeerjarenprogramma, de provinciale meerjarenprogramma s en vervolgens op de overeenkomsten die tussen het rijk en de afzonderlijke provincies worden gesloten. De wet gaat tevens in op de financieringsconstructie tussen rijk en provincies, en de wijze waarop het rijk haar middelen ter beschikking stelt aan de provincies. Tot slot wordt ingegaan op de uitvoering van de gesloten overeenkomsten. Dit deel van de wet heeft betrekking op de wijze waarop rijk en provincies met elkaar omgaan gedurende de contractperiode en op de verantwoording na afloop. Het instrument landinrichting biedt provincies de mogelijkheid om, indien rijks- en provinciale doelen niet op vrijwillige basis te realiseren zijn, met overheidsbesluiten werken uit te voeren en een daarmee samenhangende herverkaveling te realiseren. Het betreft een nieuw inrichtingsinstrument ter vervanging van de huidige Amsterdam School of Real Estate 7

12 Landinrichtingswet Het deel landinrichting van de WILG is grotendeels aan de Reconstructiewet Concentratiegebieden ontleend; de Reconstructiewet zal dan ook met de inwerkingtreding van de WILG op dit onderdeel worden ingetrokken. Met herverkaveling in het landelijk gebied bestaat ruime ervaring. In onderstaande figuur is aangegeven in welke gebieden gedurende de afgelopen 30 jaar herverkaveling landinrichting is (of nog wordt) toegepast. Amsterdam School of Real Estate 8

13 In het stedelijk gebied bestaat met herverkaveling minder ervaring. De wederopbouw van de verwoeste binnenstad van Rotterdam is het eerste praktijkvoorbeeld van stedelijke herverkaveling in Nederland. Kern van de regeling was dat de als gevolg van het bombardement van Rotterdam verwoeste of (ernstig) beschadigde onroerende zaken werden onteigend en dat betaling van de schadeloosstelling in beginsel in nature, dus door middel van vervangende onroerende zaken zou plaatsvinden. Daartoe was in artikel 4 van het Besluit Wederopbouw II van 24 mei 1940 bepaald: een eventueel gedwongen betaling der onteigeningsvergoeding in natura door overdracht van onroerend goed toebehorende te wiens naam is onteigend aan de voormalige eigenaar van het onteigende onroerende goed, onder verrekening van het verschil in waarde door de Regeringscommissaris 1. Begin jaren 80 van de vorige eeuw heeft een proefproject voor stedelijke herverkaveling plaatsgevonden in de Folkingestraat en omgeving te Groningen 2. Dit gebied had vanouds woningen die gesitueerd waren boven winkels en kleine bedrijfjes. In de jaren is de Folkingestraat geconfronteerd met de dreiging van verloedering. De Folkingestraat kon aan de start van het herverkavelingsproject worden getypeerd door enerzijds een aantal potenties (bedrijvigheid, ligging, relatie met het centrum, kleinschaligheid) en een aantal problemen (achteruitgang buurt, fysieke achteruitgang, economische bedreigingen). Uitgangspunt bij stedelijke herverkaveling is volgens een rapport dat naar aanleiding van dit proefproject is verschenen, dat gebruikers en eigenaren na de herinrichting recht hebben op gelijkwaardig vervangend eigendom of gebruik en dat deze nieuwe inrichting een stimulans is voor het beter functioneren van de buurt als geheel. In het betreffende project werd herverkaveling omschreven als een overeenkomst waarbij particulieren zich vrijwillig verbinden om, mede gezien voorgenomen werkzaamheden, eigendom of gebruik van onroerend goed te aanvaarden of af te stoten, daarin te investeren en dit voor passend gebruik te benutten, binnen de beleidsdoelstellingen vastgelegd voor de vernieuwing van de buurt. Een van de aandachtspunten bij de evaluatie van het herverkavelingsproject is dat het werken op basis van vrijwilligheid bij het ontbreken van een wettelijke regeling het proces aanmerkelijk kan bemoeilijken. 1 Zie hierover P. van Schilfgaarde, De wederopbouw van Rotterdam, Stedelijke herverkaveling in de praktijk, VUGA Uitgeverij B.V., s-gravenhage, Zie hiervoor de rapportages proefproject stedelijke herverkaveling Groningen, deel 1 (procesbeschrijving, oktober 1983), rapport met bijlagen (oktober 1983) en deel 2 (evaluatie, september 1983). Amsterdam School of Real Estate 9

14 2 Herverkaveling bij gebiedsontwikkeling 2.1 Buitenlandse voorbeelden Inleiding Zoals uit paragraaf 1.3 is gebleken, kent Nederland een lange en omvangrijke traditie van herverkaveling, met dien verstande dat de wettelijke regeling van dit fenomeen zich uitsluitend richtte op het buitengebied en voorbeelden waarbij herverkaveling gestalte heeft gekregen ten behoeve van gebiedsontwikkeling, zich beperkt tot privaatrechtelijke afspraken in het kader van het bouwclaim- en joint venturemodel, aangevuld met enkele incidentele voorbeelden van c.q. experimenten met herverkaveling in het bestaande stedelijke gebied. Anders dan Nederland, kent een groot aantal andere landen wel een vorm van herverkaveling ten behoeve van het realiseren van vastgoedprojecten. Deze voorbeelden zullen in dit hoofdstuk worden besproken. Daarbij is een afzonderlijke paragraaf gewijd aan de Duitse wettelijke regeling en praktijk van de Umlegung. Wettelijke regelingen van herverkaveling in andere landen komen in paragraaf aan bod De Duitse Umlegung De regelgeving op het terrein van de Umlegung is in Duitsland al behoorlijk oud. Naast herverkaveling in het landelijk gebied, kennen verschillende deelstaten sinds het einde van de 19e eeuw of het begin van de 20e eeuw herverkavelingsregelingen voor stedelijke doeleinden. Ook na de Tweede Wereldoorlog werd in veel wederopbouwwetten een regeling voor herverkaveling opgenomen. In 1960 is een generieke regeling tot stand gekomen in het Bundesbaugesetz, dat dateert van 23 juni De regeling is sinds 1986 opgenomen in het Baugesetzbuch (BauGB). In zijn wezen is de regeling niet veranderd. Het wettelijk kader voor Umlegung is grotendeels centraal geregeld. Wel zijn er enkele mogelijkheden voor deelstaten om nadere regels te stellen. Deze mogelijkheid is beperkt tot de bestuurlijke organisatie van de feitelijke Umlegung, en raakt dan ook niet aan de wezenlijke kenmerken ervan. De Umlegung is een van de instrumenten in een breed palet aan instrumenten, dat beschikbaar is ten behoeve van de uitvoering van het grondbeleid. Andere instrumenten zijn het Vorkaufsrecht (vergelijkbaar met het Nederlandse voorkeursrecht gemeenten), onteigening en kostenverhaal. Dit samenstel van instrumenten maakt het Duitse grondbeleidsinstrumentarium in hoge mate vergelijkbaar met het Nederlandse. De Duitse overheid is niet verplicht het instrument herverkaveling (in bepaalde omstandigheden) in te zetten. Eigenaren kunnen derhalve rechtens geen aanspraak maken op Umlegung. Het instrument Umlegung kan alleen worden gebruikt in gebieden waarvoor een Bebauungsplan (vergelijkbaar met het Nederlandse bestemmingsplan) geldt of voor gebieden waarvoor dat niet het geval is, maar die wel zijn te kwalificeren als bestaand Amsterdam School of Real Estate 10

15 bebouwd gebied ( innerhalb eines im Zusammenhang bebauten Ortsteils ). Dit betekent dat voor het overige (buiten)gebied geen Umlegung kan worden toegepast. Deze beperking kan worden verklaard uit het Duitse systeem van ruimtelijke ordening, waarbij anders dan in Nederland planologische sturing in veel gebieden plaatsvindt door middel van algemene regels. Een Bebauungsplan wordt alleen dan opgesteld indien een gebied van karakter verandert doordat het wordt bebouwd of wanneer bij herinrichting (sterk) wordt afgeweken van de bestaande inrichting. Bij de algemene regels geldt een verschillend regime voor bestaand bebouwd gebied enerzijds en het buitengebied anderzijds. In bestaand bebouwd gebied is bebouwing toegestaan die past in de bestaande situatie, terwijl in het buitengebied in beginsel een bouwverbod geldt, agrarische bebouwing etc. daargelaten. De wettelijke regeling van de Umlegung in het BauGB kent twee verschillende varianten: de reguliere procedure en de vereinfachte Umlegung. Verder wordt in de praktijk wel het onderscheid gemaakt tussen de wettelijke herverkaveling en een vrijwillige herverkaveling. Die privaatrechtelijke variant maakt het mogelijk om meer af te spreken dan via de regels van de verplichte variant mogelijk is. Een veelgebruikte afspraak is bijvoorbeeld om grond voor sociale woningbouw op deze manier beschikbaar te maken. Het is de gemeente op wiens initiatief (formeel) voor het herverkavelingsinstrument wordt gekozen. Dit gebeurt echter vaak naar aanleiding van een daartoe strekkend verzoek van eigenaren. Het is in beginsel ook de gemeente die vervolgens de procedure voert, al wordt deze taak soms overgedragen aan onafhankelijke commissies. Het Umlegungsgebiet moet zo begrensd dat de Umlegung doelmatig kan plaatsvinden. De gemeente maakt voor de bestaande situatie een kaart met een beschrijving met overzicht van de feitelijke en juridische toestand binnen het Umlegungsgebiet. De kaart en een deel van de gegevens over eigenaren etc. worden gedurende een maand ter inzage gelegd. Een ter inzage legging is niet nodig ingeval van een Umlegung waarbij maar weinig eigenaren zijn betrokken. In dat geval volstaat een mededeling aan de belanghebbenden. Na overleg met de eigenaren van het her te verkavelen gebied wordt door de gemeente een Umlegungsplan gemaakt, dat de nieuwe situatie weergeeft. Evenals voor de oude situatie wordt daartoe een kaart met een daarbij behorende beschrijving opgesteld. Op de kaart wordt de toekomstige inrichting van het gebied weergegeven, in het bijzonder wat betreft de nieuwe kavelgrenzen en de gronden die bestemd zijn voor het openbaar gebied. De Umlegung maakt het mogelijk om grond vrij te maken voor publieke voorzieningen. Voor een vaste lijst voorzieningen zijn de eigenaren verplicht grond ter beschikking te stellen. Dit betreft gronden voor: wegen en parkeerplaatsen; groenvoorzieningen; kinderspeelplaatsen; voorzieningen met het oog op de bescherming van het milieu (waarbij bijvoorbeeld kan worden gedacht aan geluidsschermen); Amsterdam School of Real Estate 11

16 watervoorzieningen, waaronder ook gronden die kunnen dienen voor de opvang van water bij wateroverlast, indien dergelijke voorzieningen voorzien in de behoefte van de inwoners van het te herverkavelen gebied; compensatie van aangetaste landschappelijke of natuurwaarden. Daarnaast moet verrekend worden voor de voordelen door de Umlegung (de toename van waarde door de Umlegung: indien hier sprake van is, moet deze baat worden afgeroomd). Om de verrekening goed te kunnen plaatsen, is het van belang onderscheid te maken tussen verschillende stappen in de (mogelijke) waardestijging van grond op een te herverkavelen locatie. In onderstaande tabel is dat weergegeven: Waardesprong Oorzaak waardesprong 1 Verandering in bestemming naar grond voor woningbouw 2 Aanpassing kavelstructuur zodat bebouwbare percelen ontstaan Voordeel door Planung Bodenordnung Voor wie is voordeel Voordeel voor de eigenaar van de grond Umlegungsvorteil wordt afgeroomd 3 Aanleg van openbare voorzieningen Erschlieβung Erschlieβungsbeitrag: kosten worden verhaald 4 Waardestijging door vernieuwing van de wijk Sanierung Ausgleichsbeitrag: afroming voordeel waardestijging door Sanierung De verrekening voor de Umlegung heeft te maken met de tweede waardesprong in bovenstaand schema. Voor de andere waardesprongen wordt binnen het systeem van de Umlegung zelf dus niet verrekend. Dat betekent dat na afloop van de Umlegung in verband met de aanleg van de openbare voorzieningen dus een aparte rekening bij de grondeigenaar wordt neergelegd voor de Erschlieβung (aanleg van openbare voorzieningen). Er moet voor twee zaken verrekend worden in het systeem van Umlegung: de korting in verband met de grond nodig voor de aanleg van openbare voorzieningen; voordelen ten gevolge van de Umlegung. Basisidee is als volgt: de grond in het Umlegungsgebiet wordt rekenkundig samengevoegd tot de zogenaamde Umlegungsmasse. Die bestaat dus uit het oude openbare gebied (wegen en groen) en de gronden van de eigenaren. Hiervan wordt vervolgens de noodzakelijke grond voor publieke voorzieningen in de nieuwe situatie afgehaald. Deze wordt toegedeeld aan de betrokken overheid. Wat dan overblijft (de zogenaamde Verteilungsmasse) wordt op grond van het verkavelingsplan verdeeld onder de oude eigenaren. En vervolgens wordt afgerekend wat er teveel aan waarde is toebedeeld, soms in grond en soms in geld. Amsterdam School of Real Estate 12

17 Er zijn twee systemen om toe te delen, naar rato van de waarde van de percelen en naar rato van de oppervlakte. Bij het systeem naar rato van de waarde wordt uitgegaan van de verkeerswaarde. Bij een verrekening naar rato van de oppervlakte kan het soms zijn dat iemand minder toebedeeld krijgt (dan waar hij in beginsel recht op heeft, na een aftrek van een zeker percentage voor openbaar gebied), of zelfs helemaal geen grond krijgt toebedeeld. Dan vindt een verrekening in geld plaats. De procedurekosten worden betaald door de gemeente. Idee is dat de betaling van de eigenaren voor het Umlegungsvorteil gebruikt kan worden ter dekking van de kosten van het ambtelijke werk voor de herverkaveling. Meer in het algemeen geldt dat Umlegung impliceert dat in beginsel zal worden gezocht naar mogelijkheden om zoveel mogelijk eigenaren binnen de oorspronkelijke verkaveling gronden in de nieuwe verkaveling aan te bieden. Nu Umlegung (mede) is bedoeld voor ontsnippering, impliceert dit tevens dat niet voor alle eigenaren terugkeer altijd mogelijk zal zijn en dat aan sommigen (gedeeltelijke) compensatie in geld zal worden aangeboden. Een absoluut terugkeerrecht hebben eigenaren dan ook niet, dit kan met name de eigenaren van kleine stukken grond in het plangebied betreffen Voorbeelden in andere landen Het Duitse systeem van herverkaveling ten behoeve van het creëren van bouwrijpe kavels is niet de enige wettelijke regeling van herverkaveling in andere landen. Ook landen als Spanje, Finland, Spanje, Zweden, Turkije, India en Japan kennen wettelijke regeling op het gebied van herverkaveling c.q. land readjustment 3. Dergelijke wettelijke regelingen kunnen zich zowel richten op instrumenten die kavelgrenzen aanpassen (als oplossing van het probleem dat eigenaren onhandig verkaveld grondbezit hebben en daardoor niet zelf kunnen ontwikkelen) als op instrumenten die gericht zijn op het faciliteren van samenwerking tussen partijen bij gezamenlijke planrealisatie. Een interessant systeem is het Spaanse systeem van herverkaveling, met name de toepassing in de regio Valencia zoals deze sinds 1994 bestaat. Kort gezegd komt de Reparcelacion op het volgende neer. Gezamenlijke eigenaren in een plangebied of een derde (zogenaamde urbaniseerder, de potentiële grondexploitatant), kunnen een voorstel maken voor een nieuwe kavelindeling in een plangebied, dit als onderdeel van een bestaande en in Valencia veel gebruikte procedure voor planrealisatie. Bij planrealisatie gaat het dan als regel om een intensiever gebruik van de ruimte, bijvoorbeeld door sloop/nieuwbouw wordt een veel hogere woningdichtheid in een gebied nagestreefd. Het in te dienen programma als onderdeel van deze algemene procedure (voor bouwrijp maken en de oplevering van bouwrijpe kavels) zal moeten passen binnen het algemene plan dat het grondgebruik regelt, waarin ook eisen zijn opgenomen over o.a. de afbakening van het gebied. Of een voorgesteld programma doorgaat hangt af van de gemeente, die het moet goedkeuren. Daarbij selecteert ze een partij die het programma mag realiseren; dat hoeft niet per se de partij te zijn die als eerste een programma indient. 3 Zie hierover Yu-Hung Hong en Barry Needham, Analysing Land Readjustmant, Economics, Law, and Collective Action, Lincoln Institute of Land Policy, Cambridge, Massachusetts, Amsterdam School of Real Estate 13

18 De benodigde verandering van de kavelindeling kan eventueel gedwongen worden uitgevoerd. Een eigenaar die niet wenst mee te doen, kan zich laten onteigenen. De eigenaren zijn verder verplicht om grond in te leveren voor bepaalde publieke doelen en ze zijn tevens verplicht mee te betalen aan bepaalde voorzieningen. De herverkavelingsprocedure (inclusief de uitvoering door een urbaniseerder) wordt veelvuldig toegepast in alle drie de Valenciaanse provincies, zowel in uitbreiding als in herstructurering, kleine en grote locaties. Herverkaveling verdient meestal de voorkeur van grondeigenaren, in de zin dat ze deze ontwikkelingsvorm verkiezen boven onteigening. Voorafgaand aan de herverkaveling, kunnen grondeigenaren kiezen voor onteigening, in plaats van het verder meegaan met herverkaveling. Het gebeurt echter zeer zelden dat grondeigenaren onteigening verkiezen. De indruk bestaat dat dit komt omdat de vergoeding voor onteigening in principe, gebaseerd is op de waarde van het huidige gebruik plus een extra, en niet op de volledige waarde van de toekomstige bouwmogelijkheden. In de praktijk blijkt dat rechters meestal aanzienlijke hogere compensatiebedragen toekennen dan de waarden van het huidige gebruik. Toch blijft in de praktijk de kloof tussen wat te verkrijgen is via onteigening en via herverkaveling groot genoeg om eigenaren herverkaveling te doen verkiezen. Iets anders is dat het wel vaak voorkomt dat eigenaren zich laten uitkopen door de urbaniseerder. Dan kan privaatrechtelijk een afwijkende afspraak over het aankoopbedrag worden gemaakt, die wel aantrekkelijk is. 2.2 Pleidooien voor herverkaveling in Nederland Pleidooien voor herverkaveling door de jaren heen Reeds in 1952 pleitte Witvliet voor introductie van een wettelijke regeling van stedelijke herverkaveling. Hij schreef een rapport naar aanleiding van de herverkaveling die plaatsvond in door oorlogsgeweld verwoeste gebieden in Nederland 4. Hij verwijst naar een destijds bestaand toekomstplan om een aparte regeling voor de financiële steun aan de gemeenten bij het uitvoeren van stedenbouwkundige bestemmingsplannen, welke regeling in het bijzonder geschikt zou moeten zijn voor het realiseren van op de bebouwde kommen betrekking hebbende reconstructieplannen. Witvliet merkt op pagina 157 van zijn boek daarbij op: Ik zou aan deze toekomstplannen willen toevoegen, dat men thans in Nederland de gelegenheid heeft om niet langer achter te blijven bij het buitenland, waar in verschillende landen reeds regelingen tot stand zijn gekomen voor de stedenbouwkundige herverkaveling. De ervaringen, die opgedaan zijn bij de herverkaveling der verwoeste gebieden, hebben ook daar hun nut bewezen. Uit de beschrijving der herverkaveling en toewijzing in dit boek blijkt, dat het vraagstuk van herordening der bouwterreinen talrijke privaatrechtelijke aspecten medebrengt. Het is daarnaast een typisch probleem van grondadministratie en taxatie te achten, terwijl goede opmetingen, kaarteringen en verdere landmeetkundige werkzaamheden hierbij de basis moeten vormen. Bovendien behoren de grondeigenaren, hypotheekhouders 4 J.M.C. Witvliet, Stedebouwkundige herverkaveling en toewijzing in verwoeste gebieden van Nederland, N. Samson N.V. uitgever Alpen aan den Rijn Amsterdam School of Real Estate 14

19 en andere zakelijk gerechtigden duidelijke waarborgen te krijgen, opdat de herordening hunner rechten geschiedt op billijke en overzichtelijke wijze. De Woningwet kent hiertoe slechts het systeem van onteigening met kostbare en langdurige procedures en uitbetaling in geld der onteigeningsvergoedingen. De totstandkoming van een aparte stedenbouwkundige herverkavelingsregeling is daarnaast noodzakelijk te achten, opdat enerzijds de snelle en doelmatige uitvoering der saneringsplannen wordt gewaarborgd en anderzijds de belanghebbenden, waar mogelijk, in deze reconstructie kunnen deelnemen door toewijzing van nieuwe percelen, waarop de particuliere herbouw in de nieuwe stadskernen kan geschieden. Aan het begin van de jaren 70 van de vorige eeuw verscheen het rapport Hoofdlijnen van een Wet op de stadsvernieuwing van de Werkgroep Stedelijke vernieuwing onder voorzitterschap van Prof. mr. P. de Haan 5. In de samenvatting en conclusies van het rapport wordt op pagina 115 onder meer opgemerkt: De Werkgroep meent dat de methode van ruil- en herverkaveling naast die van onteigening voor stadsvernieuwingsdoeleinden bruikbaar zal zijn in al die gevallen waarin van de eigenaren, gebruikers en eventueel derden een redelijke mate van deelneming kan worden verwacht. In verband met de bijzondere stedelijke omstandigheden heeft de Werkgroep geopteerd voor een ruimer verkavelingsmodel dan in de bestaande wetgeving voor de agrarische ruilverkaveling is uitgewerkt. In dit model worden enerzijds de toetsingsnormen variabel gesteld, waardoor voor de gemeente een ruim scala aan mogelijkheden variërend van ruilverkaveling in strikte zin tot onteigening wordt geopend, terwijl anderzijds aan de eigenaren en gebruikers de vrije keuze wordt gelaten tussen toedeling in grond en algehele vergoeding in geld, hetgeen in wezen neerkomt op een individuele keuze tussen ruilverkaveling en onteigening. De Werkgroep hoopt hiermee te bereiken dat zowel de gemeente als de eigenaren gebruikers zich gemakkelijker aan experimenten op dit gebied durven wagen. Van veel recentere datum zijn pleidooien voor het overwegen van (een wettelijke regeling van) stedelijke herverkaveling in diverse beleidsstukken 6. De daarin vervatte voorstellen zijn, vergeleken met bij voorbeeld het hiervoor besproken voorstel van de Werkgroep Stedelijke Herverkaveling veel minder uitgewerkt De uitgave van het IBR In het voorjaar van 2011 verscheen de uitgave Herverkaveling op Ontwikkelingslocaties. Het rapport is het resultaat van een onderzoek dat is uitgevoerd door het Instituut voor Bouwrecht (IBR) en de TU Delft in opdracht van het toenmalige Ministerie van VROM. De aanleiding tot dit onderzoek was de gedachte dat een wettelijke regeling op grond waarvan herverkaveling desnoods dwingend kan worden opgelegd, kleinere ontwikkelaars betere kansen zou bieden om daadwerkelijk te bouwen op bouwlocaties. Daardoor zou uiteindelijk sprake zijn van concurrentiebevordering. 5 Bouwrecht Monografie nr. 1. Kluwer Samsom Bij voorbeeld in de brief Woonvisie van de Minister van BZK van 1 juli 2011, in het briefadvies van de raden voor leefomgeving en infrastructuur over de Omgevingswet van 4 november 2011, in het verslag van een schriftelijk overleg over de Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte van 8 november 2011 en in de Eindrapportage van het MIRT-onderzoek naar onorthodoxe maatregelen binnenstedelijke gebiedsontwikkeling van juli Amsterdam School of Real Estate 15

20 Het bestaan van een herverkavelingsinstrument waarbij alle ingenomen grondposities binnen een te ontwikkelen plangebied worden herverdeeld op basis van de toegekende waarderingen aan de eigenaren (en na aftrek van gronden voor infrastructuur, groen en water) waarna vervolgens een toedeling van de nieuwe functies plaatsvindt conform de toekomstige stedenbouwkundige inrichting van het plangebied, zou volgens het rapport op verschillende manieren invloed kunnen hebben op de praktijk van locatieontwikkeling: versterking van de positie van kleine ontwikkelaars; beperking van de nadelen van eigendombewust bestemmen; doorbreken patstelling door onhandige eigendomsposities in relatie tot de toekomstige stedenbouwkundige uitwerking, in het bijzonder middels het voorzien in een wettelijk vangnet voor het geval vrijwillige herverkaveling niet lukt; eenvoudigere afscheiding van de grondrouting van overige publiek-private afspraken met aanbestedingtechnische voordelen. In het IBR-rapport krijgt het derde onderdeel een sterk accent. Daarbij wordt het in paragraaf 1.2 van dit paper beschreven bouwclaimmodel als vertrekpunt genomen voor het doen van aanbevelingen. Het bouwclaimmodel wordt vaak gezien als een model voor publieke, gemeentelijke grondexploitatie. Gelet op het feit dat de grondverwerving, de opdrachtverlening voor het bouw- en woonrijp maken en voor de inrichting van het openbaar gebied door de gemeente en ook voor risico van de gemeente plaatsvinden, is dat begrijpelijk. Wanneer echter wordt gelet op de grondrouting, dan is ook het bouwclaimmodel een aanpak waarbij de oorspronkelijk door marktpartijen ingenomen grondposities een cruciaal onderdeel vormen en deze dus worden herverdeeld. Om deze reden wordt het bouwclaimmodel - evenals het joint-venture en concessiemodel - wel gezien als een vorm van publiek-private samenwerking. De invulling van alle drie vormen van grondexploitatie vindt in de praktijk hoofdzakelijk plaats gebruikmakend van privaatrechtelijke instrumenten: grondverwerving door marktpartijen en overheden (doorgaans gemeenten), bouw- en woonrijp maken door de gemeente, de GEM of door een marktpartij. En ook de gronduitgifte vindt, afhankelijk van het model, door een van deze drie partijen plaats. Maar wat als het gebruik van de privaatrechtelijke instrumenten niet lukt? Welk vangnet is er dan om het project toch doorgang te laten vinden? Zowel de klassieke vorm van de gemeentelijke grondexploitatie als de zelfrealisatie kennen, voor het geval niet met grondeigenaren tot minnelijke overeenstemming kan worden gekomen, een publiekrechtelijk vangnet. Voor het geval de grondverwerving langs minnelijke weg niet lukt en de eigenaar geen beroep op zelfrealisatie toekomt, biedt de onteigeningswet de mogelijkheid om gronden gedwongen te verwerven. Indien de eigenaar wel een beroep op zelfrealisatie toekomt, kan de gemeente de grondexploitatiekosten op grond van het exploitatieplan desnoods dwingend via de bouwvergunning verhalen en eisen stellen die de gemeentelijke regietaak ten aanzien van de gebiedsontwikkeling waarborgen. Het concessiemodel kan zijn gebaseerd op zowel een vertreksituatie van overwegend gemeentelijk eigendom als op een situatie waarin de met de gemeente Amsterdam School of Real Estate 16

21 samenwerkende marktpartijen (vrijwel alle) gronden in eigendom hebben. In beide situaties geldt ten opzichte van derden die gronden bezitten dat deze kunnen worden onteigend dan wel dat op hun gronden de regeling inzake grondexploitatie in de WRO van toepassing is. Voor de twee andere PPS-modellen (bouwclaim, joint-venture) bestaat echter geen publiekrechtelijk vangnet. In onderstaande tabel is een en ander schematisch weergegeven: Realisatiestrategie Privaatrechtelijke regeling Publiekrechtelijk vangnet Gemeentelijke grondexploitatie Bouwclaimmodel Joint-venturemodel Concessiemodel Zelfrealisatie Aankoop (eventueel ondersteund door voorkeursrecht) PPS-overeenkomst en nodig aankoop PPS-overeenkomst en aankoop PPS-overeenkomst en aankoop Anterieure (of posterieure) overeenkomst Onteigening Ontbreekt Ontbreekt Onteigening of Omgevingsvergunning Omgevingsvergunning Een wettelijke regeling inzake herverkaveling kan voorzien in het invullen van in elk geval het nu nog ontbrekende publiekrechtelijke vangnet voor bouwclaimsituaties waarin (a) herverdelen van grondposities de kern is van de samenwerking tussen de gemeente en de grondeigenaren en (b) niet de situering, maar de omvang van de ingenomen grondposities in de praktijk de belangrijkste factor is bij het bepalen van de hoeveelheid uit te geven bouwkavels. Een regeling naar analogie van de Duitse regeling van de Umlegung kan zorgen voor harmonisatie, rechtsgelijkheid en transparantie in situaties van versnipperd grondeigendom, waarin verschillende eigenaren qua oppervlakte zodanige grondpositie hebben ingenomen, dat daarop - uitgaande van gronduitgifte naar evenredigheid van de ingenomen positie - een evenwichtig bouwprogramma kan worden gerealiseerd. Met een dergelijke wettelijke regeling ontstaat een waarborg dat ook kleine grondeigenaren die wel een grondpositie als omschreven, maar een relatief kleine grondpositie vergeleken met andere eigenaren hebben ingenomen, verzekerd zijn van bouwproductie. Een wettelijk vangnet voor het joint-venturemodel is onnodig. Een gezamenlijke publiek-private grondexploitatie is een nadrukkelijke keus van partijen. Indien partijen het niet eens worden over de condities waaronder zij in de GEM zullen participeren, over de taken die aan de GEM zullen worden toebedeeld en over de verhouding tussen de GEM en partijen, komt een GEM eenvoudig niet tot stand en is het bouwclaimmodel als vanzelf de terugvaloptie. Na invoering van een wettelijke regeling inzake herverkaveling ziet het hiervoor getoonde schema er als volgt uit: Amsterdam School of Real Estate 17

22 Realisatiestrategie Privaatrechtelijke regeling Publiekrechtelijk vangnet Gemeentelijke gronduitgifte Bouwclaim Joint-venture Concessie Zelfrealisatie Aankoop (eventueel ondersteund door voorkeursrecht) PPS-overeenkomst en zo nodig aankoop PPS-overeenkomst en zo nodig aankoop PPS-overeenkomst en zo nodig aankoop Anterieure (of posterieure) overeenkomst Onteigening Herverkaveling Geen: niet nodig Onteigening of Omgevingsvergunning Omgevingsvergunning In het IBR-rapport wordt ervoor gepleit om het instrument herverkaveling facultatief te maken in die zin dat de gemeente niet door eigenaren kan worden verplicht het instrument toe te passen. Een van de argumenten die daarbij wordt genoemd is dat een verplichte herverkaveling niet goed aansluit bij de vormgeving van het grondbeleid: gemeenten hebben nu ook keuzevrijheid ten aanzien van de instrumenten voorkeursrecht en onteigening. Ook deze grondbeleidsinstrumenten kan de gemeente inzetten om het proces van gebiedsontwikkeling te bevorderen, zonder dat daartoe een verplichting bestaat De pilotprojecten van het Ministerie van BZK De ministeries Infrastructuur en Milieu en Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Technische Universiteit Delft en de Radboud Universiteit hebben het startschot gegeven voor een proefprogramma voor stedelijke herverkaveling. Geïnteresseerde gemeenten en private initiatiefnemers kunnen een project voorleggen bij de Praktijkleerstoel Gebiedsontwikkeling van de TU Delft. Uit de groslijst worden acht geschikte experimenten voor stedelijke herverkaveling geselecteerd. Deze zullen een jaar lang onderwerp zijn van onderzoek, waar de beschikbare kennis vanuit de genoemde ministeries en universiteiten bij elkaar wordt gebracht. Na dit jaar volgt een rapport met daarin de conclusies van de onderzochte projecten met aanbevelingen over het al dan niet invoeren van een wettelijke regeling voor stedelijke herverkaveling. Amsterdam School of Real Estate 18

23 3 Een agenda voor nader onderzoek naar een regeling voor herverkaveling bij gebiedsontwikkeling 3.1 Bouwstenen De ervaring met landinrichting De in paragraaf 1.3 opgenomen kaart laat zien dat grote delen van het Nederlandse territoir de afgelopen decennia betrokken zijn geweest in enig landinrichtingsproject. Veel landinrichtingsprojecten impliceren mede een vorm van herverkaveling. De landinrichting vindt tegenwoordig plaats op grond van de Wet Inrichting Landelijk Gebied (WILG). In de naamgeving van deze wet komt al tot uitdrukking dat deze wet zich richt op een ander type gebied dan gebieden die bestemd zijn voor gebiedsontwikkeling primair ten behoeve van stedelijke functies. Ook het instrumentarium van de wet is daarop afgestemd. Zo lligt het initiatief ligt in het systeem van de WILG bij de provincie: dit zal voor stedelijke herverkaveling de gemeente moeten zijn. De toepassingsmogelijkheden van de WILG zijn bovendien beperkt tot de realisatie van gebiedsgericht beleid, beleid gericht op de verbetering van de kwaliteit van het landelijke gebied, in elk geval ten aanzien van natuur, recreatie, landschap, landbouw, sociaaleconomische vitaliteit, milieu en water. Om de wet ook van toepassing te laten zijn op grondruil op een rode ontwikkelingslocatie zal deze als toepassingsmogelijkheid in de wet moeten worden toegevoegd. Het aanpassen van de bestaande wettelijke regeling bij vergroting van het toepassingsbereik is zodanig dat volgens het IBR-rapport de vraag rijst of de aanpassingsopgave wel lichter is dan een het maken van een nieuwe regeling dan wel aansluiting bij een andere bestaande regeling. Het antwoord op die vraag luidt ontkennend. Dit neemt echter niet weg dat van de praktijk van landinrichting - en in het bijzonder van herverkaveling niet zou kunnen worden geleerd bij het nadenken over de inrichting en uitvoering van een toekomstige wettelijke regeling voor stedelijke herverkaveling. Daarbij verdient de positie van het kadaster bijzonder aandacht. Het kadaster heeft bij de begeleiding van verkavelingen in het kader van de landinrichting een grote rol en bezit unieke expertise ten aanzien van het registreren en begeleiden van transacties die daarbij aan de orde zijn. Om die reden is het zaak vertegenwoordigers van het kadaster nauw te betrekken bij het uitwerken van voorstellen voor een wettelijke regeling en een duidelijke plaats toe te kennen bij de uitvoering van stedelijke herverkavelingsprojecten. Als een van de experts die zal worden betrokken bij de in paragrafen en bedoelde lopende onderzoek, zal de auteur van dit paper deze suggestie ook inbrengen ten behoeve van de in dat kader te bestuderen pilotprojecten. Amsterdam School of Real Estate 19

24 3.1.2 Het bouwclaim- en joint venturemodel Zoals uit de beschrijving in paragraaf van het bouwclaim- en joint-venturemodel kan worden afgeleid, is een kenmerk van de grondrouting in beide modellen dat er als eerste stap daarin door alle betrokken eigenaren eigendommen worden ingebracht bij de gemeente (bouwclaimmodel) c.q. in een speciaal opgerichte publiek-private onderneming (joint-venturemodel), waarna deze eigendommen deels worden behouden door c.q. overgedragen aan de gemeente ten behoeve van het openbaar gebied en voor het overige als voor bebouwing geschikte kavels worden uitgegeven aan de partijen die de eigendommen inbrachten, doorgaans naar rato van de inbreng. Hoewel het werken met beide genoemde modellen niet voortvloeit uit een specifieke wettelijke regeling, maar is gebaseerd op hoofdzakelijk het algemene contractenrecht, kan van de brede praktijk van toepassing van deze modellen wel worden geleerd hoe met name met inbrengwaarden en met de verrekening van andere grondexploitatiekosten wordt omgegaan. Daaruit kan lering worden getrokken voor het opzetten van wettelijke waarderingsmethoden ten behoeve van een wettelijke regeling voor stedelijke herverkaveling. Het ten behoeve van de opzet van een wettelijke regeling in het kader van het grondbeleid in beginsel uitgaan van de bestaande praktijk is in Nederland overigens niet ongebruikelijk. Zo is de kostensoortenlijst als onderdeel van de huidige regeling inzake grondexploitatie in de Wet ruimtelijke ordening (WRO) gebaseerd op een inventarisatie van kostensoorten waarover gemeenten en marktpartijen in de praktijk voorafgaand aan de huidige WRO reeds afspraken maakten De Duitse Umlegung Een aantal ons omringende landen kent, anders dan Nederland, wel een wettelijke regeling van herverkaveling, primair ten behoeve van stedelijke (her)ontwikkeling. Daarbij biedt de Duitse Umlegung een aantal goede aanknopingspunten voor een wettelijke regeling voor stedelijke herverkaveling in ons land. Die aanknopingspunten zijn er onder meer wat betreft de keuze voor herverkaveling als vrijwillige instrument (zodat de gemeente niet tot toepassing kan worden gedwongen), wat betreft de organisatie van het herverkavelingsproces (met een rol voor een onafhankelijke commissie) en wat betreft de verhouding tussen vrijwillige en wettelijke herverkaveling (waarbij in de praktijk de officiële procedure vooral als vangnet voor partijen die uiteindelijk niet willen meedoen en ter formele bevestiging van reeds vrijwillig gemaakte afspraken functioneert). Voordeel van het Duitse systeem is bovendien dat het systeem van ruimtelijke ordening en grondbeleid ook overigens goed vergelijkbaar is en mede door de relatieve nabijheid en bestaande contacten - ten aanzien van het Duitse systeem relatief veel informatie beschikbaar is Praktijkervaringen uit de pilots Het in paragraaf bedoelde onderzoek naar een aantal pilotprojecten zal naar verwachting aantonen dat zonder wettelijke regeling op grond waarvan eigenaren en gebruikers - die niet kunnen of willen meedoen aan een stedelijke herverkaveling waarvoor op zichzelf breed draagvlak is - kunnen worden gedwongen om hun eigendommen in te brengen, herverkaveling zeker in een complexe stedelijke Amsterdam School of Real Estate 20

Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling een update

Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling een update Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling een update Arjan Bregman 2015-07 Oktober 2015 Amsterdam School of Real Estate Herverkaveling als instrument voor gebiedsontwikkeling een update Position

Nadere informatie

Plan van behandeling

Plan van behandeling Plan van behandeling Soorten gebiedsontwikkeling Grondexploitatiemodellen De totstandkoming van samenwerking: De Reiswijzer Gebiedsontwikkeling 2009 De totstandkoming van samenwerking: Het Müller-arrest

Nadere informatie

Wie betaalt de ruimtelijke kwaliteit? Verbetering kostenverevening in herstructurering bedrijventerreinen Dr. Demetrio Muñoz Gielen

Wie betaalt de ruimtelijke kwaliteit? Verbetering kostenverevening in herstructurering bedrijventerreinen Dr. Demetrio Muñoz Gielen Wie betaalt de ruimtelijke kwaliteit? Verbetering kostenverevening in herstructurering bedrijventerreinen Dr. Demetrio Muñoz Gielen Literatuur Capturing value increase in urban redevelopment (proefschrift-dissertatie)

Nadere informatie

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM

Grondexploitatiewet. Hendrik van Sandick. projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Grondexploitatiewet Hendrik van Sandick projectcoördinator Grondexploitatiewet Ministerie van VROM Waarover gaat het bij grondexploitatie? Onderwerpen die de gemeente wil regelen bij grondexploitatie van

Nadere informatie

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen

Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen Actualisatie globaal exploitatieplan Driessen 2017 1 Inhoudsopgave Inleiding 1. Aanleiding voor de actualisatie van het globaal exploitatieplan 2. Plangebied en ruimtegebruik 3. Kosten exploitatiegebied

Nadere informatie

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden

: Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Raadsvoorstel Datum : 24-5-2018 Kenmerk Portefeuillehouder Nee Onderwerp : Z101697/Raad-00343 : A.A.L.M. Spekschoor : Vestiging voorkeursrecht percelen Vorden Geachte leden van de gemeenteraad, Voorstel

Nadere informatie

Broederenplein. Stedelijke herverkaveling: theorie. Inleiding

Broederenplein. Stedelijke herverkaveling: theorie. Inleiding Broederenplein Leegstand Stedelijke herverkaveling Mr. G. van Moorsel Aukema, jur adviseur gebiedsontwikkeling Grote Overstraat Stadshof Inleiding Nog geen wetgeving Theorie stedelijke herverkaveling 3

Nadere informatie

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015

Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid. Presentatie forum Ruimte 13 januari 2015 Nota Grondbeleid Opbouw presentatie 1 Inleiding 2 Waar gaat het om bij grondbeleid 3 Visie 4 Beheersen instrumenten en risico s 1 Inleiding Wat

Nadere informatie

Het herverkavelingsproces

Het herverkavelingsproces Herverkaveling Het herverkavelingsproces Om het landelijk gebied ook in de toekomst vitaal te houden, worden gebieden opnieuw ingericht. Hoe de nieuwe inrichting van een gebied er uit moet zien, staat

Nadere informatie

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt

Nota Kostenverhaal Gemeente Drimmelen. Conceptt Nota Kostenverhaal 2016-2020 Gemeente Drimmelen 1. Inleiding Aanleiding Met de komst van de Wro (1 juli 2008) hebben gemeenten meer mogelijkheden gekregen om te sturen op de ontwikkeling van ruimtelijke

Nadere informatie

Joost Loeffen raad januari 2010

Joost Loeffen raad januari 2010 7 Joost Loeffen 040-2083405 jlo@valkenswaard.nl Wet voorkeursrecht gemeenten Venbergseweg e.o. 09raad00862 28 januari 2010 Gronden, in de omgeving van de Venbergseweg welke in de toekomst benodigd zijn

Nadere informatie

Stedelijke Herverkaveling. Positionering wettelijke regeling stedelijke herverkaveling VVG-congres Mei 2014

Stedelijke Herverkaveling. Positionering wettelijke regeling stedelijke herverkaveling VVG-congres Mei 2014 Stedelijke Herverkaveling Positionering wettelijke regeling stedelijke herverkaveling VVG-congres Mei 2014 Stedelijke herverkaveling Wie ben ik? q Guido Kuijer (Senior Projectadviseur & Lid Commissie Stedelijke

Nadere informatie

VNG inbreng plenair debat Huizenprijzen

VNG inbreng plenair debat Huizenprijzen VNG inbreng plenair debat Huizenprijzen Tweede Kamer, dinsdag 11 maart 2014, 18.30 uur. Transparantie, de bouwpolder en de grondmarkt 1. Vergroten van de transparantie De commissie stelt voor om in het

Nadere informatie

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken)

Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Nieuw grondbeleid en nieuwe woningnood (in diverse smaken) Wooncongres 11 oktober 2016 Herman de Wolff (TU Delft) en Rogier Titulaer (gemeente Amersfoort) Delft University of Technology Challenge the future

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit

Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit Ruimtelijke onderbouwing bij Wabo Projectbesluit ten behoeve van de realisatie van 8 rijwoningen in plaats van 7 op een perceel bouwterrein gelegen aan Het Wilgert te Epse Inleiding Tussen de straten Het

Nadere informatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie

Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie Actualiteiten Grondexploitatiewet 2011 VNG Privaatrechtelijk spoor; overeenkomsten over grondexploitatie mr. Jan Frans de Groot & mr. Arjen de Snoo 1 Indeling Aanleiding Verordening m.b.t. de grondexploitatie

Nadere informatie

Notitie: zienswijzenbehandeling ontwerp-exploitatieplan Lage Heide, wonen

Notitie: zienswijzenbehandeling ontwerp-exploitatieplan Lage Heide, wonen Notitie: zienswijzenbehandeling ontwerp-exploitatieplan Lage Heide, wonen Het ontwerp-exploitatieplan Lage Heide, wonen heeft in overeenstemming met de voorgeschreven wettelijke procedure volgens de Wet

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling in een nieuw tijdperk: kansen voor stedelijke herverkaveling?

Gebiedsontwikkeling in een nieuw tijdperk: kansen voor stedelijke herverkaveling? Gebiedsontwikkeling in een nieuw tijdperk: kansen voor stedelijke herverkaveling? Prof. dr. Erwin van der Krabben Radboud Universiteit Nijmegen / University of Ulster NVB Studiebijeenkomst Grondbeleid

Nadere informatie

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar

Adviesnota voor het college. Burg. Weth L. Weth Z. Weth B. Weth P. Secr. Vertrouwelijkheid: Niet openbaar Adviesnota voor het college Primaat team: Vastgoed Steller: Franca Diels Portefeuillehouder: G. van Leeuwen Mede-adviseur: Ingekomen d.d. Nr. poststuk Nr. BBV 402632 Conf. Bespr. Aantekeningen Burg Weth

Nadere informatie

Raadsvoorstel. drs. D.M.P.G. Smolenaers 27 september juli De raad wordt voorgesteld te besluiten:

Raadsvoorstel. drs. D.M.P.G. Smolenaers 27 september juli De raad wordt voorgesteld te besluiten: Portefeuillehouder Datum raadsvergadering drs. D.M.P.G. Smolenaers 27 september 2018 Datum voorstel 10 juli 2018 Agendapunt Onderwerp Voorkeursrecht bouwlocatie nabij HF Wittecentrum De raad wordt voorgesteld

Nadere informatie

Communicatie. 40 Ontwikkelstrategie Lammenschansdriehoek, Gemeente Leiden

Communicatie. 40 Ontwikkelstrategie Lammenschansdriehoek, Gemeente Leiden 5 Communicatie Bij het ontwikkelen van het plan is bewust gekozen voor een open planproces met intensieve betrokkenheid van verschillende partijen uit het gebied. Zo is een klankbordgroep ingesteld, bestaande

Nadere informatie

Bijlage 5 Uitwerking samenwerkingsvormen Overzicht samenwerkingsvormen Samenwerkingsvormen Afspraken maken over Redenen samenwerking

Bijlage 5 Uitwerking samenwerkingsvormen Overzicht samenwerkingsvormen Samenwerkingsvormen Afspraken maken over Redenen samenwerking Bijlage 5 Uitwerking samenwerkingsvormen In de praktijk bestaan er diverse vormen van samenwerking. In onderstaande tabel worden de verschillende vormen van samenwerken weergegeven. Vervolgens worden deze

Nadere informatie

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013

Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen AUDITORIUM HADEWYCH, CONSCIENCEGEBOUW, BRUSSEL, 28/11/2013 Studiedag Onderzoek Ruimte Vlaanderen Gebiedsontwikkeling in tijden van crisis: nieuwe strategieën en instrumenten als de oplossing? PROF. DR. ERWIN VANDERKRABBEN Nederland: Vinex-wijken Gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

Ontwikkelingen rond het grondbeleid

Ontwikkelingen rond het grondbeleid Ontwikkelingen rond het grondbeleid Inleiding voor wooncongres 3 november 2015 Herman de Wolff (H.W.deWolff@tudelft.nl) Delft University of Technology Challenge the future Opzet Grondbeleid: waarom ook

Nadere informatie

Opinieronde / peiling

Opinieronde / peiling Aan de Raad OPINIE Made, 30 oktober 2015 Regnr.: 15int04492 Aan de commissie: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Datum vergadering: Fout! Onbekende naam voor documenteigenschap. Agendapunt :

Nadere informatie

Realisatie maatschappelijke doelstellingen met lokale partijen bij gebiedsontwikkeling

Realisatie maatschappelijke doelstellingen met lokale partijen bij gebiedsontwikkeling Realisatie maatschappelijke doelstellingen met lokale partijen bij gebiedsontwikkeling George de Kam Oktober 2008. Inhoud Inleiding... 1 Belang structuurvisie... 1 Afspraken met lokale corporaties?...

Nadere informatie

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg. Aan de raad,

RAADSVOORSTEL. Raadsvergadering. Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg. Aan de raad, RAADSVOORSTEL Raadsvergadering Nummer 12-09-2013 13-065 Onderwerp gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg Aan de raad, Onderwerp Gewijzigd vaststellen ontwerpbestemmingsplan Vinkenburg.

Nadere informatie

NOTA ZIENSWIJZE(N) BESTEMMINGSPLAN HAREN DORP WEST

NOTA ZIENSWIJZE(N) BESTEMMINGSPLAN HAREN DORP WEST NOTA ZIENSWIJZE(N) BESTEMMINGSPLAN HAREN DORP WEST REACTIENOTA ZIENSWIJZE(N) ONTWERPBESTEMMINGSPLAN HAREN DORP WEST 1. INLEIDING 2. SAMENVATTING ZIENSWIJZEN + REACTIE 3. VOORSTEL 4. AMBTSHALVE WIJZIGINGEN

Nadere informatie

Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico

Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico Het schrappen van bouwmogelijkheden zonder (plan)schaderisico Arjan Bregman Expeditie Ruimte, Thema voorzienbaarheid Orangerie Roermond, 28 september 2016. Plan van behandeling De veranderende gebiedsontwikkeling

Nadere informatie

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening

De nieuwe Wro. Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening De nieuwe Wro Wet ruimtelijke ordening: een fundamentele herziening Inhoud van deze presentatie WRO Wro: de uitgangspunten De grootste veranderingen eruit gelicht WRO vs. Wro: een overzicht Wat betekent

Nadere informatie

exploitatieplan LOCATIE CASTOR

exploitatieplan LOCATIE CASTOR LOCATIE CASTOR Locatie Castor (vastgesteld) Locatie Castor Inhoudsopgave Toelichting Hoofdstuk 1 3 Inleiding 3 Hoofdstuk 2 Deel A Omschrijving Exploitatiegebied 2.1 Planbeschrijving 2.2 Ligging van het

Nadere informatie

Grond voor betaalbaar wonen

Grond voor betaalbaar wonen Grond voor betaalbaar wonen De positie van de gemeente Naam, Afdeling Willem Korthals Altes 07/01/2009 Gemeentelijke positie De basics: positie, vormen grondbeleid De crisis: enkele cijfers Nota s grondbeleid

Nadere informatie

Praktijkvoorbeeld grondexploitatiewet

Praktijkvoorbeeld grondexploitatiewet Praktijkvoorbeeld grondexploitatiewet - op luchtige hoofdlijnen - ing. G.K. (Gerrit) Modderkolk dia 2 Even voorstellen: Procap management en advies bij ruimtelijke ontwikkelingen gebiedsontwikkeling, herstructurering,

Nadere informatie

Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen

Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen Het risico van (plan)schade bij het schrappen van winkel- en/of kantoorbestemmingen Arjan Bregman Leerkring Kantoren- en winkelleegstand G32-steden Rol en mogelijkheden gemeenten bij bestrijding kantoren-

Nadere informatie

TOELICHTING OP DE 'EXPLOITATIEVERORDENING GRONINGEN 1998

TOELICHTING OP DE 'EXPLOITATIEVERORDENING GRONINGEN 1998 TOELICHTING OP DE 'EXPLOITATIEVERORDENING GRONINGEN 1998 Algemeen In het kader van de gemeentelijke grondpolitiek zullen regels moeten worden gesteld inzake het verhaal van kosten van de aanleg van voorzieningen

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling Binckhorst

Gebiedsontwikkeling Binckhorst Gebiedsontwikkeling Binckhorst Henk Harms, directeur Ontwikkeling en Realisatie Project De Zuid 16 mei 2019 Dag van de Projectontwikkeling Ligging Nabij het centrum, stations HS, CS en Voorburg. Water

Nadere informatie

Raadsvoorstel tot (gewijzigde) vaststelling van het bestemmingsplan "Landhof, fase 3"

Raadsvoorstel tot (gewijzigde) vaststelling van het bestemmingsplan Landhof, fase 3 Inboeknummer 14bst01405 Beslisdatum B&W 23 september 2014 Dossiernummer 14.39.651 Raadsvoorstel tot (gewijzigde) vaststelling van het bestemmingsplan "Landhof, fase 3" Inleiding De locatie Landhof ligt

Nadere informatie

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht;

gelet op het bepaalde in artikel lid 1, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht juncto artikel 6.5, lid 3 van het Besluit omgevingsrecht; ^2 gemeente T -^^fc Nijkerk RAADSBESLUIT Nummer: 2012-094 De raad van de gemeente Nijkerk; gelezen het collegevoorstel van 2 oktober 2012; gelet op het bepaalde in artikel 2.27. lid 1, van de Wet algemene

Nadere informatie

Anterieure overeenkomst Ruimte voor Ruimte II CV inzake Het Wielblok in Herpt

Anterieure overeenkomst Ruimte voor Ruimte II CV inzake Het Wielblok in Herpt Collegevoorstel Inleiding In februari 2009 heeft uw college in principe positief gereageerd op het plan Ruimte voor Ruimte II CV om de bestaande agrarische bedrijfsgebouwen aan de Achterweg 28 in Herpt

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Woord vooraf

Inhoudsopgave. Woord vooraf Inhoudsopgave Woord vooraf v INLEIDING 1 1. Onderwerp van het onderzoek 1 2. Aanleiding voor en doelstelling van het onderzoek 1 3. Rol van het zelfrealisatierecht in wetgeving 3 3.1 Rol van het zelfrealisatierecht

Nadere informatie

Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan Groot Rijnwijk en exploitatieplan Groot Rijnwijk a. Zaaknummer

Aan de gemeenteraad. Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan Groot Rijnwijk en exploitatieplan Groot Rijnwijk a. Zaaknummer Aan de gemeenteraad Zaaknummer 216282 Onderwerp: Vaststellen bestemmingsplan Groot Rijnwijk en exploitatieplan Groot Rijnwijk a Voorstel 1. In de naar aanleiding van het ontwerpbestemmingsplan Groot Rijnwijk

Nadere informatie

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist

Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Nieuwe wet ruimtelijke ordening; verbeterde gereedschapskist Presentatie Marleen Sanders 2009 Adviesgroep Planeconomie & Grondstrategie inhoud presentatie Doelen van de veranderingen Wat is er veranderd?

Nadere informatie

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens

Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Nota van Zienswijzen behorende bij het Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012, De Leijkens Rucphen, 7 november 2012 INHOUD; 1. Procedure 2. Ingediende zienswijzen 3. Inhoud zienswijzen en inhoudelijke

Nadere informatie

1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN

1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN 1.6 SNELHEID MAKEN MET GLOBALE EINDPLANNEN Mariël Gerritsen, planoloog / Commercieel directeur SAB Arnhem Tjakko Smit, directeur projecten Bouwfonds Ontwikkeling Bert Breedveld, manager grondgebiedzaken

Nadere informatie

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007

K a n s e n. voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t. Onderzoeksrapport. Mei 2007 K a n s e n voor particulier natuurbeheer i n B r a b a n t Onderzoeksrapport Mei 2007 Opdrachtgever: Uitvoerenden: In samenwerking met: Provincie Noord-Brabant Brabants Landschap Brabants Particulier

Nadere informatie

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg'

AAN DE GEMEENTERAAD. Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 : Vestiging voorkeursrecht ex artikel 8 Wvg 'Vroonlandseweg en Goessestraatweg' Voorbereidende raadsvergadering: 16 oktober 2007 Besluitvormende raadsvergadering: 13 november 2007 Portefeuillehouder: J.H. Herselman AAN DE GEMEENTERAAD Nummer : 2007/78 Datum : 20 september 2007 Onderwerp

Nadere informatie

Rfv 09.10/001.004. 1. Algemeen

Rfv 09.10/001.004. 1. Algemeen Rfv 09.10/001.004 1. Algemeen Bij brief van 21 januari 1997 vraagt u de Raad voor de financiële verhoudingen binnen drie maanden zijn visie te geven op de in de notitie geschetste problematiek inzake het

Nadere informatie

Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven. De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente

Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven. De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente Maak Oosterwold Landschap van Initiatieven De anterieure overeenkomst Afspraken tussen initiatiefnemer en gemeente 1 Inleiding In Oosterwold, het landschappelijk gebied aan weerszijden van de A27, laten

Nadere informatie

gehoord de commissie Economie, Ruimtelijke Ordening en Milieu op 25 oktober 2017

gehoord de commissie Economie, Ruimtelijke Ordening en Milieu op 25 oktober 2017 RAADSBESLUIT Vaststelling 'Bestemmingsplan Buitengebied Rucphen 2012 Hazelaarstraat Lijsterbesstraat te St. Willebrord' 9 november 2017 De raad van de gemeente Rucphen, gezien het voorstel van burgemeester

Nadere informatie

Inleiding. Partijen. Inhoud overeenkomst

Inleiding. Partijen. Inhoud overeenkomst Notitie bij raadsvoorstel Bestuursovereenkomst tussen de provincie Noord-Brabant en de gemeenten in de provincie Noord-Brabant in het kader van de uitvoering van reconstructieen gebiedsplannen ex artikel

Nadere informatie

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden

Grondbedrijf. Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Introductie voor nieuwe raadsleden Grondbedrijf Yvonne Verkleij Paul van Die Rik Tuitert Planning & control Juridica (privaatrecht) Planeconomie Agenda Taken Beleid Financiële instrumenten

Nadere informatie

nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties

nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties De Grondexploitatiewet: nieuwe regels voor de ontwikkeling van bouwlocaties April 2007 VROM geeft overheden en private partijen de ruimte om hun eigen verantwoordelijkheid te kunnen nemen. Decentraal wat

Nadere informatie

G.J. Bos Ruimte en Wonen P. Huizing en F. van den Hoogen

G.J. Bos Ruimte en Wonen P. Huizing en F. van den Hoogen Raadsvoorstel Onderwerp varianten ontwikkeling Bijl Hofplein Raadsvergadering 12 mei 2009 Agendapunt Portefeuillehouder Afdeling Ambtenaar G.J. Bos Ruimte en Wonen P. Huizing en F. van den Hoogen Samenvatting

Nadere informatie

Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I

Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I Overeenkomst Bouwfonds KVL-terrein fase I zakelijke weergave (openbaar) Noot: Op 10 oktober 2013 behandelt de gemeenteraad het masterplan voor de ontwikkeling van het KVL-terrein in Oisterwijk. Onderdeel

Nadere informatie

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486

categorie/agendanr. stuknr. B. en W RA A 16 08/486 o~~çëîççêëíéä= låçéêïéêéw= beleidsnotitie: mogelijkheden Grondexploitatiewet Portefeuillehouder: G. Evenhuis Dienst Beleid Sociaal Economische Ontwikkeling Margreet Harmsma, telefoon ((0591)68 54 57) =

Nadere informatie

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN

VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN VOORBEELD STANDAARD OPZET EXPLOITATIEPLAN 1 INLEIDING 1.1 Algemeen Aangeven met welk doel het exploitatieplan wordt gemaakt: om onderhandelingen met één of meerdere grondeigenaren te starten, met als doel

Nadere informatie

Onderzoek naar Zee- burgertafel als instrument voor gebiedsontwikkeling Beknopt verslag, juni 2014

Onderzoek naar Zee- burgertafel als instrument voor gebiedsontwikkeling Beknopt verslag, juni 2014 Onderzoek naar Zeeburgertafel als instrument voor gebiedsontwikkeling Beknopt verslag, juni 2014 Aanleiding Tertium doet in opdracht van het ministerie van I & M onderzoek naar toepassingsmogelijkheden

Nadere informatie

Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet

Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet Duurzame kansen nieuwe grondexploitatiewet Kansen voor energiezuinige en duuzame aanleg Workshop grondexploitatie SenterNovem, 10 oktober, Martijn Blom Inhoud presentatie Huidige situatie exploitatie grond

Nadere informatie

Bouwrecht in gemeente Hollands Kroon Adres Omschrijving Vraagprijs Status

Bouwrecht in gemeente Hollands Kroon Adres Omschrijving Vraagprijs Status Bouwrecht in gemeente Hollands Kroon Adres Omschrijving Vraagprijs Status Ontstaan op Grasweg 17, 1761 LG Anna paulowna Bouwrecht t.b.v. creëren bouwkavel op een onbebouwd perceel grond De helft van de

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018

Raadsvoorstel. Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 Raadsvoorstel Agendanr: CR2 Kenmerk: 15-0114128 Datum collegevergadering: 12 mei 2015 Onderwerp: Nota grondbeleid 2015-2018 0.Samenvatting: Conform vastgesteld beleid dient het grondbeleid elke raadsperiode

Nadere informatie

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo) Zaaknummer: OLOGMM11-01 Collegevoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden

Nadere informatie

Raadsvergadering d.d. 13 september 2011 agendapunt 15. Aan: De Gemeenteraad. Vries, 21 juni 2011

Raadsvergadering d.d. 13 september 2011 agendapunt 15. Aan: De Gemeenteraad. Vries, 21 juni 2011 Raadsvergadering d.d. 13 september 2011 agendapunt 15 Aan: De Gemeenteraad Vries, 21 juni 2011 Onderwerp: Verplaatsing agrarisch bedrijf familie Siegers en toepassing ruimte voor ruimte regeling Portefeuillehouder:

Nadere informatie

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 27 februari 2013 ALDUS VASTGESTELD 7 MAART Start onteigeningsprocedure oostelijke randweg

Aan de raad AGENDAPUNT NR Doetinchem, 27 februari 2013 ALDUS VASTGESTELD 7 MAART Start onteigeningsprocedure oostelijke randweg Aan de raad AGENDAPUNT NR. 8.4 ALDUS VASTGESTELD 7 MAART 2013 Start onteigeningsprocedure oostelijke randweg Voorstel: 1. De Kroon conform het onteigeningsplan en de conceptbrief verzoeken om ten name

Nadere informatie

Aan de raad van de gemeente Wormerland

Aan de raad van de gemeente Wormerland RAADSVOORSTEL Aan de raad van de gemeente Wormerland Datum aanmaak 28 juli 2014 Onderwerp Programma en portefeuillehouder Voorstel Divinvest herinrichting sportcomplex VV Jisp Programma 3: Maatschappelijke

Nadere informatie

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges

MEMO. Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Aan : College van B&W Afdeling : Van : Lamfers / Van der Meulen Datum : 15 november 2011 Afdeling : FIN / BP-vrom Onderwerp : Kostenverhaal particuliere initiatieven en leges Inleiding Binnen de gemeente

Nadere informatie

Onteigening. Hoofdstuk 1

Onteigening. Hoofdstuk 1 13 Hoofdstuk 1 Onteigening Onteigeningswet (OW) Het onteigeningsrecht heeft haar grondwettelijke basis in artikel 14 van de Grondwet. Daar valt te lezen dat onteigening alleen kan geschieden in het algemeen

Nadere informatie

Startnotitie Woningbouw Tuurdijk t Goy

Startnotitie Woningbouw Tuurdijk t Goy Bijlage gemeente Houten: IS18.00062 Startnotitie Woningbouw Tuurdijk t Goy Aanleiding en probleemstellingdatum: 15 januari 2018 Het thema leefbaarheid in de kleine kernen staat al geruime tijd op de politieke

Nadere informatie

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019)

Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening. (ontwerp 25 januari 2019) Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening (ontwerp 25 januari 2019) Pagina 2 van 13 2019-01-25 Toelichting - Weideveld 2016 1e herziening Bestemmingsplan Weideveld 2016, 1 e herziening Toelichting

Nadere informatie

Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland

Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland Nota grondprijsbeleid gemeente Dirksland Concept Opdrachtgever: Gemeente Dirksland NEXT Vastgoed BV Nico Harkes / Erik Lamfers Rotterdam, 31 augustus 2009 NEXT Vastgoed BV WTC Rotterdam, Beursplein 37

Nadere informatie

Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment. Willem Korthals Altes

Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment. Willem Korthals Altes Grondbeleid en behoud van het goedkope marktsegment Willem Korthals Altes 1 Introductie Wat is grondbeleid? Doelen goedkope marktsegment Grondeconomie Grondbeleidsinstrumenten Conclusies 2 Wat is grondbeleid

Nadere informatie

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing.

Nieuwe woning van 750 m³ met bijgebouw van 75 m² - sloop van 850 m² bebouwing. Wijzigingen nieuw en huidig Rood voor Rood beleid In het nieuwe Rood voor Rood beleid 2015 zijn een aantal wijzigingen aangebracht ten opzichte van het in 2011 vastgestelde beleid. Dit betreffen wijzigingen

Nadere informatie

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan Parkstede 1. Het ontwerpbestemmingsplan "Wonen Rijssen, Parkstede" gewijzigd vast te stellen;

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan Parkstede 1. Het ontwerpbestemmingsplan Wonen Rijssen, Parkstede gewijzigd vast te stellen; g e m e e n t e Rijssen-Holter\v Rijssen, 21 maart 2017 Voorstel van het college aan de raad raadsvergadering: 20 april 2017 agendanummer: 13 opgemaakt door: Ruimtelijk Domein Strategie en Consulenten

Nadere informatie

De waarde van een overeenkomst over ruimtelijke ontwikkeling. prof. mr. Peter van Buuren

De waarde van een overeenkomst over ruimtelijke ontwikkeling. prof. mr. Peter van Buuren De waarde van een overeenkomst over ruimtelijke ontwikkeling prof. mr. Peter van Buuren Voorbeeld bevoegdhedenovereenkomst 1. De gemeente zal bestemmingsplan opstellen dat een planologische basis biedt

Nadere informatie

24 juli 2017 vaststellen bestemmingsplan 'Camping Lindenhof 2017'

24 juli 2017 vaststellen bestemmingsplan 'Camping Lindenhof 2017' Verantwoordelijk team Ruimtelijke Ontwikkeling & Milieu Nummer Kenmerk Raad d.d. 27792 27 september 2017 Paragraaf begroting Portefeuillehouder 2 mr. J. (Jasper) Verstand Steller A. (Arjen) Ruiter Datum

Nadere informatie

Zienswijze Schipper De zienswijze die naar voren gebracht wordt, kan als volgt worden weergegeven:

Zienswijze Schipper De zienswijze die naar voren gebracht wordt, kan als volgt worden weergegeven: REACTIE OP DE INGEDIENDE ZIENSWIJZEN (behorende bij het raadsbesluit van 30 juni 2009 betreffende de administratieve onteigeningsprocedure ten behoeve van de uitvoering van het bestemmingsplan Bangert

Nadere informatie

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ]

Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer ] Aanvullingsbesluit planvorming Plateelgebied [Vastgesteld door college op 16 januari 2018, registratienummer 1410634] 1. Inleiding 1 2. De noodzakelijke investeringen in infrastructuur in het Plateelgebied

Nadere informatie

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan

Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan maart 2011 Deel B Uitvoeringsprogramma Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan deel B 1 2 deel B Ontwerp-structuurvisie Prinses Beatrixlaan Inleiding 1. Ambitie

Nadere informatie

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan "Buitengebied Holten, Oude Deventerweg"

onderwerp: Raadsvoorstel vaststelling bestemmingsplan Buitengebied Holten, Oude Deventerweg g e m e e n t e Rijssen-Holtet\^ Rijssen, 5 april 2017 Voorstel van het college aan de raad raadsvergadering: 23 mei 2017 agendanummer: 15 opgemaakt door: Ruimtelijk Domein portefeuillehouder: R.J. Cornelissen

Nadere informatie

vastgesteld gemeente Groningen - bestemmingsplan Facetherziening Parkeren 2

vastgesteld gemeente Groningen - bestemmingsplan Facetherziening Parkeren 2 vastgesteld gemeente Groningen - bestemmingsplan Facetherziening Parkeren 2 Hoofdstuk 1 Inleiding 7 Hoofdstuk 2 Beleidskader 9 Hoofdstuk 3 Juridische toelichting 11 Hoofdstuk 4 Procedure en overleg 15

Nadere informatie

B en W Adviesnota. Overeenkomsten Exploitatie De Blakt

B en W Adviesnota. Overeenkomsten Exploitatie De Blakt Onderwerp Overeenkomsten Exploitatie De Blakt Zaaknummer Teammanager Margon van den Hoek B & W datum 18 september 2017 Team Ruimtelijke Ontwikkeling Naam steller Lieke van Lieshout Portefeuillehouder Jan

Nadere informatie

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer)

Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der Meer) Vergadering: 11 december 2012 Agendanummer: 12 Status: Besluitvormend Portefeuillehouder: M.A.P. Michels Behandelend ambtenaar J. van der Meer, 0595 447719 E mail: gemeente@winsum.nl (t.a.v. J. van der

Nadere informatie

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015

Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Nota Grondbeleid Gemeente Rijswijk 2012 t/m 2015 Gemeente Rijswijk Afdeling Stad en Samenleving, Vastgesteld door de gemeenteraad op: Sectie Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling 20 maart 2012 Nota Grondbeleid

Nadere informatie

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 17 december 2015 Agendanummer : 09 Datum : 11 november Onderwerp Bestemmingsplan Nieuwe Klif

Raadsvoorstel. Datum raadsvergadering : 17 december 2015 Agendanummer : 09 Datum : 11 november Onderwerp Bestemmingsplan Nieuwe Klif Raadsvoorstel Datum raadsvergadering : 17 december 2015 Agendanummer : 09 Datum : 11 november 2015 Onderwerp Bestemmingsplan Nieuwe Klif Aan de leden van de raad, Voorgesteld besluit 1. in te stemmen met

Nadere informatie

Exploitatieplan Middenboulevard

Exploitatieplan Middenboulevard Exploitatieplan Middenboulevard Badhuisplein Definitief Gemeente Zandvoort Postbus 2 2040 AA ZANDVOORT Grontmij Nederland B.V. Assen, 6 november 2009 Verantwoording Titel : Exploitatieplan Middenboulevard

Nadere informatie

Exploitatieplan de Contreie. Gemeente Oosterhout. Deel B: regels

Exploitatieplan de Contreie. Gemeente Oosterhout. Deel B: regels Exploitatieplan de Contreie Gemeente Oosterhout Deel B: regels Datum: Januari 2016 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Artikel 1 Begrippen... 3 Artikel 2 Kostentoerekening... 4 Artikel 3 Fasering en koppelingen

Nadere informatie

Toelichting op het bestemmingsplan. 1e herziening bestemmingsplan Leerpark, locatie Brandweerkazerne. Stadsontwikkeling Dordrecht

Toelichting op het bestemmingsplan. 1e herziening bestemmingsplan Leerpark, locatie Brandweerkazerne. Stadsontwikkeling Dordrecht Toelichting op het bestemmingsplan 1e herziening bestemmingsplan Leerpark, locatie Brandweerkazerne Stadsontwikkeling Dordrecht Augustus 2009 1. Inleiding Het bestemmingsplan Leerpark is op 1 maart 2005

Nadere informatie

Raad : 10 februari 2004 Agendanr. : 9 Doc.nr : B RAADSVOORSTEL

Raad : 10 februari 2004 Agendanr. : 9 Doc.nr : B RAADSVOORSTEL Raad : 10 februari 2004 Agendanr. : 9 Doc.nr : B200315080 Afdeling: : Bouwen en Wonen RAADSVOORSTEL Onderwerp : Bestuursovereenkomst ex artikel 14 Reconstructiewet tussen provincie Noord- Brabant en de

Nadere informatie

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela

Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela Toelichting bij de beleidsnotitie voor bijbehorende bouwwerken Gemeente Pekela 2012 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Begrippen... 3 Het beleid uit 2005... 4 Vraagstelling... 4 Planologisch kader... 4 Juridisch

Nadere informatie

Grondeigendom en grondexploitatie onder de Omgevingswet. Bouw- en vastgoedcursus Joost Hoekstra 16 mei 2017

Grondeigendom en grondexploitatie onder de Omgevingswet. Bouw- en vastgoedcursus Joost Hoekstra 16 mei 2017 Grondeigendom en grondexploitatie onder de Omgevingswet Bouw- en vastgoedcursus Joost Hoekstra Inleiding Omgevingswet Aanvullingswet Grondeigendom: voorkeursrecht onteigening stedelijke kavelruil (nieuw)

Nadere informatie

Kostenverhaal en gebiedsontwikkeling. Ir. C.A.C. Westendorp- Frikkee en Mr. P.S.A. Overwater. 1. Inleiding

Kostenverhaal en gebiedsontwikkeling. Ir. C.A.C. Westendorp- Frikkee en Mr. P.S.A. Overwater. 1. Inleiding Kostenverhaal en gebiedsontwikkeling Ir. C.A.C. Westendorp- Frikkee en Mr. P.S.A. Overwater 1. Inleiding De overheid streeft tegenwoordig vaak naar zgn. gebiedsontwikkeling. Daarmee wordt bedoeld het in

Nadere informatie

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo)

Onderwerp Categorieën van gevallen waarvoor afgeven verklaring van geen bedenkingen niet vereist is (Wabo) Raadsvoorstel Inleiding Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingrecht (Wabo) in werking getreden. Hiermee zijn enkele ruimtelijke instrumenten en bevoegdheden anders vormgegeven. Veel procedures

Nadere informatie

Informatie over bouwplannen die afwijken van een bestemmingsplan. Voor particuliere grondeigenaren, projectontwikkelaars en woningcorporaties

Informatie over bouwplannen die afwijken van een bestemmingsplan. Voor particuliere grondeigenaren, projectontwikkelaars en woningcorporaties Informatie over bouwplannen die afwijken van een bestemmingsplan Voor particuliere grondeigenaren, projectontwikkelaars en woningcorporaties Informatie over bouwplannen die afwijken van een bestemmingsplan

Nadere informatie

MAA? HORST A/D. gemeente Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel. onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst

MAA? HORST A/D. gemeente Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel. onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst gemeente HORST A/D MAA? 17-0039188......ii III iiiii iiiii iiii im Bestemmingsplan Tienrayseweg Horst raadsvoorstel onderwerp vaststellen bestemmingsplan Tienrayseweg Horst datum B&W-besluit 28 maart 2017

Nadere informatie

Gebiedsontwikkeling en aanbesteding

Gebiedsontwikkeling en aanbesteding Gebiedsontwikkeling en aanbesteding 5 oktober 2017 Arjan van de Watering Job Velthuizen De hoofdactiviteiten - Planontwikkeling - Tekenen en rekenen - Grondexploitatie - Bouw- en woonrijp maken, aanleg

Nadere informatie

Reactienota zienswijze bestemmingsplan Meppel - Zuid

Reactienota zienswijze bestemmingsplan Meppel - Zuid Reactienota zienswijze bestemmingsplan Meppel - Zuid Nota beantwoording zienswijze bestemmingsplan Meppel Zuid. 1 Samenvatting en beantwoording zienswijze Bijlage 3 Januari 2013 Nota beantwoording zienswijze

Nadere informatie

Raadsstuk. Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan Binnenduinrand

Raadsstuk. Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan Binnenduinrand Raadsstuk Onderwerp Vaststellen bestemmingsplan Binnenduinrand Nummer 2017/209688 Portefeuillehouder Spijk, J.K.N. van Programma/beleidsveld 4.1 Duurzame stedelijke ontwikkeling Afdeling STZ/RB Auteur

Nadere informatie

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool

Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen. Bestemmingsplan Ambachtsschool Nota Samenvatting en beantwoording zienswijzen Bestemmingsplan Ambachtsschool Gemeente Enschede Programma Stedelijke Ontwikkeling Team Bestemmingsplannen Februari 2016 SAMENVATTING EN BEANTWOORDING ZIENSWIJZEN

Nadere informatie

Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b)

Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b) Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP Oosteindsepolder en Warmoeziersweg (caravanstalling Oosteindseweg 155b) 29 juli 2014 ontwerp Gemeente Lansingerland Bestemmingsplan 1e partiële herziening BP

Nadere informatie

PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING BIJ GEBIEDSONTWIKKELING: WANNEER WEL EN WANNEER NIET?

PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING BIJ GEBIEDSONTWIKKELING: WANNEER WEL EN WANNEER NIET? PUBLIEK-PRIVATE SAMENWERKING BIJ GEBIEDSONTWIKKELING: WANNEER WEL EN WANNEER NIET? TOELICHTING BIJ DE MEERWAARDETOETS VOOR PPS BIJ GEBIEDSONTWIKKELING maart 2006 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Potentiële

Nadere informatie

voorstel aan de raad Vaststelling bestemmingsplan Vleuterweide Centrum, 2e fase

voorstel aan de raad Vaststelling bestemmingsplan Vleuterweide Centrum, 2e fase voorstel aan de raad Opgesteld door Ruimtelijke en Economische Ontwikkeling Meijer, P.H. (Peter) Kenmerk 16.509040 Vergadering Raadsvoorstellen Vergaderdatum 30 december 2016 Jaargang en nummer Geheim

Nadere informatie